mkba jeugdhulp in school - sociaalweb · het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en...

90
MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL De maatschappelijke effecten van extra ondersteuning via lumpsum-financiering van aanbieders in Almere F LORIS LAZRAK AEPB- RAPPORT NR. 2020-050 EINDRAPPORT

Upload: others

Post on 21-Jun-2020

1 views

Category:

Documents


0 download

TRANSCRIPT

Page 1: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

M K B A J E U G D H U L P I N S C H O O LDe maatschappelijke effecten van extra ondersteuning

via lumpsum-financiering van aanbieders in Almere

FLORIS LAZRAK

AEPB-RAPPORT NR. 2020-050

EINDRAPPORT

Page 2: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een
Page 3: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een
Page 4: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

Omslagafbeelding: M.Tuynman, ©2020 AEPB Onderzoek en advies

Copyright © 2020, AEPB Onderzoek en Advies, Amsterdam

De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Algemeen Economisch Project- en Beleidsevaluatie (AEPBOnderzoek en Advies). Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen, scriptiesen boeken is toegestaan mits de bron wordt vermeld. AEPB aanvaardt geen aansprakelijkheid voor drukfouten en/ofandere onvolkomenheden.

RapportnummerAEPB-rapport nr. 2020-050

UitgaveAmsterdam, Maart 2020

Te citeren alsLazrak, F (2020) MKBA jeugdhulp in school: De maatschappelijke effecten van extra ondersteuning via lumpsum-financiering van aanbieders in Almere. AEPB Onderzoek en Advies.

ISBN 978-94-92013-09-5

NUR 781

www.aepb.nl

Page 5: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

Bestuurlijk voorwoord

Almere heeft een traditie hoog te houden als het gaat om samenwerking tus-sen jeugdhulp en onderwijs. Al voor de decentralisatie in 2015 bestonden inAlmere de interventies Sterk in de Klas en Oké op School.

Investeren in onderwijs-jeugdhulparrangementen

Het was vanzelfsprekend dat we na 2015 de samenwerking hebben door-gezet. Zowel met meer preventieve activiteiten (Sterk in de Wijk) als inzetvan jeugdhulp op de stedelijke onderwijsvoorzieningen. Zoiets kun je alsgemeente alleen maar doen als het niet alleen de kwaliteit van de jeugd-hulp vergroot, maar ook bijdraagt aan een financieel duurzame jeugdhulp.Vanuit die insteek is er in Almere flink geïnvesteerd in de onderwijs-jeugdhulparrangementen bij vier stedelijke onderwijsvoorzieningen.

Partnerschap samenwerkingsverband Passend Onderwijs Almere

De gemeente heeft dit in nauw partnerschap met samenwerkingsverbandPassend Onderwijs Almere, de betrokken scholen en de jeugdhulpaanbie-ders gedaan. We hebben voortdurend samengewerkt, geanalyseerd en metelkaar besproken wat nu eigenlijk de optimale manier is om de gemeente-lijke taken voor de jeugdhulp en de opdracht van samenwerkingsverbandPassend Onderwijs Almere aan elkaar te verbinden.

Maatschappelijke effecten in beeld

Daarvoor is deze maatschappelijke kosten-batenanalyse uitgevoerd.Als gemeente wilden we verder kijken dan de baten die de onderwijs-jeugdhulparrangementen hebben op de onmiddellijke uitgaven voor jeugd-hulp. We wisten al dat die er in onvoldoende mate zijn. We wilden een laagdieper kijken en ook de maatschappelijke effecten in beeld brengen.

Betere stedelijke onderwijsvoorzieningen

Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie.Een studie met duidelijke conclusies en aanbevelingen, die bepalend gaanzijn voor de keuzes die wij met het samenwerkingsverband Passend Onder-wijs Almere en de schoolbesturen gaan maken. Keuzes die er toe moetenleiden dat we – elk vanuit onze eigen verantwoordelijkheid – tot de bestmogelijke oplossing voor jeugdigen op stedelijke onderwijsvoorzieningenmoet leiden. Hun verblijf op die voorzieningen zo kort als mogelijk latenzijn, is daarbij het gezamenlijk uitgangspunt.

Roelie Boschwethouder Welzijn, Jeugd, Onderwijs, Ouderen en Gezondheid gemeenteAlmere

M.J.C. Van Dam
Page 6: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een
Page 7: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

Managementsamenvatting

S.1 Hoofdpunten

� De aanwezige positieve immateriële baten zorgen ervoor dat ‘jeugdhulpin school’ op het speciaal basisonderwijs de maatschappij meer oplevertdan het kost.

� De baten van ‘jeugdhulp in school’ doen zich pas na meerdere jarenvoor. Het gevolg is dat inzet daarvan op het orthopedagogisch didactischcentrum (OPDC), waar leerlingen kortdurend onderwijs volgen, vanuitmaatschappelijk perspectief niet loont.

� Voor het praktijkonderwijs geldt dat het beroep op ambulante jeugdhulpgeringer is door de bij leerlingen aanwezige Licht Verstandelijke Be-perking (LVB). Een gevolg is dat ‘jeugdhulp in school’ daardoor geenpositief maatschappelijk rendement heeft.

� De sociaaleconomische status en het beroep van een huishoudenop Wmo verklaren een belangrijk deel van het jeugdzorggebruik.

� Ondanks de extra ondersteuning via ‘jeugdhulp in school’ vindt er tochmeer doorstroom plaats naar onderwijsvormen met meer en zwaar-dere ondersteuning (zoals speciaal onderwijs) in plaats van reguliereonderwijsvormen.

� Het onderwijs-jeugdhulparrangement (OJA) heeft substantiële overleg-en overheadkosten die niet samenhangen met de hulpverlening. Dit geeftde kans om de aanpak doelmatiger te organiseren.

� Zet preventieve activiteiten gerichter in bij jeugdigen met een hogerrisicoprofiel met betrekking tot het beroep op jeugdzorg.

� Continueer ‘jeugdhulp in school’ op het speciaal basisonderwijs en geeftde aanpak anders vorm op het OPDC en Praktijkonderwijs Almere (ProAlmere).

S.2 Samenvatting

Jeugdhulp in school levert op het speciaal basisonderwijs de maatschappijmeer op dan het kost. Dit komt voor een groot deel doordat er positieve im-materiële baten zijn. Wel zijn voor de maatschappij als geheel de financiëleopbrengsten lager dan de kosten. Voor het OPDC en het praktijkonderwijszijn de effecten van jeugdhulp in school kleiner, met lagere maatschappe-lijke opbrengsten tot gevolg. Hierdoor blijkt jeugdhulp in school op dieonderwijsvormen de maatschappij meer te kosten dan dat het oplevert.

Dit zijn de belangrijkste uitkomsten van de ‘MKBA jeugdhulp in school’die AEPB Onderzoek en Advies heeft uitgevoerd naar de Almeerse aanpakvan jeugdhulp in school. Dit rapport brengt de effecten en het maatschap-pelijk rendement in beeld van de onderwijs-jeugdhulparrangementen die inAlmere sinds 2015 op vier scholen worden ingezet.

M.J.C. Van Dam
M.J.C. Van Dam
Page 8: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

vi MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

Jeugdhulp in school via lumpsumfinanciering

Jeugdhulp in school vindt in Almere plaats op vier stedelijke onderwijs-voorzieningen (aangeduid als scholen). Op deze scholen wordt de ambu-lante jeugdhulp die kinderen nodig hebben vanuit school verzorgd dooréén hoofdaanbieder. Naast jeugdhulp verzorgt deze jeugdhulpaanbie-der ook verschillende preventieve activiteiten om zwaardere gedrags- enopvoedproblemen te voorkomen. Alle financiering van deze onderwijs-jeugdhulparrangementen (OJA’s) vindt daarbij plaats via lumpsumfinancie-ring. Dit is een vast bedrag voor alle inzet die voor de OJA-aanpak nodig is.Dit is daarmee een vorm van populatiebekostiging.

Doel: minder uitgeven aan jeugdzorg en grotere doeltreffendheid

Het doel van deze aanpak is om de uitgaven aan jeugdzorg te verminderenen daarnaast de doeltreffendheid van de jeugdzorg te vergroten. Dit zoukunnen door ambulante jeugdhulp sneller, preventiever en gerichter in tezetten. Daarnaast biedt lumpsumfinanciering de kans om interventies inte zetten die niet voldoen aan beschikkingsvoorwaarden. Denk daarbijbijvoorbeeld aan het groepsgericht inzetten van interventies die normaalindividueel worden ingezet. Om de OJA-aanpak mogelijk te maken stelt degemeente Almere extra middelen beschikbaar vanuit het jeugdzorgbudget.Daarnaast zijn de gemeentelijke subsidies voor preventieve activiteiten,die in het verlengde van de onderwijs-jeugdhulparrangementenaanpakliggen, ook bij het projectbudget ondergebracht. In dit rapport wordenresultaten gepresenteerd van de effectevaluatie en de maatschappelijkekosten-batenanalyse (MKBA) naar de uitvoeringspraktijk op de vierscholen. De hoofdvraag daarbij is: wat levert per saldo jeugdhulp in schoolvoor de samenleving op?

Maatschappelijke effecten van jeugdhulp in school

De gemeente Almere heeft gekozen om de evaluatie van jeugdhulp inschool met een MKBA te doen. Een MKBA telt alle relevante (maatschap-pelijke) kosten en opbrengsten bij elkaar op. Een deel van de kosten enopbrengsten zijn financieel van aard. Zo zorgt een vermindering van jeugd-zorg ervoor dat de gemeente daadwerkelijk minder uitgeeft. Vooraf is eenbeleidstheorie opgesteld. Op basis van die beleidstheorie zijn er (maat-schappelijke) effecten te verwachten. Zo zijn directe effecten in hoofdzaakte verwachten op het gebied van het gebruik van jeugdzorg en onderwijs.Daarnaast zijn indirecte effecten te verwachten in de vorm van welbevindenvan de jeugdige, arbeidsomstandigheden van docenten en het toekomstigberoep op sociale voorzieningen. Ook kan er zich een extern effect voor-doen op het gebied van veiligheid in de buurt. Om zeker te weten of dezeeffecten zich voordoen door de inzet van jeugdhulp in school zijn de effec-ten met grote databestanden met gegevens van individuen in beeld gebracht.Dit is gedaan door een onderwijs-jeugdzorgmodel te schatten. Het modellevert daardoor causale relaties op in plaats van onzekerdere correlaties.

Kenmerken van leerlingen spelen een rol bij beroep op jeugdzorg

De OJA-scholen bedienen een kwetsbare doelgroep. Ondanks de aanwe-zige overlap van leerlingen tussen verschillende OJA-scholen zijn er perschool verschillen in de leerlingenpopulatie. Een overeenkomst tussen

M.J.C. Van Dam
M.J.C. Van Dam
Page 9: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

vii

de scholen met een OJA-aanpak is dat het aandeel leerlingen dat een be-roep op jeugdzorg doet fors is, dit ongeacht de sociaaleconomische statusvan de leerling. Deze scholen hebben meer leerlingen die wonen bij eenalleenstaande ouder en dit verklaart deels het extra beroep op jeugdzorg.Het jeugdzorggebruik op de OJA-scholen is ook hoger omdat leerlingenvaker in huishoudens wonen die afhankelijk zijn van gemeentelijke inko-mensondersteuning. Daarnaast wonen meer kinderen in een huishoudendat een beroep doet op Wmo. Wmo-gebruik blijkt namelijk een belangrijkeindicator die de inzet van jeugdzorg voorspelt.

Het onderwijs-jeugdzorgmodel en het effect van de OJA-aanpak

De OJA-aanpak heeft na meerdere jaren een drukkend effect op het gebruikvan jeugdzorg in het speciaal basisonderwijs. De sociaaleconomische statusen het Wmo-gebruik in een huishuishouden verklaren voor een groot deelof een jeugdige een beroep doet op jeugdzorg. Almere heeft daarbij buurtenwaar er meer jeugdzorg wordt gebruikt dan te verklaren is op basis van dekenmerken van de bewoners die daar wonen en andere verklarende factoren.Het effect van de OJA-aanpak op onderwijsgerelateerde indicatoren isbeperkt. Deels komt dit omdat een aantal van die indicatoren lange termijnuitkomstmaten zijn. Het onderwijs-jeugdzorgmodel laat wel zien dat ermeer doorstroom plaatsvindt naar het speciaal onderwijs, ondanks de inzetvan jeugdhulp in school. Dit is een punt van aandacht en verder onderzoekis aan te bevelen.

−12.510 −6.255 0 16.0608.030

Netto contante waarde (1000 euro)

Basisscenario pilot

Kosten Financiële baten Immateriële baten B/k­Saldo Maatschappelijk b/k­ratio Financieel b/k­ratio

1,28

0,30

0,0

0,5

1,0

Ba

ten

­ko

ste

n r

ati

o

Baten­kosten ratio

Figuur S.1: Maatschappelijkkostenbaten-overzicht OJA-aanpak,inclusief ratio. Een baten-kostenratiovan groter dan 1 is rendabel.

Maatschappelijk rendement van jeugdhulp in school

De belangrijkste conclusie is dat jeugdhulp in school bijdraagt aan demaatschappelijke welvaart. Voor alle betrokkenen tezamen zijn de op-brengsten groter dan de kosten. Een fors deel is echter niet financieel maarimmaterieel, met als gevolg dat financiële uitgaven niet worden gedektdoor financiële opbrengsten, zie figuur S.1. Daarnaast blijkt dat er geensprake is van een gelijke verdeling van de maatschappelijke welvaart.Zo investeert de gemeente, terwijl jeugdigen en hun opvoeders en jeugd-hulpaanbieders incasseren. Voor de jeugdhulpaanbieders zijn daarbij hetfinanciële rendement positief. Naast het welbevinden van jeugdigen zijn eronderwijsopbrengsten.

