you have got e news?
DESCRIPTION
VPOD Nieuws gaat na negen jaar verder als ezine.TRANSCRIPT
4Documentalisten
onmisbaar bijparlementaire enquêtes
8Peter
ontmoet
Fred
10de Stelling
12Geografische
Informatie Systemen
You've got e-news?
VPOD Nieuws is aan haar 9de jaargangbezig. En lijkt aardig op weg naar de tienerjaren en een vroege volwassenheid. Wie hetvorige nummer nog eens goed bekijkt, moettoegeven dat er in die 9 jaren iets moois
gegroeid is. Het was een lastige bevalling ende eerste jaren was VPOD Nieuws eenkwakkelende peuter. Maar werkendewegkreeg de redactie steeds meer grip op hetproductieproces. Steeds vaker werd eengoed verenigingsblad gemaakt, professio
neel, gevarieerd en leesbaar; dat daarmeeeen steeds belangrijkere plek in het VPODleven kreeg. Hoe sneu is het dan om te moe
ten constateren dat het zo niet veel langerkan voortbestaan?
Destijds, in 1994, lag er een redelijk simpel maar gedegen
business plan. Een blad van 12 pagina's was te betalen uit de
inkomsten van vier advertentiepagina's, aangevuld met een
bescheiden bijdrage uit de verenigingskas. In 2003 is dat
niet veel anders, behalve dat er al enkele jaren veel te wei
nig advertenties verkocht worden. Voel nog maar eens
goed, het blad dat je nu in handen hebt, heeft ca. € 4,5
gekost. Aan druk, papier, opmaak, enveloppe, porto. Helaas,
van die € 4,5 wordt nog geen € 2 gedekt door adverten
tie-inkomsten. Om een financieel gezonde krant te maken,
moet ruim 50% van de inkomsten uit betaalde advertenties
komen. VPOD Nieuws wilde voor 90% dekking uit adver
tenties, de rest kwam dan van het contributiegeld. Dat
business plan blijkt niet meer te werken.
De oplossing ligt voor de hand, het gedrukte blad omvor
men naar een digitaal magazine, zodat je goedkoper kunt
werken. Een commissie van de VPOD is druk doende de
toekomst van VPOD Nieuws op dat spoor te krijgen. Er
zijn tal van voorbeelden van elektronische nieuwsbrieven
Peter Jonkman ontmoet Fred Nijo pagina 8
te vinden, dus zo'n digitale facelift moet best kunnen luk
ken.
Veel lastiger is het om draagvlak te bouwen. Succes is niet
te garanderen. Tenzij er voldoende gemotiveerde leden zijn
om stukjes te schrijven, distributielijsten te actualiseren,
een website te vullen, banners te verkopen. Het bestuur
van de VPOD zal een stevige en gemotiveerde redactie
moeten neerzetten om website en e-zine tot een succes te
maken. Daar schuilt het verschil tussen succes en falen,
wacht er weer een moeilijke bevalling? Hoe het ook zij,
VPOD Nieuws is straks geschiedenis, Lang Leve VPOD E
news. En die krantel1? Die zullen denken: "Hadden wij het
maar zo makkelijk." Wil Roestenburg
Jalema is al meer dan vijftig jaar gespecialiseerdin opbergen en terugvinden van informatie. Metefficiënte, tijd- en ruimtebesparende archiefsystemen voor fysieke (papieren) documentenén met innovafieve oplossingen voor het beherenen beheersen van elektronische informatie.
De vier Jalema pijlers voor effectiefinformatiebeheer
• Oplossingen voor het fysieke archiefTijd- en ruimte besparende laterale archiefsystemen, mappen, kleurcodering en handigeaccessoires.
• Oplossingen voor het elektronisch archiefJIM (Jalema Information Manager)-softwarevoor inzicht en overzicht van alle informatie(in- en extern, fysiek en digitaal) binnen uworganisatie.
• Hoogwaardig extern archief beheerJ-F-M (Jalema File Management): zwaar beveiligd pand voor beheer van grote aantallen dossiers. Supersnelle Scanning-on-Demand faciliteiten.
• Informalion ConsultancyJalema's Informatie Adviseurs staan tot uwbeschikking voor een vrijblijvende inventarisatieen oplossingen op maat.
Bel, schrijf, fax of mail voor onze brochures ofom een vrijblijvende afspraak te maken met onzeInformatie Adviseurs. Uwordt er wijzer van.
NMSNational Multiple Services BV
Microfilm en randapparatuurOp het gebied van Microfilm was het vaak moeilijk omeen goed adres te vinden waar je terecht kon voor een
- compleet servicepakket. Service, van verkoop tot verhuur,voor onderhoud en snelle goede oplossingen vanstoringen en mankementen. De levering van toebehorenen randapparatuur, de deskundige problemsolver hele
maal thuis in uw vak. V90r al deze items en een uitgebreide extra service vooralle andere kantoormachines, toners en benodigdheden, is er maar een ding omte onthouden.... CNMS Canon servicedealer en leverancier anOfl
Wateringweg 52 - 2031 El Haarlem Postbus 6124 - 2001 He HaarlemTel. 023 - 532 62 28 - fax. 023 - 542 72 37
WWW.NMS.NLe-mail: [email protected]
JInternationaL issues'op de SLA conferentie
Naar goed gebruik verzorgt de News
Division (DNWS), onderdeel van de Special
Libraries Association, een eigen programma
tijdens de jaarlijkse conferentie. Zo ook dit
jaar in NewYork. Woensdag II juni stond de
conferentie grotendeels in het teken van
'international issues'. En dus kreeg ik van
DNWS - chair-elect Linda Henderson de
vraag of ik als voorzitter van het IRe
(International Relations Committee) wilde
optreden als moderator voor de sessie
Global Issues. Gelukkig vond ik twee kom
panen in de personen van Laura Soto-Barra
en onze eigen Daan Boom, die toch al aan
wezig was voor een workshop over kennis
management.
Laura hield een zinderend verhaal over het kranten bedrijf
Granasa in Ecuador, waar de nieuws researchers letterlijk
hun eigen bronnen moeten bouwen. Het bedrijf geeft twee
kranten uit, het kwalitatief hoogstaande Diario Expreso
(dat al vele jaren verlies draait) en het erg populaire en
winstenmakende Diario Extra. Extra trekt vele lezers met
gratis loterijen. voorpagina's vol schokkende foto's en
uiteraard veel sex. En het Internet is met 3% Spaanse con
tent ook maar een beperkte bron. Ze moeten de gegevens
dan ook op een heel andere manier boven water krijgen
dan wij gewend zijn en vervullen meestentijds de rol van
feitenverzamelaars, waarmee zij een wezenlijke kwaliteits
impuis voor de krant Expreso leveren. Dat doen ze in de
vorm van dagelijkse graphics en fact files, met in eigen
beheer ontwikkelde statistische databanken. Als een intern
persbureau dragen zij nieuws aan, monitoren alle radio- en
televisie-uitzendingen en verspreiden twee maal per dag
een interne elektronische nieuwsbrief. 'EI Mensajero'.
Daan Boom was gevraagd aan te geven wat kennismanage
ment vermag, hoe een journalistieke omgeving daarvan kan
profiteren en hoe een global player als KPMG omgaat met
nieuwscontent. Een boeiend verhaal over de ontwikkeling
van de informatievoorziening binnen KPMG, waar de bibli
otheek uitgroeide tot een wereldwijd intranet, KWORLD.
Dit bevat vele bronnen (ook heel veel mediacontent) en
toepassingen voor gebruikersgroepen op alle niveaus in het
bedrijf. De KPMG kennismanagers ontwikkelden een nieuw
governancemodel voor het beheer en gebruik van informa-
tie en welbeschouwd is KWORLD nu één grote "digitale
bibliotheek" geworden, die wereldwijd bereikbaar is. Een
heel wat luxere situatie dan in Ecuador de praktijk is.
