saskiavanwaterschoot.files.wordpress.com  · web viewintervisie. namen: jessie leysen, joy van...

31
Intervisie Namen: Jessie Leysen, Joy van Ham, Talitha Romkes, Saskia van Waterschoot en Samantha Meedendorp Docent: J.A.M. de Jong Cursus: CU06746

Upload: lynhan

Post on 14-Apr-2018

219 views

Category:

Documents


1 download

TRANSCRIPT

Intervisie

Namen:

Jessie Leysen, Joy van Ham, Talitha Romkes, Saskia van Waterschoot en Samantha Meedendorp

Docent: J.A.M. de Jong

Cursus: CU06746

Cursusjaar: 2014-2015

InhoudIntervisie Jessie.......................................................................................................................................3

Reacties op evaluatie......................................................................................................................5

Intervisie Saskia......................................................................................................................................6

Reacties op de evaluatie.................................................................................................................8

Intervisie Joy...........................................................................................................................................9

Reacties op de evaluatie...............................................................................................................11

Intervisie Samantha..............................................................................................................................12

Reacties op de evaluatie...............................................................................................................14

Intervisie Talitha...................................................................................................................................15

Reacties op de evaluatie...............................................................................................................21

2

Intervisie Jessie

Stap 1 VraagintroductieAutistische jongen, die zijn frustraties op school niet laat zien. Thuis uit hij deze frustraties. Hoe kan ik hem meer rust bieden gedurende de dag zodat hij minder frustratie heeft thuis? Hij heeft heel erg het gevoel dat hij anders is. Vrijere situaties vind hij moeilijk.

Stap 2 Probleemverkenning, onderzoek1 Gebeuren er dingen op school met andere leerlingen waardoor hij gefrustreerd kan raken, wat buiten jouw leerkracht handelen om gaat? +Eigenlijk gebeuren er geen extra dingen zoals bij andere leerlingen in de klas. Het zou wel kunnen zijn dat als het bij hem van toepassing is dat hij hier gefrustreerd van kan raken. Maar dat merken wij niet.

2 Wat is de plaats van het kind in de groep? -Hij ligt goed in de groep. Hij heeft veel aansluiting met andere kinderen in de groep.

3 Heeft de thuissituatie effect op zijn frustraties? 0Zijn ouders zijn gescheiden. Mama heeft een nieuwe vriend en die vriend heeft twee kinderen. Tevens heeft hij vier maanden geleden een zusje erbij gekregen. Zijn kamer moet ook worden gedeeld met zijn nieuwe zusje. Hierdoor heeft hij een onstabiele thuissituatie en eigenlijk geen plekje voor zichzelf.

4 Wordt het gedrag dat hij thuis heeft herkend op school? 0Hij laat het gedrag wat hij thuis laat zien niet op school zien. Hij probeert hier zo normaal mogelijk te zijn. Zelf heeft hij namelijk het gevoel dat hij anders is dan andere kinderen.

5 Op welke manier worden de frustraties geuit? +Hij ligt op de grond in foetus houding. Thuis schreeuwt, huilt en gooit hij met spullen. Dit gedrag wordt nooit op school gezien. Ook heeft hij nachtmerries waarin hij situaties opnieuw beleefd.

6 Hoe is het contact tussen leerkracht en ouders? + Het contact tussen de leerkracht en ouders is goed. Wanneer er wat gebeurt wordt dit direct aan elkaar doorgegeven.

7 Hoe vaak is er contact tussen leerkracht, ouders en externe hulp? +Externe hulp wordt nu pas ingeschakeld. De screening hebben de ouders opgestart omdat het gedrag niet meer te hanteren was. Nu wordt er ambulante begeleiding rek 4 op school in werking gesteld.

3

8 Staan de ouders open voor feedback m.b.t. aanpak richting het kind? +Ja, ze zijn allebei pedagogisch medewerker. Ze gaan een cursus volgen hoe om te gaan met autistische kinderen.

9 Voelt deze leerling zichzelf veilig op school? +Het kind functioneert zoals alle andere kinderen. Maar of dit is omdat hij zich veilig voelt of dat hij dit van zichzelf moet doen is niet duidelijk.

Stap 3 ProbleemdefinitieHet kind laat op school nooit iets zien, niet in gedrag en in resultaten. Wij denken dat het mogelijk een extern probleem is. Dit kan komen omdat het kind twee nieuwe broertjes heeft en een pas geboren zusje. Het kind kan zich hierdoor achtergesteld voelen t.o.v. de andere broertjes en zusje.

Nieuwe vraag:Hoe kunnen wij de leerlingen een eenduidige aanpak bieden in rust en samenspraak met ouders, waardoor het negatieve gedrag reduceert?

Stap 4 Advisering1 In de klas de aanpak zo doorzetten totdat het gedrag toch op school gaat worden getoond.2 Samen met ambulante begeleiding of externe begeleiding proberen een eenduidige aanpak voor op school en voor thuis te verwezenlijken.3 Advies vragen over de aanpak die nu op school wordt gedaan bij de ambulante begeleiding. 4 Eventueel met het (onderbouw)team rond de tafel om te gaan kijken wat andere leerkrachten hierover denken of zouden doen. 5 Het team op de hoogte brengen van de aanpak richting het kind.

ActieplanEerst bespreken met de mentor.Overleg met het (onderbouw)team.Bespreken met ambulant begeleider en IB’er.Alle adviezen naast elkaar leggen en samen tot een eenduidig plan komen.

