sarcopenie* - conference company...review$effectvoeding$op$sarcopenie$ •...
TRANSCRIPT
Sarcopenie Een versleten motor?
Walther Sipers, klinisch geriater Utrecht, 12 januari 2017
(poten?ële) belangenverstrengeling Geen
Voor bijeenkomst mogelijk relevante rela?es met bedrijven • Sponsoring of onderzoeksgeld
• Honorarium of andere (financiële) vergoeding
• Aandeelhouder • Andere rela?e, namelijk …
Sprekers honorarium van AbboL
Disclosure belangen
Agenda • Leerdoelen • Toets vragen • De ouder wordende mens • Sarcopenie
• Criteria • Diagnos?ek • Behandeling
• Vragen • Toets vragen bespreken
Leerdoelen:
• kent u de belangrijkste consensus criteria voor sarcopenie.
• kent u de belangrijkste gevolgen van sarcopenie. • kunt u de diagnos?ek van sarcopenie toepassen. • kent u de evidence op het gebied van de behandeling van sarcopenie
• kunt u behandelplan opstellen voor de aanpak van sarcopenie voor uw prak?jk
Toets: juist/onjuist 1. Fysieke kwetsbaarheid is hetzelfde als sarcopenie 2. Bij man van 80 j is 50% van de totale lichaamsmassa
spiermassa 3. Bij ouderen > 80 jaar hee] mogelijk meer dan 40% sarcopenie 4. Volgens de huidige inzichten is het voldoende om de
spiermassa te meten om de diagnose sarcopenie te kunnen stellen
5. In de dagelijkse prak?jk is het niet zinvol om de diagnose sarcopenie te stellen.
6. Eiwitsupplementen hebben een bewezen posi?ef effect op de spiermassa en spierfunc?e
7. HMB dient onderdeel te zijn van de voeding interven?e bij sarcopenie
8. De intake van essen?ële aminozuren kort na een trainingsprogramma is effec?ever dan inname 2 uur erna.
Skeletspier = menselijke motor
Lichaamssamenstelling en veroudering
Short and Nair, 2000
A= 35 jaar B= 80 jaar
Type I= rood: oxida?e; traag, duurzaam Type II= wit: glycolyse; snel + kracht=power
Skeletspier eiwitmetabolisme
Ali, 2014
Eiwit synthese in de skeletspier
• 1-‐2% per dag • Na 2 maanden……. een nieuwe arm !!!!
Spierweefsel
Spierkracht Metabool orgaan: • Eiwit opslag • Glucose regula?e • Hormoonhuishouding • Cellulaire communica?e
11
Life course model of sarcopenia
World Health Organiza7on model of func7onal capacity. Sayer, 2008
Sarcopenie
Sarcopenie pathofysiologie
Ali, 2014
Nega?eve gevolgen van sarcopenie
Sarcopenie
• Sarcos= vlees • Penie=verdwijnen
• M.n. snelle type 2 vezels verlies
• Oorspronkelijk: lee]ijd gerelateerde afname van de spiermassa
Rosenberg, 1989
Con?nuum
• Sarcopenia
• Kratopenia
• Dynapenia
• Frailty
• Disability
• Spiermassa verlies, niet door cachexie of PVL
• Spierkracht verlies
• Verlies power= kracht x ?jd
• Gewichtsverlies, traagheid, uitpumng, inac?viteit en zwakte
• Verlies van ADL 17
Rela?e verlies spiermassa en spierkracht
Ferruci et al, 2012
• RR op slecht fysiek func?oneren, func?e verlies en beperkingen dynapenia en sarcopenia
Manini, Clark, 2011
Slechts ±10% van verlies spierkracht kan worden verklaard uit verlies spiermassa
Rela?e sarcopenie -‐ dynapenie
A conceptual tree of nutri?onal disorders
ESPEN consensus statement. Clinical Nutri7on 2015, Cederholm et al
Criteria sarcopenie: geen consensus!