Mijn bijdrage ging over een typisch Europees probleem.
namelijk "veeltaligheid". De meer dan twintig hoofdtalen
maken het zoeken in Europese bronnen er niet eenvoudi
ger op.Twintig jaar geleden was het nog simpel. We
gebruikten vooral de eigen archieven in de eigen taal. Een
enkel buitenlands stukje kwam gewoon bij het desbe
treffende onderwerp in hetzelfde mapje met dezelfde code
of dossiernaam . Met de komst van databanken als FT
Profile en later LexisNexis werd het Engelstalige aanbod
overweldigend. De beginjaren van Internet deden daar nog
een schep bovenop. Maar waar zo'n vijf jaar geleden het
totale digitale aanbod nog voor meer dan 80 procent
Engelstalig was, zie je nu een relatief snelle afname en vor
men de vreemde talen een steeds groter aandeel; het
vreemdtalige informatieaanbod neemt in een hoog tempo
de leiding over.
Ik wierp vooral vragen op. ondersteund met wat cijfers.
Dagelijks komen er- 275.000 internetgebruikers bij, 80%
daarvan heeft nooit Engels geleerd. De online population is
voor bijna 65% niet-Engels (maart 2003), vijf jaar geleden
was dat slechts 43%.Volgens eMarketer is nu meer dan 32%
van het web niet-Engels. Met websites die morgen relevant
kunnen zijn, of het nu gaat om Tikrit of Bhopal of Bali.
Vooral in Azië (geen wonder natuurlijk) en Europa wordt
veel onderzoek gedaan naar multilingual indexing and
retrieval, maar ook in de VS is veel aandacht voor compu
terlinguïstiek, vooral het Arabisch is hot. Het Delftse Irion
heeft op Internet een speeltje staan met newsalloverthe
word.nl, een site die een zoekvraag in een semantisch net
werk "vertaalt" naar diverse andere talen en antwoorden
levert uit diverse taalgebieden. En het erg Amerikaanse
Seybold wijdde in juni 2002 een rapport over Language
technology and informationmanagement.
Taal wordt, nee was en is een internationaal probleem. Nu
in cyberworld en een 24/7 economie oude problemen als
afstand en tijd geen rol meer spelen, is taal de grootste en
misschien wel laatste barrière. Met slimme indextechnie
ken en retrievalsystemen en met het massieve onderzoek
naar adequate vertaalsoftware ligt daar een prima kans
voor onze professie. Nog even en de helft van Internet is
onbegrijpelijk, tenzij slimme tooitjes je helpen bij het zoe
ken, want: "Fahrrad =fiets =bicyclette =bicycle = ?? ...."
Wil Roestenburg PCM I&D
VPOD 93/03
Documentalistenparlementaire
Parlementaire enquêtes lijken ineens heel normaal.Waar de Kamer dit controlemiddel vroeger zelden
gebruikte, zijn ze nu eerder gewoonte dan uitzondering. De enquêtes naar de Bouwnijverheid en
Srebrenica zijn nog maar net afgerond of er wordt alweer gestart met een nieuw onderzoek rond
Infrastructuurprojecten zoals bijvoorbeeld de Betuwelijn. De controlerende functie wordt belangrijker
voor de Kamer. Omdat een parlementaire enquête de waarheid boven tafel wil halen is gedegen
onderzoek zeer belangrijk. En waar onderzoek gedaan wordt is de hulp van een documentalist onmis
baar. Omdat wij heel benieuwd waren naar de taak van een documentalist bij zo'n belangrijk onder
zoek, gingen we langs bij de Tweede Kamer en spraken daar met drie documentalisten.
De afdeling documentatie van de
Tweede Kamer is in 200 I na een
reorganisatie ingrijpend veranderd.
De aparte afdelingen parlementaire
documentatie, bibliotheek en persdo
cumentatie zijn omgevormd tot één
geheel. De nieuwe afdeling heet
Dienst Informatievoorziening (DIV)
en bestaat uit drie onderdelen:
Centraal Informatiepunt,
Documentatie en Research, en
Bedrijfsbeheer en Archief. In de nieu
we opzet vormt het Centraal
Informatiepunt de frontoffice en de
afdeling Documentatie en Research
de backoffice. Deze laatste is ver
deeld over vijf beleidsclusters waar
onder Ruimtelijk Beleid en
Internationaal Beleid. Naast het mee
draaien van baliediensten, beant
woordt deze afdeling tweedelijns vra
gen, selecteert en ontsluit het infor
matiemateriaal in elektronische
bestanden en verzorgt het intranet
pagina's. Er werken in totaal zo'n
zeventig mensen bij de DIY.
In het afgelopen jaar zijn er twee par-
lementaire enquêtes geweest:
Bouwnijverheid en Srebrenica.
Monique van Oostwaard werkt bij
Documentatie en Research en haar
specialiteit is Internationaal Beleid.
Ze was als documentalist betrokken
bij de enquête naar de Bijlmerramp
en werd mede daarom gevraagd voor
de enquête naar Srebrenica. Daarbij
werkt ze nauw samen met Michiel
Niemeijer, die gewoonlijk werkzaam
is bij het Centraallnformatiepunt .
Peter van Goch van Documentatie en
Research, werd met een collega toe
gevoegd aan de enquête
Bouwnijverheid. Hij heeft de speciali
satie Ruimtelijk Beleid en beiden
hebben al ruime ervaring opgedaan
bij het werk voor de Tijdelijke
Commissie Besluitvorming
Uitzendingen (TCBU), de voorloper
van de Srebrenica-enquête.
Als er tot een parlementaire enquête
wordt besloten wordt als eerste een
griffier benoemd. Deze is verant
woordelijk voor de gang van zaken en
de administratie van de hele opera
tie. De griffier formeert vervolgens
een staf. Die bestaat uit één of meer
onderzoekers, waaronder vakspecia
listen. Het aantal onderzoekers kan
trouwens enorm verschillen. Zo lag
dit aantal bij de Bouwnijverheid fors
hoger dan bij de Srebrenica-enquête.
Verder horen nog een secretaresse
en twee documentalisten tot de staf.
Bij de DIV wordt gekeken welke
documentalist de enquête wil gaan
doen en dan gaat het snel van start.
"Het is letterlijk zo, dat je 's ochtends
nog nietsvermoedend naar je werk
gaat en 's middags al volop in de
enquête zit en je al je andere werk
moet laten vallen", vertelt Monique.
"Van het een op het andere moment
is je oude situatie even helemaal
doorgesneden. Je gaat dan daadwer
kelijk naar een andere ruimte waar je
met de rest van de staf en het onder
zoeksteam de enquête voorbereid.
De eerste keer weet je niet zo goed
wat er van je verwacht wordt, maar
in de loop van de tijd bouw je exper
tise op". Inmiddels is er door de
documentalisten een draaiboek
opgesteld naar aanleiding van eerde
re enquête-ervaringen.
Het vooronderzoek
De eerste taken van de documenta
list zijn het aanleggen van een kleine
collectie naslagwerken en het verza
melen van alles wat al over het
betreffende onderwerp (in de media)
is verschenen.
Bij Srebrenica behoorde daar ook
een behoorlijk aantal boeken bij.
De volgende stap is het aanleggen
van biografische mappen van perso
nen die waarschijnlijk verhoord gaan
worden. In zo'n map kunnen kamer
stukken zitten, maar ook interviews
en andere artikelen. Het aantal map
pen kan nogal oplopen. Zo zijn bij de
Bijlmer-enquête negentig getuigen
gehoord. De informatie komt uit
bronnen als het eigen elektronisch
onmisbaar bijenquêtes
systeem, Factlane, LexisNexis, inter
net etc. Voor de Srebrenica-enquête
werden alle kamerstukken van 1991
tot 2002 geïnventariseerd. Dit was
voornamelijk een taak van Michiel:
"De stukken werden ontsloten door
middel van annotaties in Word en
vervolgens in jaarmappen gebun
deld".
