nommer 4
DESCRIPTION
NOMMER is een magazine van N.V. NOM en speciaal bedoeld voor relaties en iedereen die geïnteresseerd is in de activiteiten van de investerings- en ontwikkelingsmaatschappij voor het Noorden. NOMMER is open, toekomst en resultaatgericht en beschrijft de economische ontwikkelingen, de ondernemingsgeest, en het leven en werken in Groningen, Friesland en Drenthe.TRANSCRIPT
In d
it n
umm
er o
.a. S
iem
Jans
en o
ver c
ijfer
s en
lett
ers
2 •
Koo
lhyd
rate
n he
bben
de
toek
omst
bij
CCC
6 •
Slim
me
proc
esse
n in
de
Smar
t Fac
tory
11
• E
n de
pec
hprij
s w
as v
oor .
..18
2008
in c
ijfer
s 23
• N
ieuw
e ac
tivite
it: L
ean-
netw
erke
n 26
• 3
5 ja
ar N
OM
29
Cijfersenletters
Cijfers en letters kun je gemakkelijk manipuleren. Meestal is er wel
een aanleiding om dat te doen. Die hebben we bij de NOM niet. Laat
de cijfers ook nu voor zichzelf spreken. Wat bereikten we in 2008?
Wat hebben we in de afgelopen 35 jaar mede tot stand gebracht?
We kunnen er mee voor de dag komen en hoeven ons niet te
schamen. Integendeel! De prestaties die het afgelopen jaar door de
verschillende afdelingen zijn neergezet, zijn goed. Weliswaar konden
we minder nieuwe gerealiseerde arbeidsplaatsen inboeken, maar de
score is nog altijd uitstekend in het licht van de huidige economische
situatie.
Het langjarig gemiddelde blijft nog steeds boven de doelstelling
die overeengekomen is met de subsidiegevers. We realiseerden ver-
nieuwende projecten met een investeringsvolume hoger dan target.
In de participatieportfolio realiseerde Finance een hoge score. Een
goed jaar, met perspectief voor de langere termijn. Want ondanks het
tegenzittend economisch tij is de portefeuille van de NOM op alle ter-
reinen goed gevuld. Drie voorbeelden van langer lopende projecten,
CCC, Lean produceren binnen het ERIP-project en Smart Factory, vindt
u in deze NOMMER.
Natuurlijk zullen de komende maanden moeilijk zijn, maar we
weten dat continuïteit essentieel is voor elke onderneming, en dat
scoren op korte termijn leuk is, maar volhouden meer resultaat geeft.
De projecten die we in deze NOMMER, naast de cijfers, presenteren,
mikken daar op. En dus zijn we hoopvol voor de komende jaren in de
wetenschap dat op enig moment we opnieuw cijfers en letters met
vertrouwen aan u zullen presenteren als uitkomst van verdere econo-
mische ontwikkeling in Noord-Nederland.
Siem Jansen
INVESTEREN IN ONTWIKKELING
I N H O U D
Aan het woord
Innovatie
Technologie
Participaties
Cover story
Cijfers
Lean
Ontwikeling
Aan de wand
2
6
11
14
18
23
26
29
32
De cijfers spreken voor zich … door Siem Jansen, directeur N.V.
Noordelijk initiatief met (inter)nationale ambitie, CCC
Smart Factory, op zoek naar nieuwe uitdagingen
Investeringen in ontwikkeling in woord én op de kaart
De Nord Connect Trial 2009: let’s keep doing it!
Op koers en in balans: de cijfers over 2008
Een verhaal over elimineren, focus en minimaliseren
Hoe het allemaal begon, 35 jaar NOM
Het NOM-kwartet rijmt, door Driek van Wissen
En verder … Nommer-shop 4 • NOM on tour 5Quintus J. Lampe, ondernemen is topsport én keuzes maken 10NOMMER Herman de Vries 22
6
11
26 18
4
NOMMER is een magazine van N.V. NOM en
speciaal bedoeld voor relaties en iedereen die
geïnteresseerd is in de activiteiten van de
investerings- en ontwikkelingsmaatschappij
voor het Noorden. NOMMER is open, toekomst-
en resultaatgericht en beschrijft de economische
ontwikkelingen, de ondernemingsgeest, en het leven en
werken in Groningen, Friesland en Drenthe.
Verspreiding: gratis onder alle relaties van N.V. NOM.
Redactie: Communicatie N.V. NOM, Manisch Creatief.
Eindredactie: Annemarie Atema, [email protected].
Idee, art direction en realisatie: Manisch Creatief.
DTP/pre-press: SYL dtp & vormgeving.
Tekstbijdragen: Rob Abee, Annemarie Atema, Ed van de
Beek, Folkert van der Glas, Siem Jansen, Quintus Lampe,
Manisch Creatief, Else Maria van der Meulen, Rudy
Noordenbos, Pieter Oosthoek, Herbert Verhey, Herman
de Vries, Evert van de Werfhorst, Lolle Wijnja.
Fotografie: Patrick Ruiter (cover), Hans van Dijk,
Manisch Creatief, stock, archief NOM.
Drukwerk: Grafische Industrie De Marne.
Oplage: 3.000 exemplaren.
Rechten: Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen,
vermenigvuldigd of geproduceerd zonder schriftelijke
toestemming van de N.V. NOM of andere auteursrecht-
hebbenden. Alle gegevens zijn onder voorbehoud, en er
kunnen geen rechten aan worden ontleend.
NOMMER is een uitgave van N.V. NOM,
Investerings- en Ontwikkelingsmaatschappij
voor Noord-Nederland.
Paterswoldseweg 810, Groningen.
Telefoon (050) 521 44 44, www.nom.nl.
Cover: Ed van de Beek in zijn Jensen CV8 uit 1965.
Nommer-Shop
Dasje jasje
To frisbee or not to be
Wat te denken van een prachtige NOM stropdas? En ook nog in twee kleu-
ren verkrijgbaar! Licht- of donkergrijs, altijd passend bij uw outfit! En van
100% zijde! De NOM-stropdas is te bestellen voor € 25,- via [email protected].
Let the summer begin! Op een Spaans strand of op de camping in
Drenthe, deze frisbee zorgt voor vele uurtjes plezier. Vandaag be-
stellen dus. Gewoon een mail sturen naar [email protected]. Op=op!
5
I N V E S T E R E N I N O N T W I K K E L I N GN
OM
on
tour
...
We waren erbij ‘In het Hart van de Ondernemer’ op het Ondernemersplein
in het WTC Expo gebouw in Leeuwarden. Een succesvolle beurs inclusief
high tea en masseuse. Twee keer lekker dus!
Bedrijven Contactdagen Friesland
De rol van de commissarisIn maart organiseerden we samen met PricewaterhouseCoopers een
bijeenkomst voor commissarissen. De verschillende rollen die een
commissaris kan innemen werden belicht; van toezichthouder tot
adviseur. Een inspirerende leerzame bijeenkomst!
Op 27 en 28 mei werd de Energie-
bouwbeurs georganiseerd in de TT Hall
in Assen. We waren aanwezig om de
energiebouw-ontwikkelingen op de voet
te volgen. Ook een goede plek om u weer
eens de hand te schudden!
Energie 2009,in bouw en vastgoed
6
Eisse Luitjens, projectmanager NOM
Belangrijk voor regionale economieVolgens NOM-projectmanager Eisse Luitjens is de komst van
het CCC van groot belang voor de noordelijke economie. ‘Het
CCC richt zich op lonende ketens. De agrobusiness is goed voor
15% van de noordelijke werkgelegenheid en gebruikt bovendien
70 tot 75% van het landelijk gebied. Maar de sector heeft het
de afgelopen jaren zwaar te verduren gehad, onder meer door
de afbouw van subsidies. Een betere winstgevendheid door
een hogere toegevoegde waarde is dan ook essentieel voor het
voortbestaan. Dat vraagt om innovatie. Maar als het economisch
slechter gaat wordt het steeds moeilijker om R&D-activiteiten
overeind te houden. Samen in kennis investeren met andere
bedrijven uit dezelfde bloedgroep is dan de oplossing. Daarom
heeft de NOM in de voorbereidende fase actief de kar getrokken
van het CCC.’
Het CCC stuwt het innovatie vermogen van de Agro-Food
In februari van dit jaar vond de feestelijke start plaats van het Carbohydrate Competence Center (CCC), een uniek noordelijk expertisecentrum op het gebied van koolhydraten.Binnen CCC werkt een consortium van kennisinstellingen en bedrijven nauw samen om door middel van toegepast onderzoek de innovatiekracht van de Agro-Food industrie te vergroten. Een sector die voor Noord-Nederland van levensbelang is.
I N V E S T E R E N I N O N T W I K K E L I N G
7
Het CCC stuwt het innovatie vermogen van de Agro-Food
Noord-Nederlands initiatief met (inter-)nationale ambitieMede door de inspanningen van de
NOM is het CCC een echt Noord-
Nederlands Competence Center
geworden dat ondersteund wordt
vanuit het Koers Noord programma.
Toch gaan de ambities veel verder
dan Noord-Nederland. ‘Tijdens de
opening is het CCC mooi beschreven:
een noordelijke initiatief met een
nationaal karakter en een internatio-
nale uitstraling’, vertelt Fons Voragen,
directeur van het instituut.
‘Op termijn moet het CCC uitgroeien
tot een nationaal expertisecentrum
dat ook internationaal voorop loopt.
Maar zover zijn we nog niet. We be-
ginnen op bescheiden schaal met 10
á 12 bedrijven en een consortium van
Nederlandse kennisinstellingen, die
samen bereid zijn om te investeren.
Van daaruit werken we aan een gelei-
delijke groei. Bij de opening meldden
zich verschillende bedrijven met be-
langstelling voor deelname. Dat is een
positief gegeven. Maar we willen het
rustig opbouwen. Eerst concrete resul-
taten behalen voor we een belangrijke
status claimen. Over vier jaar willen
we onze waarde bewezen hebben.’