Page 10: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

viii MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

S.3 Conclusies

De inzet van ambulante jeugdhulp op school via lumpsumfinancieringdraagt na vier jaar bij aan het verminderen van de inzet van jeugdzorg.Kinderen lijken dankzij jeugdhulp in school een beter onderwijsperspec-tief te krijgen. Voor de opbrengsten van een efficiënter werkproces geldtdat een deel van die baten teniet wordt gedaan door de organisatiekostenvan de OJA-aanpak. Voor het OPDC en Praktijkonderwijs Almere heeftde OJA-aanpak minder positieve effecten en is de conclusie dat de OJA-aanpak daar niet tot een positief maatschappelijk rendement resulteert. Debeleidsalternatieven OJA− (jeugdhulp alleen onder schooltijd) en OJA+

(alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een groter maat-schappelijke rendement op. In zijn algemeenheid is het maatschappelijkerendement positief, maar blijkt het financieel rendement negatief.

S.4 Aanbevelingen

Gezien het beperkte aantal leerjaren is het aan te bevelen om na te gaan ofleerlingen die nu extra ondersteuning krijgen op het OPDC niet beter afzijn met extra ondersteuning binnen het reguliere onderwijs. Op die wijzekan er beter zorg- en ondersteuningscontinuïteit worden geboden, doordatleerlingen niet meer van onderwijslocatie hoeven te wisselen. De gevondeneffecten voor het OPDC en Praktijkonderwijs Almere zorgen ervoor datverder onderzoek naar de oorzaken en achtergronden is aan te bevelen. Degevoeligheidsanalyse en de gevonden effecten van de huidige OJA-aanpakbieden kansen en mogelijkheden voor doorontwikkeling en verdere transfor-matie. Geadviseerd wordt om daarbij de OJA-aanpak gerichter in te zettenbij jeugdigen met een hoger risicoprofiel en om zorginnovatie te versnellen.Daarnaast wordt aangeraden om in te zetten op een betere verbinding tussende begeleiding op OJA-scholen en het reguliere onderwijs. Er is gesigna-leerd dat de OJA-aanpak doelmatiger kan worden door scherper naar deoverleg- en overheadkosten te kijken en daarnaast preventieve activiteitengerichter in te zetten bij risicogroepen. Tot slot wordt aangeraden om teinvesteren in een betere monitoring en sturingsinformatie en deze effectge-wijs te rapporteren, zodat sneller en betrouwbaardere gegevens voorhandenzijn om financieel en beleidsmatig bij te sturen. Op basis van de uitkomstenvan het effectonderzoek en de MKBA wordt aangeraden de OJA-aanpak ophet speciaal basisonderwijs te continueren en de aanpak op het OPDC enhet praktijkonderwijs anders vorm te geven.

Page 11: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

Inhoud

Bestuurlijk voorwoord . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . iii

Managementsamenvatting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . v

Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1

1 Achtergrond . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41.1 Landelijk kader . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51.2 Jeugdzorg in Almere . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 61.3 Onderwijs en jeugdzorg . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7

2 OJA-aanpak . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 82.1 Probleemanalyse. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 82.2 Project- en referentiealternatief . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 112.3 Belanghebbenden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14

3 Doeltreffendheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 173.1 Doelgroep . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 173.2 Effectenoverzicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22

4 Het gebruik van jeugdzorg . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 274.1 Achtergrond . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 274.2 Het onderwijs-jeugdzorgmodel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 274.3 Kenmerken van jeugdzorggebruik. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 284.4 Jeugdhulpbehoefte op de kaart . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 314.5 Onderwijskenmerken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 314.6 Het effect van jeugdhulp in school . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33

5 Onderwijs en jeugdhulp . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 355.1 Onderwijsopbrengsten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 355.2 Inclusief onderwijs . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37

6 Maatschappelijk rendement . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 396.1 MKBA-overzicht: basisscenario . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 396.2 MKBA-overzicht: scenario’s OJA+ en OJA− . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 456.3 Gevoeligheidsanalyse: draaien aan de knoppen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47

7 Conclusies en aanbevelingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 497.1 Uitkomsten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 497.2 Aanbevelingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51

Bijlagen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 53

A Onderzoeksopzet . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 54

B Databestanden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55

C Beschrijvende statistieken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 56

D Schattingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 65

Literatuur. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 67

Geraadpleegde beleidsstukken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 69

Afkortingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 72

Page 12: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

x MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

Begrippenlijst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 73

Index . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 74

Page 13: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

Inleiding

Aanleiding

Op vier scholen in Almere wordt naast onderwijs ook jeugdhulp geboden.Door beide te verbinden moet het mogelijk worden jeugdzorg tijdiger enpreventiever in te zetten. Het moet leiden tot zorgtransformatie met betermaatwerk, waarbij kinderen op de scholen waar jeugdhulp wordt aangebo-den minder specialistische jeugdzorg nodig hebben en het bovendien beterdoen op school. Om de jeugdhulpaanbieder de ruimte te geven beschik-kingsvrij te doen wat nodig is, loopt de bekostiging ervan via een vorm vanlumpsum-financiering.

Om de financiële opbrengsten van jeugdhulp in school vast te stellen, iser ambtelijk een businesscase opgesteld. De uitkomsten daarvan bevestig-den echter onvoldoende de op voorhand gehoopte positieve opbrengsten.Iets waarvoor KPMG reeds had gewaarschuwd in haar second opinion vande jeugdbegroting 2017-2020. Daarin stelde ze dat de vooraf opgestelde bu-sinesscase geen inzicht gaf in de causale effecten (KPMG Advisory N.V.2016). De second opinion naar de businesscase door AEPB bevestigt dit endoet verschillende voorstellen om het financieel resultaat van jeugdhulp inschool beter in beeld te krijgen (AEPB Onderzoek en Advies 2019).

Hoe weerbarstig de praktijk is, blijkt uit het feit dat de kosten voorjeugdhulp in school toenemen, ondanks de afgesproken lumpsumfinan-ciering1. Naast deze regeling worden er ook nog steeds beschikkingen 1 De afspraak is dat de jeugdhulpaanbieder

zowel de jeugdhulp in school als in dethuissituatie verzorgt. In dit rapport wordtaangesloten bij de terminologie van dePO-raad die spreekt over jeugdhulp in deschool.

afgegeven aan leerlingen die jeugdhulp in school hebben, onder andere voorde ondersteuning in de thuissituatie. Het roept vragen op over de huidigeopzet van ‘jeugdhulp in school’ en over de doelgroepen ervan. De samen-werkingspartners realiseren zich dat ze niet alléén naar het financiële resul-taat kunnen kijken bij het beoordelen van ‘jeugdhulp in school’. Voor eenbetere afweging dienen alle maatschappelijke kosten en baten te wordenmeegenomen, dus ook onderwijsopbrengsten of efficiëntere werkprocessen.De gemeente Almere wil bovendien weten hoe doeltreffend en doelmatigde huidige bestede middelen aan onderwijs-jeugdhulparrangementen zijn.Dat geeft namelijk inzicht in welke doorontwikkelingsrichtingen en be-leidskeuzes bijdragen aan een effectievere en efficiëntere ondersteuning vanjeugdigen met een hulpvraag. Om te komen tot een goede beoordeling isgekozen voor een maatschappelijke kosten-batenanalyse gecombineerd meteen effectonderzoek op basis van microdata. Dit maakt het mogelijk ommaatschappelijke effecten mee te wegen en geeft een betere onderbouwingvan de causale effecten van jeugdhulp in school.

Onderzoeksaanpak

Dit rapport presenteert de resultaten van de MKBA en het bijbehorendeeffectonderzoek. In het onderzoek is gekeken welke kenmerken invloed

Page 14: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

2 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

hebben op het jeugdzorggebruik en onderwijsgerelateerde uitkomstmaten.Door leerlingen met ondersteuning van jeugdhulp in school af te zettentegen vergelijkbare leerlingen zonder die ondersteuning, wordt beoordeeldin welke mate onderwijs-jeugdhulparrangementen invloed hebben opde uitkomstmaten. De bevindingen zijn gebruikt bij het opstellen van deMKBA. Hierdoor hoeven minder aannames, kengetallen en veronderstel-lingen te worden gebruikt en steunen de MKBA-uitkomsten op een stevigeempirische analyse met microdata.

Onderzoeksopzet

De uitkomst van deze MKBA geeft de (maatschappelijke) waarde vanjeugdhulp in school. Door verbeterde hulp en ondersteuning van kinderenop het gebied van zowel onderwijs als jeugdhulp moeten effecten ontstaan.Om die in beeld te brengen is een onderwijs-jeugdzorgmodel ontwikkeld.Het model bestaat uit twee delen. Allereerst laat het zien welke factoreninvloed hebben op het jeugdzorggebruik en op bereikte maatschappelijkeeffecten op het gebied van onderwijs. Denk bijvoorbeeld aan de doorstroomnaar speciaal onderwijs (so) en speciaal basisonderwijs (sbo). Vervolgenswordt gekeken of onderwijs-jeugdhulparrangementen (OJA’s) invloedhebben op de uitkomstmaatstaven. De effecten zijn gebruikt voor deonderbouwing van de maatschappelijke kosten en baten van de MKBA.

Om het project- en referentiealternatief vast te stellen en de daaruitmogelijk voortkomende effecten in beeld te krijgen, hebben effectenses-sies plaatsgevonden met de begeleidingscommissie. Die bestond uit deprojectgroep ‘Onderwijs Jeugdhulp Arrangementen,’ waarin managers enbeleidsmedewerkers van gemeente, scholen, samenwerkingsverband pas-send onderwijs Almere (SWV POA) en zorgaanbieders zaten. Op basis vanmicrodata is vervolgens het onderwijs-jeugdzorgmodel ingeschat. Hiervoorhebben de betrokken partijen op persoonsniveau gegevens aangeleverd.Deze zijn in het model gebruikt als verklarende factoren en uitkomstmaten.Een tussenrapportage is gepresenteerd aan de begeleidingscommissie entijdens een bestuurlijk overleg. Het onderzoek bestaat uit vijf onderdelen:

� Diepte-interviews met uitvoerders, beleidsmedewerkers, managers,bestuurders en externe experts om de randvoorwaarden, werkzameelementen en succesfactoren in beeld te brengen.

� Literatuurstudie en een analyse van de beschikbare beleidsstukken.� Effectensessies met de begeleidingscommissie waarin het project-

en projectalternatief is vastgesteld, projectdoelstellingen zijn aange-scherpt en effectrelaties zijn vastgesteld. Voorts zijn twee beleidsalter-natieven geformuleerd.

� Het schatten van het onderwijs-jeugdzorgmodel aan de hand van deaangeleverde microdata.

� Het opstellen van de MKBA.

Hoofdvraag

Een MKBA biedt een integraal overzicht van de maatschappelijke effectenvan een project. Door de effecten in euro’s uit te drukken kunnen ze metelkaar worden vergeleken en afgewogen. In dit onderzoek gaat het omde maatschappelijke waarde van de samenwerking tussen onderwijs en

M.J.C. Van Dam
M.J.C. Van Dam
M.J.C. Van Dam
Page 15: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

INLEIDING 3

jeugdhulp via een lumpsumbekostiging, de hoofdvraag is dan ook:

Welk maatschappelijk rendement levert de samenwerking tussen onderwijsen jeugdhulp op?

Onderzoeksvragen

De hoofdvraag is opgesplitst in de volgende onderzoeksvragen:

� Neemt op scholen met een OJA-aanpak het aantal afgegeven beschikkin-gen jeugdzorg af door de inzet van jeugdhulp in school via lumpsumfi-nanciering?

� Welke andere (maatschappelijke) effecten doen zich dankzij de OJA-aanpak voor en zijn deze te kwantificeren?

� Bij welke doelgroep(en) heeft de OJA-aanpak een meerwaarde, enverandert de leerlingpopulatie van scholen met een OJA-aanpak?

� Welke kosten en baten levert de OJA-aanpak op voor de verschillendeactoren (jongeren, huishouden, gemeente, jeugdhulpaanbieder, SWVPOA, schoolbesturen, andere actoren)?

� Welke beleidsaanpassingen in de OJA-aanpak, of integrale jeugdaanpak,beïnvloeden het maatschappelijk rendement?

De eerder uitgevoerde ‘businesscase’ heeft te weinig inzicht verschaftin het bereikte financieel resultaat van de OJA-aanpak, waardoor hetnoodzakelijk is om het financieel rendement van de OJA-aanpak separaatin beeld te brengen. Daarnaast bestaat de behoefte om voor een aantaltoekomstscenario’s een beeld te krijgen van het maatschappelijk rendement.

Leeswijzer

Hoofdstuk 1 presenteert kort de achtergronden waartegen de samenwerkingtussen onderwijs en jeugdzorg is vormgegeven. In hoofdstuk 2 wordende uitgangspunten van de samenwerking tussen onderwijs en jeugdhulpgepresenteerd (projectalternatief) en afgezet tegen het referentiealternatiefen twee beleidsalternatieven. Tevens worden twee beleidsalternatievengepresenteerd. Hoofdstuk 4 en hoofdstuk 5 presenteren het onderwijs-jeugdzorgmodel en de gevonden uitkomsten. In hoofdstuk 6 wordende (maatschappelijke) effecten vertaald naar kosten en baten, zodat hetmaatschappelijk rendement kan worden bepaald. Het rapport besluit inhoofdstuk 7 met conclusies en aanbevelingen.

