van goed naar beter - hanze · van goed naar beter onderzoek naar de ervaren leefbaarheid in de...
TRANSCRIPT
Van goed naar beter Onderzoek naar de ervaren leefbaarheid in de buurt de Kleuven
Jolien Duin, Lisette Kuik en Aileen Taselaar
14 december 2018
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 2
Van goed naar beter Onderzoek naar de ervaren leefbaarheid in de buurt de Kleuven
Auteurs: Jolien Duin, Lisette Kuik en Aileen Taselaar Studentnummer: 362196, 330998, 359396 Studiejaar: 3 Instituut: Hanzehogeschool Groningen, instituut voor bedrijfskunde Opleiding: Vastgoed en Makelaardij
Interne opdrachtgever: Jannie Rozema (onderzoeker bij Kenniscentrum NoorderRuimte) PaExterne opdrachtgever: Trienke Eisses (projectsecretaris Mijn Buurt Assen) Versie: 2 Plaats: Groningen Datum: 14 december 2018
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 3
Voorwoord In dit onderzoeksrapport ‘Van goed naar beter’ leest u de stand van zaken van de ervaren leefbaarheid van
de buurt ‘de Kleuven’ in de wijk Marsdijk per 1 november 2018. De komende twee maanden werken we dit
document uit in een advies voor de wijkaanpak van MBA (Mijn Buurt Assen). Het doel van dit
onderzoekrapport is om de leefbaarheid in de buurt de Kleuven in Marsdijk in kaart te brengen en adviezen
te geven aan Mijn Buurt Assen over verbeteringsvoorstellen met betrekking tot de wijkaanpak.
Het onderzoeksrapport ‘Van goed naar beter’ laat zien wat de ervaren leefbaarheid is in de betreffende
buurt en hoe de sociale en fysieke leefomgeving gewaardeerd wordt. Hiermee geven we de Kleuven nieuw
perspectief en kunnen de benodigde investeringen beter op elkaar afgestemd worden en kan er focus
worden aangebracht met oog op een vernieuwde wijkaanpak voor MBA.
De externe opdrachtgevers Trienke Eisses en Anneke Nieuwenhuis van de Gemeente Assen, Marcel van Dijk
en Johnny Luchtmeijer van woningcorporatie Actium en Erik Ordelman en Marina Boerma van Vaart Welzijn
willen wij bedanken voor de betrokkenheid gedurende dit onderzoek. Daarnaast willen wij onze interne
opdrachtgever Jannie Rozema, onderzoeker bij het Kenniscentrum NoorderRuimte (KcNR) en Joke Terlaak
Poot, docente aan de Hanzehogeschool in Groningen, bedanken voor de bijsturing en input gedurende het
onderzoek. Tot slot danken wij alle respondenten van de buurt de Kleuven voor de tijd en medewerking aan
ons onderzoek door het invullen van onze enquête.
Wij wensen u veel leesplezier.
Groningen, 26 november 2018
Jolien Duin, Lisette Kuik en Aileen Taselaar
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 4
Samenvatting In het najaar van 2018 is er onderzoek gedaan naar de leefbaarheid in de buurt de Kleuven, gelegen in de
wijk Marsdijk, in Assen. De opdrachtgever van het onderzoek is Mijn Buurt Assen (MBA). MBA heeft als
voornemen meer inzicht te verkrijgen over de ervaren leefbaarheid in de Kleuven. Hiervoor is het
noodzakelijk om de mening van de bewoners in deze buurt te onderzoeken. De centrale vraag voor dit
onderzoek luidt als volgt: “Wat is de ervaren leefbaarheid van de bewoners die woonachtig zijn in de buurt
de Kleuven van de wijk Marsdijk in Assen en wat betekent dit voor de wijkaanpak van Mijn Buurt Assen?’’.
De buurt de Kleuven bestaat uit 184 huishoudens, onderverdeeld in 2 vrijstaande woningen, 50
hoekwoningen en 133 rijwoningen. In november hebben 61 bewoners uit de Kleuven meegedaan aan een
schriftelijke en digitale enquête, dit is een response van 33% van alle huishoudens. Het kwantitatieve
onderzoek geeft inzicht in de behoeftes en ervaringen van bewoners, uitgedrukt in percentages. De
doelgroep van dit onderzoek bestaat uit alle bewoners, boven de 18 jaar. De gegevens uit de enquêtes zijn
verwerkt in vier topics: Woonsituatie, Voorzieningen, Overlast en Veiligheid en Sociale cohesie.
Woonsituatie
De woonomgeving in de Kleuven staat er goed voor. De meerderheid van de respondenten die woonachtig
zijn in de Kleuven geeft aan dat de buurt er verzorgd en onderhouden uitziet en de afgelopen jaren niet
achteruit is gegaan. Tevens zijn de winkels vanuit de Kleuven gemakkelijk te bereiken. De top drie van
aspecten die de respondenten graag verbeterd zien in hun wijk zijn: het maaibeleid van de gemeente,
speelvoorzieningen en vervuiling in het Anne Frank Park. In totaal wordt er een gemiddeld rapportcijfer van
een 7,8 gegeven op het topic ‘Woonomgeving’.
Voorzieningen
De voorzieningen die de respondenten graag meer willen zien in de wijk zijn met name picknickbanken,
prullenbakken en hangplekken voor oudere jeugd. Het gemiddelde rapportcijfer dat de respondenten geven
over het topic ‘Voorzieningen’ is een 7,5.
Veiligheid
De mate waarin bewoners zich veilig voelen in de buurt is ruimvoldoende. Wel is het van belang de deuren
op slot te doen. Dit hoeft niet persé iets te maken hebben met de buurt de Kleuven, dit kan ook liggen aan
de gedachtegang van de bewoners en het vertrouwen in de mens en preventief denken. Daarnaast hebben
respondenten aangegeven dat de verkeersveiligheid in de Kleuven een aandachtspunt is: te hard rijden en
weinig parkeergelegenheden zijn de meest voorkomende reacties.
Sociale cohesie
Meer dan de helft van de respondenten doen niet mee aan buurtactiviteiten in de Kleuven. Het overige deel
geeft aan minstens één keer per jaar mee te doen. De buurtactiviteit die het meest bekend is in de Kleuven,
is het SWAMP-festival van Marsdijk. Uit het resultaten van de enquête is naar voren gekomen dat de
buurtactiviteiten geen invloed hebben op de sociale cohesie. De respondenten geven aan onderling
voldoende contact te hebben met medebewoners, daarnaast staan ze voor elkaar klaar en bewoners gaan
plezierig met elkaar om. De respondenten zijn tevreden over het contact met de medebewoners en hebben
geen behoefte aan meer contact.
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 5
Een redernering hiervoor zou kunnen zijn dat er in de Kleuven veel tweepersoonshuishoudens zijn, waarbij
beide bewoners werken en weinig tijd hebben voor gesprekken met medebewoners. De respondenten
ervaren dus sociale cohesie in de Kleuven, maar in totaal wordt er een gemiddeld rapportcijfer van een 5,4
gegeven op het topic ‘Sociale klimaat’. Dit is een tegenstrijdig rapportcijfer aangezien er uit kwalitatief
onderzoek is gebleken dat de respondenten tevreden zijn over het contact. Vergeleken met landelijk
onderzoek van het CBS (2016), komt het cijfer wel overeen. Gemiddeld beoordelen stedelingen het Sociale
Klimaat lager dan niet-stedelingen.
Conclusie
De top vier van de aandachtspunten die MBA in 2017 heeft opgesteld voor de wijk Marsdijk kunnen deels
overgenomen worden voor de wijkaanpak van de Kleuven. Het eerste plan om samen met bewoners aan de
slag te gaan in openbare ruimtes draagt bij aan de behoefte van de bewoners in de Kleuven. Wanneer
groenvoorzieningen worden aangepakt, picknickbanken worden geplaatst en het Anne Frank Park beter
verlicht en onderhouden wordt, zal dit positieve effecten hebben op de beleving van de leefomgeving. Het
percentage van het aantal respondenten die bekend zijn met het samenwerkingsverband van MBA, ligt op
31%. De wijkaanpak om meer zichtbaar te zijn in de wijk, kan ook toegepast worden in de Kleuven om op
deze manier de bekendheid van MBA te vergroten. In het advies wordt een uitgebreider en verbeterde
wijkaanpak geadviseerd, gebaseerd op dit onderzoeksrapport ‘Van goed naar beter’ om de leefbaarheid in
de Kleuven te optimaliseren.
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 6
Inhoudsopgave
1. Begrippenlijst ............................................................................................................................................... 8
2. Inleiding ..................................................................................................................................................... 10
3. Context ...................................................................................................................................................... 11
4. Probleemanalyse ....................................................................................................................................... 13
5. Methode beschrijving ................................................................................................................................ 14
5.1 Enquêtes afnemen onder de bewoners .................................................................................................. 14
5.1.1 Onderzoeksdoelgroep voor het afnemen van de enquête ....................................................... 15
5.1.2 Verloop van het afnemen van de enquêtes .............................................................................. 15
5.1.3 Het verloop van de response op het enquête-onderzoek ........................................................ 15
5.1.4 Data-analysemethode ............................................................................................................... 16
5.2 Diepte-interview met de wijkagente ....................................................................................................... 16
5.3 Deskresearch ........................................................................................................................................... 16
6. Resultaten en conclusies ............................................................................................................................... 18
6.1 Leefbaarheidsmodel ................................................................................................................................ 18
6.2 Resultaten: Ervaren leefbaarheid in de Kleuven ..................................................................................... 19
6.3 Conclusie ervaren leefbaarheid ............................................................................................................... 20
6.4 Resultaten: Behoeftes van bewoners van de Kleuven ............................................................................ 21
6.5 Conclusie behoeftes van de bewoners .................................................................................................... 22
6.6 Verschil tussen de leefbaarheid in Marsdijk en de Kleuven .................................................................... 23
6.7 Conclusie Kleuven versus Marsdijk ......................................................................................................... 25
6.8 Resultaten: Samenwerkingsverband MBA .............................................................................................. 26
6.9 Conclusie bekendheid van MBA .............................................................................................................. 26
7. Conclusie leefbaarheid de Kleuven ............................................................................................................... 27
8. Discussie ........................................................................................................................................................ 29
8.1 Verwachtingen en beperkingen van het onderzoek ............................................................................... 29
8.2 Herbruikbare tool .................................................................................................................................... 29
8.3 Vervolgonderzoek .................................................................................................................................... 30
9. Reflectie onderzoeksperiode ......................................................................................................................... 31
9.1 Verantwoording zeven onderzoekstappen en gekozen analysetechnieken ........................................... 31
9.2 Reflectie op de werkwijze en het contact met MBA gedurende het onderzoek .................................... 32
Referenties ........................................................................................................................................................ 34
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 7
Bijlagen:
Bijlage 1: Stakeholders
Bijlage 2: Schriftelijke enquête
Bijlage 3: Tijdschema enquêteren
Bijlage 4: Verloop aantal respondenten op de enquête
Bijlage 5: Interviewschema en uitwerking
Bijlage 6: Enquête resultaten
Bijlage 7: Handleiding resultaten verwerken in Excel
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 8
1. Begrippenlijst In dit hoofdstuk worden de begrippen beschreven die in dit onderzoek gebruikt worden en waarbij het van
belang is de betekenis te weten.
Enalyzer:
Een meetinstrument om simpel en snel data en feedback te verzamelen. Enquêtes kunnen in eigen huisstijl
worden opgemaakt, daarnaast heeft Enalyzer een mobiel platform. Dit biedt de respondenten de
mogelijkheid om op elk moment van de dag toegang krijgen tot de enquête (Enalyzer, 2018).
Kwantitatief onderzoek:
Onderzoek waarbij de resultaten worden uitgedrukt in cijfers (Scribbr, 2018).
Kwalitatief onderzoek:
Beschrijvend onderzoek, weergegeven in woorden. Gericht op interpretaties, ervaringen en betekenissen
(Scribbr, 2018).
Leefbaarheid:
Dhr. K. Leidelmeijer definieert leefbaarheid als volgt: ‘’Leefbaarheid is de mate waarin een omgeving aansluit
bij de behoefte van de mensen die daarin wonen en werken.’’ (InFact, z.j.) .
Likert-schaal:
Een methode om gegevens te kunnen ondervragen en te kunnen voorzien van een meetniveau
(Onderzoekdoen, 2018).
Modus:
De waarde die het meest voorkomt in een frequentie (Dr. Aart, z.j.).
Participatieve aanpak:
Bewoners volledig betrekken in zowel besluitvorming als de genomen besluiten (Encyclo,2018).
RIGO-vragenlijst:
De RIGO-vragenlijst van de gemeente Assen is gericht op het verbeteren van een betere woon- en
leefomgeving. In elke buurt van Assen worden RIGO-vragenlijsten afgenomen, de resultaten worden
geanalyseerd. RIGO is een organisatie dat (semi)overheidsorganisaties, maatschappelijke instellingen en
marktpartijen helpt bij het verbeteren van de kwaliteit en effectiviteit van hun besluitvorming (RIGO, 2018).
Robuust:
Gebieden waar robuuste ingrepen nodig zijn om de leefbaarheid te bevorderen en te stimuleren.1
Focusgebieden:
De wijken en buurten waar MBA meer inzicht op wil krijgen betreft de leefbare omgeving. 2
Sociale cohesie:
1 Trienke Eisses, (Projectsecretaris MBA), 12 september 2018, Gemeente Assen. 2 Trienke Eisses, (Projectsecretaris MBA), 12 september 2018, Gemeente Assen.
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 9
Geeft de sociale samenhang in een samenleving weer. 3
Triangulatie:
Manier van onderzoek doen waarbij vanuit verschillende invalshoeken data wordt verzameld. 4
3 Jannie Rozema, (Onderzoeker Krimp & Leefomgeving - NoorderRuimte), 3 december 2018, Hanzehogeschool.
4 Joke Terlaak – Poot, (Onderzoeker Krimp & Leefomgeving – NoorderRuimte), 4 december 2018, Hanzehogeschool
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 10
2. Inleiding Dit onderzoek wordt uitgevoerd in opdracht van MBA. MBA is een samenwerkingsorganisatie van Gemeente
Assen, woningcorporatie Actium en Vaart Welzijn. Deze organisaties werken al zes jaar samen aan een
prettige leefomgeving voor de inwoners van Assen. Deze participatieve aanpak, die bestaat uit projecten en
initiatieven, draagt bij aan een sterke verbinding tussen bewoners uit de buurt en daarmee aan goede
leefbaarheid (Werkdocument MBA, 2018).
De vraag is echter wat de ervaren leefbaarheid is. De doelstelling van MBA is om de ervaren leefbaarheid in
de Kleuven van Marsdijk te onderzoeken door in deze buurt een 0-meting te doen. De tool die hierbij wordt
toegepast dient voor MBA bruikbaar te zijn bij metingen in andere wijken van Assen en bij metingen in de
toekomst. De centrale vraag van het onderzoek luidt als volgt:
“Wat is de ervaren leefbaarheid van de bewoners die woonachtig zijn in de buurt de Kleuven van de wijk
Marsdijk in Assen en wat betekent dit voor de wijkaanpak van Mijn Buurt Assen?’’.
