visie op sectoren retail 2012
DESCRIPTION
Met de Visie op retail biedt ABN AMRO naast een macro-economische visie op Nederland een omschrijving van de branches die onderdeel uit maken van de retailsector. Met de trends en ontwikkelingen en de actuele branchecijfers kunt u uw bedrijf vergelijken met anderen.TRANSCRIPT
Sectorupdate 2012 ▶ Interview ▶ Trends & ontwikkelingen ▶ Sectorvisie
visie opretail
Geachte relatie,
Voor u ligt Visie op Sectoren (VOS), de jaarlijkse dwarsdoorsnede van het
Nederlandse bedrijfsleven. In VOS worden de actuele stand van zaken en de
vooruitzichten van een groot aantal sectoren en branches besproken. Aan de
hand van dit rapport kunt u uw onderneming spiegelen aan de trends en
actuele branchecijfers, kijken hoe het met de branche van uw toeleveranciers
is gesteld en zien wat de verwachtingen van ABN AMRO zijn voor uw eigen
branche.
Als bank anno nu publiceren wij VOS ook op onze nieuwe ABN AMRO Market Insights app voor de
iPad. Op deze app vindt u tevens onze andere sectorgerelateerde en macro-economische publicaties.
Aan het begin van het jaar werd het Nederlandse bedrijfsleven geconfronteerd met, helaas
wederom, een lichte recessie. De impact van deze nieuwe recessie wordt voor een belangrijk deel
bepaald door de mate waarin een sector herstel heeft laten zien na de dip in 2009. Precies de reden
waarom nu sectoren als bouw, retail, horeca en zakelijke dienstverlening het zwaar hebben.
Het lijkt er op dat mondiaal de economie zich herstelt en dit zal een positieve uitwerking hebben op
de Nederlandse export. Ook kan de verwachte daling van de grondstoffenprijzen een positieve
bijdrage leveren. In Nederland ligt echter de belangrijkste sleutel tot structureel herstel in handen van
de consument. Het consumentenvertrouwen is ongekend laag en gaat waarschijnlijk pas stijgen als
de onzekerheden over de Europese schuldencrisis, de eigen woning, pensioenen en de overheids-
financiën uit de lucht zijn. Met het onlangs door een aantal politieke partijen gesloten akkoord wordt
er geprobeerd om het overheidstekort terug te dringen. Hoe de maatregelen zullen uitpakken op de
economie, het consumentenvertrouwen en bijvoorbeeld de sector retail is op moment van schrijven
van deze publicatie nog onduidelijk.
De mogelijkheden om digitaal kennis op te doen over klanten zijn legio: app’s, reviews, en
twitterberichten. De kunst is: hoe kan een retailer zijn middelen het beste inzetten om zijn klant te
leren kennen? Michel Koster, sector banker Retail ABN AMRO ging hierover in gesprek met Ronald
van Zetten, CEO Hema BV. Volgens van Zetten is het niet de stijl van Hema om onmiddellijk met
iedere nieuwe digitale ontwikkeling mee te doen. Wél echt Hema, is niet te risicovol investeren en
op kosten letten. Toch zet ook een bedrijf als Hema sociale media inmiddels volop in. Zo hebben ze
geen klantenkaart nodig om de klant te leren kennen. Daar hebben ze nu sociale media voor.
Hopelijk stimuleert deze publicatie u om met ABN AMRO en uw collega-ondernemers van gedachten
te wisselen over de uitdagingen voor uw bedrijf en uw sector in Nederland. Wij denken graag met u
mee en zijn u graag van dienst. Namens alle collega’s van ABN AMRO wens ik u en uw bedrijf alle
succes toe!
Met vriendelijke groet,
Joop Wijn Lid Raad van Bestuur ABN AMRO
1Visie op retail
Visie op retailSectorupdate 2012
2
4 6
10 12 14 16 18 20 22 24
26 28 30 32
visie op Nederland
interview
autoretail
doe-het-zelfartikelen
drogisterijen
elektronica
kledingzaken
online retail
schoenen
sportspeciaalzaken
supermarkten
woonzaken
leeswijzer
colofon
3Visie op retail
visie op NederlandNederlandse economie
krabbelt in 2012 weer op Vorig jaar is de economische groei sterk vertraagd en belandde de economie in een
recessie die in het begin van 2012 nog voortduurde. Er zijn echter aanwijzingen dat de
economie in het tweede halfjaar weer groei zal vertonen – waarschijnlijk dankzij een
aantrekkende uitvoer. De consumptieve bestedingen dalen naar verwachting opnieuw.
In 2011 groeide de economie met 1,2%. Ten opzichte van de groei
in 2010 (+1,7%) leek de afzwakking beperkt, maar achter die 1,2%
gaat een forse afkoeling van de economie schuil in de loop van het
jaar. In het eerste kwartaal van 2011 steeg het bruto binnenlands
product (bbp) nog met 0,75% ten opzichte van de voorgaande peri-
ode. In de daaropvolgende kwartalen viel dat cijfer steeds lager uit.
In het derde en vierde kwartaal was zelfs sprake van krimp (respec-
tievelijk -0,4 en -0,6% kwartaal-op-kwartaal). Deze ontwikkeling stak
ongunstig af bij die van de eurozone als geheel. In het derde kwar-
taal kromp de Nederlandse economie al, terwijl de eurozone-econo-
mie nog een plus liet optekenen en in het slotkwartaal van 2011 viel
het groeicijfer (-0,6%) opnieuw lager uit dan dat voor de eurozone
als geheel (-0,3%). Jaar-op-jaar viel de groei van het bbp terug van
+2,2% in het begin van het jaar naar -0,2% in het laatste kwartaal.
Afzwakking groei economie voorbij?
-6
-3
0
3
6
1991 1993 1995 1997 1999 2001 2003 2005 2007 2009 201160
75
90
105
120
bbp (% j-o-j; l.as)Economisch-sentimentindicator (r.as)
%
Bron: Thomson Reuters Datastream
Uitvoergroei sterk vertraagd, maar eerste lichtpuntjes zichtbaar Kijken we naar het verloop van de verschillende bestedingscompo-
nenten, dan valt op dat de uitvoer (de kurk waar de economie op
drijft) in de loop van het jaar per saldo niet is toegenomen (0,0%
j-o-j in vierde kwartaal). Na bescheiden kwartaal-op-kwartaal-plus-
sen in het eerste halfjaar, was daarna sprake van minnen. Dat de
gemiddelde jaargroei toch op 3,8% is uitgekomen, is dan ook gro-
tendeels toe te schrijven aan het stevige groeitempo tegen het eind
van 2010.
De forse afkoeling bij de uitvoer komt grotendeels, of zelfs hele-
maal, op het conto van de afzetmarkten. Driekwart van de goede-
renuitvoer blijft in de EU en daarvan blijft het overgrote deel binnen
de eurozone (krap 59% van de totale goederenuitvoer). De totale
goedereninvoer van de eurozone is zelfs nog wat meer terug-
gevallen dan de Nederlandse uitvoer. We zien hier de gevolgen van
diverse groeivertragende factoren. Denk aan de hoge olieprijzen
begin 2011, bezuinigingen door overheden en de grote onrust als
gevolg van de staatsschuldencrisis in de eurozone. Met name die
laatste factor heeft het vertrouwen in de economie in de tweede
helft van het afgelopen jaar stevig doen slinken.
De economie van de eurozone is naar verwachting in het eerste
kwartaal van 2012 opnieuw gekrompen. Dat kan worden afgeleid
uit de begin april beschikbare indicatoren. ABN AMRO verwacht dat
de eurozone-economie in het tweede kwartaal stabiliseert, om
vanaf het midden van het jaar weer wat te gaan groeien. Dit be-
scheiden herstel kan vooral worden toegeschreven aan de opleving
van de wereldhandel. De binnenlandse bestedingen in de eurozone
staan echter onder druk van bezuinigingsmaatregelen. Duitsland
lijkt hierop overigens een uitzondering te vormen.
De laatste Nederlandse uitvoercijfers lijken (al) wat minder ongun-
stig. In de jaar-op-jaarvergelijking zagen we eind vorig jaar en begin
dit jaar weer enige stijging van het groeicijfer. Ook de indicatie van
de inkoopmanagersindex (PMI) is beter: de deelindex voor de ex-
portorders lag in januari en vooral in februari boven de 50, dat is het
niveau dat het verschil markeert tussen krimp en groei. Hoewel we
in maart weer een daling zagen, bleef deze deel-PMI in die maand
nog duidelijk boven de 50.
4
Uitvoergroei lijkt dal gepasseerdPMI >50 wijst op groei; <50 – krimp
-20
-10
0
10
20
2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 201230
40
50
60
70
Uitvoer goederen (% j-o-j; l.as)PMI exportorders (index; r.as)
%
Bron: CBS, Markit NEVI
Binnenlandse bestedingen onder drukDe zwakke stee van de Nederlandse economie is de particuliere
consumptie. Deze is al vier kwartalen achtereen gekrompen met
als dieptepunt een terugval van 0,9% kwartaal-op-kwartaal eind
2011. Daarmee lag de consumptie op het laagste niveau sinds eind
2003! Gemiddeld kromp de consumptie vorig jaar met 1%. Dat is
beduidend meer dan de daling van het reëel beschikbaar inkomen
met bijna een half procent. Factoren die verantwoordelijk zijn voor
deze sterkere daling van de consumptie, zijn het vermogensverlies
op de aandelen- en de huizenmarkt en het sterk gedaalde consu-
mentenvertrouwen. Dat vertrouwen stond vorig jaar ook elders in
de eurozone onder druk vanwege de staatsschuldencrisis, maar in
ons land speelden nog meer factoren. Zo was er onzekerheid over
de hoogte van de pensioenen vanwege de gedaalde, en te lage,
dekkingsgraden van pensioenfondsen. Verder is er het hete hangij-
zer van de hypotheekrenteaftrek. Ten slotte wijzen we op de extra
bezuinigingen. Omdat het begrotingstekort in 2013 flink te hoog
dreigt uit te vallen, moet fors extra worden bezuinigd. Ook dat kan
van invloed zijn op de stemming van de consument.
In 2012 neemt de koopkracht opnieuw af: door bezuinigingsmaatre-
gelen én omdat de brutoloonstijging (al is deze iets hoger dan in
2011) weer achterblijft bij de inflatie. Alles overziend, gaan we ervan
uit dat de consumptie dit jaar opnieuw krimp zal vertonen.
Hoewel we voor het tweede halfjaar – vooral dankzij de voorzichtig
aantrekkende uitvoer – weer wat economische groei verwachten,
zal het bbp dit jaar (gemiddeld) toch duidelijk dalen. Maar voor 2013
wordt weer een positief cijfer voorzien.
Particuliere consumptie daalt verder
- 3
- 2
- 1
0
1
2
3
Reëel beschikbaar inkomen Particuliere consumptie
2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012
%
Bron: CBS, ABN AMRO Economisch Bureau
Bedrijven die overwegend op de binnenlandse markt georiënteerd
zijn (zie ook hieronder), zullen het in 2012 in doorsnee moeilijker
hebben dan bedrijven die meer exportgericht zijn.
Huizenmarkt zit vastDe huizenmarkt zit in het slop en er is weinig vertrouwen dat de si-
tuatie spoedig verbetert. De marktindicator van Vereniging Eigen
Huis bereikte in maart een nieuw dieptepunt. Het gebrek aan ver-
trouwen draagt bij aan de verwachting dat de huizenprijzen verder
zullen dalen. Deze verwachting wordt verder gevoed door de ont-
wikkeling van het transactievolume. Het teleurstellend lage aantal
transacties in de eerste maanden van het jaar laat zien dat de hui-
zenmarkt volledig is verkrampt. Dit lage aantal woningtransacties
valt deels terug te voeren op de minder ruimhartige verstrekking van
hypotheken. De beperkingen op de leencapaciteit vanuit de regelge-
ving, zoals de strengere Gedragscode Hypothecaire Financieringen,
de verlaagde Nibud-woonquote en de internationaal aangescherpte
kredietvoorwaarden van banken, zijn verantwoordelijk voor een
minder ruimhartige kredietverlening. Daarnaast speelt de discussie
over de toekomst van de hypotheekrenteaftrek. ABN AMRO houdt
er rekening mee dat de huizenmarkt voorlopig vast blijft zitten.
Hoewel de beperkte omvang van de woningvoorraad een prijsval
helpt voorkomen, dient rekening te worden gehouden met een ver-
dere daling van de huizenprijzen. We schatten dat de huizenprijzen
dit jaar met 5% dalen. Ook het aantal transacties blijft laag.
InflatieDe inflatie liep in 2011 geleidelijk op van 2% in het begin van het
jaar naar een piek van 2,7% in september. De toename van het
prijsstijgingstempo was het gevolg van onder meer hogere arbeids-
kosten en energieprijzen. Daarna viel het cijfer wat terug naar 2,5%
in de eerste drie maanden van 2012. Gemiddeld kwam de inflatie in
2011 uit op 2,3%.
In de loop van 2012 kan het inflatietempo verder afnemen. Deze
verwachting baseert ABN AMRO op de aanname dat de olie-
prijzen verder dalen, aangezien het risico van een escalatie in het
Midden-Oosten is afgenomen. Echter, door de aangekondigde
BTW-verhoging kan in het vierde kwartaal de inflatie een sprong
maken.