M.J.C. Van Dam
Page 16: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

HOOFDSTUK 1Achtergrond

Inleiding

De meeste kinderen in Nederland ontwikkelen zich zonder al te veel proble-men tot autonome en sociale volwassenen die meedoen in de samenleving.Sommige kinderen en jongeren worden op hun weg naar volwassenheidechter geconfronteerd met (tijdelijke) belemmeringen in hun fysieke, cogni-tieve, psychosociale en emotionele ontwikkeling. Daardoor is het niet voorieder kind vanzelfsprekend dat het altijd kan meedoen en zich volledig kanontplooien. De meeste opvoed- en ontwikkelingsproblemen hangen samenmet de ontwikkelfase waarin kinderen zich bevinden, of ontstaan dooringrijpende gebeurtenissen die zich in het gezin voordoen, zoals scheidingof het overlijden van een gezinslid. Het is het moment waarop dit soortopvoed- en ontwikkelingsproblemen zich voordoen, waarbij de duur en deintensiteit bepalen of iets wel of niet zorgen moet baren (Van Yperen 2009).

Kansengelijkheid

Verschillende factoren spelen een rol bij het ontstaan van problemen en hetverloop daarvan. Een disbalans tussen risico- en beschermende factoren kanertoe leiden dat opvoed- en ontwikkelingsproblemen bij jongeren zorgenvoor ernstig probleemgedrag. Risicofactoren kunnen worden onderverdeeldin factoren bij de jeugdige, het gezin en in de wijdere omgeving - waar-onder school, vriendengroep en buurt. De psychosociale problemen ende sociaaleconomische status (ses) van het gezin, spelen naast de sociaaleconomische omstandigheden van de wijdere omgeving zodoende een be-langrijke rol bij het ontstaan van opvoed- en ontwikkelingsproblemen. Ditkan het kind belemmeren in het bereiken van zijn of haar ontwikkelpoten-tieel. Met als mogelijk gevolg dat een kind als volwassene met problemenzal kampen en minder mee zal doen in de samenleving dan anders mogelijkwas geweest. Daarnaast kan het leiden tot intergenerationele problemen.Voor gemeenten is dit een belangrijke reden om een adequaat jeugdbeleidvorm te geven en tijdig in de ondersteuningsbehoefte van jeugdigen en hungezin te voorzien.

Inclusief onderwijs

Gemeenten zijn sinds de decentralisaties in 2015 binnen het sociaal domeinde primair verantwoordelijken voor het ondersteunen van jeugdigen enandere inwoners in een kwetsbare positie. De gemeente Almere heeft tegende achtergrond van Pwet, Wmo 2015, Jeugdwet en Wgs beleidskadersgeformuleerd waarop het beleidsplan Sociaal Domein is gebaseerd en datvormt de basis voor de ‘nieuwe’ sociale basisinfrastructuur (GemeenteAlmere 2012; 2015; 2014; 2016c). Uitgangspunt is: één kind, één gezin,één plan ook op school, en dat beoogt een integrale aanpak. Enkele maan-

Page 17: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

ACHTERGROND 5

den voor de start van de drie decentralisaties Pwet, Wmo 2015, Jeugdwetis de Wet passend onderwijs (PO) van start gegaan. Hierin hebben de Sa-menwerkingsverbanden voor primair en voortgezet onderwijs de opdrachtgekregen om vanaf 1 augustus 2014 iedere leerling een passende plek opschool te geven. Scholen hebben sindsdien een zorgplicht en zijn daarmeeverantwoordelijk om ook kinderen met een extra ondersteuningsbehoefteeen goede onderwijsplek te bieden. Vanwege de directe invloed op hetgemeentelijk jeugdbeleid wordt de Wet passend onderwijs wel gezien als devierde decentralisatie. Passend onderwijs realiseren heeft immers invloedop leerlingenvervoer, leerplicht, onderwijshuisvesting en de ondersteu-ningsbehoefte van kinderen. De scholen in het samenwerkingsverbandmaken afspraken met elkaar over de ondersteuning aan leerlingen en debekostiging daarvan. Tot slot verplichten de Wet passend onderwijs en deJeugdwet de samenwerkingsverbanden passend onderwijs en de gemeentenom met elkaar een ‘Op Overeenstemming Gericht Overleg (OOGO)’ tevoeren over het ondersteuningsplan. Zo wordt gewaarborgd dat er goedeaansluiting bestaat tussen de ondersteuning in het onderwijs en het gemeen-telijke jeugdbeleid.

1.1 Landelijk kader

 © 2019 AEPB100

105

110

115

120

125

Jeu

gd

zorg

, Z

IN (

20

15

h1

=1

00

)

2015h1 2015h2 2016h1 2016h2 2017h1 2017h2 2018h1 2018h2 2019h1

Almere Nederland

Figuur 1.1: Ontwikkeling beroep opde jeugdzorg ZIN

Transitie en transformatie van jeugdhulp

De opzet om jeugdhulp dichter bij inwoners te organiseren door de bestuur-lijke en financiële verantwoordelijkheid van die jeugdhulp bij gemeentente leggen, heeft (nog) niet geleid tot de gewenste transformatie. De (finan-ciële) lasten van het organiseren van jeugdhulp nemen toe. In het rapport‘Eerste evaluatie Jeugdwet: Na de transitie nu de transformatie’ stellen deonderzoekers onomwonden dat de gewenste transformatie, die zich richtop de doelen van de wet, nog grotendeels vorm dient te krijgen (Friele et al.2018).

De uitkomsten van deze evaluatie hebben geresulteerd in het Actie-programma ‘Zorg voor de Jeugd’, waarin Rijk, gemeenten, aanbieders en

Page 18: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

6 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

 © 2019 AEPB85

90

95

100

105

110

115

120

Jeu

gd

zorg

, Z

IN (

20

16

h1

=1

00

)

2015h1 2015h2 2016h1 2016h2 2017h1 2017h2 2018h1 2018h2 2019h1

Nederland Almere Amsterdam Eindhoven

Figuur 1.2: Ontwikkeling beroep opde jeugdzorg ZIN

cliëntenorganisaties langs zes actielijnen de jeugdhulp, jeugdbeschermingen jeugdreclassering ‘merkbaar en meetbaar steeds beter’ willen makendoor transformatie van de jeugdhulp (Ministerie van VWS en Ministerievan J&V 2018). Het actieprogramma dat in april 2018 werd gepresenteerd,heeft voor de periode 2018-2020 transformatiebudget beschikbaar omvernieuwingen van de jeugdhulp te ondersteunen.

1.2 Jeugdzorg in Almere

Almere heeft net als andere gemeenten moeite grip te krijgen op de uitga-ven van jeugdhulp. In het najaar van 2016 zorgde overschrijding van devastgestelde begroting voor jeugdhulp ervoor, dat de toenmalige wethouderaanbieders verzocht dit soort hulp voor de rest van het jaar alleen nog aante bieden aan jongeren voor wie (langer) wachten onverantwoord was.Daardoor werd duidelijk voor welke financiële opgave de gemeente zichzag gesteld. Samen met de wens om goede jeugdhulp te blijven aanbiedenvormde dat de aanleiding om een aantal transformatie-experimenten op hetgebied van jeugdhulp vorm te geven. Vanwege de bestaande tekorten wer-den voor deze experimenten expliciete financiële doelstellingen vastgestelddie werden gemonitord met businesscases. De tussenevaluatie laat echterzien dat het in beeld brengen van die resultaten niet eenvoudig is. Enerzijdsis het lastig om de effecten te relateren aan de ‘nieuwe’ aanpak, anderzijdswordt breed onderkend dat de effecten breder zijn dan het financiële resul-taat voor de gemeente. Almere heeft daarom de behoefte de transformatievan de jeugdhulp in een breder maatschappelijk perspectief te plaatsen,en laat ze de maatschappelijke kosten en baten van verschillende nieuweaanpakken in beeld brengen.

Investeren in alternatieven

Almere investeert sinds 2017 in verschillende alternatieven voor spe-cialistische jeugdhulp. Zo is er voor vier verschillende aanpakken eenbusinesscase opgesteld, te weten:

1. Praktijkondersteuners geestelijke gezondheidszorg

M.J.C. Van Dam
Page 19: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

ACHTERGROND 7

2. Inzet van vrijwilligers bij Humanitas

3. Onderwijs-jeugdhulparrangementen op het speciaal (basis) onderwijs

4. Preventieve activiteiten jeugdgezondheidszorg

Daarnaast is er de lopende Pilot ‘Sterk in de Wijk’, waarin de jeugdver-pleegkundige ambulant wijkgericht wordt ingezet. De gemeenschappelijkedeler van al deze aanpakken is dat de signalering van hulpvragen en hulp-verlening sneller en dichter bij de jongere wordt opgepakt. Hierbij wordtbeoogd dat jeugdigen en gezinnen minder snel en minder lang een beroepdoen op duurdere specialistische voorzieningen.

De vier uitgevoerde businesscases zetten de financiële investering af te-gen de opbrengsten. De kosten die een nieuwe aanpak met zich meebrengt,dienen te worden terugverdiend door een lager beroep op jeugdhulp viabeschikkingen. De tussenevaluatie van de businesscases maakte duidelijkdat het lastig is om effecten te relateren aan de desbetreffende aanpak.Daardoor is het onduidelijk of de financiële doelen worden gerealiseerd.Om te beoordelen of de investering bijdraagt aan een betere ondersteuningvan jeugdigen en gezinnen met hulpvragen, moet het maatschappelijkperspectief worden meegewogen.

1.3 Onderwijs en jeugdzorg

Een belangrijke businesscase betreft de OJA-aanpak, waarin de gemeenteAlmere, onderwijs en jeugdhulp samen optrekken. In die aanpak on-dersteunen jeugdhulpverleners op school jeugdigen met jeugdhulp. DeOJA’s streven ernaar om een verschuiving te bewerkstelligen van – veelalduurdere – individuele maatwerkvoorzieningen naar – meer generieke –jeugdhulp in de klas. Zij kunnen als team op school, maar ook in de thuis-situatie jeugdhulpondersteuning bieden. De aanname is dat vroegtijdigesignalering van een ondersteuningsbehoefte bij kinderen of in de thuissitua-tie, bijdraagt aan efficiëntere en effectievere begeleiding en ondersteuning.De verwachting is dat vroegtijdige samenwerking niet alleen een directeffect heeft op het gebied van jeugdhulp, maar ook leidt tot baten op an-dere vlakken. Zoals een vermindering van het aantal thuiszitters en betereschoolprestaties. Verder hoopt men een gedeelde budgetdiscipline te be-werkstelligen door de huidige open-einde regeling om te zetten naar eenvastgesteld budgetplafond2. 2 Gedurende de looptijd van onderwijs-

jeugdhulparrangementen is het budgetmeerdere malen aangepast, inmiddels is ersprake van een vast budget.

Page 20: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

HOOFDSTUK 2OJA-aanpak

Jeugdhulp in school is een beleidsinterventie (onderwijs-jeugdhulparrangementen)in Almere die plaatsvindt op vier stedelijke onderwijsvoorzieningen (aan-geduid als scholen). Het doel is om de uitgaven aan beschikte jeugd-zorg te verminderen en de doeltreffendheid van de jeugdzorg te vergro-ten. Om de OJA-aanpak mogelijk te maken stelt de gemeente Almereextra middelen beschikbaar vanuit het jeugdzorgbudget. Daarnaastzijn de preventieve activiteiten, die in het verlengde van de onderwijs-jeugdhulparrangementenaanpak liggen, ook bij het projectbudget onderge-bracht.

2.1 Probleemanalyse

Vanaf het moment dat jeugdzorg een gemeentelijke verantwoordelijkheidwas, bleek dat de beschikbare budgetten ontoereikend waren. Er werd veelvaker een beroep op jeugdhulpvoorzieningen gedaan dan verwacht. Metfors hogere kosten tot gevolg. In de zoektocht naar de oorzaken is eenveelheid aan verklaringen naar voren gekomen. In de Factsheet onderwijs-jeugdhulparrangementen worden voor drie van de vier deelnemende scho-len onder het kopje aanleiding kort enkele oorzaken gegeven (GemeenteAlmere 2018b). Samenvattend wordt het toenemende beroep op jeugd-hulpvoorzieningen verklaard vanuit een toename van gedragsproblemen incombinatie met een niet stabiele thuissituatie en/of wijdere omgeving.

Gedrags- en opvoedproblemen

De literatuur laat zien dat gedrags- en opvoedproblemen verschillendeoorzaken hebben. Een mogelijke toename van dergelijke probleemgedragkan worden veroorzaakt door een hoger aantal leerlingen met risicofactoren.De aan de OJA-aanpak deelnemende scholen brengen dat ook naar voren.Zo ziet bijvoorbeeld de Bombardon het aantal leerlingen met een psychi-atrische diagnose duidelijk toenemen. Meerdere geïnterviewden steldenonafhankelijk van elkaar daarbij wel de vraag of een toename niet samen-hangt met een maatschappelijke tendens waarin sprake is van diagnosedriften medicalisering.

Probleemgedrag kan zich op school of in de thuissituatie voordoen. Deomstandigheden waarin de jeugdige verkeert kunnen het probleemgedragtot uiting brengen. Zo kunnen bijvoorbeeld leerlingen die kampen metADHD in een grote klas met een startende docent probleemgedrag gaanvertonen. Terwijl diezelfde leerlingen in een kleine klas met een docent diedoor zijn ervaring geen probleemgedrag vertonen en gewoon meedoen. Hetis een voorbeeld hoe omgevingsfactoren interacteren met risicofactoren eneen belangrijke rol spelen bij het tot uiting komen van probleemgedrag. Zo

Page 21: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

OJA-AANPAK 9

kan tijdige en doeltreffende hulpverlening een belangrijke rol spelen bij hetvoorkomen en beheersbaar houden van probleemgedrag.

