allemaal woordjes2014/11/05 · 2. mijn eerste van dalevan van dale – een voorleeswoordenboek...
TRANSCRIPT
ALLEMAAL WOORDJESOver antieke, nieuwe, moeilijke en vuile woorden en
de containers waarin ze worden opgeslagen.
2 TAALBIJLAGE DE STANDAARDWOENSDAG 5 NOVEMBER 2014
Meer dan drieduizend jaar is het ons van dienst geweest,
en in een jaar of tien hebben we het zo goed als overbodig
gemaakt: het alfabet.
Elk kind leert het in de basisschool, waar het in de hoofdjes
wordt geramd tot ze het wel kunnen dromen. Je hoort het
op warme dagen als de ramen van de klassen openstaan:
aa – bee – cee – dee … Dat is binnenkort gedaan. De kinde
ren moeten de letters nog wel leren, kunnen schrijven en
groepjes letters herkennen als woorden. Maar wat zo ty
pisch is aan het alfabet, namelijk de volgorde van de let
ters, dat hebben we stilaan niet meer nodig en dat zal dus
vroeg of laat verdwijnen.
We gebruikten die volgorde immers alleen om woorden op
te bergen in lijstjes en ze daar weer uit op te halen. Stel
je voor dat ik vraag in deze bijlage eventjes het woord oet
lul aan te wijzen, dat zou niet mogelijk zijn. Maar wel als
alle woorden in alfabetische volgorde staan.
Het alfabet biedt ons al 3.500 jaar een manier om alle
denkbare woorden en veel din
gen die een naam hebben, op
een ordelijke manier te schik
ken. Boeken op naam van de au
teur in een bibliotheek, medicij
nen in de kast van de apotheker,
namen van mensen in een tele
foongids, steden en dorpen in een atlas. Als je het alfabet
kent, kun je zo terugvinden wat je zoekt.
Maar nu we overal over computers, tablets en smart
phones beschikken, zoeken we zelden of nooit nog alfabe
tisch. We tikken een naam in en daar verschijnt de infor
matie die we zochten. Namen van mensen die we willen
opbellen, zitten in het geheugen van onze gsm. Informatie
die vroeger in de dikke boekdelen van encyclopedieën
stond, vinden we met gemak, zelfs als we maar bij benade
ring weten hoe iets heet. Om een straat te vinden in een
stad, hoef je het stratenplan niet meer te overlopen, je tikt
de naam in en je smartphone leidt je ernaartoe.
De grootste verandering is te zien in de publicatie waar het
alfabet levensregel nummer een was: het woordenboek.
Nu al willen de meeste mensen niet meer alfabetisch zoe
ken; binnenkort kunnen ze het niet meer.
Daarom, nog gauw voor het traditionele woordenboek op
houdt te bestaan, deze bijlage. Een gebruiksaanwijzing,
een blik achter de schermen, maar ook een ode!
EEN SCHAT AAN WOORDEN(SCHAT)
ZOEKHETEENSOP
Een woordenboek zegt meer danduizend woorden. Maar daarmee is
lang niet alles gezegd. Sommigevragen blijven onbeantwoord.
Rik Schutz
COLOFON Hoofdredacteur: Karel Verhoeven Samenstelling: Karin De Ruyter,Astrid Houthuys en Ludo Permentier Bijdragen: Peter Cuypers, chef eindredactieDe Standaard; Astrid Houthuys, eindredactrice De Standaard; Ludo Permentier, columnistDe Standaard/medewerker Nederlandse Taalunie/UGent; Rik Schutz, publicistOnder Woorden/medewerker Nederlandse Taalunie; Bert Vermeulen, freelanceredacteur Illustraties: Dirk Huyghe Cover: Dirk Huyghe Vormgeving: Stephanie Verbraekel Eindredactie: Astrid Houthuys en Eva Van den Eynde.
Nu we overal overcomputers, tabletsen smartphonesbeschikken, zoekenwe zelden of nooitnog alfabetisch
LUDO PERMENTIER
ADIEU ALFABET
WOENSDAG TAALDAG
2
DE STANDAARDWOENSDAG 5 NOVEMBER 2014 TAALBIJLAGE 3
WOORDENBOEKVORMRAAKT UIT DE MODE
WAAR ZIJN ZEGEBLEVEN?
De woordenboeken vanKramers, Verschueren (metplaatjes!) en Koens mogendan nog trots staan te blinken in menige boekenkast,we grijpen er steeds mindernaar om woorden op te zoeken. Wie vandaag in woordnood zit, grijpt zijn surfplank en glijdt het internetop:
WWW.VANDALE.NL
Bevat de beknopte informatie uitde databank van de uitgeverij.
WWW.WOORDEN.ORG
Bevat informatie uit een verzameling van nieuwe en ouderewoordenboeken. Zeer omvangrijk.Geeft verwijzingen naar gespecialiseerde online naslagwerken.
WOORDENBOEK.BABYLON.COM
Eerst downloaden. Maakt gebruikvan Wikipedia. Biedt ook de mogelijkheid teksten te vertalen.
NL.THEFREEDICTIONARY.COM
Vooral goed voor vertalingen.Het Nederlandse woordenboekis recent en betrouwbaar, maarbeperkt.
NL.WIKTIONARY.ORG
Bevat bij veel woorden hoorbareuitspraak. Maakt de indruk dat ernogal wat uit de Grote Van Daleis overgeschreven.
WWW.MUISWERK.NL/MOWB
Bedoeld voor scholieren. Ergbeperkt in omvang.
WWW.ENCYCLO.NL
Zoekt in een hele reeks bronnenop internet.
WWW.BETEKENISDEFINITIE.NL
Zoekt in een hele reeks bronnenop internet. (rs)
Waarom worden verklarende woordenboeken gemaakt? Om ons te helpen onzeeigen taal correct te gebruiken. Als moedertaalsprekers van het Nederlands weten weal verschrikkelijk veel van onze taal, maarnatuurlijk niet alles. Vaak twijfelen we enzoeken we bevestiging van wat we vermoeden. De meeste vragen gaan over de spelling en betekenis(sen).Maar er zijn er meer. Wat is:
b de juiste spelling: tofu of tofoe, electrischof elektrisch?de betekenis: gijzelaar blijkt zowel daderals slachtoffer te kunnen zijnb de voluit geschreven vorm: gsm =global system for mobile communicationsb het juiste meervoud: blad: bladen,bladeren, blaren?b het voltooid deelwoord: overlegdof overgelegd?b het lidwoord: de of het algoritme,de of het game?b de uitspraak: nootuulen of nootuulen,teeraapeut of teeraapuit?b de plaats waarop ik het woord magafbreken: bioscoop of bioscoopb dat verwarrende andere woord: renumeratie/remuneratie, mortuarium/moratorium?b de exacte term voor wat ik bedoel: modder/drek/prut/blubber/derrie/smurrie/bagger/slijk?b het antoniem: glad – stroef,transparant – opaak?b het dure woord voor: doorzichtig =transparant, hartspecialist = cardioloog?
b het nette woord voor: pies = urine, poepen = cohabiterenb het gewone woord voor: expliceren =uitleggen, obstructie = verstopping?b gewoon Nederlands voor: human resources = personeelszaken, meeting = vergadering?b Standaardnederlands voor: bankbriefje = bankbiljet, bureel = kantoor of bureau?b de juiste combinatie: een tattoo maken/aanbrengen/zetten, een beslissing nemen/maken, allergisch aan/voor?b het gedrag in samenstellingen: sommige woorden krijgen altijd een ‘s’ als ze vooraan staan in een samenstelling: jongensboek, meisjesfietsb de herkomst: komt zebra uit het Latijn,het Arabisch of het Amhaars?b de (relatieve) frequentie: de aanduiding<f> stond ooit bij de 5.000 frequentstewoorden in de hedendaagse Van Dale.