Stap 5 Evaluatie Na het intervisie moment heb ik mijn actieplan uitgevoerd. Als eerst heb ik met mijn mentor besproken welke adviezen er tijdens het intervisiemoment naar voren zijn gekomen. Mijn mentor vond het fijn dat ik dit probleem had voorgelegd tijdens het intervisiemoment, ook vind zij het belangrijk dat er thuis en op school een eenduidig plan wordt opgesteld. Hier gaan we dan ook aan werken. Tijdens de sub-team vergadering die plaats heeft gevonden hebben we besproken dat de leerling is gediagnosticeerd op autisme en hebben we om adviezen gevraagd. Ook hebben

4

we besproken wat de afspraken zijn die we met de ouders van de leerling hebben gemaakt, zodat ook zij weten wat de afspraken zijn. Een paar weken na het intervisiemoment is er een gesprek geweest met de ambulant begeleider, waarin zij ons vertelde dat het gedrag wat ouders benoemen ook echt zo is en dat zij dit hoe erg het ook is vaker hoort over zwaar autistische kinderen. De ambulant begeleider gaf aan dat het heel belangrijk is om goed contact te hebben met de ouders over wat de leerling aan geeft en om er voor te zorgen dat er op school rust wordt gecreëerd. Deze tips kwamen overeen met de tips van mijn intervisiegroep. De ambulant begeleider heeft nog meer tips gegeven. Op dit moment hebben we de tips van de ambulant begeleider op papier uitgewerkt en zijn we gestart met de voorbereidingen om het handelingsplan uit te voeren.

Door te werken in een intervisiegroep werk je op een andere manier samen met medestudenten, je gebruikt elkaars kennis om na te denken over elkaars problemen. Je wisselt op een gerichte manier gedachten en kennis uit, waardoor je kijk op een situatie kan veranderen. Daarnaast is het heel fijn om te merken dat anderen ook problemen ervaren waarvan ze het moeilijk vinden om deze zelf op te lossen. Ook is het fijn dat je van elkaars situaties veel leert, als iemand een situatie inbrengt, denk je met zijn allen mee over mogelijke oplossingen, die mogelijk later van pas komen.

Reacties op evaluatie Talitha: Wat fijn dat jouw mentor het fijn vond dat we met zijn allen hebben gesproken over dit onderwerp. Ik merk in jouw reflectie dat alles nog lopende is en dat alles in gang wordt gezet voor het kind. Fijn dat er stappen gezet worden voor de leerling! Leuk om te lezen dat de AB'er met soortgelijke voorbeelden zijn gekomen! Ik ben benieuwd naar het uiteindelijke resultaat voor de leerling!

Samantha: Ik vind het fijn om te lezen dat de ambulant begeleider naast onze tips nog wat aanvullende tips heeft gegeven voor deze situatie. Ik denk dat het voor jou en je mentor ook wel fijn was om te horen van de ambulant begeleider, dat wat jullie zien qua gedrag klopt en dat jullie stap naar het goede contact met de ouders al een goed beginpunt is. Leuk dat je ook nog even schrijft over de intervisie in het algemeen, het is een moment om met en van elkaar te kunnen leren!

Saskia: Fijn dat je wat aan onze tips hebt gehad en dat de ambulant begeleider nog meer tips heeft gegeven. Ik vind het een goede zaak dat je in het sub- team de afspraken hebt besproken die met de ouders zijn gemaakt. Op die manier is iedereen er van op de hoogte. Goed dat er een handelingsplan opgesteld is en dat er nu een eenduidige aanpak is voor thuis en op school!

Joy: Je hebt goede stappen gezet waardoor er een goed uitkomst is ontstaan. Fijn dat onze tips en die van je collega's hebben gezorgd dat er stappen worden gezet voor de leerling. Het lijkt mij erg prettig dat jullie collega's jullie ook hierbij hebben ondersteund. Hopelijk kan er

5

hulp worden geboden aan de jong en nemen zijn frustraties af zodat hij zichzelf kan zijn.

6

Intervisie SaskiaStap 1: vraagintroductie

Hoe kan er een situatie geschetst worden, waarbij ouders en leerkrachten op een lijn liggen, waardoor er een goede situatie voor de leerling ontworpen kan worden?

Stap 2: probleemverkenning, onderzoek

Wat is de specifieke mening van de ouders? +Deze ouders willen dat hun kind ‘normaal’ is, en dat deze leerling net als alle andere leerlingen mee kan doen. Ze willen geen speciale behandeling voor hun kind.

Wat is de specifieke mening van de leerkracht? +Wij ondervinden een probleem, wat wij graag willen aanpakken. Omdat het kind nog geen indicatie heeft, zouden wij graag een onderzoek laten doen naar het kind. Zodat wij deze leerling betere begeleiding kunnen geven.

Is er een observatie/hulp van buitenaf geweest? +Er is een gesprek geweest tussen de leerkracht en ambulant begeleider. Deze ambulant begeleider heeft naar aanleiding van dit gesprek een verslag gemaakt. Dit verslag is besproken met de ouders om het probleem aan te kaarten.

Is er hulp van buitenaf aanwezig op deze school? +Er is hulp van buitenaf aanwezig op school. Deze ambulant begeleider is twee maal op school aanwezig geweest voor een gesprek met de ouders. De ambulant begeleider is niet dagelijks/met regelmaat aanwezig op school.

Wat is de positie van deze leerling in de klas? 0De leerling wordt geaccepteerd, maar het gedrag van deze leerling valt de andere leerlingen wel op. Hij wordt opgenomen in de groep, maar je merkt dat de andere leerlingen zijn gedrag wel opmerken, waardoor zij ook niet helemaal goed weten wat zij met hem aan moeten.

