reinwardt beleidsplan 2013

19
Beleidsplan 2013 Reinwardt Academie BORGEN+ACTUALISEREN=EXCELLEREN

Upload: amsterdamse-hogeschool-voor-de-kunsten

Post on 21-Jul-2016

232 views

Category:

Documents


6 download

DESCRIPTION

 

TRANSCRIPT

Page 1: Reinwardt beleidsplan 2013

Beleidsplan 2013Reinwardt Academie

BORGEN+ACTUALISEREN=EXCELLEREN

Page 2: Reinwardt beleidsplan 2013

Beleidsplan 2013Reinwardt Academie

BORGEN+ACTUALISEREN=EXCELLEREN

Page 3: Reinwardt beleidsplan 2013

32 Reinwardt Academie | Beleidsplan 2013 Inhoud

ba

e

m

s

b

a

e

sd

d

mInhoudWoord vooraf 4

1 Missie en visie van de Reinwardt Academie 61.1 Perspectief 61.2 Visie 81.3 Achtergrond 91.4 Positie binnen de AHK 91.5 Positie binnen het onderwijs 10

2 Evaluatie voorgaande periode 12

3 Stand van zaken 16

4 Doelstelling en speerpunten 204.1 Onderwijs 204.2 Organisatie 244.3 Omgeving 254.4 Onderzoek 26

5 Actiepunten 28

Bijlage 30

Page 4: Reinwardt beleidsplan 2013

54 Reinwardt Academie | Beleidsplan 2013 Woord vooraf

Woord voorafDit is het nieuwe beleidsplan van de Reinwardt Academie, de faculteit Cultureel erfgoed van de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten (AHK). Het vorige plan dateert van augustus 2004. Directie en medewerkers willen in dit nieuwe plan de balans opmaken van de afgelopen periode en de koers uitzetten voor de komende zes jaar. Deze koers staat in het teken van het creëren van optimale voorwaarden voor het bieden van een kwalitatief hoogstaande opleiding. Een opleiding die gebouwd is op een stevige basis van kundig personeel en een organisatie die is toegerust om de in-houdelijke, didactische en organisatorische vragen van de komende zes jaar adequaat te beantwoorden.

De bestuurlijke, financiële en organisatorische context waarin zij dit doen, is die van de AHK. De aanleiding tot dit beleidsplan is niet alleen dat de Reinwardt Academie haar deel in de AHK-beleidsvorming moet actualiseren, belangrijk zijn ook de onderwijsver-nieuwing van het bacheloronderwijs en de wijzigingen in het personeelsbestand van de academie in de afgelopen vier jaar. In korte tijd is een grote groep oudere docenten, soms van het eerste uur, met pensioen gegaan en vervangen door een nieuwe gene-ratie. Vanaf 2010 zijn een directeur, het management en – in augustus 2011 – het lectoraat nieuw aangetreden. De continuïteit moet worden geborgd en het institutioneel geheugen moet op orde zijn, want waar vernieuwing wordt ingezet is het belangrijk te bewaren wat goed is.

Voor de komende jaren richten wij ons op:• Het optimaliseren van het curriculum waarbij met name aandacht is voor de actualisering van de eindcompetenties.• Het verder versterken van de organisatie door middel van het opstellen en het implementeren van een professionaliseringsplan. • Het verstevigen van de positie van de Reinwardt Academie als kennisplatform onder andere door alumnibeleid en aandacht voor duurzaam relatiebeheer.

Ook onze omgeving is sterk veranderd. Aanvankelijk liet zich een trend zien van sterke convergentie in de verschillende erfgoeddeelgebieden, die heeft vooralsnog niet breed doorgezet. Daarnaast is ons onderwijs veranderd, van museologie naar erfgoedbreed. Nu komen de eerste resultaten beschikbaar. Deze zomer is het eerste cohort dat aan-trad na de onderwijsvernieuwing van vier jaar geleden afgestudeerd.

Daarnaast is vanaf 2013 het bachelor onderwijs aan de Reinwardt Academie opge-bouwd uit een basis van 2,5 jaar (major) en gevolgd door 1,5 jaar profilering (minor, stage, afstudeerstage en -onderzoek). Voor sommigen betekent dat de diepte in via een doorlopende leerlijn (archivistiek). Anderen zien het als een voortgezette verbreding, die met meer vrijheid ingevuld kan worden.

Namens het MT van de Reinwardt Academie,Teus Eenkhoorn

Page 5: Reinwardt beleidsplan 2013

76 Reinwardt Academie | Beleidsplan 2013 Missie en visie van de Reinwardt Academie

Missie en visie van de Reinwardt AcademieDe missie van de Reinwardt Academie past vanzelfsprekend binnen die van de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten (AHK):

De AHK leidt studenten op voor het nationale en internationale werkveld van kunst, cultuur en erfgoed. Wij staan voor excellent opleiden – dat wil zeggen met uitstekende docenten de meest getalenteerde studenten hun artistieke identiteit helpen ontwikkelen. Vanuit vakman-schap en traditie, met oog voor vernieuwing en in nauwe verwevenheid met het internationaal toonaangevende werkveld van Amsterdam.

In de missie van de AHK staan centraal: excellent opleiden, vakmanschap en traditie, verbinding met de wereld en met Amsterdam, en een hoge maar haalbare ambitie, met oog voor vernieuwing. Het instellingsplan van de hogeschool geeft de kaders voor het beleidsplan van de Reinwardt Academie. Onze missie luidt:

De Reinwardt Academie leidt hbo-niveau professionals op die vanuit een onderzoekende en ondernemende houding een betekenisvolle bijdrage leveren aan ontstaan van en omgang met erfgoed. De academie fungeert daarbij als platform waar toekomstige en gevestigde erfgoed-professionals, uit binnen- en buitenland, kennis en ervaring uitwisselen, inspirerende visies delen en innovatieve beroepsproducten ontwikkelen.