Een toename van gedrags- en opvoedproblemen kan dus verklaardworden door een hogere prevalentie van risicofactoren onder jeugdigen,maar ook doordat omgevingsfactoren veranderen. Op het moment dat hetpedagogisch klimaat verandert, heeft dat invloed op het tot uiting komenvan probleemgedrag. Zo kan bijvoorbeeld een lerarentekort invloed hebbenop een toename van het beroep op jeugdhulp. Tot slot kunnen gedragingenook eerder en sneller als probleemgedrag worden bestempeld. Op hetmoment dat leerlingen die voor de invoering van Wet passend onderwijs opeen voor hun passende plek zaten nu in een omgeving worden geplaatst dieonvoldoende aansluit bij hun behoefte, dan zal zich meer probleemgedragvoordoen.

Stabiele thuissituatie

Een stabiele thuissituatie wordt gezien als een belangrijke beschermfactorbij het tot uiting komen van gedrags- en opvoedproblemen. Indien meerjeugdigen een minder stabiele thuissituatie hebben, kunnen zich meergedrags- en opvoedproblemen voordoen. En kan de complexiteit en zwaartevan de problematiek toenemen. Veranderingen in de bevolkingssamenstel-ling en socio-economische omstandigheden hebben invloed op de stabiliteitvan thuissituaties.

Inclusief onderwijs

De Wet passend onderwijs stelt onderwijspartijen ook voor een grotereopgave. Dit blijkt bijvoorbeeld uit het inspectierapport van de Inspectie vanhet Onderwijs naar de Stichting Leerlingzorg Primair Onderwijs Almereuit 2017 komt. De inspectie stelt in dat rapport dat het voor SWV POA eenaandachtspunt is dat: ‘er leerlingen zijn die niet op een (reguliere) schoolkunnen aarden en (bijvoorbeeld) opgevangen worden bij een instelling alsde stichting ZALM’, omdat dit als ‘thuiszitten’ wordt beoordeeld (Inspectievan het Onderwijs 2017). Om te zorgen dat de onderwijsomgeving aansluitbij de leerling is extra ondersteuning nodig. Die extra ondersteuningkost geld. Een geïnterviewde stelt dat het een illusie is dat ‘inclusiefonderwijs’ goedkoper is. In zijn ogen kan die extra ondersteuning nietworden bekostigd door substitutie van de oude ondersteuning naar eeninclusieve situatie.

Maatschappelijke effecten

De OJA-aanpak beoogt maatschappelijke effecten te bereiken. In de briefvan 15 december 2015 aan de gemeenteraad worden maatschappelijke ef-fecten, resultaten en prestatie-indicatoren genoemd (College B&W 2015)3. 3 De genoemde maatschappelijke effecten,

resultaten en indicatoren bemoeilijken hettoetsen van doelen en maatschappelijke ef-fecten. Zo kunnen het aantal verwijzingennaar het Voortgezet Speciaal Onderwijs(VSO) of de tevredenheid van ouders omverschillende redenen veranderen. Ooklopen doelen, resultaten en effecten doorelkaar heen.

De maatschappelijke doelen zijn generiek geformuleerd en overlappen methet reguliere jeugdbeleid dat de gemeente voert.

Figuur 2.1 geeft schematisch de relatie weer tussen gestelde doelen,activiteiten, resultaten en maatschappelijke effecten. Inputs omvatten daar-bij alle middelen en tijd die de nieuwe OJA-aanpak kost. Met die inputsworden activiteiten ondernomen. Binnen de OJA-aanpak is bijvoorbeeldnaschoolse dagbehandeling een van de activiteiten. Om dat mogelijk temaken zijn onder andere ruimte, jeugdhulpmedewerkers en een onder-

Page 22: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

10 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

steuningsprogramma nodig. Met de activiteiten worden bepaalde doelennagestreefd. Zo beoogt de naschoolse dagbehandeling behandeldoelen tebereiken. Zodat jeugdigen minder probleemgedrag vertonen dan wel wordtvoorkomen dat probleemgedrag zich voordoet. De aanname is dat als hetprobleemgedrag op individueel niveau vermindert, zich maatschappelijkeeffecten voordoen. Zo wordt verwacht dat er minder thuiszitters zijn, min-der schorsingen plaatsvinden en/of leerlingen makkelijker doorstromen naarreguliere onderwijsvoorzieningen.

input activiteitenmaatschappelijke

effectenresultaten

effectrelaties

Maatschappelijk rendement

efficiëntie

doelen

effectiviteit

D

BA

C

© 2 0 1 6 , A E P B O n d e r z o e k e n ad v ie s

Figuur 2.1: Verandertheorie

Aanleiding om met OJA-aanpak te starten

Bezuinigingen door de rijksoverheid op beschikbaar gestelde jeugdhulpbud-get, zorgen voor een spanningsveld tussen de beschikbare middelen en hetberoep op die middelen. Naast deze landelijke korting op het macrobudget,die voor alle gemeenten gold, zorgde een verandering van een historischverdelingsmodel naar een objectief verdeelmodel ervoor dat Almere metaanvullende kortingen te maken had. Als gevolg hiervan werd Almere meteen (te) omvangrijke maatschappelijke taak geconfronteerd op het gebiedvan jeugdhulp. De lumpsumbekostiging van jeugdhulp in school wordtals alternatief gezien voor specialistisch beschikte jeugdhulp. De aannameis dat de maatschappelijke jeugdhulptaken op die wijze goedkoper zijndoordat jeugdhulp integraal en zonder vertraging kan worden ingezet. Dehoop is dat op die manier uitvoeringskosten worden vermeden en dat deuitvoering van de hulpverlening doeltreffender is.

Scholen merkten na de invoering van Wet passend onderwijs dat leer-lingen aanvullende ondersteuning nodig hebben om volwaardig te kunnenmeedoen op school. Met de inzet van die aanvullende ondersteuning be-ogen ze verwijzingen naar (voortgezet) speciaal onderwijs, voortijdigschooluitval, een onveilig schoolklimaat en belemmeringen tussen hetbasisonderwijs en het voortgezet onderwijs tegen te gaan. Voor jeugd-zorgaanbieders geldt dat er sprake is van administratieve lastendruk enniet optimale werkprocessen, waardoor een onnodig deel van het budgetniet terecht komt bij de hulpverlening. Voor jeugdigen en hun opvoedersgeldt dat er wachttijd zit tussen het voordoen van probleemgedrag en hetondersteund worden. Voorts vindt inzet van jeugdhulp nog pas plaats alsprobleemgedrag zich voor doet. Terwijl de aanname is dat eerdere inzet vanjeugdhulp zwaardere ondersteuning en begeleiding voorkomt.

Gemeente Almere (2018a) stelt in een interne tussentijdse evaluatie van

Page 23: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

OJA-AANPAK 11

de businesscases jeugd dat de ‘businesscase Jeugdhulp zonder verwijzingin het speciaal (basis) onderwijs’ zich richtte op de afname van het aantaltrajecten op drie vlakken, namelijk:

� ambulante jeugdhulp;� residentiële jeugdhulp4; 4 Deze doelstelling was van toepas-

sing op het beëindigde onderwijs-jeugdhulparrangement School2Care.School2Care is gestopt omdat bleek dater te weinig aanmeldingen waren. Deinvestering in het onderwijsarrangementvan e650.000 wordt in deze MKBA nietmeegenomen

� jeugd-ggz.

In de ‘second opinion begroting Jeugd 2017-2020’ van (KPMG AdvisoryN.V. 2016) en de ‘Herijking BC OJA’s’, een ambtelijk rekenmodel van hetfinancieel rendement van de OJA’s (Gemeente Almere 2018c), bevestigenhet beeld dat de totstandkoming van de samenwerking tussen onderwijs enjeugdhulp gebaseerd is op het beheersen van de specialistische jeugdhulp.KPMG Advisory N.V. (2016) merkt op dat de verschillende businesscasesop elkaar inwerken en dat de begroting onvoldoende rekening houdt methet feit dat baten van de de afonderlijke businesscases dubbel wordeningeboekt.

Onderwijs-jeugdhulparrangementen doelen en maat-schappelijk effecten

De OJA-aanpak is een werkwijze die zich in en vanuit de praktijkheeft ontwikkeld. De aanvankelijk geformuleerde maatschappelijkeeffecten hingen vooral samen met de financiële opgave waarvoorde gemeente zichzelf gesteld zag. Door tijdens overlegtafels metelkaar van gedachten te wisselen over doelen en maatschappelijkeeffecten en een tussentijdse evaluatie van de businesscase is scherpergekregen welke maatschappelijke effecten de OJA-aanpak beoogt tebereiken. Dit zijn de volgende maatschappelijke effecten:

� Een thuis- en onderwijssituatie bieden voor jeugdigen waarbijminder specialistische jeugdhulpvoorzieningen nodig zijn.

� Ontplooiingsmogelijkheden van jeugdigen vergroten.� De onderwijssituatie ondersteunen waardoor leerlingen beter

deelnemen aan het onderwijs, doorstromen naar een hoger onder-wijsniveau, of instromen in een onderwijsvorm met minder zwareondersteuning.

De OJA-aanpak moet dus de ondersteuning via jeugdzorg verbeterenzodat jeugdigen minder vaak specialistische jeugdzorg nodig hebbenen beter in de onderwijssituatie worden ondersteund.

2.2 Project- en referentiealternatief

Een MKBA vergelijkt de bereikte of potentiële maatschappelijke effectenvan het projectalternatief met de situatie die zich het meest waarschijn-lijk voordoet, namelijk het referentiealternatief. Het referentiealterna-tief beschrijft hoe de maatschappelijke vraagstukken worden aangepaktdie uit de probleemanalyse van het projectalternatief naar voren komen.Zo vragen bijvoorbeeld financiële tekorten in de jeugdzorg ook zonderonderwijs-jeugdhulparrangementen om oplossingen met daaraan gekop-

Page 24: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

12 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

pelde beleidsacties. In deze paragraaf wordt na een korte schets van hetprojectalternatief kort ingegaan op twee beleidsalternatieven, namelijk: deOJA+- en OJA−-aanpak. De paragraaf besluit met een korte beschrijvingvan het referentiealternatief waarmee alle de drie beleidsalternatieven metvormen van jeugdhulp in school worden vergeleken.

2.2.1 Projectalternatief: jeugdhulp in school

College B&W (2016) informeerde de gemeenteraad in een raadsbriefvan 30 mei 2016 over de combinatie van onderwijs en jeugdhulp. Tevenswerd daarin een doorkijk gegeven van de eerste praktijkervaringen eneerste resultaten van het onderwijs-jeugdhulparrangement op SBO DeWatertuin. Het projectalternatief is bepaald op basis van informatie aan degemeenteraad en een presentatie van de Gemeente Almere (2018g) met deleidende principes. Dit naast beleidsdocumenten, zoals het plan van aanpakGemeente Almere (2016a), en de informatie die via de effectensessiesis opgehaald. Op basis van dit alles is het projectalternatief als volgt tekarakteriseren:

� Één kind, één gezin, één plan ook op school.� Hulpverleners aanwezig in de school.� Alle ondersteuning, zowel aan jeugdige als het gezin, in en vanuit de

school.� Alle ondersteuning zonder beschikking (m.u.v. jeugdhulp met verblijf en

ambulante jeugd-GGZ),5 dit om: 5 Residentiële jeugdhulp, pleegzorg,gesloten jeugdzorg, crisisopname enklinische functie jeugd-GGZ.

– de administratieve lastendruk terug te dringen;– ondersteuning direct inzetbaar te maken.

� Ondersteuning kan zowel curatief als preventief worden ingezet.� Groepsgericht waar het kan en individueel waar het moet.� School en jeugdhulpaanbieder bepalen in overleg met jeugdige en

ouders welke hulp noodzakelijk is.� Er is op school slechts één zorgaanbieder als hoofdaannemer actief.� Persoonsgebonden budgetten (pgb’s) en overige door externe partijen

ingezette hulpverlening komen niet ten laste van het lumpsumbedrag opschoolniveau, waarvan de jeugdhulpaanbieder budgethouder is. Pgb’sworden in principe niet ingezet op de scholen, behalve als uitzonderingén met toestemming van de gemeente.

� Alle bestaande preventieve activiteiten en trainingen vallen onder hetonderwijs-jeugdhulparrangement.

In principe bieden de onderwijs-jeugdhulparrangementen alleen ambu-lante jeugdhulp, dit zijn de producten die vallen onder jeugdhulp lokaal.In de oorspronkelijke businesscase en in de herijking van de financiëlebusinesscase zijn financiële baten opgevoerd op het vlak van Jeugd-GGZ(Gemeente Almere 2016b; 2018c). Ondanks dat behandelingen voor Jeugd-GGZ geen onderdeel uitmaken van het onderwijs-jeugdhulparrangement6. 6 In de kwartaalrapportage van 2017

stelt de Gemeente Almere (2017d, zie:p.24-25) vast dat er afname te zien isvan Jeugd-GGZ en dan met name vanspecialistische jeugd-GGZ. Wel is dedaling al ingezet voordat alle onderwijs-jeugdhulparrangementen gestart warenofwel goed waren ‘ingeregeld’.