Hoe verloopt het algemene contact tussen ouders en leerkracht? +Het algemene contact was voorheen altijd goed. Er vond regelmatig contact plaats. Het contact was open. De vader was soms meer gesloten, waardoor wij niet altijd even goed een gesprek hebben.

Stap 3: probleemdefinitie

Volgens ons is er tussen ouders en leerkracht een afwijkend inzicht op de leerling/het kind. Deze moeten op één lijn gebracht worden, ten behoeve van de leerling. Wij zijn van mening dat de vraagstelling bij deze probleemstelling, die Saskia zelf bedacht heeft, nog steeds relevant is.

7

Stap 4: Advisering

Probeer een onafhankelijke en objectieve observator te vinden die het kind observeert.

Bij het kind in de klas wel de werkwijze voor autisten gaan aanbieden, zodat het gedrag in de klas beperkt wordt.

In gesprek gaan met het kind over de werkwijze die de leerkrachten gaan aanpakken. Naar aanleiding van het gesprek met het kind, een gesprek met de ouders voeren.

Probeer tijdens het gesprek met het kind, de antwoorden op te nemen. Mogelijk zou het kunnen dat je het kind officieel niet mag interviewen. Je kunt

zeggen in kader van de stage van Saskia, dat dit een stageopdracht is.

Actieplan:Ik ga in gesprek met het kind over wat het kind fijn vindt.Daarnaast zou ik graag een objectieve observatie laten uitvoeren, zodat het beeld van de leerkracht niet meespeelt in de observatie.Daarnaast zou ik de aanpak m.b.t. autisme willen uitvoeren bij de leerling, zodat het gedrag van de leerling gereduceerd wordt.Ook zou ik met de ouders een gesprek willen hebben over de antwoorden die de leerling zelf aangeeft.

Stap 5: evaluatieIk heb afgesproken met mijn mentor om voor het kind een plaats in de klas te creëren waar hij rustig kan werken. Dit hebben we besproken met het kind en hij vond het een goed idee om uit te proberen. We hebben afgesproken dat hij op die plek mag gaan zitten wanneer hij alleen wil zijn en rustig wil werken. Hij heeft aangegeven dat hij het fijn vindt dat hij zich kan terugtrekken als dit nodig is. Hij geeft zelf aan dat hij graag werkt op zijn stilteplek. Ik merk ook dat hij hierdoor beter omgaat met zijn frustraties. Hij heeft de kans om op zijn eigen plek weer rustig te worden en om geconcentreerd zelfstandig te werken. Ook gelden er vaste regels en afspraken in de klas en hangt er een rooster op waarop de kinderen kunnen zien wat de planning is van die dag. Hij heeft aangegeven dat hij het prettig vindt om dit van te voren te weten. Er is geen objectieve observatie uitgevoerd, omdat de ouders aangegeven hebben dat ze dit niet wilden. Er is een gesprek geweest naar aanleiding van het gesprek met mijn mentor met de ambulant begeleider. De ouders hebben aangegeven geen verdere hulp van buitenaf te willen. Er heeft wel een gesprek plaatsgevonden over het gedrag van de leerling in de klas. Er is toen uitgekomen dat het kind zich nu prettig voelt in de klas en dat we dat terugzien in zijn gedrag. Hij zit niet meer zo vaak op zijn stilteplek en de omgang met de andere leerlingen is positief veranderd. Het lijkt erop dat het kind zich nu veiliger en gewaardeerd voelt.

Ik vond het fijn dat ik in mijn intervisiegroep om hulp kon vragen. Ik heb het probleem met het kind in mijn klas beschreven en de anderen hebben vragen gesteld om meer over het probleem te weten te komen. Daarna hebben we samen naar oplossingen gezocht. Doordat ik ervaringen kon uitwisselen met mijn medeleerlingen heb ik een andere kijk op de situatie gekregen. Ik heb het actieplan uitgevoerd en ik merkte dat het kind hier positief tegenover

8

stond. Hij heeft nu zijn plek in de klas gevonden en is in de omgang met andere leerlingen positief veranderd.

Reacties op de evaluatie Talitha: Wat goed dat je de ouders niet overgeslagen hebt, zou houd je de vertrouwensband met de ouders goed. Zo laat je ouders ook ervaren dat zij inspraak hebben in het onderwijs met betrekking tot hun kind. Daarnaast vind ik het erg goed dat het kind zelf de rustige plek regelmatig heeft gebruikt en dat het met behulp van de dagplanning weet wat er gaat gebeuren. Ook erg fijn dat hij zich hierdoor een stuk rustiger voelt. En zoals het lijkt zich meer gewaardeerd en veiliger voelt. Dat is altijd een zeer positieve omslag in het proces. Hopelijk blijft het kind zich fijn voelen en zullen er, ook in zijn verdere carrière, gedegen oplossingen gevonden worden bij "problemen". Goed gedaan!

Joy: Ontzettend goed dat je samen met het kind naar een oplossing hebt gezocht en dat hij mag aangeven wat hij fijn vindt of niet. Tevens goed dat je naast het in gesprek gaan met je mentor ook voor hulp hebt gevraagd bij de ambulant begeleider. Op die manier krijg je meerdere visies om het probleem op te lossen. Goed gedaan hoor!