1.1 PerspectiefOnze alumni zijn geschikt voor coördinerende, uitvoerende en ook leidinggevende functies in vele sectoren van cultureel erfgoed en verwante terreinen. Het zijn geen inhoudsdeskundigen op academische vakgebieden als biologie, geschiedenis, archeologie, architectuur-, kunst- of cultuurhistorie. Afgestudeerden van de Reinwardt Academie zijn in de regel allrounders. Zij kunnen projectleider van tentoonstellingen worden, beheerder van een erfgoedcollectie, medewerker van een afdeling educatie, informatie- en communicatiedeskundige, beleidsmedewerker, voorlichter of zelfstandig adviseur. Deze functies komen voor bij instellingen als musea, galeries, archieven, landschapsbe-heerders, veilinghuizen, tentoonstellingsbedrijven, culturele adviesbureaus en over-heidsdiensten op het gebied van erfgoed en cultuur. Maar ze zijn ook te vinden bij de meer fluïde organisatie van bijvoorbeeld festivals, evenementen en andere culturele projecten. In sommige gevallen hebben alumni een specifieker profiel, zoals met de het diploma Archivistiek B na succesvol doorlopen van minor, stage en afstudeerproject op dat terrein.

mm

Page 6: Reinwardt beleidsplan 2013

98 Reinwardt Academie | Beleidsplan 2013 Missie en visie van de Reinwardt Academie

Onze Master of Museology is een internationale, Engelstalige master die een verdieping biedt met reflectie op nieuwe theorieën over erfgoed en de rol van erfgoed en musea in de maatschappij. Alumni van deze opleiding zijn over de hele wereld te vinden, in tal van leidinggevende posities in musea en andere erfgoedinstellingen.

De Reinwardt Academie ambieert meer te zijn dan een school: de academie stimuleert ontmoetingen, zowel virtueel als fysiek. Wij doen dit door verschillende activiteiten te organiseren, te investeren in een communitysite en bij- en nascholing aan te bieden, zowel nationaal als internationaal.

1.2 VisieEr zijn vele vormen waarin erfgoed zich voordoet. De omgang met erfgoed dat al bestaat, maar ook erfgoed in wording kent zowel een praktische als mentale kant. Bij beide vormen is het volgens ons onontkoombaar om keuzes te maken en posities in te nemen. Waarde-ren, selecteren, beheren, communiceren van cultureel erfgoed - materieel dan wel imma-terieel - en de waarden die dat vertegenwoordigt, beschouwen wij als een identiteitsvor-mende praktijk. Het sluit in, maar ook uit. Het articuleert, maar verzwijgt ook. Een positieve keuze voor het ene betekent soms een negatieve keuze voor het andere. Onze alumni zijn zich bewust van conflicterende belangen en ethische dilemma’s. Zij zijn zelf niet primair erfgoedhoeders, maar faciliteren anderen om zo goed mogelijk met dit soort processen en met elkaar om te gaan: kiezen, koesteren, delen.

De Reinwardt Academie is de enige hbo-opleiding in Nederland die aandacht besteedt aan alle vormen van erfgoed: in musea en archieven, maar ook gebouwd en onder de grond, alsmede immaterieel en emerging. De Reinwardt Academie kiest daarbij voor een niet-disci-plinaire benadering. Het onderwijs in de inhoudelijke vakken (geschiedenis, kunst, bouwhis-torie, biologie, archeologie, etc.) ligt primair bij universiteiten. In het hoger beroepsonderwijs gaat het om algemenere erfgoedcompetenties: waardering, beheer en behoud, ontsluiting, communicatie en (informatie)management. Het onderwijs wordt integraal en geïntegreerd aangeboden: telkens met verwijzing naar zusterterreinen en voortdurend op zoek naar al-gemene grondslagen en generieke problematiek. Onze visie is dat erfgoed geen op zichzelf staand fenomeen is, maar een kwaliteit die onder heel bepaalde voorwaarden aan dingen (voorwerpen, landschappen, gebruiken) wordt toegeschreven. Vaak zijn die omstandighe-den urgent: iets verdwijnt, wordt aangetast of staat maatschappelijk of zelfs politiek onder druk. Theorievorming over de betreffende processen en thema's, en onderzoek naar alle mogelijke implicaties daarvan staan centraal in het curriculum en het lectoraatprogramma.

De Reinwardt Academie leidt mensen op die in deze complexe situaties kunnen excelle-ren als professionele ondersteuners en uitvoerders, maar ook als creatieve en reflectieve facilitators, initiators en adviseurs. Puttend uit een lange traditie maar toegerust voor nieuwe uitdagingen. Die uitdagingen zijn er volop: de maatschappelijke praktijk waarin erfgoed ontstaat en betekenisvol gehouden of gemaakt wordt, is dynamisch en speelt zich af in een snel veranderende wereld. Mensen, goederen en diensten verplaatsen zich steeds sneller, ook virtueel. Identiteiten, waarden en waardering verschuiven en er ontstaan andere vormen van culturele toe-eigening, creatie en reflectie. Er ontstaan nieuwe terreinen van erfgoed en nieuwe, participatieve vormen van beheer en eigenaarschap - mede als gevolg van ICT en nieuwe, sociale media.

Tegelijkertijd is er sprake van ongekende bezuinigingen in de erfgoedwereld, die verei-sen een nieuwe manier van werken. En een ander belangrijk vraagstuk waar de samen-leving voor staat is duurzaamheid. We willen mensen opleiden die in staat zijn op beide terreinen mee te gaan in vernieuwingen en daar hun eigen ideeën over te formuleren. De meerwaarde van betrokken en duurzaam ondernemend ingestelde erfgoedprofessi-onals is evident.

1.3 AchtergrondDe Reinwardt Academie startte in 1976 als gemeentelijke opleiding voor museumme-dewerker. In de decennia daarna ontwikkelde ze zich tot een instituut met internationaal aanzien. In 1992 verhuisde de academie van Leiden naar Amsterdam en werd de museo-logische faculteit van de AHK. De opleiding museologie was eerst ondergebracht binnen het profiel beeldend kunstonderwijs maar heeft nu een eigen, uitzonderlijke registratie, namelijk als behorend tot de sector ‘taal en cultuur’, zonder verdere toevoeging.