Er is een groot verschil tussen de
enquêtes wat het verzamelen van
materiaal betreft. De Srebrenica
enquête bijvoorbeeld was voor een
groot gedeelte op het NIOD-rapport
gebaseerd. Tegen de tijd dat het rap
port uitkwam was het onderwerp al
acht jaar in het nieuws geweest en
was er al zeer veel onderzoek ver
richt naar het drama van Srebrenica.
Daardoor was er dus al heel wat
materiaal voorhanden dat meteen
vergaard kon worden. Bij de enquête
naar de Bouwnijverheid daarentegen
was er praktisch niets bekend. En bij
de TCBU moest het onderzoeksar
chief helemaal worden opgebouwd,
waardoor er veel meer achter rele
vante (primaire) documenten bij bij
voorbeeld de betrokken ministeries
moest worden aangegaan. Peter:
"Daar hebben we in totaal wel 300
meter archief doorgeploegd".
De verhoren
Nadat er besloten is wie er mogelijk
verhoord zal worden door de
enquêtecommissie worden de per
soonsdossiers van de desbetreffende
personen up-to-date gehouden. De
leden van de commissie die de open
bare verhoren afnemen moeten
steeds worden voorzien van een
actueel aangevuld mapje. Zo was het
derhalve een taak van de documenta-
listen om de voorzitter en de vijf
commissieleden van de Srebrenica
enquête een bijgewerkt mapje te
geven voordat het desbetreffende
verhoor begon. Monique: "Dit zorgde
voor veel hectiek, want iedereen
moest hetzelfde mapje met de goede
en accurate inhoud hebben. Bij wijze
van spreken moest het de avond
voor het verhoor thuis aan de voor
deur bezorgd!".
Verder wordt er elke dag een reader
gemaakt met actueel nieuws uit
onder andere dag- en weekbladen en
van internet, bijvoorbeeld met com
mentaren op het NIOD-rapport. En
zo verzorgden de documentalisten
tijdens het bouwnijverheid-onder
zoek dagelijks de "Bouwbode" met
nieuwsberichten over de commissie.
Bij de RVD worden de relevante
radio- en televisieuitzendingen opge
vraagd waarvan een audio-archief
wordt aangelegd. Het volgen van de
actualiteit is de belangrijkste taak van
de documentalisten tijdens de verho
ren.
Het onderzoeksrapport
Als alle verhoren achter de rug zijn,
wordt het onderzoeksrapport
geschreven.
Als het concept-rapport klaar is,
begint voor de documentalisten een
volgende taak: zorgen dat de bron
nenlijst bij het rapport gemaakt
wordt en compleet is. Ook verzorgen
zij een afkortingenlijst en voetnoten.
Als het rapport uiteindelijk naar de
uitgever SDU gaat, moet er nog een
correctie plaatsvinden. Ook daar
doen de documentalisten aan mee.
Zij zorgen ervoor dat er in het rap
port een eenheid in stijl is. Verder
wordt er gelet op spellingsfouten en
punten en komma's. Dit alles gaat
onder een behoorlijke tijdsdruk en
voor de documentalisten is het een
hectische periode. "Als daarna de
commissie wordt ontbonden en de
stofwolken zijn neergedaald val je in
een behoorlijk gat", aldus Monique.
"De hele tijdsdruk is er af en er hoeft
alleen nog aan het archief gewerkt te
worden".
Debat
Als het rapport eenmaal is gedrukt
dan is het alleen nog wachten op het
debat. Dat liet bij de Srebrenica
enquête echter behoorlijk lang op
zich wachten. Het werd in juni 2003
gehouden terwijl het onderzoek al in
- januari 2003 was afgerond. Voor de
documentalisten rest dan nog één
taak en dat is aan het archief werken.
Wat moet er bewaard blijven en wat
kan weggedaan worden? Sommige
stukken zijn vertrouwelijk: die gaan
naar de kluis. Het materiaal wordt in
dozen bewaard met lijsten van de
inhoud en vervolgens naar het archief
gebracht. Tijdens het debat is er één
archivaris stand-by om zonodig nog
materiaal naar boven halen. Bij de
enquête naar de Bouwnijverheid
lagen de spullen nog niet opgeslagen
tijdens het debat en vervulden de
documentalisten de taak om informa
tie aan te dragen waar dat nodig was.
Om niet elke keer weer opnieuw het
wiel uit te moeten vinden, bewaren
de documentalisten nu een kist met
daarin handige zaken zoals oude
enquêterapporten, naslagwerken ete.
Een soort collectief geheugen. Klaar
voor de volgende enquête.
Ervaringen
Alle drie vonden ze het een verrij
kende ervaring om aan een enquête
mee te werken. Michiel: "Het ver
ruimt je blik door de hele andere
manier van werken. Ook is het leuke
dat je veel mensen in de organisatie
leert kennen. Eigenlijk zou het een
verplicht nummer moeten zijn voor
elke documentalist hier, omdat duide
lijk wordt hoe de politiek en de
Kamer werken. Zo zie je beter waar
voor je je werk eigenlijk doet".
Peter: "Je moet wel enige affiniteit
met het onderwerp hebben want je
bent daar toch zo'n acht maanden
mee bezig. Het duurde best even
voordat de wereld van de bouwnij
verheid voor mij begon te leven".
"Het teamgevoel is bijzonder belang
rijk", vult Monique aan. "Dit groeit
gaande de enquête. Er wordt van
iedereen verwacht dat ze zich flexi
bel opstellen, dus als documentalist
moet je wel eens de telefoon opne
men, koffie zetten of secretariële
werkzaamheden uitvoeren. Het is wel
belangrijk om meteen uit te dragen
dat je daar zit op grond van je eigen
expertise. Zo wordt er meteen dui
delijkheid geschapen over wat je
doet. Zeker voor onderzoekers die
van buiten de Tweede Kamer kwa
men was dat nodig. Die moesten aan
vankelijk erg wennen aan het ver
schijnsel documentalist, maar ervoe
ren het later als erg handig".
De deelname van documentalisten
aan de enquêtes heeft als extra voor-
Van links naar rechts Peter van Goch,
Monique van Oostwaard en Michiel
Niemeijer
deel dat de taak van documentatie in
het algemeen belangrijker is gewor
den. Monique: "Documentatie staat
duidelijk meer op de kaart binnen de
organisatie" .
AI met al zouden ze de ervaringen
niet willen missen. Alleen Peter zou
zich op korte termijn even niet meer
willen aanbieden: "Je houdt tijdens de
enquête weinig tijd over voor een
privé-leven. Zelfs de vakantieperio
des schieten erbij in of moeten col
lectief worden afgesproken. de hele
staf is dan bijvoorbeeld twee weken
vrij".
Maar mocht er ooit weer een enquê
te komen, dan is er in ieder geval een
vaste ruimte compleet met draaiboe
ken en naslagwerken. Deze aparte
ruimte met faciliteiten wordt op dit
moment ingericht. Er zijn inmiddels
voldoende ervaren documentalisten
die de volgende commissie met ple
zier op weg kan helpen'
Marian Ho/thuis
Simone Post
RMC Najaarsevenement 2003De manier waarop wij in organisaties en als klanten van
organisaties met documenten omgaan verandert.
Digitalisering van processen staat daarbij centraal. Dit heeft
grote gevolgen voor de mens als medewerker. De RMC zal
op 29 oktober in haar Najaarsevenement 2003 in Media
Plaza, Utrecht daarom de menselijke factor in de schijn
werpers zetten.
Het onderwerp van het RMC Najaarsevenement 2003 is
'Records Management is People Management'; dit zal vanaf
zeer uiteenlopende invalshoeken worden belicht. Met
diverse sprekers zoals onder ander Peter Welling ,plaats
vervangend Secretaris-Generaal van het ministerie van
VROM en professor Jeroen van den Hoven, leerstoel ethiek
en ICT aan de Erasmus Universiteit
Dit congres is bestemd voor leden van de vereniging RMC
en niet-leden, zowel gebruikers en beïnvloeders als beslis
sers uit verschillende disciplines (P&O, I&A, DIV, lijnma
nagement). U kunt zich via de website aanmelden voor het
congres. Leden van de Vereniging RMC mogen kosteloos
deelnemen aan dit evenement. Niet-leden betalen € 350,
www.RMConventie.nl.