Vraaggestuurd onderzoekConcrete aansluiting bij de praktijk
staat volgens Voragen voorop bij het
CCC: ‘We werken volledig vraag-
gestuurd. Wij spelen direct in op
vragen of problemen die bedrijven in
de praktijk tegenkomen. Bij het CCC
vinden deze bedrijven wetenschap-
pers uit verschillende disciplines,
maar ook andere bedrijven die met
soortgelijke vragen zitten. We zoeken
naar een goede match tussen de vra-
gen van het bedrijfsleven en het aan-
bod van de kennisinstellingen. Van
daaruit wordt een onderzoeksproject
opgestart waarin wetenschappers en
minimaal twee bedrijven heel nauw
samenwerken.’ Volgens Geert Jan
Arends, directielid namens de RuG, is
die vraagsturing ook voor de kennis-
instellingen interessant. ‘Het betekent
dat je als onderzoeker met concrete
zaken bezig bent en vooraf weet
dat er wat met de resultaten wordt
gedaan. Maar het gaat niet alleen om
toegepast onderzoek. Er komt ook
veel onderzoek met een fundamenteel
karakter bij kijken. Als wetenschapper
heb je dus ook voldoende stof voor
publicaties.’ >
8
‘Cosun is met onderdelen als Suiker Unie, Aviko, Nedalco
en Sensus een echt koolhydratenbedrijf. Dat was voor
ons de eerste reden om partner te worden in het CCC.
De tweede reden is dat we voor al onze onderdelen de
ambitie hebben om de beste in onze klasse te zijn. In
deze tijd moet een bedrijf aantoonbaar presteren om in
zaken te blijven. Innovatie, extra toegevoegde waarde
en leiderschap op het gebied van kosten zijn daarbij
belangrijk. Als we kennis en kunde in een toegankelijk
kennisinstituut kunnen ontwikkelen is dat aantrekkelijk,
vooropgesteld natuurlijk dat het geen gevoelige kennis
vanuit competitief oogpunt betreft. Een voorwaarde
voor deelname was wel dat het onderzoek op topniveau
moest zijn. Met het huidige kennisconsortium is daar een
prima aanzet voor gegeven. Ik heb een goed gevoel over
de start. We nemen deel aan verschillende projecten die
voor ons aantoonbare meerwaarde opleveren. We gaan
nu zorgen dat de ‘gereedschapkist’ goed gevuld wordt
en dat de gereedschappen in topconditie in de kist lig-
gen. De gewenste eindsituatie is dat dit de place to be
wordt voor koolhydraten. Op de weg daar naartoe hoop
ik dat ook de overheden zich realiseren dat er veel meer
nodig is. Er is een levendige belangstelling vanuit het
bedrijfsleven, dat is hoopgevend. Het is nog te vroeg om
nu al van een succes te spreken. Eerst moeten we werken
aan meer volume, meer continuïteit.’
‘Wij hebben de ambitie om de bestete zijn in onze klasse’
Ad de Laat, Cosun:Breed onderzoeksterreinHet CCC richt zich puur op koolhydraten. Dat lijkt
misschien een beperkt gebied, maar schijn bedriegt.
Maar liefst 70% van al het droge plantenmateriaal
bestaat uit koolhydraten. Er zijn dan ook ontelbaar
veel soorten met heel specifieke eigenschappen en
verwerkingsmogelijkheden. Behalve in voeding en
gezonde voedingsingrediënten vind je ze bijvoor-
beeld terug in biobrandstoffen, ‘groene’ kunststof-
fen, papier, textiel, bouwmaterialen, implantaten,
geneesmiddelen en cosmetica. ‘Koolhydraten in de
vorm van enkelvoudige suikers zijn fermenteerbaar’,
legt Voragen uit. ‘De fermentatieproducten kun je
via allerlei methoden en technieken toepassen en
verwerken. Wij willen enabling technologie leveren
die bijdraagt aan een nog betere benutting van
koolhydraten. We maken dus zelf geen voedings-
middelen, geneesmiddelen of biobrandstoffen, maar
stellen anderen in staat om dat (beter) te doen met
de door ons gegenereerde kennis. Onze focus ligt op
ingrediënten, componenten en technologieën die
in de industrie toegepast kunnen worden voor de
ontwikkeling van innovatieve producten.’
Drie werkveldenDe activiteiten van het CCC zijn verdeeld over
drie werkvelden. Binnen het eerste veld wordt de
relatie tussen structuur en functie van koolhydra-
ten onderzocht. ‘Die structuur bepaalt bijvoorbeeld
de textuur of viscositeit of het ‘mondgevoel’ van
voedingsmiddelen’, vertelt Voragen. ‘Met kennis
9
I N V E S T E R E N I N O N T W I K K E L I N G
‘Binnen het CCC werken wij aan de calorische waarde
van aardappelen. Wij willen de zetmeelsamenstel-
ling op een positieve manier aanpassen zodat er een
lekker product ontstaat met een laag caloriegehalte
en een lage glycemische index. Een product dus dat
een preventieve werking heeft voor welvaartsziekten
als diabetes en obesitas. Op dit moment brengen we
al het concept SunLite op de markt, een aardappel die
per 100 gram slechts 60 Kcal bevat. Dat is een kwart
tot een derde minder dan standaardaardappelen. Toch
mogen we dit geen gezond product noemen vanwege
de strenge EU-normen voor gezondheidsclaims. Wij zijn
blij met die hoge normen. Ze filteren het kaf van het
koren en geven een stimulans voor verbetering. Aan
die verbetering werken we nu bij het CCC. Ons doel is
het kweken van een nog gezonder aardappelras met
een gezondheidsclaim die voldoet aan de voorschriften
van de EU. Het CCC beschikt over de onderzoekers, de
kennis, de proeven en de faciliteiten om die claim te
bewijzen en wetenschappelijk te onderbouwen. Wij
denken dat dit een innovatie met meerwaarde wordt.
Voedingsmiddelenproducenten hebben veel mogelijk-
heden om de gezondheid te verbeteren. Voor vrijwel
alle groenten geldt dat er veel genetische variatie is,
van zeer gezond tot oninteressant. Daar wordt nog veel
te weinig mee gedaan.’
hierover kunnen bedrijven koolhydraten beter en
gerichter toepassen in food en non-food producten.’
Het tweede werkveld draait om gezondheidsvragen:
‘Koolhydraten leveren niet alleen energie, maar
hebben bijvoorbeeld ook effecten op de bloedsuiker-
spiegel, de darmgezondheid en het immuunsysteem.
Wij zoeken naar nieuwe methoden om die effecten
vast te stellen en ontwikkelen gezonde koolhydra-
ten voor toepassing in innovatieve gezondheids-
bevorderende producten.’ In het derde werkveld
staan duurzame producten en productiemethoden
centraal. Met koolhydraten uit landbouwproduc-
ten kunnen allerlei duurzame producten gemaakt
worden, zoals groene chemicaliën, biopolymeren
en biobrandstoffen. ‘Maar je moet die koolhydraten
wel eerst ontsluiten voor je er iets mee kunt doen.
Wij onderzoeken hoe we goedkope fermenteerbare
suikers kunnen produceren uit biomassa en hoe die
verwerkt kunnen worden tot innovatieve producten.’
Vanuit deze drie thema’s werkt het CCC aan nieuwe
praktische kennis die direct toegepast kan worden
om de toegevoegde waarde in de (Noord-)Neder-
landse Agro-Food te vergroten. Tegelijkertijd levert
het onderzoek een belangrijke bijdrage aan de tran-
sitie naar de biobased economy.
Slagvaardig en betrokkenVolgens Arends is er inmiddels een goede start
gemaakt: ‘De projecten lopen en de deelnemers
zijn erg enthousiast en betrokken. Iedereen kan aan
de knoppen zitten, daardoor is er een geweldige
slagvaardigheid. Alle partners zijn gelijkwaardig
en alles wat er uit een project komt is gezamenlijk
eigendom. Dat stimuleert de samenwerking. Het
elan dat er nu is willen we vasthouden als we gaan
groeien. Maar eerst is het zaak om het vliegwiel goed
draaiend te krijgen. De trein rijdt, maar er moeten
nog wat kolen bij om de vaart er goed in te krijgen.
Waar we naar toe willen is dat een topwetenschap-
per uit Japan over enkele jaren zegt: Ik moet naar
Noord-Nederland, want daar gebeurt het.’
Hans van Doorn,kwekersbedrijf HZPZ:
‘Wij willen aardappels kweken meteen bewezen gezondheidsclaim’
10
GEW
OO
N D
URV
EN!
10
Ondernemenis topsport én keuzes maken
‘Het ontstaan van Lampe Technical Textiles vinden we in de firma Gebroeders Lampe. Deze firma in dames- en
herenconfectie werd geleid door de neven Lampe , waaronder Bernard Heinrich Lampe . Deze mocht met
toestemming van zijn neven in 1875 voor eigen gewin een bedrijf starten. De firma B. Henr. Lampe ontwikkelde
zich voorspoedig tot importeur en groothandel in textiel, eveneens gevestigd in Sneek.’
Deze geschiedschrijving is de basis voor het hedendaagse Lampe,
nu ruim 130 jaar later. Het ondernemerschap van Bernard is geboren
vanuit een pioniersgedachte. Hij stapte met kennis van textiel uit het
kledingvak en ging op zoek naar andere toepassingen van textiel. Die
werden onder andere gevonden in de vorm van kaasdoeken, polijst-
schijven en knielkussens voor de katholieke kerk. Ook de eerste melk-
filters zijn door Lampe in de markt gezet. Lampe heeft in de afgelopen
decennia regelmatig bewust de bakens verzet. Zo bleek de markt van
de poetsdoeken door de opkomst van synthetische materialen niet
langer een lucratieve markt. Lankhorst te Sneek heeft hier destijds
dankbaar gebruik van gemaakt en zag in de poetsdoeken mogelijk-
heden om de eigen medewerkers aan het werk te houden, wat uit-
eindelijk leidde tot het bedrijf Boso. Waar Lampe koos voor andere
markten, pakte Lankhorst de doek weer op.
Voor Lampe bleken de grootste uitdagingen te liggen op het gebied
van filtertextiel, wasserijtextiel en machine-/decoratievilt. Inmiddels
voert Lampe naast haar textieltak en eigen servicetak, onder de naam
Qprom Technical Services. Producten leveren alleen bleek door de
toenemende concurrentie vanuit binnen- en buitenland niet langer
voldoende. De profilering bij de afnemers is nu meer gericht op filter-
en ventilatietechniek, wasserijtechniek, machinebouw en specials ver-
vaardigd uit technisch textiel en vilt. De specials laten zich ondermeer
vertalen in medische hulpmiddelen en decoratieve wandbekledingen.
De mogelijkheden van textiel gaan verder dan confectie …
De kansen liggen er weer volop. Nu de investeringen in nieuwe
machines afnemen is de vraag naar onderhoud en renovatie sterk
toegenomen. Als de investeringsmarkt weer aan gaat trekken dan zal
meer aandacht gegeven kunnen worden aan de procesoptimalisatie
bij de afnemers met bijbehorende adviezen op het gebied van nieuwe
installaties.