In 2004 werd een competentiegerichte benadering in het onderwijs ingevoerd. De student leert geen vak, maar wordt voorbereid op een rol in het werkveld, op het straks kunnen leveren van een betekenisvolle bijdrage die verschillende aspecten van kennis, vaardigheden en professioneel gedrag omvat. Het beroepsperspectief werd verbreed van musea, een instelling, naar cultureel erfgoed, een onderwerp en maatschappelijk werkveld, waarbij het draait om de betekenisvolle omgang met materiële en immateri-ele sporen uit het verleden. De naam van de opleiding werd in 2008 daarom gewijzigd in die van bachelor Cultureel erfgoed.De in 1994 gestarte Engelstalige masteropleiding is in 1998 gevalideerd door de Britse Cultural Heritage National Training Organisation (CHNTO). In 2004 werd de Nederlandse accreditatie verkregen als post-initiële master Museology. Deze opleiding was in eerste instantie op buitenlandse studenten gericht, maar trekt vanaf het begin ook Nederland-se studenten. Het betreft hier een onbekostigde master, waarvoor een selectieprocedu-re geldt.

1.4 Positie binnen de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten

Zowel vanuit de Reinwardt Academie als vanuit het beleid van de AHK als geheel, is de aanwezigheid van de academie binnen de AHK, als monosectorale kunsthogeschool, logisch. De missie van de hogeschool is om in een breed kunst- en cultuurveld zowel beoefenaars als bemiddelaars op te leiden en het onderwijs te richten op scheppen en uitvoeren, op doceren en onderzoeken. De professionele normen en waarden van de Reinwardt Academie sluiten daar goed bij aan. Voor de studenten van de Reinwardt Academie heeft de inbedding in de AHK als toegevoegde waarde dat zij zich in hun stu-die niet alleen richten op kennisvergaring over processen rond cultureel erfgoed, maar tegelijk zelf deel uitmaken van een nieuwe generatie kunst- en cultuurdragers.

De Reinwardt Academie wil daarom haar verwantschap met het kunstvakonderwijs ver-sterken, onder meer door zich sterker te richten op het tijdens de opleiding (propedeuse) ontwikkelen en dus ook selecteren van talent. Het curriculum zal daar in de toekomst meer ruimte voor bieden dan nu. Naast de aandacht voor selectie van talent zal er ook

mm

Page 7: Reinwardt beleidsplan 2013

1110 Reinwardt Academie | Beleidsplan 2013 Missie en visie van de Reinwardt Academie

inhoudelijk meer ruimte voor excellentie gecreëerd worden. Met meer keuzevakken en vrije studieruimte moet het studenten mogelijk gemaakt worden te excelleren. Het Onderwijsbeleidsplan is de geëigende plek om dit nader vorm te geven.

1.5 Positie binnen het onderwijsDe bachelor Cultureel erfgoed van de Reinwardt Academie is de enige praktijkgerichte opleiding in Nederland (en Vlaanderen) op hbo-niveau die opleidt tot erfgoedprofessio-nal. De master Museology van de Reinwardt Academie is Engelstalig en internationaal. Daarnaast bevindt zich aan de Hogeschool Utrecht een post-hbo opleiding Erfgoed en Ruimte. Deze opleiding kijkt naar alle facetten die van belang zijn bij het inbedden van cultureel erfgoed in de ruimtelijke ontwikkelingen: van bouwtechnieken, bouw- en cultuurhistorie tot ruimtelijke planvorming en wet- en regelgeving.Op mbo-niveau bestaat de opleiding tot behoudsmedewerker. Op universitair niveau hebben de Universiteit van Amsterdam (UvA) en de Vrije Universiteit (VU) in Amsterdam een aantal master-specialisaties binnen Erfgoedstudies. Dit betreft bij de UvA de masters museumconservator, archiefwetenschap, culturele informatiewetenschap, museumstudies en restauratiekunde. Deze masters bereiden voor op een wetenschappelijk functie binnen de erfgoedwereld. De VU heeft de master ‘cultureel erfgoed in de gebouwde omgeving’, die zich richt op archeologen, architectuur-historici, historici en historisch geografen.Daarnaast biedt de Erasmus Universiteit in Rotterdam de master ‘Culturele Economie en Cultureel Ondernemerschap’ aan. Bij de Universiteit Leiden is de master ‘Museums and Collections’, met name gericht op collectieonderzoek, te volgen.

mm

Page 8: Reinwardt beleidsplan 2013

12 Reinwardt Academie | Beleidsplan 2013 13Evaluatie voorafgaande periode

Evaluatie voorafgaande periodeDe onderwijsvernieuwing in het vorige decennium is ingrijpend en veelomvattend geweest. De organisatie van het onderwijs ging op de schop, evenals de structuur van de besluitvorming en de (visie op) de fysieke ruimte in en rond de school. Tegelijk werd het onderwerp gede-institutionaliseerd tot erfgoed in het algemeen. Daarnaast groeiden in dezelfde periode de studentenaantallen onstuimig. Het bachelorcurricu-lum - dat altijd al praktisch én theoretisch was - werd opgebouwd aan de hand van thema’s, en wel in opklimmende niveaus: van begeleid naar zelfstandig. Uitgangspunt werd het aanleren van kennis en vaardigheden om vraagstukken in het toekomstige beroepsveld op te kunnen lossen. Daar is nu gedurende een hele cyclus van vier jaar ervaring mee opgedaan. Maar er gebeurde meer: de directie en het lectoraat kregen een nieuwe invulling en een deel van het docentenkorps ging met pensioen. Er is een managementlaag bij geko-men waarmee de functionele en hiërarchische aansturing van de docenten veranderde. Deze generatiewisseling biedt kansen op essentiële vernieuwing maar vergt eveneens zorgvuldige omgang met de eigen erfenis. Transities moeten gemarkeerd, ook daar gaat erfgoed over.

