reviewvanklaus von see

5
Klaus von See, Beatrice la Farge, Eve Picard, Katja Schulz, Matthias Teiche rt,  Kommentar zu den Liedern der Edda . Bd. VI: Heldenlieder  2009, 92 !lz. "#eidel!erg$ %niversit&tsve rlag 'inter() Klaus von See, Beatrice la Farge, Si*one #orst, Katja Schulz,  Kommentar zu den Liedern der Edda. Bd. VII: Heldenlieder . 20+2, +002 !lz. "#eidel!erg$ %niversit&tsverlag 'inter(. 'ie ooit *ocht he!!en getij-eld aan de haal!aarheid van het door de Fran-urter hoogleraar Klaus von See gelanceerde , alle !estaande co**entaren overoe/ele nde  Edda Kommentar   /roject, hee-t zijn on gelij allang ingez ien. iet dat andere co**entaren ere lij over!odig zijn o- zullen orden, *aar de vaststelling dat zes van de zeven ge/lande delen nu inderdaad ter ta-el liggen *aat duidelij dat een succesvolle a-sluiting niet vera- is. 1eer o*dat het nog o nt!reende deel, ov er lus/3, 4 r5*nis*3l, a-6r78nis*3l en #3v a*3l, ua ǫ nu**ering de eerste !and van de rees, al jaren *et ongeduld tege*oet ordt gezien. :it  /i;ce de resis tance erd vorig jaa r aangeondig d voor 20+<, *a ar dat is uitgevers tac tie, en aarschijnlij *ogen e al !lij zijn als het in 20+= daaderelij van de /ers o*t. 4eduld is een schone zaa, en !ovendien orden zo inderzietes ver*eden. >o is sinds het verschijnen van Band ?? in +99@ de tA/ogra-ische verzorging van de a-zonderlije delen gaandeeg ver!ete rd, al is dat natuurlij /ersoonlij. Een ander /lus/unt is dat de inzichten over de invloed van christelije voorstellingen in de heidenseC cultuur het laatste decenniu*  !ehoorlij zijn versc hoven, en de ze nieue Den *ijns inziens juiste D inzichten unne n nu een  /laats rijgen in de !ehandeling va n lus/3. T en*inste , dat hoo/ i. ls roon o/ het er ǫ zal tenslotte een Begleitband  *et register versc hijnen, aarin de gevolgde e ditorale /rinci/es en de o/!ou van het co**entaar nog*aals orden uiteengezet. er*oedelij zal er oo een lijst *et corrigenda in staan, al he! i daar niets over gelezen. ange ondigd is el dat dit laatste deel een register o/ cultuurhistorische zaen zal !evatten, iets dat *ij erg nuttig lij t gezien de aliteit van de eGc ursus in de a-gelo/en delen. Band ? !evat co**entaar o/ negen gedichten o- !rostuen daarvan$ Brot a- Sigur8arvi8o, 4u8r7narv i8a ?, ? ? en ???, Sigur8arvi8a in sa**a, #elrei8 BrAnhildar, :r3/  i-lunga, >ddr7na rgr3tr, en de !eende in de lsunga Saga ov ergeleverde eddische stro-en ǫ over de dood van Sigur8r. :e veelheid aan gedichten over en rond de -iguur van Sigur8r is o/vallend, en dat geldt nog *eer voor het -eit dat deze gedichten in *eerderheid gaan over de ge*engde gevoele ns van slechts losjes *et de Sigur8r -iguur vernoo/te /ersonen die terug!lien o/ hun leven. #et zijn a-geleide /ersonages, ontsna/ t aan de entourage van de hoo-d/ersonen van het i!elungen dra*a, zoals verhaald in  Atlakviða in grœnlenzka, Atlamál in grœnlenzka, en Hamðismál , aar hun rol !e/ert is tot die van !ij-iguren. u vinden e ze eensla/s in gedichten aar hHn levenslot en hHn gevoelens centraal staan, en aar o/  !eschouen de ijze lucht ordt gegeven aan de vergee-s e verlangens va n hun voor!ije  jeugd. #et en*ert de -as cinatie die voor de g e!eurtenissen v an de i!elun gen cAclus *o et he!!en !estaan dat oo slechts *arginaal !ij Sigur8rCs e/ische dood !etroen -iguren eer sto- voor een nieu gedicht he!!en o/geleverd. :it verlangen naar *eer van het zel-de, dat il zeggen honger naar nieue verhalen over dezel-de sto-, *oet een !elangrije rol he!!en ges/eeld !ij het ontstaan van de latere gedichten over de ondergang van de  i!lungar . :at in de loo/ der tijd verschuivinge n o/traden zal nie*and ver!azen. ?n de a-geleideC gedichten is