Bovenstaande is door vijf generaties Lampe in textiel vorm gegeven. Ook bleek een generatie een spe-
ciale richting te hebben gegeven aan de kritieke succesfactoren. Vaak ook bleken de gemaakte keuzes
voort te komen uit persoonlijke voorkeuren, opleiding en ervaring, waar de betreffende directeur-groot-
aandeelhouder zich ten volle aan wilde geven. Ondernemen is tenslotte topsport en blijvend succes in
topsport kan alleen als je het spelletje zelf ook als heel leuk ervaart.
Quintus J. Lampe
Managing director Lampe Technical Textiles bv
& Qprom Technical Services bv
I N V E S T E R E N I N O N T W I K K E L I N G
11
Factory
De industrie staat voor de enorme uitdaging om productiviteit te vergroten en
tegelijkertijd minder energie te gebruiken en minder afval te produceren. Sensor-
technologie kan daarin een belangrijke rol gaan spelen. Vanuit die achtergrond
is zo’n anderhalf jaar geleden de Smart Factory gestart, een in het kader van
Sensor Universe door de NOM geïnitieerd project.
Actief clusterDe Smart Factory dus. Klinkt goed, maar wat behelst het nu precies? ‘De
Smart Factory is een actief cluster van 15 MKB-bedrijven dat de ambitie heeft
om zelflerende besturingstechnologie te ontwikkelen die productieprocessen
slimmer en veel efficiënter maakt’, vertelt Hans Praat, business development
specialist bij de NOM. ‘Technologiebedrijven met elk hun eigen specialisme en
ervaringen. Onder meer op het terrein van sensortechnologie, data-analyse en
meet- en regeltechniek. Een aantal grote
Noord-Nederlandse productiebedrijven
zoals Stork-Fokker, FrieslandCampina,
Aldel en Avebe fungeert als zogeheten
launching customers, waar de groep
kan experimenteren met hun nieuwe
technologieën. Bedrijven met één
prangende vraag: Hoe kunnen we ons
productieproces, of een deel daarvan,
nog beter beheersen?’
Vroegtijdig anticiperenEen voorbeeld. In de agro- en food-
industrie gaat bijna 20% van het
energieverbruik op aan droogprocessen,
bijvoorbeeld het drogen van melk tot
melkpoeder. Zijn er slimme oplossingen
te bedenken om dit aan te pakken?
Zonder twijfel! Met sensoren kan het
productieproces namelijk uiterst nauw-
keurig worden bestuurd. >
‘Ik geloof echt in een doorbraak!’
Noord-Nederland moet zich ontwikkelen tot een ‘centreof excellence’ op het gebied van zelflerende besturings-technologie. Dat is het streven van de Smart Factory.Een verhaal over slimmer produceren, sensoren en eensamenspel van competenties.
Smart
12
Volgens experts kan zelflerende besturingstechnologie
het energieverbruik van dit soort droogprocessen met
wel een kwart terugbrengen. Zelflerend wil overigens
zeggen: vroegtijdig anticiperen op verstoringen in het
productieproces, voorkomen dat er wordt afgeweken
van de gestelde productienorm. Naast een fikse energie-
besparing, zorgt dat natuurlijk ook voor een hogere
productiviteit en minder afval. Er is dus een hoop winst
te behalen!
Nieuwe generatieDe lat ligt hoog. De Smart Factory wil Noord-Nederland
laten uitgroeien tot een ‘Centre of excellence’ op het ge-
bied van geavanceerde zelflerende besturingstechnologie.
Een reële doelstelling, benadrukt Hans Praat. ‘Aan de ene
kant kent het Noorden een groot aantal gerenommeerde
productiebedrijven. Aan de andere kant beschikken we
over een hoogwaardige kennisportefeuille sensortechno-
logie. Al die bedrijven en kennisinstellingen kunnen en
willen wat met elkaar, dat merk je. Er is volop beweging.
Ik geloof echt dat we met de Smart
Factory voor een doorbraak staan. Dat
er in het Noorden een nieuwe genera-
tie bedrijven ontstaat die zelflerende
besturingstechnologie kan leveren
aan alle markten die daarom vragen.’
Hans Praat,Projectmanager NOM
I N V E S T E R E N I N O N T W I K K E L I N G
13
Draadloze technologie draagt in hoge mate bij aan produc-
tieverbeteringen. Sterker, het is tegenwoordig in de indu-
striële sector zo goed als onmisbaar. Daarom is PTC Remote
Management & Service nauw betrokken bij de Smart Factory.
PTC rm&s maakt embedded draadloze techniek, wereldwijd,
in allerlei toepassingen en applicaties. Embedded betekent
dat de elektronica of de software is verwerkt in een doosje of
apparaat, ingebed dus. Technisch directeur Wessel Koning: ‘Onze
activiteiten passen goed bij de doelstelling van de Smart Factory.
We willen draadloze technologie toepasbaar maken voor de
industriële sector. En daarmee een aantal standaardproducten
realiseren die binnen het project gebruikt gaan worden.’
‘De kracht van de Smart Factory ligt verscholen in het samenspel
van alle competenties. Het is niet alleen sensortechnologie, maar
het gaat ook om aspecten als geavanceerde proceskennis en het
ontwikkelen van voorspellende systematieken. Een veelbelovend
project, dat zeker. Er wordt zoveel kennis en kunde opgebouwd
dat de Smart Factory op termijn een wereldwijde exposure kan
hebben. En wellicht zijn gelijke niet kent.’
‘Een veelbelovend project,dat zeker’Wessel Koning, PTC rm&s
Uit de Smart Factory-groep is een samenwerkingsverband
ontstaan tussen Stork Fokker AESP als ‘launching customer en
vier Noordelijke technologiebedrijven: Langhout & Cazemier,
PTC rm&s, Science & Technology en Braincenter. Deze groep
gaat met sensortechnlogie de vestiging van Stork-Fokker in
Hoogeveen, waar hoogwaardige vliegtuigcomponenten wor-
den gemaakt, ombouwen tot een heuse ‘zelflerende fabriek’
en heeft daarvoor een subsidie aangevraagd bij Koers Noord.
Een van de consortiumpartners is Braincenter uit Drachten.
Braincenter brengt een aantal belangrijke bouwstenen voor
het Smart Factory-concept in zoals slimme meetsystemen en
robots.
Tjerk Jansma, innovationmanager verhaalt enthousiast over
het Smart Factory-project bij Stork-Fokker. Door de krachten
te bundelen kunnen we steeds complexere vraagstukken aan.
Het project bij Stork is een enorm uitdagende klus. We gaan
bij Stork overal sensoren inzetten om realtime te meten wat er
écht, en op elk moment, in de fabriek gebeurt. Met de juiste
informatie kan Stork straks de fabriek veel beter aansturen,
waardoor de productiviteit en de kwaliteit enorm zal toene-
men. Stork is de proeffabriek waar we de nieuwe technolo-
gieën in de praktijk gaan uitproberen. Daarna gaan we deze
technologieën met de Smart Factory-partners uiteraard in
allerlei andere markten verkopen. ’
‘We ontwikkelen de eerste zelflerende fabriek’Tjerk Jansma, Braincenter
1414
‘Capilix is ontstaan in de periferie van
het MESA+ instituut voor nanotech-
nologie van de Universiteit Twente, en
concentreert zich op de ontwikkeling en
vermarkting van lab-on-a-chip technolo-
gie. Capilix heeft in 2008 besloten zich
High techsensoring in dewaterwereld
ABS Veendam‘NOM sociale aandeelhouder’
Participaties aan het woord
Capilix
‘ABS is 26 jaar geleden opgericht door
Abee, Buurma en Scholtens als een
technische groothandel in hydrau-
lische componenten genaamd ABS
Hydraulics BV. In de loop der jaren is
deze afdeling zich meer gaan specia-
liseren in de aggregatenbouw en uit-
eindelijk, vanwege de vraag in de markt,
ook complete besturingen. In 1992 is
ABS Cilinders BV, de eigen cilinderfa-
briek, eraan toegevoegd. Hier produ-
ceren we voornamelijk op klantspe-
cificatie, enkele stuks en kleine series
hydraulische cilinders van hoogwaar-
dige kwaliteit. De gescheiden cilinder-
revisie-afdeling repareert, reviseert en
modificeert alle soorten cilinders. Ook
de in 2004 opgerichte ABS Hydromarine
heeft intussen haar plek in de maritieme
industrie verdiend met een scala aan
technische oplossingen voor deze
sector. De servicemonteurs maken des-
gewenst de cirkel rond door montage
op locatie. Vanuit onze hoofdvestiging
in Veendam, de vestiging in Nuth (LB)
of vanuit St. Petersburg (Rusland) be-
wijzen we op elk aandrijfvraagstuk een
passend antwoord te hebben.’
‘In 2004 zijn wij in contact gekomen
met de NOM omdat mijn vader en
Scholtens hadden aangegeven hun
aandelen te willen verkopen. De aan-
delen van Buurma had ik eind 1999
gekocht. Ik kon echter niet alle
aandelen aankopen, laat staan dat ik
een extra kapitaalinjectie die we toen
nodig hadden kon financieren. Ik vind
de NOM een ‘sociale’ aandeelhouder
omdat resultaat uiteraard voorop staat
maar werkgelegenheid en continuïteit
voor de lange termijn erg belangrijk
zijn. Voor mij is de commissaris het
gezicht van de NOM. Ik ben zeer con-
tent met de heren Knol en Kolthof,
Kolthof tegenwoordig op persoonlijke
titel.’
‘Ondanks een slechte start in 2004
is ABS redelijk succesvol. Het succes
begon bij de tip van Kolthof om alleen
de beste mensen aan ABS te binden.
En dat is gelukt. Gemiddeld groeien
we 30% per jaar. Dit is mijns inziens
nooit toe te wijzen aan één oorzaak
maar aan meerdere: een combina-
tie van goede commissarissen, goed
beleid, een heel goed team, een beetje
geluk en een bank die bij ons past
(Rabobank).’
Rob Abee
15
in Leeuwarden te vestigen, omdat
Leeuwarden als Europees watercen-
trum een ideale plek is om de tech-
nologie te vertalen naar producten,
toepasbaar in de waterwereld. Kennis,
kapitaal en ondernemerschap komen
hier bij elkaar, allen zeer belangrijk als
het gaat om het naar de markt bren-
gen van innovatieve technologie.
De sensortechnologie van Capilix is bij
uitstek geschikt voor het meten van
een breed scala aan ionen en opgeloste
organische componenten in water.