Het werken in deze nieuwe systematiek loopt nu vlot. Eind 2008 werd met alle mede-werkers het toekomstbeeld per 2011 gedeeld. Veel elementen zijn opgepakt en tonen stevige voortgang: verbetering van de werksfeer en de onderlinge samenwerking tussen medewerkers, de houding en het studierendement van studenten, versterking van de plaats van onderzoeksvaardigheden en handhaving van regels zoals die van de Onderwijs- en examenregeling (OER).

ee

Page 9: Reinwardt beleidsplan 2013

1514 Reinwardt Academie | Beleidsplan 2013

Wel zijn er nog de volgende kanttekeningen te maken.

Onderwijs• De eindtermen en de daarbij behorende persoonlijke professionele kwaliteiten zijn aan

herijking toe. Hierbij is het van belang blijvende aandacht te hebben voor de vertaling naar het curriculum.

• Door een bestuurlijke crisis in 2007-2008, gevolgd door een periode van inte rim- management, is de invoering van het vigerende Onderwijsbeleidsplan niet volledig afgerond. Voor docenten zijn de organisatie en samenhang van doorgaande leerlijnen en dwarsverbanden mede daardoor nog niet altijd duidelijk en bestaat er onvoldoende bewustzijn van de mogelijkheden en beperkingen van competentiegericht onderwijs.

Organisatie• De ondersteunende functies zijn de laatste jaren sterk verbeterd; het takenpakket is

uitgekristalliseerd en gestructureerd, maar nog niet optimaal.

Omgeving• Er kan een sterkere aansluiting worden gevonden bij actuele of te verwachten ontwik-

kelingen in de verschillende werkvelden. In tijden van maatschappelijke en economi-sche onzekerheid is het zaak de invulling van de opleiding maar ook de organisatie flexibel te houden.

Evaluatie voorafgaande periode

ee

Page 10: Reinwardt beleidsplan 2013

1716 Reinwardt Academie | Beleidsplan 2013

Stand van zakenGegeven de algemene doelstelling en ambities van de Reinwardt Academie voor de ko-mende beleidsperiode zijn er allerhande analyses te maken van de sterktes en zwaktes, van kansen en bedreigingen. Elementen daarin zijn zeker het sterke ‘merk’ Reinwardt, evenals de gerealiseerde organisatorische vernieuwing en het zichtbaar maken van de kwaliteit van onze afgestudeerden. De personele omvang vraagt continue zorg en aandacht. De toekomst creëert kansen, zoals voor ondernemerschap, ook op erfgoed-gebied, en voor het aanbod aan na- en bijscholing op ons terrein. Een SWOT-analyse wordt hieronder weergegeven.

Stand van zaken

• naamsbekendheid en reputatie, internationaal track record• scherp nicheprofiel opleidingen• groot netwerk in werkveld• breed palet aan deskundige, goed gemotiveerde docenten• administratieve organisatie op orde

• toetsing en kwaliteitsborging • organisatiecultuur (balans oud en nieuw)• erfgoedbreed in curriculum • beperkte capaciteit gebouw

• stijgende noodzaak naar cultureel ondernemerschap (ook via contractonderwijs) • erfgoed & identiteit (en verhalen) zijn hot topics• cultuur als regisseur (politiek, toerisme, sociaal etc)• in werkveld behoefte aan strategische samenwerking met Reinwardt Academie• vergrijzing werkveld • krimpende middelen door bezuiniging overheid• daling werkgelegenheid• concurrentie in opleidingen

Sterkte

Zwakte

Kans

Bedreiging

ss

Page 11: Reinwardt beleidsplan 2013

1918 Reinwardt Academie | Beleidsplan 2013 Stand van zaken

Waar we zeker rekening mee moeten houden, zijn financiële krapte en een arbeids-markt in mineur. Door de huidige economische crisis valt het niet te voorkomen dat dat consequenties voor het onderwijsvolume heeft. Er is sprake van krimpende instellings- en faculteitsfinanciering, in totaal daalde het budget de afgelopen twee jaar met ca. tien procent. De krappere financiële ruimte is te ondervangen door slimmer om te gaan met de inzet van middelen.Het aantal inschrijvingen loopt - na een lang aangehouden stijging tot 2009 - langzaam terug met rond vijf procent per jaar, hoewel 2013 een sterke stijging laat zien. Een gege-ven is ook dat hbo-langstudeerders niet langer gefinancierd worden. Voor de academie betekent dat helaas dat ze moeilijker toegankelijk wordt voor studenten die bijvoorbeeld eerder elders studeerden. De Reinwardt Academie wil overigens niet aan de poort se-lecteren op beter of minder financierbare studenten. Het aantal aanmeldingen bij de master lijkt zich te stabiliseren met jaarlijks tussen de vijftien en twintig nieuwe studenten. Voor dit programma bestaat een selectieproce-dure. Het komt echter maar zeer incidenteel voor dat er studenten moeten worden afgewezen: de studenten die zich aanmelden (dikwijls na een gesprek met de course co-ordinator en/of course director), beschikken doorgaans over de gevraagde kwalificaties. Ook van belang is de krimp op onze arbeidsmarkt, ondanks minder stringente rijks-bezuinigingen op musea en erfgoed dan elders in de cultuurwereld. Bestaande erf-goedorganisaties moeten het met minder publieke middelen doen, sommige soorten instellingen ontvangen zelfs geheel niets meer. Zo zijn vrijwel alle koepelorganisaties en instellingen in de ondersteuningsstructuur al verdwenen. We moeten daar in ons on-derwijs rekening mee houden en de toekomstige erfgoedprofessionals breed toerusten. Dat geldt bijvoorbeeld voor ondernemerschap: vraaguitval impliceert geen overeenkom-stige afname van behoefte aan diensten en producten.