Upload: cornjaco

Post on 13-Feb-2018

217 views

Category:

Documents


0 download

TRANSCRIPT

Page 1: ReviewVanKlaus Von See

7/23/2019 ReviewVanKlaus Von See

http://slidepdf.com/reader/full/reviewvanklaus-von-see 1/5

Klaus von See, Beatrice la Farge, Eve Picard, Katja Schulz, Matthias Teichert, Kommentar zu

den Liedern der Edda. Bd. VI: Heldenlieder  2009, 92 !lz. "#eidel!erg$ %niversit&tsverlag'inter()

Klaus von See, Beatrice la Farge, Si*one #orst, Katja Schulz, Kommentar zu den Liedern

der Edda. Bd. VII: Heldenlieder . 20+2, +002 !lz. "#eidel!erg$ %niversit&tsverlag 'inter(.

'ie ooit *ocht he!!en getij-eld aan de haal!aarheid van het door de Fran-urter hoogleraarKlaus von See gelanceerde, alle !estaande co**entaren overoe/elende Edda Kommentar  

 /roject, hee-t zijn ongelij allang ingezien. iet dat andere co**entaren erelij over!odigzijn o- zullen orden, *aar de vaststelling dat zes van de zeven ge/lande delen nu inderdaadter ta-el liggen *aat duidelij dat een succesvolle a-sluiting niet vera- is. 1eer o*dat hetnog ont!reende deel, over lus/3, 4r5*nis*3l, a-6r78nis*3l en #3va*3l, uaǫ

nu**ering de eerste !and van de rees, al jaren *et ongeduld tege*oet ordt gezien. :it /i;ce de resistance erd vorig jaar aangeondigd voor 20+<, *aar dat is uitgevers tactie, enaarschijnlij *ogen e al !lij zijn als het in 20+= daaderelij van de /ers o*t. 4eduldis een schone zaa, en !ovendien orden zo inderzietes ver*eden. >o is sinds hetverschijnen van Band ?? in +99@ de tA/ogra-ische verzorging van de a-zonderlije delengaandeeg ver!eterd, al is dat natuurlij /ersoonlij. Een ander /lus/unt is dat de inzichtenover de invloed van christelije voorstellingen in de heidenseC cultuur het laatste decenniu*

 !ehoorlij zijn verschoven, en deze nieue Den *ijns inziens juisteD inzichten unnen nu een /laats rijgen in de !ehandeling van lus/3. Ten*inste, dat hoo/ i. ls roon o/ het erǫ

zal tenslotte een Begleitband  *et register verschijnen, aarin de gevolgde editorale /rinci/esen de o/!ou van het co**entaar nog*aals orden uiteengezet. er*oedelij zal er oo een

lijst *et corrigenda in staan, al he! i daar niets over gelezen. angeondigd is el dat ditlaatste deel een register o/ cultuurhistorische zaen zal !evatten, iets dat *ij erg nuttig lijtgezien de aliteit van de eGcursus in de a-gelo/en delen.

Band ? !evat co**entaar o/ negen gedichten o- !rostuen daarvan$ Brot a-Sigur8arvi8o, 4u8r7narvi8a ?, ?? en ???, Sigur8arvi8a in sa**a, #elrei8 BrAnhildar, :r3/

 i-lunga, >ddr7nargr3tr, en de !eende in de lsunga Saga overgeleverde eddische stro-enǫ

over de dood van Sigur8r. :e veelheid aan gedichten over en rond de -iguur van Sigur8r iso/vallend, en dat geldt nog *eer voor het -eit dat deze gedichten in *eerderheid gaan over dege*engde gevoelens van slechts losjes *et de Sigur8r -iguur vernoo/te /ersonen die

terug!lien o/ hun leven. #et zijn a-geleide /ersonages, ontsna/t aan de entourage van dehoo-d/ersonen van het i!elungen dra*a, zoals verhaald in Atlakviða in grœnlenzka, Atlamál 

in grœnlenzka, en Hamðismál , aar hun rol !e/ert is tot die van !ij-iguren. u vinden e zeeensla/s in gedichten aar hHn levenslot en hHn gevoelens centraal staan, en aar o/