Capilix concentreert zich op een vijftal
marktsegmenten: tuinbouw, biogas
installaties, drinkwater, afvalwater en
industriële toepassingen. Voor elk van
deze marktsegmenten heeft Capilix
inmiddels consortia gebouwd, waar-
binnen in samenwerking met klanten,
producenten en kennisinstellingen de
specifieke toepassingen worden door-
ontwikkeld. De NOM heeft in een zeer
vroeg stadium van de ontwikkeling
van Capilix besloten om te participe-
ren.Hiermee heeft de NOM op een
gecalculeerde wijze lef getoond. Dit is
erg belangrijk voor jonge technologie-
bedrijven als Capilix. Bovendien is de
ondersteuning van de NOM met haar
netwerk en (financiële) kennis met
name bij een start up van grote toege-
voegde waarde. De resultaten zijn dan
ook niet mis te verstaan, immers jonge
technologiebedrijven scheppen op de
lange duur de meest hoogwaardige en
best verankerde werkgelegenheid in
het Noorden.’
Evert van de Werfhorst
‘In 2004 hebben we, tijdens het zagen
van haardhout voor eigen gebruik,
het concept van ‘altijd-droog-haard-
hout’ in een vriendelijke verpakking
bedacht. We realiseerden ons al snel
dat we een niche in de markt vonden.
Kort daarna hebben wij de onderschei-
dende verpakking en het innovatieve
productieproces geheel in eigen be-
heer ontwikkeld. Omdat Sierra Nevada
het haardhout kunstmatig droogt op
een temperatuur van gemiddeld 75
graden Celcius, in computergestuurde
droogkamers, kan het in een hand-
zame verpakking aan de consument
aangeboden worden en is het hout
altijd droog (het brandt dus altijd!).
Daarnaast is Sierra Nevada vrij van
schimmel en ongedierte, beter voor
het milieu door minimale CO2-afgifte,
en wordt het aangeboden inclusief
handige aanmaakhoutjes. In het kader
van bewust ondernemen stookt de
fabriek de droogkamers op eigen
zaagsel, en levert het eindproduct
minder CO2-uitstoot op dan regulier
(niet-ovengedroogd) haardhout.
Bovendien komt het hout uit duur-
zaam beheerde productiebossen. Dat
heeft geresulteerd in FSC-certificering;
een eigen FSC-keurmerk.’
‘Sinds 2007 participeert de NOM.
Dit bood direct grote mogelijkheden
om verder te groeien en verschafte
de mogelijkheid onze productiecapa-
citeit substantieel uit te breiden op
een strategische locatie. Daarnaast
merken wij bij onze huidige expansie
in Duitsland dat NOM N.V. veel ver-
trouwen geniet en ons daadwerkelijk
in het verkoopproces ondersteunt.’
Pieter Oosthoek
produceert en vermarktSierra Nevada haardhout
I N V E S T E R E N I N O N T W I K K E L I N G
Participaties en achter-gestelde leningen in 2008
Tohil Nederland BV
De NOM is in 2008 volop in staat
geweest haar rol bij het verstrekken
van risicodragend kapitaal aan bedrij-
ven in Noord Nederland te vervullen. Maar liefst
30 bedrijven hebben in dat jaar met succes hun
weg naar de NOM weten te vinden. Daarnaast is
aan 20 bedrijven die wij al in portefeuille hadden
aanvullende financiering verstrekt ten behoeve
van verdere ontwikkeling en uitbreiding. Van 31
bedrijven werd afscheid genomen door verkoop
en/of aflossing of ten gevolge van faillissement.
Het aantal verstrekkingen aan starters is ten op-
zichte van het vorig jaar verder toegenomen tot
19 en daarnaast werden 10 bedrijven geholpen
aan kapitaal ten behoeve van verdere expansie.
Zoals de kaart op de volgende pagina laat zien
zijn de belangen over alle provincies gespreid.
De NOM blijft volledig beschikbaar voor het
financieren van management buy outs (MBO) en
management buy in (MBI). Dat is voor de continuï-
teit van veel bedrijven van grote betekenis.
16
5
1
1
1
11
1
1
1
1
2
2
1
1
1
1
1
2
1
1
2
1
4
4
4
1
1
1
1
1
1
1
11
12
4
1
1
4
11
3
2
2
1
3
1
27
4
3
44
Sneek
Heeg
Lemmer
Joure Heerenveen
Nijehaske
Oranjewoud
Wolvega
Noordhorn
Winsum
Oldehove
Pieterburen
Ten Post
Middelstum
Noordwolde
HarenSappemeer
Westerbroek
Oude Pekela
Stadskanaal
Vlagtwedde
Hoogeveen
Emmen
Veenoord
Coevorden
Dwingeloo
Wijster
Westerbork
1
Hooghalen
Bruntinge
Nieuweroord
Ter Apel
Veendam
Delfzijl
Eemshaven
Farmsum
Assen
1Annen
Gasselte
Eelde
Glimmen2Leek
1 Tolbert
Marum
Kornhorn
Dokkum
Drachten
Beetsterzwaag
Haulerwijk
Waskemeer
LeeuwardenFraneker
Harlingen
GrouZuidlaren
Meppel
Groningen
1
1
Annen RB Constructie B.V.Assen Amdico B.V., H.E.S. Heerema Holding B.V. (h.o. Hecas), Interwell Holding B.V., Nofiq Systems B.V.Beetsterzwaag NOM / ABN AMRO Startersfonds B.V.Bruntinge A.S. Pol B.V., More-to.com C.V. Coevorden Europark Coevorden - Emlichheim GmbHDelfzijl Koninklijke Wagenborg B.V.Dokkum Prins Holding N.V.Drachten BAIR B.V.Dwingeloo R.T. Dwingeloo B.V. (h.o. Planetron)Eelde Groningen Airpark Eelde B.V.Eemshaven Holland Malt B.V.Emmen Catch Holding B.V., Plastinum Polymer Technologies Corp. B.V., Storage & Network Equipment Holding B.V., Wireless Value Beheer B.V.Farmsum BioMethanol Chemie Holding B.V., Noord-Nederlandse Oliemolen B.V.Franeker ALU-Bouw Fryslân V.o.F, Bijlsma Meubelen Holding B.V., Steinfort Capital B.V.Gasselte Mennega Metaalconstructies B.V.Glimmen Alobi B.V. (h.o. Biorock)Groningen Air Center Europe Aviation Academy B.V., Antheus Magnesium B.V., Autotrust Europe B.V., Avesis B.V., BekenT Internet Marketing B.V., Bioclear Holding B.V., B.V. Drentse Participatiemaatschappij, CTG Holding B.V., De Verbinding B.V., Enable IT B.V., Gino B.V., IQ Corporation B.V., Kalooga B.V., Kiadis Pharma B.V., Mucosis B.V., Netwiz B.V., Orteq Limited Participatiemaatschappij Ondernemend Groningen B.V., Pezy Holding B.V., Polyganics B.V., RME B.V., Solenne B.V., Sound Intelligence B.V., TCN/SIG, Telehousing B.V., TSC Holding B.V., Zernike Seed Fund B.V., Zwartwoud Beheer B.V.Grou S. Hoekstra Warten B.V (h.o. DATC)Haren Domatops B.V.Harlingen Tohil Nederland B.V. (h.o. Sierra Nevada)Haulerwijk Machandel B.V., Thazza B.V.Heeg Aquatro V.o.F. Heerenveen Glice International B.V., Health Prevent B.V., LetsStat B.V., Massolt Holding B.V.Hengelo Osiris Digital Printing B.V.Hoogeveen HSF Holding B.V., Inlicence B.V., N.C.H. Beheer B.V., Rovecom Holding B.V., SuperMailServiceHooghalen Large Scale Information Displays B.V. (LSID)Joure Axes Automotive B.V., Eye Locus Netherlands B.V., Global Environmental Solutions B.V., Trilobes B.V. / Trilobes Power International B.V.
Financiële
Peildatum: juni 2009
belangen
17
5
1
1
1
11
1
1
1
1
2
2
1
1
1
1
1
2
1
1
2
1
4
4
4
1
1
1
1
1
1
1
11
12
4
1
1
4
11
3
2
2
1
3
1
27
4
3
44
Sneek
Heeg
Lemmer
Joure Heerenveen
Nijehaske
Oranjewoud
Wolvega
Noordhorn
Winsum
Oldehove
Pieterburen
Ten Post
Middelstum
Noordwolde
HarenSappemeer
Westerbroek
Oude Pekela
Stadskanaal
Vlagtwedde
Hoogeveen
Emmen
Veenoord
Coevorden
Dwingeloo
Wijster
Westerbork
1
Hooghalen
Bruntinge
Nieuweroord
Ter Apel
Veendam
Delfzijl
Eemshaven
Farmsum
Assen
1Annen
Gasselte
Eelde
Glimmen2Leek
1 Tolbert
Marum
Kornhorn
Dokkum
Drachten
Beetsterzwaag
Haulerwijk
Waskemeer
LeeuwardenFraneker
Harlingen
GrouZuidlaren
Meppel
Groningen
1
1
Kornhorn Storteboom Group B.V.Leek Data B. Mailservice Holding B.V., PendraCare Holding B.V.Leeuwarden Advanced Photovoltaic Applications B.V., AquaExplorer B.V., Capilix B.V., Datacenter Fryslân B.V., Grendel Games V.o.F., Heijne Reklame Groep, Living Foods B.V., S. Keikes (h.o. De Gouden Phoenix), Paintcube B.V., Professionele Distributiegroep B.V., Van Ulzen Leeuwarden Beheer B.V. (h.o. Wannit), Vergnes Holding B.V.Lelystad Eclair-E N.V.Lemmer Intelligent Controls Ymir V.o.F.Londen Orteq LimitedMarum Baron-de Boer Beheer B.V., Coöperatieve Vereniging De Nieuwe BandMeppel Agrifirm Verdeel B.V., Astava Holding B.V., Varibel B.V.Middelstum Vast Holding B.V.Nieuweroord Wageco Benelux B.V.Nijehaske F. Bosma Beheer B.V., Newion Investments Management B.V., R&G Beveiliging B.V.Noordhorn Micro Key B.V.Noordwolde Bulthuis Fabriek van wegtransportmiddelen B.V.Oranjewoud Tjaarda Oranjewoud B.V.Oude Pekela Drenth Holland B.V., Hennepverwerkingsbedrijf Dun Agro B.V., Strating Beheer B.V.Pieterburen 4C Holding B.V.Sappemeer Smit Sappemeer Beheer B.V., Studio 4 Beheer B.V.Sneek BrandNew B.V., Lampe Holding B.V., No Noises Holding B.V., PID Stainless Products V.o.F.Stadskanaal CrystalQ Group B.V.Ten Post Amca Beheer B.V. / Amca Engineering B.V.Ter Apel Indugroep Participaties B.V. (h.o. Wijdeven)Tolbert MW Panel Werkbladen B.V.Veendam ABS Beheer B.V., Kisuma Euro B.V., Nedmag Industries Mining and Manufacturing Holding B.V., Zechstein Minerals B.V.Veenoord Bischop Holding B.V.Vlagtwedde Emslandermeer B.V.Waskemeer ZiuZ B.V.Westerbork Intelligent Lectern Systems B.V.Westerbroek Volharding Shipyards Holding B.V.Wijster Hilbrands Laboratorium B.V.Winsum (FR) Miedema Holding Winsum B.V.Wolvega Travaillé Beheer B.V. (h.o. Wolvega Panelen)Zuidlaren Ritinimara B.V.
