gram maart 2016 def

32
Gemeenten en Avalex stemmen afvalstrategie af Green Deal scheepsafvalketen tegen vervuiling van de zeeën GRAM Kunststofverpakkingen en blikjes inzamelen voor een beloning JAARGANG 107 | NUMMER Maart 2016 VAKBLAD VAN DE 2

Upload: nvrd-nvrd

Post on 28-Jul-2016

239 views

Category:

Documents


10 download

DESCRIPTION

 

TRANSCRIPT

Page 1: Gram maart 2016 def

Composteren en milieubelasting

Gemeenten en Avalex stemmen afvalstrategie af

Green Deal scheepsafvalketen tegen

vervuiling van de zeeën

GRAM

Kunststofverpakkingen en blikjes inzamelen voor een beloning

JAA

RGA

NG

107 | NU

MM

ER Maart 2016

VAKBLAD VAN DE 2

Page 2: Gram maart 2016 def
Page 3: Gram maart 2016 def

GRAM | maart 2016 3

Vakblad van de NVRD

inhoudsopgave

5

8

12

16

Hoe doen zij dat? Deze maand: de inzameling van tuinafval. GRAM informeerde bij de gemeenten Uden

en Horst aan de Maas. Daarnaast experimenteerde Circulus met een speciale papieren

zak van composteerbaar keukenafval.

Proef met nieuwe beloningssystemenSinds 1 februari zijn de eerste van 39 experimenten gestart. Allemaal hebben

ze tot doel kunststofverpakkingen en blikjes in te zamelen die vrijkomen bij

maatschappelijke organisaties. Tegen beloning wel te verstaan.

Green Deal scheepsafvalketenEind 2014 was de Nederlandse Green Deal scheepsafvalketen een feit. Doel is

om verdere vervuiling van zeeën en oceanen tegen te gaan. De partijen die een

handtekening plaatsten, streven naar minder afvalmateriaal en een betere scheiding

van afval aan boord. Het gescheiden ingezamelde plastic wordt vervolgens zoveel

mogelijk gerecycled.

Matrasrecycling nog geen gespreid bedjeHet afgedankte matras is een interessante recyclingkandidaat. Het volume is groot en

de materialen erin zijn geld waard. Toch komt hoogwaardige matrasrecycling niet van

de grond. Voor de teruggewonnen grondstoffen is nauwelijks afzet. Wat nu?

Foto voorplaat: Nationale Beeldbank

4 Bezem

11 Keukenmanagement onderdeel

project 100-100-100 bij HVC

14 Recycling drankenkartons nu

ook in Nederland

19 Gemeenten en Avalex stemmen

afvalstrategie af

22 Inspectie van Sociale Zaken

24 NVRD-nieuws

25 Column Olaf Prinsen, directeur NVRD

26 Benchmarks weer van start

28 Branchenieuws

30 Agenda

Lees verder op pag. 14

Page 4: Gram maart 2016 def

4 GRAM | maart 2016

BEZEMOneindigenCirculariteit is volgens het etymologisch woordenboek een rondgaande beweging. Een beweging. Iets wat ik als bezem in mijn dagelijkse praktijk uiteraard herken en toepas. Maar dat is geloof ik niet wat wordt bedoeld. Ik vind het maar een moeilijk woord. Heette dat vroeger niet gewoon kringloop, of is dat erg old school? Hebben we net ‘cradle to cradle’ zo’n beetje ten grave gedragen, is er weer een nieuwe vibe. Het laatste AO in de Tweede Kamer, voorheen Afval & Grondstoffen, kreeg plotseling de naam Circulaire Economie. Dat een van de betrokken Kamerleden vroeg om een nadere uitleg van de staatssecretaris over wat de nieuwe naam dan inhield, was wel grappig om te horen. Omdat “de gemiddelde bur-ger anders geen idee had waar het over zou gaan.” Goed punt. Circulariteit is overigens niet hetzelfde als in het woordenboek ‘fiets’ op-zoeken en dan ‘rijwiel’ zien staan. Of als je ‘rijwiel’ opzoekt, u raadt het al, ‘fiets’ aantreft als duiding. Nee, dat is het niet. Ook niet dat je in een contract met een eigen inzameldienst een plus op je tarieven hebt staan en dat via dividend weer terug uitkeert. Nee, dat is gewoon geld rond-pompen. Als eenvoudige bezem duizelt het mij. Ik loop mijn routes en kom uiteraard aan het einde weer bij dezelfde plek uit. Zo ook als ik van

huis ga, daar hoop ik ’s middag ook weer gewoon terug te komen. “We gaan voor een circulaire economie”, ik heb het de afgelopen week al vele malen gehoord. Het vuur waarmee dit wordt gezegd is al een winst op zich. Er gebeurt iets. De vraag is wel wat dat ‘iets’ dan is en of dat ‘iets’ ook houdbaar blijkt te zijn. Door de toevoe-ging van ‘economie’ zou dat zo maar eens kunnen. Zeker als economie vertaald wordt naar euro’s. Dan komt de ware handelsgeest van de Nederlander weer naar bo-ven. Maar onze branche zou onze branche niet zijn als we dat ‘iets’ ook echt handen en voeten geven. Ik weet niet beter dan dat de circulaire economie vooral voor-beelden kent uit de afvalsector. Daarom houd ik ook van deze branche. Prachtig dit soort kreten, termen, slogans, ambities. Maar in onze sector zijn we al bezig er inhoud aan te geven. Geen vergezichten. Nee, projecten, en wel nu. Ik moet ook verder, een whats app’je op mijn mobiel meldt dat er een hotspot moet worden geveegd.

Page 5: Gram maart 2016 def

GRAM | maart 2016 5

Hoe gaat de inzameling in

zijn werk?

We doen momenteel twee proeven in

twee gelijksoortige wijken van ruim

700 huishoudens. In één proefgebied

hebben we zeventien tuinafvalkorven

in de wijk geplaatst, zodanig dat de

loopafstand redelijk voor iedereen is.

Voor het keukenafval hebben de men-

sen emmers gekregen. De proeven zijn

eind vorig jaar gestart en duren twaalf

maanden. Dat hebben we bewust ge-

daan, zodat je alle seizoenen in je proef

meeneemt.

Hoe zijn de ervaringen?

De deelnemers kunnen hun ervaringen

tijdens de proef melden via de telefoon,

een speciaal e-mailadres en facebook.

In het begin gaven mensen aan dat ze

niet goed wisten hoe ze hun tuinafval

bij de korven moesten krijgen. Wij ga-

ven tips, zoals het gebruik van zakken

of een kruiwagen. Nu heeft iedereen

kennelijk zijn brengmethode gevon-

den, want we horen er niets meer over.

Over de ingezamelde hoeveelheden

hebben we nog geen cijfers. We gaan

straks ook het restafval uit de proefge-

bieden analyseren, om te zien of daar

inderdaad minder gft in zit.

Waar gaat de t-fractie naar toe?

Naar Attero, net als het keukenafval.

Het tuinafval wordt gecomposteerd,

het keukenafval gaat eerst naar de ver-

gister.

Voor- en nadelen?

Een sterk voordeel is dat de bewoners

ongeacht welke dag ze in hun tuin wer-

ken, het afval direct kwijt kunnen. In

Waarom wordt het tuinafval apart

ingezameld?

Wij wilden mensen stimuleren hun afval

beter te scheiden. Er zit namelijk nog

best veel keuken- en tuinafval in het

restafval. Voor tuin- en keukenafval zijn

verschillende verwerkingen mogelijk,

door de fracties gescheiden in te za-

melen kun je daarop inspelen. En voor

de inzameling heeft het ook voorde-

len. Tuinafval is erg afhankelijk van de

seizoenen, je kunt je inzamelmethode

daarop aanpassen zodat de efficiency

verbetert.

GRAM | maart 2016 5

Deze maand:

De inzameling van tuinafval

Hoe doen zij dat?Tekst: Hetty Dekkers

Hiltja Hoffadviseur afval gemeente Uden.

41.000 inwoners. Contact: [email protected]

>>

grotere hoeveelheden. Ze hoeven zich

niet aan de inhoud van de gft-container

te houden. En wij kunnen de inzame-

ling afstemmen op het seizoen, dat

werkt efficiënter dan elke week de-

zelfde rondjes rijden. De prognose is

dat we er geld mee gaan besparen. De

keukenemmers en tuinkorven zijn veel

sneller en makkelijker te legen dan de

groene containers. Als het goed is, be-

spaar je ook op het restafval.

Een klein nadeel is dat mensen met een

fysieke beperking moeite hebben met

het brengen van hun tuinafval naar de

korven. Deze mensen moeten hulp vra-

gen. Heel af en toe zit er afval in de

tuinkorven dat er niet thuishoort, maar

dat gebeurt echt maar incidenteel.

Plannen voor de toekomst?

Als de proef afgerond en geëvalueerd

is, gaan we een voorstel doen richting

gemeentebestuur. Maar ik heb nu al de

indruk dat de proef met de tuinkorven

erg positief verloopt.

Tips voor andere gemeenten?

Mensen ervaren het als heel prettig als

ze mee mogen denken en serieus wor-

den genomen. Wij gingen bijvoorbeeld

samen met de wijkbewoners kijken naar

een tuinkorf als die niet goed stond.

Een kwartslag draaien of een paar me-

ter opschuiven kan al een heel verschil

maken. Enkele deelnemers gaven aan

dat de 25 liter emmer voor keukenafval

te klein was voor ze. Toen hebben we

ze gewoon een tweede emmer gege-

ven, daarmee was het probleem opge-

lost. Als bewoners merken dat je echt

iets doet met hun eigen inbreng, dan

verbreed je het draagvlak enorm.

Page 6: Gram maart 2016 def

6 GRAM | maart 2016

Sonja Coolenbeleidsmedewerker milieu gemeente Horst aan

de Maas, 41.679 inwoners. Contact: s.coolen@

horstaandemaas.nl

Waarom wordt het tuinafval apart

ingezameld?

Dat doen we al sinds 2001. We had-

den toen bladkorven uitgezet, die we

wat langer lieten staan. Mensen waren

daar heel tevreden over. Ons gft-afval

bestond al voor het grootste deel, zo’n

90 procent, uit tuinafval. En de gft-bak

was vaak te klein, zeker als mensen

een dag in de tuin hadden gewerkt. De

verwerkingskosten van tuinafval waren

toen overigens veel lager dan van gft,

dat was ook een overweging.

Hoe gaat de inzameling in zijn

werk?

We hebben 1250 tuinkorven staan,

verspreid door de hele gemeente. In

de bebouwde kom is de loopafstand

maximaal 100 meter, in het buitenge-

bied 200 meter. We hebben de korven

zelf ontworpen, zodat ze geschikt zijn

voor onze wijze van inzameling. In de

bebouwde kom rijden we drie keer per

week langs om te zien of de korven ge-

leegd moeten worden, in het buitenge-

bied twee keer per week. Het keukenaf-

val werd eerst bij het restafval gedaan,

maar sinds de laatste herindeling in

2010 halen we het gf ook apart op. Dat

doen we twee keer per week, daardoor

ontstaat er geen overlast van stank of

beestjes.

Hoe zijn de ervaringen?

De inwoners vinden het fantastisch en

superhandig. Bij de laatste herindeling

stelde een andere gemeente het zelfs

als eis: wij willen die korven ook. Je

ziet vaak dat bewoners zelf handige

loopplankjes hebben gemaakt voor hun

kruiwagens. Dat is leuk om te zien, hoe

mensen zelf oplossingen bedenken en

de korf daarmee ‘eigen’ maken.

Waar gaat de t-fractie naar toe?

Naar een composteerbedrijf. Het keu-

kenafval gaat naar een ander bedrijf,

dat het materiaal eerst vergist en dan

nacomposteert.

Voor- en nadelen?

Soms is er sprake van afvaltoerisme. En

het gebeurt weleens dat iemand de hele

korf volstort als er flink gesnoeid is in

een tuin. Dat vraagt wat sociale afstem-

ming. Wij hebben om die reden ook een

extra brengvoorziening voor grote hoe-

veelheden. Soms liggen er ook blikjes

en hondenpoepzakjes in de tuinkorven,

of een bosje bloemen met het plastic er

nog omheen. Maar dat gebeurt relatief

weinig. Mensen kunnen op elk moment

hun tuinafval kwijt, in grote hoeveelhe-

den, dat is het grootste voordeel van

dit systeem. Voor ons waren de kosten

in het begin een stuk lager. Omdat in-

middels de verwerkingskosten voor

gft sterk gedaald zijn, is dat voordeel

weggevallen. We draaien nu kostenneu-

traal.

Plannen voor de toekomst?

We gaan er mee door, want het bevalt

uitstekend. We zoeken nog wel naar

betere verwerkingsmogelijkheden voor

het keukenafval. Dit is een rijke grond-

stof, die in de toekomst waarschijnlijk

hoogwaardiger verwerkt kan worden.

Tips voor andere gemeenten?

Ook doen! Als het past bij je gemeente

althans. Horst aan de Maas is een lande-

lijke gemeente, waar bijna iedereen een

tuin heeft. Er ontstaat naar verhouding

veel tuinafval. Vergelijkbare gemeenten

zou ik zeker tuinkorven aanraden. In

een stad met veel hoogbouw ontstaat

natuurlijk minder tuinafval. Ons sys-

teem van hoogfrequent keukenafval

ophalen is in een stad ook prima toe-

pasbaar. Het schijnt in Noord-Italiaanse

steden al jaren te gebeuren. En burgers

vinden het ideaal omdat het afval geen

overlast meer geeft.

Hoe doen zij dat?

Page 7: Gram maart 2016 def

GRAM | maart 2016 7

Containerwielen van Haco...

Protempo bvPostbus 21, 6500 AA NIJMEGEN NederlandTel. +31(0)24-3711711. Fax +31(0)[email protected] www.protempo.eu

103

Bel voor informatie:

... besparen u mankracht!Haco wielen maken uw containers écht mobiel.De garantie voor uitstekende rijeigenschappen.

adv. 103 190x130 mm.indd 1 11-02-2010 13:55:19

Voor organisch keukenafval zijn hoog-

waardiger toepassingen denkbaar dan

voor gft, ontdekte Circulus. De inzame-

laar liet honderd huishoudens die mee-

deden aan een intensief afvalscheidings-

project het keukenafval apart houden.

De helft van het aantal deelnemers ex-

perimenteerde met een speciale papieren

zak van composteerbaar materiaal. Het

ingezamelde keukenafval werd afgezet

bij een wormenkweker, een sprinkhanen-

kweker en een bedrijf dat uit organisch

keukenafval grondstoffen haalt voor de

productie van bioplastic. Manager Mi-

chiel Westerhof van Circulus: “Wij hielden

het keukenafval in dit project apart van

het tuinafval, omdat we denken dat je

Composteerbare zak voor keukenafvalmet deze gescheiden stromen meer kunt

doen. Gft kun je alleen maar vergisten,

terwijl met name voor keukenafval ande-

re toepassingen geschikter lijken te zijn.