Risico’sDe risico’s voor het scenario van ABN AMRO liggen vooral aan de
‘onderkant’. In ons scenario gaan wij ervan uit dat de Europese be-
leidsmakers erin slagen de staatsschuldencrisis verder te bedwin-
gen, maar dit is verre van zeker. Een nieuwe escalatie van de
staatsschuldencrisis in de eurozone is niet ondenkbaar. Verder
zouden de olieprijzen kunnen stijgen. De economische groei zou in
beide gevallen worden gedrukt; en de inflatie valt - bij stijgende olie-
prijzen - hoger uit. Ook bestaat het risico dat de situatie op de hui-
zenmarkt verder verslechtert.
5Visie op Nederland
Links: Michel Koster, sector banker Retail ABN AMRO. Rechts: Ronald van Zetten, CEO HEMA BV.
Ronald van Zetten, CEO Hema:‘Klantenkennis is basis van
Hema-strategie’
De komende jaren gaan de nieuwe verhoudingen in retail zich steeds duidelijker
aftekenen. Wat wordt de populairste manier van winkelen: de straat op, naar de
winkel (offline), de digitale snelweg op, mobiel of vast (online) of cross channel retail,
een slimme combinatie van beide? Klanten geven retailers online veel meer informatie
dan cash betalend aan de kassa. De mogelijkheden om digitaal kennis op te doen over
klanten zijn legio – app’s, reviews, twitterberichten, Real Time Bidding van adver-
teerders om een individuele surfer een aanbieding te mogen doen, klachten op
facebook over een webshop die vastloopt. De kunst is: hoe kan een retailer zijn
middelen het beste inzetten om zijn klant te leren kennen? Onmiddellijk met iedere
nieuwe digitale ontwikkeling meedoen, dat is niet de stijl van Hema, vertelt Ronald
van Zetten, CEO van Hema BV. Hij geeft zijn visie samen met Michel Koster, sector
banker Retail ABN AMRO.
6
Hema is niet de allereerste als het gaat om de inzet van nieuwe
digitale mogelijkheden. De Facebook-pagina van Hema (80.000
followers) is in december 2010 de lucht in gegaan. Een app is er
niet. De mogelijkheid om klanten reviews van producten te laten
schrijven op de website, is er sinds 5 april dit jaar. Op Twitter is
Hema voor bedrijfsbegrippen al wel langer actief: sinds
september 2009. En in de Nielsen Top 100 (de lijst van grote
adverteerders die het meest actief twitteren) staat Hema met
6.556 followers in februari 2011, op een fraaie tweede plaats. De
account @Hema was aanvankelijk gekaapt door een particulier,
maar is met hulp van Twitter in handen van het warenhuis
gekomen. Veel klanten twitteren vragen. Bijvoorbeeld: ‘Wanneer
gaat de Hema biologische vleeswaren verkopen?’ Antwoord: ‘We
zijn duurzame alternatieven aan het onderzoeken, mocht het zo
ver zijn, dan laten we het natuurlijk weten.’ Komen ze met een
serieuze klacht, dan krijgen ze een direct tweet van Hema.
Michel Koster: ‘Mooi om te zien hoe Hema sociale media inzet,
en voor zich laat werken. Binnen korte tijd zal het grootste deel
van de consumenten sociale media gebruiken. Mensen gebruiken
dagelijks verschillende kanalen om zich te oriënteren, te zoeken
en te beslissen. Daarom vind ik dat retailers in alle kanalen actief
moeten zijn en ervoor dienen te zorgen dat de marketinguitingen
op elkaar aansluiten. Soms wordt daarbij vergeten dat de winkel
één van de marketingkanalen is, waarschijnlijk zelfs het
belangrijkste kanaal.’
Is er een reden dat Hema vaak wat later instapt als het gaat om
nieuwe digitale mogelijkheden?
Ronald van Zetten: ‘Als groot bedrijf moet je niet meteen op
iedere trend vol in gaan zetten, dat zou slecht beleid zijn. Kijk, we
kijken naar de markt, en bepalen onze strategie op basis van wat
we weten van klanten. Als we twijfelen of we wel voldoende van
de klant weten, dan doen we consumentenonderzoek. We
luisteren heel goed naar de klant. Maar we willen niet bij iedere
nieuwe digitale ontwikkeling onmiddellijk voorop lopen.’
Want wat is het risico?
Van Zetten: ‘Dat kun je niet aan qua bemanning, geld en kennis.
Het is te riskant om het in al die dingen te steken die misschien
niets opleveren. Dat is geen wijsheid. Als je iets ziet ontstaan dat
grote vormen aanneemt, dan kun je altijd nog meedoen. Zoals we
met de webshop hebben gedaan, en die maakt gezonde winst.
Dat is ook echt Hema, niet te risicovol investeren, op de kosten
letten.’
Koster: ‘Tegenwoordig is het technisch mogelijk om klanten die in
je zaak winkelen, op hun smartphone een unieke aanbieding te
doen, die alleen voor hen geldt. Het is een mooie manier om
tevens kennis over die klant op te doen. Hoe kijkt Hema aan tegen
deze nieuwste mogelijkheden van mobiel internet?’
Van Zetten: ‘Ja, jongeren schijnen dat cool te vinden. We zien de
ontwikkelingen, getargete reclame op de smartphone, maar
vooralsnog doen we er niets mee. Voor Hema is op die manier
kortingen geven aan sommige mensen niet de richting. We willen
vaste, lage prijzen voor iedereen.’
Vertrouwen opbouwen is lastigVan Zetten: ‘Print de namen van alle Nederlandse webshops
achter elkaar uit en je hebt een dik telefoonboek. Het is duidelijk
geen kunst om een webshop te beginnen. Maar een betrouwbaar
merk opbouwen, vertrouwen kweken en vasthouden, dat is een
heel ander verhaal. Ik las laatst over een man die een reeks
webshops was begonnen en er rijk mee geworden was. Hij had
alleen nog nooit goederen geleverd – dat noemen ze oplichting
geloof ik. Vertrouwen opbouwen als webshop is lastig, vanwege
het ontbreken van direct contact. Dus, om
consumentenvertrouwen in een sterk merk te stimuleren, helpt
het om een webshop te combineren met een stenen winkel. Als
er iets is met producten die je in de webshop hebt gekocht, dan
kun je daar naartoe. Die combinatie wint weer aan populariteit.’
Koster: ‘Ja, dat klopt helemaal. Het blijkt ook uit het ABN AMRO-
rapport Chross Channel Retail De Toekomst 2015, waarin is
aangetoond dat crosschannel de belangrijkste voorkeur van de
consument wordt, gevolgd door offline kopen. Fysieke winkels
blijven belangrijk en bepalen mede het succes, ook in het nieuwe
internettijdperk. Consumenten zijn niet bezig met kanalen en zien
online en offline niet als twee aparte werelden. Ze willen zelf de
vier w’s rondom een aankoop bepalen: wat, waar, op welke
manier en wanneer? En dan is het voor de retailer en fabrikant de
uitdaging om zoveel mogelijk traffic te generen (on- en offline), en
om samen te zorgen voor het perfecte productenaanbod, op de
juiste plaats.’
Pallet van mogelijkhedenVan Zetten: ‘Ik denk dat het hele pallet van mogelijkheden voor de
klant beter en prettiger is geworden. Hij kan beter vergelijken, is
beter geïnformeerd, hij weet precies wat hij gaat doen. Dat moet
je als ondernemer allemaal in overweging nemen. De markt is
transparanter geworden en dat is wel goed.’
Bij Hema lijkt de synergie tussen stenen winkel en webshop
subliem. Zijn er nog punten die beter kunnen?
‘De markt is transparanter en dat is goed‘
7Interview
Van Zetten: ‘Of onze formule van de webshop al klaar is? Nee,
eigenlijk zijn we net begonnen. We zijn redelijk succesvol, anders
win je geen grote prijzen. Onze ambitie is groot. De wereld gaat
snel. We zijn kansrijk genoeg. Voor consumenten zijn we heel
goed bereikbaar. Hema is een bekend merk, dat terecht het
vertrouwen krijgt, ook qua betaling. Een hit is ons vers gebak op
maat, met een foto erop als de klant dat wil. En dat voor een
goede kwaliteit en dito prijs, dat is vrij uniek. Dat kan ook alleen
omdat we een forse schaalgrootte hebben bereikt. Ook fotografie
scoort uitstekend in de webshop. In analoog waren we al goed,
en digitaal doen we het ook goed met onze fotoalbums. Nu is
Xpozer een succes; een folie dat je fraai met je eigen foto kunt
bedrukken, en vervolgens opspannen om het op te hangen.’
Hogere conversieVan Zetten: ‘Er zijn kansen genoeg om de webshop te verbeteren
en toegankelijker te maken, door beter in te spelen op de wensen
van de klant. En we willen de conversie verhogen, dus méér
mensen die naar de website komen, ook daadwerkelijk tot een
aankoop bewegen. Ik ga niets zeggen over het conversie-
percentage. Maar zo lang het nog voorkomt dat mensen die iets
willen kopen, onverrichter zake de website weer verlaten, kan het
altijd beter. Dat proberen we te begrijpen en er iets aan te doen.
Soms zijn er zo veel bezoekers dat de site kan vastlopen. Dat is
een technisch probleem. Maar het surfgedrag speelt ook een rol.’
Van Zetten: ‘Op de psychologie van de kopende surfer zijn we
voorlopig niet uitgestudeerd. Sinds 5 april kunnen klanten online
een review van producten plaatsen. Daar hebben we lang over
nagedacht. Besloten is om niet te modereren. Soms zie je dat één
klant met een bepaalde post al opinion leader kan zijn, en al veel
invloed heeft. En die kan daar heel ver in gaan. Er kunnen best
ongelukken mee gebeuren. We gaan kijken hoe zich dat
ontwikkelt.’
Fiep Westendorp in ParijsHema heeft inmiddels een stuk of tien winkels in Frankrijk, de
meeste in Parijs. Hoe onderzoeken jullie de markt? Dat is
ingewikkeld. Nederlanders denken erg vaak Fransen te kennen,
maar zitten er vaak naast.
Van Zetten: ‘We zitten ook op Gare du Nord, waarvoor we een
tender wonnen, heel bijzonder. Leuk om in een andere cultuur
onze oer-Nederlandse winkels te openen. Per land selecteren we
Ronald van Zetten, CEO HEMA BV
‘Hema werkt niet met een klantenkaart’
8
een ander assortiment. We voeren 22.000 artikelen, waarvan we
50% per jaar veranderen. In totaal managen we 30.000 artikelen,
een aardige klus. We bedenken wat Fransen aantrekkelijke
producten zouden vinden. Fransen houden net als Nederlanders
van kwaliteit en goed design voor een acceptabele prijs. We
pretenderen met onze fris gekleurde Hollandse vormgeving een
optimistisch merk te zijn. Fiep Westendorp, tekenares van Jip en
Janneke, vinden ze in Parijs ook geweldig. Paas- en Sinterklaas-
producten lopen er ook goed.’
Van Zetten: ‘Cosmeticaproducten – dié hebben we aanvankelijk
niet geprobeerd. Frankrijk is immers de bakermat van cosmetica.
Dat heeft geen zin, dachten we. Een forse misvatting, het is een
goed lopende categorie geworden. Overigens: de Hema-worst
deed het goed in Franse smaakpanels; maar dan wel in plakjes,
met wat mosterd en prikkertjes, bij de borrel. Wie weet gaan we
het op die manier nog eens proberen te verkopen. Maar nu nog
niet. En die beroemde halve warme worsten in een zakje, die hier
zo fantastisch lopen, die kunnen we daar niet verkopen. Dat zit er
niet in.’
Diepe kennis over grillige consument Koster: ‘In deze lastige en snel veranderende markt is doelgroep-
gericht communiceren en positioneren een hot topic voor
retailers, om inzicht en aansluiting te blijven houden met de
grillige consument. Hema is een groot bedrijf, wat zou nu uw
advies zijn aan middelgrote retailers, als ik u zou vragen: hoe
kunnen zij het beste met hun klanten communiceren, zodat ze
hen beter leren kennen?’
Van Zetten: ‘Je hoeft tegenwoordig geen klantenkaart te hebben
om mensen iets over je bedrijf te laten zeggen. Daar hebben we
sociale media voor. Dus dat helpt al. Overigens: Hema heeft
ervoor gekozen niet met een klantenkaart te werken. Dat past
niet in onze filosofie. We willen niemand méér voordeel geven
dan een ander. We zitten meer op de toer van terug naar de
eenheidsprijzen. Natuurlijk niet voor alle producten, maar voor
acties. Een ontbijt voor 1 euro. Dat is zó goedkoop dat we de
marge inleveren. Het loopt goed.’
‘Verder adviseer ik: wees vindbaar op een website. Als je van plan
bent grote investeringen te gaan doen voor een webshop, bedenk
dan vooraf goed: wat wil ik ermee bereiken en is het die
investering ook waard? Dat is niet anders dan bij een gewone
winkel. De kracht van een ondernemer is: dicht bij de klanten
staan en lokaal een goede klantenbasis opbouwen. Met moderne
technologie kun je die klanten managen. En overigens geloof ik
niet dat je met heel veel marketingbudget en heel gedetailleerde
en diepe kennis over de grillige consument nou zo veel opschiet.
Ik bedoel: die kennis verzamelen kost heel veel geld en tijd, en
het schijnt tegenwoordig amper belangrijk te zijn hoe je dat weer
terug verdient.’
Van Zetten: ‘En als je een landelijke speler wilt worden: zorg dan
dat je marketing, distributie en logistiek ook op landelijke schaal
werken. Als je landelijk adverteert, en je moet vervolgens de
spullen vanuit de achterkamer versturen, dan red je het niet.’