Of onze moderne woordenboeken ook eenantwoord geven op al deze vragen, leest uverderop in deze bijlage.Er is ook informatie die we niet in onzehandwoordenboeken vinden: moeten leerlingen dit woord kennen na het lager onderwijs? Hoe ziet een … eruit? Met welkeandere woorden associëren moedertaalsprekers dit woord? Behoort dit woord totde actieve woordenschat van meer dan 80procent van de moedertaalsprekers? Inwelke samenstellingen komt dit woordvoor? Sinds wanneer komt dit woord in hetNederlands voor?Soms zijn er gespecialiseerde woordenboeken met het antwoord op zulke vragen.Soms (nog) niet. Sommige mensen denkendat woordenboeken met uitsterven bedreigd zijn. We hebben immers het wereldwijde web? Dat is een vergissing. Het webbiedt veel, maar geen zorgvuldig verzamelde en geredigeerde informatie over onzewoordenschat. Woordenboeken biedenmeer, maar dat kan nog best wat beter enuitgebreider.
HET ENE OOG ISHET ANDERE NIET
Het ene oog is het andere niet. Enhet ene woordenboek is het andereniet. Afhankelijk van waar je hetwoord oog opzoekt, krijg je een ‘gewone’ verklaring, een rijmpje, deherkomst van het woord, een medische beschrijving of een handvolwoordassociaties:
1. Pocketwoordenboek Nederlands van Prisma – een gewoon,beknopt verklarend woordenboek;
2. Mijn eerste Van Dale van VanDale – een voorleeswoordenboekvoor peuters, met tekeningen enrijmpjes;
3. Etymologisch woordenboekvan Van Dale – dat de herkomstvan woorden beschrijft;
4. Pinkhof geneeskundig woordenboek van SpringerMedia – eenvaktaalwoordenboek voor artsen,paramedici, verpleegkundigen enstudenten;
5. het woordassociatieprojectSmall world of words van degroep experimentele psychologievan de KU Leuven – geeft het resultaat van een grootschalig onderzoeksproject waarin de woordassociaties van ruim 70.000 taalgebruikers zijn samengebracht:www.smallworldofwords.com/new/visualize.
Een jaar of 25 geleden kreeg Van Dale eenbrief (in een envelop, met een postzegel erop)met de klacht dat het woord ‘is’ ontbrak in hetwoordenboek, dat toch duur genoeg was geweest. Ik mocht zulke brieven beantwoordenen schreef terug dat we juist een kinderwoordenboek hadden uitgebracht waarin bij de onregelmatige werkwoordsvormen een verwijzing stond naar het hele werkwoord, maar datde meeste mensen die iets over het woord iswilden weten, spontaan bij zijn keken. En deklager schreef terug dat hij zich diep schaamde; hoe had hij zo dom kunnen zijn!Lang geleden. Vaker en vaker zoeken we woorden op in woordenboeken zonder ze eerst omte zetten in de ‘woordenboekvorm’. Meervouden, verleden tijden, vergrotende trappen, hetwemelt ervan. Tien jaar geleden kwamen dezoekwoorden kopien, kopieen en kopieën nogzelden voor in de lijsten waarin alle opgezochtewoorden worden bewaard. En nu komen ze allevaker voor dan het woord kopie zelf. Logisch,want het grootste spellingprobleem met ditwoord is de meervoudsvorm (kopieën inderdaad).Waarom alle woorden die we opzoeken in eenonlinewoordenboek worden bewaard? Omdatde lijst met nietgevonden woorden een basisvormt om woorden toe te voegen. (rs)Het web biedt veel,
maar geen zorgvuldigverzamelde en geredigeerde informatie over
onze woordenschat
1
3
4
5
4 TAALBIJLAGE DE STANDAARDWOENSDAG 5 NOVEMBER 2014
RUUD HENDRICKX BELOOFT VAN DALE TOEGANKELIJKER TE MAKEN
‘GEBRUIKERS ZULLENDE VAN DALE ZELFKUNNEN AANVULLEN’Niet akkoord met de uitleg in‘Van Dale’? In de toekomst zultu zelf de definitie van woordenkunnen aanvullen.Hoofdredacteur Ruud Hendrickxstaat klaar om uw suggesties teverwerken in de volgende editie.Die wordt meteen ook ‘BelgischNederlandser’.Rik Schutz
© Dirk Huyghe
Intussen is het tien jaar geleden dat Van Dale nog eens meteen nieuwe papieren editie naarbuiten kwam. Volgend jaar is hetweer zover: dan ligt de vijftiendeeditie van de Dikke Van Dale in dewinkelrekken. Wij spraken metRuud Hendrickx, taaladviseur vande VRT én de Vlaamse hoofdredacteur van het woordenboek.Over taaladviseurs en woordenboekenmakers, nieuwe trends inhet woordenonderzoek en voorzetsels.
Taalgebruikers zijn vaak opzoek naar welk voorzetsel ze bijeen werkwoord moeten gebruiken. Zulke dingen vind je vaakniet terug in ‘Van Dale’. Gaat udaar iets aan veranderen?
‘Ja, wij maken van Van Dale meereen hulpmiddel om taal te produceren. Hoe gebruik je een woord?Het blijft een verklarend woordenboek, maar het zal ook eentaalproductiewoordenboek worden. We zullen ook het zoeken vergemakkelijken. In de huidige editie is hier en daar al steunkleur gebruikt en er zullen meer typografische middelen worden ingezet.’
U krijgt lijsten met nieuwewoorden en de combinatieswaarin ze voorkomen. Die heefteen computer uit grote verzamelingen digitale teksten gezeefd. Wat moet de woordenboekmaker nog zelf doen?
‘Het materiaal waarmee we werken is veel rijker geworden, maarde computer kan niet vaststellenwelke combinaties van woordenin het woordenboek horen als antwoord op vragen van taalgebruikers. Ook nieuwe betekenissenherkennen en die beschrijven ingoede definities, is mensenwerk.’
Als taaladviseur was ‘Van Dale’voor u een instrument. Nu bepaalt u zelf wat er in ‘Van Dale’staat. Gaan de lexicograaf ende taaladviseur samenvallen?
‘In het woordenboek moet je opnemen wat voorkomt. Woorden
DE NIEUWE
Hoe nieuw zijn nieuwe woorden? Als er érgens sprake isvan hergebruik, van recycling, dan is het wel in onzewoordenschat.Slechts heel zelden komt ereen echt helemaal nieuwwoord bij. Nieuwe woorden,of neologismen, zijn meestalcombinaties van bestaandebouwstenen. Dat kunnenwoorden en voor en achtervoegsels uit onze eigen taalzijn, of woorden uit anderetalen, en soms een combinatie van beide.Uitgevers van woordenboeken hebben de gewoonteveel aandacht te vragenvoor de nieuwe woorden ineen nieuwe editie van hunwoordenboek. De voorbeelden uit een persbericht inoktober over een nieuweeditie van een bekend woordenboek, illustreren de verschillende typen nieuwewoorden.
De grootste groep vormensamenstellingen van be
staande woorden: reactievoetbal,zelfcitatie, keukentafelgesprek,pandapunt, piekorgasme, vatbom, weggeefwinkel, wowmoment, retourpinnen, zelfkassa.Ook het vreemd ogende koekwous is een samenstelling methet zeldzame woord wous.
Een bestaand woord krijgteen voorvoegsel (de) of ach
tervoegsel (ificatie): deradicaliseren, gamificatie.
Merknamen, in deze voorbeelden van de internetdien
sten Snapchat en Tinder, leverensoms nieuwe werkwoorden op:snapchatten, tinderen.
Engelse werkwoorden meteen Nederlandse uitgang: to
scrape wordt scrapen.
Engelse woorden: onesie(oorspronkelijk een merk
naam voor rompertje, nu ook ingebruik voor huispak), scriptedreality. (rs)
1
2
3
4
5
DE STANDAARDWOENSDAG 5 NOVEMBER 2014 TAALBIJLAGE 5
nu andersoordeelt,maar doordathet gebruik isveranderd.Andere voorbeelden vanwoorden diein de volgende Van Daleworden gemarkeerd als
“BelgischNederlands” zondermeer: bekampen, bevraging,bloemsuiker, dampkap.’‘Ook “gallicisme” is naar mijn ideesoms te snel als grond voor afkeuring gebruikt. Het kan ook gaanom een aanvaardbare leenvertaling of om een vorm die in het Nederlands op dezelfde manier isontstaan als in het Frans.’