In de oorspronkelijke businesscase zijn ook baten opgevoerd op het gebiedvan Jeugd Residentieel en Jeugdzorg+ (gesloten jeugdzorg). Dit hangtsamen met het onderwijs-jeugdhulparrangement School2Care die buitende reikwijdte van deze MKBA valt. In de ‘Halfjaarrapportage uitvoeringJeugdwet’ rapporteert de Gemeente Almere (2019a) dat jeugdhulp met en

Page 25: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

OJA-AANPAK 13

zonder verblijf in het eerste half jaar van 2019 veelgebruikt blijft en dat ervoor 2019 budgetoverschrijdingen worden verwacht, net als in 2018 (zieook: College van burgermeester en wethouders 2018).

© 2020, AEPB Onderzoek en Advies

Figuur 2.2: Projectalternatiefonderwijs-jeugdhulparrangement

Figuur 2.2 illustreert kort het projectalternatief. jeugdhulp in school, zonderbeschikking.

OJA+-aanpak

De huidige OJA-aanpak vormt het basisscenario. Naast dit basisscenariozijn twee alternatieve scenarios’s gedefinieerd. De OJA+- en de OJA−-aanpak. De OJA+-aanpak wijkt af van het basisscenario doordat de OJA-aanpak verder wordt doorgevoerd. Dat bestaat uit het expliciet verbindenvan jeugd-GGZ aan scholen. Daarnaast vervult de jeugdzorgmedewerkereen regiefunctie binnen het huishouden voor alle kinderen in dat huishou-den. Dat betekent dat gedrags- en opvoedproblematiek van broertjes enzusjes vanuit de OJA-school worden opgepakt.

Page 26: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

14 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

OJA−-aanpak

Een ander scenario betreft de OJA−-aanpak. De reikwijdte van de OJA-inzet wordt beperkt tot op school en onder schooltijd. De jeugd-ggz-problematiek, opvoedproblemen en ondersteuning thuis vallen buiten deonderwijs-jeugdhulparrangementen. De OJA-inzet is primair gericht op hetondersteunen van het onderwijsproces van leerlingen met gedragsproblema-tiek.

2.2.2 Referentiealternatief

Het referentiealternatief is binnen MKBA’s die beleidssituatie waarmeehet projectalternatief (de OJA-aanpak) wordt vergeleken. Het referentie-alternatief is in MKBA’s daarbij de meest waarschijnlijke situatie die zichvoordoet zonder het projectalternatief. In de beleidspraktijk staat dit nietgelijk aan niets doen. Ook zonder doorvoering van het projectalternatiefzullen er namelijk bestuurlijke keuzes nodig zijn om de beleidsopgave op telossen. Het opgestelde referentiealternatief in deze MKBA is bepaald aande hand van de effectensessies, interviews en beleidsstukken.

In het referentiealternatief in deze MKBA wordt aangenomen dat degemeente specialistische jeugdzorg eveneens terug wil dringen. In tegen-stelling tot het projectalternatief zal dit plaatsvinden door meer in te zettenop wijkgerichte preventieve activiteiten. In die situatie wordt net als in hetprojectalternatief aangenomen dat het adagium: eén kind, één gezin, éénaanpak, ook op school, wordt nagestreefd. In die situatie zal er geen sprakezijn van lumpsumfinanciering van jeugdzorg op wijk- of schoolniveau. Inhet referentiealternatief blijft school voor hulpverleners een vindplek vanleerlingen met probleemgedrag en opvoedproblemen. Het verschil methet projectalternatief is dat de ondersteuning door jeugdzorgaanbiedersniet tijdens school plaatsvindt. Voor de preventieve activiteiten en signa-leringsfunctie worden jeugdzorgaanbieders bekostigd vanuit SWV POAen de gemeente. Een deel van de activiteiten is noodzakelijk om passendonderwijs aan leerlingen te bieden. In het referentiealternatief wordt netals in het projectalternatief ingezet op het verminderen van de doorlooptijdvan aanvragen van specialistische jeugdhulp. Daarvoor wordt het aanvraag-en declaratieprotocol aangescherpt, vereenvoudigd en vergaand geauto-matiseerd, zodat wachttijd om administratieve redenen tot het verledenbehoort.

2.3 Belanghebbenden

Binnen een MKBA is het belangrijk om zicht te hebben op de verschillendebelanghebbenden. Kosten en baten die samenhangen met effecten doen zichbij verschillende partijen voor. Zo kan het resultaat van een MKBA voorde ene belanghebbende voordelig uitpakken, terwijl een andere belangheb-bende een negatief financierel of maatschappelijk rendement ondervindt.Het totale maatschappelijk rendement in een MKBA is uiteindelijk de somvan alle belanghebbenden.

Zo kunnen de investeringen die de gemeente maakt in het kader van deOJA-aanpak ertoe leiden dat de gemeente een negatief rendement behaalt.Bijvoorbeeld wanneer de investeringen onvoldoende leiden tot directe

Page 27: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

OJA-AANPAK 15

financiële resultaten dan wel zich vertaalt in immateriële effecten. Inzichtin de kosten en baten van individuele partijen maakt het allocatievraag-stuk inzichtelijk. Op basis van de effectensessies en de interviews zijnzes belanghebbenden te identificeren, namelijk: jeugdigen en hun opvoe-ders, de gemeente, scholen, SWV POA, jeugdzorgaanbieders en overigeketenpartijen.

Jeugdigen en opvoeders

Leerlingen van OJA-scholen krijgen de mogelijkheid om extra te wordenondersteund door jeugdzorgmedewerkers die onderdeel uitmaken vanschool en die integraal samenwerken met de intern begeleider (IB’er)-er ende docent. Doordat jeugdzorg op school plaatsvindt, kunnen eenvoudigergroepsgerichte activiteiten worden opgezet en kunnen groepsinterventiesworden ingezet in de dagelijkse schoolpraktijk. Dit betekent dat leerlingenmet (dreigende) gedrags- en opvoedproblematiek in de eigen omgevingworden ondersteund.

Door de continue aanwezigheid van jeugdzorgmedewerkers kan de hulp-verlening flexibeler worden vormgegeven en kan makkelijker afhankelijkvan de zorgbehoefte worden op- en afgeschaald. Voor jeugdigen en hunouders worden binnen een OJA-aanpak zorgdrempels lager.

Gemeente

De gemeente is een belangrijke speler binnen het jeugdzorgdomein. Degemeente geeft beschikkingen af voor door hun betaalde specialistischejeugdzorg. Als regievoerder binnen de jeugdzorg raakt de OJA-aanpak detaken en verantwoordelijkheden van de gemeente. In principe betekentde OJA-aanpak minder directe invloed op de verleende jeugdhulp. Im-mers worden jeugdzorgaanbieders en scholen verantwoordelijk voor hetvormgeven van de geboden jeugdhulpondersteuning.

Voorts komen veel directe, indirecte en externe effecten voor rekeningvan de gemeenten. Deze doen zich voor op verschillende manieren. Zo kun-nen leerlingen minder kans hebben op een startkwalificatie door gedrags-en/of opvoedproblematiek. Dit heeft tot gevolg dat toekomstige volwasse-nen minder kans hebben op volwaardig meedoen in de samenleving of eengroter beroep doen op andere gemeentelijke voorzieningen.

Scholen

Scholen zijn de plek waar jeugdzorg en onderwijs samenkomen. Het raakthet pedagogisch klimaat en kan invloed hebben op het leerrendement. DeOJA-aanpak kan ook steun betekenen voor docenten. Nu is de leerlingbe-kostiging aangepast aan de leerlingpopulatie waar les aan wordt gegeven.Toch blijkt lesgeven op het speciaal basisonderwijs, speciaal (voortgezet)onderwijs, maar ook op het praktijkonderwijs voor veel docenten zwaar tezijn. Met minder arbeidsvreugde, een hoog ziekteverzuim en moeilijk tevervullen vacatures tot gevolg. Jeugdhulp in school kan mogelijk bijdra-gen aan een prettiger pedagogisch klimaat, waardoor het lesgeven minderbelastend is.

SWV POA

Als verantwoordelijke voor het organiseren van een passend onderwijs-aanbod in Almere raakt de OJA-aanpak aan de primaire doelstellingen

Page 28: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

16 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

die SWV POA heeft. Namelijk omzetten van de zorgplicht naar goedeonderwijsplekken. De OJA-aanpak beoogt juist zorgondersteuning te bie-den voor leerlingen die het zonder (extra) zorgondersteuning niet redden.Daarmee is SWV POA een belangrijke belanghebbende.

Jeugdzorgaanbieders

Jeugdzorgaanbieders spelen binnen de OJA-aanpak een centrale rol. DeOJA-aanpak heeft invloed op het werkproces van zorgaanbieders. Zo wordtbinnen de OJA-aanpak gewerkt met een hoofdaanbieder die budgetverant-woordelijke is voor het totale OJA-budget van een school. Ook speelt eenOJA-aanbieder een cruciale rol in de inhuur van aanvullende interventies.In wezen verschuift een deel van het contractmanagement dat de gemeenteuitvoert naar de OJA-aanbieder. Daarnaast betekent een vaste locatie datreistijd wordt verminderd. Lumpsumfinanciering vermijdt transactiekostenper individueel zorgtraject.

Overige maatschappij

Naast genoemde partijen zijn er overige partijen. Indien de OJA-aanpaksuccesvol is voorkomt dit mogelijk incidenten in de strafketen. Ook kan erminder respijtzorg nodig zijn en kan het beroep op aanvullende voorzienin-gen gedurende het leven positief worden beïnvloed.

Page 29: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

HOOFDSTUK 3Doeltreffendheid

De OJA-scholen bedienen een kwetsbare doelgroep. Ondanks de overlapvan leerlingen tussen verschillende OJA-scholen zijn er per school verschil-len in de leerlingenpopulatie. Een overeenkomst tussen de scholen meteen OJA-aanpak is dat het aandeel leerlingen dat jeugdzorg gebruikt forsis, dit ongeacht de sociaaleconomische status van de leerling. In hoofdzaakzijn directe effecten te verwachten op het gebied van het gebruik van jeugd-zorg en onderwijs. Daarnaast kunnen indirecte effecten zich voordoen inde vorm van welbevinden van de jeugdige, arbeidsomstandigheden vandocenten en het toekomstig beroep op sociale voorzieningen. Een mogelijkextern effect is de veiligheid in de buurt.

3.1 Doelgroep

Almere biedt op vier verschillende scholen onderwijs-jeugdhulparrangementen.Dat betreft twee scholen in het speciaal basisonderwijs en daarnaast ophet OPDC en de praktijkschool. De keuze om hier jeugdhulp in school aante bieden, hangt samen met de (extra) ondersteuningsbehoefte van veelkinderen op deze scholen. Hierdoor deden leerlingen vaker een beroep opJeugdwetvoorzieningen. Daardoor ondersteunden jeugdzorgaanbiedersvaak via beschikkingen tegelijkertijd meerdere kinderen van dezelfdeschool met individuele ondersteuningstrajecten.

Het beroep op jeugdzorg wordt bepaald door risico- en omgevingsfacto-ren. Veelal zijn dit eveneens factoren die eraan bijdragen dat een kind extraondersteuning op school nodig heeft, omdat er een beperking is of omdatzich leerproblemen en/of gedragsproblemen voordoen. Deze paragraafpresenteert indicatoren van leerlingen die onderwijs volgen op scholen meteen onderwijs-jeugdhulparrangement. De tabellen C.1 en C.2 in bijlage Claten per onderwijstype verschillende indicatoren zien.

3.1.1 Leerlingenaantal van scholen met een arrangement

Figuur 3.1 geeft van 2010 tot en met 2019 op jaarbasis het aantal uniekeleerlingen van scholen die gestart zijn met jeugdhulp in school. De afzon-derlijke scholen verschillen qua omvang wat betreft het aantal leerlingen.Het Praktijkonderwijs Almere is de grootste school. Voor die school geldtdat de leerlingen over drie verschillende vestigingen zijn verdeeld.Het gemiddeld aantal leerlingen dat onderwijs volgt op de vier scho-len is vergelijkbaar voor en na de opening van het eerste onderwijs-jeugdhulparrangement. Het gaat in totaal om gemiddeld 1.400 Almeersejongeren per jaar.

Page 30: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

18 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

 © 2019 AEPB

 Opening 1e OJA

0

100

200

300

400

500

600

700

Un

iek

e l

ee

rlin

ge

n

2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019

De Watertuin De Bombardon OPDC PrOFiguur 3.1: Aantal leerlingen perjaar op scholen met een onderwijs-jeugdhulparrangement. De rodegestippelde lijn geeft aan dat degegevens onvolledig zijn.

Overlap leerlingenpopulatie tussen scholen

Er bestaat een overlap in de leerlingenpopulatie van de vier scholen meteen onderwijs-jeugdhulparrangement. Deels doordat leerlingen van detwee scholen voor speciaal basisonderwijs met een arrangement die door-stromen naar het voortgezet onderwijs, terechtkomen op het OPDC enPraktijkonderwijs Almere. Tabel 3.1 laat de overlap zien tussen de vierarrangementscholen voor de periode 2010 tot en met 2019. Bij gebrek aandata is de overlap van het OPDC met de andere scholen alleen weergegevenvoor de schooljaren tussen 2015-2019.

Watertuin Bombardon OPDC PrO

N. Rij% N. Rij% N. Rij% N. Rij%

De Watertuin 1.138 71,6 75 4,7 51 3,2 325 20,5De Bombardon 75 7,0 804 74,5 43 4,0 157 14,6OPDC 51 10,4 43 8,7 384 78,0 14 2,8PrO 325 13,1 157 6,3 14 0,6 1.992 80,1

Totaal 1.589 28,1 1.079 19,1 492 8,7 2.488 44,1

Tabel 3.1: Overlap tussende leerlingpopulatie van descholen met een onderwijs-jeugdhulparrangement.