Datzelfde geldt waarschijnlijk voor apart

ingezameld tuinafval, maar daar was ons

project niet speciaal op gericht.”

Volgens Westerhof werd de bijzondere

‘keukenzak’ tijdens het project in een

mandje bewaard en wekelijks aan huis

opgehaald. “Hij is zo groot als een papie-

ren zak voor appels die je bij de groen-

teboer krijgt”, licht hij toe. “Gemaakt van

een speciaal soort papier die vocht tegen-

houdt. We hebben de resultaten van het

totale project nog niet binnen, maar de

reacties waren wisselend. De een meldde

dat er toch sprake was van lekkages, de

ander was helemaal tevreden.” Circulus

weet dus nog niet of de zak een blijvertje

gaat worden. Het project, waarbij hon-

derd deelnemers honderd dagen lang

probeerden nul procent restafval te pro-

duceren, werd begin dit jaar afgerond.

De andere vijftig deelnemers zamelden

hun keukenafval ook gescheiden in van

het tuinafval, maar zij bewaarden het in

een kunststof biobak. De composteerba-

re biozak voor de keuken wordt in Scan-

dinavische landen al veelvuldig gebruikt.

Of de zak ook in Nederland een succes

wordt, is dus nog even afwachten.

Page 8: Gram maart 2016 def

8 GRAM | maart 2016

Sinds 1 februari zijn de eerste van 39 experimenten in evenzoveel steden gestart. Allemaal hebben ze tot

doel kunststofverpakkingen en blikjes in te zamelen die vrijkomen bij maatschappelijke organisaties.

Daarbij hoort ook het verwijderen van zwerfafval in de omgeving van het sportveld, of schoolplein.

Tegen beloning wel te verstaan.

Harde euro’s of korting in de sportwinkel tegen zwerfafval

Vanaf half maart staat er bijvoorbeeld in Den Haag op

alle elf kinderboerderijen een twee meter hoge bak

in de vorm van een PET-fles. ‘PET-man’ heet die. Elke

Haagse kinderboerderij is een verbintenis aangegaan

met vier verschillende maatschappelijke organisaties

uit de buurt, zoals een school, een sportclub, een

buurthuis. “We hebben dus elf clusters met 44 plek-

ken met de kinderboerderij – die wij hier stadsboerderij

noemen – als middelpunt”, zegt Hans de Rijk, hoofd

stadsboerderijen van de gemeente. De meest kinderen

zullen, aangelokt door het ‘Holle bolle Gijs’-effect, gre-

tig PET-flesjes en blikjes in de PET-man werpen, vaak

eerst voorverzameld op school of op de sportclub. Dat

doen ze niet voor niets. Ze nemen deel aan een belo-

ningsproef voor het populaire verpakkingsafval dat op

scholen en sportverenigingen vrijkomt. Ze bekomme-

ren zich ook om het zwerfafval in de omgeving.

“Elke organisatie die mee doet krijgt jaarlijks een ba-

sisvergoeding van 100 euro plus per ingeleverde zak

PROEF MET NIEUWE BELONINGSSYSTEMEN

nog een nader vast te stellen bonus”, zegt De Rijk.

“Als ze vier keer per jaar met zijn vieren een gerichte

zwerfafval-actie houden in hun omgeving en hier fo-

to’s als bewijs voor inleveren, komen ze bovendien in

aanmerking voor een bedrag van duizend euro uit ons

gemeentelijke ‘gulden klinker’-programma”. De coör-

dinatie vindt plaats door de beheerder van de kinder-

boerderij, terwijl de Haagse Milieu Service op afroep

een inzamelronde langs het elftal boerderijen regelt.

Daarbij worden mensen met een afstand tot de ar-

beidsmarkt ingeschakeld.

Kees Kerstens van Rebel Group ziet de afvalclustering

rond de kinderboerderijen met genoegen aan. Kerstens

coördineert intussen circa zeventig van dergelijke

proeven in heel Nederland. De eerste tranche van 39

proeven startte vanaf 1 februari, vanaf 1 april volgen

vermoedelijk nog eens meer dan twintig proeven. “De

gemeentelijke experimenten variëren op een drietal

verschillende punten, maar ze experimenteren alle-

De feestelijke lancering van de pilot in Sliedrecht met wethouder Hanny Visser-Schlieker

Page 9: Gram maart 2016 def

GRAM | maart 2016 9

Harde euro’s of korting in de sportwinkel tegen zwerfafvalPROEF MET NIEUWE BELONINGSSYSTEMEN

maal met een of andere vorm van beloning voor het

terugbrengen van blikjes en kunststofverpakkingen”,

zegt Kerstens. De proeven worden gefinancierd door

het Afvalfonds Verpakkingen. Dit gebeurt onder andere

door een ketenvergoeding analoog aan de vergoedin-

gen aan gemeenten voor de inzameling van huishou-

delijk verpakkingsafval, maar bijvoorbeeld ook door

het beschikbaar stellen van bakken en zakken voor de

pilotgemeenten. Opvallend is het grote aantal deelne-

mende gemeenten in Gelderland en Zuid-Holland. Met

8 en 14 gemeenten vertegenwoordigen zij bijna zestig

procent van de 39 gemeenten. Daaronder bevinden

zich ook grote steden als Nijmegen, Arnhem, Den Haag

en Rotterdam. In deze 39 gemeenten zijn 1700 maat-

schappelijke organisaties actief.

Ook zwerfafval tegengaan

Niet dat het niet goed gaat met de vrijwillige en belan-

geloze inzameling van kunststofverpakkingsmateriaal.

In 2014 werd al 50 procent van de kunststofverpakkin-

gen gerecycled. Het zal geen verrassing zijn als blijkt

dat dit percentage in 2015 verder is gestegen. “Verpak-

kingsafval dat vrijkomt bij maatschappelijke organisa-

ties als sportverenigingen, scholen, kerken blijft tot nu

toe echter buiten dit inzamelsysteem. Zij ontvangen er

tot nu toe geen vergoeding voor uit het Afvalfonds Ver-

pakkingen”, zegt Kerstens. En er is nog een minstens

zo belangrijke reden voor de proef. De experimenten

beogen de deelnemers met de prikkel van een al dan

niet geldelijke beloning aan te zetten tot het weghalen

van zwerfafval waaronder blikjes en flesjes in de direc-

te omgeving van hun sportveld of schoolplein. Vooral

‘snoeproutes’ tussen school en supermarkt krijgen aan-

dacht. “We hopen dat de proeven leiden tot een vermin-

dering van de hoeveelheid zwerfafval”, zegt Kerstens.

De pilot is een uitvoering van het aanbod dat VNG, Af-

valfonds Verpakkingen en Stichting Natuur en Milieu

in juni vorig jaar deden in het statiegelddebat in de

Tweede Kamer. Een beloning in de vorm van een re-

tourpremie zou de ingezamelde hoeveelheid verpak-

kingsafval dat buitenshuis vrijkomt moeten vergroten

en het zwerfafval verminderen. Er bestaat overigens

ook een zwerfafvalvergoeding van 1,18 euro per inwo-

ner uit het Afvalfonds als een gemeente extra inspan-

ningen levert. In totaal gaat het jaarlijks om een bedrag

van 20 miljoen euro.

Deze proef met beloningssystemen duurt twee jaar en

moet in 2018 leiden tot een landelijk dekkend systeem

waar maatschappelijke organisaties in hun gemeenten

flesjes en blikjes kwijt kunnen. De proef wordt be-

taald via het Afvalfonds Verpakkingen, gevuld door de

kunststofproducenten. ‘De gemeenten ontvangen de

vergoeding en mogen die binnen bepaalde spelregels

naar eigen goeddunken besteden’, zegt Kees Kerstens.

“Ze dekken er de kosten mee voor afvalacties en/of

sluizen de vergoeding in de vorm van beloningen door

naar de deelnemende verenigingen.”

Gemeenten kunnen een voetbalclub of school betalen

voor een ingeleverde zak met flesjes en blikjes of ze

gaan concrete opruimacties voor zwerfafval belonen.

“Een stad als Rotterdam kiest voor een combinatie.

Zij zetten zelfs een verdriedubbelaar in”, weet Kerstens.

“Voor een zak vol PET-flesjes of blikjes ontvangt men

2,50 euro per zak, maar als ze ook zakken met het po-

pulaire verpakkingsafval uit plantsoenen en pleinen uit

de omgeving van de school of sportclub halen, krijgen

ze maar liefst 7,50 euro per zak.” Zeker 35 sportver-

enigingen en 15 scholen gaan dit voorjaar meedoen

in Rotterdam. Het is niet alleen een mooie combina-

tie voor maatschappelijke organisaties. Ook binnen de

gemeente leidt het tot een kruisbestuiving, verwacht

Kerstens. “Afvalinzameling en bestrijding van zwerf-

afval zijn tot nog nogal gescheiden beleidsterreinen,

die nu meer met elkaar van doen krijgen.” Gemeenten

hebben bovendien voordeel van deze proef omdat de

bewustwording voor afvalscheiding vergroot, zwerf-

afval vermindert en vermijdt en sociale cohesie in de

buurten toeneemt.

Allerlei varianten

Het is niet de bedoeling dat alle gemeenten precies

hetzelfde gaan doen. Een experiment heeft immers

tot doel de meest efficiënte vormen te onderzoeken.

Kerstens noemt drie hoofdvariabelen die worden be-

proefd. Allereerst het type materiaal. “Sommigen ge-

meenten zamelen zakken in waarin PMD-afval kan,

anderen belonen de door de deelnemers apart gehou-

den en in afzonderlijke zakken aangeleverde blikjes en

flesjes. De meerderheid van de eerste 39 gemeenten,

ongeveer zestig procent kiest voor PMD-zakken die

Kees Kerstens: “De gemeentelijke

experimenten experimenteren allemaal

met een vorm van beloning voor

het terugbrengen van blikjes en

kunststofverpakkingen.”

>>

Page 10: Gram maart 2016 def

10 GRAM | maart 2016

dan later bij SUEZ (voorheen SITA) in Rotterdam wor-

den gescheiden.” De tweede te onderzoeken variabele

is de logistiek. Iets meer dan de helft van de gemeen-

ten haalt het afval op door bij de organisaties langs

te gaan. “In sommige gevallen integreren ze dit met

hun reguliere inzamelronde bij huishoudens”, zegt

Kerstens. De resterende gemeenten vragen de deelne-

mers het ingezamelde blik en kunststofverpakkingen

te brengen, meest naar de milieustraat. De derde optie

is dat maatschappelijke organisaties hun leden vragen

de zakken weg te brengen naar een supermarkt of een

gemeentelijke locatie. De meesten zamelen op hun ei-

gen plek in.

En dan zijn er nog een drie subvaria-

belen die in de verschillende steden

worden onderzocht. Allereerst natuur-

lijk de hoogte van de vergoeding en

het type vergoeding. Kerstens: “Som-

mige gemeenten kiezen voor harde

euro’s, waarbij sommige één euro

per zak betalen, anderen 2,50. Soms

wordt onderscheid gemaakt, zoals in

Rotterdam, of er ook blik en PET uit

zwerfafval bij zit. Andere gemeenten

betalen in ‘natura’: een reisje naar een

pretpark, korting bij een sportmerk op

nieuwe ballen voor het eerste elftal.”

Ook een gemeente als Alphen aan den

Rijn heeft een originele variant in be-

loning. De school of sportvereniging

die het zwerfafval van de verste plek

van de eigen locatie haalt, krijgt meer

geld dan dichtbij. Alphen spreekt van

gouden (het verst weg), zilveren en

bronzen (dichtstbij) cirkels om de ei-

gen plek. Verder is natuurlijk de ste-

delijkheidsklasse een onderscheidend

criterium, net als het feit of er een

diftar-gemeente in het geding is. Het

projectteam verwacht een hogere res-

pons bij diftar gemeenten in het lan-

delijk gebied. Pupillen van SV Dalfsen

F2 zijn van huis uit gewend hun Fristi-

pakjes en PET-flesjes apart te houden.

Bij voetbalvereniging Ons Doel Bereikt

uit Den Haag ligt dat zeker anders.

“Maar hoeveel precies, gaan we onder-

zoeken”, zegt Kerstens. Om een goede

vergelijking mogelijk te maken gaat

RWS, gefinancierd door het ministerie

van Infrastructuur en Milieu de moni-

toring, inclusief, een nulmeting uitvoe-

ren.

Zowel Kerstens als De Rijk van de kinderboerderijen

erkennen dat in de experimenten waarbij er sprake is

van een rijkelijke geldelijke beloning er zogeheten af-

valkannibalisme kan optreden. “Kinderen kunnen bij-

voorbeeld flesjes en blikjes van huis meenemen naar

school of naar de sportclub. Thuis wordt immers ge-

vraagd de verpakkingen vrijwillig en om niet apart te

houden”, zegt Hans de Rijk. “We werken voorlopig op

goed vertrouwen en monitoren de pilot. Mocht het on-

verhoopt uit de klauwen lopen, dan moeten we er iets

op verzinnen.”

Tekst: René Didde

1

717273

74 75

70

68 60

32

66

38

31

40 37

28

11

9

41

36

21

22

27

23

20

5

76

8

24

42

44

43

69

4858

49

46

4550

47

26

2

3

4

15

13

12

16

1718

1934

30 33 39

29 14

10

35

51

52

5355

56

57

54

59

61

62

25

63

64

65

67

De pilotgemeenten uit ronde 1 en de aanmeldingen van ronde 2

Page 11: Gram maart 2016 def

GRAM | maart 2016 11

wat mensen echt nodig hebben en wat ze bereid zijn te betalen voor

luxere producten. De website is zo gebouwd dat deze na de proef

algemeen beschikbaar blijft, zodat mensen een keus hebben. Arents:

“HVC faciliteert mensen hun afval beter te scheiden. Wij laten mensen

bewust kiezen, zij bepalen zelf welk middel ze nodig hebben voor een

optimale afvalscheiding.”

Hoogbouw

Afvalscheiding bij hoogbouw is een ander aandachtsgebied bij HVC,

ook weer met het doel: hoe kan het gedrag van mensen zo worden

beïnvloed dat een beter scheidingsresultaat het gevolg is. De proef

bij 50 aansluitingen (25 hoogbouw en 25 laagbouw) start na de zo-

mer in de gemeente Zaanstad. Hier worden in huis adviezen gegeven,

noem het advies op maat zoals: is een andere routing misschien beter?