Aan de KU Leuven en de UGentonderzoeken taalkundigen dewoordenkennis van grote groepen taalgebruikers. Die kunnenvia internet woordassociatiesdoorgeven en aangeven welkewoorden men kent. Wat zullenwe daarvan zien in ‘Van Dale’?
‘Het zal ons werk zeker beïnvloeden en inspireren. We gaan na hoewe de resultaten van het onderzoek kunnen verwerken in de labeling van woorden in Van Dale.Voorts zullen we de online VanDale uitbreiden met een wikifunctie. Abonnees zullen zelf informatie kunnen toevoegen. Dat zalvoor ons als basismateriaal dienen om het woordenboek aan tevullen. Wat door gebruikers wordttoegevoegd, zal voor andere gebruikers zichtbaar zijn, maar hetzal er anders uitzien dan het geredigeerde woordenboek.’
Wordt de volgende editie delaatste in boekvorm?
‘Dat beslist de uitgever, maar hetlijkt me onwaarschijnlijk.’
RUUD HENDRICKX BELOOFT VAN DALE TOEGANKELIJKER TE MAKEN
die voorkomen inhet werk vanVlaamse schrijvers horen in hetwoordenboek,ook als ik ze geenstandaardtaalvind. Lezers (ookin Nederland)moeten de betekenis ervan kunnen opzoeken.Als lexicograaf vel ik geen oordeeldoor woorden te weren, maar ikprobeer wel een antwoord te geven op de vraag of je het in eenformele context kunt gebruiken.Ik zal vaker aangeven of eenwoord “formeel”, “informeel” of“spreektaal” is.’‘De aanduiding “BelgischNederlands, niet algemeen” komt nuveel voor, en dat zal minder gebeuren. Ze betekent voor de woordenboekmaker niet meer of minderdan dat het woord weinig voorkomt in publicaties, of mindervaak dan een standaardtalig synoniem. Als taaladviseur heb ik hetinderdaad vertaald in “niet gebruiken” en zo wordt het door Vlamingen ook spontaan geïnterpreteerd.’‘We zien nu dat woorden die vroeger werden bestreden, en die nu inVan Dale vaak “niet algemeen” of“spreektaal” genoemd worden,steeds vaker worden gebruikt inverzorgde taal. Een jonge auteurals Saskia De Coster accepteertniet langer alle aanpassingen vanhaar Nederlandse redacteur endaardoor wordt haar werk Vlaamser dan dat van een vorige generatie literaire auteurs. In het werkvan Stefan Hertmans komen opgeblonken laarzen voor. Het label“spreektaal” bij het woord opblinken in Van Dale, zal dus verdwijnen. Niet doordat de lexicograaf
Woordenboeken zijn er in soorten. Tijddus voor een vergelijking van enkele veelgebruikte verklarende woordenboeken vanhet Nederlands: de Grote Van Dale, PrismaHandwoordenboek, Van Dale Basiswoordenboek, woorden.org, Van Dale Nederlands als tweede taal (NT2) en het AlgemeenNederlands woordenboek. Zelfs binnen diebeperkte set woordenboeken – vertaal envakwoordenboeken laten we hier buitenbeschouwing – zie je nog grote verschillen:in prijs (van gratis tot 149 euro), in vorm(gedrukt, cd of online) en in inhoud. Dat hetdikste of duurste woordenboek altijd debeste keus is, is een misverstand. Wie Nederlands leert en een andere moedertaalspreekt, bijvoorbeeld, heeft veel meer aaneen woordenboek als Nederlands als tweede taal (NT2), dat rekening houdt met dieachtergrond.
Omvang
Het Nederlands kent een onbegrensd aantal woorden. Elk woordenboek is dus perdefinitie incompleet. Gebruik een woordenboek dus ook nooit om na te gaan of eenwoord bestaat. Als u het gaat opzoeken, bestaat het. U kunt hooguit ontdekken of het(al of nog niet) in uw woordenboek staat.Bedenk voor u een woordenboek raadpleegt, wat u wilt vinden. Wilt u de betekenis van (ver)oude(rde) of zeldzame woorden opzoeken, dan is het online Woordenboek der Nederlandsche taal ideaal. Wilt uinformatie opzoeken van woorden die u zelfgebruikt, zoals het juiste meervoud of despelling van een gangbare uitdrukking (teallen tijde), kies dan voor een beknopterwoordenboek.
Boek of online
Vindt u het prettig om in een boek te bladeren, zoekt u vooral woorden op als u in detrein zit te puzzelen, laat u dan niet aanpraten dat een online woordenboek altijd hethandigst is. Hebt u alleen af en toe eenwoordenboek nodig en bent u toch altijd enoveral online, dan is toegang tot een betrouwbaar digitaal woordenboek ideaal. Decdrom is een prettige tussenvorm, die uook kunt raadplegen als u geen toeganghebt tot het internet, maar dit medium isaan het verouderen.
Prijs
U krijgt altijd waar voor uw geld. Of u diewaar nodig hebt en of u uw geld eraan wiltuitgeven, moet u zelf bepalen, maar aangeen van de hier vergeleken woordenboe
ken moet u zich bekocht voelen. In alle gevallen krijgt u veel, zorgvuldig geredigeerde, actuele informatie over onze woordenschat die jaren bruikbaar blijft. Wanneer ude prijs omrekent naar een bedrag per afgedrukt woord, dan zult u zelfs nauwelijksgoedkopere boeken kunnen vinden.Er zijn overigens meer motieven om eenwoordenboek te kopen dan informatiebehoefte. U koopt een horloge ook niet alleenom te kijken hoe laat het is. Een mooi gebonden boek is voor velen fijn om te hebbenof cadeau te krijgen.
Spelling
Niet alle vergeleken titels hebben het keurmerk ‘officiële spelling’ van de Taalunie,maar alle houden zich eraan.
Lidwoord en genus
Nog niet zo lang geleden moesten woordenboekgebruikers uit de letters o, m of v achter een zelfstandig naamwoord zelf afleiden welk lidwoord erbij hoorde. Tegenwoordig vermelden alle woordenboekenhet lidwoord expliciet. Nederlands als tweede taal (NT2) vermeldt niet het onderscheid tussen m en v. Dat is een keuze diete verdedigen is voor de doelgroep (mensenmet een andere moedertaal).
Klemtoon
Enkele jaren geleden is de gewoonte ontstaan om in het trefwoord de klinkers in debeklemtoonde lettergreep te onderstrepenen dat is in no time de standaard geworden.
Uitspraak
Er zijn drie mogelijkheden: 1) geen uitspraak 2) weergave in het fonetisch alfabet3) weergave in gewone letters. Geen enkelwoordenboek geeft uitspraak bij alle woorden. Meestal staat het bij vreemde woorden; in woorden.org bij de 24.000 gangbaarste woorden.
Antoniemen en synoniemen
Met name in de Dikke Van Dale ontbreektsystematiek: taalverloedering = ‘taalbederf ’, maar bij het trefwoord taalbederfstaan twee andere synoniemen.
Combinaties
Met welke woorden een woord vaste combinaties vormt, is in veel woordenboeken afte leiden uit voorbeeldzinnen. Voor vrijwelallemaal geldt dat er meer níét in staat danwel.
Regiolabeling
Van oudsher worden alleen woorden die inNederland niet gangbaar zijn gemarkeerd.Vroeger met ‘ANZ’ of ‘Zuidn.’, tegenwoordigmet ‘BN’, ‘Belg’ of ‘in België’. Het Handwoordenboek van Prisma is het enige dat woorden die in België niet of weinig gebruiktworden, markeert als ‘NederlandsNederlands’ (NN).