Zoo geweldigDe Hollandsche Eenheidsprijzen Maatschappij Amsterdam,
afgekort Hema, begon in de Kalverstraat in Amsterdam. Ieder
product kostte 25 of 50 cent. Het was 1926, alle winkels waren
nog van steen, en de reclameleus op het openingsaffiche
voorspelde in ouderwetse spelling: ‘Zoo geweldig als in Amerika
zal ook in Nederland het nieuwe systeem inslaan.’ Het affiche is te
vinden in de geschiedenis-time-line op de Hema Facebook-pagina.
De tekstschrijver heeft een visionaire blik gehad: Hema opent zo
ongeveer iedere week een nieuw filiaal, en telt (begin april 2012)
605 winkels, in Nederland, België, Frankrijk, Duitsland en
Luxemburg. Al wordt wellicht 2012 een lastig jaar, voorziet Van
Zetten, ’de prestaties zijn - ondanks de economische crisis - tot
dusverre goed.’
Van Zetten: ‘Natuurlijk is dat verklaarbaar door onze vaste lage
prijsstelling, maar ik constateer dat ook wij sinds de crisis harder
en scherper moeten werken.’
‘Een klant kan met één review al opinion leader zijn’
9Interview
Minimale marges op nieuwverkopen brengt dealers in problemen
Weg naar verbetering rendement via minder showrooms
Klant als centrum auto-universum de route naar de toekomst
Branchebeschrijving
Trends en ontwikkelingen
Onze visie
Kerngegevens Websites
De autobranche bestaat uit importeurs, dealers, handelaren in auto-
onderdelen en onderhouds- en reparatiebedrijven. De dealers zijn
merkgebonden of universeel. Merkgebonden bedrijven zijn merk-
dealers en -reparateurs die door de fabrikant als zodanig zijn erkend.
Nieuwe auto’s worden vooral via het merkkanaal afgezet. Universele
autobedrijven zijn niet merkgebonden. Beide typen autobedrijven
verkopen gebruikte auto’s en verrichten reparaties en onderhoud.
In de onderhouds- en reparatiemarkt zijn grote (gespecialiseerde)
ketens actief.
Ondanks de recessie in het tweede halfjaar van 2011, zorgde fiscale
overheidsstimulering ervoor dat personenauto’s het enige duurzame
consumentengoed waren waar Nederlanders ruim in investeerden in
2011. Behalve meer volume en vergroening van het wagenpark, is de
autoretailer hier niet veel mee opgeschoten. Er is structureel iets mis
wanneer in een jaar de autoverkopen met 15% stijgen, maar tegelijker-
tijd het gemiddelde dealerrendement sterk daalt tot onder de 1%. Oor-
zaak is de ‘downsizing’ van de verkopen, die al een aantal jaren gaande
is. Consumenten kopen kleinere - en daarmee goedkopere - auto’s,
waar kleinere marges op zitten. Inmiddels betreft meer dan 50% van de
verkopen ‘kleine auto’s’. Importeurs zijn in 2011 verder gegaan met het
herstructureren van hun dealernetwerken. Deze consolidatieslag leidt
tot minder showrooms. Het aantal verkopen per showroom stijgt hier-
door, wat uiteindelijk kan leiden tot rendementsverbetering. Op de occa-
sionmarkt vermindert de vraag. Het aanbod is groot en sluit niet aan op
de vraag. Hierdoor lopen de statijden op en dalen de prijzen. Wel heeft
de sterk gestegen export van occasions een stabiliserende werking. Bij
de aftersales is er sprake van overcapaciteit en zorgt hevige concurren-
tie voor prijsdruk. Lease- en verzekeringsmaatschappijen zorgen dat gro-
tere delen van schadereparaties en onderhoud gestuurd worden. Steeds
meer dealers richten zich op universele concepten met als doel omzet te
winnen uit onderhoud en schadereparaties van het niet-eigen-merk.
In het auto-universum van de nabije toekomst moet de alwetende en
veeleisende klant centraal staan. Deze klant zal zich niet alleen on- en
offline willen informeren, maar ook online willen kopen. Hij bepaalt
wanneer, waar en hoe hij wordt geholpen. De Bovag Toekomstvisie
2020 geeft een beeld van de toekomst waarin zowel specialisten als
brede aanbieders een plek hebben. De vier geschetste typen bedrijven
hebben met elkaar gemeen dat de organisatie op de klant is ontwor-
pen. ABN AMRO verwacht dat de rol van grote dealerholdings steeds
prominenter zal worden en de schaalvergroting niet zal stoppen.
Samen met importeurs hebben zij de slagkracht om richting te geven
aan nieuwe ontwikkelingen. De branche zal een antwoord moeten
vinden op bestaande initiatieven voor het online verkopen van nieuwe
personenauto’s. Nu de ANWB, met vier miljoen leden, een partner-
schap is begonnen met NAK (www.nieuweautokopen.nl), kan dit een
doorbraak betekenen voor de online verkoop van personenauto’s.
Niets doen zal leiden tot het wegvloeien van volume. Het is onjuist om
te denken dat het met de elektrische auto zo’n vaart niet zal lopen.
Nederland is met zijn infrastructuur en relatief korte afstanden bij
uitstek geschikt voor dit type auto’s. Zowel in aftersales als sales zal
extra kennis en inspanning nodig zijn om dit product aan de man te
brengen. Grootste uitdaging bij al deze ontwikkelingen blijft echter het
op een verantwoord niveau brengen van het rendement.
Aantal bedrijven: 24.040
▶ waarvan dealers: 2.556
Aantal werkzame personen: ca. 55.000
Verkoop nieuwe personenauto’s: 555.777
Verkoop nieuwe bestelauto’s: 58.665
Verkoop occasions autobedrijven: 1,07 mln
ABN AMRO omzetverwachting 2012: -5%
www.bovag.nlwww.raivereniging.nlwww.dealersupportnet.nl www.focwa.nl
autoretail
10
0
100.000
200.000
300.000
400.000
500.000
600.000
80
85
90
95
100
105
110
Inde
x (2
005=
100)
1e jaarhelft 2e jaarhelft Omzet (r.as)
'00 '02 '04 '06 '08 '10 '12*
0
500
1.000
1.500
2.000
2.500
3.000
3.500
Contractpartners Aantal showrooms
2005 2010 2011
0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
70%
80%
90%
100%
2005 2007 2009 2011
A-small: submini’s (o.a.Ford Ka) B-city: kleine auto’s (o.a. Peugeot 207)C-lower family: kleine middenklasse (o.a. VW Golf) D-upper family: middenklasse (o.a. Audi A4)J-medium mpv: medium MPV’s (o.a. Renault Scenic) Overigen
0
50.000
100.000
150.000
200.000
250.000
300.000
2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011
Correlatie nieuwverkopen en omzetontwikkeling
Daling aantal showrooms nog niet ten einde
Groei verkoop kleinere auto’s niet te stoppen
Export occasions legt bodem onder occasionmarkt
BRON: CBS, *verwachting ABN AMRO
Bron: Automotive dealerspecial
Bron: RDC Datacentrum
Bron: VWE
▶ De trend naar kleinere - en daarmee goedkopere - auto’s, maakt
dat de correlatie tussen de omzetontwikkeling en de nieuwverko-
pen kleiner wordt. Zo steeg het aantal nieuwverkopen met 11% in
het vierde kwartaal van 2011, terwijl de omzet van de dealers en
garages met 2,8% daalde.
▶ De branche kent een sterk seizoenspatroon. De verhouding tussen
de verkopen in de eerste en tweede helft van een jaar ligt al jaren
rond een gemiddelde van 60% om 40%.
▶ Al meerdere jaren daalt het aantal showrooms. Nederland heeft
echter nog altijd een hoge dichtheid van autodealers en garages.
Een verdere daling zal noodzakelijk zijn om het aantal verkochte
auto’s per showroom naar een rendabeler niveau te brengen.
▶ De schaalvergroting in de branche is nog niet ten einde. De grotere
dealerholdings nemen ieder jaar een groter deel van de verkopen
voor hun rekening. Ook neemt ieder jaar het aantal contractpart-
ners van importeurs af.
▶ Demografische ontwikkelingen, zoals meer eenpersoonshuishou-
dens, vergrijzing en aandacht voor duurzaamheid, veroorzaken de
trend naar kleinere auto’s. Fiscale stimulering heeft deze trend een
krachtige impuls gegeven.
▶ In zes jaar tijd is het aandeel van de kleinere auto’s, de segmenten
small en city, gestegen van 30% naar ruim 52%.
▶ Door de trend naar kleinere auto’s is de gemiddelde verkoopprijs
van nieuwe auto’s de afgelopen vijf jaar met 15% gedaald.
▶ De export van occasions is in 2011 met 40% explosief gestegen.
Motor van deze groei is de mogelijkheid om de BPM terug te vor-
deren van auto’s die worden geëxporteerd naar een EU-land. De
auto’s dienen na 16 oktober 2006 op kenteken te zijn gezet.
▶ Op de occasionmarkt is sprake van prijsdruk en verschralende
marges. De naar verwachting aanblijvende sterke groei van de
export zorgt ervoor dat het occasionaanbod niet al te ruim wordt.
11autoretail
doe-het-zelfartikelen Ook in 2012 negatieve omzetontwikkeling
Verbetering woningmarkt essentieel voor fundamenteel herstel
Branchevreemde aanbieders vormen bedreiging via online kanaal
Branchebeschrijving
Trends en ontwikkelingen
Onze visie
Kerngegevens Websites
De doe-het-zelfbranche (dhz) omvat bouwmarkten, verf- en behangspe-
ciaalzaken (vbs), ijzer- en gereedschappenzaken, breedpakketzaken en
overige doe-het-zelfwinkels. Breedpakketzaken zijn feitelijk kleine bouw-
markten met een verkoopvloeroppervlakte van minder dan 1.500 m2.
Belangrijke productgroepen zijn ijzerwaren, gereedschap, houtwaren,
sanitair, verf, behang, keukens, bouwmaterialen en tuinartikelen. Bouw-
markten verkopen steeds vaker branchevreemde artikelen als bloemen
en planten, elektronica en meubels.
Het grootste probleem van de dhz-branche vormen de al een aantal
jaren dalende volumes. De branche heeft dit altijd proberen op te
vangen door steeds meer branchevreemde producten aan te bieden.
De grote bouwmarkten zijn verworden tot megastores die alles bieden
op het gebied van van doe-het-zelf, tuin, wonen en recreatie; vaak in
de ruimste zin van het woord. Prijsverhogingen in de afgelopen jaren
hebben er voor gezorgd dat de omzetten niet verder zijn weggegleden.
Parallel met de daling van het volume, loopt ieder jaar het aantal
verkooppunten van dhz-artikelen terug. Over de laatste 15 jaar bedroeg
de daling bijna 25%. Daarentegen is er ook een tegengestelde bewe-
ging gaande: het totaal aantal meters vloeroppervlakte is flink geste-
gen. De langetermijntrend naar schaalvergroting heeft er voor gezorgd
dat een gemiddelde bouwmarkt tegenwoordig ruim 2.800 m2 beslaat,
tegen 2.300 m2 in 2005. Ook is in diezelfde periode het aantal bouw-
markten met een verkoopvloeroppervlakte van meer dan 5.000 m2
met 45% gestegen. Een afname van het aantal verkooppunten speelt
vooral in de segmenten verf- en behangspeciaalzaken en ijzerwaren.
Daar verdwijnen de niet-gebonden zelfstandige ondernemers. Zij
hebben vaak opvolgingsproblemen, waardoor aansluiting zoeken bij
een gespecialiseerde keten veelal geen optie is. Maar soms is dit de
reddingsboei om te overleven. De verkoopkracht kan toenemen en er
kan scherper worden ingekocht.
De dhz-branche heeft de bodem van het dal nog niet bereikt. ABN
AMRO verwacht dat het aantal woningtransacties in 2012 verder daalt
naar 110.000 (-8%). De dhz-branche gaat dit voelen. Duurzaam herstel
komt pas als de woningmarkt aantrekt. De klant ziet nauwelijks onder-
scheid tussen de verschillende dhz-ketens. Beleving, specialisatie,
service en advies kunnen onderscheidende factoren zijn, maar meer
nog lijkt klantenbinding mogelijk door een goede crosschannelstrate-
gie. In de dhz-branche staat online kopen nog in de kinderschoenen.
Driekwart van de klanten koopt uitsluitend in fysieke winkels en
slechts 12% van de artikelen wordt via internet verkocht. Daar waar
de branche kansen onbenut laat, melden zich branchevreemde aan-
bieders en treedt ketenvervaging op door fabrikanten en groothandels
die online activiteiten ontplooien. Een inhaalslag is nodig. De kracht
van de branche is deskundig advies, de directe beschikbaarheid van
het product en de mogelijkheid een product ter plekke te kunnen
beoordelen. De sleutel tot succes is een crosschannel business-
model dat deze sterke punten combineert met het optimaliseren van
logistieke processen. De klant wil namelijk alles; zowel on- als offline
oriënteren en kopen als producten naar wens meenemen, afhalen of
laten bezorgen. Dit stelt hoge en andere eisen aan inkoop en voorraad-
beheersing. Verdienmodellen moeten veranderen en de fysieke winkel
gaat er anders uit zien.