Leeswijzer
In hoofdstuk 3 wordt de context van het onderzoek beschreven, hierin wordt de aanleiding, het doel en de
oplossingsrichting benoemd. Tevens wordt in dit hoofdstuk het onderzoekmodel geïntroduceerd. De
probleemanalyse is uitgewerkt in hoofdstuk 4, hierin komen de doelstelling, de centrale vraag en de
deelvragen aan bod. De meetinstrumenten met de bijbehorende onderzoeksdoelgroep, de data-
analysemethode en de dataverzameling worden in hoofdstuk 5, methodebeschrijving, besproken. In
hoofdstuk 6 worden de resultaten geanalyseerd en antwoord gegeven op de deelvragen. Op basis van de
resultaten uit hoofdstuk 6 wordt er in hoofdstuk 7 een conclusie weergegeven. In hoofdstuk 8 de discussie
van het onderzoek aan bod. De tool die gebruikt wordt gedurende dit onderzoek wordt ook in de discussie
geëvalueerd om te kijken of deze tool in de toekomst voor MBA bruikbaar is bij metingen van andere wijken
in Assen. Tot slot wordt in hoofdstuk 9 een reflectie van het onderzoeksproces weergegeven. In de bijlagen
zijn de enquêtevragen, de enquêteresultaten, het interviewschema en de uitwerking daarvan opgenomen.
MBA heeft toegang gegeven tot interne documenten. Deze documenten zijn niet naar buiten gebracht voor
publiek, maar zijn alleen beschikbaar gesteld voor medewerkers van MBA en andere bevoegden. In dit
onderzoeksrapport worden deze documenten aangegeven als ‘Werkdocument MBA, 2018’.
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 11
3. Context In dit hoofdstuk wordt de context van het onderzoeksvraagstuk beschreven. Deze beschrijving bestaat uit
een aanleiding, een doel en een oplossingsrichting. De aanleiding van het probleem beschrijft wie het
probleem heeft, wat het probleem is en waar en wanneer het probleem zich afspeelt. In het doel wordt
toegelicht waarom MBA dit als probleem ervaart en wat het streefpercentage is van het aantal
respondenten. Vervolgens wordt er in de oplossingsrichting ingegaan op hoe dit probleem onderzocht gaat
worden. De stakeholders van dit onderzoek zijn weergegeven in bijlage 1.
Aanleiding van het onderzoek
De buurt de Kleuven in Marsdijk is met een achterliggende gedachte aangewezen. In de robuuste wijken:
Assen-Oost, De Lariks en De Oude Molenbuurt, heeft MBA de afgelopen zes jaren actief meegewerkt aan het
verbeteren van de leefbaarheid. In deze wijken lag de leefbaarheid onder de gemiddelde score van een 6,5.
Marsdijk valt onder de wijken waar de leefbaarheid goed scoort. Met een 7,1 scoort de wijk boven het
gemiddelde van de overige wijken in Assen. Hierdoor heeft MBA de afgelopen jaren geen actieve
wijkparticipatie uitgevoerd in de specifieke Marsdijk (Gemeente Assen, 2014).
Doel van het onderzoek
De bestaande onderzoeken die MBA heeft uitgevoerd om de leefbaarheid van heel Marsdijk in kaart te
brengen, zijn: een buurtmonitor, RIGO-vragenlijst, QuickScan en een halfjaarlijkse rapportage
(Werkdocument MBA, 2018). Slechts een beperkte doelgroep, met name 50-plussers, heeft meegewerkt aan
de deze onderzoeken5. In het huidige onderzoek wordt ernaar gestreefd om alle 184 huishoudens van de
buurt de Kleuven, de mogelijkheid te bieden om een mening te geven over de leefbaarheid. Het doel is om
een percentage van minimaal 20% response van het totale aantal huishoudens die aan het onderzoek mee
doen, te realiseren. De Kleuven is een samengestelde wijk met zowel huur- als koopwoningen.
Oplossingsrichting
Op basis van de huidige resultaten uit de wijkanalyse van de RIGO-vragenlijst, scoort de wijk Marsdijk een
7,1 (Gemeente Assen, 2014). De gegevens uit deze wijkanalyse zijn gericht op de hele wijk Marsdijk. Er zijn
geen specifieke resultaten over de ervaren leefbaarheid van de bewoners in de Kleuven. Wat onderzocht
gaat worden is welke behoeftes en ervaringen de bewoners van de Kleuven hebben met betrekking tot de
leefbaarheid. Welke aspecten zijn goed en wat kan verbeterd worden in de buurt? Door middel van een
enquête wordt er antwoord gegeven op de vraag naar de ervaren leefbaarheid van de bewoners. Hierbij
wordt gebruik gemaakt van kwantitatief onderzoek waarbij de resultaten worden uitgedrukt in cijfers. Met
behulp van de resultaten kunnen er aanbevelingen met betrekking tot een verbeteringsvoorstel gericht op
de wijkaanpak, gegeven worden aan MBA. De onderzoeksmethode wordt uitgebreider beschreven in
hoofdstuk 5.
5 Trienke Eisses (Projectsecretaris MBA), 12 september 2018, Gemeente Assen.
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 12
Onderzoekmodel
Gedurende het onderzoek wordt gebruik gemaakt van het leefbaarheidsmodel. Jannie Rozema heeft in 2014
onderzoeker bij het KcNR, heeft dit model opgesteld waarin de leefbaarheid meetbaar wordt gemaakt aan
de hand van de belangrijkste factoren die bijdragen aan een leefbare omgeving. Dit model heeft centraal
gestaan bij de dataverzameling van dit onderzoek. Aan de hand van de vier topics: woonsituatie,
voorzieningen, sociale klimaat en organiserend vermogen, zijn de vragen in de enquête geformuleerd. In
figuur 1 is het model weergegeven.
Figuur 1: Onderzoeksmodel: leefbaarheidscriteria, opgedeeld in vier categorieën (Rozema, 2014).
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 13
4. Probleemanalyse In dit hoofdstuk wordt er dieper ingegaan op het onderzoeksgebied. Daarnaast worden de doelstelling van
dit onderzoek, de centrale vraag en de deelvragen weergegeven.
Aanleiding onderzoeksgebied
De Kleuven, een buurt met 184 huishoudens, is één van de buurten in Marsdijk waar MBA geen zicht heeft
op de ervaren leefbaarheid. De vragenlijst met bijbehorende tool die hiervoor ontwikkeld wordt, kan
hergebruikt worden in andere buurten in Assen. Dit onderzoek leidt dus naar een herbruikbare tool om de
leefbaarheid, in zowel de Kleuven als in andere buurten in Assen, te meten. Aan de hand van de resultaten
kan worden geconcludeerd op welke leefbaarheidsaspecten wijkverbetering kan plaatsvinden.
Doelstelling
De leefbaarheid in Marsdijk scoort dus boven het gemiddelde. Maar de vraag is echter hoe de ervaren
leefbaarheid in de Kleuven is. De samenwerkingsorganisatie MBA heeft gezamenlijk een doelstelling
opgesteld met betrekking tot het onderzoek naar de ervaren leefbaarheid in de buurt de Kleuven, gelegen in
Marsdijk. De doelstelling luidt als volgt: “De ervaren leefbaarheid in de buurt de Kleuven van Marsdijk
onderzoeken door in deze buurten een 0-meting uit te voeren. De tool die hierbij wordt toegepast dient in de
toekomst voor MBA bruikbaar te zijn bij metingen van andere wijken in Assen”.
Centrale vraag
Om het onderzoek af te bakenen is er samen met de interne en de externe opdrachtgevers een centrale
onderzoekvraag opgesteld. Aangezien er weinig informatie beschikbaar is over de ervaren leefbaarheid in de
buurt de Kleuven van Marsdijk, wordt hier onderzoek naar gedaan. De centrale vraag bestaat uit twee
vragen. Eerst wordt de ervaren leefbaarheid getoetst om vervolgens een advies te kunnen geven met
betrekking tot een verbeterde wijkaanpak voor MBA. De centrale onderzoekvraag luidt als volgt: “Wat is de
ervaren leefbaarheid van de bewoners die woonachtig zijn in de buurt de Kleuven van de wijk Marsdijk in
Assen en wat betekent dit voor de wijkaanpak van Mijn Buurt Assen?’’.
Deelvragen
Om een concreet antwoord te kunnen geven op de centrale vraag zijn er deelvragen opgesteld. In deze
deelvragen worden de kernbegrippen benoemd uit de centrale vraag. Door middel van de antwoorden op de
deelvragen, kan de centrale vraag beantwoord worden. Hieronder staan de deelvragen weergegeven:
1. Hoe ervaren de bewoners de leefbaarheid in de Kleuven?
2. Welke behoeftes hebben de bewoners die woonachtig zijn in de Kleuven betreffende de
leefbaarheid in hun buurt?
3. Is er tussen de Kleuven en de rest van Marsdijk een verschil te constateren ten aanzien van de
ervaren leefbaarheid?
In dit onderzoeksrapport ‘Van goed naar beter’ worden eerst de resultaten uit het onderzoek naar de
leefbaarheid in de Kleuven getoond, vervolgens worden er op basis van deze uitkomsten conclusies
getrokken over de ervaren leefbaarheid om tot slot in het advies aanbevelingen te geven aan MBA met
betrekking tot een verbeterde wijkaanpak.
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 14
Enquêtes
Deskresearch
Verzameling van data
Interview
5. Methode beschrijving Om de ervaren leefbaarheid in de Kleuven te meten, worden in dit hoofdstuk de methoden die zijn gebruikt
om het onderzoek uit te voeren weergegeven. Gedurende het onderzoek is er gebruik gemaakt van
triangulatie. Vanuit verschillende invalshoeken wordt de centrale vraag onderzocht door middel van
verschillende meetinstrumenten. In figuur 2 is een driehoek weergegeven die laat zien welke technieken in
dit onderzoek zijn toegepast. In dit hoofdstuk worden de drie meetinstrumenten met de bijbehorende
onderzoeksdoelgroep, de data-analysemethode en de dataverzameling besproken.
Figuur 2 Dataverzamelingstechnieken
5.1 Enquêtes afnemen onder de bewoners
Er is gekozen om kwantitatieve data te verzamelen met behulp van een enquête. Door het afnemen van
enquêtes onder de bewoners van de Kleuven worden de ervaringen en behoeftes gemeten betreft de
ervaren leefbaarheid. De enquête is zowel digitaal via Enalyzer, als schriftelijk ontworpen, zodat er naast een
digitale versie ook een uitgeprinte versie verspreid kon worden. Enalyzer is een betaald analyseplatform,
waarover de gemeente Assen beschikt, waarin digitale enquêtes gemaakt kunnen worden.
Aan de hand van de deelvragen zijn vragen over behoeftes en ervaringen van bewoners opgesteld zodat
deze gemeten worden. De enquête bestaat uit 23 vragen, verdeeld over stellingen en meerkeuzevragen en
tot slot de mogelijkheid om op elk aspect van de leefbaarheid in de buurt een rapportcijfer te geven. De
vragen in de enquête zijn verdeeld in categorieën die te maken hebben met leefbaarheid, namelijk:
woonomgeving, voorzieningen, binding van bewoners, veiligheid en overlast. Deze categorieën zijn
gebaseerd op de topics uit het leefbaarheidsmodel van Jannie Rozema (2014).
In de enquête is gebruik gemaakt van een 5-punts Likert schaal, die bestaat uit: helemaal mee eens, mee
eens, mee oneens, helemaal mee oneens en geen mening. De 5-Punts Likert schaal is de meest
voorkomende en overzichtelijke antwoordschaal. Psychologisch gezien zijn mensen geneigd om een neutraal
antwoord te kiezen, de 5-Punts Likert biedt deze optie niet. Het ‘dwingt’ de respondent tot een positieve of
negatieve keuze. Op deze manier wordt er een duidelijk beeld geschetst van de ervaren leefbaarheid. In de
enquête is ook rekening gehouden met de privacy van de respondenten. De privacygegevens die worden
gevraagd zijn beperkt tot postcode, leeftijd, geslacht en huishoudsamenstelling.
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 15
Hierdoor is de respondent niet te herleiden. De respondent kan er zelf voor kiezen om aan het eind van de
vragenlijst zijn of haar contactgegevens in te vullen om verder mee te werken aan het onderzoek. De
respondent wordt dan telefonisch of per mail benaderd om verder te praten over de leefbaarheid in de
buurt de Kleuven. De wijkwerkers van Marsdijk nemen dan vervolgens contact met deze respondenten voor
een afspraak.
5.1.1 Onderzoeksdoelgroep voor het afnemen van de enquête
De doelgroep van dit onderzoek bestaat uit alle bewoners van de buurt de Kleuven, boven de 18 jaar. Bij
iedere woning is een flyer, met daarin de digitale link naar de enquête, uitgedeeld. Hierdoor kreeg elk
huishouden van de Kleuven de mogelijkheid om de enquête in te vullen. De buurt de Kleuven bestaat uit 184
adressen, onderverdeeld in 2 vrijstaande woningen, 50 hoekwoningen en 133 rijwoningen. Van de woningen
zijn er 10 huurwoningen en 175 koopwoningen. De response van de RIGO-vragenlijst uit 2016 was slechts 5%
van alle huishoudens van de Kleuven. Om een representatief onderzoek uit te voeren is er gewerkt met een
streefpercentage van 20% van alle huishoudens. In aantallen zijn dit 37 huishoudens6.
5.1.2 Verloop van het afnemen van de enquêtes
Op woensdag 31 oktober is de flyer met digitale link verspreid in alle brievenbussen van de bewoners van de
Kleuven. De bewoners hebben van woensdag 31 oktober tot en met woensdag 14 november de tijd gehad
om de enquête in te vullen. Er is gekozen voor een tijdsbestek van twee weken, zodat de respondenten
genoeg tijd hadden voor het invullen van de enquête. MBA heeft aangegeven graag zichtbaar te willen zijn in
de wijk. Om die reden zijn er naast de digitale enquêtes ook schriftelijk enquêtes rondgebracht bij bewoners.
Daarnaast is hiervoor gekozen om een zo hoog mogelijke responsie te krijgen. In bijlage 2 is de schriftelijke
enquête weergegeven die op woensdag 7 november en zaterdag 10 november is rondgebracht. Om een
ludieke actie te organiseren en op te vallen in de wijk is er op die dagen een bakfiets van MBA ter
beschikking gesteld. Er werd op die dagen door de wijk gefietst met koffie, thee en wat lekkers. Daarnaast
waren er op woensdag drie wijkwerkers van Marsdijk aanwezig: Marina Boersma, Anneke Nieuwenhuis en
Ferdi Speelman, om vragen van bewoners te beantwoorden. Op zaterdag was Trienke Eisses,
projectsecretaris van MBA, aanwezig om vragen van bewoners te beantwoorden.
In bijlage 3 is de planning en tijdsindeling van het enquêteren weergegeven.
5.1.3 Het verloop van de response op het enquête-onderzoek
Gedurende het onderzoek is het verloop van het aantal respondenten dat de enquête hebben ingevuld
bijgehouden. In bijlage 4 is het verloop weergegeven. In deze bijlage is zichtbaar dat de response, nadat de
enquêtes schriftelijk zijn aangeboden, is gestegen.
In samenwerking met Giten Schoonderwoerd, analist bij de gemeente Assen, zijn deze variabelen
bijgehouden. Het uiteindelijke aantal respondenten op de enquête is 61, dit is afgerond 33% van de 184
huishoudens. Van de 61 respondenten zijn er 26 respondenten die hebben aangegeven interesse te hebben
om verder te praten over de leefbaarheid in de Kleuven. Dit is afgerond 43% van het aantal respondenten.