 !eschouende ijze lucht ordt gegeven aan de vergee-se verlangens van hun voor!ije jeugd. #et en*ert de -ascinatie die voor de ge!eurtenissen van de i!elungen cAclus *oethe!!en !estaan dat oo slechts *arginaal !ij Sigur8rCs e/ische dood !etroen -iguren eersto- voor een nieu gedicht he!!en o/geleverd. :it verlangen naar *eer van het zel-de, datil zeggen honger naar nieue verhalen over dezel-de sto-, *oet een !elangrije rol he!!en

ges/eeld !ij het ontstaan van de latere gedichten over de ondergang van de i!lungar . :at inde loo/ der tijd verschuivingen o/traden zal nie*and ver!azen. ?n de a-geleideC gedichten is

Page 2: ReviewVanKlaus Von See

7/23/2019 ReviewVanKlaus Von See

http://slidepdf.com/reader/full/reviewvanklaus-von-see 2/5

een grote /laats ingerui*d voor de !eschouende ont!oeze*ingen van vrouen tegenoversesgenotes die so*s ooit hun rivales aren. 1ij doen hun levenslot uit de doeen en

 !elagen dat hun leven zo *ooi had unnen zijn als het lot het niet anders had !eschoren. >-zoals stro-e @ van Sigur8arvi8a het uitdrut$ l"#tar nornir sk#$u oss langa rá ϸ  "die h&ssliche

 ornen schu-en uns lange SehnsuchtC(. #et is een !eetje 4TST o/ zijn *iddeleeus. #et -eitdat de toehoorders !ehoe-te hadden aan deze ont!oeze*ingen De he!!en het over een heletrits gedichtenD, gee-t ons een vingerijzing over de /laats aar deze gedichten erdenvoorgedragen en aar so**ige *ogelij oo zijn ontstaan. ?n een studie over Herr %lov o&'

alvorna hee-t Iars IJnnroth "+9@, +( de rol van het vrouenhander in de voordracht van !alladen aangetoond$ Lden re/ertoar so* s&rsilt trivdes i vinnostugan var den so* handladeo* trolovning, !rJllo/, ondsinta -Jr-Jrare och svien &rle. :at doet ster denen aan deinhoud van !ovengenoe*de, in Band ? !ehandelde elegische *onologen door vrouen, eni neig er toe de toehoorders van eddagedichten als %ddr(nargrátr  in een soortgelijeo*geving te situeren, dat il zeggen in vertreen aar de vrouen zich onledig hielden *et

noodzaelije, *aar tijdrovende en vaa eentonige !edrijven als s/innen en even. ls elezen "str. ( dat de zangere BorgnN vij- jaar lang een intie*e relatie had onderhouden *etene il*undr en dat zij deze relatie voor haar vader ver!orgen hield svá 'on sinn ! ður le)ndiǫ

zal dat vooral vrouen zal he!!en geraat, en dat geldt al hele*aal voor de situatie zel-$BorgnN is in !arensnood, *aar an niet !evallen. :eze terug!liende gedichten he!!en vaa een droe-geestige ondertoon, en daaro* orden ze *eestal eggezet als het /roduct van eenlatere tijd. :e reden van deze late datering is dat een s*artelije ste**ing niet stroot *ethet !eeld dat ij van de viingtijd oesteren als een heroische nononsense tijd *et einig

 /laats voor droevig *ij*eren. :aniel S&v!org hee-t er echter o/ geezen dat

saldengedichten *et een elegische inslag al uit de viingtijd !eend zijn, dus *isschien ishet !estaande !eeld aan revisie toe. :at echter deze elegische eddagedichten in alge*ene zinsecundair zijn ten o/zichte van zule aarin de historische handeling centraal staat en aaringedrag ordt !eschoud vanuit een heroisch /ers/ectie- valt *oeilij te ontennen. Een goedvoor!eeld van een secundair ontstaan gedicht vol vrouelij senti*ent is %ddr(nargrátr ,aarin >ddr7n, de zuster van ttila ">udnoors Atli( haar lie-desrelatie *et 4unnarr, oningvan de Burgunden !elicht. 4unnarr is getroud *et BrAnhildr, die hij *et !ehul/ van !edrogtot vrou hee-t geregen, *aar die niets van he* il eten en he*, in de *iddelhoogduitseoverlevering, aan een s/ijer aan de *uur te s/artelen hangt als hij zijn gerie- il halen. :at*otie- o*t in %ddr(nargrátr  uiteraard niet voor D4unnar is de gelie-de van dehoo-d/ersoonD, *aar het senti*ent is er niet anders o*. BrAnhildr hee-t alleen oog voorSigur8r, die haar echter, door een eed van trou aan 4unnarr ge!onden, deerlij hee-t