18
Zaterdag 2 meiHierbij een eerste bericht uit het verre
buitenland. Vanmorgen vertrokken
uit Leeuwarden. Mooie happening.
Veel uitzwaaiers en andere aardige
belangstellenden op het Oldehoof-
sterkerkhof. Rit naar Assen en daar
een klassementsproef afgelegd. Tussen
pilonnen door slalommen en meer van
die dingen en dat op tijd. Dan denk je,
waarom moet ik zo nodig in een oude
zware auto zonder stuurbekrachtiging
rijden? De bovenarmen worden er heel
stevig van kan ik jullie verzekeren.
Aansluitend naar Duitsland via Em-
men. In de ochtend meer testritten
over uiterst hobbelige zand- en klinker-
paden. Die hebben we overigens helpen
effenen omdat de auto heel laag op
de weg ligt en de uitlaat dus af en toe
als een bulldozer werkt. ‘s Avonds in
Wolfsburg aangekomen. Merkwaardige
stad die gebouwd is vlak voor WO2
en uitsluitend om de arbeiders van de
Volkswagenfabrieken te huisvesten die
er nu nog steeds staan.
Zondag 3 mei‘s Morgens om half zeven uit de veren
om de auto te controleren. Toch maar
even het linkervoorwiel-lager gede-
monteerd en nagesteld. Het piepte een
beetje. Om kwart voor acht de weg op
richting Polen. Waren we al na 30 km.
Paspoort klaar en... verrassing: geen
grenscontrole. Echt EG dus en wel zo
plezierig. Ook in Polen had de organi-
satie een paar vreselijke proeven uitge-
zet. Bolle kasseienwegen en zandpaden
waar je voortdurend moet kiezen: óf
de onderkant frezen óf de zijkant door
de braamstruiken. Dat alles ook bin-
nen een bepaalde tijd en ook nog met
steeds wisselende gemeten snelheden.
En dan moet je op de asfaltwegen de
verloren tijd weer inhalen met 180 km
per uur. Na twee dagen staan we in de
middenmoot van het klassement. Zijn
we best trots op!
‘s Avonds een ontvangst door de stad
Poznan. Ook onze concullega’s waren
aanwezig die bedrijven naar Poznan
proberen te lokken. Kennis gemaakt
met een Ests meisje dat nu in Polen
werkt bij de Poznanse NOM. Bij het
afscheid kreeg ik een hand met een
echte ‘knicks’, waarbij de dames even
het ene voetje achter het andere
plaatsen en dan licht door de knieën
gaan. Mooi hoor! Moesten wij ook
maar invoeren ...
Maandag 4 meiOm zeven uur op voor de autocheck
en aansluitend de weg op richting
Gdansk. Ging best goed, maar de uit-
De Nordconnect Trial 2009 startte op zaterdag 2 mei in Leeuwarden en finishte 8 dagen later
op zondag 10 mei in Haren. Een bonte stoet oldtimers en youngtimers met een accent op
alternatieve brandstoffen trok door Nederland, Duitsland, Polen, Litouwen, Letland, Zweden
en Denemarken. En dit in een onderlinge strijd op het gebied van navigatie en rijvaardigheid. Ed van de Beek reed
mee in zijn Jensen CV8 uit 1965. Samen met NOM-collega’s Jeroen van Onna en Sander Oosterhof vielen ze in de
prijzen ... De pechprijs 2009 was voor hen! Onderstaand het door Ed van de Beek bijgehouden dagboek.
De Nordconnect Trial 2009
19
I N V E S T E R E N I N O N T W I K K E L I N G
slag kunnen we morgen pas zien. Dat
is elke dag een hele rekenarij omdat er
zoveel klassementsproeven in de wed-
strijd zitten. Het is overigens allemaal
perfect georganiseerd. Staat er ineens
weer zo’n geitebreier met een Logger
(een elektronische stopwatch) midden
in het bos. Ook een waarschuwing aan
onze broek omdat we ergens te hard
hebben gereden. De trials waren weer
loodzwaar, maar gelukkig was het wat
koeler nu. Aan het eind van de dag
gloorde een netwerkborrel die door
Groningen Seaports was georganiseerd.
Veel volk. Veel gesprekken. Polen doet
het niet zo slecht in de crisis. Ze zijn
niet zo krankzinnig hard gegroeid en
hebben dus nog meer oude en wat
stabielere bedrijvigheid die verhou-
dingsgewijs (nog) niet zwaar getroffen
wordt. Er zitten naast heel kleine ook
heel grote boerenbedrijven, waaron-
der veel Nederlanders die, naast de
goedkope grond, aangetrokken worden
door het feit dat er minder (lokale)
regels zijn. Op de weg niet trouwens,
er staat werkelijk achter elke boom een
snelheidscontroleur.
Dinsdag 5 meiIn Kaunas was de ontvangst zeer
bijzonder. De ambassadeur, de loco-
burgemeester, de directeur van de KvK
en een stoet ondernemers: tout Kaunas
stond klaar om ons te ontvangen
(er wonen maar 3,8 miljoen mensen
in Litouwen dus het zijn er gauw pro-
centueel veel). Onze Majesteit was net
langs geweest en ik weet niet wát ze
allemaal had toegezegd, maar er werd
veel van ons verwacht. Ik ben door
twee TV-stations geïnterviewd, één
lokaal en één nationaal. Ik heb ze alle
geheimen van bedrijvenacquisitie ont-
huld. Wordt dus zware concurrentie
binnenkort.
Het verschil tussen de beleving van
de crisis in de landen die we passeren
is erg groot. In Polen is men niet echt
somber, maar in Litouwen en Letland
is dat heel anders. De klappen wor-
den heel hard gevoeld. Te hard willen
groeien met te veel geleend geld en
nu dus de terugval. Verdraaid jammer
voor deze mensen want ze hebben het
al niet breed. Toch waren de onderne-
mers in Litouwen gretig genoeg. We
zijn gevraagd wat relaties te leggen
met Nederlandse bedrijven. Ik werd
zelfs op straat aangesproken door een
bouwondernemer die zijn kaartje afgaf.
Na afloop onze dagscore gezien. Maar
1 minuut 10 straftijd. Gelijk pláátsen
gestegen in het klassement. Gelukkig
naar bed dus.
Woensdag 6 mei‘s Morgens er weer heel vroeg uit. Deze
keer om half zes Nederlandse tijd om-
dat de klok in Litouwen een uur later
staat. Even alle schroeven, bouten en
moeren nagelopen en ettelijke vastge-
zet omdat alles lostrilt op de kasseien
en grindwegen. Auto ziet eruit als een
beest. Daarna richting Letland. Eerst
een rit van 80 km over gewone wegen
(dat is gravel zodra je van de hoofdweg
af bent) en daarna een tijdrit over 40
km. Halverwege kwamen we er achter
dat we de stopwatch niet hadden opge-
wonden. Waarschijnlijk puntenverlies
dus. Die wegen zijn een fenomeen
waaraan je de ontwikkeling van de EG
kunt aflezen. In het vroegere Oost-
Duitsland is de subsidie het eerst. Daar
zijn veel mooie nieuwe asfaltwegen.
Kom je Polen binnen dan is de west-
kant al aardig op orde, maar naarmate
je verder oostwaarts komt zie je dat de
EG-centjes daar nog moeten door-
dringen. We hebben kuilen en gaten >
20
een oud duikbootkapitein met veel
belangstelling voor techniek en dus
moest de kap van de Jensen open om
naar de motor te kijken en wilde hij
achter het stuur. De kansen voor de
Zweeds-Nederlandse handelsbetrek-
kingen stegen per minuut. De mensen
achter het bedrijf(je) DUIN ontmoet.
Jonge Groningers die actief zijn op het
vlak van ‘duurzaam vervoer’ en net
hun eerste nevenvestiging in Zweden
hebben geopend. In de gaten houden
in te toekomst. Zware etappe gere-
den. Paar keer fout gereden en heel
hard over gravelwegen om dat weer
goed te maken. De verschillen met
de moderne auto’s worden manifest.
Maar ‘de kop d’r veur’. We laten ons
niet kennen.
Tenslotte bezoek aan de Saab-fabrieken.
Adembenemende vliegdemonstratie
van de Saab Gripen, de concurrent
van de JSF. Nee, ik mocht er zelf niet
in. Aansluitend het Saab demo-team
met twee auto’s tollend, slippend en
op twee wielen rijdend. Gaan we mor-
gen eens uitproberen met de Jensen.
Magnifieke show. Zal vast op internet
komen. ’s Avonds diner met de bur-
gemeester en veel politici en minder
ondernemers!
Vrijdag 8 meiHeel hard rijden over zandwegen.Die
zijn niet bol of hol maar ze ‘golven’
zodat het uitzicht op de weg uiterst
beperkt is. Langs de smalle paden
staan reusachtige rotsblokken zodat
de rit een beetje op een achtbaan lijkt.
’s Avonds een chique diner. Wat een
verschil met de landen die we hiervoor
bezochten. Ik zit naast de vrouw van,
wat men zegt, de rijkste man van Zweden.
Hij heeft een venture capital bedrijf
opgebouwd waar o.a. Poggenpohl in
heeft gezeten. Nu in energie, chemie,
meubels en life sciences. Kent de NOM!
gezien waar de Jensen makkelijk in had
gepast. Ook de sfeer verandert naar-
mate je oostelijker komt. West-Polen
is fris. In Letland zie je echt armoedige
streken. Toch zijn de mensen bepaald
niet onvriendelijker, eerder omgekeerd.
Het probleem is dat er zo veel mensen
zijn die als keuterboertje in het bestaan
voorzien. Voor hen is de EG voorals-
nog geen zegen. Ze moeten met hun
3 ha en één koe aan allerlei hygiëne-
en andere voorschriften gaan voldoen
en dat lukt natuurlijk niet.