6 Gesprek met Giten Schoonderwoerd, analist bij de gemeente Assen, op donderdag 11 oktober 2018, Gemeentehuis Assen
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 16
5.1.4 Data-analysemethode
De tool om de gegevens te meten en te analyseren, die ontwikkeld is voor MBA, is gericht op een werkzaam
programma die voor iedere medewerker binnen MBA toe te passen is. In dit onderzoek is gekozen voor het
verwerken van de gegevens in Excel, met behulp van kruistabellen. Door middel van de kruistabellen zijn
vragen aan elkaar gekoppeld, om op die manier verbanden te creëren. Aan de hand van deze verbanden
kunnen conclusies getrokken worden en zijn verbeterpunten voor de buurt zichtbaar geworden. Voor MBA
is er een extra product ter ondersteuning opgesteld, namelijk: een handleiding om gegevens in kruistabellen
in Excel te kunnen verwerken. Tevens kan de vragenlijst met bijbehorende kruistabellen hergebruikt worden
door MBA voor nieuwe leefbaarheidsmetingen. De handleiding voor MBA is in bijlage 7 weergegeven.
5.2 Diepte-interview met de wijkagente Naast dat er enquêtes onder de bewoners van de Kleuven zijn afgenomen, is er ook op 1 november een
diepte-interview met een wijkwerker van Marsdijk gehouden. De reden hiervan is dat een wijkwerker een
andere, professionele en objectieve blik op de buurt heeft dan bewoners. De wijkwerker die voor dit
onderzoek geïnterviewd is, is de wijkagente van Marsdijk. Het interview is gehouden aan de hand van een
interviewschema. In dit interviewschema zijn de open vragen voor de wijkagente opgedeeld in categorieën.
Aan het eind van het interview heeft de wijkagente de mogelijkheid gekregen om zelf nog bepaalde zaken
toe te lichten. Hierdoor zijn vrijwel alle relevante onderwerpen aan bod gekomen tijdens het interview. Het
interviewschema en de uitwerking ervan zijn in bijlage 5 weergegeven. De specifieke vragen waarvan de
wijkagent de antwoorden op moest zoeken in het politiesysteem, zijn na afloop van het interview
beantwoord via de mail. Deze vragen hadden betrekking op het aantal meldingen van incidenten op het
gebied van criminaliteit en overlast in de buurt de Kleuven. Ook deze vragen en antwoorden zijn verwerkt in
het interviewschema en de uitwerking ervan. Het interview is, met toestemming van de wijkagente,
opgenomen en vervolgens verwerkt in een Word-bestand.
De conclusie van het interview is dat de buurt de Kleuven een rustige en veilige buurt is vergeleken met
andere delen van Assen en Marsdijk. De afgelopen jaren zijn er drie meldingen van overlast geweest. Dit
waren allemaal meldingen uit de Vlinderkleuven, deze straat grenst aan het Anne Frank Park waar vaak
jeugd zit ’s avonds. Verder gaf de wijkagente aan dat de verkeersveiligheid in de buurt geoptimaliseerd kan
worden aangezien er vaak te hard wordt gereden en er te weinig parkeervoorzieningen zijn. Ook bellen
bewoners vaak snel de politie in plaats van de wijkwerkers van de wijk. Zij weten dus niet waar zij naar toe
moeten gaan bij problemen of vragen.
5.3 Deskresearch In dit onderzoeksrapport wordt er door middel van deskresearch op twee manieren verder verdiept in de
resultaten van dit onderzoek. Ten eerste worden de resultaten van de enquêtes vergeleken met de
resultaten van de RIGO-analyses uit 2017 van MBA in de wijk Marsdijk.
Deze vergelijking is in paragraaf 6.6 en 6.7 weergegeven. Tevens worden in deze paragraven het
wijkverbeteringsplan van MBA voor Marsdijk, weergegeven in bijlage 8, toegelicht en beoordeeld op
toepasbaarheid op de buurt de Kleuven. Daarnaast zijn de resultaten van dit onderzoek vergeleken met de
resultaten van landelijke leefbaarheidsonderzoeken. Door deze cijfers met elkaar te vergelijken wordt het
onderzoek beoordeeld op validiteit.
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 17
Daarnaast zijn er uit het onderzoek aandachtpunten voor het verbeteren van de leefbare omgeving naar
voren gekomen, dit is in hoofdstuk 7 in een tabel weergegeven. De gegevens in de tabel kunnen
ondersteuning bieden bij het bepalen van een verbeterde wijkaanpak voor de Kleuven.
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 18
6. Resultaten en conclusies In dit hoofdstuk worden de resultaten uit de enquête per deelvraag toegelicht en worden deelconclusies
gegeven. Deelvraag 1 bestaat uit de ervaren leefbaarheid van bewoners, deelvraag 2 bestaat uit de
behoeftes die bewoners hebben op het gebied van leefbaarheid en in de laatste deelvraag komt het verschil
in leefbaarheid tussen de Kleuven en geheel Marsdijk aan bod. Tevens worden de enquêteresultaten in
cirkel en staafdiagrammen weergegeven in bijlage 6. Daarnaast wordt het leefbaarheidsmodel toegelicht
met daarin de gemiddelde rapportcijfers die respondenten over de leefbaarheid hebben gegeven. Tot slot
wordt de bekendheid van MBA in de Kleuven beoordeeld.
6.1 Leefbaarheidsmodel In onderstaand leefbaarheidsmodel worden de gemiddelde rapportcijfers voor de leefbaarheid in de
Kleuven, die door de respondenten zijn gegeven, weergegeven. Deze gemiddelde cijfers zijn gebaseerd op
de totaalcijfers die de respondenten hebben gegeven in de enquête op de leefbaarheidsaspecten en de
totale leefbaarheid van de buurt. De leefbaarheidsaspecten zijn in het leefbaarheidsmodel verdeeld over de
topics die Jannie Rozema (2014) heeft opgesteld voor haar leefbaarheidsmodel. De totaalcijfers zijn
weergegeven in bijlage 6, in de vraag: ‘Ik beoordeel de leefbaarheid in mijn buurt met het volgende
rapportcijfer’. Elk topic uit onderstaand model wordt met bijbehorende leefbaarheidscijfer besproken in dit
hoofdstuk. In de enquête is er geen vraag gesteld betreft het gemiddelde rapportcijfer over organiserend
vermogen in de buurt de Kleuven. Daarom wordt er in het leefbaarheidsmodel geen gemiddeld cijfer
weergegeven. In de enquête zijn er wel vragen gesteld die het organiserend vermogen in kaart brengen.
De leefbaarheid in de Kleuven staat er goed voor. Met een gemiddelde van een 7,5 scoort de buurt boven
het landelijk gemiddelde. Respondenten uit stedelijke gemeente geven de leefbare omgeving gemiddeld een
7,2. Stedelingen zijn over het algemeen minder positief over stellingen die over de sociale cohesie gaan in
hun wijk. Tegenstrijdig is dan ook dat respondenten uit stedelijke gemeenten wel positiever zijn over de
fysieke voorzieningen dan respondenten van niet-stedelijke gemeenten. Dit is ook te zien in bovenstaand
leefbaarheidsmodel gebaseerd op de buurt de Kleuven (CBS, 2016).
Om de onvoldoende in kaart te brengen wordt er ingegaan op de modus van het topic ‘Sociale klimaat’. De
modus is een 7. Dit wil zeggen dat de meeste huishoudens tevreden zijn over het sociale klimaat in de
Kleuven.
7,5 Veiligheid
& overlast
6,7
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 19
Twee respondenten hebben als rapportcijfer een twee en een vier gegeven. Dit zorgt ervoor dat het
rapportcijfer aanzienlijk daalt naar de 5,4 die in het model is weergegeven. Als deze rapportcijfers niet
worden meegenomen scoort het topic gemiddeld een 6,5.
6.2 Resultaten: Ervaren leefbaarheid in de Kleuven In deze paragraaf wordt deelvraag 1: “Hoe ervaren de bewoners de leefbaarheid in de Kleuven?” uitgewerkt.
De resultaten uit de enquête die betrekking hebben op de ervaringen van de bewoners worden beschreven.
Woonsituatie
De meerderheid van de respondenten, maar liefst 87%, heeft aangegeven dat de buurt er verzorgd en
onderhouden uitziet. Hieronder valt het onderhoud van huizen en tuinen, bestrating, verlichting en
inrichting van de straat. Slechts 13% van de respondenten is het daar niet mee eens. De leefbaarheid in de
Kleuven is volgens 71% van de respondenten niet achteruitgegaan. Het overige deel, met een fors aantal van
29%, geeft aan dat de leefbaarheid wel achteruit is gegaan.
Voorzieningen
In het winkelcentrum van Marsdijk bevinden zich alle winkelvoorzieningen. Maar liefst 98% van de
respondenten vindt dat de winkels in de wijk gemakkelijk te bereiken zijn.
Veiligheid en overlast
In de enquête heeft 67% van de respondenten aangegeven het ermee eens te zijn zich veilig te voelen in de
Kleuven. Het aantal respondenten die het met deze stelling helemaal eens is ligt op 20%. Dit is een
totaalpercentage van 87%. Het overige deel bestaat uit een verdeling: 8% is het met deze stelling oneens,
2% is het er helemaal mee oneens en 3% heeft geen mening over deze stelling. 74% van de respondenten is
het met elkaar eens dat het verstandig is om de deuren altijd op slot te hebben. Daarentegen heeft 23%
aangegeven het hiermee oneens te zijn. Het overige deel, namelijk 3%, geeft hier geen mening over. Volgens
46% van de respondenten wordt er nauwelijks overlast ervaren en 6% ervaart helemaal geen overlast.
Onder overlast valt: geluidsoverlast, overlast van rookgassen en hondenpoep. Daarentegen geeft in totaal
40% aan wel overlast te ervaren in de Kleuven. Het overige deel, namelijk 8%, geeft aan hier geen mening
over te hebben. In de enquête heeft 48% van de respondenten laten weten het ermee eens te zijn dat de
verkeersveiligheid in de Kleuven goed is. Het aantal respondenten die het met deze stelling helemaal eens is
ligt op 3%. Het overige deel bestaat uit een verdeling van 38% die het met deze stelling oneens is en 8% die
het er helemaal mee oneens is. 3% van de respondenten heeft geen mening over de stelling. Uit de
resultaten blijkt dat de meningen over deze stelling van elkaar verschillen, namelijk: 51% is het ermee eens
en 46% is het ermee oneens.
Meer dan de helft, namelijk 70%, geeft aan het ermee eens te zijn dat kinderen in de Kleuven veilig kunnen
spelen. Het overige deel is onderverdeeld in: 23% die het met deze stelling oneens is, 2% die het helemaal
oneens is en 5% geeft hier geen mening over. Meer dan de helft, namelijk 64%, van de respondenten heeft
aangegeven dat er geen sprake is van criminaliteit. Het aantal respondenten die wel vinden dat er sprake is
van criminaliteit in de Kleuven ligt op 10%. Het overige deel, namelijk 26%, geeft geen mening over de
criminaliteit in de buurt.
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 20
Sociale klimaat
Van de respondenten heeft 86% contact met medebewoners in de buurt. Daarentegen heeft 12% geen
contact met medebewoners en slechts 2% heeft geen mening over het contact met medebewoners. 72%
van de respondenten is het eens met de stelling dat bewoners in de buurt voor elkaar klaar staan, 8% is het
daarmee oneens. De overgebleven 18% van de respondenten antwoordt met ‘geen mening’.
Op de vraag of bewoners plezierig met elkaar omgaan, ongeacht herkomst, overtuigingen of leefstijl heeft
18% geen mening gegeven. 79% van de respondenten is het eens met de stelling en 3% is het oneens.
Organiserend vermogen
Op de vraag of er activiteiten in de buurt worden georganiseerd heeft 49% van de respondenten
aangegeven dat er één keer per jaar een activiteit plaatsvindt. 12% zegt één keer per halfjaar een activiteit
te hebben en 2% antwoord met één keer per maand. De overige 37% van de respondenten heeft
aangegeven dat er geen activiteiten in de buurt hebben plaatsgevonden. Voorbeelden van activiteiten die
georganiseerd worden zijn in veel gevallen een buurtbarbecue, het festival van Marsdijk genaamd SWAMP,
sport- en spel dagen en nieuwjaarsborrels.
De respondenten die hebben aangegeven dat er wel activiteiten in de Kleuven georganiseerd worden, doet
38% nooit mee aan de activiteiten, 49% doet één keer per jaar mee aan een activiteit, 11% doet één keer per
half jaar mee en 2% doet één keer per maand mee.
6.3 Conclusie ervaren leefbaarheid In dit hoofdstuk wordt niet specifiek ingegaan op percentages die uit het enquête onderzoek naar voren zijn
gekomen, maar wordt op basis van de percentages uit het vorige hoofdstuk puntsgewijs een conclusie
getrokken over de ervaren leefbaarheid van de respondenten in de Kleuven. Op deze manier wordt
inzichtelijk hoe respondenten de buurt beoordelen en wat de aandachtspunten zijn in de wijk, zowel op de
sociale als fysieke leefomgeving.
Woonsituatie en voorzieningen
De ervaren woonomgeving wordt goed beoordeeld. Een interessante uitkomst is het percentage van 29%
dat aangeeft dat de wijk wel achteruit is gegaan. In de enquête is niet naar voren gekomen op welke
aspecten respondenten vinden dat de wijk achteruit is gegaan. De geografische ligging van de Kleuven wordt
zeer goed gewaardeerd, de Kleuven ligt nabij voorzieningen en deze zijn goed bereikbaarheid volgens de
respondenten. Als rapportcijfer krijgt het topic ‘Woonomgeving’ gemiddeld een 7,8.
Veiligheid en overlast
Het topic ‘Veiligheid en overlast’ scoort gemiddeld een ruimvoldoende, namelijk een 6.7, uit de gegeven
rapportcijfers van de respondenten. De meerderheid voelt zich veilig in de Kleuven en er is weinig sprake
van criminaliteit en overlast. Daarentegen zijn er wel verschillen in uitspraken over de veiligheid betreft
verkeersveiligheid en vervuiling op speelplekken voor kinderen. Respondenten zien hier graag verbetering
in.
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 21
Sociale klimaat
Respondenten in de Kleuven ervaren sociale cohesie in de buurt. Medebewoners hebben contact met
elkaar en staan voor elkaar klaar. Daarnaast geeft een ruime meerderheid aan dat er geen discriminatie is in
de buurt en dat bewoners van verschillende overtuigingen of leefstijl prettig met elkaar omgaan. Opvallend
is dan ook het gemiddelde rapportcijfer, van een 5,4, dat de respondenten geven op het topic ‘Sociale
klimaat’. De manier waarop de vraag is opgevat kan een reden zijn van de uiteenlopende resultaten. Voor de
ene respondent kan een korte groet gezien worden als contact en een ander ziet bij elkaar op de koffie
komen of burenhulp als contact.
Daarnaast is uit landelijk onderzoek van het CBS (2016) gebleken dat stedelingen het sociale klimaat vaak
laag beoordelen. Vergeleken met het landelijk onderzoek is het cijfer 5,4 dus wel realistisch en valide.
Organiserend vermogen
Er is geen gemiddeld rapportcijfer gegeven op het topic ‘Organiserend vermogen’. De vragen die in de
enquête zijn opgenomen geven wel een duidelijk beeld van het aantal mensen die bekend zijn met de
buurtactiviteiten die in de Kleuven georganiseerd worden. In totaal heeft 63% van de respondenten
aangegeven dat er maximaal 1 keer per jaar een buurtactiviteit georganiseerd wordt. Van de respondenten
die hebben aangegeven dat er buurtactiviteiten georganiseerd worden doet 58% van de respondenten
daadwerkelijk mee.