Bestaat er behoefte aan een luxer inzamelmiddel in huis? Ook hier is

keukenmanagement een onderdeel. Het inzamelmiddel van de deel-

nemers wordt gewogen, op een app kunnen zij vervolgens zien welke

bijdrage zij leveren aan het milieu. De proef duurt waarschijnlijk een

aantal maanden.

HVC is daarnaast deelnemer (naast Avalex, Almere, Amsterdam, Den

Haag, Rotterdam, Schiedam, Utrecht, het ministerie van Infrastructuur

en Milieu (IenM), NVRD, Rijkswaterstaat, en Vereniging Afvalbedrijven)

aan het VANG-project ‘Verbetering afvalscheiding en inzameling hoog-

bouw’, waaruit een soort menukaart aan goed werkende maatregelen

moet voortkomen. “Onze initiatieven en het VANG-project sluiten mooi

op elkaar aan,” stelt Arents.

Netwerkinfo: HVC, Ralf Arents: [email protected]

Tekst: Geke Wassink

Keukenmanagement maakt deel uit van het 100-100-

100 project dat op 1 april start in 29 HVC gemeenten:

100 huishoudens per gemeente die 100 dagen 100

procent afval scheiden, dat zijn 2900 deelnemers. “Een

traject om mensen bewust met afval te laten omgaan,

te laten ervaren hoe gemakkelijk het is om afval te

scheiden en afvalscheiding op de publieke agenda zet”,

legt Ralf Arents uit, concept-ontwikkelaar bij de afde-

ling Ontwikkeling van HVC. De multimediale campagne

voor werving van deelnemers startte begin februari.

De 100 dagen eindigen 9 juli.

Tips en tricks

Uit onderzoek van de afdeling Communicatie van HVC

naar het scheidingsgedrag van mensen, bleek dat er

behoefte was aan mogelijkheden om de afvalscheiding

in huis makkelijker te maken. Voor het 100-100-100

project is daarom een online platform ontwikkeld,

waarop dagelijks nieuwe tips, filmpjes en eenvoudige

opdrachten staan. Arents: “Met de tips en tricks kun-

nen mensen elkaar leren afval te scheiden en te laten

zien hoe gemakkelijk het is. Deelnemers kunnen er

punten sparen tot 30 euro en ervaringen uitwisselen.

Om het de deelnemers makkelijk te maken, kunnen in

de webshop simpele bakjes, biozakken of luxere bak-

ken als de Bruno of Binbang gratis of tegen een kleine

vergoeding worden besteld. Het aanbod bestaat uit

verschillende segmenten. Voor het middensegment

bieden we bijvoorbeeld de bin van Kliko of Brabantia

aan.” HVC hoopt op deze manier inzicht te krijgen in

De keuken en de badkamer, dat zijn de plekken in huis waar het meeste afval ontstaat, blijkt uit onderzoek van HVC.

Afvalscheiding begint dus in de keuken en de badkamer. Dat begint niet met de vraag welk afvalbakje daar staat, maar

met welke motivatie/gedrag er in de keuken afval wordt gescheiden. En dan kijk je dus naar welk middel hiervoor de

beste ondersteuning biedt.

Keukenmanagement onderdeel project 100-100-100 bij HVC

Page 12: Gram maart 2016 def

12 GRAM | maart 2016

“Ongeveer 40 procent van het afval in de Noordzee is afkomstig van ma-

riene bronnen: de zeevaart en de visserij. De overige 60 procent is van

het land afkomstig”, vertelt Coen Peelen, beleidsadviseur bij het ministe-

rie van Infrastructuur en Milieu. Als gevolg van internationale regelgeving

geldt sinds 2013 een algemeen lozingsverbod van scheepsafval op zee.

Steeds meer schepen geven hun afval af in Nederlandse havens. In 2005

werd in totaal een kleine 100.000 kuub afgegeven, in 2013 was dit bijna

260.000 kuub. De Nederlandse Green Deal scheepsafvalketen uit 2014

richt zich op vast scheepsafval: huishoudelijk en operationeel afval. Dit

betreft met name plastic, wat veruit het meest voorkomende afval in zee

en op stranden is. Veel schepen scheiden al plastic aan boord, maar in

veel havens belandt het vervolgens in containers tussen het andere afval.

Peelen: “We willen bereiken dat in alle Nederlandse havens het plastic

apart wordt ingezameld, verwerkt en gerecycled. Op die manier wordt

de keten gesloten. Dat motiveert de scheepsbemanning om bewust met

afval om te gaan. Daardoor zal er ook minder afval in zee belanden.”

Aan de ketting

In praktijk is het lastig te controleren of een schip afval op zee heeft ge-

loosd. Peelen: “Als schepen geen afval afgeven in een haven, wil dit niet

automatisch zeggen dat dit in de zee terecht is gekomen. Ze kunnen het

bijvoorbeeld al hebben afgegeven in een voorgaande haven, die dichtbij

ligt. Soms zitten schepen echter duidelijk overvol, maar weigeren ze toch

hun afval af te geven. Schepen hebben in Europese havens een afgifte-

plicht als ze te veel afval aan boord hebben en kunnen

dus worden gedwongen om af te geven.” De inspectie

Leefomgeving en Transport (ILT) ziet hierop toe. Geeft

een schip in zo’n geval niet af, dan kan het aan de ket-

ting komen te liggen. In de praktijk zal een kapitein het

echter niet zo ver laten komen, omdat de financiële con-

sequenties enorm zijn als een schip niet uit kan varen.

De Green Deal komt voort uit de Europese kaderricht-

lijn Mariene Strategie (KRM). Uitgangspunt hiervan is dat

landen maatregelen nemen als de milieutoestand van

de zeeën niet op orde is. Nederland koos in het kader

van de KRM voor een brongerichte aanpak en richt zich

daarbij op de zeevaart, de visserij en strandafval via toe-

risme. De Green Deal is ook onderdeel van het ketenak-

koord Kunststof Kringloop, waarin het voorkomen van

plastic zwerfvuil en het terughalen van plastic uit het

milieu, inclusief rivieren, zeeën en oceanen, is vastge-

legd. Bij de Green Deal zijn diverse partijen betrokken,

waaronder de vijf Nederlandse zeehavens, de vereniging

van reders, scheepsleveranciers, afvalinzamelaars, de

ILT, de Rijksoverheid en stichting De Noordzee. Peelen:

“Iedereen kijkt naar zijn eigen rol en verantwoordelijk-

heid om de kringloop gesloten te krijgen.” Via diverse

Green Deal scheepsafvalketen

Eind 2014 was de Nederlandse Green Deal scheepsafvalketen een feit. Doel van de Green Deal is om verdere vervui-

ling van zeeën en oceanen tegen te gaan. De partijen die een handtekening plaatsten, streven naar minder afvalma-

teriaal en een betere scheiding van afval aan boord. Het gescheiden ingezamelde plastic wordt vervolgens zoveel

mogelijk gerecycled.

Foto: Renee Sondervan

Page 13: Gram maart 2016 def

GRAM | maart 2016 13

een afgifterecht. Dit is een korting op de afvalrekening.

Het is een prikkel om af te geven, maar er geldt wel een

maximum voor de hoeveelheid afval waarop de korting

betrekking heeft. Deze vergoedt dus niet alles.”

Internationale Green Deal

Nederland werkt via de Green Deal op nationaal niveau

aan de bestrijding van zwerfafval op zee, maar doet dit

ook in Europees verband en in samenwerking met de lan-

den aan de Noordwest-Atlantische Oceaankust, die het

OSPAR-verdrag hebben ondertekend. Peelen: “Met de OS-

PAR-landen overleggen we wat we gezamenlijk kunnen

doen. We willen daarnaast met partijen die hierin voor-

oplopen, komen tot een Memorandum of Understanding

(MoU), waarin we gezamenlijke ambities en voornemens

vastleggen. Vervolgens willen we dit verder uitwerken in

een internationale Green Deal. Op dit moment verkennen

we met diverse internationale koplopers, zoals havens

en reders, de mogelijkheden hiertoe.”

Tekst: Ans Aerts

maatregelen streven de partijen dit na, waaronder het

gescheiden kunnen afgeven van plastic scheepsafval in

de Nederlandse havens. Ook houdt de ILT risico-geba-

seerd toezicht, dat zich richt op schepen waarvan de in-

spectie vermoedt dat ze hun afval ten onrechte niet afge-

ven. Verder besteden scheepsleveranciers aandacht aan

afvalpreventie, zodat er minder afval aan boord komt

via verpakkingsmateriaal. Tenslotte zullen de Europese

procedures voor de afgifte en recycling van scheepsafval

meer worden gestroomlijnd.

Voorkeurshaven

De International Maritime Organization (IMO) is onder-

deel van de Verenigde Naties en heeft minimumcriteria

en regels vastgesteld voor schepen en lidstaten voor het

omgaan met scheepsafval. De Nederlandse Green Deal

scheepsafvalketen reikt echter verder. Met de verplich-

ting voor de inzamelaars van scheepsafval om plastic ge-

scheiden in te zamelen en te recyclen, loopt Nederland

internationaal gezien voorop. Op veel schepen wordt

het afval al aan boord gescheiden. Zo scheidt Maersk

Line, de grootste containerrederij ter wereld, het afval

in twintig verschillende fracties aan boord. Peelen: “Voor

Maersk is Rotterdam inmiddels een voorkeurshaven

om scheepsafval af te geven, omdat ze hier hun afval

gescheiden kunnen aanbieden. Ook cruiseschepen, die

veel afval genereren vanwege de hoeveelheid passagiers

aan boord, willen hun afval graag gescheiden aanbieden

en hebben belang bij een goede dienstverlening op dit

terrein.”

Vanaf 1 januari dit jaar kunnen schepen hun plastic afval

gratis afgeven in de havens van Rotterdam en Amster-

dam. Peelen: “Dit kan onbeperkt. Voorwaarde is wel dat

het schoon afval betreft, omdat het anders moeilijk te

recyclen is.” Er zijn meer positieve prikkels. Vanuit een

Europese richtlijn is elk schip verplicht een afvalbijdrage

te betalen: ook als het geen afval afgeeft. Peelen: “Een

kapitein die besluit niet af te geven, is zijn geld kwijt. Als

hij wel afgeeft, krijgt hij zijn geld terug in de vorm van

S O F T W A R E S O L U T I O N S

Software voor gemeenten, reinigingsdiensten en afvalinzamelaarsfixion.nl

Vertegenwoordigers van de partijen die betrokken zijn bij de

Green Deal waaronder minister Schultz van Haegen (IenM)

Page 14: Gram maart 2016 def

14 GRAM | maart 2016

“Ze kwamen al bij ons voordat de landelijke geschei-

den inzameling van start ging”, aldus de directeur.

“Dat bracht ons toen al op het idee om er eens goed

over na te denken. Later klopte ook Suez Environment,

het vroegere Sita, bij ons aan. Sita bouwde een grote

sorteerinstallatie om drankenkartons van kunststof te

scheiden en zocht een duurzame, Nederlandse verwer-

ker voor de drankenkartons. Daar haakten wij graag bij

aan. Ook Hedra, de branchestichting voor verpakkings-

producenten, werkte mee aan het ontwikkeltraject.

Zonder die samenwerking was het ons nooit gelukt”,

benadrukt Gehlen.

Het bedrijf heeft ruim twee jaar gewerkt aan een pro-

ces om de drankenkartons te kunnen zuiveren en te

ontdoen van kunststof- en aluminiumcomponenten.

”Dat waren flinke uitdagingen”, aldus Gehlen. “We zijn

gaan kijken bij verwerkingsfabrieken en machineleve-

ranciers in heel Europa om dat procedé te bestuderen.

Uiteindelijk hebben wij bestaande technieken verfijnd

en verbeterd. We gebruiken minder energie en water

dan de bestaande fabrieken.” Ook het reinigingsproces

Drankenkartons die in Nederland worden ingezameld, gingen tot voor kort vooral naar buitenlandse

verwerkingsfabrieken. Van Houtum in Swalmen gaat dat veranderen. De producent van onder meer wc-papier heeft in

samenwerking met Suez en Hedra een lijn ontwikkeld om drankenkartons te recyclen. “We beginnen met 12.000 ton

per jaar. Zodra de inzameling in Nederland toeneemt, kunnen we uitbreiden”, aldus algemeen directeur Bas Gehlen.

Recycling drankenkartons nu ook in Nederland

Van Houtum is een familiebedrijf, dat ruim tachtig jaar geleden be-

gon met het produceren van verpakkings- en toiletpapier. Inmiddels

is de onderneming vooral gericht op duurzaam design voor in het toi-

let. Gehlen: “We maken toiletpapier en handdoekjes van afgedankte

grondstoffen zoals oud papier. Ook onze dispensers zijn gemaakt van

gerecyclede kunststof. Wij ontwikkelen en werken altijd volgens het

cradle-to-cradle concept.”

Duurzame verwerker

Volgens Gehlen krijgt Van Houtum al geruime tijd verzoeken van ver-

schillende gemeenten om gebruikte drankenkartons te gaan recyclen.

Er is ruim twee jaar gewerkt aan een

proces om de drankenkartons te kunnen

zuiveren en te ontdoen van kunststof-

en aluminiumcomponenten.

Page 15: Gram maart 2016 def

GRAM | maart 2016 15

zorgde voor hoofdbrekens. “Wij zijn een duurzaam be-

drijf en wilden per se geen chemische middelen gebrui-

ken voor de restjes yoghurt en vruchtensap. Ook dat

is gelukt. We gebruiken een reinigingsmethode zon-

der enig wasmiddel.” Het restproduct, zoals kunststof

doppen, aluminium en plastic uit het laminaat, wil Van

Houtum afzetten bij andere recyclingfabrieken, zodat

er geen grondstoffen verloren gaan.

Bruine vezel

Volgens Gehlen bestaat een ingezameld yoghurt- of

sappak grofweg voor een derde uit kunststof/alu-

minium en voor de helft uit papiervezels. De rest is

voedingsrest, zoals yoghurt of vla. De papiervezel van

drankenkartons is hoogwaardig materiaal, waar Van

Houtum wc-papier en handdoekjes van gaat maken.

“Mensen willen zacht en absorberend materiaal, de ve-

zel uit drankenkartons is daar heel geschikt voor.” Eén

nadeel is er wel. “Het is voornamelijk bruin papier, dus

een hele wc-rol uit drankenkartons zal moeilijk wor-

den. We moeten meerdere soorten gebruikt papier blij-

ven mengen, voor een mooi wit product.”