 !edrogen door ver*o*d als 4unnarr naar haar hand te dingen en haar te overinnen in eenteea*/. 1oiets an natuurlij niet goed gaan Dhet is si*/eleg oneerlij, zel-s "o-*isschien el juist( in de heroische code van die tijd. 1o zit BrAnhildr "*igurðarkviða in

 skamma str. ( Cs avonds !uiten !uiten haar ge*oed te uiten$ Ha!a skal ek *igurð +eða # ϸ

 svelti+  m g !rumungan, m-r á armiǫ  "#a!en *uO ich Sigurd + oder sonst *Jge er ster!en +  densehr jungen Mann, in *eine* r*C(. #et ordt het laatste. Een vera/te aanondiging dat dedingen el eens *is zouden unnen gaan tre--en e al aan in de teede stro-e drukku ok

dœmði dœgr mart saman *igurðr ungi ok s)nir i(ka. >/ het oog is alles nog /ais en vreehier. Een narratie- vergelij!aar dringelag van gelijgeste*den vinden e in 45sla Saga

Page 3: ReviewVanKlaus Von See

7/23/2019 ReviewVanKlaus Von See

http://slidepdf.com/reader/full/reviewvanklaus-von-see 3/5

"c.( aar de ijze 4estr o/*ert dat over drie jaar deze lieden *inder eensgezind zullenzijn, een eu-e*istische toes/eling o/ de haat, *oord en doodslag die de onderlinge relatiesvan de deelne*ers aan het dringelag dan zullen en*eren. Een dergelij co**entaarvinden e niet in *igurðarkviða in skamma, en dat hoe-t oo niet$ de toehoorders enden hetverloo/ van het verhaal, en het is deze ennis die de stro-e een tragische ondertoon gee-t.

'at het Fran-urter Ko**entar een toegevoegde aarde verleent zijn de orte !es/reingendie her en der, in leiner cor/us a-gedrut, in de test van het co**entaar zijn ingestrooid.#et gaat daar!ij o* in *eerdere gedichten vooro*ende *otieven o- !egri//en. Een goedvoor!eeld hiervan vor*t de !oeiende, taal- !ladzijden lange !eschouing over het *otie-van de ormgarðr  "slangenho-C( in de literatuur van oord'est Euro/a o/ //. 9+Q-- vanBand ?. :e auteurs ijzen er o/ dat alhoeel slangen al in het oude Ro*e ge!ruit erdeno* *isdadigers te !estra--en, er geen aanijzingen zijn dat slangenuilen een gang!are

 !estra--ing vor*den. olgens hen "/. 9+( gaat het o* een literair *otie- zonder veranering

in de realiteit. 'e vinden het echter in de >udnoorse, >udengelse en Middelhoogduitseliteratuur, dus aar o*t het *otie- dan vandaan olgens de co**entatoren is het /lausi!elLdaO die ae. 1usa**ensetzung /)rmgeard  /ri*&r ist, und daO diese Bezeichnung -r eineStra-st&tte i* Uenseits !er die Missionss/rache als Iehn!ersetzung ins ltnordische ie ins:eutsche ver*ittelt urde. ?n grote lijnen lijt *ij dat el juist. ?nteressant is dan dat het*otie- al vooro*t o/ de agen van het >se!erg schi/. :at ijst ero/, Dal gaan de uitgeverser niet verder o/ inD, dat Vhristelije voorstellingen van het hierna*aals al in de eerste hel-tvan de 9e eeu ingang had gevonden in de voorstellingsereld van ScandinaviW. :at strootelisaar *et de nieuere inzichten over het doordringen van Vhristelij ideeWn inScandinaviW lang voor de o--iciWle !eering, *aar de conseuenties daarvan orden nog teeinig !ese-t. nne Stine ?ngstad hee-t een van de tee vrouen van het >se!erg schi/uitgeroe/en tot /riesteres o-el een v lvaǫ , *aar het genoe*de houtsnijer o/ de agenvan het >se!erg schi/ suggereert dat deze gedachte de /rullen!a in an. ndereonderer/en aaraan in Band ? eGtra aandacht ordt !esteed zijn de naa* i!lungar , deaanduiding 'aukstaldr , zel-*oord van vrouen, 4unnarCs har/s/el en *oeraslijen.

