ppt week4

10
1

Upload: hogeschool-van-amsterdam

Post on 07-Jul-2015

118 views

Category:

Documents


3 download

DESCRIPTION

Recht lezen, juridische woordenschat week 4

TRANSCRIPT

Page 1: Ppt week4

1

Page 2: Ppt week4

1. Welk woord hoort bij deze omschrijving?

UITLATING, VERZUIM, IETS DAT VERGETEN IS

a. omissie

b. onverlet

c. opschorten

d. nihil

2

Page 3: Ppt week4

2. Welk woord hoort bij deze omschrijving?

WAARVAN DE HOEVEELHEID OF OMVANG KAN WORDEN

VASTGESTELD

a. kwantitatief

b. normatief

c. kwantificeerbaar

d. minitieus

3

Page 4: Ppt week4

3. Welk woord hoort bij deze omschrijving?

Speels

a. onbesuisd

b. ludiek

c. ostentatief

d. laconiek

4

Page 5: Ppt week4

4. Wat betekent het onderstreepte woord?

EU ZET OLIE-EMBARGO IRAN ONVERKORT DOOR

a. Voor langere tijd

b. Voor kortere tijd

c. onverminderd

d. niet volledig

5

Page 6: Ppt week4

5. In welke zin is prominent NIET juist gebruikt?

a. Er waren prominente gasten op het filmgala.

b. D’66-prominent noemt het kabinet “een kaartenhuis dat elk moment

kan instorten.”

c. Het contract voldoet aan de prominente eisen.

d. De vlaggenmast stond prominent op het stadhuis.

6

Page 7: Ppt week4

6. In welke zin is ongegrond NIET juist gebruikt?

a. Het oordeel over paus Franciscus I was geheel ongegrond.

b. Deze deur is ongegrond opgeleverd.

c. Mijn huis krijgt een nieuwe vloer, want het is nu ongegrond.

d. De kosten van de advocaat bij een ongegrond beklag kunnen

worden worden vergoed.

7

Page 8: Ppt week4

7. Welke woorden hebben een tegenovergestelde

betekenis?

1. optimaal a. zo min mogelijk

2. laconiek b. je bescheiden opstellen

3. karikatuur c. lofzang

4. profileren d. achter gesloten deuren

5. paradoxaal e. voorspelbaar

6. Plenair f. nauwgezet

8

Page 9: Ppt week4

8. Wat is het verschil in betekenis tussen:

1. Legitiem legitimatie

2. Provisorisch provoceren

3. Mits mitsdien

4. Parallel onevenredig

9

Page 10: Ppt week4

10