• Rosenburg • European Working Group on
Sarcopenia in Older People (EWGSOP)
• Interna?onal Working Group on Sarcopenia (IWGS)
• Society of Sarcopenia, Cachexia and Was?ng Disorders (SIG)
• Founda?on for the Na?onal Ins?tutes of Health (FNIH)
• Spiermassa verlies • Spiermassa+ spierkracht +
func?everlies • Spiermassa + spierfunc?e
verlies • Spiermassa + mobiliteit
verlies • Spiermassa + spierkracht +
func?everlies
Rosenberg, 1989; Cruz-‐JentoP, 2010; Fielding, 2011; Morley, 2011; Dam, 2014
Diagnos?sche criteria sarcopenie
ALM = ra7o of appendicular lean mass over body mass index; ALM/ht2 = ra7o of appendicular lean mass over height squared. BMI
Dam,2014
EWGSOP sarcopenie
Primaire sarcopenie • fysiologisch, lee]ijd
gerelateerde proces afname spiermassa dat de meeste ouderen zal treffen en dat kan leiden tot
• mobiliteitsstoornissen en • verhoogd risico op
– morbiditeit en – mortaliteit.
Secundaire Sarcopenie • min of meer acuut
ontstane verlies van spiermassa ten gevolge van een acute gebeurtenis zoals – Bedrust /inac?viteit – Ziekte – Ondervoeding
Cruz JentoP, 2010
Paddon-‐Jones, 2011; Kortebein, 2007
Overlap: Sarcopenie en Frailty
Fried,2001; Bauer,2008; Cruz JentoP, 2010
Overlap: Sarcopenie en Cachexie
Hall, 2011
Verschil: Sarcopenie en Cachexie
Ali, 2014
Hoe vaak komt sarcopenie voor?
Spiermassa: • 3-‐8% verlies per decade
vanaf 30 jaar • 70+: verlies 35% • 80+: verlies 44% • 90+: verlies 50%
Spierkracht: • 15% verlies per decade vanaf
50 jaar • 75-‐85: 45-‐50%
Prevalen?e – 1 /20 samenleving – 1/10 ziekenhuis – 1/3 verpleeghuis – 1/4 – 1/2 geriatrie afdeling
Baumgartner, 1999; Abellan van Kan, 2009; Sipers 2014
Screening sarcopenie: SARC-‐F
1. Strength:Hoeveel moeite kost het U om 4,5kg te dragen?
2. Assistance with walking:Hoeveel moeite kost het U door de kamer te lopen?
3. Rise from a chair/bed: Hoeveel moeite kost het U om uit bed of om uit een stoel op te staan?
4. Climb stairs: Hoeveel moeite kost het U om een trap met 10 treden op te lopen?
5. Falls: Hoe vaak bent het afgelopen jaar gevallen?
1. 0= geen moeite/ 1= enige moeite/ 2= niet in staat
2. 0= geen moeite/ 1=enige moeite/ 2= veel moeite of met hulpmiddel of onmogelijk
3. 0= geen moeite/ 1=enige moeite/ 2= veel moeite of onmogelijk zonder hulp
4. 0= geen moeite/ 1=enige moeite/ 2= met veel moeite of onmogelijk
5. 0=geen/ 1= 1-‐3x/ 2=4x of vaker
Malmstrom, Morley 2013
Screening sarcopenie: SARC-‐F
1. Strength: moeite met ?llen/dragen van 4,5kg
2. Assistance with walking 3. Rise from a chair 4. Climb stairs 5. Falls
≥ 4 kans op: – ADL ≥ 1 achteruitgang OR 3,3-‐5,1
– IADL ≥ 1 achteruitgang OR 2,3-‐2,6
– Overlijden OR 1,2-‐2,4
Malmstrom, Morley 2013
Diagnose sarcopenie
1. Lage spiermassa en 2. Spierkracht en/of 3. Lage fysieke presta?es
European Working Group on Sarcopenia in Older People. Cruz-‐JentoP, 2010