EEN WOORDIS EEN WOORD IS
EEN WOORD
De ‘Dikke Van Dale’ mag dan al als debijbel worden gezien, er zwemmen nogandere vissen in de zee. En die hebbenook zo hun troeven. Rik Schutz
‘Of de volgendeeditie de laatste inboekvorm wordt?
Dat lijkt meonwaarschijnlijk’
Ruud Hendrickx: ‘Het materiaal waarmee we werken, is veel rijkergeworden.’ © Ivan Put
DikkeVan Dale
230.000 70.000 30.000 15.000 onvoltooid 24.000
boek en online boek met codevoor 1 jaar online
boek boek + cd online online
149 euro of75 euro per jaar
45 euro 30 euro 17 euro gratis gratis
PrismaHand-
woordenboek
Van DaleBasis-
woordenboek
Van DaleNederlands
als tweede taal(NT2)
AlgemeenNederlands
Woordenboek
woorden.org
aantaltrefwoorden
vorm
prijs(afgerond)
6 TAALBIJLAGE DE STANDAARDWOENSDAG 5 NOVEMBER 2014
element in: hoe groot is jouwwoordenschat in vergelijkingmet het gemiddelde?Spelenderwijs komt op dezemanier kennis over woordenvan heel veel taalgebruikers beschikbaar.Niet van alle taalgebruikers,want mensen zonder computeren analfabeten doen niet mee,maar toch van honderdduizenden Nederlandssprekenden uithet hele taalgebied. En er worden geen gegevens weggelaten;alles komt beschikbaar.
Woordassociaties
Aan de KU Leuven onderzoekende psychologen Simon De Deyne en Gert Storms via een website welke associaties woordenoproepen. Deelnemers – intussen meer dan 70.000 – krijgenop hun scherm een woord tezien en mogen drie anderewoorden intikken. Van 12.000Nederlandse woorden is op diemanier al een netwerk opgebouwd waarin woordassociatiesvan taalgebruikers zichtbaarzijn.De gevonden relaties tussenwoorden komen soms overeenmet wat ook in klassieke woordenboeken te vinden is. Synoniemen bijvoorbeeld en woorden die ook in zinsverband vaaksamen voorkomen. Maar in veelmeer gevallen tonen de associatienetwerken soorten van betekenisverwantschap die nooiteerder in kaart zijn gebracht.
De woordassociatietest van deKU Leuven kun je zelf doen opwww.smallworldofwords.com/nl
Sinds in België enkele psychologen zich met woordonderzoekbezighouden, kunnen we nietalleen meervoudsvormen en betekenissen opzoeken in hetwoordenboek, we kunnen ook teweten komen wat de gebruikersvan de Nederlandse taal wetenover woorden.Hoeveel mensen kennen hetwoord? Welke associaties roepthet woord op? Die vragen blijven niet langer onbeantwoord.Hoe die informatie in onzetoekomstige ‘woordenboeken’verwerkt zal worden, is nog nietduidelijk. Maar dat er meer tezeggen valt over onze woordenschat dan we in de traditionelewoordenboeken kunnen vinden, dat staat wel vast.
De taalgebruiker isde kennisbron
De manier waarop deze informatie beschikbaar komt, isnieuw. Tot voor kort beschrevenwoordenboekmakers wat ze zelfwaarnemen of aangereikt krijgen via digitale tekst. Maar watin het woordenboek terechtkomt, gaat altijd eerst de lexicograaf in, en komt er gezeefd engeordend als woordenboekartikel weer uit.Maar soms gaat het anders. Deonderzoeker bouwt een websiteen nodigt gewone taalgebruikers uit om mee te doen. Voor dedeelnemer is meedoen een soortspelletje: je krijgt op je schermeen woord te zien en je vult ietsin of aan.Bij het woordkennisonderzoekvan Marc Brysbaert van deUGent (zie interview hiernaast)zit er zelfs een wedstrijd
TAALPSYCHOLOGEN PEILEN NAAR ONZE WOORDKENNIS
METENIS
WETENMeervouden, verleden tijden,
synoniemen: in een woordenboekvinden we een schat aan informatie.Maar we willen meer weten. Hoeveel
mensen een woord kennenbijvoorbeeld. Spek naar de bek van
taalpsychologen. Rik Schutz
Marc Brysbaert, taalpsycholoogaan de Universiteit Gent, heeft aantienduizenden mensen gevraagdwelke woorden ze kennen. Hijtoonde elke bezoeker van zijn sitehonderd woorden uit een door zijnteam samengestelde lijst van60.000 en vroeg om bij elk woordaan te klikken of het woord bestaatof niet.
De woorden die in veel tekstenvoorkomen, dat zijn toch dezelfde als de woorden die iedereenkent?
‘Nee. Wij ontdekten dat duizendenwoorden die bijna iedereen kent,niet voorkomen in de lijsten metde 50.000 frequentste woorden uitverschillende tekstverzamelingen,zoals akkerbouw, bouwgrond, deelwoord, flitspaal, gospelmuziek,kijkcijferkanon, postpakket,scheurkalender.’‘Wat de frequentie is van eenwoord, dat kun je meten. Verzameleen grote hoeveelheid teksten enlaat een computer tellen. Dan ontdek je dat de en van veel vakervoorkomen dan doedelzak en capot. Maar hoeveel mensen eenwoord kennen, de “prevalentie”van een woord, dat kun je uit eendigitale tekstverzameling niet af
BEKENDVERSUSFREQUENT
Hoe ouder we worden, hoemeer woorden we kennen.Dat betekent niet dat we aldie woorden ook frequentgebruiken. TaalpsycholoogMarc Brysbaert zocht uit welkewoorden door de grootstegroep mensen gekend zijn.Rik Schutz
MARC BRYSBAERT,TAALPSYCHOLOOGAAN DE UGENT
DE TE LICHTE
Elke dag staat er in dekrant wel een woord dat uniet eerder hebt gezien.Lang niet al die nieuwewoorden halen het woordenboek. De meeste ziet unooit meer terug, althansniet meer nadat de gebeurtenis die de aanleiding geweest is voor het vormenervan weer uit het nieuwsis verdwenen.
b In de Rotterdamse zoo brakin 2007 een gorilla uit, daartoegeprikkeld door een dame dieoogcontact met hem had gezocht. Het dier heette Bokitoen die naam dook direct op inallerlei samenstellingen. Een reclamebureau bracht een speciaal ‘brilletje’ op de markt,waarmee je grote apen recht inde ogen kon kijken, zonder datze dat in de gaten hadden, deBokitokijker. Een geslaagdestunt, maar bril en woord zijnintussen weer verdwenen enhet woord zal dus het woordenboek niet halen. Bokitoproof(van hekwerk, bestand tegengrof geweld) staat wel in VanDale. Terecht. Het woord gaatterug op hetzelfde incident,maar het levert bij een zoektocht op internet ook recentehits op.
b Veel nieuwe woorden passenin een patroon, waarbij eendeel van het woord varieertmet de actualiteit. Sinds hetWatergateschandaal in de jaren70 van de vorige eeuw, zien wehet achtervoegsel gate vaakterug in samenstellingen. Elkschandaal levert wel een nieuwvoorbeeld op (Dutrouxgate),maar die komen lang niet allemaal in het woordenboek.
b Ook het voorvoegsel lok isproductief geworden: lokauto,lokfiets, lokoma, lokpuber. Nietal die woorden komen in hetwoordenboek, maar wel hetvoorvoegsel, met een handvolillustratieve voorbeelden.
b En hoe specialistischer eenwoord, hoe kleiner de kans dathet terechtkomt in een algemeen woordenboek. In een gewoon woordenboek zoekt u vergeefs naar cremello, perlino enpalomino. Dat zijn aanduidingen voor de kleur van eenpaardenvacht en daarvoor kuntu terecht in een gespecialiseerdnaslagwerk. (rs)
(Met dank aan TannekeSchoonheim en RuudHendrickx.)
DE STANDAARDWOENSDAG 5 NOVEMBER 2014 TAALBIJLAGE 7
IS EREEN WOORD
VOOR…?