Ook in Riga een mooie ontvangst.
De stoet lokale hoogwaardigheidsbe-
kleders deze keer aangevuld met drie
Noord-Nederlandse gedeputeerden.
Toespraken en een reusachtige taart
met vuurwerk. Galema, Bats en Gerrit-
sen gaan mee met de boot en morgen
retour. Wordt zeer gewaardeerd. Na
de grindwegen worden we naar een
echt cross-circuit geleid. Dwars door
de bochten en chicanes en met een
vaste tijd per ronde die je zelf moest
aangeven. Goed dat er douches zijn.
Daarna naar Riga voor bovengenoem-
de ontvangst en op de ferry.
Donderdag 7 meiVanuit het mooie Lynköping (spreek
uit Lientsjeuping) een stichtelijk
woord over de Trial. Vandaag een dag
van tegenstellingen. Verdriet om het
vertrek van Jeroen, vreugde om de
aankomst van Sander. De uitslag van
onze competitie gisteren (23 strafmi-
nuten!) en een prachtige dag met veel
hoogtepunten. Leuke bijeenkomst
op de Nederlandse ambassade waar
de staatssecretaris van buitenlandse
handel ons verwelkomde. Gelukkig
kort van stof en duidelijk. Met de
Zweedse economie gaat het best goed,
maar de Zweedse banken hebben grote
klappen opgelopen met leningen aan
de Baltische staten. De man bleek
21
I N V E S T E R E N I N O N T W I K K E L I N G
Zoals bij eerdere bezoeken aan Zweden
valt op hoe afstandelijk de mensen
zijn. Zeker niet onvriendelijk en ook
open in hun antwoorden, maar uiterst
koel en zakelijk. Opmerkelijk dat hier
een zo duidelijke elitaire bovenlaag
(véél adel) met een duidelijke en grote
afstand tot de arbeidende bevolking,
nooit een revolutionair verleden heeft
gekend. Moet me maar eens verdiepen
in de oorzaak daarvan.
De échte rally-rijders morren: als ze
nog één keer die toespraak moeten
aanhoren ... En als er wéér zalm wordt
geserveerd … De daguitslag laat zien
dat we in het klassement wat zakken.
Elke relatie met het wisselen van navi-
gator wil ik absoluut uitsluiten!
Zaterdag 9 mei Na ’s avonds een losgetrilde dion-as
te hebben gerepareerd, wil de Jensen
‘s morgens niet starten. Ook de mannen
van Altena krijgen het niet voor elkaar.
Wel vonk en brandstof. Aanslepen dus.
Dat helpt en we starten, maar wel met
45 minuten vertraging. Meteen om
de hoek staat de prinsemarij. Zal geen
toeval zijn. Blazen in een zakkie. Uiter-
aard groen. Later blijkt dat een van de
deelnemers mee moest naar het bureau
waar overigens bleek dat hij nuchter
was, maar dat het blaasapparaat kapot
was. Dat team liep twee uur achter-
stand op.
Paar kleinere trials vandaag, maar voor-
al meters maken naar de boot richting
Denemarken. We proberen de achter-
stand in te halen. Vooral ook omdat de
ploeg van Groningen Seaports ons in
het klassement in de nek hijgt en ons
door de pech van vanmorgen voorbij
zal gaan. Onderweg valt alle elektra
in de auto uit. De motor blijft lopen
omdat ik uit voorzorg de circuits altijd
gescheiden maak, maar we besluiten
om niet de pont op te rijden als we
niet zeker weten dat we er ook weer rij-
dend af kunnen. Na wat heen en weer
bellen en praten met de Altena’s (accu
of dynamo), besluit ik om de dynamo
te vervangen (één van de onderdelen
waar we een reserve van hebben). Weer
een uur vertraging, maar de zaak lijkt
weer in orde.
Door naar Duistland voor de laatste
overnachting. Gutbürgerliche Küche.
Als er weer zalm op het menu had
gestaan was er een opstand uitgebro-
ken. Er zijn ook geen toespraken meer,
dat helpt.
Zondag 10 meiDe volgende dag eindelijk op een chris-
telijke tijd op en fris naar de finish.
‘Dat stukkie hadden we er gisteren nog
wel bij kunnen doen.’ Prachtige ont-
vangst met veel familie, Ook navigator
Jeroen is er en een hele hoop Nommers,
waaronder Hartmut die een groot lief-
hebber is van oldtimers en racen.
De prijsuitreiking: we hebben 14 minu-
ten verloren op Groningen Seaports en
liggen nu dus achter hen en weer in de
middenmoot van de oldtimers. Krijgen
de Pechprijs. Tóch mooi een prijs niet
waar?
Er volgen nog prachtige toespraken.
We moeten soms wat grinniken. De rij-
ders op alternatieve brandstof blijken
in de praktijk veel meer kilometers op
gewone diesel en benzine te hebben
moeten rijden omdat de bio- of aard-
gasvariant niet te krijgen was. Sander
heeft een mooie observatie: als aardgas
duurzaam is (waarom eigenlijk?) dan
hebben we met de Jensen een prima
prestatie neergezet. We hebben immers
heel veel op 100 octaan GTL gereden
en dat is Gas to Liquid en wordt uit
aardgas gehaald. Mooi toch? Ook in
dat opzicht dus een geweldig resultaat.
Zakelijk gezien? We hadden niet de
verwachting dat we business zouden
meebrengen. Het rendement in good-
will is evenwel heel groot geweest.
Of je daar ooit rechtstreeks profijt van
zult hebben? Ik weet het niet. Feit is
dat onze karavaan vooral in Letland
en Litouwen een heel warme ont-
vangst kreeg. Heb ook het idee dat
we met onze antwoorden op de vele,
gretige vragen, wellicht iets hebben
geholpen op hun weg naar de EG en
meer welvaart. Misschien is de parallel
met China een goede. Toen ik daar zes
jaar geleden naar toe ging was de voor-
spelling ook ‘dat dat niks oplevert’. Nu
praten we met Yantai Wanhua over
een mogelijk heel grote investering
in de Eemsmond. Heeft echt geen
rechtstreekse relatie met dat bezoek
toen, maar wij wisten toch beter dan
anderen hoe met de Chinese zaken-
mentaliteit om te gaan. En zij wisten
en waardeerden dat we hen hadden
opgezocht en goed om ons heen had-
den gekeken.
Let’s keep doing it!
Ed van de Beek
Met de warme assistentie van Jeroen
van Onna en Sander Oosterhof.
22
The dayafter
Herman de Vries
Projectmanager
Het is inmiddels alweer even geleden maar 14 mei was de bijeenkomst van ‘Sense for Society’, een grote netwerk-
bijeenkomst waar bedrijven en kennisinstellingen met een bovenmatige interesse in sensortechnologie aanwezig waren.
Tijdens deze dag zijn er allerlei projecten en nieuwe ontwikkelingen getoond en is mogelijk de basis gelegd voor allerlei
nieuwe initiatieven. Innovatie en vernieuwing is dan ook de centrale gedachte van deze bijeenkomst.
Een prachtige, motiverende bijeenkomst, maar dan, ‘the day after’ weer terug aan je eigen bureau, inclusief volle mail-
box en rinkelende telefoon. Wat betekent innovatie nu voor de dagelijkse gang van zaken voor noordelijke ondernemers?
Dat begint al met het begrip innovatie, want wat bedoel je met innovatie? Wanneer je de boeken er op na slaat betekent
innovatie niets meer dan iets nieuws of iets vernieuwends. Daarmee is het begrip
innovatie onlosmakelijk verbonden aan het gezichtspunt van een individu, im-
mers wat voor de een iets nieuws betekent, kan voor de ander gesneden koek zijn.
En nu ik deze column zo zit te schrijven dwalen mijn gedachten af naar
mijn eigen stoffige habitat. Sinds april ben ik samen met mijn vriendin de trotse
eigenaar van een prachtige woning, wat met recht onder de definitie ‘project’ valt
te scharen (het ultieme bewijs dat Nommers ook in hun privé-leven de economie
proberen te stimuleren). De huiseigenaren die dit lezen hebben inmiddels wel
door dat het een huis is met, zoals de makelaars het noemen veel potentie, en dus
… veel werk. Als je zo middenin de verbouwing zit, probeer je, ondanks het stof
en de chaos, de blik gericht te houden op het einddoel. Alle vrije uren staan in
dienst van het klussen.
En juist daar schuilt het gevaar, want door aldoor te ploeteren en maar door
te gaan, dreig je soms de focus op het resultaat uit het oog te verliezen. Voor een
verwarming in de badkamer heb je bijvoorbeeld toch zeker een aanvoer en een
retourleiding van de CV nodig. Een klein rampscenario voltrok zich waardoor de
pas gestuukte, hagelwitte plafonds weer opengebroken moesten worden om
alsnog de leidingen aan te leggen. Waar is het fout gegaan? Het einddoel was
wel helder. Juist in de vertaalslag is iets fout gegaan. Dus is de vraag: wat moet
ik vandaag doen om het einddoel van morgen te bereiken?
Ik vind dit dan ook een aardige metafoor voor het dilemma van ondernemers, voor wie het einddoel wel helder is:
een florerend bedrijf nu en in de toekomst. Daarbij is het de kunst om korte en lange termijn belangen te balanceren.
Ontwikkelen betekent investeren en dus een aanslag op de cashflow van vandaag. Toch betekent het stopzetten van
ontwikkelingen vandaag, een vertraging van markintroducties van nieuwe producten en processen in de toekomst.
Hoewel er dagelijks negatieve berichten over de economie worden verspreid, zie ik in de praktijk nog steeds heel
veel ondernemers die marktkansen zien liggen en dan ook bereid zijn om te investeren in onderzoek en ontwikkeling.
Ik ben van mening dat de tegenstrijdigheid van korte en lange termijn belangen moet worden geabsorbeerd door
inbreng van meerdere belangen. Oftewel door samen te werken met andere organisaties aan ontwikkelingen en inno-
vaties, zodat de risico’s, kosten en opbrengsten kunnen worden gedeeld.
En daarmee komen we terug op ‘the day after’. Op deze bewuste dag nam ik de telefoon op en een ondernemer
liet mij weten dat er positieve resultaten geboekt waren voor een ontwikkelcluster binnen het thema energie. We moeten
op zeer korte termijn even bij elkaar komen met het cluster van bedrijven. Deze ’day after’ was meer dan geslaagd!