>o Band ?? !ehandelt gedichten geXns/ireerd o/ de i!elungencAclus, na*elij Atlakviða

in grœnlenzka, Atlamál in grœnlenzka, 0rá uðr(no, uðr(nar'v t ǫ  en Hamðismál . Terijl !ij de in Band ? !ehandelde gedichten het droevig ge*ij*er van vrouen over ge*iste

lie-de een !elangrije /laats innee*t, staan in de in Band ?? !ehandelde gedichtenhelden/athos en heroisch gedrag vooro/. ?n Atlakviða hee-t 4unnar geen enele !ehoe-te zichnaar het ho- van tli te !egeven, tot het *o*ent dat hij de ol-shaar ontaart die zijn zustero* een voor he* *eegegeven ring hee-t gevlochten o* he* te aarschuen dat tli verraadin de zin hee-t. u il hij juist el, ant van la-heid *ag nie*and he* niet verdenen.4edichten als Atlakviða en Hamðismál  orden geoonlij als ouder dan de elegische

 !eschoud, en he!!en van oudsher *eer aandacht getroen dan %ddr(nargrátr . ?n Atlakviða vinden e naast veel archaXsch taalge!rui oo een -line hoeveelheid ha/aGlego*ena, die door de uitgevers undig orden !es/roen, al !lij-t er altijd rui*te voor eenantteening hier en daar. ls on!elangrij voor!eeld *oge dienen de eden gezoren o/,

ander andere, *igt1s bergi  in tlavi8a str. <0. :e -or*ele structuur en *ogelije !eteenisvan de sa*enstelling *igt1r  "*ogelij Y Z8inn( ordt uitvoerig !es/roen, en het verrast

Page 4: ReviewVanKlaus Von See

7/23/2019 ReviewVanKlaus Von See

http://slidepdf.com/reader/full/reviewvanklaus-von-see 4/5

enigszins dat het teede oord zonder discussie ordt neergezet als !ergC. Kan het niet o*de datie- bergi van b rgr  ǫ  *annelij varenC gaan 'erden eden niet a-gelegd o/ de !orstelsvan !eren

?n het trotse *ilieu aarin deze liederen oudtijds erden aangehoord, erd het o/treden van

de held uit vroeger tijden tot een lichtend voor!eeld voor de rijger die in de hal zat teluisteren. ?n Atlakviða ordt het de luisteraar zel-s regelrecht voorgehouden. 1oals # gniǫ

vocht voor 4unnar, zo dient de are held te strijden, heet het van # gni als deze, in eenǫ

 /oging zijn vorst te redden, zeven tegenstanders velt. #et nao*en van een eed van trougold als een zare /licht en het gedrag van # gni leert de jonge rijger hoe het *oet.ǫ

?denti-icatie *et de held o- heldin zal, als !ij alle literatuur, zeer een rol he!!en ges/eeld.Maar *instens zo !elangrij *oet het verscha--en van a*use*ent, van geoon luister/lezierzijn geeest, en !ij de sca!reuze scheld/artijen van so**ige heldenliederen *oeten veeltoehoorders zich verneueld he!!en.

#et leven van de landne*ers o/ ?Usland verschilde aan*erelij van dat van hun vooroudersin ooregen, *aar at !etre-t verteltraditie *ag *et een grote *ate van continuXteitgereend orden. :e *turlunga *aga ver*eldt dat in +++9 o/ een groot !ruilo-ts-eest inReAh[lar, de /riester ?ngi*undr, telg van een oud geslacht, o/trad als verteller van eenverhaal dat zich in de heroXsche voortijd a-s/eelde. >nder de verhalen die erden verteld,he!!en zich zeer oo heldenliederen !evonden, oo al ordt dat nergens ver*eld. #et hoe-too niet te !evree*den dat deze liederen ort na +200 o/ ?Usland o/geteend onden orden.#ier as elisaar geen oninlij ho- *et een oude verteltraditie, *aar het leven van de?Uslandse rijstaat erd in !elangrije *ate !e/aald door vroegere adelsgeslachten uit

 ooregen die aren uitgeeen voor de heerscha//ij van #arald Schoonhaar. oelden hunnao*elingen, landeigenaren en /riesters, zich in de hal van hun ?Uslandse hoeve nog steedseen !eetje ona-hanelij S/iegelden zij zich aan de vroegere glorie van hun geslacht #etzijn vragen die zich nauelijs laten !eantoorden. 1eer is, dat zij -eesten organiseerdenaar naar oude geoonte de voordracht van verhalen een !elangrije /laats inna*.