Samantha: Ik vind het mooi om te lezen dat je bij deze vraag waarmee je bij de intervisie kwam, ook nog (deels) is voorgelegd aan de mentor, de leerling, de ouders van de leerling en de ambulant begeleider. Hierdoor heb je alle partijen bij het probleem betrokken en de kans gegeven om een inbreng te geven. Fijn ook om te lezen dat na de aanpassingen die samen met de mentor en de leerling zijn gerealiseerd, de problemen zijn verminderd en dat de leerling zich nu prettig voelt in de klas. Een mooie afsluiting van dit probleem!

Jessie: Goed dat je met je mentor hebt besproken dat je met en voor de leerling een rustige plek wil creëren En dat je dit plan daarna samen met je mentor hebt uitgevoerd, door samen met de leerling in gesprek te gaan.

9

Intervisie Joy

Stap 1: vraagintroductie.Probleem: De afgelopen 4 weken is Joy opgevallen dat twee leerlingen in groep 5 (2 meiden) steeds negatieve reacties geven op alles wat in de klas gebeurt, bijvoorbeeld op een nieuw thema, een nieuwe les. Op dit moment begint de klas dit over te nemen.

Stap 2: Probleemverkenning, onderzoek- Zijn het touwtrekkers/ populaire kinderen in de klas? 0Er zijn twee leerlingen die zich populair opstellen, deze leerlingen hebben niks met het probleem te maken. - Hoe is het gedrag tot stand gekomen? +In het begin van het jaar waren een aantal leerlingen onzeker en durfden zich niet goed te uiten. Op dit moment kennen ze iedereen in de klas en durven ze zich te uiten. Het lijkt op uitprobeer gedrag.- Weet je iets over de thuissituaties, zou die in die periode mogelijk veranderd kunnen zijn? 0De thuissituatie is in de periode niet veranderd. - Is de sfeer in de klas veranderd? +De hele klas heeft een sterkere band gekregen. Dit heeft geen invloed op het negatieve uitingsgedrag. - Komen de reacties van de andere kinderen vooral van de jongens, de meisjes of maakt het niet uit? –Het begon met twee meiden, nu begint iedereen,jongens, meiden. - Welke negatieve uitingen worden er gedaan? +Wanneer je begint, hoor je Nee, stom, ik heb er geen zin in. Net iets harder zodat iedereen het kan horen. - Zitten die meiden dicht bij elkaar? +De meiden zitten naast elkaar. - Is de klassenindeling veranderd? -Nee. - Hoe zit het met de aandacht die deze kinderen over het algemeen krijgen. OZe zitten recht voor het bord in het midden in de klas. Het zijn plus leerlingen en krijgen veel extra werk.

Stap 3: Probleemdefinitie- Volgens ons is het probleem: Door het gedrag van twee leerlingen krijgt heel de klas een negatieve houding ten opzichte van de leerkracht en de leerstof. - Op welke manier kan er voor worden gezorgd dat de negatieve uitingen met betrekking tot de lessen naar positieve reacties worden gedraaid of wordt verminderd?

Stap 4: Advisering- In gesprek gaan met de leerlingen. Waarom vertonen ze het gedrag en wat verwachten zij van de juf. - Afspraken maken met de twee leerlingen over hun plek en over het gedrag wat je niet wilt zien. En wat de consequentie is als het toch nog gebeurt.

10

- negatieve gedrag negeren en nadruk leggen op positief gedrag. Complimenten geven bij gewenst gedrag.

- Eerst in gesprek met de twee leerlingen, wanneer de rest van de klas het gedrag dan nog steeds overneemt de voorgaande tips op heel de klas toepassen.

Actieplan: -In gesprek met mentor.-In gesprek met de twee leerlingen. -Vragen naar waarom en de redenen.-In gesprek met de IB’er.-De leerlingen duidelijk maken dat hun mening erg belangrijk is maar dat hij soms niet gedeeld hoeft te worden met heel de klas.

Stap 5: EvaluatieDeze manier van evalueren kost best wel even tijd. Ik merkte dat doordat ik het probleem aan vier andere die ook in het onderwijs werkzaam zijn voorlegde, ik veel feedback en tips kreeg waar ik ook echt iets mee kon. Ik hoefde zelf niet moeilijk te doen om een oplossing te zoeken, dat deden we met z’n alle.

Na de intervisie heb ik gelijk de tips opgevolgd. Als eerste ben ik met mijn mentor in gesprek gegaan over wat ik nu eens kon doen om die kinderen aan te leren niet gelijk hun mening te verkondigen. Hij gaf net zoals de mede intervisie mensen aan, eerst eens met de kinderen in gesprek te gaan. Dit heb ik ook gedaan. Uit dit gesprek bleek eigenlijk dat de kinderen niet echt een reden hadden om dit te doen. Het floepte er zomaar uit zoals ze dat zelf zeiden. Ik vertelde de kinderen dat het niet altijd leuk is om bij iedere les een negatieve reactie te horen. Het lijkt dan of ze helemaal niets leuk vinden. Ik vroeg ook aan ze hoe zij het zouden vinden als ik de hele tijd negatief over hun werk zou spreken. Dat zouden ze ook niet leuk vinden vertelde ze.Een paar dagen na het gesprek hoorde ik al van mijn mentor dat het soms nog gebeurde maar dat het al een stuk minder was. Inmiddels geven ze alleen een negatieve opmerking als ze het ook echt niet leuk vinden en als ze hun mening mogen geven.

Doordat ik op een rustige manier zelf met de kinderen in gesprek ben gegaan zijn ze er zelf achter gekomen dat het niet altijd fijn is voor een ander om iemand anders zijn mening te horen. Zeker als hij negatief is kun je het soms beter voor jezelf houden.