Omzet totale branche: EUR 3.880 mln
▶ waarvan bouwmarkten: EUR 2.844 mln
▶ waarvan vbs: EUR 416 mln
▶ waarvan ijzerwaren: EUR 309 mln
▶ waarvan breedpakket: EUR 311 mln
Totaal aantal winkels: 2.420
ABN AMRO omzetverwachting 2012: -2%
www.hibin.nlwww.rndweb.nlwww.vertaz.nlwww.mixonline.nl
12
70
80
90
100
110
120
130
2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011
Inde
x (2
000=
100)
Bouwmarkten Verf, behang IJzerwarenBreedpakket Totaal
Inkoopwaarde
Personeelkosten
Huisvestingskosten
Overige kosten
Bedrijfsresultaat
61%
11%
15%
6%
6%
55
70
85
100
115
2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012*
Inde
x (2
000=
100)
Woningtransacties Volume dhz
DGN (Hubo, Multimate, Fixet,Doeland) 407
Intergamma (Karwei, Gamma) 292
Maxeda (Praxis, Formido) 221
Kluswijs 16
Hornbach 9
42,8%
23,3%
30,7%
1,7%0,9% IBW 5 0,5%
Omzetdaling branchebreed probleem
Bedrijfsresultaat vertoont dalende trend
Correlatie tussen woningtransacties en volume dhz
Ketens en aantallen vestigingen nog geen status-quo
Bron: Mixonline, GFK, ABN AMRO Sector Research
Bron: HBD
Bron: CBS, *verwachting ABN AMRO
Bron: Vakblad Mix, ABN AMRO Sector Research
▶ In 2011 daalde voor het vierde jaar op rij de omzet in de dhz-
branche. In 2011 bedroeg de daling 2,5%. In de periode 2008-2011
is de omzet volgens GFK data met 12,5% gedaald.
▶ De hardste klappen vielen in 2011 bij de breedpakket- en ijzer-
warenzaken, met een omzetdaling van respectievelijk 5,5 en 5,9%.
Bij de bouwmarkten bleef de daling beperkt tot 1,8%.
▶ Het winnen van marktaandeel door bouwmarkten ten koste van
speciaalzaken, is in 2011 gestagneerd.
▶ De personeelskosten als percentage van de omzet zijn de laatste
jaren gestegen. Belangrijkste oorzaak daarvan is de daling van de
omzet. De omzetdaling is niet gepaard gegaan met een vergelijkba-
re daling van de personeelssterkte.
▶ Het bedrijfsresultaat is gedaald naar 6%. Tot enkele jaren geleden
zat dit percentage rond de 10%.
▶ Het voeren van private label producten komt steeds vaker voor om
de marges op peil te houden.
▶ Tussen de ontwikkeling van de woningmarkt en de volumeomzet
in de dhz-branche bestaat een duidelijk verband.
▶ Sinds 2006 is de volumeomzet in de dhz-branche met 18%
gedaald. Het aantal woningtransacties lag in 2011 42% lager
dan in 2006.
▶ Een afname van het aantal verhuizingen leidt tot lagere dhz-
volumes. Maar dit verband is niet één op één. Uitstel van
verhuizen, of zelfs afstel, zorgt ook voor verbouw en onderhoud
aan bestaande huisvesting.
▶ De ketenvorming in de dhz-detailhandel is ongekend. Onder de
paraplu’s van Maxeda, Intergamma en DGN valt 97% van alle
bouwmarkten en breedpakketzaken.
▶ Toen DGN in 2010 besloot te stoppen met de Doeland-formule, is
een aantal Doeland-ondernemers een nieuwe breedpakketformule
gestart: Kluswijs. Kluswijs telt inmiddels 16 ondernemingen.
▶ Door het verdwijnen van de Doeland-formule is het aantal breed-
pakketzaken in 2011 met 7% gedaald.
13doe-het-zelfartikelen
drogisterijen Webverkopen spelen steeds grotere rol in omzet
Druk op prijzen door concurrentie supermarkten en internetaanbieders
Social media middel voor klantenbinding
Branchebeschrijving
Trends en ontwikkelingen
Onze visie
Kerngegevens Websites
Drogisterijen houden zich bezig met de verkoop van drogisterijartike-
len, zoals lichaamsverzorgende producten (bijvoorbeeld deodorant en
shampoo), zelfzorggeneesmiddelen zonder recept en decoratieve en
verzorgende cosmetica. Naast deze productgroepen, die tot het
kernassortiment behoren, verkopen veel drogisterijen steeds vaker
branchevreemde artikelen als speelgoed en snoep. Van de drogisterij-
en is 87% onderdeel van een keten, franchiseorganisatie of een in-
en/of verkooporganisatie.
Al enkele jaren kent de drogisterijbranche een stabiele tot licht stijgende
omzet. In 2011 wist de branche een omzetgroei te realiseren van 0,7%.
Deze lichte groei is vooral te danken aan een prijsstijging van 0,8%.
Schaalvergroting en ketenvorming zijn vergevorderd. Circa 87% van alle
drogisterijen is onderdeel van een keten of formule. De niet-gebonden
zelfstandige drogist verdwijnt uit het straatbeeld. De prijzen staan onder
druk met krappere marges tot gevolg. De prijsdruk wordt opgevoerd
door de opkomst van pure internetaanbieders als Truus.nl en Drogisterij.
net. Het aantal huismerkproducten in drogisterijen is de afgelopen jaren
sterk toegenomen. Hierdoor kwam druk te staan op de marges van de
merkfabrikanten. Om hun onderhandelingspositie te versterken, zijn de
fabrikanten van A-merken hun drogisterijproducten buiten de winkels
om gaan aanbieden. Vaak gebeurt dit in samenwerking met grote online
warenhuizen. Volgens de Multichannel Monitor 2011 wordt 12% van de
artikelen voor persoonlijke verzorging verkocht via internet. In 2010 was
dit nog 8%. Consumenten kopen niet alleen vaker via internet, ze oriën-
teren zich tegenwoordig ook vaker online, waardoor ze steeds beter ge-
informeerd zijn over producten. Dit stelt ook hogere eisen aan de kennis
en service van het personeel. Enkele productgroepen groeien bovenge-
middeld. Vooral de decoratieve cosmetica, mannenverzorgingsproduc-
ten en zonnecosmetica doen het goed. Dit zijn producten met een
hogere marge en daarmee een aantrekkelijke productgroep.
Ondanks het toenemende online aanbod van producten, blijven consu-
menten behoefte houden aan service en advies. Juist daar liggen de
kracht en de kansen van drogisterijen. In het kennen van de klant
moeten drogisterijen nog een slag maken. Zo hebben veel jonge ge-
zinnen met baby’s een sterke adviesbehoefte. Ook ouderen zijn inte-
ressant voor ondernemers in de drogisterijbranche. Zij zijn tegenwoor-
dig fitter en actiever en hebben meer belangstelling voor gezondheid
en uiterlijke verzorging. Daarnaast neemt door de vergrijzing de hoe-
veelheid ouderen de komende jaren sterk toe. Door de toenemende
mate van interesse in dieetproducten komt er meer vraag naar maal-
tijdvervangers en voedingssupplementen. Hier kan de drogisterij-
branche, als grootste afzetter van dieetproducten, de vruchten van
plukken. Volgens de Multichannel Monitor 2011 wordt 12% van de
artikelen voor persoonlijke verzorging verkocht via internet. In 2010
was dit nog 8%. Het web zal in de toekomst een nog grotere rol gaan
spelen in het koopgedrag van consumenten. Consumenten oriënteren
zich nu al steeds vaker via het web alvorens tot aankoop over te gaan.
De moderne consument beperkt zich daarbij niet tot klassieke web-
sites. Om in dit proces een grotere doelgroep aan te spreken en
consumenten te beïnvloeden, zijn sociale media als Facebook een
effectief middel. Voor 2012 verwacht ABN AMRO een licht stijgende
omzet met een aanhoudende druk op de prijzen.
Aantal winkels: 2.730
Aantal betaalde banen: 22.200
Netto omzet per winkel: EUR 1,04 mln
Netto omzet per fte: EUR 226.000
Omzet per m2 winkelvloer: EUR 4.900
Gemiddelde winkelvloeroppervlakte: 209 m2
ABN AMRO omzetverwachting 2012: +1%
www.drogistensite.nlwww.kndb.nlwww.hbd.nlwww.andb.nl
14
-4%
-2%
0%
2%
4%
6%
8%
2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011
Waarde Prijs Volume
InkoopwaardePersoneelskosten
Huisvestingskosten
Overige kosten
Bedrijfsresultaat
66%15%
7%
7%
5%
2.700
2.600
2.800
2.900
3.000
3.100
3.200
2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011
Aantal winkels
Lichaamsverzorging
Zelfzorg en gezondheid Geuren
Cosmetica
Haarverzorging
Papier
Mondverzorging
32%
21%
9%
11%
8%
14%
5%
Prijsstijging compenseert volumeverlies
Hoge inkoopefficiëntie
Dalende trend aantal winkels zet door
Bron: CBS
Bron: HBD
Bron: Locatus
Bron: Nielsen, ABN AMRO Sector Research
▶ Al vijf jaar kent de drogisterijbranche een stabiele tot licht stijgende
omzetontwikkeling.
▶ In 2011 compenseerden prijsverhogingen het verlies aan volume.
Het verkoopvolume van drogisterijwinkels zal ook in 2012 onder
druk blijven staan door een verdere toename van online aankopen.
▶ Voor 2012 verwacht ABN AMRO een vergelijkbare omzetontwikke-
ling als de afgelopen jaren. Door concurrentie van internetaanbie-
ders en supermarkten blijft er druk staan op de prijzen.
▶ Het bedrijfsresultaat in de drogisterijbranche is de afgelopen twee
jaar licht gestegen. Dit ondanks hevige concurrentie en prijsdruk.
▶ Door verregaande schaalvergroting en ketenvorming kent de bran-
che een hoge mate van inkoopefficiëntie.
▶ Verbetering van het bedrijfsresultaat kan worden gerealiseerd door
de verkoop van luxe drogisterijproducten, waar een hogere marge
op zit.
▶ Het aantal drogisterijen is de laatste zes jaar met 12% gedaald. In
2005 waren er meer dan 3.100 winkels; in 2011 is dit aantal ge-
daald naar 2.730.
▶ Circa tweederde van de drogisterijen is te vinden in hoofdwinkel-
centra.
▶ Verreweg de meeste winkels in de drogisterijbranche zijn aangeslo-
ten bij een keten of formule, namelijk ongeveer 87% van de vesti-
gingen. De overige drogisten (13%) behoren tot de zogenoemde
ongebonden zelfstandigen.
▶ Er wordt in Nederland jaarlijks ruim EUR 5,1 miljard aan drogisterij-
artikelen besteed. Circa 55% daarvan wordt omgezet in drogisterijen.
▶ Bij een aantal ketens komt een steeds groter deel van de omzet uit
branchevreemde producten. Dit varieert van tijdschriften, boeken
en speelgoed tot kleding.
▶ Ook vinden drogisterijartikelen vaker via andere verkoopkanalen
hun weg naar de klant. Benzinestations en winkels in huishoudelij-
ke artikelen zijn hier voorbeelden van.
Lichaamsverzorging grootste omzetgroep
15drogisterijen
elektronica In 2011 daalde omzet met circa 3%
Verzadiging markt voor televisies zorgt voor lichte daling omzet 2012
Aanhoudende concurrentie zorgt voor prijsdruk
Branchebeschrijving
Trends en ontwikkelingen
Onze visie
Kerngegevens Websites
Onder elektronicawinkels worden winkels verstaan die grote huishou-
delijke apparaten verkopen, zoals wasmachines en koelkasten (wit-
goed), audio- en videoapparatuur (bruingoed) en kleine huishoudelijke
apparaten, zoals digitale camera’s, telefoons en (spel-)computers
(grijsgoed). Meestal behoren ook software en computerspellen tot het
assortiment. Deze branche is traditioneel in te delen in drie hoofdgroe-
pen: onafhankelijke winkels, in- en verkoopcombinaties en franchise-
of ketenbedrijven.
Het lichte herstel van de omzet in 2010 (+0.3%) heeft niet doorgezet
in 2011. De omzet daalde met 2,9%. De toenemende concurrentie
tussen aanbieders van elektronicaproducten en de afnemende vraag
van consumenten hebben de afgelopen jaren voor druk op de prijzen
gezorgd. Daarnaast zijn door de verzadiging van de markt in onder
andere televisies, de volumes het afgelopen jaar minder sterk toege-
nomen. De convergentie van media en de hoge mate van innovatie in
de markten voor audio- en videoapparatuur, computers en telecom
zorgen voor een aantal ontwikkelingen in de elektronicabranche. Aan
de ene kant worden elektronische apparaten multifunctioneel, wat de
verkoop van een aantal andere producten, zoals digitale camera’s, ne-
gatief kan beïnvloeden. Aan de andere kant verleiden de technologi-
sche ontwikkelingen de consument sneller vervangingsaankopen te
doen of nieuw geïntroduceerde producten aan te schaffen. De snelle
groei van tablets is hier een voorbeeld van. In de branche wordt er
ingespeeld op de behoefte van de klant aan duurzaamheid. Zo zien
we bij witgoed steeds meer energiezuinige producten op de markt
verschijnen met het zogenoemde ‘green label’. De online aankopen in
de elektronicabranche nemen toe. Niet alleen kleinere elektronische
apparaten worden online verkocht, ook witgoed wordt steeds vaker
online aangeschaft. Maar de fysieke verkoop blijft bij deze goederen
wel de boventoon voeren.
Het aantal fysieke winkels in de elektronicabranche is de afgelopen
jaren sterk afgenomen door hevige concurrentie, consolidatie en de
toename van online bestedingen. Fysieke winkels zullen de klant
moeten verleiden met goede service en advisering. Door de hoge
mate van concurrentie en transparantie liggen de prijzen dicht bij
elkaar in de buurt, prijsonderscheiding is daardoor moeilijk geworden.