© Dirk Huyghe
leiden. Dat moet je vragen aan detaalgebruikers. Er zijn dus woorden die veel mensen kennen, terwijl ze weinig worden gebruikt. Althans, ze zijn zelden opgeschrevenin de kranten en romans waarvande woorden zijn geteld. Pas nu weten we welke woorden dat zijn.’
Wat kunnen we met die kennisdoen?
‘Voor mensen die Nederlands leren, of dat nu scholieren of volwassen buitenlanders zijn, is het belangrijk eerst de woorden te lerendie “iedereen” (bijna elke volwassen moedertaalspreker) kent. Ookom de moeilijkheidsgraad van teksten te bepalen, wordt meestal gekeken naar woordfrequentie. Mengaat ervan uit dat woorden die zelden worden geschreven, moeilijke
woorden zijn, en dus vermedenmoeten worden in eenvoudige teksten. Een betere maat voor moeilijkheid is de bekendheid van eenwoord. Een woord dat iedereenkent, is namelijk niet moeilijk, ookniet als het weinig voorkomt.’
Wat kenmerkt de mensen dieveel woorden kennen?
‘Er is een duidelijk verband tussenopleidingsniveau en het aantalwoorden dat iemand kent. Wat weook verwachtten, is dat hoe ouderiemand is, hoe meer woorden hijkent, maar wat ons verraste is datdat proces niet stopt. Tot op hogeleeftijd blijven mensen hun woordenschat uitbreiden.’‘En een heel opmerkelijke uitkomst van ons onderzoek is dathoe meer vreemde talen iemand
Professor Brysbaert: ‘Wat ons verraste, is dat mensen tot op hoge leeftijdhun woordenschat blijven uitbreiden.’ © Fred Debrock
‘Hoe meervreemde taleniemand kent,hoe groter zijnNederlandsewoordenschatis. De vrees datde kennis vande moedertaalzou achteruitgaan, blijkt dusongegrond’
kent, hoe groter zijn Nederlandsewoordenschat is. De vrees dat hetleren van een of meer vreemde talen ten koste zou gaan van de kennis van de moedertaal, blijkt dusongegrond. Het tegendeel is waar.’
Is uw onderzoek nu afgerond?‘O nee! Ons verdere onderzoek zalzich onder meer richten op devraag op welke leeftijd kinderen de20.000 prevalentste, dus bij demeeste mensen bekende woordenleren.’
Marc Brysbaert e.a.,‘Woordenkennis van Nederlandersen Vlamingen anno 2013’.Academia Press, 2014, 656 blz.
ONLINEwoordentest.ugent.be
© Dirk Huyghe
RIK SCHUTZIn een woordenboek zoek je een woord en daarover vind
je dan informatie. Maar wat als je wel weet wat je bedoelt,maar het woord niet kent? Als je wilt weten of er wel eenwoord bestaat voor wat je wilt uitdrukken? Dan heb je eenomgekeerd woordenboek nodig.Sinds woordenboeken digitaal doorzoekbaar zijn, kun jemeer vinden dan vroeger. Stel, je wilt weten of er een woordis voor ‘vrolijk toneelstuk’ en je tikt deze combinatie in hetzoekvenster van het online woordenboek Nederlands, danvind je blijspel met het synoniem komedie. (Let op, in deDikke Van Dale werkt het alleen als je vrolijke toneelstukintikt.)In het ANW, het nieuwe wetenschappelijke woordenboekvan het Nederlands, is zelfs een speciale zoekmogelijkheid‘(van) betekenis (naar) woord’, maar doordat het woordenboek nog lang niet af is, is het lastig die functie te testen.Zoeken op de combinatie dom+ gemeen levert slechts oetlulop. De combinatie rijk+ oud geeft: Perzische, kasteel en asoboak.Met een beetje geluk vind je dus het Nederlandse woord,áls het bestaat, maar óf het bestaat, daarover krijg je geenuitsluitsel. En er zijn meer verschijnselen waarvoor het Nederlands geen woorden heeft dan u denkt. Dat valt op alsandere talen er wel een woord voor hebben.Af en toe verschijnt er een boekje waarin woorden uit eengroot aantal talen zijn bijeengebracht, die iets betekenendat in de moedertaal van de – meestal Engelstalige – samensteller niet in één woord kan worden uitgedrukt. Koro,Howard Rheingold; The meaning of Tingo, Adam Jacot deBoinod; In other words, Christopher Moore zijn zulke woordenboeken.Tip: zoek, voor u zich zo’n boekje aanschaft, op het internethet woord plimpplamppletteren op. In The meaning ofTingo omschreven als ‘the Dutch word for skimming stones’(‘steentjes keilen’). Tja.
8 TAALBIJLAGE DE STANDAARDWOENSDAG 5 NOVEMBER 2014
Het Woordenboek van het Algemeen Onbeschaafd Nederlands moet zowat het smeuïgste woordenboek van het Nederlandse taalgebied zijn. Niet meteen bruikbaar om uitvoor te lezen tijdens je allereerste bezoek aan de schoonouders, maar wel goed voor enkele uren gniffel en gnuifplezier. Van aarsgewei tot zweefteef: een abc van onbeschaafdNederlands.
Aarsgewei: (het), brede, geometrische tatoeage op de onderrug, vooral bij vrouwen; synoniem: trampstampBallentent: (de), een ongezellige, bekakte horecagelegenheidCamseks: (de), webcamseksDuh: dat spreekt vanzelf, dat is logischEigenheimer: (de), eigenwijze persoon die niet veel laatmerken van wat hij denktFoef: (de), vrouwelijk geslachtsdeelGeitenwollensokkentype: (het), 1. iemand die zich inzetvoor mens en milieu 2. wereldvreemde idealistHeftig: 1. erg leuk, cool een heftig feest 2. uitroep als ietsgaaf, cool wordt gevondenIJskonijn: (het), iemand zonder gevoelJammerhout: (het), vioolKadaver: (het), oudere persoonKlootjesdrogerij: (de), seminarie, studiehuis waar geestelijken gevormd wordenLekkers: (mv.), alles wat een vrouw seksuele aantrekkingskracht geeft, met name haar benen, billen en borsten. Haarlekkers tonenMauwen: zaniken, zeurenNada: niets niks, nakkes, nada, niente, nop helemaal nietsNokken: beëindigen, stoppenOpzouten: opdonderenPotloodventer: (de), man die zijn geslachtsdelen in hetopenbaar toontPretballon: (de), grote vrouwenborstRemspoor: (het), spoor van poep in een onderbroek of wcSoppen: 1. neuken 2. vochtig worden van seksuele opwindingTentslet: (de), meisje dat tijdens een meerdaags popfestival met verschillende mannen seks heeftUilenzeik: (de), slecht bier, slappe koffie, slechte drankVinkentering: (de), krijg de (vliegende) vinkentering, verwensingWipkip: (de), vrouw die met veel mannen neuktZweefteef: (de) 1. vrouwelijke zwever 2. stewardess
‘Woordenboek van het Algemeen Onbeschaafd Nederlands’,Prisma, 350 blz. Zie ook:
ONLINEwww.onbeschaafdnederlands.nl
HOE BRENG JE ZOVEEL MOGELIJK INFORMATIE EFFICIËNT AAN DE MAN?
HET IDEALEWOORDENBOEKBESTAAT (BIJNA)
VAN
AARSGEWEITOT
ZWEEFTEEF
DE STANDAARDWOENSDAG 5 NOVEMBER 2014 TAALBIJLAGE 9
het meteen opzoeken in de Oxford EnglishDictionary. Maar veel online woordenboeken zijn nog steeds behoorlijk ‘van papier’;de elektronische organisatie van informatie is nog niet ideaal, waardoor je uitdrukkingen nog niet snel kunt vinden.Martin ziet twee mogelijkheden om een‘volledig woordenboek’ zo in te richten datje er meteen in vindt wat je nodig hebt. Bijde ene houd je rekening met een gebruikersprofiel: het woordenboek toont slechts
wat aansluit bij wat bekend is over (de noden van) de gebruiker. Bij de andere integreer je het woordenboek + corpus in bijvoorbeeld een taalleeromgeving. Het woordenboek functioneert dan op de achtergrond en biedt alleen de informatie aan diede leerder nodig heeft.Verkuyl beschouwt ook het Algemeen Nederlands Woordenboek als een mooie stapin de richting van een ideaal woordenboek,door de combinatie van betekenis en encyclopedische informatie. Als de Vlaamse enNederlandse overheden dat project blijvenfinancieren, dan komt stap voor stap hetideale woordenboek tot stand.