6.4 Resultaten: Behoeftes van bewoners van de Kleuven In deze paragraaf wordt deelvraag 2: “Welke behoeftes hebben de bewoners die woonachtig zijn in de
Kleuven betreffende hun buurt? ”uitgewerkt. De resultaten uit de enquête die betrekking hebben op de
behoeftes van de bewoners, worden weergegeven.
Woonsituatie
Op de vraag welke aspecten in de buurt verbeterd kunnen worden waren meerdere antwoorden mogelijk.
Groenvoorzieningen werd door 27 respondenten geantwoord. Hiermee was dit de meest gekozen optie
onder de respondenten. Daarnaast werden ook veiligheid, speelvoorzieningen en vervuiling door 13 of meer
respondenten gekozen. Bereikbaarheid en de kwaliteit van woningen werden beide slechts 1 keer
geselecteerd. Naast de antwoordopties was er bij deze vraag de mogelijkheid om een open antwoord te
geven. Bij deze optie werd de parkeergelegenheid, het maaibeleid, het aantal bomen, het blad van de
bomen en de hoogte van de bomen in de buurt benoemd.
Voorzieningen
Vervolgens werd er gevraagd welke voorzieningen respondenten graag meer zouden willen zien in hun
buurt, ook op deze vraag waren meerdere antwoorden mogelijk. Bij deze vraag werd er 16 keer of vaker
gekozen voor de antwoordopties: picknickbanken, prullenbakken, hangplek voor jongeren en sportveldjes.
De minst gekozen optie was buurtmoestuinen, hiervoor kozen slechts 3 respondenten.
Resultaten die uit de open antwoordoptie kwamen waren: meer parkeerplekken, verandering in het
maaibeleid en het groenonderhoud van de gemeente. Verder werden de volgende voorzieningen genoemd:
een bibliotheek, fitnessruimte en openbare brievenbussen.
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 22
Veiligheid en overlast
Op de vraag waar bewoners graag veranderingen in zouden zien in de buurt, kwam te hard rijden, fout
parkeren, overlast van hondenpoep en overlast van geluid (van jeugd) naar voren. 7% van de respondenten
ervaart overlast van verslavingsproblematiek in de buurt en 2% heeft overlast van openbaar dronkenschap.
Slechts 5% van de respondenten vindt dat er op het gebied van veiligheid op straat verbetering nodig is.
Daarnaast kon er bij deze vraag ook gekozen worden voor een open antwoord. Zo geven respondenten aan
last te hebben van parkeergedrag van auto’s in de buurt en van drugsgebruik in het Anne Frank Park.
Sociale klimaat
Op de vraag of bewoners behoefte hebben aan meer contact met mensen heeft 65% van de respondenten
ingevuld geen behoefte te hebben aan meer contact met mensen, 10% geeft aan dit wel te hebben. 18% van
de respondenten heeft hier geen mening over gegeven. 49% van de respondenten heeft aangeven bereid te
zijn om zich actief in te zetten voor hun buurt. Het overige deel heeft aangegeven hier geen belang bij te
hebben.
Organiserend vermogen
Over het topic Organiserend vermogen zijn er bij deze deelvraag geen vragen gesteld.
6.5 Conclusie behoeftes van de bewoners Er wordt een conclusie gegeven over de behoeftes van bewoners in de Kleuven. Op deze manier wordt
inzichtelijk hoe de respondenten de buurt beoordelen en wat voor aandachtspunten er zijn in de wijk, zowel
op de sociale als fysieke leefomgeving.
Woonsituatie
Uit de vraag welke aspecten respondenten graag verbeterd zien in hun buurt, valt te concluderen dat er
behoefte is aan verbetering van groenvoorzieningen. Dit wordt door 27 respondenten aangegeven als
verbeterpunt.
Daarnaast geven respondenten ook aan dat er vaker gemaaid moet worden door de gemeente en dat er iets
gedaan moet worden aan het blad van de bomen en de hoogte van de bomen in de buurt. Tijdens
gesprekken met bewoners die woonachtig zijn in de Vlinderkleuven, werd duidelijk dat het vooral om de
bomen en de hoogte van het gras gaat in het Anne Frank Park, gelegen voor de Vlinderkleuven. Ook
vervuiling wordt benoemd als verbeterpunt. Er ligt hondenpoep op straat en er is vaak sprake van
glasscherven in het Anne Frank Park.
Een ander verbeterpunt is de parkeergelegenheid in de buurt. Respondenten geven aan dat er te weinig
parkeervoorzieningen zijn vergeleken met het aantal auto’s in de wijk. Respondenten gaven tijdens
gesprekken aan dat sommige huishoudens drie auto’s hebben waardoor straten overvol staan en dat dit
gevaren met zich mee brengt voor de verkeersveiligheid.
Ook zijn er te weinig hangplekken voor oudere jeugd. Doordat deze er nu niet zijn is er vaak sprake van
overlast in de buurt. Daarnaast geven respondenten aan meer picknickbanken en speelplaatsen te willen
zien.
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 23
Veiligheid en overlast
De meest voorkomende behoefte bij respondenten is dat er op het gebied van te hard rijdende auto’s,
vervuiling en overlast door jeugd maatregelingen moeten komen. Dit zou een positieve invloed kunnen
hebben op het feit dat kinderen dan weer veiliger op straat kunnen spelen. Naast deze punten is
hondenpoep ook een veel voorkomende maatregel waar respondenten graag verbetering in zien. In de
Kleuven, met name op speelveldjes, staan al borden van ‘Opruimplicht’. Door de gemeente zijn er dus al
eerder maatregelingen getroffen. Het blijkt dus dat mensen zich niet aan de opruimplicht houden.
Sociale klimaat
In tegenstelling tot de ervaringen waar respondenten sociale cohesie ervaren is opmerkelijk dat slechts 10%
van de respondenten aangeeft geen behoefte te hebben aan meer contact met mensen. Dit laat dit zien dat
bewoners in de buurt tevreden zijn met het huidige contact en geen behoefte hebben aan meer contact met
medebewoners in de buurt. Hier hoeft dus ook niets aan te veranderen. 49% van de respondenten wil zich
actief inzetten voor de buurt, toch heeft het overige deel van 51% hier geen behoefte aan. Dit zou iets
kunnen zeggen over gebrek aan tijd van respondenten.
Organiserend vermogen
Over het topic Organiserend vermogen zijn er bij deze deelvraag geen vragen gesteld. Daarom kan er ook
geen conclusie over getrokken worden.
6.6 Verschil tussen de leefbaarheid in Marsdijk en de Kleuven In deze paragraaf wordt deelvraag 3 uitgewerkt: ‘’Is er tussen de Kleuven en de rest van Marsdijk een verschil
te constateren?’’.
MBA heeft aangegeven onvoldoende zicht te hebben op de leefbare omgeving in Marsdijk en wenst daarom
extra inzet op het gebied van onderzoek in de wijk Marsdijk, om hier een beter beeld van te krijgen. Aan de
hand van dit onderzoeksrapport ´Van goed naar beter´ is de leefbaarheid in de Kleuven in kaart gebracht. In
2017 heeft de gemeente Assen een RIGO-wijkanalyse uitgevoerd. De wijkanalyse is gebaseerd op de gehele
wijk Marsdijk. In deze deelvraag wordt de leefbaarheid in Marsdijk vergeleken met de leefbaarheid in de
Kleuven. Op deze manier kunnen de focusgebieden worden vergeleken en wordt duidelijk of de Kleuven één
van de focusgebieden is. Tevens kan de opzet van dit onderzoek gebruikt worden om in andere buurten van
Marsdijk de leefbaarheid te meten.
Uit de wijk-analyse is gebleken dat de wijk Marsdijk goed tot zeer goed scoort op de leefbare omgeving,
namelijk een 7,1. In figuur 3 is te zien dat de leefbaarheid met betrekking tot de sociale index, in 2017
achteruit is gegaan ten opzichte van 2014. In 2014 zijn de twee aandachtspunten in de wijk: ‘familiariteit en
discriminatie’’. In 2017 is hier het aandachtpunt ‘sociaal cultureel’ bij gekomen. Dit zijn onderdelen die uit
het onderzoek een onvoldoende scoren.
Met een cijfer van een 5,2 scoort het topic discriminatie een onvoldoende. Dit betekend dat dit topic een
verbeterpunt is voor de gehele wijk Marsdijk. Ten opzichte van 2014 is het topic sociaal cultureel gedaald
van een 6,8 naar een 5,8. Dit is vooral te wijten aan de afname van het aantal bewoners dat deelneemt aan
groepsactiviteiten en het aantal bewoners dat zich actief wil inzetten voor de wijk.
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 24
Er zijn daarnaast veel respondenten die aan hebben gegeven dat zij minder dan één keer per week contact
hebben met buren, vrienden of familie (Werkdocument MBA, 2018).
In de RIGO-wijkanalyse zijn andere termen van topics gebruikt dan in dit onderzoeksrapport ‘Van goed naar
beter’. Zo wordt er in de RIGO-wijkanalyse gesproken over veiligheid, dit onderdeel komt overeen met het
topic ‘Veiligheid en overlast’ en sociaal cultureel komt overeen met het topic ‘Sociale klimaat’ uit het huidige
onderzoek (Werkdocument MBA, 2018). De cijfers uit de RIGO-analyse van 2017 worden in hetzelfde
leefbaarheidsmodel van Jannie Rozema (2014) weergegeven om verschillen te constateren. Daarom is er
gewerkt met dezelfde terminologieën. Het topic dat wel in de RIGO-wijkanalyse is opgenomen, maar niet in
het leefbaarheidsonderzoek van de Kleuven, is ‘Familiariteit’. Daarom wordt dit topic niet meegenomen in
het te constateren verschil. In de leefbaarheidsmodellen, weergegeven in figuur 4 en 5, zijn de gemiddelde
leefbaarheidscijfers weergegeven van de wijk Marsdijk en de buurt de Kleuven.
Figuur 3 Wijkanalyse Marsdijk, (Werkdocument MBA, 2018)
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 25
Voorzieningen
7,1
Organiserend vermogen
8,2
Sociale klimaat
5,8
Woonsituatie
7,1
In Marsdijk is het sociale klimaat een aandachtpunt van de wijk. In figuur 4 en 5 zijn opmerkelijke resultaten
te zien. Zowel de respondenten van Marsdijk als de respondenten van de Kleuven geven een lage score aan
het topic ‘Sociale klimaat’. Het topic ‘Veiligheid en overlast’ in de Kleuven is lager beoordeeld dan in
Marsdijk, maar scoort wel ruim voldoende. Hieruit kan worden opgemerkt dat de aandachtspunten in de
Kleuven: het sociale klimaat en veiligheid en overlast, verbeterd kunnen worden volgens de respondenten.
6.7 Conclusie Kleuven versus Marsdijk De verschillen tussen de leefbaarheid in de Kleuven en de wijk Marsdijk zijn nihil. De meest opvallende
overeenkomsten worden in deze paragraaf toegelicht. Tevens wordt in deze paragraaf gekeken of het
wijkverbeteringsplan van MBA voor Marsdijk ook voor de Kleuven toepasbaar is.
Het topic ‘Woonsituatie’ scoort bij beide onderzoeken goed. Hieruit kan geconcludeerd worden dat
respondenten in de wijk Marsdijk, waaronder de Kleuven, tevreden zijn over de huidige woonsituatie. De
veiligheid in de Kleuven wordt wel minder goed beoordeeld. Dit komt doorat er veel afval in het Anne Frank
Park ligt, dit brengt dit de veiligheid in gevaar van kinderen die in het park spelen. In het interview met de
wijkagente kwam naar voren dat de Kleuven een veilige buurt is in vergelijking met de rest van Marsdijk. Er
zijn slechts drie meldingen geweest de afgelopen jaren en er is geen sprake van een probleembuurt. In de
rest van Marsdijk zijn wel probleembuurten waar meldingen zijn over burenruzies, overlast of criminaliteit.
Dit is in de Kleuven niet het geval.
Enkele respondenten uit de Kleuven hebben persoonlijk toegelicht het jammer te vinden dat het SWAMP-
festival 2019 van Marsdijk onder vuur ligt. Hieruit kan worden opgemaakt dat respondenten van de Kleuven
wel behoefte hebben aan buurtactiviteiten. Ook zorgt dit voor binding tussen de Kleuven en de rest van
Marsdijk. Daarnaast geeft het percentage van 49% van de respondenten die bereid zijn om zich actief in te
zetten voor de buurt, een kans voor de organisatie van het festival waarop zij kunnen inspelen. Uit de
resultaten kan geconcludeerd worden dat de Kleuven niet één van de focusgebieden is waar de leefbaarheid
onder de maten scoort. De leefbaarheid scoort voldoende met een gemiddelde van een 7,5.
Figuur 4 Marsdijk, (Werkdocument MBA, 2018) Figuur 5 de Kleuven (Onderzoek studenten Hanzehogeschool,2018)
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 26
Daarnaast is er gekeken of de wijkverbeteringsplannen van MBA voor Marsdijk ook toepasbaar zijn op de
buurt de Kleuven. De wijkverbeteringsplannen van MBA zijn in bijlage 8 weergegeven. Het eerste plan om
samen met bewoners aan de slag te gaan in openbare ruimtes draagt bij aan de behoefte van de bewoners
in de Kleuven. Wanneer groenvoorzieningen worden aangepakt, picknickbanken worden geplaatst en het
Anne Frank Park beter verlicht en onderhouden wordt, zal dit positieve effecten hebben op de verbetering
van de leefomgeving. Op het gebied van contactlegging met bewoners heeft 72% van de respondenten
aangegeven geen behoefte te hebben aan meer contact, daarom biedt het tweede verbeteringsplan geen
draagvlak om uit te voeren op basis van dit resultaat. De behoefte aan contact met professionals is niet
bekend evenals het topic eenzaamheid. Hier kan geen conclusie over gegeven worden of dit
verbeteringsplan aansluit bij de behoeftes van de bewoners. Het percentage van het aantal respondenten
die bekend zijn met het samenwerkingsverband van MBA, ligt op 31%. Dit is een wijkverbeteringsplan dat
ook toe te passen is in de Kleuven.
6.8 Resultaten: Samenwerkingsverband MBA In de enquête heeft 72% van de respondenten aangegeven het ermee eens te zijn dat zij voldoende
informatie verkrijgen over wat er in de Kleuven gebeurt. Het aantal respondenten die het met deze stelling
helemaal eens zijn, ligt op 5%. Dit is een totaalpercentage van 77% response die hetzelfde denken over het
verkrijgen van informatie over gebeurtenissen in de buurt. Het overige deel bestaat uit een verdeling van
11% die het met deze stelling oneens is en 2% die helemaal mee oneens is. 10% van de respondenten heeft
geen mening over deze stelling. Als er wordt gekeken naar de bekendheid van het samenwerkingsverband
Mijn Buurt Assen (MBA) is de response over deze stelling als volgt verdeeld: 31% van de respondenten kent
het samenwerkingsverband van MBA en 69% is niet bekend met het samenwerkingsverband. Van de 61
respondenten weet slechts iets meer dan de helft, namelijk 52%, waar zij terecht kunnen met vragen over
hun eigen buurt. De overige respondenten, 48%, weet niet waar zij terecht kunnen met vragen.