NVBOp 3 November organiseert de NVB zijn jaarcongres in de
Reehorst in Ede.
Het Thema zal zijn: Bridges over troubled waters: informa
tieprofessionals in de branding.
Zitten we met onze professie een beetje in het nauw? Zo
te zien wel. En hoe komen we eruit, kunnen we overleven?
Ja zeker. Door verder gaande professionalisering, door ons
zelf beter te verkopen en te positioneren, door ons onmisbaar te maken door het ontwikkelen en aanbieden vansteeds nieuwe innovatieve producten en diensten. Hoe en
wat dan precies? Wie het weet mag het zeggen. Wij, maar
ook de politiek.Veriangt de politiek dat de sector zelf over
al oplossingen voor vindt? Of denkt ze mee, geeft ze steun.
De plenaire aftrap zal hopelijk waarschijnlijk worden door
Jeltje van Nieuwenhoven. We willen het "Haags Beleid"
horen spreken, immers, daar belijdt men met de mond dat
Nederland zich moet omvormen tot kenniseconomie, ter
wijl het bezuinigingen regent, bibliotheken en informatie
centra bij bosjes sneuvelen. Vervolgens zullen in ca 5 paral
lelsessies vanuit de diverse NVB-sectoren de spotlights
gericht worden op een aantal hot items, die bedreigend dan
wel uitdagend of beide zijn.
Prijs (incl. deelname aan de gehele congresdag) voor NVB
leden € 125, voor niet NVB-Ieden € 250 ; deelnemers
maximaal 30
Congrestarief
Leden van de NVB betalen € 30,-; niet-leden € 90,-.
Speciaal studententarief € 15,-
Aanmelden via http://www.nvb-online.nl/
VPOD 9 3/03
r
Peter ontmoet Fred
Het is een heerlijke nazomer. Op een ter
rasje ontmoeten wij elkaar. Fred Njio en ik.Twee oude documentalisten in de aangename nazomer van hun werkzame leven. Wekennen elkaar al sinds ettelijke decennia enhebben een bijkans gelijke loopbaan gehad.Beide aan de universiteit geroken, beide viaeen werkstudentschap in de perswereld
gerold. Fred bij het Algemeen Handelsbladen ik bij Het Parool. Twee titels in hetmedialand dat toen nog 56 kranten teldemet 98 titels en 283 edities. In de jarenzestig ging Fred naar de NOS en ik naar de
Haagsche Courant. Automatisch gaan onzegedachten naar vroeger: Wat zijn de verschillen tussen vroeger en nu? Fred denkt
na:
"Wat mij opvalt is het gebrek aan exacte cijfers en aan een
kritisch geluid. Een voorbeeld: wanneer er over ontlezing
van kranten wordt gesproken dan worden geen exacte cij
fers genoemd. Zoek je het na dan blijkt dat de groei van de
bevolking de afgelopen veertig jaar percentueel gelijk is aan
de groei van de totale oplage van de Nederlandse kranten
in diezelfde periode. Alleen rond 1990 waren het topjaren.
Kijk ook eens naar de berichtgeving rond het
Schipholbeleid. Kritiekloos worden persberichten overge
nomen. Kamerverslagen worden niet of uiterst summier
weergegeven. Daardoor komt alleen de oppositie aan het
woord. Men heeft geen tijd meer voor goed onderbouwde
artikelen."
"Hoe was de situatie toen jij begon als persdocumentalist?""Toen ik begon zat de documentalist in een morsig kamer
tje. Vaak ergens in het gebouw weggestopt.
Kopieerapparaten bestonden er nog niet. Noch faxen om
maar niet te spreken van computers. Een schaar, een pot glu
ton, een stapel plakvellen en wat mappen, dat waren de
werktuigen van de documentalist die vaak tegen heug en
meug met het karwei opgezadeld was. Alleen de eigen krant
werd verwerkt. Op een enkele uitzondering na had het
merendeel van de documentalisten geen goede opleiding of
scholing. De moord op Kennedy, maakte duidelijk dat de
beschikking over een goede documentatie geen luxe maar
een bittere noodzaak was wilde men een concurrerend pro
duct kunnen afleveren."
"Hoe is daar volgens jou daar verandering in gekomen?"
"Er kwam een nieuwe generatie. Mensen die plezier hadden
in documenteren en die enigszins wetenschappelijk
geschoold waren. Zij hadden daardoor interesse in de ach
tergronden van het documentatievak. Zij begonnen studie
boeken en buitenlandse vaktijdschriften te lezen en con
gressen te bezoeken. Zij hadden de durf iets nieuws op te
zetten, om een nieuw vak te creëren. Het niveau van de
persdocumentalisten steeg. Pas midden jaren zeventig wer
den de eerste bibliotheek- en documentatieacademies
gesticht. Tegen 1980 verschenen de eerste geschoolde
HBO-ers op de documentatie afdelingen. Het werd toen
normaal dat Duitse, Engelse en ook Franse kranten en tijd
schriften werden verwerkt. In het kader van de verdieping
van het vak was het een vanzelfsprekende stap om een eigen
vereniging te stichten. Het doel was om collega's van ande
re documentatieafdelingen bekend te maken met de achter
gronden van het documenteren en onderlinge contacten
mogelijk te maken."
"Was het niet logisch dat van het begin af aanmediadocum'entalisten samen zouden gaan werken?"
"Er werd gepoogd om tot een vorm van samenwerking van
de omroepdocumentaties te komen. Omdat velen toch op
hun eigen identiteit bleven staan, strandde het plan al in een
vroeg stadium. Het ANP kwam met een plan om één cen
trale documentatie op te richten. Dit plan was omslachtig en
niet reëel. De techniek was nog niet zo ver. Het primitieve
plan heeft veel schade aangericht omdat bij sommige docu
mentatieafdelingen plannen tot modernisering geblokkeerd
werden onder het voorwendsel dat het ANP ooit met een
centraal documentatiesysteem zou komen. Dit systeem zou
afzonderlijke documentatieafdelingen overbodig maken."
"Wat was het gevolg van beter geschoolde persdocumentalisten?""Verschillende afdelingen veranderden in informatiecentra
met dossiers over onderwerpen, personen en bedrijven en
een bibliotheek met naslagwerken, brochures, rapporten,
jaarverslagen en staatsstukken. Men was fier op zijn vak en
op zijn verzamelingen."
"Schoot dit niet zijn doel voorbij?""Te weinig werd de vraag gesteld wat de redactie precies
wilde. Bovendien veranderde het getij. Het oude type direc
teur, de echte courantier met zijn vakkunde en liefde voor
het product, verdween. De leiding kwam vaak in handen van
managers. Zoals ook bij andere aan de beurs genoteerde
ondernemingen werd alleen naar het rendement van de
investeringen gekeken. De beurskoers werd belangrijker dan
de kwaliteit van het product. Wanneer een documentalist
trots vermeldde dat hij alle vragen kon oplossen, was stee
vast het commentaar: "dan wordt er te veel bewaard en is
er dus teveel personeel".
"Hebben wij niet doelbewust meegewerkt aan de
opheffing van het door ons gecreëerde beroep door
de automatisering te stimuleren?"
"De allereerste vorm van automatisering was de toepassing
van microfilm om de omvang van de verzamelingen in de
hand te kunnen houden. Wij droomden van de mogelijkheid
om alle informatie die wij willen hebben, op iedere plaats in
de oorspronkelijke vorm te kunnen oproepen.
Jaren geleden voorspelde men op een Duits congres dat de
functie van documentalist zou worden gesplitst in die van
archivaris/bibliothecaris, dwz de functionaris die het materi
aal geschikt maakt voor de opslag en die van researcher die
zoekt in bestanden die door anderen zijn opgeslagen. Zo
verdween de allround documentalist die een vraagbaak was
voor de redactie, die meedacht en die nieuwe onderwerpen
aandroeg. Met de documentatieafdelingen "nieuwe stijl" zijn
veelal de bibliotheken en de rapporten-, jaarverslagen-, kaar
ten- en brochureverzamelingen verdwenen. Door het alge
mene misverstand dat iedere leek alles van het internet kan
plukken, hebben de artikelen steeds minder inhoud kregen.