Een handzaam woordenboek waarin jealtijd vindt wat jezoekt, dat is kort samengevat het idealewoordenboek. Het verraderlijke schuilt inde combinatie van allesomvattend en handzaam.De intussen gepensioneerde hooglerarenHenk Verkuyl (semantiek) en Willy Martin(lexicologie) hebben zich, onafhankelijkvan elkaar, beziggehouden met het idealewoordenboek. Het begin van hun loopbaanlag in de vorige eeuw, toen de computervoorzichtig begon ingang te maken in detaalwetenschap. Sindsdien is er nogal watveranderd. Is het ideale woordenboek dichterbij gekomen?Martin ziet wel voordelen aan de komst vanewoordenboeken: ruimte, omvang en gewicht zijn geen probleem meer. Maar omvolledigheid te benaderen, zou je een woordenboek moeten koppelen aan een grotehoeveelheid digitale teksten, een zogenoemd corpus. Een woordenboek beperktzich altijd tot één voorbeeld. Bij aanbevelen, bijvoorbeeld, lezen we ‘iemand beveeltiets bij iemand aan’ en ‘iemand beveelt iemand voor iets aan’, maar het is lastig ommet regels te specificeren wát precies aanbevolen kan worden in het Nederlands.Toegang verschaffen tot een corpus metheel veel voorbeelden kan dit probleem oplossen.
Ideaal in zicht
Volgens Verkuyl komt de huidige situatieop internet al vrij dicht bij het ideale, hijkan in zijn eboek een woord aanklikken en
Perfectie bestaat niet,maar we komenaardig in de buurt.Althans wat het idealewoordenboek betreft.We hebben een massaaan informatiebeschikbaar inzakformaat. Maaralles kan beter.Rik Schutz
Veel onlinewoordenboeken zijn nog
steeds behoorlijk‘van papier’
niet, maar ‘zet’ je, thee kan ‘slap’ of ‘sterk’zijn, red.). Het ANW is trouwens zo opgebouwd dat de verklaringen bij de lemma’svoortdurend kunnen worden aangevuld,bijvoorbeeld door de netwerken van woordassociaties die nu in Leuven worden opgebouwd.’De redactie vraagt zich van elk nieuw woorddrie dingen af: hoe vaak wordt het gebruikt,hoe lang al en waar? Hoe vaker, hoe langeren in hoe meer delen van het taalgebied eenwoord gangbaar is, hoe groter de kans dathet in het woordenboek komt.‘Woorden die een goede kans maken op opname in het woordenboek zijn bijvoorbeeldboterhammentaks en firmawoning. Overbeide woorden wordt al geruime tijd gediscussieerd. Ze worden allebei ook alleen inBelgië gebruikt en dat zal in het woordenboek ook worden vermeld. Maar een woordhoeft niet per se in het hele taalgebied gebruikt te worden om te worden opgenomenin het ANW.’Niet alle woorden die ooit in de krant hebben gestaan, komen in het woordenboek.‘Het woord kutMarokkaan, dat enkele jaren geleden door een Amsterdamse politicus werd gebruikt om straatschoffies vanMarokkaanse afkomst mee aan te duiden,maakt minder kans. Na een heftige discussie in de pers over dit woord, is het gebruikervan sterk teruggelopen. Waarschijnlijkleggen we het als hypewoord terzijde.’
ONLINEanw.inl.nl/search
Het Algemeen Nederlands Woordenboek(ANW) is een project van het Instituut voorNederlandse Lexicologie in Leiden en kunje zien als een vervolg op het 19eeeuwseWoordenboek der Nederlandsche Taal(WNT). Net als het WNT bevat het ANW véélmeer dan wat een gewone taalgebruikerooit zal willen opzoeken – het is een wareschatkamer van de Nederlandse taal: het zittjokvol voorbeelden, sorteermogelijkhedenén het geeft ook de BelgischNederlandse ofNoordNederlandse status van woordenaan. Anders dan het WNT, dat de ontwikkeling van de Nederlandse woordenschat doorde eeuwen heen beschreef, is het ANW eenmomentopname van het Nederlands vannu. Het woordenboek is alleen online teraadplegen, en dat zal ook zo blijven.‘Al is het woordenboek nog lang niet volledig’, zegt hoofdredacteur Tanneke Schoonheim, ‘toch wordt het al volop geconsulteerd. Vertalers bijvoorbeeld zijn erg blijmet de enorme verzameling vaste verbindingen in het Nederlands (thee ‘maak’ je
‘KutMarokkaan komt er niet in’
Het Algemeen NederlandsWoordenboek of ANW is een goedvoorbeeld van hoe het woordenboekvan de toekomst eruit zou kunnen zien.Ook al is het woordenboek nog in volleaanbouw, toch kun je het nu alraadplegen: het staat online én het isgratis. Rik Schutz
© Dirk Huyghe
BLIK OP DE TOEKOMST: HET ALGEMEEN NEDERLANDS WOORDENBOEK
DEMOEILIJKSTE
Eén ‘f’ of twee, ‘y’ of ‘ie’?Sommige woorden bezorgentaalgebruikers meer kopzorgen dan andere. Deze woor
den werden in 2014 hetvaakst online opgezocht.
Een top dertig.
accuraataffiniteit
alternatiefanomie/geanonimiseerd
assertiefbaby
bedrijfbraiserenbriseren
budget/budgettenbureaucadeau
cafécomplex
compromitterenconcept
condoleren/gecondoleerdcoulance
creeren/creërencultuur
cvdatumDuits
email/emailempathisch/empatisch
Engelsfactuur
fenomeenfonetischgemeente
Googlegroepgsm
honoreren/gehonoreerdidee
initiatiefkippenvelknapperd
kopiemedischmetafoor
moreelolie
percipiëren/gepercipieerdpragmatisch
raadrelatief
relativerenseks/sex
tenaamstellingupdaten/geüpdatetvannacht/vanacht
vermijden/vermeidenvof
willen
Deze lijst is samengesteld opbasis van de top twintig vanvandale.be, woorden.org enwoordenlijst.org.
10 TAALBIJLAGE DE STANDAARDWOENSDAG 5 NOVEMBER 2014
Van Dale al 150 jaar mee en is eral een veertiende druk verschenen, in 2005, digitale updates nietmeegeteld.
Woordenboeken bestonden alin de middeleeuwen, maar hetwoordenboek zoals we het nukennen, is veel jonger. Zo dateerthet Nieuw Woordenboek der Nederlandsche taal van 1864. In 1867begint Johan Hendrik van Daleuit het ZeeuwsVlaamse Sluis datwoordenboek te herwerken. Hijherziet veel omschrijvingen enbreidt het boek sterk uit. Zijnboek geldt tegenwoordig als detweede druk van het Van DaleGroot woordenboek der (later: vande) Nederlands(ch)e taal.De eerste schoolwoordenboekendateren uit dezelfde periode. Dewoordenboeken Nederlands,maar ook vreemde talen, vertelden scholieren de exacte betekenis van woorden en hun correctespelling. Het boek van onderwijzer Van Dale groeide uit tot deDikke Van Dale van nu. In drie delen én online. Intussen gaat de
HEEFT PAPIER NOG EEN PLAATS IN DE KLAS?