11

Reacties op de evaluatieTalitha: Mooi en fijn dat jouw "probleem" met zo weinig inzet van hulpmiddelen is opgelost. Ook fijn dat de leerlingen zelf meteen door hadden dat het eigenlijk ongewenst gedrag is! Dat is een zeer positieve eigenschap van de kinderen en de manier waarop jij de leerlingen benaderd hebt! Goed gedaan! Nu hopen dat deze lijn gehandhaafd wordt, ik ben benieuwd of het negatieve gedrag misschien gaat terugkomen richting de zomervakantie. Ik merk dan altijd wel dat de leerlingen op een bepaalde manier minder snel gemotiveerd zijn.

Jessie: Leuk om te lezen dat het probleem voor een groot deel is opgelost door een gesprek met de kinderen te voeren. Waarin zij bewust werden van hun gedrag en wat het effect daarvan is op anderen. Ook is het fijn om te lezen dat je mentor na het gesprek ook merkte dat het minder gebeurde.

Samantha: Wat goed dat je ook nog na ons gesprek met je mentor in gesprek bent gegaan, en toevallig dat hij hetzelfde aangeeft. Ik vind het mooi om te lezen dat je verteld op welke manier je met deze leerlingen in gesprek bent gegaan en hoe zij hun gedrag ervaren door het terug te koppelen naar die reactie bij een activiteit van de kinderen zelf.

Saskia: Het probleem was dat kinderen te snel hun mening verkondigden tijdens de lessen. Doordat je in gesprek bent gegaan met de leerlingen heb je het probleem opgelost. Goed dat je hebt aangegeven dat je het niet prettig vond dat ze altijd een negatieve reactie gaven. Hierdoor heb je duidelijk benoemd wat het ongewenste gedrag van de leerlingen inhield. Fijn dat de leerlingen het begrepen en aangaven dat ze dit gedrag niet meer zouden tonen. Er was al snel resultaat te zien tijdens de lessen. Dit houdt in dat de leerlingen dus vrij snel door hadden dat hun gedrag moest veranderen. Hopelijk blijven de leerlingen nu dit positieve gedrag vertonen. Mocht het nog fout kun je nogmaals zo’n kringgesprek voeren. Je hebt de leerlingen op een effectieve manier betrokken bij het probleem en de leerlingen hebben toen het gewenste gedrag laten zien.

12

Intervisie Samantha

Stap 1: vraagintroductie.Moet ik bij het plannen van thema’s aansluiting zoeken bij de methodes? Of kan ik deze thema’s loslaten door zelf activiteiten te ontwerpen a.d.h.v. de tussendoelen?

Stap 2: Probleemverkenning, onderzoekHoe doet je mentor het op dit moment? 0 Mijn mentor heeft deze taak aan mij uitbesteed. Staat er in het schoolplan beschreven of je je aan de methode moet vasthouden? +Dat heb ik nog niet gecontroleerd.Sluiten de thema’s die je zelf wilt ontwerpen aan bij de methode? +Soms sluiten ze aan andere keren niet.Heb je het gevoel dat je de vrijheid krijgt om zelf je thema’s te ontwerpen buiten de methode? 0Ik krijg de vrijheid om zelf de thema’s te ontwerpen.Werk je met een weekschema waarin beschreven staat welke activiteiten er gedaan worden? 0Daar werk ik mee inderdaad.Zie je mogelijkheden in de methode om naar aanleiding van de les zelf je activiteiten te passen? +Er zijn mogelijkheden om de activiteiten aan te passen.Heeft het betrekking tot de kringactiviteiten of de werkjes tijdens de werkles? +Het heeft betrekking tot beide activiteiten.

Stap 3: Probleemdefinitie Volgens ons is het probleem dat Samantha te weinig hulp en feedback krijgt van de groepsleerkracht, hieronder heeft ze een onzeker gevoel met betrekking tot het plannen van de thema’s/ activiteiten.In tegenstelling tot het vrijlaten van Samantha met betrekking tot de thema’s wordt ze belemmerd in het registreren van de leerresultaten van de leerlingen, waardoor ze mogelijk een minder compleet beeld heeft van de beginsituatie van de leerlingen.Op welke manier kan ik inzicht krijgen op de leerresultaten van de leerlingen, zodat ik de beginsituatie helder heb bij het ontwerpen van nieuwe thema’s?

Stap 4: AdviseringDe ‘KIJK’ registratie doornemen van alle leerlingen.Een kringgesprek houden met de leerlingen over de activiteiten die zij graag aan bod zouden willen laten komen. Gesprek met de mentor over de leerresultaten van de leerlingen.Vergelijkingen maken tussen je eigen beeld van de leerlingen en het beeld dat je mentor heeft.

Actieplan:

13

De ‘KIJK’ registratie doornemen en bekijken wat de doelen zijn die de leerlingen behaald zouden moeten hebben de gemiddelde leeftijd. En mijn werkjes tijdens de werkles en de activiteiten aanpassen aan de leeftijd/ mogelijkheden van de leerlingen.

Stap 5: EvaluatieNa de intervisie bijeenkomst ben ik begonnen met de eerste stap uit mijn actieplan, ik heb de ‘KIJK’ erbij gepakt en bekeken aan welke doelen de leerlingen zouden moeten voldoen. Na deze doelen van de leeftijden 4;0-5;0 te hebben bekeken ben ik gaan bedenken met welke activiteiten ik zou kunnen voldoen aan deze doelen, rekeninghoudend met de verschillen tussen de activiteiten per leeftijdsniveau. Door de observatiemethode er bij te pakken en te kijken wat hierin staat qua doelen voor de leerlingen per leeftijd is het bedenken van activiteiten wat gemakkelijker geworden, doordat ik weet waaraan ik met de kinderen wil voldoen tijdens deze activiteiten.