:e navertelling van heldenliederen in /roza, zoals e dat in V lsunga sagaǫ  aantre--en, gee-taan dat !ij alle taaiheid van de traditie de ontieling niet stilstond. :at as oo teverachten, een ?Uslandse hoeve is ten slotte geen oorse oningsho-. ?n Atlakviða eers/iegelt zich een ereld die er o/ ?Usland nooit geeest as. #oe graag *en zich oo

aan het verleden zal he!!en ges/iegeld, er as oo !ehoe-te zijn geeest aan verhalen diezich in een heren!aarder o*geving a-s/eelden. Atlamál  !ehandelt hetzel-de tragischecon-lict als Atlakviða, *aar leinschaliger en in een !oerser *ilieu, *et *eer aandacht voorechtelij geruzie. Trou aan de vorst s/eelt oo vrijel geen rol in de jongere heldenliederenvan de Edda. :e held, onstui*ig en !ruisend, is zijn eigen aanvoerder. 4een uitdaging gaat hijuit de eg, zel-s als dit grenst aan zel-vernietiging. 'at telt, is het tonen van /ersoonlije*oed, niet o*ille van geloo- o- vaderland, *aar als uiting van onge!ondenheid. :eolonisten o/ ?Usland en de Britse Eilanden zullen zich graag vereenzelvigd he!!en *et eendergelije helden-iguur, het /rototA/e van de vrijgevochten viingleider en zel-standig

aanvoerder. 1oiets *ag naXe- schijnen, *aar de geest die het ade*t ins/ireerde el eenschrijver als Borges. :e oude heldenliederen leverden echter niet alleen sto- tot nadichtingen

Page 5: ReviewVanKlaus Von See

7/23/2019 ReviewVanKlaus Von See

http://slidepdf.com/reader/full/reviewvanklaus-von-see 5/5

als Atlamál . 1e gaven oo de aanzet tot nieue gedichten die voorzagen in de !ehoe-te aan*\\r en andere verhalen over de hoo-d/ersonen. Een eendere drang tot sche//ing van \\ngroot verhalend e/os uit zich in het streven overleveringen aan elaar te !reien, zel-s als deze,zoals de #elgiliederen, uit een andere traditie sta**en. #et lijt ero/ dat de geestelijheidhee-t getracht de vertelsto- liederen in een stichtelij ader te /laatsen. Misschien datso**ige liederen hieraan zel-s hun ontstaan danen. 'at te denen van een gedicht alsuðr(nar'v2t  "Bd. ?? 9@+<( dat o/ het einde alle toehoorders, *annen en vrouen,toeenst dat hun lot lichter *oge zijn na het horen van al dat leed #et lint !ijna als eengeestelije ver*aning en *isschien as het dat oo. ?n grote lijnen is de ontieling dangegaan van Atlakviða "helden/athos, /licht, trou aan de vorst( via liederen als  Atlamál  "aange/ast aan !oerse ethie, /ersoonlije con-rontatie tussen de /ersonen( naar gedichten*et een ee*oedige inslag zoals %ddr(nargrátr   aarin vrouen het rede lot !elagen.:oor de -ocus van vroegere generaties van geleerden orden deze laatste gedichten nogsteeds !eschoud als verorden nao*ertjes van het heroXsche genre aaruit ze zijn

voortgeo*en, *aar ie er oog voor hee-t vindt hier een rij en nog *aar gedeeltelijontgonnen onderzoesge!ied.

Sa*engevat, net als de vorige delen van het Fran-urter eddaco**entaar leveren Band ? enBand ?? een !elangrije !ijdrage aan onze ennis van de achtergrond en !eteenis van de

 !ehandelde gedichten. #et enige !ezaar dat i an !edenen is dat de lezer !ijans verdrintin de enor*e hoeveelheid in-or*atie die o/ he* o- haar a-o*t, *aar a-gezien daarvan, eenaanrader voor ie oo *aar enige culturele !elangstelling hee-t.

Kees Sa*/lonius

Iars IJnnroth. +9@. L#err >lov och &lvorna :en du!!la scenen. Muntlig ditning -r]n Eddan till !!a"Stochol*$ Pris*a(.