Zoeken leerlingen vandaag online naar de betekenis vaneen woord? Of duiken ze 150 jaar na het eerstewoordenboek nog steeds in een papieren exemplaar?Drie Vlaamse scholen doen hun boeken open.Bert Vermeulen
‘Vroeger verkochtenwe woordenboekenen dat was het. Nu
denken we met elkeschool mee: wat wil
je precies?’VERONIQUE VAN
HANDENHOVEVan Dale
Het papieren woordenboek moet vandaag knokken voor een plek in de klas. Jongeren laten zich liever verleiden door de gebruiksvriendelijkheid van de online versie. © Fred Debrock
‘We gebruikenze niet zo vaak’
De driedelige Dikke Van Dale heefteen keurig plaatsje op de lessenaar vanBart De Jaegher. Hij onderwijst de zesdeklassers in basisschool De Zonnetuin inSintKruis in Brugge. Binnen handbereikeen Prismawoordenboekje Frans. ‘Daarinhebben we vanmorgen opgezocht watroeien in het Frans is’, legt hij uit. Of deleerlingen zelf ook woordenboeken gebruiken? ‘Nu niet, de bak met woordenboeken staat wellicht hiernaast’, zegt hij.‘Daarin zitten een dertigtal Prismaatjes,ook voor de vierde en vijfde klas.’Even later reikt hij me een fris ogendexemplaartje aan. Druk: 1999, 2de oplage, zo blijkt. ‘Ja, we gebruiken ze niet zovaak.’ Het klinkt bijna als een excuus. ‘Inseptember heb ik ze één keer gebruiktvoor een oefening over mannelijke, vrouwelijke of onzijdige woorden.’ (bv)
MARC SANNENSINTFRANCISCUSCOLLEGE
HEUSDENZOLDER
‘Papieren woordenboekenhebben alleen maar nadelen’
In het SintFranciscuscollege inHeusdenZolder zijn geen woordenboeken te bespeuren. Al bijna vijf jaar gebruikt deze school alleen nog de onlineversie van de Van Dalewoordenboeken.Dit jaar: 1.650 leerlingen, zowel bso, tsoals aso. 1.570 hebben ook een thuislicentie. Hoeveel kost een pakket (Nederlands en de moderne talen) per leerlingper schooljaar? Twee euro. Ter vergelijking: een zakwoordenboekje voor ééntaal kost circa tien euro en is reeds verouderd de dag waarop het verschijnt.Dat vertelt de initiatiefnemer, MarcSannen, leraar Frans en ICTcoördinator. Vanwaar de omschakeling naar online? ‘Het is een veel eigentijdsere manier van werken voor de leerling, het isuitgebreider, altijd uptodate, je kan ersnel in opzoeken, je hebt het permanent
BART DE JAEGHERDE ZONNETUIN, BRUGGE
ter beschikking en tegen een democratische prijs. Bovendien beschikt elke leerling thuis en op school over dezelfdekwalitatieve tools.’Een opsomming in één adem alsof hij hetdownloadt van ‘zijn harde schijf ’. Zijn deleerlingen even enthousiast? ‘In het beginwaren ze kritisch. “We hebben toch gratisGoogle Translate”, klonk het. Ik liet zeeen simpel zinnetje als We staan op metGoogle Translate vertalen. Nous sommessur en We stand on. Tja. Vertaalrobots enwebsites hebben ook hun waarde, maarze zijn geen concurrentie voor een goedwoordenboek. Bij voorkeur online, wantnaar mijn aanvoelen hebben papierenwoordenboeken alleen maar nadelen.’ Enhebben onlinewoordenboeken geen nadelen? ‘Ja, één nadeel: geen internet betekent geen woordenboek.’ (bv)
Papier of online?
‘Onze online woordenboeken zijnniet bedoeld om de papieren versies te vervangen. Online versiesbevatten dezelfde inhoud als denieuwste boeken én bieden extramogelijkheden zoals luisterennaar de uitspraak van woorden.Ze kunnen naast elkaar gebruiktworden en elkaar aanvullen’, legtVeronique Van Handenhove uit.Zij is manager verkoop en marketing bij Van Dale.‘Maar je kunt niet meer zonder.We zien dat steeds meer scholende weg vinden naar de elektronische Van Dales. Veel hangt af vanhun computerinfrastructuur.Maar papier of online, de essentieis natuurlijk dat woordenboekenop school efficiënt gebruikt worden. Vroeger verkochten we woordenboeken en dat was het. Nudenken we met elke school mee:wat wil je precies?’
‘WIE GEBRUIKTNU NOG EENWOORDENBOEK?’
DE STANDAARDWOENSDAG 5 NOVEMBER 2014 TAALBIJLAGE 11
Het papieren woordenboek moet vandaag knokken voor een plek in de klas. Jongeren laten zich liever verleiden door de gebruiksvriendelijkheid van de online versie. © Fred Debrock
‘Een rijk arsenaal aanhulpmiddelen aanreiken’
In het KA De Tandem in Eeklo lopenwe Marieke Rommel, lerares Frans envertaler, tegen het lijf. ‘Mijn vertaalopleiding leverde me een innige band op metwoordenboeken. Ik koester mijn eigenexemplaren.’ Maar heeft de school waarze lesgeeft ook veel woordenboeken? ‘Inelke taalklas hebben we een flink aantalrecente kleine schoolwoordenboeken vanPrisma en van Van Dale. Voorts ook enkele ‘echte’ Van Dales. Mijn collega’s enik vinden dat een woordenboek of andernaslagwerk deel moet uitmaken van detaalopleiding. Alleen zo leren de leerlingen hoe ze zelfstandig, efficiënt en kritisch tot oplossingen kunnen komen bijeen taalopdracht, vooral voor het schrijven.’
‘Wie een woordenboek gebruikt, hoeftdaarom internet niet te mijden. Ook datis zeer waardevol: onlinewoordenboeken,het Groene Boekje, de VRTtaalwebsite enOnze Taal. We moeten leerlingen bewustmaken van het rijke arsenaal aan hulpmiddelen, hen aansporen om bronnen opeen kritische manier te gebruiken. Datpast niet alleen in taallessen, maar ookin de context van de onderzoekscompetentie. Willen we dat jongeren niet verdrinken in de stroom van informatie encommunicatie, dan moeten we hen daarin begeleiden. De woordenboeken staandan op de plank, zij maken ook deel uitvan die stroom. Ze lonken met hun kleine, misschien in deze tijd zeldzame zekerheid.’ (bv)
MARIEKE ROMMELKA DE TANDEM EEKLO
DE ANTIEKE
Woorden van het jaar en woorden die voor het eerst in eennieuwe druk van een woordenboek staan, trekken altijd veelaandacht. Maar hoe zit het metde woorden die zo weinig meergebruikt worden dat bijna niemand ze nog kent? Die geschraptworden uit de pocketwoordenboeken? Je komt ze nog wel tegen in romans uit de vorige eeuwen soms in een gedicht. Wie bekommert zich om deze bijna vergeten groep?Deze zomer deed de historica enromanschrijfster Nelleke Noordervliet een oproep om zulke bedreigde woorden te behoedenvoor totale vergetelheid. Haaridee werd opgepikt door het radioprogramma De Taalstaat, datelke zaterdagmorgen op de Nederlandse Radio 1 wordt uitgezonden. Presentator Frits Spitsriep luisteraars op om een (bijna) vergeten woord te adopterenen intussen zijn al honderdenwoorden ingezonden. Ook doorVlaamse luisteraars.Vergeetwoorden die aanvaardworden door het Gezelschap vanGeadopteerde Vergeetwoordenkrijgen van mevrouw Noordervliet, de beschermvrouwe van hetgezelschap, een heus adoptiebewijs toegestuurd. Wie een woordadopteert, verplicht zich ertoeom ‘goed voor het woord te zorgen’ en het woord te blijven gebruiken. Frits Spits heeft zelf hetwoord prudent geadopteerd en ergaat geen uitzending voorbij zonder dat hij dat woord een ofmeer keren gebruikt.Woorden waarvoor al een adoptiebewijs is uitgereikt, zijn:edoch, doerak, kruien, kek, mieters, deksels, zwerk, jegens, fideel, sneven, belatafelen, somwijlen, lichtekooi. (rs)
Wilt u ook een vergeetwoordadopteren? Stuur een emailnaar [email protected].