Van Houtum is na een uitgebreide proefperiode onlangs

van start gegaan met het recyclingproces. De aange-

leverde drankverpakkingen komen uit heel Neder-

land. In dit eerste jaar denkt de fabrikant zo’n 12.000

ton kartonverpakking te kunnen verwerken. Volgens

Gehlen worden er in Nederland jaarlijks ongeveer 70 à

80 duizend ton nieuwe drankenkartons gebruikt, waar-

van naar schatting uiteindelijk de helft zal worden in-

gezameld. “Als wij op termijn de helft daarvan mogen

en kunnen verwerken, zou dat een mooi resultaat zijn.”

Netwerkinfo:

Van Houtum, tel. 088-0183000 en www.vanhoutum.nl

Tekst: Hetty Dekkers

• In heel Europa wordt bijna de helft van alle drankenkartons die

op de markt komen, gerecycled. In 2011 ging het om een abso-

lute hoeveelheid van ruim 13,5 miljard zuivel- en drankpakken.

• In Nederland kwam de gescheiden inzameling van drankenkar-

tons op gang na 1 januari 2015. Gemeenten kregen vanaf toen

een vergoeding uit het Afvalfonds. In het begin deden 130 ge-

meenten mee, nu zijn het er bijna 300. Dat is 75 procent van

alle gemeenten.

• In vrijwel alle Europese landen worden de drankenkartons nu

gescheiden ingezameld. In landen als Duitsland en België, die

al vele jaren inzamelen, worden hoge cijfers gehaald: respec-

tievelijk 75 en 89 procent van de drankenkartons wordt hier

gerecycled.

• Er zijn circa 25 Europese recyclingfabrieken voor drankenkar-

tons. Van Houtum is een van de eerste in Nederland. In al deze

fabrieken worden de kartonvezels van het PE en aluminium-

laagje gescheiden. De papierpulp die vrijkomt wordt ingezet in

de papierindustrie. Het polyethyleen en aluminium wordt ge-

bruikt als zuivere grondstof voor allerlei producten als kratten,

emmers en pannen. In sommige fabrieken, zoals ook bij Van

Houtum, worden PE en aluminium niet gescheiden maar samen

verwerkt tot granulaat.

• De productie van drankenkartons bestaat grofweg uit twee fasen.

Eerst wordt karton gemaakt van hout(pulp). Daarna worden kar-

ton, kunststof en aluminium aan elkaar gecoat of gelamineerd.

Het laagje aluminium zit alleen in pakken voor lang houdbare pro-

ducten en wordt dankzij technische verbeteringen steeds dunner.

(Bron: Stichting Hedra)

Drankenkartons in Europa

Professionele textielinzamelingwww.sympany.nl

ISO 9001 ISO 14001 ISO 18001

3315015 SYM adv Professioneel_190x62.indd 1 14-12-15 17:13

Page 16: Gram maart 2016 def

16 GRAM | maart 2016

KETENAANPAK MOET NOG EEN START KRIJGEN

uit de opbrengst van de materialen. Ook is het duurder

geworden de vijf procent reststromen die we hebben,

af te voeren. Het kan een tijdelijke dip zijn, maar ze-

kerheid daarom heb je niet. De vraag is hoe lang we

dit nog volhouden.” Dat is de reden waarom het bedrijf

eind vorig jaar de inzameltarieven voor gemeenten en

winkelketens bijna heeft moeten verdubbelen. Een aan-

tal gemeenten houdt schone en droge matrassen apart

voor recycling. Tweederde van de matrassen wordt naar

de afvalverbrandingsinstallaties afgevoerd. Ook het in-

novatiegeld droogt volgens Kortink op, terwijl er drin-

gend kapitaal nodig is om de recycling naar een hoger

niveau te brengen. Een tweede hergebruiksoptie die

MatrasRecyclingEurope propageert is het koeienmatras.

“Nieuwe toepassingen zijn nodig die ervoor zorgen dat

de matrasrecycling weer wel geld op gaat leveren.”

Opboksen

De huidige afzet van de materialen uit matrassen is in-

derdaad een groot probleem, bevestigt directeur Nanne

Fioole van RetourMatras, de enige andere gespeciali-

seerde recycler in ons land. “Het gerecyclede materi-

aal kan niet opboksen tegen de lage prijs van nieuw

foam.” Om het hoofd boven water te houden heeft ook

hij de tarieven fors moeten opvoeren. Net als MatrasRe-

cyclingEurope verwerkt het bedrijf van Fioole jaarlijks

ruim 200 duizend matrassen. De in containers ingeza-

melde matrassen worden in een door het bedrijf zelf

ontwikkelde volautomatische bewerkingslijn ontleed

(subsidie: nul euro). Het bedrijf werkt aan een nieuwe

toepassing voor het foam door het schuim te vermalen

tot vlokjes en met een lijm door middel van stoom te

binden tot een product dat kan dienen als hoogwaardig

isolatiemateriaal onder laminaat en parket of – in een

zwaardere uitvoering – als ondervloer voor kunstgras.

Het afgedankte matras is een interessante recyclingkandidaat. Het volume is groot en de materialen

erin zijn geld waard. Toch komt hoogwaardige matrasrecycling niet van de grond. Voor de teruggewon-

nen grondstoffen is nauwelijks afzet. Wat nu? Producentenverantwoordelijkheid?

Matrasrecycling nog geen gespreid bedje

Directeur Ruud Kortink van MatrasRecyclingEurope

steekt niet onder stoelen of banken dat de recycling

van matrassen op dit moment erg lastig is. “Twee jaar

geleden waren er nog vier spelers in de markt actief, nu

nog maar twee, en dat zegt genoeg.” Het drie jaar oude

bedrijf verwerkt jaarlijks zo’n 275 duizend matrassen,

afkomstig van winkels, milieustraten, hotels, vakantie-

parken en zorginstellingen. Naar schatting gaat het om

twintig procent van de jaarlijks 1,6 miljoen in ons land

afgedankte matrassen. In de recyclingfabriek in Vianen

bij Utrecht worden matrassen in drie stromen ontleed:

textiel (tijk), foam en metaal. Foam, ofwel schuim van

polyurethaan en latex, vormt met zestig procent het

hoofdbestanddeel van het matras. Het tijk gaat naar

de textielrecycler. Het metaal gaat naar de ijzerboer.

Het schuim vindt vooral toepassing als isolatiemateri-

aal of als ondervloer onder tapijt en parket. Tot nu toe

kende het bedrijf een jaarlijkse groei van vijftig pro-

cent, die geheel uit eigen middelen werd gefinancierd.

De economische omstandigheden zijn echter slecht

nu de grondstoffenprijzen flink zijn gedaald. Het foam

heeft veel concurrentie van gerecycled schuim uit auto-

stoelen en schone reststromen van foamproducenten.

Kortink: “Het ijzer levert minder dan de helft op dan

voorheen en de afzetmarkt voor andere materialen is

overvoerd. We kunnen de verwerking niet meer betalen

Ruud Kortink: “Nieuwe toepassingen

zijn nodig die ervoor zorgen

dat de matrasrecycling weer geld

gaat opleveren.”

MatrasRecyclingEurope propageert hergebruik als koeienmatras.

Page 17: Gram maart 2016 def

GRAM | maart 2016 17

Matrasrecycling nog geen gespreid bedjeZover is het nog niet. Voor de bouw van een complete

installatie moet het bedrijf nog de financiering vinden.

Volgens Fioole ligt er inmiddels voldoende bewijs

dat materiaalhergebruik in termen van CO2-reductie

aanzienlijk meer milieuvoordeel oplevert dan het ver-

branden van matrassen met een eenmalige elektrici-

teitsproductie. “Wij hebben dat door een onafhankelijk

bureau laten onderzoeken. Iedereen kan het rapport

inzien op onze website.” Fioole vraagt zich af of de

intenties in ons land wel oprecht zijn en de circulaire

economie niet te veel puur met de mond wordt bele-

den. “Ik zie nog te veel partijen die denken: laten we

matrassen maar verbranden. Dat is lekker goedkoop.

Jammer, want wij zijn heel goed bezig.”

Innovatiefonds

De inzameling van afgedankte matrassen is het pro-

bleem niet, constateert secretaris Herman Jurrius van

vereniging CBM voor interieurbouw en meubelindus-

trie. Hij vertegenwoordigt circa de helft van het twin-

tigtal matrassenfabrikanten in ons land. In totaal telt

de markt zo’n honderd aanbieders, van meubelko-

ning IKEA tot kleine importeurs en winkeliers, die zelf

‘white-label’ matrassen in- en verkopen. Nederlandse

consumenten kopen jaarlijks rond de één miljoen ma-

trassen. “De infrastructuur is er, neem de milieustraten.

Het transport is te organiseren. We kunnen de recy-

clingfabrieken in ons land dus gemakkelijk volstoppen.

Maar dan? Ik denk dat we eerst nog eens goed moeten

onderzoeken wat er met de teruggewonnen stromen

moet gebeuren. Daar wringt de schoen. Die stromen

leveren nu niets op.” Zijn idee, maar dat heeft Jurrius

nog niet met zijn achterban besproken, is een kleine

bijdrage per gekochte matras om een innovatiefonds

te voeden. “Het gaat te ver om daar alleen producenten

bij te betrekken. Alle aanbieders, ook importeurs en

retailers, moeten meebetalen. Anders is er geen gelijk

speelveld. Met een bedrag van bijvoorbeeld een euro

per matras kun je al een flink fonds inrichten.”

Jurrius is nieuwsgierig naar het onderzoeksproject dat op dit moment

in België onder de naam Innomat uitgevoerd wordt. Producenten, le-

veranciers en wetenschappers zoeken naar duurzame oplossingen

voor afgedankte matrassen. Onze zuiderburen voeren binnenkort een

verwijderingsbijdrage in. De resultaten van dit onderzoek komen naar

verwachting in november beschikbaar. “Laten we ook daarnaar kijken”,

zegt Jurrius, “voordat we stappen gaan zetten.”

Volgens Jurrius hoeven we voorlopig niet te rekenen op grote stromen

‘ecomatrassen’, die in de afdankfase beter uit elkaar te halen zijn. Met

design for recycling is zeker een start gemaakt, “maar van volledig her-

gebruik is nog lang geen sprake”, zegt Jurrius, “de goede voorbeelden

van IKEA en Auping niet te na gesproken.” Rond de eeuwwisseling vond

onder de vlag van CBM een omvangrijk proefproject plaats (kosten: 200

duizend euro) om matrassen in te zamelen, uit elkaar te halen en de

tweedehands stromen te verkopen. “De grootste drempel toen al bleek

de concurrentie van de afvalverbrandingsovens. Het is volledig geaccep-

teerd om matrassen te verbranden om energie te winnen. Wat ook nog

eens relatief goedkoop is.” Ter vergelijk: het afvoeren van een container

matrassen (circa 1 ton) kost een gemeente op dit moment rond de 300

euro, het verbrandingstarief bedraagt doorsnee vijftig euro per ton.

Matrasketen

Eind januari organiseerde het Utrecht Sustainability Institute (USI) zijn

twaalfde Circular Economy Lab. Deze editie ging over matrasrecycling.

Een brede vertegenwoordiging van de matrasketen was present, van

producenten en retailers tot recyclers en Rijksoverheid. Strategisch

adviseur Jacqueline Cramer van USI was moderator van de discussie-

bijeenkomst. Cramer is tevens regisseur van de circulaire economie

◀ De huidige afzet van de materialen uit matrassen is een groot pro-

bleem: teruggewonnen foam moet opboksen tegen andere schuim-

stromen en de prijs van primair foam is laag.

>>

Let op de POP’s!In het foam van de matrassen kunnen zich zogeheten POP’s bevinden,

kort voor persistente organische verontreinigende stoffen. De wette-

lijk ‘zeer zorgwekkende stoffen’ genoemde chemische verbindingen

zitten onder meer in broomhoudende brandvertragers, die in som-

mige matrassen worden toegepast. De milieubeweging maakt zich al

langere tijd grote zorgen om de effecten van POP’s, die onder meer

de kans op kanker zouden verhogen en het zenuwstelsel aan kunnen

tasten. “Bij de recycling van matrassen zijn de POP’s nog zeker een

issue”, zegt coördinator ketenprojecten Henk Hortensius van Rijks-

waterstaat, verantwoordelijk voor de uitvoering van de ketenaanpak

onder het VANG-programma. De toegepaste brandvertragers kunnen

bij recycling, en vervolgens bij bepaalde producttoepassingen, leiden

tot een ongewenste verspreiding van deze stoffen. Hierdoor worden

in de toekomst bepaalde toepassingen van het schuim mogelijk niet

meer toegestaan.

Page 18: Gram maart 2016 def

18 GRAM | maart 2016

in de metropoolregio Amsterdam. Niet alleen deze re-

gio maar ook samenwerkingsverband U10 van tien

gemeenten in de regio Utrecht gaf aan van een aantal

kansrijke grondstromen werk te willen maken, waar-

onder de hoogwaardige recycling van matrassen. Van

een oud matras weer een nieuw matras maken moet het

eindbeeld zijn, vindt Cramer, die als minister van VROM

aan de wieg van het cradle-to-cradlebeleid van de over-

heid stond. “Als we dat echt willen, lukt dat. De ver-

eisten zijn een groot volume – en dat is te organiseren

bij matrassen – en een goede kwaliteit van materialen,

zodat de afzet ervan rendabel wordt. Alleen is dat bij

matrassen nog niet het geval. De afzet komt daardoor

nog niet uit de verf.” Cramer vindt dat producenten-

verantwoordelijkheid onafwendbaar is. “Op die manier

creëren we een betaalbaar systeem, waaruit we tevens

innovaties kunnen voeden. Daar komen dan vanzelf in-

vesteerders voor, omdat er meer zekerheid is. Er moet

een vliegwiel op gang komen. Bij elektronica hebben we

dat ook zo gedaan. Over een aantal jaren, als het sys-

teem voldoende oplevert, kunnen we de producenten-

verantwoordelijkheid wellicht weer afbouwen.”

Circulair

Kortink van MatrasRecyclingEurope en zijn collega

Fioole van Retourmatras juichen producentenverant-

woordelijkheid toe. Het ministerie van IenM is er geen

voorstander van om vanuit de overheid producenten-

verantwoordelijkheid op te leggen, liet Marc Pruijn op

het Circular Economy Lab weten. Volgens de coördina-

tor van het programma VANG (Van Afval naar Grond-

stof) is het weliswaar ‘een mooi middel’, maar als zelf-

standig instrument niet geschikt om de matrasketen

circulair te maken. “De afzet van materialen is daarmee

niet geregeld. Dat is de verantwoordelijkheid van de

volledige keten. Dus moet je alle actoren in de keten

erbij betrekken en niet de regie op één plek leggen, na-

melijk bij de producenten”, licht hij per e-mail toe. “We

moeten er samen over na gaan denken hoe we van de

teruggewonnen bestanddelen uit matrassen fatsoen-

lijke materialen kunnen maken.”