De huidig gepubliceerde Interviews bestaan meestal uit een
monoloog van de geïnterviewde. De interviewer heeft zich
nog maar zelden voorbereid met kritische vragen. De pop
ularisering is afschuwelijk. De artikelen vervlakken. Het
besef dat een krant voor alles om zijn kwaliteit gelezen
wordt maar al te vaak vergeten. Onze grote vergissing was
om de automatisering primair te stellen. Automatisering kan
niet alles. Het is een hulpmiddel. Veel documentalisten heb
ben hun eisen niet duidelijk geponeerd en zijn overruled
door ICT-ers."
"Wat is jouw visie over de toekomst van de persdo
cumentatie?"
"Informatie moet gestructureerd worden wil het rendement
op leveren. De documentalist moet meer bij de voorberei
dende werkzaamheden betrokken worden. Zelfstandig nieu
we onderwerpen analyseren, het materiaal bewerken. Hij
moet lef hebben om iets zelf te doen. Lef en durf. En geen
zelfbeklag." "Bedankt Fred. Nog een koffie?" (P))
Van het bestuur...~ ~~~&
Seniorbijeenkomst 2003: Deze bijeenkomst voor eind
verantwoordelijken en leidinggevenden staat dit najaar
gepland voor donderdag 27 november bij de
Avro/Kro/Ncrv. Als thema is gekozen "Toekomstvisie
met betrekking tot vak en vereniging". Nadere infor
matie volgt zo spoedig mogelijk.
Algemene ledenvergadering 2004 & Peter Jonkman
Prijs 2004: Voor de Algemene Ledenvergadering van vol
gend jaar, donderdag 13 mei 2004, staat de uitreiking van
de Peter Jonkman Prijs weer op het programma. Scripties,
afstudeeropdrachten, projecten ete. met als onderwerp ons
vak van pers- en omroepdocumentatie kunnen meedingen
naar deze prestigieuze prijs. Omtrent deze prijs volgt bin
nenkort schriftelijk nog nadere informatie.
VPOD Nieuws: Het besluit is dan toch definitief! Gezien
de hoge kosten voor het viermaal jaarlijks uitbrengen van
ons prachtige vakblad VPOD Nieuws, heeft het bestuur
besloten dat er vanaf I januari 2004 geen VPOD Nieuws in
gedrukte vorm meer zal verschijnen. In het nieuwe jaar zuI
len alle leden middels onze website www.vpod.nl en digita
le nieuwsbrieven op de hoogte worden gehouden. Een pro
jectgroep met leden uit bestuur, redactie en website is
momenteel druk doende om het e.e.a. in goede banen te
leiden.
Personalia
Met de verhuizing Van Het Parool op 12 juli verlieten
Tjerk Snoeren en GertJan Dikken hun baan bij PCM
Informatie & Documentatie en traden zij in dienst van Het
Parool.
Daan Boom vertrekt bij KPMG en start begin november
als Principal knowledge manager bij de Asian Development
Bank in Manilla. Opdracht is het kennismanagement binnen
en buiten deze ontwikkelingsbank vorm te geven. De ont
wikkelingsbanken (Wereldbank e.a.) hebben een zeer ambi
tieus meerjarenplan opgesteld waarin Kennismanagement
een belangrijke plaats heeft gekregen om de doelstellingen
(o.a. armoedebestrijding) te realiseren.
VPOD 9 3/03
s IIDe naamje afdeling is
That's what we do
De afdeling Archief & Documentatie (A&D) is binnen de
SBS-organisatie ondergebracht bij SBS Productions (v/h
Cameo Support), de eigen productiemaatschappij van SBS
Broadcasting (SBS 6, Net 5, V8/Yeronica).
De afdeling bestaat sinds 1996 en haar geschiedenis loopt
eigenlijk synchroon met het ontstaan van Hart van
Nederland en het SBS6 Nieuws
(nu: Stem van Nederland).
De naam A&D bestaat van meet af aan en dekt gewoon de
lading: that's what we do. Hoewel, voor Archief dien je te
lezen: beeldarchief.
Deze archiveringsfunctie is verreweg het belangrijkste. We
bewaren en ontsluiten veel ruw beeldmateriaal dat voor de
programma's die SBS Productions maakt wordt gedraaid
(o.a. de Stem van Nederland, Hart van Nederland en Show
van Nederland). Doel: hergebruik.
Een kijkje in de keuken:
Het ruwe cameramateriaal vormt de basis van ons beeld
archief. Er wordt vaak langdurig gedraaid op locatie, terwijl
in een programma-item er maar een fractie wordt gebruikt.
Vaak doodzonde om de rest weg te gooien. Er zit heel vaak
materiaal tussen dat bij andere gelegenheden uitstekend
kan dienen om items mee "dicht te plakken".
Een voorbeeld: Groepen jongeren veroorzaken overlast op
het strand in Zandvoort. Voor een dergelijk programma
item is het voldoende om snel de geijkte "quotes te halen"
bij de burgemeester, strandtenthouders en de politie
woordvoerder en voor de rest gebruik te maken van
strandbeelden van Zandvoort die overvloedig aanwezig zijn
in het beeldarchief. Grote stappen, snel thuis. En de ver
slaggever/cameraploeg kan dan die dag ook nog ergens
anders voor ingezet worden.
Activiteiten rondom het beeldarchief omvatten ca. 80 %
van het totale takenpakket van A&D, de overige 20%
Documentatiefunctie is daarmee niet onbelangrijk, maar
minder noodzakelijk voor het totale primaire proces.
Nieuwsprogramma's als Stem en Hart van NL hebben nu
eenmaal een andere insteek dan het NOS Journaal, RTL
Nieuws, NOVA en noem maar op. Er is minder research
noodzakelijk dan bij genoemde nieuwsrubrieken.
We hebben een beperkt, doch adequaat eigen elektronisch
knipselarchief.Voor alle andere documentaire vragen maakt
A&D gebruik van Lexis/Nexis en wat het internet ons te
bieden heeft.
Naslagwerken staan decentraal opgesteld op de diverse
redactievloeren of draaien centraal op het netwerk. A&D
doet wel het abonnementenbeheer hiervan. Ook voor de
kranten en tijdschriften.
Kortom: we zijn Archief & Documentatie en "doen" Archief
en Documentatie en kennen momenteel geen identiteits
crisis waar de stelling -naar ik aanneem- toch op doelt.
De stelling gaat dan ook niet op binnen de SBS-organisatie.
Erik SteeghsHoofd Archief & DocumentatieSBS Productions
Het managers-mambo-jamboheeft duideLijk NIET zijn
vruchten afgeworpen
Net verhuist met Het 'nieuwe' Parool naar het oude Stork
terrein en dan hangt er een redacteur van het VPOD
Nieuws aan de lijn. Of ik een stukje kan schrijven over het
documentatiegevoel? Is de verhuizing aanleiding om de
'afdeling' anders te gaan noemen?
Nu is in deze economisch slechte tijden nog mooi dat je
een baan hebt dus wat dondert het hoe die afdeling nou
heet, denk ik in eerste instantie.
Ik graaf in mijn geheugen. Bij mijn eerste baan was ik
'archiefmedewerker'. Helemaal correct want het paste bij
het stoffige karakter van het bedrijf waar ik werkte.
Vervolgens werd ik als 'documentalist' aangenomen bij Het
Parool waar ik al snel tot 'databasemanager' werd gebom
bardeerd. Toen kwam de zogenaamde synergie tussen de
verschillend PCM-titels en werd ik op de redactie van Het
Parool geplaatst op de 'satelliet-werkplek'. 'Redactie
Informatie Eenheid' was de naam van de afdeling waar ik
toen onder resideerde.