12 TAALBIJLAGE DE STANDAARDWOENSDAG 5 NOVEMBER 2014
PETER CUYPERSStiekem droomt elkejournalist er weleensvan: een nieuw woordcreëren dat zich in hetalgemene taalgebruikverspreidt en uiteindelijk het woordenboekhaalt.Soms gebeurt die schepping onbedoeld: eencollega lanceerde ooit
een nieuw type oorlogsvliegtuig, de bomenwerper. Het toestel is gelukkig nooit gebouwdgeworden en nooit in een woordenboek geland.Een verrassing is dat niet: een korte terugblikop de oogst die de eindredactie van deze krantde voorbije tien jaar binnenhaalde, leert datweinig nieuwe woorden de tand des tijds doorstaan én dat de blijvers zelden één enkele vaderhebben.Als er één domein is waarop onze woordenschat de voorbije jaren rijker is geworden, ishet dat van de milieuproblematiek. De klimaatvluchteling beleefde zijn doorbraak in2006, toen de orkaan Katrina een kwart miljoen mensen op de vlucht joeg. De kinderenvan Katrina zitten intussen overal: het begrip‘klimaatvluchteling’ heeft wereldwijd invulling gekregen, en met stijgende zeespiegels entoenemende broeikasgassen lijkt zijn toekomsthelaas verzekerd.
halen: het is bijzonder moeilijk om als individueen plaats te verwerven in het woordenboek.Nieuwe functies die in een maatschappelijkebehoefte voorzien, worden veel gemakkelijkeraanvaard. Zo heeft de griepcommissaris binnen de kortste keren burgerrecht verworven. Het wordt uitkijken of de ebolacoördinator even noodzakelijk blijft (voor de volksgezondheid valt te hopen van niet).Want ook die vaststelling dringt zich op: duurzaamheid is de uitzondering geworden. Strakskiezen we het woord van 2014, even omkijkennaar de genomineerden van 2013 levert eenmeedogenloze kaalslag op. De winnaar vantoen, de selfie, overleeft allicht nog even, al veranderen de trends in het universum van de sociale media ongenadig snel (de verdienstelijkepoging van schrijver Kees van Kooten om deselfie te vernederlandsen tot otofoto was ookgeen lang leven beschoren). Een andere genomineerde van vorig jaar, depandarel die het koninkrijkop zijn grondvesten deeddaveren, speelde amper zesmaanden later in de verkiezingen al geen rol van betekenis meer. En ook de destijds veelbesproken rommeltrein rijdt niet meer,maar dat heeft hij eigenlijknooit gedaan.
IN HETDIGITALETIJDPERKVERDWIJNTNIETS OFNIEMANDMEER
KINDEREN VAN KATRINA
1. Reageerbuisbaby uit een eicel die omnietmedische redenen werd ingevroren.Op die manier kunnen vrouwen hun kinderwens uitstellen, bijvoorbeeld omdat zeeerst carrière willen maken of een geschikte partner vinden.2. Deze taks wordt geïnd op geld dat in belastingparadijzen verstopt zit achter ingewikkelde vermogensstructuren. De begunstigden van zulke structuren moeten zichvoortaan bekendmaken bij de fiscus.3. Sinds kort liggen op basis van dezekeverlarven nuggets, schnitzels en burgersin de winkelrekken.4. Het in één keer achter elkaar bekijkenvan meerdere afleveringen van eentelevisieserie. Toenemende trend door uitgesteld kijken en streaming.5. In deze kooi worden gieren uit verschillende dierentuinen bij elkaar gezet, zodatze zelf hun ideale partner kunnen uitzoeken. Bestaat sinds kort in de dierentuin vanPlanckendael.6. Wie dit talent heeft, kan beter facturenontcijferen, internetbankieren en het aantal potten verf berekenen die hij nodig heeftvoor het schilderen van zijn keukenmuur.7. Studie van overerfbare veranderingendie niet terug te vinden zijn in de genetische informatie die in het DNA gecodeerdzit. Volgens deze wetenschapstak heeft bijvoorbeeld een ongezonde levensstijl negatieve gevolgen voor de volgende generaties.8. Harde rubberen kegels maken het haastonmogelijk om over deze voorwerpen te lo
pen. Infrabel zal ze in 2015 leggen bij honderd overwegen om spoorlopers te ontmoedigen.9. Kruising van een brandweerauto en eenambulance. Deze wagen moet eerste hulpverlenen, in afwachting van de anderehulpdiensten. Werd deze zomervakantie inRotterdam getest.10. Deze benaming voor de nieuwe Vlaamse én Belgische regering, die elk bestaat uitlouter centrumrechtse partijen, is bedachtop basis van de vlag én de regeringssamenstelling van een Scandinavisch land.11. Vergoeding die gemeentescholen sindsdit jaar vragen voor het toezicht op de middagmalende kinderen.12. Langs dit metalen opstapje kunnen onder andere reeën en vossen die in het kanaal BrusselSchelde zijn gesukkeld, weerop het droge komen en zichzelf van de verdrinkingsdood redden.13. Fenomeen waardoor we minder geneigd zijn te reageren op een dreiging diegeleidelijk toeneemt, dan op een acute dreiging. Dit woord wordt gebruikt in contexten als het ontstaan van een burnout en deklimaatproblematiek.14. Het verschijnsel dat bepaalde mensenniet in al hun lichaamscellen hetzelfde genetische materiaal bezitten.15. Manier om een boodschap op een vooraf bepaald tijdstip in één klap naar al jeTwitter en Facebookvrienden te sturen.Daardoor kan je boodschap een zeer grootbereik krijgen.
A. StruikelmatB. GecijferdheidC. BoterhammentaksD. MozaïcismeE. EpigeneticaF. BuffalowormG. ThunderclapH. UitstelbabyI. GekooktekikkersyndroomJ. BingeviewingK. FaunatrapL. DoorkijkbelastingM. DatingvolièreN. BrambulanceO. Zweedse coalitie
(Deze oefening is gebaseerd opde lijst ‘Woorden van de week’van de Taaltelefoon.)
ONLINEDe oplossing van deze oefeningvindt u opwww.standaard.be/taalbijlage
Woorden komen en woorden gaan.Elke week stuurt de Taaltelefoon de‘Taallink’. In dit mailtje vindt u ondermeer een ‘Woord van de week’, eenwoord dat plots alomtegenwoordig is inhet nieuws. Soms blijven die woordenlangere tijd hangen. Vaak gaat het omeendagsvliegen.De volgende woorden waren deafgelopen maanden hot. Kunt u deverklaringen verbinden met het juistewoord?
Positiever is het verschijnen van het passiefhuis of de passiefwoning, nauw verwant metde lageenergiewoning. In dezelfde buurt vertoeven de energiesnoeiers, vaak mensen uit eensociaal moeilijke positie die worden opgeleidom energiebesparende ingrepen uit te voerenin woningen en gebouwen. Hun toekomst oogtop dit moment beleidsmatig enigszins wankel,maar één zekerheid hebben ze: in het digitaletijdperk verdwijnt niets of niemand meer.Zo heeft het internet het eeuwige leven geschonken aan de pornoneef. Begin 2008 bleekeen familielid van kardinaal Godfried Danneels actief in een gespecialiseerde branchevan de filmindustrie, wat heel even een hotitem in de media opleverde. De pornoneef isintussen allang weer van de nieuwsradar verdwenen, maar het woord levert bij de zoekmachine Google nog altijd ruim tweeduizend hitsop.Waarmee de man een wereldster blijft in vergelijking met de amper 113 treffers – het woordis in dit geval op zijn plaats – voor de mayonaisegevangene, een gedetineerde die in 2010 inde gevangenis van Hasselt een cipier in elkaarsloeg omdat hij geen extra mayonaise op zijnfrieten kreeg. Vergetelheid is zijn deel geworden en navolgers heeft hij niet gekregen; éénconclusie is alvast dat er de jongste jaren geenklachten meer zijn over het penitentiair sausenbeleid.Meer algemeen is de moraal van deze twee ver
COLUMN
OEFENING 3