Diagnos?sch algoritme
Vaststellen sarcopenie
• Loopsnelheid
• Handknijpkracht
• Spiermassa
Knelpunten diagnos?ek sarcopenie
• Opgenomen geriatrisch pa?ënt: – 4 m looptest: bij 96% lage loopsnelheid of niet mogelijk
( Sipers, 2014) – Jamar: pijnlijke handen en Southampton protocol niet mogelijk te ziek of hulp nodig bij transfer bij 80%, alterna?ef: Mar?n Vigorimeter, echter geen auapwaarden ( Sipers, 2016)
– DEXA: niet prak?sch – mf-‐ms-‐BIA:
• niet gevalideerd • hydra?e problemen
Knelpunten diagnos?ek sarcopenie
• Geen overeenstemming diagnose criteria – Leiden lang leven studie 1/130 sarcopenie volgens 7 verschillende criteria
– Opgenomen geriatrisch pa?ënten 12/85 sarcopenie volgens 17 verschillende criteria
• Auapwaarden gebaseerd op basis van epidemiologische studies
• Prognos?sche waarde onduidelijk
Bijlsma, 2012: Sipers, 2014
SMI en mortaliteit (dagen) bij opgenomen geriatrisch pa?enten
Voor dat het te laat is!!
Uitkomstmaten research
• Primair – Spiermassa – Spierkracht-power – Functioneren
• Secundair
– ADL – QOL – Markers : metabool / biochemisch / inflammatoir – Vallen – Ziekenhuisbezoeken/opnames – ‘gevoel’ patient/arts – mortaliteit
Behandeling sarcopenie
• Training • Voeding • Medica?e
Adap?eve respons skeletspier
Review effect beweging op sarcopenie
• Ma?ge kwaliteit eviden?e dat beweging interven?es effect hebben op spierkracht en fysiek func?oneren.
• Weerstand training 3-‐18mndn: 4 studies community /frail elderly/sedentair
• Kracht 3/4 • Spiermassa 2/4 • Fysiek func?oneren 3/3
– Gecombineerde training 3-‐18 mndn community /frail elderly/sedentair • Kracht 3/3 • Spiermassa 0/2 • Fysiek func?oneren 0/1
EWGSOP en IWGS, Cruz-‐JentoP, 2014
Algemene aanbevelingen bewegen
• Tailor made ac?viteitenplan • R/
– 3dd10min.; 7dgn/wk – Progressie – 150 min/wk ma?ge fysieke ac?viteit of – 60 min/wk stevige fysieke ac?viteit
Progressieve weerstandtraining
• R/: – M.b.v. knie extensie apparaat en leg press – 3 reeksen van 10 herhalingen – intensiteit opbouwend tot 70-‐80% 1RM – 2 tot 3 maal/week – duur 8-‐12 weken – Nadien onderhoud 1maal /week
• Resultaat: – na 8 weken 170% krachtstoename. – na stoppen nog 12 weken winst. – toename wandelcapaciteit en vermogen om op te staan uit een stoel.
Beperkingen beweging interven?es
• Mo?va?e • Te moe e/o te ziek • Geen geschikte apparatuur
• Onvoldoende deskundigheid
• Alterna?even – NMES?
Review effect voeding op sarcopenie
• Resultaten tegenstrijdig o.a. door weinig studies met een heterogeen design. – Essen?ele Amino Zuur (EAZ) incl.
• 2.5 g leucine en • β-‐hydroxy β-‐methylbutyric acid (HMB) 3 g:
– toename spiermassa + func?onele parameters. – afname mortaliteit ( RR 0,49: NNT 1:20)
– Eiwit supplementen: geen consistent posi?ef effect op spiermassa en func?e aangetoond.