De fysieke winkel moet haar toegevoegde waarde naar de klant bewij-
zen door in te spelen op de beleving en de overtuiging van de klant.
Dit stelt hoge eisen aan het personeel. Heldere communicatie van het
adviserende personeel met de verschillende klantgroepen is een be-
langrijke succesfactor. Ook de online winkels zijn niet van hun toe-
komst verzekerd. Een crosschannelbediening, door de fysieke winkel
met een online aanwezigheid te combineren, heeft de grootste kans
van slagen. Voor de crosschannelbenadering wordt een goede samen-
werking tussen retailers en fabrikanten steeds belangrijker. Zo kunnen
consumenten online bij de fabrikant hun product bestellen, om die
vervolgens fysiek bij de retailer op te halen.
In 2012 kan de omzet van elektronica een boost krijgen door het
EK Voetbal en de Olympische spelen in de zomer. Echter, het lage
consumentenvertrouwen als gevolg van onduidelijkheid omtrent de
bezuinigingsmaatregelen zal voor een druk op de vraag zorgen.
ABN AMRO verwacht per saldo een lichte daling van de omzet.
Aantal winkels: 2.030
Gemiddelde winkelvloeroppervlakte: 294 m2
Omzet per winkel: EUR 1,575 mln
Omzet per m2 winkelvloer: EUR 5.100
Omzet per fte: EUR 300.000
Omzet per werkzaam persoon: EUR 186.000
ABN AMRO omzetverwachting 2012: -1%
www.hbd.nlwww.vlehan.nlwww.fiar.nl
16
109
114 114
101 102
80
85
90
95
100
105
110
115
120
2006 2007 2008 2009 2010
99
2011
Inde
x (2
005=
100)
Omzet elektronica
0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
70%
80%
90%
100%
Computer hardware Games Audio- envideoapparatuur
Witgoed
Internet Fysiek
0
500
1.000
1.500
2.000
2.500
3.000
2007 2008 2009 2010 2011
Wit- en bruingoedwinkels Telecomwinkels Computershops
Personalaudio- en video
Grote huishoudelijke apparaten
Computers en software
Telefoons
26%
25%
17%18%
14%
Kleinehuishoudelijke apparaten
Prijsdaling groter dan toename volumes
Grootste gedeelte oriëntatie via internet
Aantal winkels afgenomen
Meeste huishoudens al in bezit van flatscreen- of LCD-televisie
Bron: CBS
Bron: HBD
Bron: HBD
Bron: HBD
▶ De lichte toename in volumes kon de prijsdaling niet compenseren,
waardoor er sprake was van een omzetdaling in 2011.
▶ Het afgelopen jaar waren er geen grote innovaties, zoals de iPad in
2010, die de omzet van de elektronicabranche een impuls konden
geven.
▶ In 2012 kunnen het EK Voetbal en de Olympische spelen in de
zomer voor een omzet boost zorgen.
▶ Bij alle productgroepen wordt het grootste gedeelte van de oriën-
tatie op internet gedaan, maar een deel van de consumenten laat
zich daarnaast ook in de winkels informeren.
▶ Bij witgoed en audio- en videoapparatuur wordt het grootste deel
van de aankopen nog steeds in de fysieke winkel gedaan.
▶ Het aantal mensen dat online aankopen doet, is niettemin al een
aantal jaren aan het groeien. De online bestedingen aan witgoed
zijn in 2011 met 24% gestegen ten opzichte van 2010.
▶ Het aantal winkels in de branche is de afgelopen jaren afgenomen,
terwijl de totale bestedingen min of meer gelijk zijn gebleven.
Dit komt onder andere door consolidatie van de branche en online
concurrentie.
▶ Consumenten kopen steeds vaker online vanwege de snelheid, het
brede assortiment, de transparantie en het gemak bij de aankoop.
▶ De fysieke winkel zal in de toekomst meer gebruikt worden als
‘experience center’.
▶ Het grootste gedeelte van de bestedingen gaat naar grote huis-
houdelijke apparaten. Op de tweede plaats komen de bestedingen
aan personal audio- en videoapparatuur.
▶ Een vrij groot deel van de bestedingen gaat naar personal audio- en
videoapparatuur. De televisies, die hieronder vallen, verkopen de
laatste jaren echter steeds minder goed, omdat de meeste huis-
houdens al in het bezit zijn van een flatscreen- of LCD-televisie.
17elektronica
Omzet kledingbranche daalde 1,4% in 2011
Online aanwezigheid noodzakelijk om consument te binden
ABN AMRO verwacht omzetdaling in 2012
Branchebeschrijving
Trends en ontwikkelingen
Onze visie
Kerngegevens Websites
De detailhandel in kleding omvat winkels in dames- en/of herenboven-
kleding, baby- en kinderkledingzaken, bodyfashionshops (lingerie) en
gemengde kledingzaken. Van alle bestedingen aan kleding komt ruim
70% terecht bij kledingwinkels. Damesmode beslaat met circa 38%
het grootste deel van de omzet. De branche heeft in toenemende
mate te maken met vestiging van internationale ketens als Mango en
Inditex (Zara en Bershka) in Nederland. Volgens de Multichannel Moni-
tor van 2011 vindt 27% van de kledingaankopen online plaats.
Na een kleine omzetplus in 2010, noteerde de kledingbranche in 2011
weer een omzetdaling. De daling van 1,4% was volledig toe te schrij-
ven aan een daling van het volume. De impact van de besparende con-
sument en de slechte weersomstandigheden in 2011 verschilden per
segment. Damesmode en bodyfashion hadden te maken met een
grotere omzetdaling dan de herenmode. Onder invloed van de omzet-
daling en de toenemende grondstofkosten kwamen de marges in de
kledingbranche verder onder druk te staan. Om toch omzet- en winst-
groei te realiseren, openden verschillende ketens nieuwe filialen.
Naast Nederland, zijn vooral buurlanden en Aziatische landen in trek
als vestigingsland. Kleding is de derde grootste productgroep in de
online retail. De groei in online bestedingen laat in 2011 opnieuw dub-
bele cijfers zien, hoewel de groei wel wat is afgezwakt ten opzichte
van 2010. De meeste winkelketens in de kledingbranche hebben te-
genwoordig naast hun fysieke winkels ook een webwinkel. Ook fabri-
kanten verkopen steeds vaker hun producten rechtstreeks aan de con-
sument via internet. De rol van internet verschilt duidelijk voor heren-,
dames- en kindermode. Crosschannel is dominant in het koop- en
oriëntatieproces bij dames- en kindermode. Voor herenmode is de
fysieke winkel nog dominant. Zowel online als in de fysieke winkels
wisselen de assortimenten vaak, om in te spelen op de laatste trends
en de aandacht van de consument vast te houden.
Voor 2012 verwacht ABN AMRO een daling van de consumenten-
bestedingen, mede onder invloed van de stijgende werkloosheid.
Daarnaast zal ook in 2012 weer sprake zijn van een koopkrachtdaling.
Al met al verwacht ABN AMRO een omzetdaling van 2% voor de kle-
dingbranche. De druk op de omzet en de sterke toename in concur-
rentie van online winkels en branchevreemde aanbieders, dwingt de
kledingbranche tot kostenbeheersing. Maar ook het neerzetten van
een sterk concept om zich te onderscheiden en in te spelen op de be-
leving van klant, is noodzakelijk. Aspecten als assortiment en service
spelen hierbij een grote rol. Grote fastfashion ketens kiezen voor snel
wisselende, modieuze collecties en samenwerking met bekende ont-
werpers. Voor kleinere ondernemers zijn nichemarkten interessant,
om te ontkomen aan de prijs- en margedruk in de modebranche. Hier-
bij kunnen ze inzetten op datgene wat online vaak nog ver te zoeken
is: persoonlijke service. Crosschannelretail heeft ook in de kledingbran-
che de toekomst. Hoewel de consument een kledingstuk nog graag
past en voelt in een fysieke winkel, zal hij steeds vaker online kopen.
De fysieke winkel krijgt steeds meer de functie van “experience
center”. Duurzaamheid blijft een ‘hot topic’ in de branche, mede door
de toenemende aandacht van de media. Dit zien we onder andere
terug in het assortiment, bijvoorbeeld met een vergroting van het
aanbod in biologisch katoen.
Aantal kledingwinkels: 15.810
Omzet: EUR 8 mrd (excl. BTW)
Omzet 2010 per winkel: EUR 539.000
Aantal werknemers: 82.200
ABN AMRO omzetverwachting 2012: -2%
www.cbw-mitex.nlwww.modint.nlwww.hbd.nl
kledingzaken
18
90
95
100
105
110
115
2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011
Inde
x (2
005=
100)
Omzet Volume Prijs
Inkoopwaarde omzet
Personeelskosten
Huisvestingskosten
Overige kosten
Bedrijfsresultaat
53%
18%
12%
12%4%
0%
1%
2%
3%
4%
5%
2006 2007 2008 2009 2010 2011
11.723 11.792 11.738 12.088 11.967
1.630 1.628 1.605 1.620717 719 712 729 722
11.123
1.557 1,652681
0
2.000
4.000
6.000
8.000
10.000
12.000
14.000
2006 2007 2008 2009 2010 2011
EUR
Bestedingen (totaal, mln EUR) Per huishouden, EUR Per hoofd, EUR
Sterke daling volumes in 2011
Schaalvergroting zorgt voor gunstiger inkoopcondities
Internetverkopen verdrievoudigd in vijf jaar
Nederlander besteedt EUR 722 per jaar aan kleding
Bron: CBS
Bron: HBD
Bron: Thuiswinkel.org, CBS, ABN AMRO Sector Research
Bron: HBD, CBS, ABN AMRO Sector Research
▶ De volume- en omzetontwikkeling in de kledingbranche is nauw
gerelateerd aan de conjunctuur.
▶ De prijzen in de kledingbranche daalden met gemiddeld 0,3% per
jaar vanaf 2001. In 2011 stegen de prijzen met 1% onder invloed
van de stijgende inkoopkosten.
▶ De volumes in de kledingbranche stegen vanaf 2001 met gemid-
deld 1% per jaar. Onder invloed van de besparende consument
daalden in 2011 de volumes met 2,3%.
▶ Door schaalvergroting hebben winkeliers inkoopvoordeel kunnen
realiseren. De inkoopwaarde als percentage van de omzet daalde
van 56% in 2002 naar 53%.
▶ Mede door de hoge huren op A-locaties stegen de huisvestings-
kosten als percentage van de omzet in negen jaar van 10% naar
12%.
▶ Het online aandeel in de bestedingen aan kleding en schoenen is
gegroeid van 1,5% in 2006 naar bijna 5% in 2011.
▶ Het belangrijkste onderscheidende vermogen van online winkelen
is volgens consumenten tijdgerelateerd. Online winkelen kost rela-
tief weinig tijd en men kan winkelen wanneer het uitkomt.
▶ In totaal werd in 2011 EUR 630 miljoen online besteed aan kleding
en schoenen.
▶ De bestedingen per hoofd aan kleding zijn licht gedaald in 2011.
▶ In kledingwinkels komt 71% van alle bestedingen aan mode te-
recht, een lichte daling ten opzicht van 2008. In de afgelopen jaren
zagen branchevreemde aanbieders, zoals supermarkten, de beste-
dingen aan kleding licht toenemen.
19kledingzaken
online retail Opnieuw dubbelcijferige groei voor online retail
Voor het eerst lichte daling van uitgaven per online consument
Consument beweegt steeds meer crosschannel
Branchebeschrijving
Trends en ontwikkelingen
Onze visie
Kerngegevens Websites
Online retail omvat de verkoop van producten en diensten via internet
aan particulieren. De branche bestaat uit spelers die puur als webwin-
kel opereren en bedrijven die fysieke winkels met een webwinkel
combineren (multichannel). De meeste daarvan komen voort uit traditi-
onele winkels, maar andersom komt ook voor. In deze Visie op secto-
ren ligt de nadruk op de online verkoop van producten.
De omzet van non-food producten via fysieke winkels daalt al drie jaar.
Dit probleem is niet los te zien van de economische tegenwind, maar
de sterke groei van online retail speelt onmiskenbaar een rol. Het
online retailkanaal wist de afgelopen jaren zijn sterke groei telkens
weer te continueren. De omzet die met de online verkoop van
non-food producten wordt behaald, is in 2011 uitgekomen op ruim
EUR 3,5 miljard, een toename van circa 13% ten opzichte van 2010. In
2007 kende de online verkoop van producten het hoogste groeicijfer
met 41%. Daarna is het groeitempo ieder jaar afgezwakt. Opvallend is
wel dat in 2011 voor het eerst het totaalbedrag dat per consument per
jaar online werd besteed, met 0,6% is gedaald. De totale groei van de
online retailomzet is uitsluitend gerealiseerd door consumenten die
voor het eerst online aankopen deden. Dit kan een indicatie zijn dat
ook aan online retail de recessie niet ongemerkt voorbij gaat. Uit
recent onderzoek van Deloitte blijkt dat in Nederland van de top-25
online retailers iets meer dan de helft pure webretailers betreft. De
overige spelers in de top-25 betreft ondernemingen die naast een
fysieke winkel een bloeiend online kanaal hebben opgezet. De over-
name van Bol.com, de op één na grootste online speler in Nederland,
door Ahold is een voorbeeld van hoe een grote klassieke detail-
handelsketen een pure online speler opkoopt om niet te verliezen
in de strijd om de consument.