I N V E S T E R E N I N O N T W I K K E L I N G
23
I N V E S T E R E N I N O N T W I K K E L I N G
2008
in c
ijfer
sOnze doelstellingenWe hebben een vierjarenplan opgesteld voor de
periode 2007 t/m 2010 en we liggen goed op koers.
Tot en met 2010 willen we bij nieuwe en bestaande
bedrijven in Noord-Nederland investeringen uitlok-
ken voor een totaalbedrag van 800 miljoen euro.
Dat bedrag is nu al ruimschoots gehaald. Daarbij
zouden zo’n 3.000 arbeidsplaatsen gecreëerd moe-
ten worden. De teller staat nu op 1.804. De score
ten opzichte van 2007 laat wel een neerwaartse
trend zien. Maar er is alle reden om aan te nemen
dat we die 3.000 arbeidsplaatsen gaan halen.
Daarnaast investeren we in projecten die nog in de
voorfase verkeren en later tot innovaties in het MKB
moeten leiden. Met die projecten, waar bedrijven
zelf zwaar in investeren, wordt gestreefd naar een
impuls van ten minste 50 miljoen euro in vier jaar.
De teller staat nu op bijna 33 miljoen. Ruim over de
helft dus.
Vanuit NOM-Finance willen we ten minste 80
miljoen uitzetten. In 2008 werd, ondanks dat de
investeringsgeneigdheid in het vierde kwartaal
flink terug liep, 22 miljoen uitgezet in levensvatbare
bedrijfsinvesteringen. Daarnaast werd in november
2008 een fonds gestart voor ondernemers in de
pre-startfase. Nog in 2008 werden vier uitzettingen
gedaan voor een totaalbedrag van 350.000 euro.
Alles bij elkaar kunnen we zeggen dat de NOM zijn
taak in 2008 ruimschoots heeft kunnen vervullen.
Financieel gezien gaan de huidige ontwikkelin-
gen ook niet geheel aan de NOM voorbij. Met
een bescheiden financieel resultaat van twee ton
konden we, ondanks dat een aantal noodzakelijke
afwaarderingen plaatsvonden, toch nog zwarte
cijfers schrijven. Daarmee is het ook gelukt om het
vermogen sinds 2000, gecorrigeerd voor inflatie, op
peil te houden.
‘DataCenter Fryslân in Leeuwarden is een onafhankelijke
high power datacenter in Friesland dat in deze behoefte
voorziet, en daar ben ik trots op. Samen met de NOM
hebben we een stabiel en evenwichtig bedrijf kunnen
opbouwen in economische mindere tijden.’
(Else Maria van der Meulen, Directeur)
24
Financiële vaste activaParticipaties Vorderingen op participaties Overige leningen u/gEffecten
Vlottende activaVorderingen en overlopende activa Liquide middelen
Totaal activa
Groepsvermogen
Voorzieningen
Langlopende schuldenStaat der Nederlanden / Samenwerkingsverband Noord-Nederland inzake Innovatiefaciliteit Kredietinstellingen
Kortlopende schulden
Totaal passiva
25.7498.529
13.1262.162
1.74939.124
1.9413.910
2008
49.566
40.873
90.439
79.745
1.761
5.851
3.082
90.439
25.4737.9948.7562.050
1.81444.386
1.8515.001
2007
44.273
46.200
90.473
79.569
1.934
6.852
2.118
90.473
Geconsolideerde balans
per 31 december 2008
(x € 1.000,-)
(voor resultaatbestemming)
Activa
Passiva
2525
Geconsolideerde winst- en verliesrekening
over 2008 (x € 1.000,-)
Financieringsbedrijf
Ontwikkelingsbedrijf
OpbrengstenRente- en provisiebaten Ontvangen dividenden Opbrengst commissariaten Resultaat verkopen participatiesBijdrage EU Programma Secretariaat Resultaat Stimulerings-kredieten en Innovatie- en Ontwikkelings kredieten Resultaat Pre Seed Capital faciliteit Projectmanagement
KostenPersoneelskosten Overige kosten Saldo van de dotaties aan de voorziening voor financiële vaste activa
Resultaat Financieringsbedrijf
6.737886150
11.043
1.193
-522
-3519
1.6861.359
13.753
19.145
16.798
2008
2.347
6.2243.918
144
1.818
2.324
88
-9
1.5851.070
8.393
14.525
11.048
2007
3.477
Opbrengsten/ vergoedingenMinisterie van Economische Zaken Bijdrage provincies Bijdrage provincies inz. Reg. NetwerkenDiensten aan derden
KostenPersoneelskosten Overige kosten
Resultaat Ontwikkelingsbedrijf
Resultaat voor en na belastingen
2.413524
40610
2.8252.699
3.353
5.524
-2.171
176
2.379513
415137
2.7912.457
3.444
5.248
-1.804
1.673
I N V E S T E R E N I N O N T W I K K E L I N G
26
Nieuwe Lean-methode geschikt voorelke bedrijfsomvangOptimale productiviteit is altijd al de basis voor een
goede performance. Op dit moment komt daar voor
veel MKB-bedrijven nog een extra dimensie bij: produc-
tiviteitsverbetering is de beste overlevingsstrategie in
moeilijke tijden. Lean Production - of kortweg Lean - is dé
manier om een betere productiviteit te realiseren. Alleen
zijn de meeste Lean-methoden vooral toegespitst op gro-
tere bedrijven. Voor dat probleem komt nu een oplossing.
Want de NOM werkt samen met de RuG en een aantal
buitenlandse partners aan een nieuwe Lean Change
Methodology. Daarmee kunnen zowel grote als kleine
bedrijven zich de Lean-principes eigen maken.
European Regions for InnovativeProductivity (ERIP)De ontwikkeling van deze nieuwe tool vindt plaats in
het kader van het Europese project European Regions for
Innovative Productivity (ERIP). Binnen dit project werken
NOM en RuG samen met partners in Engeland, België,
Duitsland, Noorwegen en Zweden. De Lean Change
Methodology wordt speciaal ontwikkeld om MKB be-
drijven te helpen om Lean te implementeren. Maar ook
voor grote bedrijven is het een zeer bruikbare methode.
In de eerste fase van ERIP wordt de methodologie door
de verschillende kennispartners ontwikkeld. Daarna volgt
een testfase bij minimaal 24 MKB-bedrijven. Op basis van
de uitkomsten wordt de methodologie verder geperfec-
tioneerd en gevalideerd. Daarna kan hij breed worden
toegepast binnen het bedrijfsleven.
De rolverdeling binnen ERIPDe zes regio’s binnen ERIP krijgen elk een eigen ontwik-
kelomgeving, een zogenaamd Innovative Productivity
Center (IPC). In Noord-Nederland bestaat dit IPC uit de
NOM, verantwoordelijk voor de organisatie en algemene
coördinatie, de RuG als kennisleverancier, verschillende
Lean-specialisten die de testfase verzorgen en natuur-
lijk ook bedrijven. In de eerste plaats worden bedrijven
betrokken die al ruime ervaring hebben met Lean. Zij
fungeren als ervaringsbron. Daarnaast zoekt de NOM
NOM brengt Leanbinnen bereik MKB
De kaarten worden opnieuw geschud, de inzetten verdubbeld. Nieuwe spelers (China, India) en nieuwe regels (kredietcrisis) dwingen ondernemers om scherper te zijn dan ooit. Oók in Noord-Nederland? Júist in Noord-Nederland! Het is de hoogste tijd voor een breed productiviteitsoffensief: Lean!
27
I N V E S T E R E N I N O N T W I K K E L I N G
testbedrijven waar de eerste versie van de Lean Change
Methodology getest kan worden.
De Lean-tools van de NOMIn afwachting van de Lean Change Methodology kunt u
nu al ontdekken wat Lean voor uw bedrijf kan betekenen.
De NOM organiseert verschillende activiteiten om kennis
te maken met de principes van Lean en om uw bedrijf
voor te bereiden op een eigen Lean-traject.
1. Lean-bijeenkomsten
De eerste stap op het Lean-pad is bewustwording: wat is
Lean nu eigenlijk en wat kun je ermee bereiken? Tijdens
bijeenkomsten vertellen ondernemers over hun praktijk-
ervaringen met Lean: wat hebben zij eraan gehad en hoe
heeft het hun bedrijfsprocessen verbeterd. De NOM orga-
niseert zowel bijeenkomsten voor individuele bedrijven
als voor groepen bedrijven.
2. Assessment: hoe Lean is mijn bedrijf?
Samen met de RuG heeft de NOM binnen ERIP een
assessment ontwikkeld dat aantoont hoe belangrijk Lean
gevonden wordt binnen uw bedrijf en hoe goed uw
bedrijf nu scoort op Lean-onderwerpen. Een onderdeel
hiervan is een algemene vergelijking met andere bedrijven
in de regio. Hier hebben tot nu toe zo’n 50 bedrijven aan
meegedaan. Uit de resultaten blijkt dat Lean voor alle be-
drijven een speerpunt is, maar dat de implementatie vaak
achterblijft bij de ambitie.
3. Workshop
‘Horen en vergeten, zien en onthouden, doen en
begrijpen’, dat is het motto van de Engelse Lean-aanpak.
Oftewel: u gaat Lean pas echt omarmen als u het ‘gedaan’
hebt. Met een eendaagse workshop krijgt dit vorm. >
Wat is Lean Production?Bij Lean ligt de nadruk op klantwaarde. Stel vast wat de klant als
waarde ervaart; waar heeft de klant (extra) geld voor over. Verder
worden verspillingen zo veel mogelijk geëlimineerd. Verspillingen
zijn activiteiten die geen waarde (voor de klant!) toevoegen. Tevens
is het belangrijk flow te creëren. Laat materialen/informatie onon-
derbroken, en steeds sneller, stromen.
De basis van Lean Production is ontwikkeld bij Toyota. Bij het
Toyota Production System ligt de nadruk op de volgende punten:
• Focus volledig op de klant: de tevredenheid van de klant
gaat boven alles, daarom is de klantvraag altijd leidend.
De productie verandert daardoor van push (voorraden gereed
product aanleggen) naar pull (alleen produceren waar de klant
om vraagt en wanneer de klant er om vraagt).
• Het minimaliseren van allerlei vormen van verspilling.
28
Investing in the future by working togetherfor a sustainable and competitive region
European Union The European Regional Development Fund
In deze workshop ontdekt u zelf dat Lean dé methode is
voor productiviteitsverbetering.
4. Lean-checks
U wilt aan de slag, maar waar moet u beginnen? De NOM
biedt tegen een gereduceerd tarief verschillende checks aan
om uw bedrijf in korte tijd door te lichten. Daarmee wordt
direct duidelijk waar uw verbeterpunten liggen. De NOM
heeft al ruime ervaring met deze checks. Daarnaast is de
NOM binnen ERIP gestart met het testen van een Engelse
analysetool.
