o&m 6
DESCRIPTION
Hoofdstuk 6TRANSCRIPT
ORGANISATIES en MENSEN
COMMUNICATIE EN SAMENWERKING IN EEN GROEP
HOOFDSTUK 6
• DE SMEEROLIE VAN ORGANISATIE COMMUNICATIE
• Uitwisselen van informatie om een bepaald doel te bereiken
• Is de zender duidelijk? (gebruik van medium)• Is de ontvanger okee?• Is er geen afleiding/storingsbron?• Is de feedback doeltreffend? Zie p. 167/168
COMMUNICEREN JULLIE:
• OOK ALS JE NIKS ZEGT?• OOK ALS JE SLAAPT IN DE LES? JE KUNT NOOIT niet
COMMUNICEREN, ER IS ALTIJD COMMUNICATIE BIJ 2 OF MEER MENSEN!
• SOORTEN INHOUD, ZIE P. 168-177 1 OBJECTIEF/FEITELIJK
2 RELATIONEEL
FEITELIJKE INHOUD
• HEEFT GEEN UITLEG NODIG (IS METEEN DUIDELIJK) OF WORDT MET TAAL TOEGELICHT BIJV.
* DIT IS EEN BRIL* EEN LINDBERG MONTUUR (DEENS
MERK) HEEFT GEEN ENKELE SCHROEF* TITANIUM WORDT VEEL GEBRUIKT VOOR MONTUREN
RELATIONELE INHOUD
• ZEGT IETS OVER DE RELATIE MET DE ANDER, ZOALS JIJ DIE ZIET OF DIE ANDER. VOORBEELDEN:
- IK NEEM JE SERIEUS
- JE BEN MOEILIJK TE VOLGEN
- WAT JE NU ZEGT VIND IK ONZIN
TAAL/VERBAAL VERSUS NON-VERBAAL
• TAAL = DIGITAAL/VOLGENS EEN BEPAALD SYSTEEM VAN
SYMBOLEN EN REGELS
HEEL GOED OM EEN PRECIEZE BETEKENIS AAN TE GEVEN
• NON-VERBAAL = ZONDER ZO’N SYSTEEM HEEL GOED OM TE COMMICEREN OVER
DE RELATIE
ALLES BIJ ELKAAR
• DIGITALE COMMUNICATIE VOOR FEITELIJKE INHOUD TAAL
• ANALOGE COMMUNICATIE VOOR RELATIONELE INHOUD NON-VERBAAL
COMMUNICATIE IS ALTIJD EEN COMBINATIE VAN ANALOOG EN DIGITAAL, VAN VERBAAL & NON-VERBAAL
WAT MAAKT COMMUNICATIE EFFECTIEF?
• WEDERZIJDSE ACCEPTATIE• WEDERZIJDSE ACCEPTATIE??
• YEP WEDERZ……..
• ZO GAUW ALS DE EEN DENKT: “JU KUNT MU RUG UP”, DAN IS HET AFGELOPEN OVERGANG NAAR P. 170
DE WET V AN MAIER
• E = f (K*A)• Effect van de communicatie is afhankelijk van de
Kwaliteit en de Acceptatie
handige verkoper: blablablabla…..– Koper tekent contract, waarom: K of A?
lees verder paragraaf 6.4: vier combinaties van K en A
SAMENWERKING, ENKELE VRAGEN:
• HOE GAAT HET IN JULLIE PROJECTGROEP?
• IN WELKLE “TUCKMAN-FASE” ZITTEN JULLIE?
• WELK TYPE GROEPSGEDRAG OVERHEERST: TAAK, GROEP, EGO?
• ZIJN JULLIE EEN GEZONDE GROEP?
JIJ EN DE GROEP, P. 178
• IEDEREEN STREEFT NAAR DRIE DINGEN IN EEN GROEP:
1 ERBIJ HOREN2 INVLOED KUNNEN UITOEFENEN3 LEUK, GEZELLIG
OP GROEPSNIVEAU IS DE ONTWIKKELING HIERIN TE ZIEN MODEL VAN TUCKMAN
TUCKMAN
• BEGINNENDE GROEP: VORMEN
• BEGIN + t : “STORMEN”/VECHTEN
• BEGIN + 2t: “NORMEN”
• VOLWASSEN GROEP: UITVOEREN
• VOLWASSEN GROEP: RESULTAAT/FEEST/WIJ-GEVOEL
VAAK WILLEN MENSEN GEEN “SPANNINGEN”, “WRIJVINGEN”, ETC.
SLAAN DE VECHTFASE OVER, GAAN METEEN AAN DE SLAG
WAAROM NIET GOED??
YEP: DE PROBLEMEN STEKEN TOCH DE KOP OP! TERUG NAAR AF, NOG MEER IRRITATIE! BETER DUS OM ZAKEN HELDER TE HEBBEN, ALLES UIT TE PRATEN “FUNCTIONEEL CONFLICT”
SOORTEN GROEPSGEDRAG, P. 182 - 184
• TAAKGERICHT
• GROEPSGERICHT
• EGOGERICHT
ONDERSCHEID IS DE BASIS VOOR BEPALING VAN DE GEZONDHEID VAN EEN
GROEP
• Robert Bales welke verhouding is optimaal voor een groep?
• 4 soorten gedrag
• Zie tabel 6.7, p. 185
niet minder dan….niet meer dan….
Merk op: negatief gedrag mag niet NUL zijn!
HOE TE METEN?
• OBSERVEER EEN BIJEENKOMST • TURF DE BIJDRAGEN IN DE 4
SOORTEN GEDRAG• HOUD BIJ WIE TEGEN WIE IETS ZEGT
EN WAT/HOE RESULTAAT IS BIJVOORBEELD
FIGUUR 6.8 OP P. 186• IS DIT EEN GEZONDE GROEP??
FIGUUR 6.9 “ADRESSERING”
• WIE SPREEKT WIE AAN, POSITIEF OF NEGATIEF KUN JE OOK BIJHOUDEN
• DIT ZEGT IETS OVER DE STATUS VAN EEN GROEPSLID:
* HOORT DIE ERBIJ?
* HEEFT DIE INVLOED?
* IS HIJ/ZIJ DE LEIDER?
DE GEZONDE GROEP: STERKE COHESIE, SAMENHANG
• PAR. 6.7• MAAR OOK RISICO’S - TE SNEL TEVREDEN ZIJN - TE JOLIGE STEMMING - TE SNEL HET EENS ZIJN
GROUPTHINK
REMEDIE:TEAMROLMANAGEMENT
• HET MANAGEN VAN VERSCHILLENDE TEAMROLLEN DIE ELKAAR AANVULLEN BELBIN
• DRIE SOORTEN: DENK-ROLLEN, DOE-ROLLEN, SOCIALE ROLLEN
• LEES VERDER P. 192 – 194• DOE DE TEST!