De slinkende markt voor betaalde banen bij erfgoedinstellingen wil niet zeggen dat er minder werk te doen is. De bedreiging kan een kans worden wanneer we onze studen-ten beter toerusten voor zelfstandig en ondernemend optreden. Omdat dit onderwerp nieuw is, moet nader onderzoek duidelijker maken wat het beste antwoord van de Reinwardt Academie daarop moet zijn. Wij leiden immers op voor het oplossen van vraagstukken en het aanpakken van opgaven in het erfgoedveld, niet voor banen bij instellingen.

ss

Page 12: Reinwardt beleidsplan 2013

2120 Reinwardt Academie | Beleidsplan 2013 Doelstelling en speerpunten

1

2

3

4

Doelstelling en speerpuntenOp basis van de SWOT-analyse hebben wij in lijn met de algemene missie van de AHK en de Reinwardt Academie voor de komende beleidsperiode een aantal concrete doel-stellingen geformuleerd.

Deze doelstellingen zijn:

Onderwijs: aanbieden van een samenhangend, inhoudelijk actueel, innovatief en rijk bachelor- en mastercurriculum, vormgegeven volgens bewezen didac - tische inzichten en inspelend op relevante trends in het erfgoedveld. Organisatie: zorgdragen voor een stabiele organisatie waar het personeel het belangrijkste kapitaal vormt. Omgeving: investeren in duurzame verbindingen met relevante spelers in en rond het werkveld. Onderzoek: implementatie van het lectoraatsprogramma in het curriculum.

4.1 Onderwijs: actualisering curriculumHet bachelor- en mastercurriculum moet gericht zijn op actuele, generieke opleidings-vragen. Gedurende de opleiding vindt daarom voortdurend overleg met het werkveld plaats. Het onderwijs wordt in antwoord daarop op competentiegerichte wijze ingevuld.

Uitgangspunten competentiegericht onderwijsDe uitgangspunten van het programma zijn vastgelegd in het Onderwijsbeleidsdocu-ment 2004 (herzien in 2008). Competentiegericht onderwijs gaat verder dan weten (kennis) en kunnen (vaardigheden). Uitgangspunt bij leren is kennisverwerving, oefening én (attitude-)vorming (gedrag). Alle drie aspecten moeten permanent gemonitord en getoetst, waarbij wij ons ervan bewust zijn dat het derde aspect – gedrag - het lastigst is. Centraal staat betekenisvol aanpakken (presteren, competent zijn) van steeds wisse-lende, complexe opgaven uit de beroepspraktijk. Het doel is het behalen van duurzame leerresultaten. In het onderwijs is dus sprake van kennisoverdracht (docent is inhoude-lijk deskundige), de begeleiding van leerprocessen (de docent is didactisch deskundige) én de vorming van toekomstige breed inzetbare professionals (vormingsaspect, de docent als identificator). Aan de basis van alle programma’s ligt het evenwicht tussen theorie, praktijk en ethische reflectie.

dd

Page 13: Reinwardt beleidsplan 2013

2322 Reinwardt Academie | Beleidsplan 2013 Doelstelling en speerpunten

Opbouw bachelorcurriculumDe bachelor heeft een algemene basis van 2,5 jaar. Na een propedeuse (eerste jaar) hebben de studenten het oriënterend niveau bereikt, na 2,5 jaar het verdiepend niveau. Na die periode zal de student zich verder ontwikkelen tot een ‘startbekwaam’ eindniveau. De laatste anderhalf jaar bestaan uit minor, afstudeerstage en afstudeeronderzoek, waarbij zowel voor verdieping als verbreding gekozen kan worden. Het is mogelijk te specialise-ren. Dit kan betrekking hebben op een inhoudelijk hoofdterrein of een aspect van erfgoed (musea, archieven, monumentenzorg, immaterieel, evenement, ondernemerschap) dan wel op een bijzondere functie (beheer en behoud, restauratie, documentatie/registratie, educatie, tentoonstellingscoördinator, publiek, communicatie, management, beleid).

Ontwikkelingen in het beroepsveld, in het onderwijs zelf en in de maatschappij vragen om voortdurende vertaling naar het onderwijsprogramma. Dat kan incidenteel door de flexibele invulling van het curriculum. Soms moet dat structureel. De eindtermen waaraan een student aan het einde van zijn of haar studie dient te voldoen, zijn in 2008 geformuleerd in een Onderwijsbeleidsplan. De eindtermen zijn beknopte beschrijvingen van de kennis, vaardigheden en gedragsaspecten waarover een afgestudeerde mini-maal moet beschikken. Actualisering van de huidige eindtermen is gewenst. Naast de voor alle studenten geldende eindtermen is er in het onderwijsprogramma ruimte voor keuzeprogramma’s. Vanouds zijn dit de minor, de afstudeerstage en het afstudeeron-derzoek. De Reinwardt Academie wil meer vrije studieruimte creëren en hierbij expliciet aandacht besteden aan excellentieprogramma’s.

Opbouw mastercurriculumDe internationale masteropleiding bestaat uit zeven modules, elk van vier of vijf weken, gevolgd door een stage van tien weken en een afstudeeronderzoek. Ook voor de master geldt dat ontwikkelingen in het beroepsveld, in het onderwijs zelf en in de maatschappij om voortdurende vertaling vragen naar het onderwijs. Begin 2014 zal een mid-term review plaatsvinden. Mede op basis van de uitkomsten van deze review zullen de eind-termen herijkt worden.

Onmisbaar voor deze tijd is extra aandacht voor ondernemerszin en duurzaamheid in het erfgoedveld. Met een open oog voor het veelal publieke aspect van erfgoed wordt het curriculum uitgebreid met onderwijsmodules die competenties op het gebied van ondernemendheid versterken. Noties over omgevingsgevoeligheid, publieksgerichtheid, de inzet van social media en het onder ogen zien van de methodische en didactische implicaties daarvan, horen daar vanzelfsprekend bij.