En nu 'run' ik, samen met mijn collega en chef Tjerk
Snoeren, sinds I augustus weer gewoon de afdeling 'docu-
[
Documentatie voorachterh aa Ld"
mentatie'. Hoewel 'afdeling' een groot woord is. Je moet er
toch van uit gaan dat je, vakantie en ziekte meegerekend,
toch zo'n drie maanden per jaar alleen zit.
En over een nieuwe naam voor de afdeling hebben we niet
eens nagedacht. En ik weet zeker dat de (hoofd)redactie
dat ook niet gedaan heeft. et managers-mambo-jambo
van de afgelopen jaren hee't duidelijk NIET zijn vruchten
afgeworpen.
Kennelijk vinden we het beiden ook niet belangrijk hoe we
genoemd worden. En er zijn nog elke dag mensen die naar
het 'archief' vragen. Voor hen is 'documentatie' al te
modern.
Belangrijker is dat je om je werk gewaardeerd wordt en
gelukkig is dat iedere dag het geval.
Gertjan Dikken
Documentalist
Het Parool
Verzonnen probLeem
'Het wordt al donker, mijn ogen zijn vermoeid en mijn duim
doet zeer', was een veelvoorkomende klacht van monniken
in de middeleeuwen, na een lange dag met een ganzenveer
teksten overschrijven. Zij waren de verre voorouders van
de hedendaagse documentalisten en eigenlijk zijn de klach
ten niet eens zoveel veranderd: vierkanten ogen van te lang
naar een beeldscherm turen en RSI.
Hoe lang bestaan afdelingen documentatie? In ieder geval
zo lang als de schrijvende pers bestaat. Zolang er dag- en
weekbladen zijn geweest is er behoefte geweest om de
eigen producten te bewaren en te ordenen. En hadden
journalisten behoefte aan achtergrondinformatie over de
wereld en zijn randgebieden. Vooral dagbladen hadden
vroeger indrukwekkende afdelingen met knipsels over per
sonen en onderwerpen. Tegenwoordig is dit allemaal per
computer bereikbaar.
Een documentalist bij de media verzamelt niet alleen, hij is
ook onderzoeker. Als een journalist over wat dan ook wil
schrijven zal er eerst bij de afdeling documentatie om ach
tergrondinformatie gevraagd worden. Deze wordt niet
alleen gehaald uit het eigen archief, maar via de computer
ook elders. Vierkanten ogen krijg je ervan, en pijn in je
duim.
Maar is de naam 'afdeling documentatie' nu werkelijk ach
terhaald door de computer zoals men beweert. Natuurlijk
kleeft aan deze benaming de geur van papier en dikke map
pen onder het stof. Terwijl het echte werk toch vooral digi
taal wordt gedaan. Maar het is kortzichtig om bij docu
mentatie alleen maar te denken aan papier. Van Dale defi
nieert documentatie als: 'het verschaffen van toe- of inlich
tingen op grond van documenten of bewijsstukken'. Welke
vorm die documenten hebben doet er niet toe.
De term 'afdeling documentatie' vervangen is een verzon
nen probleem, voortkomend uit de mentaliteit dat termen
sneller en interessanter moeten klinken. Sporen van die
geestesgesteldheid kan men zien op de site van het VPOD,
waar mensen zich 'informatie professional' noemen. Net
zoiets als een bedrijfsleider van een supermarkt die zich
'salesmanager' noemt. Het idee komt van mensen die den
ken dat een documentalist een verstofte oudere man is die
gebogen van kast naar kast sloft. En omdat zij zich hierin
niet willen herkennen zoeken zij een andere benaming.
Ongetwijfeld willen zij de term 'afdeling documentatie'
opleuken, Engelstalig laten klinken. Want dat is pas interes
sant.
Maar het is volstrekt overbodig. De term 'documentatie
afdeling' dekt precies de lading: A rose by any other name
is still a rose.
Mark van Dongen
Documentalist
De Groene Amsterdammer
Wil je nog op deze stelling reageren? Stuur dan een mailtje
naar: [email protected]
GIS-sen is weten ...
In augustus 1992 richt de orkaan Andrew in Zuid-Florida een
enorme schade aan. Bij de Miami Heraid wil men onderzoeken
hoe het kan dat zoveel huizen verwoest zijn, terwijl het gebied
de strengste bouweisen van het land kent. Journalist Steve Doig
verzamelt gegevens uit openbare databanken en zo'n 60.000 (!)
schaderapporten en voert ze in in een eigen database. Met zijn
team legt hij relaties tussen de baan van de orkaan en de aan
gerichte schade. Deze gegevens projecteert hij op meteorologi
sche en kadasterkaarten van het getroffen gebied, die in de
krant gepubliceerd worden. Uit nadere analyse van de kaarten
blijkt dat de windsnelheden geen directe relatie hebben met de
omvang van de schade, zoals voor de hand zou liggen. Het team
gaat op zoek naar een ander verband. Uiteindelijk 'matchen' ze
de omvang van de schade met het bouwjaar van de woningen.
Dat blijkt een gouden vondst. De kaart toont een heel duidelijk
patroon: recent gebouwde woningen zijn vaker ernstiger
beschadigd! AI snel weet Doig aan te tonen dat de bouwinspec
tie onvoldoende toezicht heeft gehouden. Het team sleept in
1993 met dit sterke staaltje van computer assisted research en
reporting (CARR) de Pulitzer-prijs in de wacht.
Het was de eerste keer dat de jour
nalistiek gebruik maakte van geogra
fische informatie systemen (GIS). GIS
is software die het mogelijk maakt
om data met een geografische dimen
sie. zoals postcodes of coördinaten.
uit databases of spreadsheets te
halen en ze af te beelden op een
kaart. Er wordt in dit verband wel
gesproken van 'nieuwscartografie',
het op een kaart afbeelden van
'nieuws' in plaats van het verwoor
den ervan.
De journalistiek van de gedrukte
media, kranten en tijdschriften, had
voor de digitale revolutie weinig tot
niets te maken met de journalistieke
wereld van de televisie. De digitalise
ring van informatie heeft ertoe geleid
dat de oude scheiding tussen de ver
schillende media aan het verdwijnen
zijn. Op een website of cd-rom
komen beeld, geluid en tekst samen.
Deze multimediale benadering zorgt
ervoor dat de vraag naar beelden bij
teksten alsmaar groeit. Voor journa
listen betekent het dat ze niet alleen
een bericht moeten kunnen schrij
ven, maar daar ook een stukje video
bij moeten kunnen monteren of: een
kaartje maken. In deze tijd, waarin
mensen steeds meer visueel zijn
ingesteld geldt meer dan ooit: "The
medium is the message" (McLuhan).
Maar GIS is meer dan een techniek
om infographics te maken. De meer
waarde van GIS is dat je het in kunt
zetten om gegevens te analyseren.
GIS-software biedt de mogelijkheid
om relatief eenvoudig allerlei verban
den tussen gegevens te leggen en die
zichtbaar te maken op een digitale
kaart. Het voordeel hiervan is dat je
in een oogopslag patronen kunt ont
dekken en verbanden kunt aantonen,
die met andere analysetechnieken in
spreadsheets en databases verborgen
blijven. 'GIS-sen is weten!'.
Hoe werkt dat nu, zo'n GIS-program-
ma! Een voorbeeld. Op de site van de
Staatscourant zijn (gratis) gegevens
beschikbaar over de burgemeesters
van alle gemeenten in Nederland: in
welke gemeente werken ze, is het
een man of een vrouwen van welke
politieke partij zijn ze. Deze data kun
je overbrengen naar je eigen
(Access-)database. Om een database
'leeg te zuigen' zijn overigens handige
'tools' op de markt. Deze Access
database maak je vervolgens toegan
kelijk binnen de aangekochte GIS
software, voor een paar duizend euro
te verkrijgen bij de leveranciers
Mapinfo en Esri. Ook schaf je een
digitale kaart van Nederland aan,
waarop alle gemeenten zijn ingete
kend. Dergelijke kaarten zijn te koop
bij de Topografische Dienst
Nederland. Binnen de GIS-software
bepaal je een sleutelveld (in dit geval
gemeente). op basis waarvan je de
data afkomstig van de Staatscourant
koppelt met de data van de digitale
kaart (in feite ook een database).