Voor 35 procent van de leerlingen van het praktijkonderwijs geldt dat zij opeen van de twee speciale basisscholen met een onderwijs-jeugdhulparrangementhebben gezeten. Dit houdt deels verband met de zes praktijkgroepen dieSBO de Watertuin heeft. Van de leerlingen die onderwijs hebben gevolgdop het OPDC geldt dat drie procent van het praktijkonderwijs afkomstig isvan het praktijkonderwijs. Daarmee stroomt in totaal 14 procent van de leer-lingen van het OPDC door naar het praktijkonderwijs. In de totale periodegeldt voor 75 leerlingen dat ze op twee scholen speciaal basisonderwijs heb-ben gevolgd. Het speciaal basisonderwijs is een stedelijke voorziening. Hetgoed plaatsen en voorkomen van herplaatsing voorkomt (maatschappelijke)kosten.

Huishoudsamenstelling op scholen met een onderwijs-jeugdhulparrangement

Figuur 3.2 presenteert de huishoudsamenstelling van de vier scholen meteen onderwijs-jeugdhulparrangement en zet die af tegen de huishoudsa-menstelling van de leerlingenpopulatie in Almere. De meeste kinderen inAlmere die onderwijs volgen wonen in een meerpersoonshuishouden. Voorleerlingen op scholen die een onderwijs-jeugdhulparrangement aanbie-den, is dat niet het geval. Alle vier de scholen hebben een groter aandeelalleenstaande ouders. Dit varieert van 50 procent op de Bombardon tot een

Page 31: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

DOELTREFFENDHEID 19

9 18 9 64

De Watertuin

7 18 10 65

De Bombardon

5 13 20 61

PrO

7 15 20 58

OPDC

7 11 5 76

Almere

0 20 40 60 80 100

 © 2020 AEPB

Alleenstaande ouder (kind<6 jaar) Alleenstaande ouder (kind<6 tot 12 jaar)

Alleenstaande ouder (kind<12 tot 18 jaar) Meerpershuishouden met kind(eren)

Figuur 3.2: Huishoudsamenstelling

aandeel dat bijna het dubbele is van het populatiegemiddelde op het OPDC.Op het OPDC is bijna de helft daarvan een alleenstaande ouder met eenjongste kind in de middelbare schoolleeftijd. Dit betekent in de praktijk datdit jongste kind vaak ook het kind is dat onderwijs volgt op het OPDC.

3.1.2 Leerlingenpopulatie tijdens het onderwijs-jeugdhulparrangement

De scholen startten niet tegelijkertijd met het onderwijs-jeugdhulparrangement.De arrangementen op de Watertuin en het OPDC begonnen in september2015, en dat op de Bombardon in april 2016. Praktijkonderwijs Almere is1 januari 2018 van start gegaan. De verschillende startdatums bieden eenkans om leerlingen in de verschillende scholen met elkaar te vergelijken diequa kernmerken grote overeenkomsten hebben. Waarbij sommige leerlin-gen al een periode ondersteund worden met jeugdhulp in school, is dat voorandere leerlingen later in de tijd begonnen. Figuur 3.3 presenteert per jaarhet aantal leerlingen dat onderwijs volgt in een situatie waar er onderwijsop school beschikbaar is.

246

635

730

923

1.069

95%

49%

34%

48%

33%

22%

40%

34%

23%

5%

14%

10%

18%

17%

30%

27%

 © 2020 AEPB2015

2016

2017

2018

2019

200 400 600 800 1.000

Watertuin Bombardon

OPDC PrO

Figuur 3.3: Verdeling leerlingen-populatie met een onderwijs-jeugdhulparrangement per school.

Voor het OPDC geldt dat de leerlingen die per september 2019 zijn inge-stroomd niet zijn meegenomen. Figuur 3.3 maakt inzichtelijk dat in 2018en 2019 ongeveer 45 procent van de leerlingen die gebruik maakt van eenonderwijs-jeugdhulparrangement, onderwijs krijgt op PraktijkonderwijsAlmere.

Onderwijs-jeugdhulparrangement en andere kenmerken

In bijlage C op pagina 60 in tabel C.3 zijn per school kenmerken van deleerlingenpopulatie weergegeven. Scholen verschillen onderling op het

Page 32: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

20 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

gebied van leerlingkenmerken die leeftijds- en vervolgopleidingsgerelateerdzijn. Wat naar voren komt, is dat het aandeel meisjes op het OPDC laagis, terwijl het aantal meisjes op het praktijkonderwijs bijna gelijk is aanhet regulier basisonderwijs dat in tabel C.1 naar voren kwam. Voor eenkwart van de leerlingen van de Watertuin en de Bombardon geldt dat zedoorstromen naar het praktijkonderwijs.

De samenstelling qua afkomst en het aandeel leerlingen dat opgroeitin een huishouden met een verblijfstatus varieert tussen de scholen. Zo ishet aandeel leerlingen uit huishoudens met statushouders dat onderwijsvolgt of heeft gevolgd op de Watertuin en Praktijkonderwijs Almere tweemaal zo groot als op de Bombardon en het OPDC. Het aandeel leerlingenwaarbij iemand in het huishouden een andere etnische afkomst heeft dande Nederlandse, verschilt tussen de scholen. Voor de Bombardon geldtdaarbij dat het aandeel onder het stedelijk gemiddelde ligt, terwijl dat voorde Watertuin en sterkere in mate Praktijkonderwijs Almere juist boven datgemiddelde ligt. Het aantal alleenstaande ouders ligt op de vier scholentussen de uitersten van 33 procent van de Watertuin en 40 procent vanhet OPDC. Het hogere aandeel leerlingen dat op het OPDC woont bijalleenstaande ouders is deels een leeftijdseffect.

De sociaal-economische indicatoren laten zien dat leerlingen op scholenmet een arrangement veel vaker uit een kwetsbare omgeving komen. Zohebben opvoeders van deze kinderen vaker schulden en doen ze veelvuldigeen beroep op bijstand en andere inkomensondersteunende voorzieningenzoals bijzondere bijstand of kwijtschelding. De woningvoorraad in Al-mere bestaat voor een kwart uit sociale huurwoningen. Voor leerlingen diegebruik maken van een onderwijs-jeugdhulparrangement geldt dat gemid-deld meer dan 50 procent in een corporatiewoning woont. Het merendeeldaarvan is een sociale huurwoning.

Jeugdzorggebruik en onderwijs-jeugdhulparrangement

Op de Bombardon geldt voor drie kwart van de leerlingen dat er jeugdzorgis ingezet. Het OPDC geeft een vergelijkbaar beeld te zien. Op Praktijkon-derwijs Almere is echter voor twee op de vijf leerlingen jeugdzorg ingezet.De Watertuin zit daar tussenin. Daar krijgt twee derde van de leerlingenjeugdzorg. Leerlingen van Praktijkonderwijs Almere hebben minder vaakoverlap tussen Jeugd-GGZ problematiek en ambulante jeugdzorg. Welwordt er vaker een beroep gedaan op Wmo-voorzieningen. Bij leerlingenvan de Bombardon en het OPDC is vaker Jeugd-GGZ ingezet. De inzetvan ambulante jeugdhulp op de vier scholen laat een vergelijkbaar beeldzien, namelijk een op de drie leerlingen krijgt die zorg. Het gebruik vanjeugdzorg zou op de scholen met onderwijs-arrangement moeten afnemen,omdat een groot deel van de ondersteuning via lumpsumbekostiging aaneen jeugdzorgaanbieder beschikbaar wordt gesteld.

3.1.3 Jeugdzorg en sociaaleconomische status

Er is een belangrijke link tussen de risicofactoren en het ontbreken van debeschermende factoren voor jeugdigen met hun sociaaleconomische status.Daarom zou een lagere status voor een grotere behoefte aan jeugdzorgzorgen. Huishoudens met zo’n lage status lopen wel eerder aan tegen bu-

Page 33: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

DOELTREFFENDHEID 21

reaucratische barrières bij de hulpverlening, en vertonen vaker zorgmijdendgedrag. Door leerlingen met een zwakke sociaal-economische status eerderte ondersteunen, zou een onderwijs-jeugdhulparrangement hierbij een op-lossing kunnen bieden. Figuur 3.4 zet het jeugdzorggebruik van jeugdigenmet een negatieve sociaaleconomische status (de rode staafjes) af tegenjeugdigen met een neutrale en positieve sociaaleconomische status voor deleerlingenpopulatie van de vier scholen die een onderwijsjeugdhulparrange-ment bieden, en Almere als totaal.

60

De Watertuin

63

78

De Bombardon

78

43

PrO

39

72

OPDC

68

28

Almere

20

0 20 40 60 80

 © 2020 AEPB

Positieve en neutrale sociaaleconomische status en Jeugdzorg Negatieve sociaaleconomische status en JeugdzorgFiguur 3.4: Jeugdzorg en sociaal-economische status

Figuur 3.4 laat zien dat voor Almere als totaal de aanwezigheid van risi-cofactoren en het ontbreken van beschermende factoren resulteren in eenhoger beroep op jeugdzorg door jeugdigen met een negatieve sociaaleco-nomische status. De hypothese is dat jeugdigen die gebruik maken vaneen stedelijke onderwijsvoorziening meer jeugdzorg gebruiken, en dathuishoudens met een negatieve sociaaleconomische status een groter beroepdoen op jeugdzorg. De aanwezigheid van jeugdhulp in school zou dat effectkunnen versterken. Het beeld dat uit figuur 3.4 naar voren komt bevestigtdat echter niet. Daaruit blijkt juist dat huishoudens met een sterkere sociaal-economische status een grotere procentuele toename hebben van het beroepop jeugdzorg. Dit betekent dat jeugdhulp in school jeugdzorg beter toegan-kelijk maakt voor leerlingen met een betere sociaaleconomische status diegebruik maken van de stedelijke onderwijsvoorzieningen, dan voor jeugdi-gen met een beperktere sociaaleconomische status. Voor PraktijkonderwijsAlmere komt daarnaast naar voren dat de inzet van jeugdzorg in lijn ligtmet de sociaaleconomische status. Dit betekent dat het extra beroep opjeugdzorg op Praktijkonderwijs Almere voor een groot deel kan wordenverklaard door de lage sociaal-economische status.

Jeugd-GGZ en ambulante jeugdzorg en sociaaleconomische status

In bijlage C op pagina 62 wordt in figuur C.2 ingegaan op de sociaalecono-mische status en jeugd-GGZ. In figuur C.1 gaat in op ambulante jeugdzorgen sociaaleconomische status. Voor jeugd-GGZ geldt dat jeugdigen met eennegatieve sociaaleconomische status op de vier scholen met een onderwijs-jeugdhulparrangement meer ondersteuning krijgen dan jeugdigen meteen positievere status. Ook in Almere als geheel zien we dat terug. Op descholen met een onderwijs-jeugdhulparrangement ligt het beroep wel hoger.

Page 34: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

22 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

Voor de ambulante jeugdhulp in Almere als geheel is hetzelfde waar tenemen. Voor scholen met een onderwijs-jeugdhulparrangement geldt echterdat er vaker ambulante jeugdhulp wordt ingezet bij leerlingen met een posi-tievere sociaaleconomische status. Daarnaast is de toename van het beroepop jeugdhulp voor leerlingen met een positievere sociaaleconomische statusvele malen groter dan voor leerlingen met een negatieve status. De enigeuitzondering is Praktijkonderwijs Almere. Hier is de inzet van ambulantejeugdhulp naar sociaaleconomische status vergelijkbaar met die van degemeente als geheel.

3.2 Effectenoverzicht

Het op school inzetten van jeugdhulp leidt net als de verandering in be-kostiging naar een vorm van lumpsumbekostiging tot (maatschappelijke)effecten. Deze kunnen positief, negatief of neutraal bijdragen aan de maat-schappelijke welvaart. Effecten kunnen daarbij voor de ene betrokkene po-sitief zijn, terwijl voor anderen hetzelfde effect juist een vermindering vanhun welvaart kan betekenen. Stel dat onderwijs-jeugdhulparrangementenleiden tot een daling van de hoeveelheid benodigde jeugdzorg. In som-mige situaties neemt dan het producentensurplus van jeugdzorgaanbiedersaf. Een MKBA kijkt zodoende naar de kosten en opbrengsten voor desamenleving als geheel, de ‘BV’-Nederland.

3.2.1 Effecten onderwijs-jeugdhulparrangement en dubbeltellingen

Een maatschappelijk effect hoort in een MKBA maar één keer mee tetellen voor de maatschappelijke welvaart. Dit lijkt logisch en eerlijk.In de praktijk voelt het echter soms oneerlijk, omdat bepaalde bereikteeffecten ogenschijnlijk niet meetellen in die maatschappelijke welvaart. Bijevaluaties van interventies in het sociaal domein spelen dubbeltellingeneen belangrijke rol, omdat interventies vaak op meerdere vlakken toteffecten leiden. Zo is het een aanname dat flexibelere en preventieveinzet van jeugdhulp in school ervoor zorgt dat er minder, en minder zwarejeugdzorg nodig is. Stel dat dit leidt tot een beter pedagogisch klimaat opschool, met minder schorsingen (artikel 11c Leerplichtwet), thuiszitters7 en 7 Dit betreft (langdurig) verzuim en

jeugdigen die niet naar school gaan omdatze niet staan ingeschreven op een school.

vrijstellingen (artikel 5a Leerplichtwet). Hierdoor bereiken leerlingen eenhoger schoolniveau. Dit draagt eraan bij dat minder leerlingen doorstromennaar onderwijstypes met zwaardere ondersteuning, of dat zij het zelfsafkunnen met minder ondersteuning. De vraag is nu: welke van dezeeffecten tellen mee in de maatschappelijke welvaart? Het eerder en vakerbehalen van een startkwalificatie kan leiden tot een hoger inkomen. Hetkan ook voor een belangrijk deel bijdragen aan het feit dat iemand meteen hoog inkomen minder snel ziek wordt, een betere gezondheid heeften minder zorgkosten maakt, en daarnaast minder een beroep doet opsociale voorzieningen. Het tegelijkertijd meetellen van het hogere inkomen,vermeden zorgkosten en sociale voorzieningen zorgt voor dubbeltellingen.De leidraad voor maatschappelijke kosten-batenanalyse waarschuwt daarook uitvoerig voor en adviseert effecten af te bakenen op basis van de aardvan de maatregel (Romijn en Renes 2013).