Gemeenten en Rijk werken samen in het VANG-pro-

gramma voor huishoudelijk afval. Matrassen behoren

tot de acht ketens die binnen dit programma als urgent

zijn benoemd. Gemeenten en Rijksoverheid zijn nog in

overleg met partijen wanneer en hoe met deze keten

een start wordt gemaakt. Dat heeft onder meer met

de prioriteitsstelling binnen het VANG-programma te

maken. “Voordat we stappen gaan zetten, is het zaak

dat we daar goed over na hebben gedacht. Het moet

niet zo zijn dat we het straks voor een stukje van de

keten hebben opgelost, maar niet voor de keten in haar

geheel hebben geregeld. Maar de urgentie is er zeker.

Voor de overheid is dit een belangrijke keten.”

Volgens Cramer kan de matrassenbranche prima zelf

producentenverantwoordelijkheid organiseren, zonder

enige bemoeienis van de overheid. “Met een algemeen

verbindend verklaring kan het snel gaan. Als zeventig

procent van de markt meedoet, geldt producentenverant-

woordelijkheid voor de hele branche.” Op de debatavond

bleek volgens Cramer dat de grote producenten IKEA en

BeterBed niet negatief staan tegenover producentenver-

antwoordelijkheid. “Zij hebben meer dan vijftig procent

van de markt in handen. Als dan ook de Nederlandse fa-

brikanten in CBM meedoen, die zo’n 25 procent van de

markt vertegenwoordigen, schiet het al aardig op.”

Tekst: Pieter van den Brand

Jacqueline Cramer: “Van een oud

matras weer een nieuw matras

maken moet het eindbeeld zijn.”

Netwerkinfo

• MatrasRecyclingEurope, Ruud Kortink,

[email protected],

www.matrasrecyclingeurope.com.

• Retourmatras, Nanne Fioole, [email protected],

www.retourmatras.nl (zie de film over het

verwerkingsproces), www.linkedin.com/

nannefioole,

@retourmatras.

• CBM, Herman Jurrius, [email protected], www.cbm.nl,

www.linkedin.com/hermanjurrius.

• Ministerie van Infrastructuur en Milieu, Marc Pruijn,

[email protected], www.vang-hha.nl

(zie ook de ‘notitie Ketenaanpak VANG-HHA’ via

www.rijksoverheid.nl, www.linkedin.com/marcpruijn.

• Rijkswaterstaat Leefomgeving, Henk Hortensius,

[email protected], www.rwsleefomgeving.nl,

www.linkedin.com/henkhortensius.

• Utrecht Sustainability Institute, Jacqueline Cramer,

[email protected], www.usi.nl, www.linkedin.com/

jacquelinecramer, @usi_nl.

Reactie NVRDBinnen de NVRD heeft de matrasketen en het sluiten daarvan ook de

aandacht. Naar aanleiding van vragen van leden is een eerste stap

gezet met het schrijven van dit artikel. Tijdens het Circular Economy

Lab over de matrasketen heeft de NVRD het stokje opgepakt om een

eerste inventariserende bijeenkomst met de verschillende spelers in

de matrasketen te organiseren waarin de (on)mogelijkheden van het

verder sluiten van die keten zullen worden geïnventariseerd. Dit al-

les uiteraard in afstemming met de Ketenaanpak van het Ministerie.

Deze startbijeenkomst vindt begin april plaats.

Page 19: Gram maart 2016 def

GRAM | maart 2016 19

Zes gemeenten en hun regionale afvalbedrijf Avalex stelden samen in ruim anderhalf jaar tijd hun nieuwe afvalbeleid

en communicatiestrategie richting inwoners op. En oogstten verwondering en bewondering. Want hoe organiseer je

zo’n complex bestuurlijk en ambtelijk proces? Vier betrokkenen vertellen.

Samen grip op grondstoffen

GEMEENTEN EN AVALEX STEMMEN AFVALSTRATEGIE AF

‘Grip op grondstoffen’ heet de visie die zes Zuid-Hol-

landse gemeenten en Avalex hebben opgesteld. Delft,

Midden-Delfland, Leidschendam-Voorburg, Pijnacker-

Nootdorp, Rijswijk en Wassenaar zijn samen eigenaar

van dit regionale afvalbedrijf. Eind vorig jaar stemde de

raad van Pijnacker-Nootdorp als laatste gemeente in met

de gemeenschappelijke beleidsvisie. Dit jaar nog wordt

met de uitvoering begonnen voor een periode van vijf

jaar. De komst van het nieuwe beleid en een robuuste

communicatiestrategie voor inwoners nam zo’n ander-

half jaar tijd in beslag, inclusief de goedkeuring door de

zes gemeenteraden. In het Avalex-gebied is een flinke

slag nodig. Het gemiddelde is nu 233 kilo restafval per

burger en 39 procent afvalscheiding. Het landelijke stre-

ven is 100 kilo en 75 procent gescheiden inzameling

in 2020. Acht verschillende inzamel- en verwerkings-

methoden werden op milieurendement, kosten en ser-

vicevriendelijkheid voor de burger doorgerekend, van

optimalisatie van bestaande systemen tot bronschei-

ding, diftar en nascheiding. De keuze viel uiteindelijk op

omgekeerd inzamelen. Er was nog een aanleiding om in

actie te komen. De financiële positie van Avalex stond

onder druk. Door de inzameling in de zes gemeenten

in de basis zoveel mogelijk gelijk te trekken, kan het

gemeenschappelijke afvalbedrijf efficiënter inzamelen,

wat de bedrijfsvoering ten goede komt. De schaalvoor-

delen werden onvoldoende benut. Dat was ook niet mogelijk vanwege

de uiteenlopende contracten en tarieven tussen de gemeenten en Ava-

lex. “We zien dat we uit de problemen aan het komen zijn en de weg naar

een stabiel bedrijf hebben gevonden”, vertelt wethouder Floor Kist van

Leidschendam-Voorburg. “Door samen de gescheiden inzameling naar

een hoger niveau te tillen, kunnen we een stap voorwaarts maken.”

Urgentie

Samen met zijn collega-‘afval’-wethouders vormde Kist een stuurgroep.

Beleidsambtenaren en medewerkers van Avalex vonden elkaar in een

projectgroep. “De urgentie werd gevoeld om samen aan iets moois te

gaan werken”, blikt Kist op het veelomvattende bestuurlijke en ambte-

lijke proces terug, “en er was de bestuurlijke wil om meer op afvalgebied

te doen dan wat we nu doen. Als wethouders hebben we duidelijk aan-

gegeven het van belang te vinden hierin een grote stap te maken. We

hebben boven tafel gekregen welke investeringen nodig zijn en welke

resultaten we ermee boeken. Als bestuurder wil je nu eenmaal zoveel

mogelijk zekerheid om beslissingen op te baseren. We hebben er samen

een vinger achter gekregen hoe we met Avalex in een kort tijdsbestek

substantieel iets met gescheiden inzamelen tot stand kunnen brengen.

Ik denk dat we iets heel knaps hebben gedaan.” Kist ziet omgekeerd

inzamelen als een mooie basis voor eventuele vervolgstappen. “Ook de

stap naar diftar of nascheiding is dan mogelijk. Al hadden we de optie

van nascheiding wellicht nog beter af kunnen pellen. Maar ook de stap-

pen erna zijn nadrukkelijk onderwerp van gesprek geweest. Zo hebben

we een gedegen beeld voor de lange termijn vastgesteld. Er is nog veel >>

Page 20: Gram maart 2016 def

20 GRAM | maart 2016

meer mogelijk.” Ook Piet Burgering, projectleider bij Avalex en ambtelijk

secretaris van de stuurgroep, is een tevreden man. “We hebben de juiste

balans gevonden in het bedrijfsmatig gezond krijgen van de Avalex-or-

ganisatie versus de politieke wensen op gemeentelijk niveau. Het resul-

taat is dat Avalex opnieuw is uitgevonden. Al polderend hebben we veel

voor elkaar gekregen.”

Feedback

De Wassenaarse raad stemde september vorig jaar als een van de eerste

gemeenten in met het nieuwe afvalbeleid. Volgens beleidsadviseur Mar-

cel Havenaar was dat mede te danken aan de komst van een raadswerk-

groep, al in december 2013, die zich speciaal op het nieuwe afvalbeleid

ging richten. “In de raad werd volop kennis opgebouwd. Men was goed

op de hoogte wat er speelt en verdiepte zich in de verschillende inzamel-

methoden die er zijn.” Havenaar vroeg al in een pril stadium zijn collega

Marcel Solleveld om aan te schuiven, gepokt en gemazeld in de uitvoe-

ring van het afvalbeheer. Beiden zijn werkzaam bij Werkorganisatie Dui-

venvoorde, waar Voorschoten en Wassenaar ambtelijk in samenwerken.

“Van begin af aan heb ik feedback op de praktische invulling van het

nieuwe afvalbeleid kunnen geven”, vertelt Solleveld. “Aanvankelijk kost

dat meer tijd, maar die win je later in veelvoud terug”, vult Havenaar aan.

Procesmanager

Waardevol in de ambtelijke werkgroep was de rol van de externe pro-

cesmanager. Havenaar: “Daarmee was er een onafhankelijk iemand, die

iedereen tot de orde kon roepen als emoties de overhand dreigden te

nemen. Er was bijvoorbeeld discussie over welke fracties we apart als

grondstof gaan inzamelen en over de vraag of verenigingen en instellin-

gen nog wel zelf papier en textiel in blijven zamelen of dat alle stromen

naar Avalex gaan. Ook was er discussie over de transitiekosten, die per

gemeente flink kunnen verschillen. Hoe verdisconteer je dat binnen de

verrekening systematiek? Samen met de procesmanager werden pijn-

punten afgevinkt, opgelost of bewust tijdelijk even geparkeerd, indien

het nog niet noodzakelijk was daar een beslissing over te nemen.” Zo

werden drempels geslecht, voordat het besluitvormingsproces in de raad

moest beginnen. “We waren bezig met het maken van uniform afval-

beleid. Dus moeten individuele belangen ondergeschikt zijn”, vervolgt

Havenaar. “Natuurlijk is dat niet altijd eenvoudig. Het liefst wil je de in-

komsten die je op grondstoffen maakt voor de gemeente zelf terugzien.

Ook wil niemand opdraaien voor kosten die in een andere gemeente

worden gemaakt. Om tot een goede verrekening systematiek te komen,

moet je die gedachten opzij zetten.” Het doorrekenen van de verschil-

lende methoden werd door een van buiten aangetrokken onafhankelijke

expert gedaan.

Burgering van Avalex: “Met zoveel partijen aan tafel is er de neiging

om lang te praten. Iedereen wil zijn eigen standpunten

naar voren brengen. Dankzij de inbreng van de externe

procesmanager ontstond er sneller duidelijkheid. Cru-

ciaal voor het proces was dat de vaart erin bleef. We

hebben allemaal steeds de urgentie gevoeld om tot

een nieuwe aanpak van ons afvalbeleid te komen, niet

in de laatste plaats vanwege de landelijke doelen van

75 procent gescheiden inzameling. Daar staan we als

overheid immers voor aan de lat. Voor Avalex was het

dringend noodzakelijk om tot een ander afvalbeleid te

komen. Dat was voor ons een extra reden het proces op

de juiste koers te houden. Natuurlijk gaat zo’n omvang-

rijk proces niet altijd even soepel, maar er was altijd de

intentie er samen uit te komen.”

Consensus werd vooral bereikt, stelt beleidsadviseur

Reiniging Mirjam van den Berg van de gemeente Delft,

omdat de stuurgroep van wethouders door de project-

groep van objectieve informatie werd voorzien. “We pre-

senteerden puur en alleen de feiten, zonder waardeoor-

deel. Hiermee houd je het proces zuiver. Anders is de

kans groot dat het spaak loopt. De eigen opvattingen

kunnen we immers een-op-een bij onze eigen wethou-

der neerleggen. Deze kan daar vervolgens naar eigen in-

zicht gebruik van maken of niet. De uiteindelijke keuze

is immers aan de politiek.”

Communicatie

Gezamenlijkheid geldt niet alleen voor het beleid in-

houdelijk, tegelijkertijd werd vanaf de start ingezet op

een gezamenlijk communicatie- en educatiebeleid voor

Piet Burgering: “Avalex is opnieuw

uitgevonden. Al polderend hebben we

veel voor elkaar gekregen.”

Page 21: Gram maart 2016 def

GRAM | maart 2016 21

Wassenaar onderschrijven Solleveld en Havenaar het belang van goede

communicatie. “De eerste gedachte is toch dat bij omgekeerd inzame-

len de service naar de burger achteruitgaat”, zegt Solleveld. “Er is volop

koudwatervrees, maar dat is begrijpelijk. Nu is het wekelijks grijs en

groen. Met name de afvalbak aan huis voor restafval is een vanzelfspre-

kendheid.” Dat was de reden waarom de Wassenaarse raad nog een slag

om de arm heeft gemaakt. Er komt pas een definitief ‘ja’ als de raad ook

het operationeel plan heeft gezien.

Bewoners

Openheid en inzicht zijn voor dit proces de sleutelwoorden, stelt Burge-

ring van Avalex, dat op haar locatie in Delft voor raadsleden verschillen-

de bijeenkomsten organiseerde. “Al ver voor de besluitvorming hebben

we er in de gemeenten op aangestuurd ook informatiebijeenkomsten

met burgers te houden. Omgekeerd inzamelen roept veel vragen op.”

Zo organiseerde Delft onder meer bewonersavonden in buurthuizen en

in het historische stadhuis op de markt. “Ons doel was uitsluitend te

halen”, vertelt Van den Berg. We wilden weten hoe burgers tegen de ver-

schillende methoden aankijken. Wat werkt het beste en welke hobbels

kunnen we volgens hen verwachten? Deze informatie hebben we naar de

raad teruggekoppeld.” Delft wil bij haar inwoners goede ideeën sprok-

kelen om het afval in de drukke binnenstad beter te scheiden. Het is de

bedoeling de aangereikte ideeën eerst op kleine schaal te testen om ze

vervolgens uit te rollen naar een pilot voor de gehele binnenstad.

Meer gemeenten in ons land staan aan de vooravond van het proces

dat de zes gemeenten en Avalex doorgemaakt hebben. “Geef niet op”,

luidt het advies dat wethouder Kist hen mee wil geven. “Ik wil niet zeg-

gen dat het makkelijk is, maar je kunt beslist wat voor elkaar krijgen.”