Effect HMB on LBM 10 d bed rest older adults, Deutz et al 2013 Review EWGSOP en IWGS. Cruz-‐JentoP et al, 2014
Review. Denison et al, 2015 Review. Yanai et al , 2015
Readmission and mortality malnourished hospitalized elderly RCT HMB, Deutz et al 2015
HMB bevaLende supplementen
• Ensure Plus Advance 1,5 g/flesje (220ml) • Abound 2dd 1,55g • HMB caps
Review effect beweging + voeding op sarcopenie
• Studies overwegend posi?ef effect • Distribu?e over de dag: beste respons 3dd 25-‐30g maximale anabole respons
• Essen?ele AZ effect op anabole respons spieren • Synergis?sch effect: fysieke inspanning
• Fast versus slow proteïnen ( essen?ële AZ en whey) Maal2jd Plasma piek Tijd piek anabole
respons
Whey, essen?ële aminozuren
10-‐20 min Inname 0-‐60 min na oefeningen
Intacte eiwiLen 120+ min Inname 90 min voor oefeningen
Vitamine D
• Supple?e bij vit. D deficiën?e: – geen effect op spiermassa en kracht – effect op fysiek func?oneren: TUG en SPPB
Review. Denison et al, 2015
Medica?e
• Selec?ve androgen receptor modulators (SARM) – Enobosarm: effect op LBM en fysiek func?oneren
• GH Secretagogues – Capromorelin: effect op FFM fysiek func?oneren
• Myosta?n Inhibitors – Follista?n – Recombinant myosta?ne an?lichaam
Behandeling van Sarcopenie!!??
Vragen?
Toets 1. Fysieke kwetsbaarheid is hetzelfde als sarcopenie. Onjuist, overlap
tussen fysieke kwetsbaarheid en sarcopenie wel aanwezig 2. Bij man van 80 j is 50% van de totale lichaamsmassa spiermassa. Onjuist
25-‐40% 3. Bij ouderen > 80 jaar hee] mogelijk meer dan 40% sarcopenie.
(On)juist, azankelijk van de defini?e en popula?e 7-‐>50% (community) 4. Volgens de huidige inzichten is het voldoende op de spiermassa te
meten om de diagnose sarcopenie te stellen. Onjuist, spiermassa en spierkracht e/o func?e
5. In de dagelijkse prak?jk is het niet zinvol om de diagnose sarcopenie te stellen. Onjuist, tegengaan nega?eve gevolgen
6. Eiwitsupplementen hebben een bewezen posi?ef effect op de spiermassa en spierfunc?e. (On)juist, tegenstrijdige resultaten, wel icm beweging
7. HMB dient onderdeel te zijn van de voeding interven?e bij sarcopenie. Juist
8. De intake van essen?ële aminozuren kort na een trainingsprogramma is effec?ever dan inname 2 uur erna. Juist
Take home message
• Sarcopenie= lage spiermassa + spierkracht e/o verminderd fysiek func?oneren
• Prevalen?e: – 1 /20 samenleving – 1/10 ziekenhuis – 1/3 verpleeghuis – 1/4 -‐ 1/2 geriatrie afdeling
• Gelet op nega?eve gevolgen van sarcopenie aanbevolen dat clinici screenen in samenleving en binnen een geriatrische semng
• Overlap met frailty en cachexie maar niet hetzelfde!
Take home message
• Diagnos?ek 1. Spiermassa meten met mf-‐ms-‐BIA bijv. Maltron 2. Maximale handknijpkracht meten dominante hand
( 3 maal knijpen) • Jamar volgens Southampton protocol • Mar?n Vigorimeter ( echter geen auapwaarden)
3. Loopsnelheid m.b.v. 4 m looptest
Take home message
• Weerstand training verbetert spierkracht en fysiek func?oneren (incl. condi?e) en is veilig. – R/
– M.b.v. knie extensie apparaat en leg press – 3 reeksen van 10 herhalingen – intensiteit opbouwend tot 70-‐80% 1RM – 2 tot 3 maal/week – duur 8-‐12 weken – Nadien onderhoud 1maal /week
• Leucine 2.5 g/d + HMB 3g/d verbeteren spier parameters.
• Toename eiwit inname tot 1.2g/kg/d, door dieet op?malisa?e dan wel door toevoeging supplementen (echter geen evidence in EWGSOP + IWGS review).