Page 35: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

DOELTREFFENDHEID 23

Menselijk rendement: zicht op de effecten

Rouwendal en Rietveld (2000) wijzen erop dat een MKBA beter daneen multicriteria-analyse (MCA) in staat is om dubbeltellingen te voorko-men bij de beoordeling van beleidsmaatregelen. Maatschappelijke effectendie in een MKBA al op een andere wijze zijn gewaardeerd, kunnen even-goed beleidsmatig van toegevoegde waarde zijn. Dit pleit ervoor om naastdeze maatschappelijke effecten vooraf kernindicatoren vast te stellen diehet menselijk rendement in beeld brengen. Het totale menselijk rendementwordt in dat geval bepaald door de weging van verschillende kernindicato-ren welke nauw samenhangen met de vooraf gestelde beleidsdoelstellingen.

3.2.2 Indicatoren verbinding onderwijs en jeugdhulp

Op basis van beleidsdocumenten, literatuurstudie en de effectensessies metde stuurgroep, zijn kernindicatoren bepaald die aansluiten bij de beoogdedoelstellingen van jeugdhulp in school en lumpsumfinanciering.

BC OJA

Afnamegeindiceerde

jeugdzorg

Jeugdhulp alsalgemene

voorzieningop school

sbo

Watertuin Bombardon

vo

OPD PrO

Effecten

Hogereonderwijsopbrengsteno.a. startkwalificatie

Minderleerlingen

sbo, s(v)o,OPDC, PrO

Afnameberoep

voorzieningen

Afnamethuiszitters

vrijstellingen

Toenameveiligheid op school

o.a. minder schorsingen

c©2020 AEPB

Figuur 3.5: Maatschappelijke effec-ten OJA-aanpak

De indicatoren zijn weergegeven in figuur 3.5. De effecten voor het on-derwijs vallen uiteen in effecten voor het onderwijsproces, in de vorm vanhogere onderwijsopbrengsten, en effecten op de doorstroom doordat minderleerlingen gebruik maken van onderwijstypen die extra ondersteuningbieden. Voor dat laatste is de aanname dat vroegtijdige lichtere vormen vanbegeleiding, via jeugdhulp in school, ervoor zorgen dat leerlingen mindereen beroep doen op zware ondersteuning. Daardoor is langer passend on-derwijs mogelijk op de eigen school en zijn onderwijsvormen die minderondersteuning bieden vaker toereikend. Het gevolg zou zijn dat er minderdoorstroom ontstaat naar duurdere onderwijstypen met meer ondersteuning.Denk bijvoorbeeld aan leerlingen vanuit het SBO die minder vaak doorstro-men naar het SO. Ook wordt verwacht dat leerlingen het af kunnen met dereguliere ondersteuning. Denk daarbij aan leerlingen binnen het speciaalbasisonderwijs die terugstromen naar het reguliere basisonderwijs.

Een tweede groep van effecten valt onder het beroep op voorzieningen.

Page 36: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

24 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

Enerzijds het beroep op jeugdzorg, en anderzijds op Wmo, bijstand enandere aanvullende inkomens- en armoedevoorzieningen.

In de derde plaats worden effecten verwacht op het vlak van inclusiefonderwijs. In figuur 3.5 is dit opgenomen onder ‘afname thuiszitters,vrijstellingen’.

De laatste groep van effecten wordt verwacht op het vlak van veiligheidop school.

3.2.3 Maatschappelijke effecten onderwijs en jeugdhulp

De indicatoren worden vertaald naar een effectenoverzicht. In een effecten-overzicht is per effect aangegeven wat de invloed is op de maatschappelijkewelvaart van de betrokkenen. Tabel 3.2 presenteert de maatschappelijkeeffecten. Per effect is aangegeven wat de verwachte bijdrage is aan demaatschappelijke welvaart. Hierbij is ‘+’ positief, ‘-’ negatief, ‘0’ neutraalen bij ‘?’ is de bijdrage onduidelijk.

Voor maatschappelijke effecten is aangegeven of dat zich voordoet bijeen of meerdere belanghebbenden. Zo kunnen deze voor de ene belangheb-bende positief bijdragen terwijl dat voor een ander negatief is. De gemeentekan bijvoorbeeld extra kosten moeten maken, terwijl andere partijen juistbaat hebben bij de daarmee samenhangende uitgaven.

Tabel 3.2: Maatschappelijke indicatoren

Jeugdige Gem. School PO JZ-aanb. Maatsch. Tot.

KostenKosten OJA-aanpak -/- -/-

Directe effectenWerkproces beschikkingen jeugdzorg + + +Uitgaven jeugd en jeugdzorg + -/- ?Onderwijsopbrengsten +Inclusief onderwijs + + ?

Indirecte effectenWelbevinden jeugdige + ?Arbeidsomstandigheden + ? +Beroep sociale voorzieningen -/- + -/- ? ?

Externe effectenVeiligheid wijk en buurt + + +

Totaal + ? + + ? +

In tabel 3.2 zijn de maatschappelijke effecten opgedeeld in directe, indi-recte en externe effecten. Onder directe effecten vallen die op marktenwaarop wordt ingegrepen. Indirecte effecten doen zich voor op alle overigemarkten. Op deze wijze worden de relevante markten afgebakend en zijndubbeltellingen makkelijker te identificeren. Externe effecten zijn effectendie zich onbedoeld voordoen. In het baanbrekende artikel ‘The Problemof Social Cost’ van Coase (1960) wordt een voorbeeld van een stoomtreinopgevoerd. De trein rijdt langs akkers met als risico dat de oogsten vanboeren door branden worden vernietigd vanwege de vonkenregen die destoomtrein veroorzaakt. Het vinden van externe effecten in het sociaaldomein kan complex zijn omdat het deels samenhangt met een normatiefkader. Stel dat jeugdhulp in school ervoor zorgt dat een deel van de leerlin-

Page 37: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

DOELTREFFENDHEID 25

gen en opvoeders minder goed zelf problemen leert oplossen. De aannamehierachter is dat slechts een klein deel van de lichte problemen resulteertin escalerend probleemgedrag zoals Van Yperen (2009) stelt. In dat gevalis het externe effect van het helpen van leerlingen en opvoeders ‘minderoplossingsvermogen’ van diezelfde leerlingen en opvoeders. Dit nog naasthet feit dat Van Yperen (2009) ook constateert dat onduidelijk is waar het‘lichte aanbod’ zit.

De kracht van empirische en kwantitatieve onderbou-wing in het sociaal domein

Veel evaluaties in het sociaal domein zijn kwalitatief van aard. Daar-naast beperken kwantitatieve onderzoeken in het sociaal domeinzich veelal vanuit kostenoverwegingen tot beschrijvende cijfers.Ogenschijnlijke correlaties worden daarbij gepresenteerd als causaleverbanden. Wie kent niet het krantenbericht waarin een wethouder(tijdens hoogconjunctuur) de daling van het aantal bijstandsgerech-tigden toeschrijft aan het gevoerde beleid. Dat laatste verklaartook de behoefte aan en opkomst van benchmarks waarin cijfersvan verschillende gemeenten met elkaar worden vergeleken. Denkbijvoorbeeld aan CBS Jeugdmonitor, de Divosa Benchmark Werk& Inkomen, de VNG Monitor Sociaal Domein of Waarstaatjege-meente.Ondanks dat een benchmark waardevolle patronen in beeld brengt,geeft het geen zicht op wat écht werkt en hoe iets werkt. Om beleiddaadwerkelijk te laten slagen is het noodzakelijk te weten aan welkeknoppen je moet draaien. Dat betekent weten welke beleidsuit-komsten afhangen van, of op zijn minst worden beïnvloed door debeleidskeuzes die voorhanden zijn. Een dergelijke wijze van evalu-eren roept bij sommigen in het sociaal domein een onpersoonlijkgevoel op. Het leidt vaak tot de uitspraak dat het sociaal domeingeen ‘exacte wetenschap’ is, maar dat het om mensen gaat. Het iseen tegenwerping waar op het eerste gezicht niets tegenin gebrachtkan worden. En dat terwijl zelfs veel ‘evidence-based’-interventiesnauwelijks worden toegepast, ondanks het feit dat de alledaagsejeugdzorg (‘care as usual’) slechts een klein effect heeft (Van Ype-ren 2009). Dit betekent dat de veel jeugdigen worden ‘geholpen’met niet-helpende hulp. De uitkomsten van beleidsinterventies inhet sociaal domein worden juist door op elkaar inwerkende factorenbepaald. Dit vraagt om zeer exact te kijken naar causale relaties.Met onderzoeksmethodes die rekening houden met die veelheid aanfactoren.Veel MKBA’s in het sociaal domein wekken de indruk exacte be-rekeningen te zijn en dat uitkomsten een vaststaand gegeven zijn.Een MKBA is echter een proces-tool die voor onderzochte beleids-alternatieven gestructureerd de gevolgen in beeld kan brengen vanaannames, kengetallen en beleidsonzekerheden. Een MKBA diewordt ondersteund door empirische analyse kan daarbij het inzichtvergroten in de gevolgen die beleidsalternatieven hebben voor de

Page 38: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

26 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

samenleving. Het belangrijkste argument nieuwsgierig te zijn naarwat echt werkt en om ‘evidence based’-beleid te willen voeren,heeft betrekking op de keuzes van de inzet van mensen en middelenvoor bepaalde groepen mensen. Niet werkende interventies helpenniet alleen maar kunnen zelfs schaden. Kwantitatieve empirischeonderbouwing helpt om voorbij goede bedoelingen en wensdenkente komen. Het bespaart geld en nog belangrijker: het helpt jeugdigendie het echt nodig hebben écht.

Page 39: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

HOOFDSTUK 4Het gebruik van jeugdzorg

De OJA-aanpak heeft na meerdere jaren een drukkend effect op het gebruikvan jeugdzorg in het speciaal basisonderwijs. De sociaaleconomischestatus en het Wmo-gebruik in een huishuishouden verklaren voor een grootdeel of een jeugdige een beroep doet op jeugdzorg. Almere heeft buurtenwaar er meer jeugdzorg wordt gebruikt dan te verklaren is op basis van dekenmerken van de bewoners die daar wonen en andere factoren.

4.1 Achtergrond

Om de maatschappelijke effecten van jeugdhulp in school empirisch teonderbouwen in de MKBA is met microdata een onderwijs-jeugdzorgmodelontwikkeld. Dit model geeft inzicht in het gebruik van jeugdhulp zonderverblijf en jeugd-GGZ. Hiermee zijn verschillende hypotheses getoetstover jeugdhulp in school. Het model verklaart het gebruik van vormen vanjeugdzorg op basis van kenmerken van het kind en van het huishoudenwaarin dat opgroeit, onderwijskenmerken, culturele kenmerken, omgevings-kenmerken en het gebruik voorzieningen.

In maart 2020 heeft het SCP een rapport uitgebracht dat de regionale ver-schillen verklaart op basis van kenmerken op wijkniveau (Schellingerhoutet al. 2020). De uitkomsten van het door het SCP geschatte multilevelmodelliggen in lijn met die van het onderwijs-jeugdzorgmodel in dit rapport.Het SCP geeft aan dat zijn model verder verdiept dient te worden. De mo-dellen en effectschattingen in dit rapport bieden die verdieping. Zo maakthet toepassen van microdata het mogelijk om de lokale beleidscontext vanAlmere mee te nemen in de modellen. Een van die lokale omstandighedenis de jeugdhulp in school bij een aantal stedelijke onderwijsvoorzieningen,en het effect daarvan op het gebruik van jeugdzorg. Daarnaast wordt inhet onderwijs-jeugdzorgmodel ook gekeken naar de kenmerken die in-vloed hebben op het gebruik van jeugd-GGZ. Dit in tegenstelling tot hetSCP-rapport dat zich alleen heeft gericht op jeugdhulp zonder verblijf. Degedachte is dat de vraag naar ambulante jeugdhulp invloed heeft op die naarjeugd-GGZ-voorzieningen.

4.2 Het onderwijs-jeugdzorgmodel

Voor dit onderzoek is met microdata een onderwijs-jeugdzorgmodel ont-wikkeld. Dit model verklaart het gebruik van jeugd-GGZ en jeugdhulpzonder verblijf 8 op basis van persoonskenmerken, huishoudkenmerken, 8 In Almere zijn dit jeugdhulpvoorzienin-

gen die onder jeugdhulp lokaal vallen.Van 2015-2018 heette het ‘ambulantejeugdhulp’ vanaf 2018 wordt het aangeduidals ‘jeugdhulp zonder verblijf’.

omgevingskenmerken en het gebruik van voorzieningen, zoals inkomenson-dersteunende regelingen.

M.J.C. Van Dam
M.J.C. Van Dam
M.J.C. Van Dam
Page 40: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

28 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

Wanneer maakt iemand gebruik van jeugdzorg?