Kist is ervan overtuigd dat het realiseren van schaalvoordelen en het

zoveel mogelijk uniformeren van het afvalbeleid en dienstverlening tot

kostenefficiency en een lagere prijs zullen leiden. “We gaan nu het zeer

interessante traject tegemoet om de gescheiden afvalstromen te gelde

te maken. Hoe meer volume je realiseert, des te voordeliger het voor

je wordt. Door gezamenlijk te opereren, maken we onszelf ook minder

kwetsbaar.”

Burgering ziet bij andere samenwerkingsverbanden in het land dezelfde

kansen. “Waarom zou je niet van elkaars kennis en kunde profiteren?

Wat wij gedaan hebben, vind ik een absolute aanrader. Natuurlijk vergt

het liefde en aandacht, maar dat betaalt zich uiteindelijk uit. We willen

andere gemeenten trouwens graag van dienst zijn, als ze van onze erva-

ringen willen leren. De deur staat altijd open.”

Tekst: Pieter van den Brand

inwoners. Met de boodschap ‘Alles draait om jou’ wil-

len de gemeenten in een multimediale campagne hun

inwoners bewust maken van de nieuwe doelstelling en

de nieuwe inzamelmethode. Ook bij dit onderdeel werd

gebruik gemaakt van een externe expert, in dit geval

op het gebied van gedragsverandering en de commu-

nicatieve vertaalslag. “Al veel inwoners begrijpen dat

gescheiden inzamelen belangrijk is”, zegt wethouder

Kist. “Voor een aantal mensen brengt dat echter een ge-

dragsverandering met zich mee. We willen hen zoveel

mogelijk helpen het juiste gedrag te gaan vertonen. We

hebben met alle gemeenten direct onderkend, dat hier

een goede communicatiestrategie achter moet zitten.

We zagen dat er hardnekkig een verkeerd beeld werd

gesuggereerd van oude dametjes die met grijze zakken

over straat naar een ondergrondse container moeten

sjouwen. Terwijl we allemaal weten dat de hoeveelheid

restafval steeds kleiner wordt, als je efficiënter gaat

scheiden. Bij een aantal mensen is dat besef nog niet ge-

land, maar dat is een kwestie van tijd. Ik voorzie dat het

straks prima gaat lopen, maar begrijpelijk is dat dit eerst

ervaren moet worden. Als ik kijk naar het doel van 75

procent afvalscheiding, verwacht ik dat we de komende

jaren erg ver zullen komen.”

Volgens Burgering was het cruciaal vanaf de start de

communicatiestrategie als integraal onderdeel van het

nieuwe afvalbeleid mee te nemen. “De communicatie

doe je niet door achteraf even een foldertje te maken.

Het is een pijler onder het nieuwe afvalbeleid. Omgaan

met afval is niet iets wat je als overheid oplegt, samen

met de burger moet je een oplossing vinden.” Ook in

Netwerkinfo

• Gemeente Leidschendam-Voorburg,

Floor Kist, [email protected],

www.linkedin.com/floorkist, @Gemeente_LV.

• Werkorganisatie Duivenvoorde, Marcel Havenaar,

[email protected],

www.linkedin.com/marcelhavenaar; Marcel Solleveld,

[email protected],

www.linkedin.com/marcelsolleveld.

• Gemeente Delft, Mirjam van den Berg,

[email protected], www.linkedin.com/

mirjamvandenberg, @gemeentedelft.

• Avalex, Piet Burgering, [email protected],

www.avalex.nl,

www.linkedin.com/pietburgering,

@PietBurgering, @Avalex_nieuws.

Marcel Havenaar: “Bij het maken van

uniform afvalbeleid moeten individuele

belangen ondergeschikt zijn.”

Page 22: Gram maart 2016 def

22 GRAM | maart 2016

De afgelopen vijf jaar is online dienstverlening sterk veranderd. Waar het vroeger vooral om het

zenden van informatie ging, is het nu met name erop gericht de klant zoveel mogelijk online te laten

regelen. 77 Procent van de burgers regelt zijn zaken het liefst digitaal en daar spelen organisaties

goed op in. De Commissie ICT van de NVRD heeft recentelijk twee themasessies gewijd aan het concept

online dienstverlening. In deze publicatie worden de resultaten hiervan samengevat.

Online dienstverlening – app & web

NIEUWS VANUIT DE COMMISSIE ICT

Meer dan alleen de afvalkalender

Dennis de Jong (ROVA): “Nog niet eens zo lang gele-

den hadden we alleen een website waarop we infor-

matie presenteerden. Als de burger iets wilde regelen

dan moest hij ons bellen. Tegenwoordig zijn de tech-

nische mogelijkheden legio, en wordt de invulling van

online dienstverlening alleen beperkt door visie, geld

en tijd.”

Inmiddels heeft zo ongeveer elke inzamelaar wel een

online afvalkalender, zowel via een app als via de web-

site. Maar de online dienstverlening gaat vaak nog

veel verder dan dat: van het online kunnen aanmel-

den voor een grofvuil ophaalafspraak tot het inzicht

geven in het afvalgedrag van een burger. Bij commer-

ciële dienstverleners zien we bijvoorbeeld online op-

lossingen om een lediging te kunnen plannen of om

de facturen in te kunnen zien. In bijgevoegd plaatje

ziet u enkele veelvoorkomende online diensten terug.

De Jong: ”ROVA heeft zich tot doel gesteld de komen-

de tijd haar portefeuille aan online diensten te vergro-

ten. We gaan bijvoorbeeld een betaaldienst introdu-

ceren zodat veel betaalde transacties nu ook online

gezet kunnen worden. Maar we gaan ook bekijken of

we de interactie met onze gemeenten meer kunnen

digitaliseren. App en web zijn onze platformen daar-

voor, zodat een zo groot mogelijke doelgroep ons kan

bereiken en wij hun.”

Jan Beijert (Omrin): “Wij zetten sterk in op app-ont-

wikkeling voor Android en iOS toestellen. We kunnen

via die kanalen gemakkelijk segmenteren door ver-

schillende apps aan te bieden voor de verschillende

doelgroepen (burger, gemeente, zakelijk). Een app

biedt ook meer functionaliteit dan een webpagina, zo

kunnen er bijvoorbeeld notificaties en push-berichten

afgegeven worden.”

De keuze voor een web of app oplossing is geen ge-

makkelijke. Tegenwoordig kunnen websites namelijk

ook helemaal schaalbaar (responsive) gemaakt wor-

den waardoor ze op elk device goed toonbaar zijn.

Johnny Gowrising (Avalex): “Wij kiezen voor schaal-

bare weboplossingen waardoor apps overbodig wor-

den. Dat scheelt ontwikkeltijd en -kosten, en is ook in

beheer gemakkelijker.”

Voorkom informatie-overload

Een klant die op je website een

taak wil uitvoeren, is niet geïnte-

resseerd in de visie en de strategie

van je bedrijf. Ook in informatie

over andere producten is hij op

dat moment niet geïnteresseerd.

Hij wil graag zo snel en zo intuïtief

mogelijk zijn taak uitvoeren. Het is

daarom belangrijk om het het infor-

matieaanbod en het aantal clicks te

beperken en alleen te bieden wat

je klant nodig heeft.  Gowrising :

“Recent heeft Avalex een nieuwe

website geïntroduceerd en die is

helemaal opgebouwd rondom het

principe ‘top-taken’ en ‘informatie

Page 23: Gram maart 2016 def

GRAM | maart 2016 23

Online dienstverlening – app & web

NIEUWS VANUIT DE COMMISSIE ICT

op maat’. Je vindt daar gemakkelijk het antwoord op

je vraag.”

Intranet

Digitalisering speelt natuurlijk ook een rol n de in-

terne communicatie. Igor van de Laar (Meerlanden):

“Intranets worden steeds meer sociaal en interactief.

Bijvoorbeeld sociale platformen die collega’s bij elkaar

brengen. En alle bedrijfsdocumenten willen we tegen-

woordig allemaal centraal beschikbaar hebben, op elk

device en op elk moment. Platformen als bijvoorbeeld

Sharepoint zijn heel geschikt voor dergelijke ontwik-

kelingen.”

Persoonlijke aandacht

Om je klanten centraal te zetten, moet je ze echt ken-

nen. Dan kan de stap gezet worden naar gepersona-

liseerde content. Dennis de Jong: “We hebben onze

mond vol over de circulaire economie. We willen de

burger prikkelen nog beter te scheiden. Hoe mooi zou

het zijn dat we de burger via app en web, tips en trucs

tonen die helemaal gebaseerd zijn op zijn of haar ge-

zinssamenstelling en afvalgedrag. Stel een gezin uit de

binnenstad met vier personen biedt ten opzichte van

een gezin met een vergelijkbare woonsituatie en sa-

menstelling, een veel lager percentage gft-afval aan.

Dan zou het mooi zijn dat we dit gezin bij het scheiden

van gft-afval hulp kunnen bieden via bijvoorbeeld vi-

deo’s. Dat klinkt voor de meesten onder ons misschien

nog wat te ver weg, maar veel data hiervoor hebben we

al in huis. Wat we nog niet weten, zouden we kunnen

gaan verzamelen.” Met gepersonaliseerde content kun

je gericht communiceren en alleen datgene aanbieden

dat past bij de klant, zijn leefsituatie

en voorkeuren. Je klant is bijzonder,

dus geef hem dat gevoel ook online.

Twitter en Facebook

De Jong: “Naast app en web oplos-

singen hebben we ook allemaal te

maken met veranderingen in de wijze

waarop klanten contact zoeken. Naast

telefoon, app en web zijn momenteel

vooral Twitter en Facebook in trek.

En een middel als Whatsapp natuur-

lijk. Wat heel belangrijk is en blijft is

de authenticiteit en echtheid van het

contact. Elk contact vraagt om se-

rieuze opvolging en het volstaat niet om klanten die

klagen via website of social media te melden dat het

‘vervelend is om te horen dat u niet tevreden bent’. Je

klant wil dat het probleem opgelost wordt. Toon in de

communicatie naar je klant daarom actie en oprechte

empathie.”

‘Any time, any place, any device’

De verwachtingen die klanten hebben bij online dienst-

verlening worden steeds hoger. Op ieder moment van

de dag, ongeacht de locatie of device, willen zij online

in contact komen of transacties uitvoeren. Daarmee is

dit een randvoorwaarde voor klantwaardering gewor-

den. Van de Laar: “De branche staat in zijn algemeen-

heid nog maar aan het begin van online dienstverle-

ning, al is de ene partij wel verder dan de andere. Er

zullen steeds meer functies online aangeboden gaan

worden. We kunnen niet meer alleen kijken naar de

business case, klanten verwachten dat ze online zaken

kunnen doen en we zullen deze verwachtingen moeten

gaan waarmaken.”

Over de Commissie ICT

De leden van de commissie zijn IT- en informatie-

managers afkomstig van publieke inzamelingsor-

ganisaties. De agenda van deze commissie wordt

gevoed door thema’s die zijn gebaseerd op actuele

ontwikkelingen in de branche en ICT vraagstuk-

ken van andere commissies. De commissie wil re-

gelmatig van zich laten horen o.a. via publicaties

in GRAM. Contactpersoon NVRD: Rik Hardenberg

(088-3770020, [email protected]).

Page 24: Gram maart 2016 def

nieuws

Sponsoring

Dienstverleners en leveranciers nemen

een bijzondere in plek binnen de ach-

terban van de NVRD. Deze groep leden

bezit specifieke kennis, waardoor ze

een waardevolle bijdrage leveren aan

de kennisontwikkeling van bijvoorbeeld

gemeenten en inzamelaars. Een belang-

rijke manier om deze kennis te delen is

via sponsoring. Jaarlijks is de NVRD in

gesprek met potentiele sponsors voor

stands en advertenties. Vanaf dit jaar

wordt het proces meer gestroomlijnd.

De NVRD vindt het belangrijk om trouwe

sponsoren een incentive te geven om

sponsor te blijven en wil meer meeden-

ken over hoe de boodschap en kennis

van het best kan worden overgebracht.

Een zogenaamde sponsorstaffel moet

hierin voorzien. Met deze staffel kunnen

loyale sponsoren korting en andere voor-

delen krijgen. De staffel treedt alleen in

werking wanneer er aan het begin van

het jaar afspraken worden gemaakt. Bent

u benieuwd naar de sponsorstaffel of

wilt u meedenken over hoe de NVRD haar

sponsoren beter kan bedienen? Neem

dan contact op met [email protected]

Jaarlijkse P&O/KAM-dag

op 13 oktober

De vorige editie van de P&O/KAM-dag

stond in het teken van veilig werken en

toekomstige ontwikkelingen. Waar gaat

het heen met de P90-norm? En welke

vaardigheden moeten afvalinzamelaars

in de toekomst beheersen? Welke juridi-

sche ontwikkelingen zijn er? Over deze

vragen gingen de vijftig deelnemers met

elkaar in gesprek. Verder was er aandacht

voor omgaan met agressie en werken

met laaggeletterden. De datum voor de

volgende jaarlijkse kennisbijeenkomst

op het gebied van veiligheid, arbo, per-

soneel en opleidingen is vastgesteld op

13 oktober. Heeft u een idee voor een

onderwerp dat u wil bespreken? Melden

kan bij Peter Kerris via [email protected].

Loonkostencheck

Heeft u sinds mei 2015 nieuwe medewer-

kers in dienst genomen of bent u dat het

komende jaar nog van plan? Dan komt

uw dienst in aanmerking voor subsidie.

Het voordeel loopt op tot 20% van de

loonkosten. Voor meer informatie kunt u

contact opnemen met Peter Kerris, pro-

jectleider van het Sectorplan AMBOR, via

[email protected]. Wij kijken het dan voor

u na.

Nieuwe Aanbestedingswet

Tijdens de themadag Regie, Organisa-

tie en Bedrijfsvoering gaf mr. Katrijn

Kliphuis, jurist bij de gemeente Amster-

dam, een lezing over de nieuwe Aan-

bestedingswet. Ze besprak een aantal

interessante nieuwe en verruimde mo-

gelijkheden die de wet biedt, namelijk

maatregelen voor innovatie en duur-

zaamheid en maatregelen in het kader

van flexibilisering. Drie procedures pas-

seerden de revue.

1 De concurrentiegerichte dialoog

De mogelijkheid van de concurrentie-

gerichte dialoog is in de nieuwe Aan-

bestedingswet uitgebreid en verbeterd.