Vervolgens bepaal je het op de kaart
te tonen gegeven: de politieke partij.
Alle politieke partijen geef je een
eigen kleurtje. Met een druk op de
knop toont de GIS-software nu een
ingevulde kaart van Nederland en zie
je in een oogopslag hoe de verdeling
van de bu rgemeesterschappen is
over de verschillende partijen en
welke politieke "kleur" bepaalde
regio's hebben. Dit is natuurlijk aar
dig om een keer in kaart te brengen.
maar het eigenlijke journalistieke
werk begint nu pas. Uit de kaart blijkt
bijvoorbeeld dat een bepaalde poli
tieke partij maar een burgemeester
levert. De journalist zou nu contact
kunnen opnemen met deze burge
meester voor een interview. Hij zou
ook verdere analyses kunnen doen:
hoe zit het met de man/vrouw verde
ling over de verschillende partijen en
Verschuiving van het politieke londschop in een oogopslag.
regio s, welke burgemeesters zijn
gekozen en welke benoemd. Mogelijk
is er sprake van (onverwachte) ver
banden die de moeite waard zijn om
nader onderzocht te worden.
Een andere toepassing is de rampen
bestrijding. Voor lokale zenders
(tevens de rampenzenders) is het
essentieel om over precies dezelfde
gegevens te beschikken als de hulp
verleningsdiensten, zodat ze de
bevolking adequaat kunnen informe
ren. Dit is mogelijk als brandweer,
gemeente, politie en journalisten het
zelfde GIS-systeem delen.
GIS-software werd al langer gebruikt
in de industrie en bij de overheid en
in mindere mate in het bedrijfsleven,
en in het laatste decennium is het
gebruik ervan in Amerikaanse 'news
rooms' ook gemeengoed geworden.
In Europa komt het echter moeiza
mer van de grond. Dit heeft ermee te
@ 2Q03 ESRI N&ó&(land BJ'. / Topogr.aIJ8ctwI DIE-nst. Emmên
~ --,~--~
maken dat de data, benodigd voor
GIS-analyses, hier veel moeilijker
toegankelijk zijn. In Amerika is over
heidsinformatie veelal vrij toeganke
lijk via de zogenaamde 'public
records'. Ook stelt de Amerikaanse
overheid de data van de tienjaarlijkse
volkstelling (censusdata) sinds 2000
gratis ter beschikking. In Nederland
is het vaak nog moeilijk om aan data
te komen. In de Verenigde Staten is
'crime mapping' bijvoorbeeld heel
gewoon: je brengt in kaart in welke
wijken wat voor soort delicten voor
komen om zo de 'hotspots' te signa
leren. Maar dergelijke data worden, al
zijn ze geanonimiseerd, niet door de
Nederlandse politie vrijgegeven.
De verwerving van geografische data
(de kaarten) levert overigens ook
problemen op. Door de privatisering
van overheidsdiensten vragen de
belangrijkste leveranciers van
geografische gegevens, het Kadaster
10 ..'ergeliJkbate patcenhg€l:o Ii.,,,.i·Q44UI·I§HJ.I"" gL_w~~_ ~~-=-
en de Topografische Dienst Neder
land marktconforme prijzen voor
hun waar. Het gevolg is dat er ook
binnen de overheid vaak met verou
derde geodata gewerkt wordt. Het
leidt ook tot dubbel werk, want in de
praktijk gaan instellingen die de data
niet kunnen verwerven, zelf aan de
slag om deze in te winnen en te ver
werken. Voor het bedrijfsleven bete
kent dit dat het veel geld en moeite
kost om aan recente gegevens te
komen: een gemiddelde kaart van
Nederland en wat basisdata kost zo'n
500 euro. Het beter beschikbaar
komen van dergelijke overheidsinfor
matie is een voorwaarde om GIS op
grote schaal in Nederland te doen
slagen. Hoewel de overheid al jaren
aanstuurt op de invoering van 'het
digitale loket', laten de websites van
bijvoorbeeld gemeenten nog steeds
enorme verschillen zien. De meeste
bieden weinig bruikbare gegevens,
een paar uitgezonderd.
Ondanks deze belemmeringen, wordt
GIS sinds halverwege de jaren negen
tig ook in Nederland bij verschillende
media toegepast. Dick van Eijk van
NRC Handelsblad was in Nederland
de eerste die grootschalig van de
GIS-techniek gebruik maakte voor
zijn journalistieke bijdragen over
buurten en wijken in Nederlandse
steden. Hij gebruikte databases met
gegevens over de inkomensverdeling
in 2049 buurten in Nederlandse ste
den. Het achterhalen van dit materi
aal was niet eenvoudig: het is bijvoor
beeld niet zomaar te downloaden bij
het CBS. Hij toonde met zijn onder
zoek aan dat de achterstandsbuurten
niet alleen in het westen lagen, zoals
iedereen toen dacht, maar dat in het
oosten van het land de achterstand
over het algemeen nog groter was. In
de krant is vervolgens een serie
. t ••
mooie artikelen over deze wijken
verschenen.
Alleen bij de NRC is GIS echt geïnte
greerd in de dagelijkse nieuwspro
ductie. Ook bij het Algemeen
Dagblad (misdaadatlas), het Dagblad
van het Noorden en Utrechts
Nieuwsblad wordt GIS gebruikt,
maar alleen door de infographics
redactie - los van de schrijvende
redactie. Bij De Limburger hebben de
persdocumentalisten onlangs in een
in-company training van Forum voor
het eerst met GIS kennis kunnen
maken. Researcher Peter de Vreede:
"Wij draaien hier dagelijks mee op de
redactie en daar experimenteren we
op dit moment met de software.
Onze ervaring is dat het de interpre
tatie van statistische informatie een
stuk makkelijker maakt. We hebben
overigens ook onlangs een eendags
opleiding bij het Kadaster gevolgd."
Wat de omroepen betreft, hebben
NOVA en NOS Online vorig jaar
voor het eerst van GIS gebruik
gemaakt: de verkiezingsuitslagen van
mei 2002 werden op kaarten in beeld
gebracht. Op de website "Nederland
kiest" kon de politieke aardverschui
ving via een kaart op gemeenteniveau
worden gevolgd. Sietske van
Weerden, redactiechef van NOS
Online is enthousiast. "Omdat nie
mand nog met GIS kon werken is het
geheel uitbesteed aan een van de
leveranciers van GIS-software, ESRI.
Dit is goed bevallen." Deze samen
werking was echter gebonden aan
een project. Liever zou ze zien dat
een GIS-systeem permanent tot hun
beschikking zou staan, bijvoorbeeld
op een omroepbrede researchredac
tie. "De actualiteitenrubrieken van de
verschillende omroepen zouden de
kosten voor een GIS (en de benodig
de specialisten) dan kunnen delen."
Ze zou zich goed kunnen voorstellen
dat persdocumentalisten aan zo'n
redactie toegevoegd worden en dat
deze zich verder in de techniek van
GIS verdiepen. Het NOS Journaal is
door ESRI ondersteund bij de 'cover
age' van de oorlog in Iraq, de MKZ
crisis, het rapport Oosting en
Srebrenica. Voor Zembla hebben ze
de Mount Everest visualisatie ver
zorgd.
"Het heeft een meerwaarde als de
techniek niet, zoals bij NOVA, strikt
gescheiden is van de inhoud", vindt
Peter Verwey, docent journalistiek bij
Forum. Ook de scheiding tussen de
schrijvende redactie enerzijds en de
infographicsredacteuren en vormge
vers aan de andere kant, zoals bij veel
kranten van oudsher bestaat, vindt hij
niet gewenst. "Pas als de redacteur de
technische kennis heeft, weet hij alle
mogelijkheden van GIS goed te
benutten. Het maken van een een
voudige kaart of grafiek zou tot het
gereedschap van elke redacteur moe
ten behoren.".