6.9 Conclusie bekendheid van MBA Aangezien meer dan 70% van de respondenten vindt dat zij genoeg informatie over hun buurt krijgen, is er
nog steeds door bijna een derde van de respondenten behoefte aan het verkrijgen van meer informatie.
Daarnaast is 31% van de respondenten bekend met MBA, dit is al een groot gedeelte maar dit betekent wel
dat meer dan de helft van de respondenten nog bekendheid moet krijgen van MBA. Dit is logisch aangezien
MBA nog niet actief geweest is in Marsdijk. Toch weet 52% waar zij terecht kunnen met vragen over hun
buurt. Dit is opvallend aangezien meer dan 20% van deze respondenten niet bekend is met MBA. De
wijkwerkers van Vaart Welzijn vallen onder het samenwerkingsverband van MBA, waarschijnlijk hebben de
respondenten geen idee dat dit met elkaar in verbinding staat. Daarnaast kan het ook zo zijn dat de
respondenten toch onbewust naar de verkeerde partij stappen wanneer zij moeilijkheden of vragen over
hun buurt hebben.
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 27
7. Conclusie leefbaarheid de Kleuven Het doel van het onderzoek is om een beeld te krijgen van de ervaren leefbaarheid in de buurt de Kleuven.
Nu alle deelvragen zijn uitgewerkt, kan antwoord worden gegeven op de centrale vraag van dit onderzoek.
De centrale vraag, die voor dit onderzoek opgesteld is, luidt als volgt: ‘’Wat is de ervaren leefbaarheid van de
bewoners die woonachtig zijn in de, de Kleuven, gelegen in de wijk Marsdijk in Assen en wat betekent dit voor
de wijkaanpak van Mijn Buurt Assen?”.
In de tabel hieronder zijn de aandachtspunten voor de buurt de Kleuven weergegeven. Deze
aandachtpunten zijn gebaseerd op de resultaten van het onderzoek en bieden draagvlak voor een
verbeterde wijkaanpak voor MBA.
Aandachtpunten de Kleuven
- Lage sociale samenhang en betrokkenheid bij woonomgeving
- Verbetering aan groenvoorziening
- Parkeervoorzieningen - Nieuwe bewonersinitiatieven (o.a. voor het SWAMP-festival)
- Verkeersveiligheid
- Bekendheid MBA vergroten
- Anne Frank Park leefbaarder maken (verlichting aanbrengen en prullenbakken plaatsen)
- Extra voorzieningen aanbrengen (picknickbanken en prullenbakken)
Uit de resultaten van het veldonderzoek is gebleken dat respondenten vinden dat de buurt de Kleuven er
verzorgd en onderhouden uit ziet en dat de buurt qua leefbaarheid niet achteruit is gegaan. Toch is 13% van
de respondenten nog wel ontevreden over het onderhoud van de buurt en vindt 29% dat de leefbaarheid in
de buurt achteruit is gegaan. Waar deze ontevredenheid door komt zou mogelijk met een vervolgonderzoek
achterhaald moeten worden. Uit de resultaten van dit onderzoek kan hierover nog geen conclusie worden
getrokken. Ook scoort het topic ‘Sociale klimaat’ een onvoldoende. Wat hier een oorzaak van kan zijn, is dat
de respondenten geen behoefte hebben aan meer contact met mensen, maar aan beter contact. Wat hier
precies de oorzaak van is zou ook met nader onderzoek uitgezocht kunnen worden. Wel komt de
onvoldoende overeen met het landelijk onderzoek van CBS (2016). Hierin wordt duidelijk dat stedelingen het
Sociale Klimaat gemiddeld laag beoordelen vergeleken met niet-stedelingen. Daarnaast worden er volgens
de respondenten niet veel activiteiten in de buurt georganiseerd en is de participatie aan deze activiteiten
laag. Uit resultaten is gebleken dat het SWAMP-festival van Marsdijk wel populair is bij de bewoners.
Veel respondenten geven aan dat er iets gedaan moet worden aan het maaibeleid van de gemeente.
Daarnaast hebben respondenten last van bladeren, de hoeveelheid bomen en de hoogte van de bomen in
het Anne Frank Park. Hieruit blijkt dat onderhoud van groenvoorzieningen een belangrijk aandachtspunt is
voor de Kleuven.
Daarnaast is uit de resultaten gebleken dat respondenten belang hebben bij onder andere meer
hangplekken voor oudere jeugd. Dit zal er naar verwachting ook voor zorgen dat de overlast van jeugd
verminderd wordt.
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 28
Over de veiligheid in het algemeen in de Kleuven zijn zowel de wijkagente als de respondenten tevreden. De
verkeersveiligheid is volgens de respondenten en de wijkagente daarentegen wel een belangrijk
aandachtspunt voor de buurt. Auto’s rijden te hard en er zijn te weinig parkeervoorzieningen. Dit zorgt
ervoor dat kinderen niet altijd veilig kunnen spelen op straat. Ook kunnen kinderen niet altijd veilig spelen in
het Anne Frank Park aangezien daar vaak glasscherven, hondenpoep of ander afval ligt. Bovendien is er ’s
avonds geen licht in het park. Uit deze gegevens blijkt dat respondenten ontevreden zijn over de inrichting
van de buurt.
Van de respondenten is bijna één derde bekend met het samenwerkingsverband van MBA. MBA heeft een
top vier gemaakt van punten van wijkverbeteringsplannen, ook wel wijkaanpak genoemd, in heel Marsdijk.
Deze wijkaanpak is niet geheel toepasbaar op de Kleuven aangezien de Kleuven er op sommige punten beter
voor staat of dat de onderwerpen uit de verbeteringsplannen niet aan bod zijn gekomen tijdens dit
onderzoek. Wel is het genereren van bekendheid van MBA een punt dat geldt voor zowel heel Marsdijk als
de buurt de Kleuven.
Uiteindelijk blijkt uit de gemiddelde rapportcijfers die de respondenten aan de leefbaarheid in de buurt
geven, dat ze tevreden zijn over de woonsituatie en voorzieningen in de buurt. De veiligheid en overlast
kunnen verbeterd worden en voornamelijk het sociale klimaat heeft nog aandacht nodig.
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 29
8. Discussie In dit hoofdstuk worden de inhoud, de resultaten en het onderzoeksproces geëvalueerd. De verwachtingen
en de beperkingen van dit onderzoek worden besproken. In dit hoofdstuk worden tevens
verbeteringspunten weergegeven om de tool in de toekomst bruikbaar te maken voor metingen in andere
wijken in Assen. Tot slot worden er suggesties gegeven voor mogelijke vervolgonderzoeken.
8.1 Verwachtingen en beperkingen van het onderzoek
In deze paragraaf worden de verwachtingen en beperkingen van het onderzoek behandeld. Naar aanleiding
van het uitgevoerde vooronderzoek bleek dat Marsdijk er goed voor staat aangezien de wijk gemiddeld een
7 als rapportcijfer krijgt. Dit cijfer is gebaseerd op basis van de resultaten uit de RIGO-analyse (2017) van
Mijn Buurt Assen. Het gemiddelde rapportcijfer van de leefbaarheid in de buurt de Kleuven is een 7,5. De
verwachting komt dus overeen met het uiteindelijke resultaat. Toch zijn er wel verschillen tussen Marsdijk
en de buurt de Kleuven, deze verschillen zijn terug te vinden in paragraaf 6.4 van dit onderzoeksrapport.
Uit de resultaten is gebleken het percentage respondenten waarbij MBA bekend is laag is, namelijk 31%. De
wijkwerkers van MBA gaven aan al erg tevreden te zijn met dit resultaat. Zij hadden een lager percentage
verwacht. Ook werd er verwacht dat het aantal respondenten dat actief betrokken wilde zijn bij de buurt
laag zou zijn, dat dit op 49% uit kwam was, vond het onderzoeksteam, verrassend hoog. Ook het aantal
bewoners die, tijdens het bezoek aan de wijk op 7 en 10 november, bereid was om mee te werken aan het
onderzoek door een schriftelijke enquête in te vullen was hoger dan verwacht. Het uiteindelijke aantal
respondenten van 61 lag hoger dan het vooraf opgestelde doel voor een representatief onderzoek. Het doel
voor een representatief aantal respondenten was namelijk 37. Dit is 20% van het totale aantal inwoners van
de Kleuven.
8.2 Herbruikbare tool Het doel van de tool aan het begin van het onderzoek was dat de tool voor MBA bruikbaar is voor her-
metingen betreft de leefbaarheid in andere buurten in Assen. Tijdens het maken van de vragenlijst is hier
rekening mee gehouden en in de vragen staat de buurtnaam ‘’De Kleuven’’, dan ook niet. Daarnaast zijn er
geen specifieke vragen over de buurt gesteld, maar alleen algemene vragen over de leefbaarheid in een
buurt. Hierdoor kan MBA de tool gebruiken voor andere buurten. Toch zijn er een aantal vragen die
verbetert kunnen worden. Op de vragen ‘’De volgende voorzieningen zou ik graag meer zien in mijn buurt’’,
‘’De volgende aspecten kunnen verbeterd worden in mijn buurt’’ en ‘’Op deze terreinen mag naar mijn
mening iets veranderen’’, was er de mogelijkheid om een open antwoord in te vullen. Hierdoor werd
er vaak bij de open antwoorden regelmatig hetzelfde ingevuld. Bij alle drie de vragen werd bij de
open antwoorden ‘’groenvoorzieningen’’ ingevuld, hierdoor is er geen valide beeld van hoeveel
respondenten in totaal groenvoorzieningen veranderd willen zien. Ook zijn er in de enquête geen vragen
gesteld betreft het gemiddelde rapportcijfer over organiserend vermogen in de buurt de Kleuven. Daarom
wordt er in het leefbaarheidsmodel geen gemiddeld cijfer weergegeven. Er zijn wel vragen gesteld die het
organiserend vermogen in kaart brengen, maar dit zijn er niet veel. Om de tool te gebruiken in andere
buurten in de toekomst en om een valide beeld te krijgen van het organiserend vermogen in een buurt
zouden er meer vragen over het organiserend vermogen gesteld kunnen worden met daarbij de
mogelijkheid om ook op dit topic een rapportcijfer te geven. Op deze manier krijgen alle topics een cijfer.
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 30
8.3 Vervolgonderzoek In deze paragraaf worden suggesties voor mogelijke vervolgonderzoeken naar aanleiding van dit onderzoek
gegeven. Uit de resultaten van dit onderzoeksrapport blijkt dat er mogelijke vervolgonderzoeken nodig zijn
naar de reden dat de respondenten aangeven dat de buurt achteruit is gegaan in de afgelopen jaren.
Daarnaast kan er vervolgonderzoek gedaan worden naar de reden van de 5.4 als gemiddeld cijfer op het
topic ‘Sociale klimaat’. Aan de hand van de vragen in de enquête die bij dit topic horen wordt namelijk niet
duidelijk waar het cijfer van een 5,4 aan ligt. In het advies worden er verbeteringsvoorstellen gedaan aan
MBA met betrekking tot de wijkaanpak in de Kleuven.
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 31
9. Reflectie onderzoeksperiode Het hoofdstuk begint met een verantwoording van de zeven onderzoekstappen en de gekozen
analysetechnieken. Daarnaast wordt het contact met de werkveldpartners gedurende het onderzoek
weergegeven in dit hoofdstuk.
9.1 Verantwoording zeven onderzoekstappen en gekozen analysetechnieken De zeven onderzoekstappen worden per stap beschreven en verantwoord. Op deze manier wordt er
inzichtelijk gemaakt welke werkzaamheden bij tot welke stap behoren.
Stap 1 probleemanalyse:
De probleemanalyse is in dit rapport in hoofdstuk 4 beschreven. In de probleemanalyse zijn het
onderzoeksgebied, de doelstelling, de centrale vraag en de deelvragen van het onderzoek weergegeven. Het
onderzoeksgebied is de buurt de Kleuven in Marsdijk. Eerst bestond het onderzoeksgebied uit vier buurten
met 700 huishoudens, deze is afgebakend tot één buurt met 185 huishoudens aangezien 700 huishoudens
tijd-technisch niet haalbaar was. Het onderzoeksgebied is laten in het onderzoek verkleint, wanneer er
eerder gekozen zou zijn voor het kleinere gebied zou dit veel tijd en stress hebben gescheeld. De doelstelling
is opgesteld aan de hand van de doelstelling van MBA. MBA wil namelijk weten of er een verbeterde
wijkaanpak plaats moet vinden in de buurt de Kleuven. Aan de hand van de doelstelling is de centrale vraag
opgesteld. Aangezien MBA graag de ervaren leefbaarheid wil weten van de Kleuven en de behoeftes van de
bewoners van de buurt, zijn deze kernbegrippen genoemd in de deelvragen.
Stap 2 onderzoeksmethode:
om het onderzoek vorm te geven is er is nagedacht over de onderzoeksmethode die in het
onderzoeksrapport ‘Van goed naar beter’ gebruikt ging worden. Er is gekozen om enquêtes af te nemen
onder de bewoners van de Kleuven. Eerst was het plan om kwalitatief onderzoek te doen met behulp van
interviews of focusgroep-bijeenkomsten. Interviews zouden tijd-technisch niet haalbaar zijn aangezien er
185 huishoudens zijn. Een focusgroep was volgens MBA niet gewenst, zij wilden liever een tool die ook in de
toekomst bruikbaar is in alle buurten van Assen. Daarnaast is er wel gekozen om één interview te houden
met een wijkwerker van de wijk Marsdijk. Op deze manier heeft het onderzoek draagvlak gekregen door
feiten vanuit de gegevens die de professional heeft verstrekt te vergelijken met de resultaten van de
enquêtes. Tijdens het opstellen van de interviewvragen en het verwerken ervan werd duidelijk dat het
afnemen van de enquêtes onder de bewoners inderdaad tijd-technisch de beste keuze was.
Stap 3 data-verzameling:
De enquête is opgesteld met het programma Enalyzer. Er is vooraf een doelstelling opgesteld aan het
percentage respondenten om zo de representativiteit van het onderzoeksrapport te waarborgen. Door
gebruikt te maken van zowel een schriftelijke als digitale enquête hebben 61 mensen meegewerkt aan het
onderzoek, dit is een response van 33%. Dit is 13% meer dan het vooraf opgestelde doel. Er werd op zo veel
mogelijk manieren geprobeerd om respondenten te werven, eerst werden er flyers met een digitale link in
de brievenbus bezorgd en vervolgens is het onderzoeksteam langs de deuren gegaan om schriftelijke
enquêtes af te nemen. Het afnemen van de schriftelijke enquêtes heeft een groot aandeel gehad aan de
hoge responsie. Toch hebben 123 huishoudens niet meegedaan aan het onderzoek. Bijna al deze
huishoudens deden niet open wanneer het onderzoeksteam langs de deur ging. De overige huishoudens
gaven aan geen belang te hebben om mee te werken aan het onderzoek.
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 32
Ook gaf een klein aantal ouderen aan dat zij geen belang hebben om mee te werken aan het onderzoek
aangezien zij de jongere bewoners de kans willen geven om een invulling te geven aan de buurt. Daarnaast
heeft 43% van het aantal respondenten contactgegevens ingevuld en daarmee bereid om zich verder in te
zetten voor het onderzoek. Eerst was er een bijeenkomst gepland met deze 43%, maar uiteindelijk hebben
slechts 2 bewoners daadwerkelijk gereageerd op de uitnodiging. Hierdoor ging de bijeenkomst niet door.