5. Lean-netwerken
Ervaringen delen met anderen die Lean implementeren kan
uw eigen traject nieuwe impulsen geven. Daarom organiseert
de NOM verschillende Lean-netwerken. Via deze weg komt u
in contact met bedrijven die uw problematiek echt snappen.
We want you!Wilt u zich grondig oriënteren op productiviteitsverbetering
via Lean Production? Of wilt u als testbedrijf meedraaien in
het ERIP-project? Dan nodigen we u uit om contact op te
nemen met de NOM. Met onze tools ontdekt u zelf welke
impact Lean heeft op uw organisatie. Als u daarna een stap
verder wilt, helpen wij u om draagvlak binnen uw bedrijf
te creëren en om zelf een Lean-traject op te starten. Zowel
grote als kleine bedrijven zijn welkom, want de tools zijn
geschikt voor elke bedrijfsomvang.
Per 1 juni is Eric Micklinghoff als Projectmanager ERIP het
NOM-team komen versterken. Een aanwinst voor u en
voor ons! Na de zomer starten de verschillende bovenge-
noemde activiteiten. Geef u nu reeds op om de boot straks
niet te missen!
Wilt u verder met Lean? Neem dan contact op met:
Eric Micklinghoff: [email protected] (050) 521 44 55
Folkert van der Meulen: [email protected] (050) 521 44 94
Bart Schanssema: [email protected] (050) 521 44 77
De 7 belangrijkste verspillingenvolgens Lean:1. overproductie (meer maken dan nodig is)
2. wachttijden (zowel producten die wachten op een
volgende bewerking als medewerkers die wachten op
een volgende taak)
3. transport (overbodige verplaatsingen van producten
of onderdelen)
4. het proces zelf (zinloze bewerkingen en stappen, uitval,
onnodig afval, etc.)
5. voorraden (meer voorraden aanhouden dan nodig is
voor efficiënte productie)
6. menselijke bewegingen (onnodige verplaatsingen,
handelingen)
7. defecten en fouten (controleren, inspecteren)
29
I N V E S T E R E N I N O N T W I K K E L I N G
Hoe het allemaal begon NOM is de afkorting van Noordelijke
OntwikkelingsMaatschappij, tegen-
woordig voluit Investerings- en Ont-
wikkelingsmaatschappij voor Noord-
Nederland. Toch liggen de wortels
van de NOM in Zuid-Limburg.
Hoe is dat te verklaren?
Heel eenvoudig.
Een kleine veertig jaar geleden sloten
de mijnen in Limburg, met een enorme
werkloosheid onder mijnwerkers als ge-
volg. De overheid vond dat er iets aan
gedaan moest worden, en gaf Bureau
Bloemendaal de opdracht om nieuwe
werkgelegenheid in de regio te creëren.
Bureau Bloemendaal pakte de zaken
voortvarend aan. En met succes: DSM,
ooit de moeder van de mijnen, begon
een nieuw leven als chemieconcern en
bood honderden mensen werk.
Tezelfdertijd stond de economie in
Fryslân, Groningen en Drenthe er niet
al te florissant bij; de mechanisatie in
de landbouw en de crisis in de strokar-
tonindustrie eisten hun tol: honderden
mensen verloren hun baan. >
35 jaar NOMDe NOM viert dit jaar haar 35e verjaardag. Tijd voor een terugblik en een vooruitblik. We praten met twee oudgediendenen twee nieuwkomers bij de NOM:Geert Buiter (Finance),Theun Wijbenga (Infocom),Bart Schanssema (Ontwikkeling & Innovatie) en Joep de Vries (Investeringsbevordering).
35 jaar NOM: onze actieradius ...
30
‘Wat in het zuiden lukt, moet in het noorden ook kun-
nen’, dacht men bij Economische Zaken in Den Haag.
En dus werd de NOM in het leven geroepen.
Ervaren medewerkers uit Limburg kregen de eer om de
noorderlingen op weg te helpen, zodat er de eerste periode
veel zachte ‘g’s te beluisteren vielen op het NOM-kantoor.
De zachte ‘g’ is inmiddels verdwenen bij de NOM. De
meeste medewerkers, anno nu, hebben noordelijke roots.
Wat hetzelfde bleef Maar hoe u de ‘g’ ook wenst uit te spreken, de doelstelling
van de NOM is op hoofdlijnen dezelfde gebleven:
de economie van Noord-Nederland een impuls geven,
in veel gevallen door ondernemers te helpen met goede
raad en geld. Het uiteindelijke doel staat al 35 jaar vast:
werkgelegenheid creëren. Constante factoren zijn: het
stimuleren van de ontwikkeling van bestaande bedrijven
door innovaties te bevorderen, nieuwe bedrijven naar
Noord-Nederland halen en het beschikbaar stellen van
risicodragend kapitaal. Een drie-eenheid die nooit is los
gelaten.
Kan dan iedere ondernemer een beroep op de NOM
doen? Nee, zo eenvoudig is het nu ook weer niet.
Een criterium dat al 35 jaar van kracht is, en dat vermoe-
delijk tot in lengte van dagen blijft, is dat een onderne-
ming ‘een stuwend karakter’ moet hebben. In alledaags
Nederlands: dat zij haar omzet voor meer dan 50% buiten
Noord-Nederland realiseert. Tot het criterium behoren
ook bedrijven die op middellange termijn
stuwend zullen worden, denk aan starters en bedrijven
die stuwers beleveren.
Heeft u zich altijd al afgevraagd waarom de NOM zich
niet bemoeit met de komst van IKEA, en evenmin met
de vestiging van een outlet store, dan weet u nu hoe het
zit: genoemde bedrijven hebben geen ‘stuwend karakter’;
zij bedienen consumenten in de regio.
Wat er veranderde De NOM heeft na 35 jaar nog altijd dezelfde doelstelling
die zij had bij haar oprichting. Maar dat wil niet zeggen
dat er niets veranderd is. Integendeel.
De financiële middelen waren in de eerste jaren ‘breed
inzetbaar’. Zeker in de ISP-periode (ISP is de afkorting
van Integraal StructuurPlan Noorden des Lands) leek het
wel ‘een hoorn des overvloeds’. En hoeveel fietspaden
in Drenthe er in die tijd met ISP-middelen aangelegd
werden. En hoe de wereld werd afgereisd van Japan tot
de VS en van Scandinavië tot Israel.
Tegenwoordig is er meer sprake van concentratie; de
NOM richt haar pijlen sinds enige tijd vooral op de zgn.
‘Pieken in de Delta’, vier regionale sectoren met een we-
reldwijde potentie: water, energie, sensortechnologie en
agri business. Het geld is nu ‘ge-oormerkt’ zoals Theun
Wijbenga het plastisch beschrijft ... ‘De acquisitie is nu
nog steeds op de hele wereld gericht, maar meer dan
ooit laten we zien dat we meer te bieden hebben dan
alleen goedkope vierkante meters.’
Wat er nog meer veranderde De werkgelegenheid in Noord-Nederland -of beter
gezegd: het gebrek daaraan- schreeuwde om drastische
maatregelen. Slagkracht was een voorwaarde voor het
succes van de NOM. Daarom stond de Rijksoverheid
garant voor alle investeringen die de NOM deed.
Ook in dit opzicht laat de situatie anno 2009 zich -met
een eufemisme- kenschetsen als: zakelijker.
Wat is het meest opvallende verschil?
Oplettende lezeres weten allang dat de NOM vandaag
de dag ‘de eigen broek moet ophouden’.
Daarin slaagt zij wonderwel. Sinds jaren werkt de NOM
... is toch wel flink toegenomen.
31
I N V E S T E R E N I N O N T W I K K E L I N G
volgens de methode van het ‘revolving fund’. Een finan-
cieel perpetuum mobile, zo u wilt: maakt de NOM winst
op haar deelname in een onderneming, dan wordt deze
winst opnieuw geïnvesteerd.
Dat verklaart ook meteen waarom de NOM weliswaar
bereid is enig risico te nemen, maar nooit willens en
wetens investeert in ondernemingen die zij (te) weinig
overlevingskansen toedicht: zij zou zodoende op de rem
van haar revolving fund trappen en daarmee nieuwe
veelbelovende bedrijven tekort doen.
Wat de toekomst zou kunnen brengen Het meest interessante debat tussen oudgedienden en
nieuwkomers ontstaat - hoe kan het ook anders - als het
gaat over de toekomst van de NOM.
Bart Schanssema, sinds kort actief bij Ontwikkeling &
Innovatie, heeft een uitgesproken mening: hij vindt dat
de NOM moet inzetten op duurzaamheid. En dat gaat
een stuk verder dan kiezen voor groene stroom: Bart
heeft het over maatschappelijk verantwoord onderne-
men in de gehele bedrijfsvoering.
Geert Buiter, oudgediende, verwacht voorlopig meer
van lean, ofwel: meer aandacht voor productiviteitsver-
betering in bedrijven. Er is volgens hem nog het nodige
te doen op het gebied van procesinnovatie: innovatie-
subsidies worden bijvoorbeeld nauwelijks uitgekeerd in
Noord-Nederland.
Joep de Vries, nieuwkomer-met-ervaring, slaat een brug
tussen beide partijen. ‘Lean is tot op zekere hoogte een
voorwaarde voor duurzaamheid. Door het realiseren van
meer rendement kan geïnvesteerd worden in duurzaam-
heid!’
-50
0
50
100
150
200aantal deelnemingen
2008
2004
2000
1996
1992
1988
ontwikkeling deelnemingenerbijultimoeraf
Missie NOM: al 35 jaar een feitDe NOM wil als onafhankelijke onderneming de werkgele-
gen-heid in Noord-Nederland ontwikkelen door duurzaam
winstgevende activiteiten te stimuleren.Kerncijfers ontwikkeling vier grote ontwikkelprojecten
TxU
CCC
Maritiemplatform
IJkdijk
Financieeleffect
Deelnemendebedrijven
106 mln.
17 mln.
1,9 mln.
0,8 mln.
137
17
17
92
35 jaar NOM
0
5
10
15
20
25
30
35nieuwe bedrijven per jaar
arbeidsplaatsen per jaar x 100
nieuwe bedrijven cumulatief x 10
arbeidsplaatsen cumulatief x 1000
2008
2006
2004
2002
2000
1998
1996
1994
1992
1990
1988
1986
1984
1982
1980
1978
1976
1974
32