Aanbestedende diensten kunnen van

de concurrentiegerichte dialoog gebruik

maken wanneer in de markt geen ge-

makkelijk toepasbare oplossing voor

handen is. Als voldaan is aan een aantal

voorwaarden, zoals dat het moet gaan

om een ontwerp of innovatieve oplos-

sing en om een geval waarin de techni-

sche specificaties niet nauwkeurig ge-

noeg kunnen worden vastgesteld, kan de

aanbestedende dienst voorafgaand aan

inschrijvingen een dialoog voeren met

potentiële inschrijvers. Doel van deze

dialoog is te bepalen welke middelen het

meest geschikt zijn om aan de behoefte

van de aanbestedende dienst te voldoen.

2 De mededingingsprocedure met

onderhandeling

Om over te mogen gaan tot de mede-

dingingsprocedure met onderhande-

lingen gelden dezelfde criteria als voor

de concurrentiegerichte dialoog. Deze

mededingingsprocedure met onderhan-

delingen wordt in de regel gebruikt als

er al een oplossingsrichting bekend is.

Doel van de procedure is onderhandelin-

gen tussen de aanbestedende dienst en

inschrijvers over hun eerste en daarop

volgende inschrijvingen op inhoud te

verbeteren. Het grote verschil met de

concurrentiegerichte dialoog is dat er

in het geval van de mededingingsproce-

dure met onderhandeling pas wordt on-

derhandeld nadat er een inschrijving ligt,

terwijl de concurrentiegerichte dialoog

een dialoog betreft voorafgaand aan een

inschrijving.

3 Innovatief partnerschap

In het geval er een behoefte is waar

24 GRAM | maart 2016

Page 25: Gram maart 2016 def

column

Emotie

Het is nog maar een jaar geleden dat ik het Gemeentelijk Afvalcongres heb geopend met de speech ‘afval is emotie’. Bij mijn afscheid als wethouder in Apeldoorn werd nog even fijntjes bij deze opmerkelijke titel stilgestaan, dat kon ik toch niet menen? Maar ik meen het nog altijd en misschien nog wel sterker dan toen. Mede dankzij de ambities in het publiek kader huishoudelijk afval en het programma VANG zie je veel beweging in het afvalbeleid. En dat gaat vrijwel nooit zonder slag of stoot. Neem nu het verbod op plastic tasjes. In de Kamer een hot issue, terwijl er tijdens het debat over circulaire economie toch belangrijkere punten waren, denk ik. Een dossier waar de emoties al jaren hoogtij vieren is het Verpakkingendossier. De producenten zijn verantwoordelijk voor ‘hun’ verpakkingsmateriaal. Gemeenten hebben een zorgplicht voor huishoudelijk afval. Omdat wij al zo’n goede infrastructuur hadden staan, voeren wij een dienst uit voor producenten bij het behalen van hun doelstellingen. Hiervoor krijgen wij een vergoeding, omdat het systeem zichzelf nog niet kan bedruipen. Op deze manier probeer ik het altijd uit te leggen op verjaardagen en dat lukt redelijk.Toch zijn de discussies die we met de stakeholders hierover voeren vrijwel nooit vrij van emotie en worden ze gevoerd over de kleinste details zoals de vraag of het plastic badeendje (al dan niet eerder gevuld met zeep) wel of niet meetelt als verpakking. In de overleggen over het Uitvoerings- en Monitorings Protocol gaat het over deze en tal van andere voorwaarden voor de inzameling en daarmee over de basis voor de vergoeding die gemeenten ontvangen. Een overleg waar wij als vereniging veel tijd in steken omdat het van groot belang is voor de toekomst van de inzameling van deze belangrijke grondstoffen. Het grote wantrouwen is aan het verdwijnen, maar ik hoop oprecht dat er uiteindelijk een situatie ontstaat waarbij we in vertrouwen samen met het bedrijfsleven werken aan een gezamenlijke opdracht; het realiseren van een circulaire economie. Dit vraagt iets van beide kanten, maar ik ben ervan overtuigd dat minder emotie en meer ratio in de discussies ons beiden verder helpt.

NVRD agenda

17 maart Regiobijeenkomst Noord-Nederland

31 maart Gemeentelijk Afvalcongres 2016

1 april Commissie O&P

5 april Redactiecommissie GRAM

6 t/m 8 april Studiereis Wenen

11 april Startbijeenkomst Benchmark Huishoudelijk Afval

bestaande oplossingen niet in kunnen

voorzien, kan een innovatiepartner-

schap worden aangegaan. Wanneer een

aanbestedende dienst in een voortraject

van een aanbesteding in nauwe samen-

werking met een andere onderneming

een innovatief product/werk of een in-

novatieve dienst ontwikkelt, kan de aan-

bestedende dienst dit prototype direct

inkopen zonder dat een nieuwe aanbe-

stedingsprocedure hoeft te worden ge-

volgd.

Bovenstaande procedures bieden mooie

kansen in de afvalbranche waar hard

gewerkt wordt om te komen tot een cir-

culaire economie. Soms weet je als aan-

bestedende dienst niet precies hoe de

innovatie die je wilt inkopen eruit moet

zien. Mevrouw Kliphuis wees in haar pre-

sentatie op een prachtige uitspraak van

Henry Ford: “If I had asked people what

they wanted, they would have said: fas-

ter horses…”. Overleg met inschrijvers

kan in het geval er gezocht wordt naar

een innovatie, leiden tot mooie resulta-

ten. Soms moeten we namelijk samen

‘outside the box’ denken.

Wet Aanpak Schijnconstructies

Menno van Schaick, advocaat bij Dirk-

zwager advocaten & notarissen, gaf tij-

dens de themadag Regie, Organisatie en

Bedrijfsvoering een presentatie over de

Wet Aanpak Schijnconstructies (WAS).

Deze wet moet een einde maken aan de

situatie waarin werknemers uit het bui-

tenland, in Nederland werken tegen de

in het buitenland geldende arbeidsvoor-

waarden, om betaling van het Neder-

lands minimumloon te voorkomen. In de

praktijk heeft de wet echter een veel bre-

dere werking. Zij geldt niet alleen voor

schijnconstructies van werkgevers met

buitenlandse werknemers, maar voor

alle werkgevers. Alle werkgevers in een

keten van opdrachtgevers en opdracht-

nemers zijn verantwoordelijk voor beta-

ling van de werknemer die de uiteindelij-

ke opdracht uitvoert. Een opdrachtgever

kan aansprakelijkheid voor betaling van

het loon voorkomen door niet-verwijt-

baar te zijn. Dat kan de opdrachtgever

doen door zowel vooraf als nadat hij

wordt aangesproken door de werkne-

mer, maatregelen te treffen. Bij maatregel

vooraf kan gedacht worden aan het en-

kel werken met aannemers of opdracht-

nemers met een certificaat of keurmerk

waaruit blijkt dat gewaarborgd wordt dat

personeel het overeengekomen loon ont-

vangt en procedures in geval van onder-

betaling worden nageleefd. Ook kan de

opdrachtgever contractuele waarborgen

inbouwen waarmee hij aannemers en op-

drachtnemers waarmee hij samenwerkt

verplicht tot naleving van de arbeids-

voorwaarden. Zo heeft de Rijksoverheid

naar aanleiding van de WAS haar alge-

mene voorwaarden aangepast. Bij maat-

regelen achteraf kan gedacht worden

aan de opdrachtgever die zich, nadat hij

door de werknemer is aangesproken tot

betaling van loon, zichtbaar inspant om

ervoor te zorgen dat de werknemer het

loon alsnog ontvangt. Aangezien de WAS

geldt voor alle werkgevers, lijkt het ver-

standig de procedures van het verstrek-

ken van opdrachten eens nauwkeurig

onder de loep te nemen. Door een aantal

simpele handelingen als het aanpassen

van contracten of algemene voorwaar-

den kan het risico op te draaien voor be-

taling van het loon van de werknemer al

flink worden verkleind.

Page 26: Gram maart 2016 def

26 GRAM | maart 2016

Benchmarks weer van start! Schrijf u nu in!

Benchmark Huishoudelijk Afval

Benchmarks weer van start!

In de Benchmark Huishoudelijk Afval vergelijken

gemeenten en publieke organisaties hun aanpak

en prestaties op het gebied van afvalbeheer. Naast

inzamelresultaten, milieuprestaties en kosten

worden ook verschillen in gemeentelijke aanpak en

inzamelsystematiek inzichtelijk gemaakt. Dit helpt

organisaties bij het zoeken naar mogelijke verbe-

teropties. Tijdens de bijeenkomsten wordt actief

kennis gedeeld met behulp van benchmarkresulta-

ten en actuele best practices besproken.

Benchmarking is een krachtig instrument dat orga-

nisaties aanknopingspunten biedt voor een meer

effectief en efficiënt beheer. NVRD ziet het dan ook

als een van haar kerntaken, waarmee zij gemeen-

ten en publieke organisaties ondersteunt bij hun

streven naar beter beheer. Het is voor organisaties

goed om te weten waar ze staan en onderlinge ver-

gelijking stimuleert en versnelt de uitwisseling van

best practices en innovaties.

De Benchmark Huishoudelijk Afval richt zich op

alle facetten van het gemeentelijk afvalbeheer en

in het bijzonder gericht op de inzameling en afval-

scheiding.

NVRD faciliteert de benchmarks Huishoudelijk

Afval, Schoon en Gladheidbeheer. Meer informatie

vindt u hiernaast of op:

> Huishoudelijk Afval: bmha.nl

> Schoon: benchmarkschoon.nl

> Benchmark Gladheidbeheer: nvrd.nl

Meer informatie/deelname

> NVRD, Ismael Morales (088 3770024 /

[email protected])

Analyse Peiljaar 2014

Jaarlijkse analyse met alge-

mene resultaten op het gebied

van restafval, afvalscheiding

en inzamelkosten.

> www.bmha.nl/publicaties

Ook vindt u hier een korte

flyer met een kleine greep

uit de resultaten.

Meer informatie/deelname

> bmha.nl

> Folkert Starreveld (06-54755102 / [email protected])

> Ismael Morales (088 3770024 / [email protected])

De Benchmark Huishoudelijk Afval is een initiatief van NVRD en RWS en wordt mede vormgegeven en uitgevoerd door Cyclus Management.

Page 27: Gram maart 2016 def

GRAM | maart 2016 27

Benchmarks weer van start! Schrijf u nu in!

Benchmark Schoon

Benchmark Gladheidbeheer

Schoon is een complex thema. Tal van sociale,

financiële en technische aspecten spelen een rol

bij het formuleren van een gemeentelijke aanpak.

De Benchmark Schoon maakt de belangrijkste

stuurknoppen van Schoon inzichtelijk en geeft zo

aanknopingspunten voor verbetering. Vergelijking

prikkelt gemeenten om te leren van elkaars aan-

pak en innovaties. Tijdens bijeenkomsten worden

actief benchmarkresultaten besproken en best

practices uitgewisseld.

De Benchmark Gladheidbeheer biedt locale glad-

heidcoördinatoren een netwerk waarin zij nieuwe

aanknopingspunten krijgen voor meer grip op

gladheid. Vergelijking prikkelt gemeenten om te

leren van elkaars aanpak en innovaties. Tijdens

bijeenkomsten worden actief benchmarkresul-

taten besproken en best practices uitgewisseld.

De Benchmark Schoon omvat de beheerthema’s

reiniging en onkruid op verharding, zowel wat

betreft uitvoering en beleid, als kosten. Enkele

thema’s zijn: zwerfafval, onkruid op verharding,

kosten, beheerambities, beeldkwaliteit, burger-

tevredenheid, participatie en afvalbakken

De Benchmark Gladheidbeheer omvat zowel be-

leid, uitvoering als kosten. Enkele thema’s zijn

beleid en service, kwaliteit en prestatie, kosten,

aanpak en methoden, communicatie en participa-

tie, Meetsystemen en ICT

Analyse Peiljaar 2014

Flyer: kleine greep uit de resul-

taten van 2014 vindt u hier:

> benchmarkschoon.nl /

publicaties

Analyse Peiljaar 2014

Flyer: kleine greep uit de

resultaten van 2014 vind u hier:

> www.nvrd.nl

Meer informatie/deelname

> benchmarkschoon.nl

> Ismael Morales (088 3770024 / [email protected])

Meer informatie/deelname

> Frank Donkers (088 3770000 /[email protected])

De Benchmark Schoon is een initiatief van NVRD en Rijkswaterstaat Leefomgeving.

De Benchmark Gladheidbeheer is een initiatief van NVRD.

benchmark benchmark

Page 28: Gram maart 2016 def

28 GRAM | maart 2016

Het Verenigingsbureau van de Bran-

chevereniging Organische Reststoffen

(BVOR) heeft een nieuw onderkomen:

het nieuwe gebouw PlusUltra midden op

de campus van Wageningen Universiteit.

Het gebouw geeft ruimte aan kennisin-

tensieve bedrijven en instellingen, in het

bijzonder rond de thema’s food en bio-

based. “Door deze verhuizing kruipt de

BVOR letterlijk en figuurlijk nog dichter

aan tegen de Wageningse onderzoeksin-

stituten”, aldus Arjen Brinkman, directeur

BVOR. “De samenwerking met deze insti-

tuten rond thema’s als organische stof in

bodems en biobased innovaties wordt

voor onze branche steeds belangrijker.

Bovendien past de duurzaamheid van het

nieuwe gebouw heel goed bij datgene

waar de BVOR voor staat.”

BVOR verhuist naar Wageningen campus

Avri kiest voor Van Scherpenzeel als ketenregisseur voor kunststof verpakkingsafvalSinds 1 maart 2016 voert de Van Scherpenzeel Groep de re-

gie over de recycling van het huishoudelijk kunststof verpak-

kingsmateriaal en de drankenkartons voor alle Avri-gemeen-

ten. Op 2 februari hebben Avri-directeur Erik de Vries en

Roger Beuting, algemeen directeur van de Van Scherpenzeel

Groep hun handtekening onder een samenwerkingsover-

eenkomst gezet. Avri en Van Scherpenzeel sluiten hiermee

een zogenaamd full service recyclingcontract af, waarbij Van

Scherpenzeel in 2016 en 2017 op- en overslag, sortering en

recycling van het kunststofverpakkingsafval en de dranken-

kartons voor haar rekening neemt. Verwacht wordt dat Avri

in 2016 ongeveer 4600 ton aan kunststofverpakkingsafval

en drankenkartons inzamelt bij haar inwoners in Rivieren-

land.