De groei van online retail gaat de komende jaren in een lager tempo
voort. De groei gaat voor het grootste deel ten koste van de fysieke
winkelomzet. Het zijn net als in 2011 vooral nieuwe online kopers die
voor de groei gaan zorgen. Het volwassen worden van online retail
leidt tot verandering van businessmodellen. De consument is bepa-
lend voor het beeld van het online retaillandschap over enkele jaren.
De consument beweegt zich steeds meer crosschannel. Hij wil naar
believen switchen van online naar offline kanalen en vice versa bij de
oriëntatie op en aankoop van producten. De uitdaging is deze consu-
ment met zijn grillige aankoopgedrag te vangen. Aanwezigheid in alle
verkoopkanalen is daarvoor belangrijk, zodat de consument op elk
moment in het koopproces bediend kan worden. Dit biedt aan fysieke
winkels volop kansen, als zij online samenwerking zoeken met leve-
ranciers, andere retailers of pure online spelers. De mogelijkheden
ontstaan om in de fysieke winkel online een groter assortiment aan te
bieden. Voorraadbeheer en levering van producten kan vanuit de sa-
menwerking worden georganiseerd. Verdienmodellen die ontstaan,
zullen per samenwerkingsvorm verschillen. Pure online retailers blijven
bestaan. Echter een deel zoekt samenwerking met andere kanalen of
wordt overgenomen door bestaande retailketens. Tot slot blijven er
online spelers over in de rol van superspecialist of prijsvechter.
Omzet online retail producten: EUR 3,5 mrd
Aandeel e-shoppers onder 12- tot 74-jarigen:
73%
Aandeel frequente e-shoppers: 52%
Aandeel online verkopen in detailhandel
non-food: 8%
Bestedingen per online koper per jaar: EUR 885
ABN AMRO omzetverwachting 2012: +10%
www.emerce.nlwww.thuiswinkel.orgwww.blauw.com
20
24%
29%
41%
34%
21%
16%
0%
5%
10%
15%
20%
25%
30%
35%
40%
45%
2005 2006 2007 2008 2009 2010
13%
2011
Omzetontwikkeling
Omze
tmut
atie
(in
% j-
o-j)
0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
70%
80%
E-shoppers Frequente e-shoppers
73%
46%52%
58% 60%
68%71%
2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011
890 886
737
655585
441433
0
100
200
300
400
500
600
700
800
900
In m
ln E
UR
Uitgaven
5%
5%
55%
5%
22%
2%
6%
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60%
Overige
PayPal
Eenmalige machtiging
Overschrijving
Creditcard
Acceptgiro voor levering
IDeal
Omzetgroei in een lagere versnelling
Ook ouderen kopen steeds meer online
Totale uitgaven per online koper licht gedaald
Online betaalgedrag stabiel, Ideal favoriet
Bron: Blauw Research
Bron: CBS
Bron: Blauw Research
Bron: Currence
▶ De groei van online retail van producten neemt geleidelijk af. In
2011 is in Nederland voor ruim EUR 3,5 miljard op internet gewin-
keld (excl. reizen en financiële producten). De toename van 13% is
een respectabel cijfer als we het afzetten tegen de daling van 1%
in de non-food retail.
▶ De komende jaren verwacht ABN AMRO aanhoudende groei in de
dubbele cijfers. Voor 2012 verwachten wij een omzettoename van
10%.
▶ Circa 95% van de Nederlanders tussen 12 en 75 jaar beschikt over
een internetaansluiting. Daarvan deed in 2011 79% één of meer
aankopen via internet.
▶ In de grafiek staan de percentages van alle Nederlanders tussen
12 en 75 jaar die aankopen via internet doen.
▶ De afgelopen jaren is de groei vooral gerealiseerd in de leeftijds-
groepen boven 45 jaar. Omdat de participatiegraad bij deze groep
nog relatief laag is, valt hier in de toekomst nog groei te realiseren.
▶ In 2011 zijn voor het eerst de uitgaven per online koper gedaald.
De daling was 0,6%. Een online consument gaf gemiddeld
EUR 886 uit in 2011.
▶ De frequentie van aankopen is in 2011 gestegen naar 7,7 maal per
online koper. Het gemiddeld bestede bedrag per aankoop daalde
naar EUR 115.
▶ De groei van de verkopen in webwinkels komt volledig voor
rekening van nieuwe kopers. In totaal deden 900.000 mensen in
2011 hun eerste online aankoop.
▶ In 2011 werden bijna 78 miljoen online aankopen gedaan. Dit
waren er 9 miljoen meer dan in 2010. De aandelen van de betaal-
methoden zijn in die periode nauwelijks veranderd. Alleen het
percentage overschrijvingen is gedaald.
▶ Het betalingsproduct iDeal, een gezamenlijk product van de Neder-
landse banken, bestaat sinds 2005. Het gebruik is sinds de start
gegroeid tot circa 95 miljoen transacties in 2011. In 2011 groeide
het aantal iDeal transacties met 38%.
21online retail
schoenen Omzet schoenenbranche gestegen in 2011
Daling van de omzet verwacht in 2012
Aandeel online verkopen stijgt
Branchebeschrijving
Trends en ontwikkelingen
Onze visie
Kerngegevens Websites
In de schoenendetailhandel worden dames- en herenschoenen, kin-
derschoenen, laarzen, sportschoenen, sandalen en pantoffels verkocht.
Onder het assortiment vallen tevens accessoires zoals veters, onder-
houdsmiddelen en lederwaren zoals riemen en tassen. De VGS
(Vereniging Grootwinkelbedrijven in Schoenen) is de branchevereni-
ging, die via haar leden iets meer dan de helft van de markt dekt.
In 2011 is de omzet in de schoenenbranche met 2% gestegen. Hiermee
beleefde de schoenenbranche een sterkere groei dan de detailhandel
als geheel, die een beperkte omzetgroei van 0,2% liet zien. De omzet-
groei in de schoenenbranche is vooral toe te schrijven aan een prijsstij-
ging van 1,1%. Dit kwam mede door het doorberekenen van de stijgen-
de loon- en grondstofkosten. Tegenwoordig koopt 27% van de
consumenten schoeisel wel eens online. De fysieke winkel heeft nog
een dominante positie bij het kopen van schoenen. Echter, consumen-
ten oriënteren zich vaker via internet en kopen ook steeds vaker online.
Veel winkels hebben daarom inmiddels naast hun vestigingen in de win-
kelstraat ook een online vestiging. Er is de laatste jaren ook een aantal
grote pure online spelers bijgekomen, zoals Zalando en Sjoez.
Ondernemers gebruiken naast assortiment en service in toenemende
mate social media om zich te onderscheiden in de markt. Er is meer
aandacht gekomen voor duurzaam en verantwoord ondernemen.
Verscheidende modeketens presenteerden duurzaam geproduceerde
schoenencollecties de afgelopen jaren. Ook wordt er in toenemende
mate samengewerkt tussen designers en schoenenmerken om bijzon-
dere collecties in de markt te zetten. Schoenenwinkels hebben, net als
kledingzaken, steeds sneller wisselende collecties. Hiermee proberen
ze consumenten meerdere malen per jaar te verleiden tot het doen van
aankopen.
Voor 2012 verwacht ABN AMRO dat de werkloosheid stijgt. Ook de
koopkracht daalt, door bezuinigingsmaatregelen van de overheid. De
consumentenbestedingen dalen daardoor. Ook de omzet in de schoe-
nenbranche zal hierdoor dalen. Retailers worden geconfronteerd met
fabrikanten die meer rechtstreeks verkopen aan consumenten. Dit
gaat ten koste van fysieke winkels. Echter beide kanalen hebben el-
kaar nodig om de klant zo goed mogelijk te bedienen. Nieuwe verticale
samenwerkingsvormen tussen fabrikanten en retailers zijn mogelijk
voor het optimaliseren van crosschannelstrategieën. In samenwerking
met fabrikanten is het nu mogelijk online in de fysieke winkel meer
dan alleen de aanwezige collectie aan te bieden. De klant krijgt zo veel
meer keuzemogelijkheden uit een breder assortiment. De kans dat
een consument tot aankoop overgaat, kan hier aanmerkelijk mee
worden vergroot. Ook horizontale samenwerking van schoenen-
retailers onderling, al dan niet binnen een keten, biedt volop kansen
voor crosschannelverkoop. Ondernemers kunnen gezamenlijk de
online voorraad en het assortiment beheren, om zo te komen tot een
optimale bediening van de klant. Deze nieuwe vormen van samen-
werking leiden tot nieuwe verdienmodellen in de branche. Andere
uitdagingen liggen er op het gebied van klantenbinding. Sociale media
bieden uitstekende mogelijkheden om specifieke doelgroepen te
bereiken.
Aantal bedrijven: 1.305
Aantal winkels: 3.450
Omzet per winkel: EUR 585.000
Omzet per fte: EUR 150.000
ABN AMRO omzetverwachting 2012: -2%
www.cbwmitex.nlwww.hbd.nl www.schoenencentrum.nl www.schoenvisie.nl
22
90
95
100
105
110
2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011
Inde
x (2
005=
100)
Volume Omzet Prijs
Inkoopwaarde
Personeelskosten
Huisvestingskosten
Totaal overige kosten
Bedrijfsresultaat
54%
18%
12%
11%4%
0%
10%
20%
30%
40%
2007 2008 2009 2010 2011v
% g
roei
j-o-
j
2.052
2.291 2.266 2.2242.163 2.115
286
126 140 138 135 131 128
2.223
306 301288 320 314 295135
0
500
1.000
1.500
2.000
2.500
20112005 2006 2007 2008 2009 2010
EUR
Bestedingen totaal, mln EUR Per huishouden, EUR Per hoofd, EUR
Volume na vier jaar van daling weer gestegen
Gestegen grondstofprijzen doen inkoopwaarde stijgen
Groei online bestedingen kleding en schoenen
Na twee jaar weer stijging bestedingen
Bron: CBS
Bron: HBD
Bron: Thuiskwinkel.org, ABN AMRO Sector Research
Bron: CBS, ABN AMRO Sector Research
▶ De omzetgroei van 2% in 2011, de eerste sinds 2006, was deels
prijsgedreven. De prijzen in de winkels stegen in 2011 met 1,1%.
▶ Sinds 2006 heeft de schoenenbranche last gehad van dalende
volumes. In 2011 werd deze trend gebroken en was er sprake van
een volumestijging van 0,9%.
▶ De prijs van schoenen stijgt sinds 2005 ieder jaar licht en bevindt
zich nu weer op het niveau van 2002. Stijgende loon- en
grondstofprijzen zijn de oorzaak van de stijging.
▶ De gestegen grondstofprijzen zijn terug te zien in de stijging van de
inkoopwaarde van schoenenwinkels de laatste paar jaar. In 2009
bedroeg de inkoopwaarde 52%, inmiddels is die gestegen naar
54%.
▶ Tot 2009 was een omgekeerde beweging te zien, toen door
schaalvergroting de inkoopwaarde juist daalde.
▶ De inkoopkosten van schoenenzaken zijn met 54% relatief laag ten
opzichte van de gehele detailhandel (66%).
▶ Hoewel de groei procentueel afneemt, maken online verkopen een
steeds groter deel uit van de verkoop van schoenen. In 2010 werd
15% van de kleding- en schoenenaankopen gedaan via het inter-
net. In 2011 is dit percentage volgens de Multichannel Monitor ge-
stegen naar 27%.
▶ Uit onderzoek van ABN AMRO blijkt dat binnen drie jaar 50% van
de consumenten schoenen wel eens online koopt. In 2011 was dit
percentage nog 36%.
▶ De bestedingen aan schoenen zijn in 2011 uitgekomen op een
bedrag van ruim EUR 2,2 miljard.
▶ De laatste paar jaar zijn de bestedingen per hoofd van de bevolking
aan schoenen nauwelijks toegenomen.
▶ Het bedrag dat de consument besteedt aan kleding (EUR 722 per
hoofd) ligt, ondanks de stijging van de besteding aan schoenen,
nog steeds ver boven het bedrag dat de consument aan schoenen
uitgeeft.
23schoenen
sportspeciaalzaken Economische tegenwind leidt tot omzetdaling
Fysieke winkel nog dominant bij aankoop van sportartikelen
Strategie gericht op crosschannel heeft de toekomst
Branchebeschrijving
Trends en ontwikkelingen
Onze visie
Kerngegevens Websites
Sportspeciaalzaken zijn zowel bedrijven met een algemeen assorti-
ment in sportschoenen, sportkleding en sportartikelen als winkels die
zich richten op specifieke sporten, zoals bijvoorbeeld de duiksport, rui-
tersport of golf. De samenwerkingsgraad in de branche is het afgelo-
pen decennium flink gestegen. Van de sportzaken valt momenteel
circa 70% onder een keten, franchiseorganisatie of een in- en/of ver-
kooporganisatie. De overige 30% wordt aangeduid als niet-samenwer-
kende zelfstandigen.
De economische tegenwind is niet aan sportspeciaalzaken voorbij
gegaan. De branche bevindt zich in een lastig parket. Sportartikelen
worden voor een steeds groter deel buiten het traditionele kanaal ver-
kocht. Kleding- en schoenenwinkels, warenhuizen, doe-het-zelfzaken,
iedereen probeert een graantje mee te pikken van de recreatie- en
vrijetijdsmarkt. Grote sportmerken bewegen zich meer zelfstandig in
het retailkanaal, en concurreren daarmee rechtstreeks met sportzaken.