Naast aandacht voor ondernemerszin en duurzaamheid hebben we de volgende speer-punten benoemd:• In samenspraak met andere onderwijsinstellingen, zoals nu met de Universiteit van Amsterdam en de Hogeschool van Amsterdam op gebied van archivistiek, zullen instroom en uitstroom (doorgroei/specialisatie) per leerlijn bekeken worden en waar nodig wijzigingen in het curriculum of andere faciliteiten aangebracht worden.• De onderwijsactiviteiten worden passend gefaciliteerd met ICT-voorzieningen: studentenvolgsysteem, cijferregistratie, e-learning, digitaal portfolio, stagebank. • De kwaliteit van toetsing en beoordeling (vorm, niveau en normering) zal onderzocht worden en waar nodig verbeterd.

• Studieloopbaanbegeleiding strekt zich over de hele studieperiode uit. • Op basis van het leven-lang-leren-principe moeten alumni ook na het afstuderen regelmatig kunnen terugkomen voor bij- en nascholing, kennisuitwisseling of deelna- me aan activiteiten als lezingen, conferenties en debatten. • Een verzwaard studentenvolgsysteem zal meer inzicht in de instroom, doorstroom en uitstroom opleveren. Hierdoor is de voortgang, in met name het eerste jaar, beter te monitoren, er kan scherper geselecteerd worden (verhoging instapkwaliteit post propedeuse). Het management kan sneller op financiële of organisatorische verande- ringen reageren.

Actualisering Onderwijsbeleidsplan 2013 (bachelor en master)

Na vaststelling van het Beleidsplan 2013wordt een nieuw Onderwijsbeleidsplan gemaakt. De discussie over de eindtermen van het bachelorprogramma is in juni 2012 gestart in een gesprek met de Commissie van Advies, De discussie is begin 2013 breder getrokken – gesprekken met lectoraat, programmaraad, vakgroepen, organisatie – en eind 2013 wordt het document afgerond. Een excellentieprogramma zal onderdeel uitmaken van het Onder-wijsbeleidsplan. Begin 2014 vindt een mid-term review van het masterprogramma plaats.

4.2 Organisatie

4.2.1 PersoneelHet formatieplan van de Reinwardt Academie wordt jaarlijks geactualiseerd om inhoude-lijk actueel en organisatorisch stabiel te blijven. In het formatieplan is de omvang van het onderwijzend personeel, met een aantal beleidsuitgangspunten, weergegeven. In principe geeft de huidige omvang van de school, voor wat betreft studentenaantallen en bekosti-ging, aanleiding uit te gaan van een standaardbezetting van drie docenten per vakgroep. Op dit moment gaat het om de volgende vakgroepen die ieder een vakinhoud vertegenwoordi-gen: beheer en behoud, informatiemanagement, tentoonstellen, erfgoedtheorie, cultuur-geschiedenis, management, publiek en basisvaardigheden. Daarbij werken we idealiter met aanstellingen tussen de 0,5 en 1,0 fte. Dit omdat van medewerkers met een aanstelling beneden de 0,5 geen organisatorische activiteiten verwacht (kunnen) worden. Van de docenten wordt verwacht dat zij naast hun aanstelling ook binnen het werkveld activiteiten verrichten. Binnen de vakgroepen dienen de volgende competenties in balans te zijn: 1. Vakinhoudelijk (ten behoeve van kennisoverdracht)2. Pedagogisch en didactisch (leerprocesbegeleiding)3. Organisatorisch 4. Samenwerking intern en extern

Het leidinggevend middenkader bestaat uit drie studieleiders. Zij zijn verantwoordelijk voor respectievelijk jaar 1 en 2 van de bachelor, jaar 3 en 4 van de bachelor en het masterpro-gramma. De studieleiders sturen het docentencorps aan. Ze scheppen randvoorwaarden voor vakgroepen, waarbij ze verantwoordelijk zijn voor werving en selectie, opleiding en management, coördinatie, samenhang binnen en afstemming tussen de docenten. De docenten blijven individueel verantwoordelijk voor de inhoud van hun onderwijs. Naast studieleiding is ook bedrijfsvoering in het middenkader onder gebracht.

dd

Actiepunt 1

Page 14: Reinwardt beleidsplan 2013

2524 Reinwardt Academie | Beleidsplan 2013 Doelstelling en speerpunten

4.2.2 OrganisatieontwikkelingPunten van aandachtIn het formatieplan worden de voorwaarden geborgd voor het soepel en doelmatig verlopen van het onderwijsproces. Dat betreft vooral een adequaat functionerende organisatie met korte functionele en hiërarchische lijnen, gekoppeld aan een modern en concreet personeelsbeleid. Een actief lectoraat met kenniskring voorziet daarbij docenten en studenten voortdu-rend van nieuwe inhoudelijke kennis. Punten van aandacht daarbij:• De in 2011 gestarte, organisatiebrede didactische cursus, aansluitend op ons eigen curriculum, zetten we voort met meer themagerichte cursussen. • De balans tussen de expertises binnen het docentencorps dient gelijke tred te houden met het curriculum. Dat geldt tevens voor de benodigde vaste en flexibele inzet. De budgettaire ruimte wordt daarbij voortdurend in de gaten gehouden en kan tot heroverwegingen leiden.• De ondersteunende functies zullen de komende jaren beter gaan inspelen op flexibele eisen die het onderwijs stelt.

Daarnaast zal, om de cultuur en het zelfbeeld van de organisatie te versterken in 2013 gestart worden met een proces waarbij de normen en waarden van en binnen de orga-nisatie geëxpliciteerd worden. Onderwerpen die daarbij aan de orde komen: • Wat zijn de kernwaarden van de Reinwardt Academie.• Wat zijn de omgangsvormen voor studenten, docenten, het werkveld en de sociale media.• Het bespreken en benoemen van de zgn. corporate values.

Start ‘governance’ discussie voorjaar 2013

4.2.3 Blijvende zorgDe volgende aspecten verdienen permanente aandacht:• Investering in onderwijskwaliteit en -rendement.• Eenduidige ondersteuning voor studenten op het gebied van onderwijsondersteunen de activiteiten als studiereizen, cijferadministratie, mediatheek, stages, roostering etc. • Huisvesting.• Voorwaardenscheppende zaken als ICT-ondersteuning van het onderwijs.• Inspraak, formeel en informeel (studenten en personeel).