Door te werken met de intervisiegroep krijg je een andere kijk op de zaken waar je zelf tegenaan loopt en je denkt mee en herkent je in de problemen van de anderen uit de groep. Ik vind intervisie een erg prettige manier van werken, doordat je eens gericht van gedachten wisselt met je klasgenoten. Daarnaast steek je ook veel op van de problemen of ervaringen van de anderen die je automatisch uit gaat wisselen.

14

Reacties op de evaluatieTalitha: Duidelijke reflectie. Ik ben benieuwd of je naar aanleiding van de stappen die je gezet hebt ook zelfverzekerder bent om stappen te maken/ondernemen. En ik ben benieuwd of jij nu 'makkelijker' jouw activiteiten kunt en durft inplannen. Ik denk dat je al een veel groter beeld hebt van wat de mogelijkheden zijn. Goed gewerkt!

Joy: Goed dat je gebruikt maakt van al bestaande observaties. Hierdoor hoef je het wiel zelf niet uit te vinden, wat het een stuk makkelijker maakt. Hopelijk wordt het steeds gemakkelijker om op deze manier activiteiten te bedenken die aansluiten bij de doelen. Al krijg je niet de hulp die je eigenlijk zou moeten krijgen van je mentor, je hebt dit nu zelf gedaan. Hierdoor weet je ook zeker dat je dit in de toekomst ook volledig zelfstandig kunt doen. Goed gedaan!

Jessie: Ik vind het fijn om te lezen dat je zelf aan geeft dat het al een stuk gemakkelijker is geworden om per leeftijdgroep activiteiten te bedenken. Omdat je het voor een groot deel zelf uit moest zoeken krijg je een nog duidelijker beeld van de leerlijn van groep 1/2 waardoor het nog makkelijker wordt om activiteiten voor te bereiden.

Saskia: Doordat je de observatiemethode hebt gebruikt tijdens het plannen van je activiteiten is het duidelijker aan welke doelen ze moeten voldoen. Ook heb je rekening gehouden met de verschillen tussen de activiteiten per leeftijdsniveau. Het lijkt mij nu een stuk handiger plannen, omdat je weet aan welke doelen je moet voldoen en welke activiteiten hiervoor beschikbaar zijn. Fijn dat je wat aan onze tips hebt gehad tijdens onze intervisie bijeenkomst. Doordat je met medeleerlingen in gesprek gaat, kun je een hoop van elkaar leren door de ervaringen die we allemaal hebben gehad tijdens onze stages. Hierdoor krijg je gerichte tips en kun je een probleem gaan aanpakken.

15

Intervisie Talitha Stap 1: vraagintroductie

Hoe kan ik leerlingen die gefocust zijn op elkaar in plaats van op hun werk, terug laten focussen op het werk.

Er gaat nu best wat effectieve leertijd verloren aan het creëren van orde en focus op de lesstof.

Stap 2: probleemverkenning, onderzoek:

Is er sprake van een combinatiegroep? 0 De klas is een combinatiegroep van groep 5 en 6. Er zitten 26 leerlingen in de klas waarvan zo’n 30% aan rec-4 leerlingen.

Hoe zitten de kinderen in de klas. (groepjes, tweetallen, rijtjes etc.)? +De kinderen zitten in groepjes in de klas, de groepjes bestaan afwisselend uit 3, 4 of 5 leerlingen. In totaal zijn er 6 groepjes gevormd in de klas.

Is er een rustige werkplek? (stilteplaats, plaats om zich terug te trekken?) 0In de klas is een leeshoek ingericht, hierin kunnen de kinderen zich terugtrekken.Daarnaast is er ook ruimte achterin het lokaal om aan tafel te werken welke gericht staat op de muur, om prikkels te verminderen. Ook is er een koptelefoon beschikbaar, om de geluiden te verminderen. Deze koptelefoon is er voor één specifieke leerling, maar mag ook door de anderen gebruikt worden wanneer deze leerling hem niet nodig heeft.

hoe zijn de groepjes / indeling tot stand gekomen? – De leerlingen hebben een vragenlijst ingevuld, waarin stond met welke leerlingen ze goed op kunnen schieten etc. De leerkracht heeft aan de hand van deze vragenlijst en de leerling-kenmerken de groepjes samengesteld.

hoe is de algemene sfeer in de klas? + met de kinderen is een sociogram uitgevoerd, deze was erg aan de rode kant. De leerlingen kunnen erg op elkaar vitten, maar tegelijkertijd kunnen ze ook redelijk goed met elkaar overweg.Iedere dag zijn er onderling wel wat akkefietjes.

Hoe wordt de aandacht van de kinderen nu terug getrokken naar de les? +

16

Om de aandacht van de leerlingen terug te trekken, maak ik gebruik van effectieve kritiek, dat wil zeggen ik benoem naar de kinderen dat ik het vervelend gedrag vind inclusief de reden daarvoor. Ook benoem ik het gewenste gedrag. Dit wissel ik af met grapjes.

Van hoeveel leerlingen is hierbij sprake? + Er zijn twee leerlingen die continu op elkaar gericht zijn. Als één van deze kinderen door de klas roept, reageert de hele klas hierop.Daarnaast bemoeien de kinderen van groep 5 zich met 6 en vice versa.

Er zijn een aantal leerlingen die hier niet aan mee doen.