Ook hebben de bewoners aangegeven dat zij geen belang hebben bij verdere gesprekken met wijkwerkers
van Marsdijk.
Stap 4: Data-analyse:
Aangezien MBA graag een tool wilt om de leefbaarheid te meten die ook herbruikbaar is moet de tool
toegankelijk zijn voor medewerkers van MBA. Vanuit Enalyzer konden de gegevens eenvoudig in Excel
worden gezet. Vanuit MBA werd er hulp beschikbaar gesteld om in Excel kruistabellen te maken van de
gegevens en hierbij cirkeldiagrammen of staafdiagrammen op te stellen. Hierbij is door het onderzoeksteam
een handleiding opgesteld die als tool wordt opgeleverd aan MBA.
Stap 5 resultaten:
Om een duidelijk beeld te creëren van de resultaten uit de enquête, is in hoofdstuk 6 van dit
onderzoeksrapport gebruik gemaakt van percentages. Daarnaast wordt dit ondersteund door de
cirkeldiagrammen en staafdiagrammen in bijlage 6. Hierdoor worden de gegevens gevisualiseerd.
Stap 6 conclusie:
De conclusies van de deelvragen zijn in hoofdstuk 7 behandeld. De conclusies zijn afgeleid van de resultaten
in hoofdstuk 6. Deze resultaten zijn onderbouwd met redeneringen, deze zijn afkomstig van gesprekken met
bewoners tijdens het afnemen van de enquêtes en door resultaten met elkaar te vergelijken.
9.2 Reflectie op de werkwijze en het contact met MBA gedurende het onderzoek In deze paragraaf wordt beschreven op welke wijze er contact is gehouden met MBA gedurende het
onderzoek en wordt er gereflecteerd op de werkwijze van het onderzoeksteam.
Binnen het onderzoeksteam heerste een prettige samenwerking. Er werden deadlines gesteld en de leden
van het onderzoeksteam hielden zich hieraan. Daarnaast werd er wekelijks zowel op school als op het
Gemeentehuis in Assen gewerkt. Tijdens deze werkuren werd productief gewerkt. Ook al was er een
planning opgesteld voor de komende weken, van te voren was wel vaak onduidelijk hoe veel tijd er de
volgende week daadwerkelijk besteed moest worden aan het onderzoek. Al met al heerste er een fijne
werksfeer en werd er effectief gewerkt. Gedurende het onderzoek is er participatief contact met MBA
geweest. Ten alle tijden is er voor gezorgd dat MBA betrokken werd bij het onderzoek. Zo begon het
onderzoek met een Kick-off presentatie waar alle wijkwerkers bij aanwezig waren. Tijdens deze presentatie
werden het doel van het onderzoek, de centrale vraag, de deelvragen en het onderzoekontwerp
gepresenteerd. Vervolgens heeft er elke week een gesprek plaatsgevonden op het Gemeentehuis in Assen
tussen het onderzoeksteam en Trienke Eisses, de contactpersoon vanuit MBA. Tijdens deze afspraken werd
de voortgang van het onderzoek en de to-do-list besproken. Ook gaf zij sturing aan het onderzoek vanuit de
gedachtegang van MBA. Hierdoor werd ervoor gezorgd dat het onderzoek gehouden werd zoals MBA het
graag zou zien. Het onderzoeksteam hield de regie door aan te geven wat wel of niet tijd-technisch haalbaar
was. Daarnaast waren op 7 november en 10 november, toen het onderzoeksteam de buurt in ging om
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 33
enquêtes af te nemen, ook een aantal wijkwerkers van Marsdijk aanwezig om het onderzoeksteam te
ondersteunen. Tevens was dit een effectief moment voor hen om contact te leggen met buurtbewoners. Op
donderdag 22 november heeft er een bijeenkomst met de wijkwerkers van Marsdijk plaatsgevonden. Hierbij
werden de resultaten uit de enquêtes gepresenteerd. Uiteindelijk zal op donderdag 24 januari een
eindpresentatie voor alle wijkwerkers plaatsvinden waarbij de aanbevelingen en het advies gepresenteerd
worden.
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 34
Referenties CBS. (2016). Stedelingen geven leefbaarheid buurt lager cijfer. Geraadpleegd op 4 december 2018 via,
https://www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2016/09/stedelingen-geven-leefbaarheid-buurt-lager-cijfer
Enalyzer. (2018). Mogelijkheden. Geraadpleegd op 19 november 2018, via
https://www.enalyzer.com/nl/features/
Encyclo. (2018). Begrip participatief. Geraadpleegd op 19 november 2018 via,
https://www.encyclo.nl/begrip/participatief%20leiderschap
Ensie, (z.j.). Wat is de betekenis van sociale cohesie? Geraadpleegd op 22 november 2018 van
https://www.ensie.nl/betekenis/sociale-cohesie
Gemeente Assen. (2014). Wijkanalyse. Geraadpleegd op 17 september 2018 van
https://www.nieuwsinassen.nl/documenten/wijkanalyse.pdf
Onderzoekdoen.nl (2018). Enquête onderzoek. Geraadpleegd op15 november 2018 via
www.onderzoekdoen.nl/enquete-onderzoek/likert-schaal/
RIGO. (2018).RIGO Research en Advies, Woon-werk-leefomgeving. Geraadpleegd op 19 november 2018 via,
https://www.rigo.nl/
Scribbr. (2018). Kwalitatief vs kwantitatief onderzoek. Geraadpleegd op 15 november 2018 via,
https://www.scribbr.nl/onderzoeksmethoden/kwalitatief-vs-kwantitatief-onderzoek/
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 35
Bijlagen
Bijlage 1: Stakeholders
Tijdens het onderzoek moet er rekening worden gehouden met de verschillende meningen en wensen van de stakeholders. Hieronder zijn de stakeholders van dit onderzoek weergegeven. In de stakeholdermatrix is te zien welke impact en invloed de betrokken partijen hebben in het onderzoek. Vervolgens wordt er een toelichting gegeven waarom deze stakeholders op deze manier zijn ingedeeld in de matrix.
Mijn Buurt Assen Stichting MBA is één van de belangrijkste stakeholders in dit onderzoek. Het onderzoek wordt uitgevoerd in opdracht van deze partij. Het is daarom van belang dat er nauw contact plaats vindt met de gemeente Assen, woningcorporatie Actium en Vaart Welzijn. Om tot een gezamenlijk onderzoeksresultaat te komen worden deze stakeholders participatief betrokken bij alle processen gedurende het onderzoek. Het doel is om een verbeteringsvoorstel voor te leggen aan MBA met betrekking tot de leefbaarheid en de wijkaanpak in de Kleuven. MBA heeft daarom hoge impact en invloed gedurende dit onderzoek. Buurtbewoners De ervaringen en behoeftes met betrekking tot de leefbaarheid van de bewoners van de Kleuven staan centraal in dit onderzoek. Om een buurt als goed leefbaar te beschouwen moeten de wensen en behoeftes van de bewoners namelijk aansluiten bij de woonomgeving. Deze wensen en behoeftes worden in beeld gebracht door de bewoners van de Kleuven een enquête in te laten vullen. Met de resultaten van de enquête wordt duidelijk wat er goed gaat in de buurt en wat de verbeterpunten zijn.
Wijkvereniging de Dissel Wijkvereniging de Dissel is een wijkvereniging in de wijk Marsdijk, waar bewoners samenkomen en ervaringen delen. De wijkvereniging zet zich in om de wijk gezellig, leefbaar en veilig te maken. De Dissel is tevens de werklocatie van de wijkwerkers van Vaart Welzijn. De wijkvereniging is een ontmoetingsplek om informatie te verzamelen en met wijkwerkers te praten over de actuele ontwikkelingen in de wijk die kunnen bijdragen aan het onderzoek.
Wijkwerkers De wijkwerkers van Vaartwelzijn en ook de wijkagent zijn stakeholders gedurende het onderzoek. Deze professionals kijken met een ander perspectief naar de leefbaarheid in de wijk. Door middel van een diepte-interview, met Frieda de Groot, wijkagent in Marsdijk en gesprekken met de wijkwerkers worden deze stakeholder betrokken in het onderzoek.
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 36
Voor de wijkwerkers is dit onderzoek van belang aangezien de resultaten hiervan meegenomen kunnen worden in de wijkaanpak, om de leefbaarheid in de wijk te verbeteren.
Kenniscentrum NoorderRuimte De interne opdrachtgever, Jannie Rozema, is ook nauw betrokken bij dit onderzoek en daarom een belangrijke stakeholder. Jannie Rozema vertegenwoordigt Kenniscentrum Noorder Ruimte (KcNR). Het doel is om gezamenlijk een theoretisch-inhoudelijk en methodologisch onderbouwd leefbaarheidsonderzoek aan te leveren. KcNR heeft baat bij de onderzoeksresultaten die uit het onderzoek voortvloeien, waardoor nieuwe kennis over leefbaarheid en leefbaarheidsaanpakken in wijken en buurten voor het KcNR kan ontstaan.
Opleiding Vastgoed en Makelaardij De Hanzehogeschool is ook een secundaire stakeholder aangezien de opleiding Vastgoed en Makelaardij een halfjaarlijks project voor studenten bij KcNR aanbiedt. Vanuit de opleiding is Joke Terlaak-Poot de aangewezen projectcoach die gedurende halfjaar ondersteuning biedt in het onderzoeksproces. De opleiding Vastgoed en Makelaardij heeft behalve de coaching, weinig invloed op het onderzoek. De onderzoekers van het onderzoeksteam zijn namelijk ambassadeurs van de opleiding en de opleiding wil vaker stagiairs of onderzoekers onderbrengen bij MBA. Daarom is het van belang dat het onderzoeksteam zich professioneel en respectvol opstelt tegenover MBA.
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 37
Bijlage 2: Schriftelijke enquête
Hartelijk bedankt voor het invullen van deze vragenlijst. U kunt in deze vragenlijst aangeven wat u van uw buurt de Kleuven vindt. Wilt u de vragen zo volledig mogelijk beantwoorden? Aan het eind van de vragenlijst kunt u eventueel uw mening of ideeën verder toelichten. Wilt u verder praten over uw buurt? Laat dan uw telefoonnummer of e-mailadres achter op de vragenlijst. Wij nemen zo spoedig mogelijk contact met u op. Wij gaan zorgvuldig met uw informatie om en zorgen dat uw antwoorden anoniem verwerkt worden in ons onderzoek. Woonomgeving de Kleuven
1. Mijn buurt ziet er verzorgd en onderhouden uit. (denk aan onderhoud van huizen en tuinen, bestrating, verlichting en inrichting van de straat)
Helemaal mee eens Mee eens Mee oneens Helemaal mee
oneens Geen mening
2. De leefbaarheid in mijn buurt is in de afgelopen jaren achteruitgegaan.
(leefbaarheid is de mate waarin een omgeving aansluit bij de behoefte van de mensen die daarin wonen en werken)
Helemaal mee eens Mee eens Mee oneens Helemaal mee
oneens Geen mening
3. De volgende aspecten kunnen verbeterd worden in mijn buurt:
(meerdere antwoorden mogelijk)
Verlichting
Bestrating
Vervuiling
Kwaliteit van woningen
Groenvoorzieningen
Speelvoorzieningen
Veiligheid
Winkelvoorzieningen
Bereikbaarheid
Anders, namelijk: _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
_ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _
Wat vindt u van uw buurt?
‘
’Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 38
Voorzieningen
4. De winkels in Marsdijk zijn vanuit mijn buurt gemakkelijk te bereiken.
Helemaal mee eens Mee eens Mee oneens Helemaal mee oneens Geen mening
5. De volgende voorzieningen zou ik graag (meer) willen zien in mijn buurt:
(meerdere antwoorden mogelijk)
Speelplekken
Hondenuitlaatplekken
Prullenbakken
Sportveldje voor voetbal, basketbal of fitness
Picknickbanken Binding tussen bewoners
Hangplekken voor oudere jeugd
Buurtwandelpad
Groenvoorzieningen
Ontmoetingsplekken
Anders, namelijk: _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
_ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _
6. In hoeverre bent u het eens met de volgende stellingen?
Helemaal mee eens
Mee eens Mee
oneens Helemaal
mee oneens Geen mening
ik heb contact met medebewoners in mijn buurt.
Ik heb behoefte aan meer contact met mensen.
Bewoners in mijn buurt staan voor elkaar klaar.
In mijn buurt gaan bewoners plezierig met elkaar om, ongeacht hun herkomst, overtuigingen of leefstijl.
7. In mijn buurt worden activiteiten georganiseerd. (denk aan een buurtbarbecue, opruimactie of burendag) Nee 1 keer per jaar 1 keer per half jaar 1 keer per maand Vaker, namelijk:
_ _ _ _ _ _ _ _ _ _
Heeft u bij de vorige vraag “nee” ingevuld? Ga dan door naar vraag 10.
8. De activiteiten die in mijn buurt georganiseerd worden zijn:
(meerdere antwoorden mogelijk)
Buurtbarbecues
Nieuwjaarsactiviteiten
Burendagen
Sport en speldagen
Opruimacties
Anders, namelijk: _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
_ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _
9. Ik doe mee aan activiteiten in mijn buurt.
Nee 1 keer per jaar 1 keer per half jaar 1 keer per maand Vaker, namelijk:
_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 10. Ik ben bereid mij actief in te zetten voor mijn buurt.
(denk aan buren helpen, activiteiten organiseren of buurt opruimen) Ja Nee
Veiligheid en overlast
11. In hoeverre bent u het eens met de volgende stellingen:
Helemaal mee eens
Mee eens Mee
oneens Helemaal
mee oneens Geen mening
ik voel mij veilig in mijn buurt. (ook ’s avonds en ‘s nachts)
Het is in mijn buurt verstandig om deuren altijd op slot te hebben.
Ik ervaar overlast in mijn buurt. (denk aan overlast van geluid, rookgassen en hondenpoep)
De verkeersveiligheid in mijn buurt is goed.
Kinderen in mijn buurt kunnen veilig spelen .
In mijn buurt is sprake van criminaliteit.
12. Op deze terreinen mag naar mijn mening iets veranderen: (meerdere antwoorden mogelijk)
Overlast van jeugd
Geweld
Openbaar dronkenschap
Onveiligheid op straat
Hondenpoep
Geluidsoverlast
Te hard rijden
Verslavingsproblematiek
Foutparkeren
Burenruzies
Anders, namelijk: _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _
Dienstverlening in mijn buurt
13. Ik krijg genoeg informatie over wat er in mijn buurt gebeurd.
Helemaal mee eens Mee eens Mee oneens Helemaal mee oneens Geen mening
14. Ik ben bekend met het samenwerkingsverband Mijn Buurt Assen.
Ja Nee
15. Ik weet waar ik terecht kan met vragen over mijn buurt.
Ja Nee
16. Ik beoordeel de leefbaarheid in mijn buurt met de volgende rapportcijfers.
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
Woonomgeving
Voorzieningen
Binding tussen bewoners
Veiligheid en overlast
Totaalcijfer leefbaarheid
Overige op- of aanmerkingen over mijn buurt: _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _
Persoonlijke gegevens
17. Mijn postcode is:
18. Ik ben:
Man Vrouw
19. Mijn leeftijd is:
Jaar
20. Ik woon in een:
Particuliere huurwoning Sociale huurwoning Koopwoning
21. Ik woon in een:
Tussenwoning
Hoekwoning
2-onder-1-kap-woning
Appartement
vrijstaande Woning
Anders, namelijk: _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
_ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _
‘Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 43
22. Mijn huishoudsamenstelling is:
Alleenwonend
Tweepersoonshuishouden zonder (thuiswonende) kinderen
Eenoudergezin, jongste thuiswonende kind jonger dan 12 jaar
Eenoudergezin, jongste thuiswonende kind ouder dan 12 jaar
Tweeoudergezin, jongste thuiswonende kind jonger dan 12 jaar
Tweeoudergezin, jongste thuiswonende kind ouder dan 12 jaar Mogen wij contact met u opnemen over dit onderzoek of ideeën/initiatieven die u voor uw buurt heeft? Vul dan onderstaande gegevens in. Mocht u nog vragen hebben naar aanleiding van de vragenlijst dan kunt u contact opnemen met ons via [email protected]. Naam: _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ Telefoonnummer: _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ E-mailadres: _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
‘Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 44
Bijlage 3: Tijdschema enquêteren
Datum Activiteit Tijd
Wo 31-10 Het onderzoeksteam brengt flyers met daarin de digitale link naar de enquête rond in de wijk. Hierdoor worden bewoners op de hoogte gesteld van de leefbaarheidsenquête en kunnen zij de enquête invullen.