Jaarlijks wordt een formatieplan opgesteld, aangepast aan de studentenaantallen en de actuele veranderingen in het curriculum.

In 2013 zullen ook de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden, alsmede de re-latie tussen de verschillende organen (programmaraad, evaluatiecommissie, etc) binnen de academie in verschillende documenten worden uitgewerkt en vastgesteld. Gereed: eind 2013.

4.2.4 Infrastructuur: kwestie van schaalDe overlegstructuur tussen de spelers (zie bijlage) die nodig is om te komen tot het duurzaam en blijvend innovatief leveren van optimaal onderwijs ten behoeve van een erfgoedveld in beweging, stelt aan de Reinwardt Academie bijzondere eisen. De academie is te groot om alle zaken informeel te regelen, maar ook weer te klein voor het overwegend formeel beleggen daarvan. Dat betekent dat van directie, MT, docenten, studenten en ondersteuning een flexibele omgang verwacht wordt. Informeel waar kan, formeel waar moet. De balans daartussen stellen we periodiek, en waar nodig incidenteel, bij.

4.3 OmgevingDe platformfunctie van de Reinwardt Academie bestaat uit diverse activiteiten gericht op, met en voor de omgeving, zoals de Erfgoedarena, de Reinwardt Community, alumnibeleid en bij- en nascholing. In de komende beleidsperiode willen wij deze activiteiten, meer in samenhang, verder ontwikkelen en uitbouwen.

In samenspraak met het werkveld, nationaal en internationaal, vindt behoeftepeiling en onderzoek plaats naar de ontwikkeling van een evenwichtig bij- en nascholingsbeleid (niet-bekostigd contractonderwijs). Voor het mede-aanbieden van trainingen is een toet-singskader opgesteld bestaande uit vier criteria. Belangrijkste algemene randvoorwaarde is dat de reguliere onderwijsactiviteiten (bachelor/master) niet onder de training lijden. De vier criteria zijn:• De training sluit aan bij de inhoudelijke expertise (core business) van de Reinwardt

Academie.• De training sluit aan bij de competenties van de staf (docentenkorps).• De training levert een positieve bijdrage aan het imago van de Reinwardt Academie.• Voorbereiding en uitvoering leveren een duurzaam resultaat.

Andere activiteiten in het kader van deze platformfunctie zijn.• Waar mogelijk en zinvol zal de Reinwardt Academie binnen het landelijke programma

voor de creatieve industrie (CLICK-programma) een initiërende en actieve rol innemen.• Het alumnibeleid in relatie tot de scholingsvraag van de werkende erfgoedprofessional

wordt doorontwikkeld. • De Reinwardt Academie zal zichzelf verder als ontmoetingsplaats van opleiding, kennis

en werkveld positioneren en doorgaan met het gericht aangaan van duurzame samen-werkingsverbanden. Daarbij zal de actieve zoektocht naar zogenaamd best practices de positie van de Reinwardt Academie als kennisinstituut versterken.

• Het huidige netwerk van de Reinwardt Academie is erfgoedbreed en internationaal. Voorbeelden van partners waarbij duurzaam wordt samengewerkt: 1. Nationale erfgoedinstanties en middenveld zoals de Rijksdienst voor Cultureel

Erfgoed (RCE), UNESCO-NL, Nederlandse Museumvereniging, instellingen als Amsterdam Museum, Tropenmuseum, Imagine IC, Nederlands Openluchtmuseum, Nederlands Centrum voor Volkscultuur en Immaterieel Erfgoed, Gelders Erfgoed, BNO.

2. Nederlandse universiteiten, hogescholen en kennisinstituten, waaronder het Platform Archiefonderwijs en -onderzoek met HvA en UvA, Cultuurnetwerk Nederland, RCE, Meertens Instituut, KNAW.

dd

Actiepunt 2

Actiepunt 3

Actiepunt 4

Page 15: Reinwardt beleidsplan 2013

2726 Reinwardt Academie | Beleidsplan 2013 Doelstelling en speerpunten

• Internationaal netwerk universiteiten, ICOM-comités via de eigen docenten, UNESCO, FARO (Vlaams steunpunt voor cultureel erfgoed) en internationale onderwijs- ontwikkeling door deelname aan grotere projecten i.s.m. Tropenmuseum en RCE.

Behoeftepeiling bij- en nascholingsbeleid

4.4 Onderzoek: het lectoraatsprogrammaDe nieuwe lectoren stelden voorjaar 2012 in samenspraak met docenten en het werk-veld het programma Erfgoedpraktijk op de snijtafel op en geven daar nu uitvoering aan. Daarbij zal de (inter)nationale platform/netwerkfunctie van het lectoraat verder worden opgezet en uitgewerkt.

De onderzoeksthema’s van het lectoraatsprogramma zijn:

Relevantie a Hoe reageren erfgoedinstellingen op ontwikkelingen in de samenleving? Hoe gaan ze om met identiteitsvraagstukken, met nostalgische verlangens, met de behoefte aan vastomlijnde groepsculturen, stereotypen? Aandacht gaat hier uit naar activiteiten op het gebied van zowel materieel als immaterieel erfgoed. b Ook de diverse erfgoedmakers zelf hebben een inbreng: wat waren de intenties van de verzamelaars, schenkers, gemeenschappen, museumdirec- teuren en -conservatoren bij het selecteren, beheren en presenteren? c Wij zijn nieuwsgierig naar de manier waarop nieuw erfgoed niet alleen de collecties en tentoonstellingen, maar op den duur ook de instellingen zelf verandert. Krijgt in een participatief universum het publiek een nieuwe rol? Perceptie van erfgoedperformance: Hoe worden erfgoedpresentaties beleefd? Hoe ziet een professionele tentoonstellingskritiek eruit?