Stap 3: probleemdefinitie:

Het probleem is volgens ons dat de leerlingen erg op elkaar gefocust zijn, waardoor de akkefietjes ontstaan en de lessen verstoord worden.

Nieuwe vraagstelling: Op welke manier kan gezorgd worden dat dit gedrag verminderd wordt, en de lessen minder worden verstoord.

Stap 4: advisering

Verwachtingen met de kinderen afspreken. Samen met leerlingen (maat)regelen/regels opstellen. Mede daarbij de gevolgen bij

ongewenst gedrag vastleggen. Een gesprek met de kinderen over dit onderwerp voeren.

Actieplan: met mentor in gesprek over dit onderwerp en de mogelijkheden van de groepsgenoten bespreken. Verwachtingen en klassenregels herhalen lijkt me erg goed.

Stap 5: evaluatie

Ik ben met mijn mentor in gesprek gegaan en zij geeft aan dat het mogelijk is om de resultaten van de leerlingen met betrekking tot wat zij van de klas vinden, te laten invullen. En wat zij graag veranderd willen hebben op een vragenlijst te laten invullen, zodat ook alle leerlingen durven te reageren en niet bang zijn voor consequenties die de groep heeft voor het eerlijk zijn van deze leerlingen. Ik ga dus nu een vragenlijst opstellen om door mijn mentor te laten afnemen, zodat ik deze weer kan evalueren. Zo weet ik wat de leerlingen van mij verwachten en wat zij denken over wat er fout gaat tijdens de lessen die ik geef.

De leerlingen geven in de vragenlijst voornamelijk aan dat zij het vervelend vinden dat ik niet zo streng ben als de leerkracht die normaal gezien voor de klas sta.

17

Daarnaast vinden zij mijn lessen wel leuk, alleen leg ik langzamer uit. Ook denken de kinderen dat het komt, omdat ik nog geen echte juf ben dat zij nog niet naar mij moeten luisteren. Dit is natuurlijk wel zo. Daarbij denken de kinderen ook dat, omdat ik een andere juf ben, de kinderen denken dat zij zich niet hoeven gedragen.

Na deze vragenlijst ben ik ook in gesprek gegaan met de leerlingen waar het het meeste mee mis gaat tijdens de lessen. Ik heb hen gevraagd of zij mij tips kunnen geven, omdat ik het niet meer weet. Een van de jongens gaf aan dat hij het moeilijk vond om te wennen aan juffen, want het afgelopen half jaar waren er juffen waar hij net aan gewend was en dan gingen zij weer weg. Dat vindt hij heel erg moeilijk, want hij is bang dat ik ook weg ga wanneer hij aan mij gewend is. In het gesprek heb ik gevraagd of de leerling het leuk vindt als ik zo denk over de kinderen in de klas. Dat ik daar geen moeite voor hoef te doen, want dan ga ik ook weer weg. Ik nam het voorbeeld van het feit dat ik in groep 7/8 een band had opgebouwd met de kinderen en daarna ook naar groep 5/6 ging. Hij vond dat een juf zich altijd moest inzetten voor een goede band met de kinderen. Ik heb de leerling gezegd dat ik dat natuurlijk ook verwacht van hem en natuurlijk ook van de andere leerlingen. Hij gaf aan dat hij dat zou gaan proberen.De andere leerling gaf aan dat ik veel strenger moest zijn en dat ik meteen straf moest geven op de leerlingen die vervelend doen. Toen ik vroeg of zij daar ook wat mee te maken had, zei ze dat dit kwam omdat de andere kinderen steeds zoveel lawaai maken. Maar vaak is zij wel degene die als eerste gaat klagen of als eerste de boel wel eens zal gaan regelen binnen de klas.

Omdat de leerlingen niet meteen te motiveren waren ben ik opzoek gegaan naar nog meer manieren om de leerlingen goed gedrag te laten tonen en natuurlijk hoe ik het goede gedrag visueel reflecteer.Uiteindelijk ben ik op het idee gekomen om groene kaarten in de klas te hangen voor wat goed gaat en gele voor wat beter kon. Van te voren hebben we de klassenregels nog eens goed doorgenomen door middel van een spelletje memory via de software van gynzy.com. Vervolgens hebben de leerlingen steeds samen met mij concreet gereflecteerd op het doel, wat ik op het whiteboard schrijf, maar ook op het gedrag en wat goed ging en wat niet goed ging. Bij de doelen zet ik dan ook een nevendoel bijvoorbeeld, wij lezen op pinkstemmen (fluistertoon). Als zij dit goed doen krijgen zij een streepje achter de groene ronde en zet ik erbij wat goed ging. Zo reflecteer ik auditief en visueel op de doelen en op het proces wat wij doormaken.

Wat niet zo goed gaat en wat dus beter kan schrijf ik achter de gele ronde, daarbij kunnen ook namen van de kinderen komen te staan. Helaas hebben er al namen gestaan en vinden de leerlingen dit toch wel heel erg confronterend, want de rest van de klas laat dan toch even merken dat zij het niet leuk vinden. Ik heb na één dag de leerlingen beloofd dat als zij de tweede dag weer alleen maar groene punten verdienen dat ik hen dan zou trakteren. Dit kon een snoepje zijn, maar dit kon ook een complimentenkaartje zijn. Ik koos voor een complimentenkaartje met daarop een afbeelding van een dolfijn. En met daarop een tekst: Het was vandaag dol fijn met jou in de klas. Ga zo door. Juf Talitha. De leerlingen waren de tweede dag ook vol enthousiast, al waren er een aantal leerlingen die toch weer op elkaar gingen letten.