Zij openen lifestylewinkels in grote winkelstraten en bieden via web-
shops hun complete assortiment aan. Vooral met nieuwe collecties en
premiumproducten onderscheiden zij zich en weten zij klanten te ver-
leiden. De verkopen via webshops, al dan niet behorend bij een fysie-
ke winkel, hebben de afgelopen paar jaar een vlucht genomen. Inmid-
dels ligt het percentage sportartikelen dat via het web verkocht wordt,
volgens de Multichannel Monitor 2011 op 14%. Een percentage dat de
komende jaren nog aanzienlijk gaat stijgen. De niet-samenwerkende
zelfstandige heeft moeite het hoofd boven water te houden. Als ‘local
hero’ heeft hij vaak een sterke en betrouwbare positie in de lokale
markt. Echter zelfstandig investeren in een crosschannelstrategie in
een steeds prijs- en producttransparantere markt is moeilijk. Dit terwijl
bij ketens of inkoopcombinaties aangesloten retailers juist profiteren
van de ontwikkel- en slagkracht van de samenwerking.
Sportdetaillisten staan voor de uitdaging in de strijd om de klant niet
volledig buitenspel te worden gezet. Het toetreden van fabrikanten en
groothandels als aanbieders van sportartikelen zorgt voor verder-
gaande verdringing van het klassieke verkoopkanaal. Krachten van de
fysieke winkels blijven de productkennis en het professionele advies.
De kracht daarvan is voor de diverse productgroepen anders. Proble-
matisch is de situatie bij sportkleding, die door vele - ook branche-
vreemde -aanbieders wordt verkocht. Concurrentie op prijs domineert
deze markt. Bij sportschoeisel en hardwaren ligt het anders; daar is
professioneel advies vaak doorslaggevend in de keuze van de
consument. Wel is het van belang dat de ondernemer goed weet in te
spelen op de behoefte van de consument zich crosschannel te
bewegen. Moderne technologie biedt de ondernemer mogelijkheden
de door vierkante meters beperkte fysieke collectie uit te breiden met
een inpandige online winkel. De klant krijgt zo de keuze uit een
bredere en diepere collectie. Het zal de kans dat de klant tot kopen
overgaat aanzienlijk verhogen. In de toekomst zijn nieuwe samen-
werkingsvormen nodig met fabrikanten en groothandels. De fysieke
winkel behoudt zijn functie, maar wordt te gelijkertijd (af-)leveradres
van direct bij de merkfabrikant en de groothandel online bestelde
artikelen. Hiermee verandert het bestaande verdienmodel in de
branche.
Aantal sportspeciaalzaken: 1.560
Omzet per winkel: EUR 490.000
Omloopsnelheid formule generalist: 2,7
Omloopsnelheid niet-gebonden zelfstandige: 2,4
Omzet per m2 winkelvloer: EUR 2.600
Marktaandeel sportspeciaalzaken: 54%
ABN AMRO omzetverwachting 2012: -1%
www.cbwmitex.nlwww.hbd.nlwww.fghs.nlwww.sportcult.nl
24
-10
-8
-6
-4
-2
0
2
4
6
8
10
2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011
Waarde Volume Prijs
Inkoopwaarde
Personeelskosten
Huisvestingskosten
Overige kosten
Bedrijfsresultaat
59%
14%
9%
12%
6%
Sportspeciaalzaken
Schoenenwinkels
Kledingwinkels
Warenhuizen
Niet-detailhandel
Ambulante handel, webwinkels en overige winkels
54%
12%
8%
15%
10%
2%
6%
11%
72%
55%
55%
22%
34%
40%6%
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%
Schoenen
Kleding
Artikelen
Online aankopen Off line aankopen Cross channel
Omzet lijdt onder webverkopen en branchevervaging
Verkrapping marges leidt tot slechter bedrijfsresultaat
Sportspeciaalzaken grootste marktaandeel
Fysieke winkel dominant verkoopkanaal
Bron: CBS, ABN AMRO Sector Research
Bron: HBD
Bron: Q&A 2010, ABN AMRO Sector Research
Bron: ABN AMRO, CBW-Mitex
▶ De omzet in sport- en recreatie-artikelen daalt al drie jaar op rij, als
gevolg van volumedaling.
▶ Vooral de verkoop van sportkleding en -schoeisel heeft te lijden
onder het wegvloeien van verkopen naar branchevreemde aanbie-
ders.
▶ Ook webverkopen door ondernemingen die alleen via het web
sportartikelen verkopen, zorgen voor afnemende volumes bij sport-
speciaalzaken. Verkopen door multichannelondernemers worden
gerekend tot de omzet in de grafiek.
▶ Het bedrijfsresultaat is de afgelopen paar jaar licht verslechterd.
De prijsconcurrentie is verhevigd door de opkomst van online aan-
bieders. De prijstransparantie van sportartikelen is er sterk door
verbeterd. Dit is ten koste gegaan van de marges.
▶ In gespecialiseerde winkels gericht op één sport liggen de perso-
neelskosten hoger dan 14%. Het personeel is er vaak beter opge-
leid en gespecialiseerd in het geven van advies voor één tak van
sport.
▶ De bestedingen aan sportartikelen via webwinkels betrof in 2011
circa 14% van het totaal. Dit is de som van de verkopen via pure
webwinkels (in de grafiek 10%) en de verkopen van webwinkels
van de overige verkoopkanalen.
▶ De totale sportdetailhandelmarkt is circa EUR 1,15 miljard groot.
De omzet via het online kanaal komt daarmee rond de EUR 160
miljoen.
▶ In de drie jaar van krimpende omzet is het sportspeciaalzaken wel
gelukt om het marktaandeel te stabiliseren.
▶ Steeds meer consumenten kopen wel eens sportartikelen online.
Toch is voor alle productgroepen in 2011 het fysieke verkoopkanaal
nog leidend.
▶ Bij schoenen is de offline verkoop heel dominant. Ook in de
toekomst lijken de voordelen van de fysieke winkel overeind te
blijven. Consumenten willen schoenen passen, snel in bezit
hebben en daarbij goed advies krijgen.
▶ Bij de verkoop van sportkleding zal crosschannel over enkele jaren
domineren.
25sportspeciaalzaken
supermarkten Omzetgroei in 2011 voor supermarkten
Supermarkten zetten succesvol in op huismerken
Omzet groeit verder in 2012
Branchebeschrijving
Trends en ontwikkelingen
Onze visie
Kerngegevens Websites
Supermarkten zijn het belangrijkste kanaal voor de verkoop van voe-
dings- en genotmiddelen aan de consument. De uitgaven aan food in
de supermarkten betreffen voornamelijk vlees, dranken, zuivel en krui-
denierswaren. In het assortiment van non-foodproducten zijn drogiste-
rijartikelen en was- en reinigingsmiddelen belangrijke bestedingsgroe-
pen. Nederland telt een aantal grote supermarktorganisaties met
verschillende supermarktformules. Zo zijn er fullservicesupermarkten
als Albert Heijn en C1000, versus discounters als Aldi en Lidl.
De omzet van supermarkten steeg met 2,1% in 2011. De omzetstijging
was volledig toe te schrijven aan de prijsstijging van 2,2%. Supermark-
ten zagen de inkoopkosten stijgen onder invloed van de hoge voedsel-
prijzen op de wereldmarkt. Hoewel supermarkten onderling stevig con-
curreren op prijs, zijn de hogere kosten gedeeltelijk doorberekend aan
de klant. Door de overname van C1000 door Jumbo Supermarkten eind
2011, nam de concentratie in het supermarktlandschap snel toe. De
twee grootste partijen, Albert Heijn en Jumbo, hebben momenteel
samen meer dan de helft van de Nederlandse markt in handen. De
diverse supermarkten schuiven op naar het fullserviceconcept, inclusief
Lidl. De uitdaging voor de supermarktondernemer is onderscheidend te
zijn ten opzichte van de concurrentie. Uit recent ABN AMRO onderzoek
blijkt namelijk dat de consument nauwelijks het verschil opmerkt tussen
de ketens. Momenteel vindt er vooral concurrentie op prijs plaats.
Supermarkten zetten in op huismerken om zich te onderscheiden van
hun concurrent, maar ook vanwege de doorgaans hogere marge op
deze producten. Naast huismerken nemen supermarkten in toenemen-
de mate streek-, biologische en non-foodproducten op in het assorti-
ment. Winkels die zich bevinden op het snijvlak tussen fastservice en
supermarkt zien we steeds vaker opduiken in het straatbeeld. De
consument kan in deze winkels niet alleen terecht voor een vers
broodje, maar ook voor een deel van zijn dagelijkse boodschappen.
Voor 2012 verwacht ABN AMRO dat de werkloosheid stijgt ten opzichte
van 2011. Dit heeft een negatief effect op de consumentenbestedingen.
Daarnaast is in 2012 weer sprake van een koopkrachtdaling door
overheidsmaatregelen. Supermarkten laten als een van de weinige
branches in de detailhandel een groei zien in 2012. ABN AMRO
verwacht een groei van 2%. Onder invloed van de besparende
consument en de hevige concurrentie komt er voorlopig nog geen einde
aan de hoge prijsdruk. Supermarkten kunnen, om gedeeltelijk te
ontkomen aan de hoge prijsdruk, inzetten op het creëren van onder-
scheidend vermogen. Het vergroten van klantloyaliteit, mede door het
beter gebruiken van klantinformatie, en het aanbieden van een
onderscheidend assortiment zijn daarbij essentieel. In het assortiment
vertaalt zich dit naar een groei in het aanbod huismerken in ver-
schillende kwaliteits- en prijsklassen, maar ook streek- en biologische
producten zijn prominenter in het supermarktschap aanwezig. Andere
ontwikkelingen hebben te maken met kostenbesparing en het gebruik
van het online kanaal. Hoewel internet nog maar beperkt gebruikt wordt
door consumenten als aankoopkanaal voor boodschappen, zal het
belang van internet als verkoopkanaal en oriëntatiekanaal verder toe-
nemen. Naast thuisbezorgen zullen supermarkten ook het zogenaamde
‘click & collect’ aanbieden. Consumenten bestellen online en halen hun
boodschappen op een later moment bij de supermarkt af.
Aantal supermarkten: 4.390
Aantal mini-supers: 1.290
Netto omzet per winkel: EUR 5,3 mln
Aantal werknemers: 245.200
Netto omzet per fte: EUR 276.000
ABN AMRO omzetverwachting 2012: +2%
www.hbd.nlwww.cbl.nl www.distrifood.nlwww.foodholland.nl
26
95
105
115
125
2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011
Inde
x (2
005=
100)
Omzetontwikkeling Prijs Volume
Inkoopwaarde
Personeels kosten
Huisvestings kosten
Totaal overige kosten
Bedrijfsresultaat
75%
12%
3%7% 2%
Albert Heijn
Jumbo Group Holding
Superunie
Aldi
LidlOverig 0,9%
33,5%
21,9%
29,2%
7,9%
6,7%
20
22
24
26
28
2006 2007 2008 2009 2010
Aand
eel i
n %
Volume Omzet
Omzet supermarkten voor zesde jaar op rij in de plus
Marges dun in supermarktbranche
Marktaandeel Lidl stijgt fors
Aandeel huismerken in omzet neemt toe
Bron: CBS
Bron: HBD
Bron: Nielsen, Sligro, ABN AMRO Sector Research
Bron: CBS
▶ De omzetontwikkeling is niet sterk gerelateerd aan de conjunctuur.
▶ Supermarkten laten al zes jaar op rij een omzetgroei zien. De
omzetgroei ligt vanaf 2009 echter wel onder het langetermijn-
gemiddelde.
▶ In 2012 verwacht ABN AMRO een omzetgroei van 2%. Voor de
detailhandel als geheel verwacht ABN AMRO een lichte
omzetdaling.
▶ Door de verhoogde inkoopprijzen en de sterke prijsdruk kwamen
de marges van supermarkten verder onder druk te staan in 2011.
▶ De marge van supermarkten ligt rond de 2%. Dit is veel lager dan
de marges van non-foodbranches in de detailhandel.
▶ Met de verkoop van huismerk- en non-foodproducten proberen su-
permarkten hun marges te vergoten en hun omzet te stimuleren.
▶ Het marktaandeel van Lidl groeide van 5,6% in 2010 naar 6,7% in
2011. Een belangrijke reden van deze groei was een toename in het
aantal winkels.
▶ Jumbo heeft eind 2011 supermarktketen C1000 overgenomen.
Hiermee is Jumbo de tweede grootste partij geworden in het
supermarktlandschap.
▶ Het marktaandeel van Albert Heijn is stabiel gebleven in 2011.
▶ Het omzetaandeel van huismerken is circa 26%.Uit recent
ABN AMRO onderzoek blijkt dat bijna 40% van de consumenten
vaker voor het huismerk van de supermarkt kiest dan twee jaar
geleden.
▶ Huismerken worden ingezet om zich te onderscheiden van de
concurrent. Maar ook de doorgaans hogere marges op huismerken
zijn aantrekkelijk voor supermarkten.
▶ Door de uitbreiding van het assortiment huismerken groeit het
omzetaandeel huismerken verder in 2012.
27supermarkten
woonzaken Vijfde jaar op rij omzetdaling voor woonzaken
Internet vooral nog gebruikt als oriëntatiekanaal
Omzetdaling in 2012 mede door slechte woningmarkt
Branchebeschrijving
Trends en ontwikkelingen
Onze visie
Kerngegevens Websites
De branche woonzaken omvat een aantal verschillende winkeltypen.