12:00 tot 14:00 uur
Wo 31-10 t/m Wo 14-11
De bewoners in de buurt hebben in deze twee weken de tijd om de digitale enquête in te vullen via de link die op de flyer staat.
Wo 07-11 Deze middag gaat het onderzoeksteam met koffie, thee en wat lekkers de buurt in. Hierbij wordt er bekendheid voor MBA gegenereerd bij de bewoners en is er de mogelijkheid om de enquête ter plekke schriftelijk in te vullen. Dit heeft als doel meer respondenten te werven.
12:30 tot 15:30 uur
Zat 10-11 Het onderzoeksteam gaat met koffie, thee en wat lekkers de buurt in. Daarnaast gaat het onderzoeksteam met de schriftelijke enquêtes de woningen bij langs waar er op woensdag niemand thuis was. Zo wordt er gezorgd voor de meeste respondenten.
11:00 tot 14:00 uur
Ma 26-11 Bijeenkomst leefbaarheid: evaluatie met wijkbewoners 19:30 tot 21:30 uur
Bijlage 4: Verloop aantal respondenten op de enquête
Datum Bijzonderheden Aantal respondenten Aantal belanghebbende bewoners
Ma 05-11 Digitaal ingevuld 9 3
Wo 07-11 Het onderzoeksteam gaat langs de deuren om te vragen of de enquête is ingevuld en de mogelijkheid om de enquête ter plekke schriftelijk in te vullen.
27 9
Za 10-11 Het onderzoeksteam gaat langs de deuren om te vragen of de enquête is ingevuld en de mogelijkheid om de enquête ter plekke schriftelijk in te vullen.
15 8
Ma 12-11 Totaalscore na afname schriftelijke enquête
51 20
Wo 14-11 Digitaal ingevuld 10 6
Do-15-11 Eindstand aantal respondenten op de enquête en belanghebbende bewoners.
61 26
‘Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 45
Bijlage 5: Interviewschema en uitwerking
Geïnterviewde: Frieda de Groot Datum: 1 november 2018, 13:30 uur Tijdsduur: 30 - 35 minuten.
Inhoud INTRODUCTIE:
Voorstellen Wij zijn 3 studenten vastgoed en makelaardij van de Hanze Hogeschool en doen een onderzoek voor Mijn Buurt Assen naar de leefbaarheid in de Kleuven
Opname gesprek Vindt u het goed als wij dit gesprek opnemen? Er wordt ook meegetypt tijdens het interview
Bedanken Wij willen u alvast bedanken voor de medewerking en voor uw tijd
Onderwerp Gegevens over de Kleuven die bekend zijn bij de wijkagent
Doel Meer ontdekken over klachten en veiligheid in de Kleuven
Duur interview Half uur tot een uur
Verloop gesprek Gedurende dit interview stellen wij u vragen. U bent vrij om vragen terug te stellen of informatie toe te voegen.
Randvoorwaarden Informatie die wij krijgen tijdens het interview worden gebruikt voor de studie opdracht en het onderzoek voor MBA
Beginvraag Kunt u zichzelf om te beginnen kort voorstellen?
KERN:
Topic: Persoonlijke introductie
De volgende vragen gaan over uw zelf en uw functie.
Subtopics: 1. Kunt u zichzelf kort voorstellen?
2. Hoe lang bent u al wijkagente in Marsdijk?
3. Wat zijn uw werkzaamheden als wijkagente?
Topic: Veiligheid
De volgende vragen gaan over de veiligheid in de Kleuven en Marsdijk
Subtopics: 1. Kunt u iets vertellen over wat de ervaringen in de Kleuven zijn?
2. Zijn er de laatste jaren ook ontwikkelingen geweest in de Kleuven?
3. Kunt u ook zeggen in welke gebieden / straten van de Kleuven u de meeste meldingen binnenkrijgt?
4. Is het ‘s nachts wel een veilige buurt om rond te lopen?
5. We hadden het al over de verkeersveiligheid hoe zit het daarmee?
Topic: Sociale cohesie
De volgende vragen gaan over de sociale samenhang in de Kleuven en in Marsdijk
‘Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 46
Uitwerking interview
1. Kunt u zichzelf kort voorstellen?
“Jawel, ik ben Frieda de groot, ik ben 42 jaar. Ik heb nu een leerwerkplek als wijkagent, dat
wil zeggen dat de vorige wijkagent op een andere plek is gekomen. Deze plek is niet vast
want hij zou na een jaar eigenlijk weer teruggaan. Dit is verlengd, dus daarom is mijn positie
ook verlengd. Ik vind het zelf erg leuk om te doen. Binnen de politie heeft het allemaal met je
functie te maken. Ik ben hoofdagent, wat ik doe is een brigadiersfunctie. Op dit moment is er
een bezuinigingsplan bij de politie. Ze willen van wijkagenten geen brigadiers maken, dus dat
is het punt waardoor ik nu niet op het wijkagentschap kom. Ik heb daar nu dus te weinig tijd
voor. Het nieuwe cao geeft aan dat je als hoofdagent straks makkelijker kan doorstromen
naar brigadier. Wanneer dit wordt doorgevoerd is dit gunstig voor mij en wordt mijn positie
weer beter”.
2. Hoe lang bent u al wijkagente in Marsdijk?
“Ik ben vorig jaar op 1 september begonnen als wijkagent van Marsdijk, maar daarvan zat ik
de eerste twee a drie maanden fulltime in de noodhulp”.
3. Wat zijn uw werkzaamheden als wijkagente?
“Wat mijn werkzaamheden zijn? Heel divers. Op het moment dat er een melding binnenkomt
vanuit Marsdijk en het heeft geen prioriteit, dus het is geen 112 of geen spoed maar wel
politie. Bij 112 of spoed dan heb je het over woninginbraak of dergelijke. Want daar wordt
noodhulp heen gestuurd. Eigenlijk alles wat daar buiten ligt dat is voor mij. Alleen de mensen
komen met heel veel verschillende vragen bij mij. Ik heb nu bijvoorbeeld een belberichtje dat
iemand zegt van: “hey, ja moet je luisteren, mijn container wordt steeds verzet door de
buren en dan wordt die niet geleegd’’. Dan denk ik van: Ja prima, maar dat is niet aan mij.
Heel veel van dat soort dingetjes krijg ik ook. Dus dan stuur ik hen weer door naar de
assistent-wijkbeheerder. Ga daar maar heen, stel daar je vragen, want dat is voor mij niet
belangrijk. Maar mensen denken echt bij alle problematiek wat je hebt: Politie, al helemaal in
het weekend”.
Subtopics: 1. Kunnen buren in de buurt goed met elkaar overweg?
2. Komen er op grond van discriminatie veel meldingen binnen?
3. Is er ook een duidelijk verschil tussen de Kleuven en de rest van Marsdijk?
4. Waar liggen volgens u verbeterpunten in de buurt?
AFSLUITING:
Dit waren onze vragen. Wij gaan het interview gaan afronden.
Vragen? Heeft u nog aanvullingen aan dit interview voor ons onderzoek? Heeft u nog tips bij het benaderen van de buurtbewoners?
Bedanken Nogmaals bedankt voor u tijd en medewerking.
Goedkeuring Wilt u de resultaten zien en goedkeuren?
Afsluiten Tot ziens.
‘Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 47
Dus eigenlijk weten ze niet zo goed bij wie ze terecht kunnen als er iets aan de hand is in de
wijk?
‘’Nee. Maar dat ligt ook aan de gemeente Assen. Eerder had de politie altijd genoeg mensen.
Er is nu een hele bezuinigingsslag. Politieagenten zijn ‘’doeners’’. Dus op het moment dat ik
toch in de wijk ben, zeg ik altijd: ‘’ach joh, ik ga wel even mee’’. Dat doe ik nu niet meer. Ik
vind dat de gemeente haar eigen rol moet pakken aangezien zijn verantwoordelijk zijn voor
de openbare orde. De politie lift daar alleen in mee. Op het moment dat er een strafbaar feit
is, dan ben ik verantwoordelijk. Maar problemen in de openbare orde en veiligheid dat is
voor de gemeente. De rollen zijn nu eigenlijk omgedraaid. Men denkt dat de openbare orde
en veiligheid voor de politie is. Dus die omhaalslag moet gemaakt worden en daar ben ik mee
bezig. Dat moet bij de samenwerkingspartners ook nog goed doordringen. Maar, dat gaat
steeds beter.’’
Want wij zijn nu ook echt een klein gebiedje, namelijk specifiek het wijkje de Kleuven, aan
het in kaart brengen. We hebben ook enquêtes rondgebracht gisteren en daar staat ook
een vraag tussen: ‘’Weet u waar u terecht kunt in de wijk als er iets aan de hand is?’’ Dus
wij zijn ook wel heel benieuwd wat daar dan uitkomt.
‘’Ik denk de wijkagent. Want ik heb ook al heel vaak met parkeren en gelijksoortige dingen
dat mensen gelijk de politie bellen. Ten eerste kan ik niks aan de inrichting van de wijk doen.
De gemeente heeft ook handhavers, dus die doen dat soort dingen. Eigenlijk doen wij als
politie dat soort dingen helemaal niet. Dus ja: gemeente. Maar meestal komen ze allemaal bij
de politie terecht. ‘’
Bent u bekend met het stukje de Kleuven? Kunt u iets vertellen over wat de ervaringen in
de Kleuven zijn?
‘’Nou ja, in de kleuven heb je bijna geen huur. Meestal als je wat huur hebt, heb je meer
overlast. Alleen Marsdijk zelf is een duurdere wijk, je hebt de hamels en dat stuk. Maar ik
heb zelf ook een scan gedaan en het valt mij op dat er in Marsdijk wel klagers zijn: kachels,
bbq’s, overhangende takken. Over dat soort dingen klagen ze vrij snel in Marsdijk. Men zegt:
ik heb een duur huis dus wil ik ook geen overlast van mijn buren hebben. Er zijn veel twee
verdieners en in dat gebied ook veel jeugd. Dat zie je dus wel in Marsdijk. Zolang het geen
huur is valt overlast mee met betrekking op het niet kunnen betalen van de huur. In het
huursegment, zijn de normen en waarden soms gewoon anders. Wat je nu ook ziet is dat
assen oost, vroeger het probleemstuk, dat is allemaal vernieuwd. Daar zijn de huizen er
afgegooid en allemaal vernieuwd. Dan zit je dus nu wel met het nieuwere huursegment
waardoor de mensen uit het lagere huursegment verspreid moeten worden over de rest van
Assen. Bij het stuk de Kleuven heb je daar weinig mee te maken.’’
Bij het geval van de barbecues, gaan mensen dan echt meteen naar de politie in plaats van
dat zij eerst aanbellen bij de buren?
‘’Ik vraag altijd aan de mensen of ze er zelf eerst naartoe willen gaan. De een durft dat niet,
de ander dat ze al problemen met diegene hebben gehad of dat diegene agressief reageert.
Het gaat nergens over maar dat soort klachten krijg ik wel heel veel. Daarvoor moeten ze
gewoon bij de gemeente zijn, daar ben ik helemaal niet voor. Tenzij er echt ruzie komt en dat
het uit de hand loopt, maar dan heb je ook eerst de buurtbemiddeling nog.‘’
‘Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 48
4. Zijn er de laatste jaren ook ontwikkelingen geweest in de Kleuven?
‘’Wat je in Assen ziet is dat eerst iedereen naar Marsdijk wilde, want dat was eerste de
nieuwste wijk. Nu is kloosterveen erbij gekomen. Dus dan zie je dat heel veel mensen naar de
nieuwste wijken gaan. Daarin zie je wel dat er veranderingen zijn. Maar het blijft een
kinderrijke buurt. Er zitten vier scholen dus dan kun je wel nagaan. Of er echt veranderingen
zijn weet ik niet, daarvoor zit ik er ook te kort op.’’
5. Kunt u ook zeggen in welke gebieden / straten van de Kleuven u de meeste meldingen
binnenkrijgt?
‘’Nee. Doordat er in de Kleuven weinig huurwoningen zijn, zijn er niet echt straten waar veel
en vaak overlast is en waarbij de families bekend zijn. . Dan moet ik echt gaan zoeken en
kijken waar de meldingen vandaan komen.. Er zijn dus zo geen woningen waarvan ik denk:
daar moeten jullie qua gevaar, voor jullie onderzoek niet aanbellen. Maar ik krijg natuurlijk
ook niet alles binnen. Als er echt iemand gevaarlijk is dan weet ik dat wel.
Er zijn niet veel inbraken in Marsdijk geweest het afgelopen jaar. Wat je wel ziet omdat
Marsdijk aan de buitenrand van Assen ligt, is dat er door mensen van buitenaf op één avond
heel veel inbraken plegen. Die zetten de auto ergens aan de rand en breken dan in, dan heb
je zo op een avond een aantal inbraken te pakken. Maar over het algemeen gebeurt er niet
veel in Marsdijk.’’
Ook niet in de zomerseizoenen?
‘’Het is op dit moment in Assen heel rustig met inbraken. Meestal kunnen we dat weer
ergens aan linken. Wij weten welke mensen zijn vrijgekomen en kunnen dat door de manier
van inbreken koppelen aan de inbraak. Elke crimineel heeft vaak een eigen manier van
inbreken. Wij gaan daarom altijd na op welke manier er is ingebroken. Aan de hand daarvan
gaan wij na hoe vaak er is ingebroken en op welke manier en zo kunnen wij erachter komen
wie het heeft gedaan. Marsdijk is echt bij vleugen. Aan het begin van dit jaar zijn er 2 dagen
schuurtjes-en wooninbraken geweest door waarschijnlijk mensen van buitenaf, daar is ook
niemand voor gepakt. Maar dat is niet specifiek voor de Kleuven.’’
Want het is ‘s nachts wel een veilige buurt om rond te lopen?