18

Elke keer na een goede les heb ik de leerlingen beloond met een energizer, waardoor zij weer fris aan de volgende opdracht konden beginnen.

De wat ging goed smiley.

Hierachter zet ik alle dingen die goed gingen tijdens de les. Of tijdens het buitenspelen/binnenkomen in de klas.

De leerlingen vonden het op een gegeven moment zo leuk, dat zij gingen strijden. Groep 5 tegen groep 6 om de meeste groene punten. Dit zorgde wel voor een zeer leuke sfeer binnen de klas, een competitieve sfeer die gefocust was op het goede gedrag van de leerlingen.

19

De wat kon beter smiley.

Hierachter zet ik de onderdelen die beter konden. Bijvoorbeeld het rustig binnenkomen in de klas. De leerlingen vinden het heel vervelend als hierachter een opmerking komt te staan, want dat betekent dat zij geen presentje krijgen na twee dagen.

Ook kan er een naam van de leerling achter komen te staan, met daarbij een uitleg wat dan niet goed ging bij/met de leerling. Daarbij kan ook een straf staan, wanneer de leerling zich echt niet goed heeft gedragen.

Een week later:

De maandag ben ik meteen gestart met de leerlingen weer te wijzen op de punten die ze kunnen verdienen en ik hoop dat we er nog meer halen dan de vorige week. De leerlingen hebben kort herhaald wat de regels in de klas zijn.

De leerlingen hebben die ochtend ontzettend hard hun best gedaan. En hebben al 10 goede streepjes verdiend. Dit was al meer dan in een hele dag de vorige week. Ik heb hen dan meteen na de middagpauze complimenten gegeven voor hun harde werk. In de middag hebben zij nog eens 4 punten verdient. Wat een tussenstand opleverde van 14 punten. Op de dinsdag gaan wij proberen van deze punten nog meer punten te maken.

Tussenstand tussen de middag (maandag) Tussenstand aan het einde van de maandag

20

Op de dinsdag hebben de leerlingen zich voorbeeldig gedragen, de laatste drie kwartier ben ik even goed boos moeten worden, maar hierna ging het weer een heel stuk beter. De dinsdag hebben de leerlingen wel 15 streepjes gehaald, dus meer dan de dag ervoor. Zij hebben dan van mij ook weer een kleine traktatie gekregen als beloning.

Tot op heden werken de leerlingen zeer gemotiveerd en willen zij doorwerken om spelletjes te mogen doen. Tussen de lessen door, wanneer de leerlingen goed gewerkt hebben en ik niet heb moeten waarschuwen, speel ik een energizer. Dit kan van een klein spelletje met betrekking tot het opbouwen van een klassenband. Tot een dansje van Just Dance via Youtube. De leerlingen worden hierdoor geactiveerd en kunnen daarna weer rustig en geconcentreerd werken aan de volgende les/taak.

21

Reacties op de evaluatieSamantha: Mooie uitgebreide reflectie, leuk ook die foto's erbij, wordt het beeld gelijk goed gevormd bij je verhaal! Wat mooi om te zien dat je de leerlingen mee laat denken naar een oplossing, hierdoor krijgen ze verantwoordelijkheid in het probleem, wat zorgt dat de leerlingen zich beter aan de ‘samen’ gemaakte afspraken houden.

Joy: Wow, wat een uitgebreide evaluatie! Ontzettend goed dat je naar de mening van de leerlingen vraagt. Maar vooral erg goed dat je aan hun een oplossing vraagt. Op deze manier weet je zeker dat je het zo zult doen zoals de leerlingen het graag zouden zien. Goed dat je met energizers werkt, op deze manier krijgen de kinderen even de gelegenheid iets leuks te doen. Maar het grote pluspunt is dat de aandacht van de kinderen daardoor weer verscherpt. Ga zo door!

Jessie: Ik vind het heel sterk dat je aan de hand van een vragenlijst aan de leerlingen hebt gevraagd wat zij willen veranderen en dat je daarna met de leerlingen in gesprek bent gegaan waarin je echt naar de leerlingen hebt geluisterd. Goed dat je op zoek bent gegaan naar nog meer manieren om de leerlingen te motiveren. En waardoor het duidelijk wordt wat wel goed gaat en wat minder gaat. Het is leuk om te lezen dat er een gezellige competitieve sfeer ontstaat in je klas die gericht is op het vertonen van positief gedrag. Ook is het leuk om te lezen dat de leerlingen op dit moment heel gemotiveerd werken.

Saskia: Het systeem dat je hebt gebruikt met de smileys lijkt mij zeer effectief. Je hebt gemerkt dat de leerlingen hierdoor gemotiveerder aan het werk gaan. Ook heb je ze gecomplimenteerd wanneer er een les goed was verlopen, hierdoor weten de leerlingen welk gedrag gewenst is. Het samen opstellen van de regels die binnen de groep gelden is erg belangrijk. Hierdoor weten de kinderen wat er van hen verwacht wordt en worden ze zelf verantwoordelijk gesteld voor hun gedrag. Doordat je deze van te voren hebt besproken, weten de kinderen aan welke regels ze zich moeten houden. Je hebt ook steeds gereflecteerd en de kinderen beloond wanneer er goed gedrag werd getoond. Het lijkt mij dat je dit probleem op een goede manier hebt opgelost. Heel fijn dat de kinderen nu weer gemotiveerd en taakgericht gaan werken. Doordat je foto’s aan het verslag hebt toegevoegd, is er een duidelijk beeld van hoe de situatie nu in de klas is. Het puntensysteem heeft duidelijk gewerkt.

22