Naast de gemengde zaken zijn er winkels gespecialiseerd in woning-
textiel, vloeren (parket, laminaat en kurk), meubels, bedden, verlich-
tingsartikelen, keukens en badkamers. De woonzaken hebben een
relatief groot winkelvloeroppervlakte ten opzichte van andere branches
in de detailhandel en komen vrij weinig voor in hoofdwinkelcentra.
Volgens de cijfers van CBW-Mitex hebben woonzaken in de afgelopen
vijf jaar een grote hoeveelheid omzet zien verdwijnen. In vergelijking
met 2006 lag het omzetniveau in 2011 meer dan 20% lager. De omzet-
daling bedroeg 3% in 2011. Slaap- en keukenspeciaalzaken hadden het
met een omzetdaling van respectievelijk 7,9% en 4,9% in 2011 het
zwaarst te verduren. Meubelspeciaalzaken waren de enige die een
omzetplus (0,3%) neerzetten in 2011. Voor het derde jaar op rij lag in
2011 het aantal huizentransacties op een zeer laag niveau. De invloed
van de huizenmarkt is onmiskenbaar. Een verandering van het aantal
verhuizingen heeft een grote impact op de omzet van de woonbran-
che, omdat een verhuizing vaak gepaard gaat met de aankoop van
nieuwe meubelen. Niet alleen de daling van het aantal transacties op
de woningmarkt, ook de besparende consument droeg bij aan de om-
zetdaling in de branche. Aankopen werden uitgesteld en er werd vaker
gekozen voor een goedkoper alternatief. Woonzaken speelden hierop
in door de focus in het assortiment te verleggen naar goedkopere pro-
ducten. De concurrentie van branchevreemde aanbieders is de afgelo-
pen jaren toegenomen voor woonwinkels. Doe-het-zelfzaken, maar
ook tuincentra, nemen steeds vaker woonartikelen op in hun assorti-
ment. Internet speelt een steeds belangrijkere rol voor woonwinkels.
Consumenten beginnen steeds vaker hun zoektocht online. De aan-
koop zelf vindt echter voornamelijk nog in de fysieke winkels plaats.
ABN AMRO verwacht dat het aantal huizentransacties in 2012 op een
laag niveau blijft. Daarnaast stijgt de werkloosheid en de koopkracht
neemt af. Al met al verwacht ABN AMRO een omzetdaling van 2% voor
woonwinkels in 2012. Ondernemers in de branche moeten zich op
verschillende aspecten onderscheiden om in de krimpende markt toch
klanten voor zich te winnen. Profilering op internet is hierbij essentieel.
Een professionele webshop, maar ook extra online dienstverlening,
zoals advies en planningstools, kunnen bijdragen aan een positieve
klantbeleving. Om de kosten van webonderhoud laag te houden is een
shop-in-shop een aantrekkelijk alternatief voor een eigen webwinkel.
Hierbij biedt de winkelier via een online warenhuis haar producten aan.
Voor producten die op maat worden gekocht of een hoge investering
vragen, blijven zien, voelen en proberen belangrijke elementen in het
koopproces. De fysieke winkel blijft daarom een belangrijk kanaal voor
woonwinkels. Om klanten zowel via het fysieke als het online kanaal
een unieke beleving te bieden, moeten deze kanalen naadloos op elkaar
aansluiten. Ook op het gebied van assortiment kan de ondernemer zich
onderscheiden. Zo kunnen woonwinkels een samenwerking aangaan
met designers om zo een uniek assortiment te bieden, maar ook een
huismerk is een aantrekkelijk alternatief. Met de huidige prijskritische
consument is het noodzakelijk om dit tegen een goede prijs-
kwaliteitverhouding aan te bieden.
Aantal winkels: 9.110
Gemiddelde winkelvloeroppervlakte gemengde zaken: 1.709 m2
Gemiddelde winkelvloeroppervlakte meubelspeciaalzaken: 1.128 m2
Gemiddelde winkelvloeroppervlakte keukenzaken: 629 m2
ABN AMRO omzetverwachting 2012: -2%
www.cbw-mitex.nlwww.meubel.nl
28
-15%
-10%
-5%
0%
5%
10%
Totaal woonzaken Meubelspeciaalzaken Woningtextielzaken
Slaapspeciaalzaken Keukenspeciaalzaken
Omze
tmut
atie
(in
% j-
o-j)
4,4%
-1,0%
-4,2%
-13,0%
-2,0% -3,0%
2006 2007 2008 2009 2010 2011
Woonspeciaalzaken
(Woon)warenhuizen
Doe-het-zelfzaken 1%
Overig
77%
10%
13%
-35%
-30%
-25%
-20%
-15%
-10%
-5%
0%
5%
10%
-12% -10% -8% -6% -4% -2% 0% 2% 4% 6% 8%
Mutatie omzet woonwinkels
Mut
atie
aan
tal w
onin
gtra
nsac
ties
(j-o-
j)
2005
2009
2008
2003
2007
200620102002
2011
2004
6.200
6.400
6.600
6.800
7.000
7.200
7.400
7.600
7.800
8.000
2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011
x 1
mln
EUR
Omzetniveau in 2011 20% lager dan in 2006
Meeste grote meubels verkocht in woonspeciaalzaken
Woningmarkt belangrijk voor woonwinkels
Bestedingen woninginrichting in 2011 EUR 6,9 miljard
Bron: CBW-Mitex
Bron: HBD
Bron: CBS, CBW-Mitex, ABN AMRO Sector Research
Bron: CBS, ABN AMRO Sector Research
▶ Voor het vijfde jaar op rij daalde in 2011 de omzet van woonwinkels.
De omzetdaling bedroeg 3%.
▶ Meubelspeciaalzaken lieten als enige segment in 2011 een omzet-
plus zien.
▶ ABN AMRO verwacht dat er in 2012 nog geen ruimte is voor groei,
doordat het aantal huizentransacties op een laag niveau blijft en de
consumentenbestedingen dalen.
▶ In de grafiek zijn de marktaandelen weergegeven van verkoop-
kanalen van grote meubels. Onder grote meubels worden onder
andere banken, stoelen, kasten, bedden en tafels verstaan.
▶ Meubelspeciaalzaken, slaapspeciaalzaken en woningtextielzaken
worden gezien als woonspeciaalzaken. Woonspeciaalzaken hebben
meer dan driekwart van de markt van grote meubelen in handen.
▶ Het marktaandeel van woonwarenhuizen, zoals IKEA, is de laatste
jaren toegenomen.
▶ In de grafiek zijn de combinaties weergegeven van de mutaties in
het aantal huizentransacties en de mutaties in de omzet van de
woonbranche voor de jaren 2002 tot 2011.
▶ Er is een duidelijk verband tussen de twee variabelen zichtbaar.
Een mutatie in het aantal woningtransacties gaat doorgaans ge-
paard met een mutatie in dezelfde richting in de woonbranche.
▶ ABN AMRO verwacht dat het aantal woningtransacties in 2012 op
een laag niveau blijft.
▶ De bestedingen aan woninginrichting staan vanaf 2008 onder druk.
▶ Ten opzichte van 2009 is de krimp in bestedingen in 2010 en 2011
beperkt gebleven.
▶ Binnen de totale bestedingen aan woninginrichting zijn de uitgaven
aan grote meubelen, keukens en vloerbedekking het grootst.
29woonzaken
leeswijzer
Deze leeswijzer geeft u inzicht in de opbouw van de branche-
analyses en geeft bovendien een verklaring van enkele veel
gebruikte termen.
De brancheanalyses bestaan uit twee volledige pagina’s. Op de
eerste pagina staan achtereenvolgens de volgende onderdelen:
De eerste pagina van de brancheanalyse
▶ Drie bullets
De drie bullets bovenaan de pagina geven de kern van de analyse
weer. In drie korte zinnen wordt een kernachtige samenvatting
van de brancheanalyse weergegeven.
▶ Het blok ‘Branchebeschrijving’
Het blok ‘Branchebeschrijving’ geeft een beknopte omschrijving
en definitie van de branche. De belangrijkste karakteristieken van
de branche worden hierin beschreven.
▶ Het blok ‘Trends en ontwikkelingen’
Het blok ‘Trends en ontwikkelingen’ gaat in op de huidige
ontwikkelingen in de branche. De tijdspanne van dit blok ligt in
veel gevallen tussen maart 2011 en maart 2012. In dit blok wordt
in sommige gevallen ook enkele jaren teruggekeken om de
huidige ontwikkelingen en trends beter te kunnen begrijpen.
▶ Het blok ‘Onze visie’
Het blok ‘Onze visie’ geeft de visie over de branche weer van de
sector economen van ABN AMRO Sector Research. De analyse
heeft betrekking op het huidige jaar (2012) en in sommige
gevallen het komende jaar (2013).
▶ Het blok ‘Kerngegevens’
Het blok ‘Kerngegevens’ geeft een overzicht van de meest
relevante (economische) indicatoren die kenmerkend zijn voor de
branche. De gegevens hebben betrekking op 2011, tenzij anders
vermeld. Bij het zoeken naar de gegevens voor dit blok is gebruik
gemaakt van een veelheid van bronnen. Er is vooral gebruik
gemaakt van de gegevens van het CBS, maar tevens zijn andere
bronnen geraadpleegd, zoals brancheorganisaties, onderzoek- en
adviesbureaus, kranten, tijdschriften, internet en overheids-
instanties (waaronder product- en bedrijfschappen, ministeries).
De tweede pagina van de brancheanalyseOp de tweede pagina van de brancheanalyse staan vier
verschillende figuren. In de balk boven de figuren staat de titel van
de figuur in het betreffende blok, inclusief een bronvermelding. In
veel gevallen heeft ABN AMRO Sector Research eigen
bewerkingen en ramingen gemaakt met behulp van de gegevens
van de genoemde dataleverancier. Indien een dergelijke
bewerking heeft plaatsgevonden, dan staat dit vermeld in de balk.
De figuren op pagina 2 hebben betrekking op economische
ontwikkelingen. Onderwerpen die hier onder andere kunnen
worden behandeld zijn: omzetontwikkeling, kostenontwikkeling,
exploitatiebeeld, exportontwikkeling, aantal bedrijven,
werkgelegenheid, marktaandelen, en dergelijke.
Waar staan de letters ‘r’ en ‘v’ voor in de figuren?In de figuren treft u regelmatig een letter ‘r’ of ‘v’ achter het
jaartal aan. In deze gevallen staat de ‘r’ voor een raming (op basis
van beschikbare gegevens t/m bijvoorbeeld november 2011 is een
inschatting gemaakt voor de rest van het jaar). De ‘v’ staat voor
voorspelling en betreft de verwachting van de betreffende sector
econoom van ABN AMRO Sector Research.
30
Veel gebruikte termen, inclusief definitiesTot slot van deze leeswijzer een opsomming van enkele veel
gebruikte termen in deze publicatie, inclusief de definitie volgens
ABN AMRO.
▶ Definitie ZZP
ZZP staat voor ‘Zelfstandigen Zonder Personeel’. Ondernemers
die geen personeel in dienst hebben. Het begrip verwijst ook naar
de term ‘freelancer’.
▶ Definitie MKB
MKB staat voor Midden- en KleinBedrijf. In deze publicatie
hanteren we als definitie voor MKB de volgende veel gebruikte
tabel:
Categorie onderneming Werknemers Jaaromzet of jaarlijks
balanstotaal
middelgroot < 250 ≤ € 50 mln. ≤ € 43 mln.
klein < 50 ≤ € 10 mln. ≤ € 10 mln.
micro < 10 ≤ € 2 mln. ≤ € 2 mln.
▶ Definitie FTE
FTE staat voor ‘full-time-equivalent’. Eén fte staat voor een
volledige werkweek van 38 uur.
▶ Definitie BBP
Bruto Binnenlands Product is de totale waarde van alle in een land
geproduceerde goederen en diensten in een bepaalde periode.
31leeswijzer
colofon
De Visie Op Retail is een uitgave van ABN AMRO. Het rapport is
geschreven door ABN AMRO Sector Research op verzoek van
ABN AMRO Sector Advisory.
Sectoranalyse Sien Tennekes ([email protected])
Sector Econoom
ABN AMRO Sector Research
Macro economische analyseNico Klene ([email protected])
Senior Econoom
ABN AMRO Economisch Bureau
InterviewJoep Auwerda
Journalist/tekstschrijver
Fotografie interviewRon Offermans
Commercieel contactMichel Koster (020-3834157)
Sector Banker Retail
ABN AMRO Sector Advisory
DistributieWebsite: www.abnamro.nl/retail
Telefoon: 0900-0024 (e 0,10 per minuut)
Disclaimer
De in deze publicatie neergelegde opvattingen zijn gebaseerd op door
ABN AMRO betrouwbaar geachte gegevens en informatie, die op zorg-
vuldige wijze in onze analyses en prognoses zijn verwerkt. Noch
ABN AMRO, noch functionarissen van de bank kunnen aansprakelijk
worden gesteld voor in deze publicatie eventueel aanwezige onjuist-
heden. De weergegeven opvattingen en prognoses houden niet meer in
dan onze eigen visie en kunnen zonder nadere aankondiging worden
gewijzigd.
© ABN AMRO, mei 2012
Deze publicatie is alleen bedoeld voor eigen gebruik. Het gebruik van
tekstdelen en/of cijfers is toegestaan mits de bron duidelijk wordt ver-
meld. Verveelvoudiging en/of openbaarmaking van deze publicatie is niet
toegestaan, behalve indien hiervoor schriftelijk toestemming is gekregen
van ABN AMRO. Teksten zijn afgesloten op 27 april 2012.
32