Verwey: "Je kunt met GIS heel goed
in een team werken, waarin ieder zijn
eigen specialisme heeft." Hij ziet
daarbij ook een rol voor persdocu
mentalisten weggelegd, zeker als het
gaat om langdurende onderzoekspro
jecten of grote hoeveelheden data.
"De journalist is er in zo'n team voor
de analyse en de research naar aan
leiding van de conclusies. De vormge
ver is er om de kaart te editen.
Persdocumentalisten zouden de data
kunnen verzamelen en de analyse
voorbereiden. Naast kennis van de
GIS-software is een grondige kennis
van spreadsheets (Excel en/of SPSS)
en databases (Access) vereist. Ze zuI
len zich hiervoor bij moeten scho
len." De journalistieke vraag (bijvoor-
beeld wat is de top 10 van gevaarlij
ke kruisingen in Utrecht), zou zowel
van de journalist als van de op de
redactie meedraaiende persdocu
mentalist kunnen komen. GIS draagt
volgens Verwey bij aan 'pro-active
reporting', nieuws maken. Ook van
persdocumentalisten wordt steeds
vaker gevraagd om pro-actief te zijn,
onderwerpen aan te dragen en mee
te denken met de redactie.
Eigen onderzoek, achtergrond en
commentaar zijn de terreinen waar
op de media kunnen concurreren en
zich profileren. GIS is daarbij een
interessant hulpmiddel. Ook is door
de digitale revolutie het aantal bron
nen dat de journalistiek ter beschik
king staat enorm vergroot: instellin
gen, overheden en bedrijven maken
steeds meer informatie digitaal
beschikbaar. Om inzicht te krijgen in
de oeverloze hoeveelheid gegevens
die in verschillende databases online
te vinden zijn, is het handig om deze
gegevens op kaarten af te beelden.
Op veel documentatieafdelingen is
men zich aan het heroriënteren op
de taken van de persdocumentalist.
Nu door de digitalisering informatie
voor de eindgebruiker makkelijker
toegankelijker is geworden, moeten
zij hun toegevoegde waarde opnieuw
vormgeven. Documentalist Ruud
Jacobs, werkzaam bij de Gelderlander
en voorzitter van de VPOD: "Het
trainen en bijscholen van documenta
listen in digitale researchtechnieken,
waaronder GIS, zou een belangrijke
stap zijn naar integratie van dit soort
technieken op de redactie. Niet voor
niets zoekt de VPOD naar samen
werking met de VVOJ (Vereniging van
Onderzoeksjournalisten, red.)."
Omgaan met databases, gegevens
verzamelen en structureren en het
op maat aanbieden hiervan zijn van
oudsher de sterke punten waarop
persdocumentalisten zich profileren.
De toekomst zal het uiteraard moe
ten uitwijzen, maar geografische
informatie systemen zou wel eens
een van de nieuwe terreinen kunnen
blijken te zijn waarop zij hun kennis
en kunde kunnen inzetten.
Margat Bacsa
Als bron voor dit artikel werd o.o.
gebruikt: Cahier Geogra(ische Informotie
Systemen (GIS) in de journalistieke
praktijk / Peter Verwey . - Utrecht: School
voor Journalistiek
VPOD - Nieuws
Kwartaalblad van de Vereniging van
Pers- en Omroep Documentalisten.
Redactiesecretariaat:Postbus 28000 1202 LA Hilversum
tel. 035-6715351 fax 035-6715421
Redactie:Margot Basca (secretariaat)
Wil Roestenburg (eindredactie)
Peter jonkman
jan van Liere
Simone Post
Marian Holthuis
Ronaid Hogenkamp
Lara de jong
Advertenties:jan van Liere 06 - 21665631
joost Brinks 0 I0 - 4067746
06 - 14751409
Meer weten?
www.forum.hvu.nl/
Forum geeft cursussen over GIS, speciaal voor het gebruik in een redac
tionele omgeving. € 295,- Op verzoek worden ook in-company trainingen
verzorgd. Ook verzorgt Forum cursussen over het gebruik van spread
sheets.
www.mapinfo.nl
Leverancier van mapping-software.
www.esri.nl
Leverancier van mapping-software. Esri Press geeft boeken uit op het
gebied van GIS, o.a. Mapping the News : Case Studies in GIS and Journalism
/ David Herzog . - Esri Press. ISBN 1-58948-072-4
Een atlas van de Nederlandse gemeenten : 2049 Buurten vergeleken.
Rotterdam: NRC, 1998 ISBN 9050189075
www.tdn.nl leverancier van kranten.
Voorbeelden van gratis GIS-bronnen op het net:
www.buurtmonitor.nl
www.atlas.amsterdam.nl
www.statline.nl
www.staatscourant.nl
www.gelderland.nl
www.census.gov
Vormgeving en opmaak:Gerard van der Krogt Utrecht
Druk: PlantijnCasparie Nieuwegein
Extern secretariaat:Voor inlichtingen over onder andere
aanmelding nieuwe leden, adreswijzi
gingen, wijzigingen in en aanvragen
van het VPOD Handboek (€23,-):
joost Brinks, Elzenlaan 4, 2665 DE
Bleiswijk. tel.: 0 I0 - 406 77 46 (ma
tlm do), fax 0 I0 - 406 69 99
De inhoud van dit blad valt onder de
verantwoordelijkheid van de redac
tie met uitzondering van artikelen
geschreven op persoonlijke titel.
ISSN 1383-2492
DoelstellingDe VPOD stelt zich ten doel een
hoogstaande beoefening van het
beroep van pers- en omroepdocu
mentalist te bevorderen. jaarlijks
organiseert de VPOD gespreksbij
eenkomsten en excursies waarbij
specifieke problemen en nieuwe ont
wikkelingen in de pers- en omroep
documentatie aan de orde komen.
VPOD 9 3/03
Verzameling Lenie Goudappelnaar het persmuseum
Lenie Goudappel die jarenlang documentaliste was bij het
Rotterdamsch Nieuwsblad en het ANP en het vorig jaar
stierf, was een verwoed verzamelaarster. Haar belangstel
ling lag vooral bij de kranten, tijdschriften en pamfletten uit
de patriottentijd. Zij zocht gegevens bij elkaar over schrij
vers en politici in de pers van die dagen.
Een dezer dagen zijn uit haar nalatenschap 160 18e eeuw
se en 55 vroeg 1ge eeuwse kranten, tijdschriften en pamf
letten en overgedragen aan het Persmuseum. Een van de
andere interessen van Lenie Goudappel was jeugdlitera
tuur. Ruim 80 vroege losse jeugdbladen en jaargangen uit
haar bezit gingen ook over naar het museum.
Het Persmuseum bezit van iedere Nederlandse kranten- of
tijdschrifttitel een dossier. Het is in het belang voor de toe
komstige onderzoekers dat deze dossiers goede informatie
bevatten. Het Persmuseum is dus erg dankbaar voor het
toesturen van bijzondere nummers zoals eerste en laatste
nummers, herdenkingsnummers en andere informatie over
kranten en tijdschriften. Ook oude redactie- en directiear
chieven zijn welkom.
Or Angelie Sens, directeur van het Persmuseum en een van haar
medewerkers nemen verheugd de zending historisch materiaal uit de
nalatenschap van Lenie Goudappel in ontvangst.
-
gg€i iJh,~~~heh,e~r,1I' I ~' I~ ~ IOrganisatie en Informatie
Presentatie van informatie
Effectieve klantcommunicatie
Uw interne marketingwint aan kracht met een eigen website
op het Intranet of Internet.Voor het opzetten van een aantrekkelijke,
doeltreffende website, gaat u te radebij InfoManagement.Uw adviseur in de organisatievan informatie!
Bel voor meer informatie of surfnaarwww.infomanagement.nl
ijli~7n#~1Organisatie en Informatie
Postbus 201,4100 AE Culemborg
Tel 0345 515666, Fax 0345 514299E-mail: [email protected]://www.infomanagement.nl