‘’Ja, eigenlijk moet je dat de bewoners vragen. Want ik kan wel zeggen dat het veilig is maar
ik heb een heel ander soort veiligheidsgevoel dan anderen. Al helemaal omdat ik bij de
politie werk, ik ben niet zo bang aangelegd. Dan heb je het ook over het stukje inrichting van
de wijk. Is er veel verlichting? Want de mensen voelen zich veiliger. Volgens mij is het best
goed verlicht. Maar als je daar antwoord op wil hebben moet je denk ik de bewoners vragen:
Hoe veilig voelt u zich? Want dat is de goeie graadmeter, dat ben ik niet. Ik vind het veilig,
maar de bewoners misschien wel niet. Iedereen heeft daar ook een andere indicatie van. Een
voorbeeld daarvan is op het moment dat jij bij een school bent en er staat steeds een
groepje jeugd te blowen, kunnen mensen zich onveilig voelen terwijl de groep helemaal niet
vervelend hoeft te zijn. Maar toch durven mensen de groep niet aan te spreken, ook al is er
niks voorgevallen. Ze hebben totaal geen indicatie, maar toch voelen ze zich onveilig,
doordat er een groep staat. Mensen worden vaak beïnvloed door het nieuws, wat er heel
vaak is. Mensen horen nooit dat iets goed gaat, alleen als het mis gaat, daar spiegelt men
zich aan.’’
‘Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 49
6. Kunnen buren in de buurt goed met elkaar overweg?
Er worden best veel dingen georganiseerd maar je hebt te maken met veel tweeverdieners.
Die hebben het vaak druk en weinig tijd.
7. Komen er op grond van discriminatie veel meldingen binnen?
Nee. Er zijn ook bijna geen donkere mensen in Marsdijk. Bijna geen allochtonen.
En de verkeersveiligheid, hoe zit het daarmee? Is dat wel goed?
Wat het probleem van Marsdijk is: Marsdijk heeft vier scholen. Marsdijk heeft eigenlijk te
weinig plek voor al die auto’s, ook omdat er veel tweeverdieners zijn. Wanneer kinderen
groter worden komt er nog een auto bij, daar moet wel plaats voor zijn in Marsdijk. Daarbij is
er op het moment dat er een school in of uitgaat wel een probleem. Heel veel auto’s hebben
haast, want kinderen moeten snel naar school. Dus ze rijden wat harder. Ik vind dat daar wel
eens wat aan kan gebeuren. Maar, dan hebben we het wel echt over de inrichting van
Marsdijk. Daar kan niet zomaar wat aan gebeuren. Je hebt de hoofdader die door Marsdijk
loopt en daarmee is alles ingericht. Een B-weg wordt als sluiproute gebruikt wat lijdt tot
klachten. Het heeft allemaal met het gedrag van je eigen buurtbewoners te maken. Op dat
vlak is Marsdijk niet veilig, maar ik zou ook niet een oplossing weten omdat je puur met de
inrichting zit van Marsdijk zelf. En die is niet bedeelt op zoveel auto’s.
8. Is er ook een duidelijk verschil tussen de Kleuven en de rest van Marsdijk?
Over het algemeen is heel Marsdijk, in vergelijking met andere wijken, rustig. Je hebt gewoon
veel buren gezeur, ze klagen over van alles wat eigenlijk niks om hakken heeft. Doordat er
veel tweeverdieners zijn, is er weinig tijd voor sociale binding. De buurt is wel actief op
whatsapp of qua ouders en kinderen. Er is een wijkapp, deze dient niet voor de flauwekul
gebruikt te worden. Via deze weg zijn bewoners wel alert.
Waar liggen volgens u de verbeterpunten in de buurt?
Verkeersveiligheid en inrichting van de wijk. Alles is eigenlijk al volgebouwd. Gelukkig is de
omliggende omgeving wel een pluspunt. Een prachtige natuur en een haventje wat echt een
pluspunt is voor de wijk.
Naar aanleiding van het interview heeft de wijkagente nog het exacte aantal meldingen
gestuurd. In 2018 zijn er drie meldingen van overlast geweest. Deze meldingen kwamen alle
drie uit de Vlinderkleuven. De overlast kwam bij het Anne Frank Park, dat grenst aan deze
straat, vandaan. Verder is er één melding van huiselijk geweld, één melding van diefstal
vanuit garage, één melding vanuit fraude in online handel, één melding vanuit overlast van
een verward persoon, één melding op het gebied van brand uit een stekkerdoos, één
melding vanuit een verdachte situatie, één melding vanuit verkeerszaken en één melding
vanuit het afsteken van vuurwerk gedaan. Daarnaast zijn er twee meldingen van ruzies
geweest, twee meldingen van vernielingen aan auto(spiegels) en drie meldingen van
eenvoudige diefstal, zoals huiscontainers, geweest. Alle meldingen waren volgens de
wijkagente niet heftig en ook niet al langlopend. Haar conclusie wat betreft de Kleuven is dat
het een rustige buurt is, beter kan haast niet. Wanneer er een burenconflict is dan gaan de
meldingen vaak wel omhoog in een buurt.
‘Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 50
Bijlage 6: Enquête resultaten
5%
82%
13%
Mijn buurt ziet er verzorgd en onderhouden uit
Helemaal mee eens
Mee eens
Mee oneens
Helemaal mee oneens
Geen mening
0
3
8
2
3
0
13
14
14
4
H E L E M A A L M E E E E N S
M E E E E N S
M E E O N E E N S
H E L E M A A L M E E O N E E N S
G E E N M E N I N G
DE LEEFBAARHEID IN MIJN BUURT IS DE AFGELOPEN JAREN ACHTERUIT GEGAAN
man vrouw
‘Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 51
0 5 10 15 20 25 30
Verlichting
Bestrating
Vervuiling
Kwaliteit van woningen
Groenvoorzieningen
Speelvoorzieningen
Veiligheid
Winkelvoorzieningen
Bereikbaarheid
De volgende aspecten kunnen verbeterd worden in mijn buurt:
47%51%
2%
De winkels in Marsdijk zijn vanuit mijn buurt gemakkelijk te bereiken
Helemaal mee eens
Mee eens
Mee oneens
Helemaal mee oneens
Geen mening
‘Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 52
0 2 4 6 8 10 12 14 16 18 20
Speelplekken
Hondenuitlaatplekken
Prullenbakken
Sportveldje voor voetbal, basketbal of fitness
Picknickbanken
Hangplekken voor oudere jeugd
Buurtmoestuinen
Buurtwandelpad
Groenvoorzieningen
Ontmoetingsplekken
De volgende voorzieningen zou ik graag (meer ) willen zien in mijn buurt:
Ik heb contact met medebewoners in mijnbuurt
Ik heb behoefte aan meer contact metmensen
Bewoners in mijn buurt staan voor elkaar klaar
In mijn buurt gaan bewoners plezierig metelkaar om, ongeacht hun herkomst,
overtuigingen of leefstijl
0 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50
In hoeverre bent u het eens met de volgende stellingen?
mee oneens
Mee eens
Helemaal mee oneens
Helemaal mee eens
Geen mening
‘Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 53
0 5 10 15 20 25 30
Buurtbarbecues
Anders, namelijk: SWAMP, sport en speldagen voorkinderen, burendagen, nieuwjaarsactiviteiten
Geen activiteiten
De activiteiten die in mijn buurt worden georganiseerd zijn:
11%
49%2%
38%
In mijn buurt worden activiteiten georganiseerd
1 keer per halfjaar
1 keer per jaar
1 keer per maand
Nee
‘Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 54
38%
12%
34%
3%
13%
Ik doe mee aan activiteiten in mijn buurt
Geen activiteiten
1 keer per halfjaar
1 keer per jaar
1 keer per maand
Nee
49%51%
Ik ben bereid mij actief in te zetten voor mijn buurt
Ja Nee
‘Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 55
Ik voel mij veilig in mijn buurt
Het is in mijn buurt verstandig om deurenaltijd op slot te hebben
Ik ervaar overlast in mijn buurt
De verkeersveiligheid in mijn buurt is goed
Kinderen in mijn buurt kunnen veilig spelen
In mijn buurt is sprake van criminaliteit
0 5 10 15 20 25 30 35 40 45
In hoeverre bent u het eens met de volgende stellingen?
mee oneens
Mee eens
Helemaal mee oneens
Helemaal eens
Geen mening
0 5 10 15 20 25 30 35
Overlast van jeugd
Openbaar dronkenschap
Onveiligheid op straat
Hondenpoep
Geluidsoverlast
Te hard rijden
Verslavingsproblematiek
Foutparkeren
Op deze terreinen mag er naar mijn mening iets veranderen:
‘Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 56
31%
69%
Ik ben bekend met het samenwerkingsverband Mijn Buurt Assen
Ja Nee
10%
5%2%
72%
11%
Ik krijg genoeg informatie over wat er in mijn buurt gebeurt.
Geen mening
Helemaal mee eens
Helemaal mee oneens
Mee eens
Mee oneens
‘Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 57
52%48%
Ik weet waar ik terecht kan met vragen over mijn buurt
Ja Nee
0
10
20
30
40
Woonomgeving Voorzieningen Binding tussenbewoners
Veiligheid en overlast Totaalcijferleefbaarheid
Ik beoordeel de leefbaarheid in mijn buurt met het volgende rapportcijfer:
2 3 4 5 6 7 8 9 10
‘Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 58
1
2
3
3
3
4
3
6
8
17
7
4
1 0 - 2 0 J A A R
2 0 - 3 0 J A A R
3 0 - 4 0 J A A R
4 0 - 5 0 J A A R
5 0 - 6 0 J A A R
6 0 - 7 0 J A A R
man
vrouw
0
5
10
15
20
25
30
35
40
45
Koopwoning Particuliere huurwoning
Hoekwoning Tussenwoning vrijstaande woning
‘Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 59
0
2
4
6
8
10
12
14
16
18
20
Anders
Alleenwonend
Eenoudergezin, jongste thuiswonende kind jonger dan 12 jaar
Eenoudergezin, jongste thuiswonende kind ouder dan 12 jaar
geen antwoord
Tweeoudergezin, jongste thuiswonende kind jonger dan 12 jaar
Tweeoudergezin, jongste thuiswonende kind ouder dan 12 jaar
Tweepersoonshuishouden zonder (thuiswonende) kinderen
‘Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 60
Bijlage 7: Handleiding resultaten verwerken in Excel
HANDLEIDING EXCEL MIJN BUURT ASSEN
LET OP: Deze handleiding is gebaseerd op de tool van het onderzoeksteam van Mijn Buurt Assen:
‘Leefbaarheid Kleuven’. Houd er rekening mee dat de verwijzingen naar cellen horen bij het bestand
die bij dit onderzoek gebruikt zijn.
Deze handleiding is alleen toepasbaar wanneer gegevens op dezelfde manier in Excel genoteerd
worden.
De gegevens die in de draaitabel worden verwerkt komen uit de vragenlijsten van Enalyzer.
De gegevens kunnen vanuit enalyzer direct gedownload worden in Excel.
Maak een tabblad ‘vragen’ zorg dat hierin de uitgeschreven vragen komen te staan
Maak een tabblad ‘antwoorden’ zorg dat hierin de nummering van de vragen komt te staan en
haal de uitgeschreven vragen uit het tabblad ‘vragen’ zorg ook dat de uitkomsten van de enquête
in het tabblad antwoorden staan.
De stappen voor het maken van een draaitabel in Excel:
1. Open Excel 2. Maak naast de tabbladen ‘vragen’ en ‘antwoorden’ voor iedere vraag een nieuw tabblad aan
en benoem deze tabbladen naar de vragen: vraag 1, vraag 2 enzovoort. (Als het gaat om kleine tabellen kunnen er meer vragen op eenzelfde tabblad uitgewerkt worden, beperk dit tot max. 3 om overzicht te houden)
3. Ga op een cel staan in het tabblad om een draaitabel te maken voor een vraag uit de enquête.
Klik op: Invoegen Draaitabel
Tabel bereik:
- Ga naar het tabblad antwoorden - Selecteer de cel linksboven (A2) tot de cel rechtsonder (CG63)
Welke cel nummers het zijn is afhankelijk van het aantal invullers.
‘Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 61
Klik op OK.
Het volgende scherm verschijnt:
‘Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 62
Ga naar: Hulpmiddelen voor draaitabel (draaitabel) analyseren Lijst met velden
Het volgende verschijnt:
Selecteer de veldnaam ‘Email sent’
Voor iedere vraag moet een aparte draaitabel worden gemaakt
Selecteer bij de volgende stap dus maar 1 vraag.
Selecteer de veldnaam van de vraag waarvan je een draaitabel wil
Beide verschijnen dan in een van de vier onderstaande vakken
- Sleep de veldnaam van je vraag naar het vak ‘Rijen’ - Sleep de veldnaam ‘Email sent’ naar het vak ‘Waarden’
‘Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 63
Er is nu een draaitabel gevormd:
In sommige gevallen heeft een vraag meerdere antwoord mogelijkheden
(Zoals vraag 3 in het onderzoek Leefbaarheid Kleuven)
In dat geval volg je dezelfde stappen als bij de eens/oneens vragen en maak je voor iedere
antwoordmogelijkheid een draaitabel. Dat ziet er als volgt uit:
Om in dit geval een grafiek te kunnen maken is er een tabel nodig met alle relevante
gegevens uit de individuele draaitabellen:
Deze tabel kun je zelf samenstellen aan de hand van de uitkomsten in de draaitabellen zoals
onderstaand is weergegeven
‘Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 64
Grafiek ontwerpen bij de draaitabel
Selecteer de gegevens in de tabel (zonder het eindtotaal en de rij labels).
Of
Klik op: Invoegen Gewenste grafiek of diagram
Via opmaak kunnen grafiektitels, percentages, waarden, kleuren en meer worden toegevoegd aan de
grafiek of het diagram.
Zie onderstaande afbeelding voor voorbeeld resultaten van grafieken en diagrammen:
5%
82%
13%
Mijn buurt ziet er verzorgd en onderhouden uit
Helemaalmee eens
Mee eens
0 5 10 15 20 25 30
Verlichting
Vervuiling
Groenvoorzieningen
Veiligheid
Bereikbaarheid
De volgende aspecten kunnen verbeterd worden in mijn buurt
‘Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 65
Vragen kunnen ook gecombineerd worden in één grafiek
In dat geval moet je zelf een tabel samenstellen aan de hand van de uitkomsten in de draaitabellen
zoals onderstaand is weergegeven:
Selecteer de tabel
Klik op: Invoegen Gewenste grafiek of diagram
Via opmaak kunnen grafiektitels, percentages, waarden, kleuren en meer worden toegevoegd aan de
grafiek of het diagram.
Zie onderstaande afbeelding voor voorbeeld resultaat van een grafiek:
Ik voel mij veilig in mijn buurt
Het is in mijn buurt verstandig omdeuren altijd op slot te hebben
Ik ervaar overlast in mijn buurt
De verkeersveiligheid in mijn buurtis goed
Kinderen in mijn buurt kunnenveilig spelen
In mijn buurt is sprake vancriminaliteit
0 10 20 30 40 50
mee oneens
Mee eens
Helemaal mee oneens
Helemaal eens
Geen mening
‘Van goed naar beter’| 14 december 2018 | pagina 66
Bijlage 8: Wijkverbeteringsplannen van MBA voor Marsdijk MBA heeft een top vier gemaakt van punten voor wijkverbeteringsplannen, ook wel wijkaanpak
genoemd, in heel Marsdijk.
Top 4
1. Samen met bewoners aan de slag in de openbare ruimte (groenvakken, hondenspeelplaats onderhoud enz.) te verbeteren. Fysieke zaken aanpakken om in contact te komen met bewoners.
2. Inzetten op contact leggen met en tussen bewoners en professionals (concentreren op ontmoeting en zichtbaarheid van professionals).
3. Eenzaamheid.
4. Verder inzetten op communicatie. Laat zien wat er gebeurt. Bekendheid van MBA vergroten en aanwezig zijn in de wijk.