Het lectoraat ambieert intensivering van de samenwerking met andere AHK-facultei-ten (waaronder de Academie van Bouwkunst) en formalisering van samenwerking met externe partners in de context van Topsectoren-onderzoek (CLICK) en het Joint Program Initiative (EC). Daarnaast is het lectoraat actief binnen een variëteit aan langlopende samenwerkings-verbanden met externe partners, nationaal en internationaal.

Periodiek (eerste keer in 2013) monitoren van de onderzoeksagenda en deze wanneer nodig actualiseren.

Om de veranderingen in het onderwijssysteem en het beroepsperspectief, bij het lec-toraat, directie en een deel van de staf naar een nieuwe situatie te markeren, doet het lectoraat onderzoek naar gepaste borging. Professionele omgang met het archief van het lectoraat en codificatie van de eigen geschiedenis kunnen daarbij behulpzaam zijn.

dd

Actiepunt 6

1

2

Actiepunt 5

Page 16: Reinwardt beleidsplan 2013

29Reinwardt Academie | Beleidsplan 201328

ActiepuntenActualisering Onderwijsbeleidsplan, start 2013.

Start governance discussie, voorjaar 2013.

Jaarlijks wordt een formatieplan, aangepast aan de studentenaantallen en de actuele veranderingen in het curriculum, vastgesteld.

In 2013 zullen ook de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden, alsmede de relatie tussen de verschillende organen binnen de Reinwardt Academie in verschillende documenten worden uitgewerkt en vastgesteld. Gereed eind 2013.

Behoeftepeiling naar bij- en nascholing. Gereed eind 2013.

Periodiek monitoren van de onderzoeksagenda en deze wanneer nodig actualiseren (1e keer in 2013).

Actiepunten

a

Actiepunt 1

Actiepunt 2

Actiepunt 3

Actiepunt 4

Actiepunt 5

Actiepunt 6

Page 17: Reinwardt beleidsplan 2013

3130 Reinwardt Academie | Beleidsplan 2013 Bijlage

b

Bijlage BegripsbepalingDe volgende begrippen, functies en commissies zijn belangrijk voor het goed functione-ren van het onderwijs.

AlgemeenAHK: Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten.

De student: de student die is ingeschreven aan de Reinwardt Academie.Het werkveld: het geheel van erfgoedinstellingen en personen die zich beleidsmatig of uitvoerend begeven op het terrein van waarderen, selecteren, beheren, presenteren, overdragen en/of bediscussiëren van sporen uit verleden en heden.

Functies en eenheden binnen de Reinwardt Academie

De directeur: de directeur van de Reinwardt Academie. Eindverantwoordelijk voor de inhoud van de curricula, personeel, organisatie, huisvesting, financiën en alle voorwaar-delijke zaken om te komen tot een goede uitvoering van het onderwijs. Hij legt in deze hoedanigheid, middels rapportages, verantwoording af aan het College van Bestuur van de AHK

De studieleiders bachelor en course director master: verantwoordelijk voor de kwali-teit en consistentie van het onderwijs in de bachelor Cultureel erfgoed respectievelijk de master Museology.

Het managementteam: bestaat uit directeur, studieleiders en hoofd bedrijfsvoering. Het Managementteam is ondermeer verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken binnen de Reinwardt Academie.

Vakgroepen: iedere leerlijn wordt vorm gegeven door een vakgroep die veelal bestaat uit een drietal docenten (het aantal is afhankelijk van het aantal onderwijsuren). De vakgroepen worden hiërarchisch aangestuurd door de studieleiders.

Docenten: de docenten zijn onderverdeeld in vakdocenten, docenten en senior docen-ten. De nadere beschrijving van de functies is in een document vastgelegd.

Ondersteuning: onderwijs ondersteunende en voorwaardenscheppende, facilitaire medewerkers.

Formele commissiesDe examencommissie is verantwoordelijk voor de kwaliteit, consistentie en organisatie van tentamens en examens. De examencommissie legt jaarlijks verantwoording af aan het College van Bestuur van de AHK en de directeur van de Reinwardt Academie.

De toetsingscommissie houdt de kwaliteit van toetsen en beoordelen scherp in de gaten. In deze commissie is ook plaats voor externe expertise op het gebied van toetsen en beoordelen.

De Faculteitsraad (inclusief opleidingscommissie) vormt de vertegenwoordiging van studenten en personeel.

AdviescommissiesDe programmaraad, met daarin vertegenwoordigers van alle leerlijnen, bewaakt deze leerlijnen op actualiteit en consistentie, en de relatie tussen de verschillende leerlijnen binnen de blokken.

De evaluatiecommissie draagt zorg voor duidelijke, volledige en voortdurende kwan-titatieve en kwalitatieve evaluaties van het onderwijs en koppelt deze informatie terug aan studieleiders, programmaraad en studenten.

De Commissie van Advies bestaat uit relevante vertegenwoordigers uit het werkveld en adviseert directeur en lector inhoudelijk op het gebied van curriculumontwikkeling en alle verder voorkomende zaken. Belangrijke stakeholders zijn in de Commissie van Advies vertegenwoordigd, zoals de Nederlandse Museumvereniging, de werkvelden archivistiek, digitaal erfgoed, erfgoedonderzoek, monumenten en archeologie, onder-wijs en didactiek.

Page 18: Reinwardt beleidsplan 2013

32 Reinwardt Academie | Beleidsplan 2013

Colofon

TekstTeus EenkhoornMet dank aan alle medewerkers

FotografieNancy van AsseldonkBob BronshoffKoosje HofmanHanne NijhuisWillem van der Zel, Zuiderzeemuseum

EindredactieLiesbeth de Lange

OntwerpMeester ontwerpers, Amsterdam

Reinwardt [email protected]

© 2013Bachelor opleiding Cultureel erfgoed (Croho 34735)Master of Museology - Engelstalig - geaccrediteerd als postinitiële, niet-bekostigde master (Croho 70038)

Page 19: Reinwardt beleidsplan 2013

Beleidsplan 2013Reinwardt Academie

BORGEN+ACTUALISEREN=EXCELLEREN