N I E U W S U I T D E B R A N C H E

Page 29: Gram maart 2016 def

GRAM | maart 2016 29

N I E U W S U I T D E B R A N C H E

Coop Boekelo heeft als eerste in Neder-

land een extra inlevermogelijkheid toe-

gevoegd aan haar statiegeldautomaat. In

de supermarkt is het nu ook mogelijk om

blikjes en PET-flesjes zonder statiegeld

in te leveren in dezelfde automaat. Door

deze nieuwe optie wil Coop haar klanten

motiveren om meer afval te recyclen. Su-

permarktondernemer Jaap ter Wengel: “Ik

stoor me de laatste tijd steeds vaker aan

het zwerfvuil in en om Boekelo. Nu we

moesten investeren in een nieuwe sta-

tiegeldautomaat was mijn wens om ook

de kleine PET-flesjes en drankblikjes in te

nemen. We praten vaak over maatschap-

pelijk verantwoord ondernemen, maar

als Coop Supermarkt Boekelo wilde ik er

ook echt iets aan doen”. Klanten ontvan-

gen voor elk ingeleverd item een korting

van € 0,01 op de boodschappen.

COOP geeft korting op boodschappen bij inleveren blikjes en PET

Modulaire afvalbakken van Engels LogistiekEngels Logistiek BV introduceert de

Ecomodules: stapelbare en koppel-

bare afvalbakken voor emmers en/

of afvalzakken. Iedere denkbare

combinatie is samen te stellen, va-

riërend van wit en bont papier op

kantoor, vertrouwelijk papier in een

behandelkamer tot glas in een keu-

ken. Dit maakt dat de Ecomodules

het scheiden van afval eenvoudiger

maakt en bovendien makkelijker

aan te passen aan de diverse af-

valsoorten. De module bestaan uit

verschillende bouwstenen, waar-

van de ombak met 18 liter inhoud

en de ombak met 40 liter de twee

basiselementen vormen.

VANG-kennisbibliotheekOp de kennisbibliotheek van VANG (www.vang-hha.nl/

kennisbibliotheek) zijn de volgende nieuwe documenten te

vinden:

• Onderzoeksdesign Verbetering afvalscheiding in hoogbouw

• Analyse benchmark huishoudelijk afval 2015 (peiljaar 2014)

• Assessment of separate collection schemes in the 28 capitals of

the EU: overzicht en resultaten van verschillende wijzen van im-

plementatie van afvalscheiding in de hoofdsteden van de EU (in

het Engels)

• Praktijkvoorbeeld: uitwerking van de gemeente Breda om de

VANG-doelstellingen te bereiken

• Afval scheiden aan de bron: Lessen voor de succesvolle intro-

ductie van een innovatief inzamelsysteem (Masterthesis student

milieuwetenschappen Radboud Universiteit)

Fusie Terberg en Ros Roca

Terberg Environmental, een dochteronderneming van de

Terberg Group gaat fuseren met Ros Roca Environment,

gevestigd in Spanje. De nieuwe onderneming krijgt de

naam Terberg RosRoca Group Limited. Het nieuwe be-

drijf wordt gevestigd in Warwick, Verenigd Koninkrijk.

Alle bedrijven die momenteel deel uitmaken van zowel

Terberg Environmental als van Ros Roca Environment

worden, direct of indirect, dochterondernemingen van

de nieuwe onderneming. Alle bedrijven behouden hun

bestaande handelsnaam. Met deze fusie krijgt Terberg

Group nu de beschikking over een compleet producten-

gamma voor de afval- en recyclingmarkt, inclusief het

voertuigchassis van Dennis Eagle en de afvalopbouw

met een zij- of achter- beladingssysteem.

Page 30: Gram maart 2016 def

30 GRAM | maart 2016

Agenda31 maart

Gemeentelijk Afvalcongres, DeFabrique Utrecht

Dit congres informeert over nieuwe ontwikkelingen en taken op het

gebied van gemeentelijk afvalbeheer, milieu, regie en materiaalketens.

Inl. www.vngcongressen.nl

6 t/m 8 april

NVRD studiereis naar Wenen

21 april

Nationaal Gladheidbestrijdingscongres 2016, SilverDome Zoetermeer

25 mei

ALV NVRD, Avifauna Alphen aan den Rijn

26 mei

NVRD Jaarcongres 2016 ‘100% circulair’, Avifauna Alphen aan den Rijn.

Inl. www.nvrd.nl

2 juni

Jaarcongres Afval & Recycling Industrie 2016, Schiedam

ColofonUitgeverNVRD, WTC ArnhemNieuwe Stationsstraat 106811 KS ARNHEMTelefoon 088 - 3770000E-mail [email protected] www.nvrd.nl

RedactiecommissieMarc Veenhuizen, gemeente Apeldoorn (hoofdredacteur) Riny de Jonge, stadsdeel Amsterdam-OostWilly Brinkbäumer, Twente MilieuAddie Weenk, RijkswaterstaatDiederik Notenboom, MeerlandenFabienne Mantes, AvalexRaymond van der Sluijs, gemeente NissewaardDico Kuiper, gemeente Alphen aan den RijnMarianne Zegwaard, MWH GlobalIlse van der Grift, NVRD

EindredactieKarin Hegeman en Berit Aagten Postbus 1218, 6801 BE Arnhemtel. 088 - 3770000e-mail: [email protected]

Advertentie-exploitatieBureau Van VlietPostbus 20, 2040 AA Zandvoorttel. 023 - 5714745e-mail: [email protected]

Opmaak en drukWeevers, www.weevers.nl

Gemeentereiniging en Afvalmanagementis het officiële vakblad van de

AbonnementenadministratieNVRD, Postbus 1218, 6801 BE ArnhemJaarabonnement ad €105,- ex btw. België €122,50 (Europa en buiten Europa op aanvraag). Los: €11,50.

Beëindiging abonnementAbonnementen moeten schriftelijk bij de NVRD en uiterlijk op 15 november worden opgezegd. Bij niet tijdige opzegging wordt het abonnement automatisch verlengd.

ISSN 1569-0458

© NVRD

GRAM wordt gedrukt op papier met het FSC®-keurmerk en verschijnt 10x per jaar.

Hoewel door de uitgever de uiterste zorgvuldigheid is betracht, wordt voor de inhoud geen aansprakelijkheid aanvaard.

Page 31: Gram maart 2016 def

Stichting HEDRA is de Nederlandse brancheorganisatie van drankenkartonproducenten, Elopak, Tetra Pak en SIG Combibloc. Wij werken voortdurend aan de verduurzaming van onze verpakking. Daarom streven we naar een landelijke, efficiënte inzameling en recycling van drankenkartons in Nederland.

Drankenkartons in een circulaire economie

(advertorial)

Ruim 80% van alle gemeenten zamelt drankenkartons gescheiden in. Inwoners die hieraan meedoen zorgen ervoor dat waardevolle grondstoffen worden hergebruikt en leveren op deze manier een bijdrage aan een circulaire economie. Stichting HEDRA helpt gemeenten graag bij het informeren van inwoners over het hoe en waarom van inzameling van drankenkartons. Op hedra.nl/gemeenten/campagne vindt u gratis materiaal dat u kunt aanpassen en gebruiken voor de voorlichting aan uw inwoners.

Deze animatiefilm laat op een leuke manier zien wat er met je drankenkarton gebeurt na het apart inzamelen.

Bekijk de video op pakindezak.nl.

Hoe krijgt een drankenkarton een tweede leven?

Deze en meer vindt u op hedra.nl/faq. Heeft u suggesties voor andere communicatiematerialen? Neem contact met ons op via [email protected].

Antwoorden op veelgestelde vragen > Welke gemeenten zamelen drankenkartons in? > Zijn drankenkartons niet moeilijk te recyclen omdat ze een speciale beschermlaag hebben?

> Hoe moet ik een drankenkarton weggooien? > Wat gebeurt er met drankenkartons die bij het plastic en/of metaal ingezameld worden?

Het staat u vrij de onderdelen van deze poster, zoals de pay-off, foto en logo aan te passen naar de lokale situatie voor uw gemeente.

Pak in de zak-poster

Kijk voor meer informatie op

www.hedra.nl

De vouwwijze van verschillende soorten drankenkartons illustreren hoe de pakken juist zijn aan te leveren: maak drankenkartons leeg, vouw ze plat en doe de dop er weer op.

Pak leeg, wat dan?

gram-hedra 160224.indd 1 25-02-16 11:55

Page 32: Gram maart 2016 def

Vernieuwde opzet

21 april 2016SilverDome Zoetermeer

GRIP OPGLADHEID

Wordt georganiseerd door:

Nationaal Gladheidbestrijdingscongres 2016

Op 21 april 2016 organiseert de NVRD voor de 11e keer het Nationaal Gladheidbestrijdingscongres.

Dit tweejaarlijks congres is dé ontmoetingsplaats voor alle professionals betrokken bij het gladheidbeheer in Nederland. Het congres kent dit jaar een geheel vernieuwde opzet. Naast inspirerende presentaties over de laatste ontwikkelingen in gladheidbeheer is er veel aandacht voor innovaties in techniek en materieel, is er gelegenheid verdiepende deelsessies over specifi eke thema’s bij te wonen en zal er volop gelegenheid zijn voor de deelnemers om te netwerken en elkaar te ontmoeten.

Het Nationaal Gladheidbestrijdingscongres vindt plaats in het SilverDome in Zoetermeer. Deze locatie biedt een inspirerende omgeving en voldoende mogelijkheden om naast het inhoudelijke programma ook kennis te maken met de laatste nieuwe technieken, voertuigen, middelen en materialen op het gebied van gladheidbeheer.

Voor meer informatie en aanmelden: www.gladheidcongres.nl

6417 NVRD A5 flyer Gladheidsbestrijding DEF.indd 1 09-02-16 10:08

Vernieuwde opzet

21 april 2016SilverDome Zoetermeer

GRIP OPGLADHEID

Wordt georganiseerd door:

Nationaal Gladheidbestrijdingscongres 2016

Op 21 april 2016 organiseert de NVRD voor de 11e keer het Nationaal Gladheidbestrijdingscongres.

Dit tweejaarlijks congres is dé ontmoetingsplaats voor alle professionals betrokken bij het gladheidbeheer in Nederland. Het congres kent dit jaar een geheel vernieuwde opzet. Naast inspirerende presentaties over de laatste ontwikkelingen in gladheidbeheer is er veel aandacht voor innovaties in techniek en materieel, is er gelegenheid verdiepende deelsessies over specifi eke thema’s bij te wonen en zal er volop gelegenheid zijn voor de deelnemers om te netwerken en elkaar te ontmoeten.

Het Nationaal Gladheidbestrijdingscongres vindt plaats in het SilverDome in Zoetermeer. Deze locatie biedt een inspirerende omgeving en voldoende mogelijkheden om naast het inhoudelijke programma ook kennis te maken met de laatste nieuwe technieken, voertuigen, middelen en materialen op het gebied van gladheidbeheer.

Voor meer informatie en aanmelden: www.gladheidcongres.nl

6417 NVRD A5 flyer Gladheidsbestrijding DEF.indd 1 09-02-16 10:08

Vernieuwde opzet

21 april 2016SilverDome Zoetermeer

GRIP OPGLADHEID

Wordt georganiseerd door:

Nationaal Gladheidbestrijdingscongres 2016

Op 21 april 2016 organiseert de NVRD voor de 11e keer het Nationaal Gladheidbestrijdingscongres.

Dit tweejaarlijks congres is dé ontmoetingsplaats voor alle professionals betrokken bij het gladheidbeheer in Nederland. Het congres kent dit jaar een geheel vernieuwde opzet. Naast inspirerende presentaties over de laatste ontwikkelingen in gladheidbeheer is er veel aandacht voor innovaties in techniek en materieel, is er gelegenheid verdiepende deelsessies over specifi eke thema’s bij te wonen en zal er volop gelegenheid zijn voor de deelnemers om te netwerken en elkaar te ontmoeten.

Het Nationaal Gladheidbestrijdingscongres vindt plaats in het SilverDome in Zoetermeer. Deze locatie biedt een inspirerende omgeving en voldoende mogelijkheden om naast het inhoudelijke programma ook kennis te maken met de laatste nieuwe technieken, voertuigen, middelen en materialen op het gebied van gladheidbeheer.

Voor meer informatie en aanmelden: www.gladheidcongres.nl

6417 NVRD A5 flyer Gladheidsbestrijding DEF.indd 1 09-02-16 10:08

Vernieuwde opzet

21 april 2016SilverDome Zoetermeer

GRIP OPGLADHEID

Wordt georganiseerd door:

Nationaal Gladheidbestrijdingscongres 2016

Op 21 april 2016 organiseert de NVRD voor de 11e keer het Nationaal Gladheidbestrijdingscongres.

Dit tweejaarlijks congres is dé ontmoetingsplaats voor alle professionals betrokken bij het gladheidbeheer in Nederland. Het congres kent dit jaar een geheel vernieuwde opzet. Naast inspirerende presentaties over de laatste ontwikkelingen in gladheidbeheer is er veel aandacht voor innovaties in techniek en materieel, is er gelegenheid verdiepende deelsessies over specifi eke thema’s bij te wonen en zal er volop gelegenheid zijn voor de deelnemers om te netwerken en elkaar te ontmoeten.

Het Nationaal Gladheidbestrijdingscongres vindt plaats in het SilverDome in Zoetermeer. Deze locatie biedt een inspirerende omgeving en voldoende mogelijkheden om naast het inhoudelijke programma ook kennis te maken met de laatste nieuwe technieken, voertuigen, middelen en materialen op het gebied van gladheidbeheer.

Voor meer informatie en aanmelden: www.gladheidcongres.nl

6417 NVRD A5 flyer Gladheidsbestrijding DEF.indd 1 09-02-16 10:08

Vernieuwde opzet

21 april 2016SilverDome Zoetermeer

GRIP OPGLADHEID

Wordt georganiseerd door:

Nationaal Gladheidbestrijdingscongres 2016

Op 21 april 2016 organiseert de NVRD voor de 11e keer het Nationaal Gladheidbestrijdingscongres.

Dit tweejaarlijks congres is dé ontmoetingsplaats voor alle professionals betrokken bij het gladheidbeheer in Nederland. Het congres kent dit jaar een geheel vernieuwde opzet. Naast inspirerende presentaties over de laatste ontwikkelingen in gladheidbeheer is er veel aandacht voor innovaties in techniek en materieel, is er gelegenheid verdiepende deelsessies over specifi eke thema’s bij te wonen en zal er volop gelegenheid zijn voor de deelnemers om te netwerken en elkaar te ontmoeten.

Het Nationaal Gladheidbestrijdingscongres vindt plaats in het SilverDome in Zoetermeer. Deze locatie biedt een inspirerende omgeving en voldoende mogelijkheden om naast het inhoudelijke programma ook kennis te maken met de laatste nieuwe technieken, voertuigen, middelen en materialen op het gebied van gladheidbeheer.

Voor meer informatie en aanmelden: www.gladheidcongres.nl

6417 NVRD A5 flyer Gladheidsbestrijding DEF.indd 1 09-02-16 10:08

Vernieuwde opzet