Jeugdzorg omvat een veelheid aan producten op het gebied van jeugd-GGZen jeugdhulp. Zo kan een ondersteuningsvraag van een jeugdige leidentot kortdurende dagbehandeling, of indien nodig tot zwaardere, langereen intensievere trajecten. Voor het model is voor alle jeugdigen in Almeremaandelijks bepaald of er beroep is gedaan op jeugdzorg, jeugd-GGZ ofambulante jeugdhulp. Jeugdzorg staat daarbij gelijk aan alle producten diede gemeente in het kader van de Jeugdwet via een beschikking mogelijkmaakt. Jeugd-GGZ en ambulante jeugdhulp zijn daar uiteraard onderdeelvan, maar ook bijvoorbeeld jeugdhulp met verblijf. In het basismodel isvoor elke maand gekeken hoeveel van de 18 maanden daaraan voorafgaandeen jeugdige een beroep deed op een Jeugdwetvoorziening. Dat aantalmaanden is omgezet naar het aandeel van de 18 maanden. Vervolgens is hetaandeel jeugdzorgmaanden gemiddeld over de dataperiode.

Bepaalde kenmerken zorgen ervoor dat sommige jeugdigen meeren zwaardere hulpverlening en ondersteuning nodig hebben. Door hetjeugdzorggebruik op deze manier te definiëren wordt deels rekeninggehouden met het feit dat de data van het jeugdzorggebruik van kort nade decentralisaties minder betrouwbaar is. Daarnaast wordt de analysebeperkt tot 16 jaar en jonger, opdat gegevens waarvan aangegeven is datze minder betrouwbaar zijn, minder worden meewogen. Dit vergroot debetrouwbaarheid van het onderwijs-jeugdzorgmodel.

4.3 Kenmerken van jeugdzorggebruik

De vraag naar jeugdzorggebruik hangt samen met risico-factoren enbeschermende kenmerken van een jeugdige. Tabel D.1 in bijlage Dop pagina 65 presenteert verschillende varianten van het onderwijs-jeugdhulpmodel. Tabel 4.1 in dit hoofdstuk laat onderwijs- en jeugd-zorgcoëfficiënten zien van een model dat de vraag naar jeugd-GGZ enambulante jeugdzorg.

Beroep op Wmo-voorzieningen

Sommige verklarende factoren van de vraag naar jeugdzorg zijn onbekend.Soms zijn ze wel bekend maar de gegevens niet beschikbaar. Zo zou defrequentie van huisartsbezoek iets kunnen zeggen over de psychosocialeomstandigheden van een jeugdige of het huishouden. Om toch rekeningte houden met niet geobserveerde kenmerken van het huishouden, is hetberoep daarvan op Wmo-voorzieningen meegenomen. De gedachte isdat huishoudens die deze voorzieningen nodig hebben kwetsbaarder zijn,waardoor de kinderen in die huishoudens eerder hulp en ondersteuningnodig hebben.

Het blijkt dat er een sterkere relatie tussen Wmo-voorzieningen enambulante jeugdhulp, dan met jeugd-GGZ. Dit betekent dat jeugdigenin een huishouden dat meer een beroep doet op Wmo, meer jeugd-GGZen ambulante jeugdhulp gebruiken. Gezien die sterkere relatie lijken deproblemen tussen ambulante jeugdzorg en Wmo-voorzieningen een grotereoverlap met elkaar te hebben dan Wmo-voorzieningen en jeugd-GGZ. Ditkomt naar voren als er rekening wordt gehouden met andere kenmerken,waaronder intra-buurteffecten.

Page 41: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

HET GEBRUIK VAN JEUGDZORG 29

Kenmerken van kind en huishouden

Sekse heeft invloed op het aantal maanden dat er een beroep wordt gedaanop jeugd-GGZ en ambulante jeugdhulp. Indien de samenleving alleen maaruit meisjes zou bestaan, dan zou er minder een beroep worden gedaan opvoorzieningen op het gebied van jeugd-GGZ. Mogelijk zou er wel iets meerambulante jeugdzorg nodig zijn. Ook leeftijd heeft invloed op de omvangvan de hoeveelheid voorzieningen. Te zien is dat de vraag in de leeftijdenvan 12 tot 15 jaar de omvang van jeugd-GGZ het meest verklaart. Voorambulante jeugdhulp wordt dit verklaard door de leeftijden 9 tot 12 jaar.

In figuur 4.1 is terug te zien dat de leeftijdsgroep van 9 to 12 jaar meerinvloed heeft op het totale gebruik van ambulante jeugdzorg dan andereleeftijden. De grafiek toont het jeugdzorggebruik per leeftijd en sociaaleco-nomische status. Te zien is dat met name als er sprake is van een negatievesociaal economische status, jeugdigen meer jeugdzorg gebruiken.

© 2020 AEPB4

6

8

10

12

14

16

Leef

tijd

0,0 0,5 1,0 1,5 2,0 2,5 3,0 3,5

Ambulante jeugdzorg

Neutrale en positieve sociaaleconomische statusNegatieve sociaaleconomische status

Figuur 4.1: Leeftijd en inzet vanambulante jeugdzorg uitgesplitstnaar sociaaleconomische status.

Herkomst

In het onderwijs-jeugdzorgmodel is herkomst opgenomen als verklaringvoor het gebruik van jeugdzorg. Op basis van de Basisregistratie Personen(BRP) is voor het huishouden van het kind de herkomst vastgesteld. Dit isgebeurd op basis van het land van herkomst van de ouders. In het geval vanbiculturaliteit wegen beide herkomsten even zwaar mee. Op jeugd-GGZwordt minder een beroep gedaan door jeugdigen met een niet-Nederlandseherkomst dan op basis van andere kenmerken te verwachten is. Voorambulante jeugdzorg verschilt het beeld per land van herkomst9. Bij 9 Bij ambulante jeugdzorg zijn niet alle

coëfficiënten statistisch significant, ditbetekent niet dat ze geen betekenishebben (zie: McCloskey en Ziliak 1996).Gezamenlijk dragen ze wel bij aan deverklaringskracht van het onderwijs-jeugdzorgmodel.

Page 42: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

30 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

de variabelen voor herkomst wordt tevens gekeken of een asielstatus ofeen andere verblijfstatus invloed heeft op het gebruik van jeugd-GGZen ambulante jeugdzorg. Het beeld dat uit verschillende schattingen engevoeligheidsanalyses naar voren komt, is dat het gebruik van zowel jeugd-GGZ als ambulante jeugdzorg voor deze groepen lager is dan te verwachtenis op basis van de overige kenmerken.

Omgevingskenmerken

De omgeving kan het jeugdzorggebruik op meerdere manieren beïnvloeden.Allereerst op het vlak van de nabijheid van voorzieningen als huisarts,psychotherapeut, de JGZ Almere, of het sociaal wijkteam. Ook de bereik-baarheid van verwijzers en behandelaren heeft invloed op de hoeveelheidjeugdzorg. Op het moment dat een beschikking voor een voorziening vanuitde Jeugdwet alleen op de 5de verdieping van het stadhuis wordt afgegeventussen acht en negen uur op vrijdagavond, dan werpt dat forse drempelsop in het aanvraagproces. Daarnaast kan het gebruik van voorzieningenook samenhangen met de bekendheid ervan. Als de ene huisarts standaarddoorverwijst naar een jeugd-GGZ voorziening en de andere naar het wijk-team, dan ontstaan er geografische verschillen in het gebruik van jeugdzorg.Hetzelfde geldt voor bekendheid van voorzieningen bij buren en vrienden.Tot slot kan een buurt bepaalde niet geobserveerde kenmerken bevattendie het gebruik van jeugdzorg verhogen. Zo zou het kunnen zijn dat zichmeer opvoed- en gedragsproblemen voordoen in kleine woningen. Stel datin het meest extreme geval alle leerlingen die worden geholpen met eenonderwijs-jeugdhulparrangement in een kleine woning wonen, dan heeftdat invloed op de effecten die je vindt.

De invloed van de omgeving is via buurteffecten meegenomen. Door tecorrigeren voor buurten wordt rekening gehouden met zaken die moeilijkzijn waar te nemen maar wel invloed hebben op het gebruik van jeugdzorg.Daarnaast is gekeken naar het effect van wonen in een corporatiewoningop het gebruik van jeugdzorg. Op basis van het woonadres is bepaald ofeen jeugdige in zo’n woning woont. De uitkomsten laten zien dat dit ervoorzorgt dat iemand minder jeugd-GGZ gebruikt. Voor ambulante jeugdhulpgeldt het tegenovergestelde: wonen in een corporatiewoning zorgt ervoordat een jeugdige meer ambulante jeugdhulp gebruikt.

Gebruik van gemeentelijke voorzieningen

Naast Wmo worden huishoudens op verschillende manieren ondersteunddoor de gemeente. Zo verstrekt ze inkomensondersteuning en voert eenveelheid aan armoede- en kwijtscheldingsregelingen uit. Ook speelt de ge-meente een rol bij de gemeentelijke schuldhulpverlening. In het onderwijs-jeugdzorgmodel zijn schuldhulpondersteuning en participatietrajectenbuiten beschouwing gelaten. Het eerste omdat daarover geen gegevenszijn aangeleverd. Het tweede omdat de aangeleverde data van onvoldoendekwaliteit was. Voor de voorzieningen geldt dat dezelfde huishoudens eenberoep doen op dezelfde voorzieningen.

Deelnemen aan de gemeentelijke collectieve zorgverzekering heeft geeninvloed op de vraag naar jeugd-GGZ of jeugdhulp. Inwoners die kwijtschel-ding hebben ontvangen van de gemeentelijke belastingen gebruiken ietsmeer jeugd-GGZ en iets minder ambulante jeugdhulp. Voor de bijzondere

M.J.C. Van Dam
M.J.C. Van Dam
Page 43: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

HET GEBRUIK VAN JEUGDZORG 31

bijstand geldt het omgekeerde: iets minder Jeugd-GGZ en iets meer ge-bruik van ambulante jeugdzorg. Een gevoeligheidsanalyse wekt de indrukdat regelingen die sec op armoede zijn gericht tot een hogere ambulantejeugdzorg leiden, terwijl regelingen zoals de kwijtschelding van het eige-narendeel van de Onroerende zaakbelasting (OZB) lijken samen te hangenmet een toename van de jeugd-GGZ.

Voor bijstand geldt dat langdurige bijstand geen invloed heeft op devraag naar jeugdzorg. Een verklaring kan liggen in het feit dat de kinderenvan inwoners die langdurig bijstand ontvangen ouder zijn. Het is aan tebevelen om in vervolgonderzoek hiernaar scherper te kijken.

4.4 Jeugdhulpbehoefte op de kaart

Op basis van het onderwijs-jeugdzorgmodel is een eerste verkenninggemaakt van waar in Almere relatief veel een beroep wordt gedaan opambulante jeugdhulp en waar dat minder is.

Figuur 4.2: De vraag naar ambu-lante jeugdhulp in Almere

In figuur 4.2 is gecorrigeerd voor andere kenmerken op postcode-cijferniveaude vraag naar ambulante jeugdhulp weergegeven. Lichte kleuren betekenendat er minder vraag naar jeugdzorg is dan verklaard kan worden. Donkerekleuren betekenen dat vraag naar ambulante jeugdzorg hoger ligt dan vanuitandere kenmerken kan worden verklaard. Een voorzichtige eerste conclusieop basis van de schattingen, is dat in delen van het stadsdeel Almere Havenonverklaarbaar veel ambulante jeugdhulp wordt ingezet.

4.5 Onderwijskenmerken

In het basismodel van het onderwijs-jeugdzorgmodel is ook bepaald inwelke mate jeugd-GGZ en ambulante jeugdzorg samenhangen met eenbasisset aan onderwijskenmerken. De uitkomsten zijn gepresenteerd in

M.J.C. Van Dam
Page 44: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

32 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

tabel 4.1. Wat opvalt, is dat verschillende kenmerken in gelijke mateinvloed hebben op de toename van zowel het gebruik van jeugd-GGZ alsdie van ambulante jeugdhulp.

Onderwijstypen

Het speciaal basisonderwijs draagt zowel bij jeugd-GGZ als ambulantejeugdzorg duidelijk bij aan een extra vraag naar hulp en ondersteuning vanjeugdigen en hun opvoeders. Voor speciaal onderwijs en voortgezet speci-aal onderwijs geldt dat in mindere mate voor jeugd-GGZ en in versterktemate voor de ambulante jeugdhulp. Leerlingen op het praktijkonderwijshebben minder vraag naar jeugd-GGZ voorzieningen. Wel hebben ze ietsmeer vraag naar ambulante jeugdhulp, maar vergeleken met leerlingen vanhet speciaal onderwijs en het speciaal basisonderwijs is dat veel minder.De uitkomsten betekenen minder potentiële MKBA-opbrengsten voor hetpraktijkonderwijs.

Tabel 4.1: Invloed op jeugd-GGZ en ambulante jeugdhulp. Zie verder tabel D.1.

Jeugd-GGZ Jeugdhulp

(1) (2)

Fractie aantal Wmo, 18-mnds jaargemiddelde (hh) 0,105∗∗∗ 0,539∗∗∗

(0,000) (0,000)Fractie aantal Jeugd Lokaal, 18-mnds jaargemiddelde 0,400∗∗∗

(0,000)Fractie aantal J-GGZ, 18-mnds jaargemiddelde 0,299∗∗∗

(0,000)Onderwijs-jeugdhulparrangement (jaren) 0,034∗∗∗ −0,021∗∗∗

(0,000) (0,000)

OnderwijskenmerkenSpeciaal basisonderwijs 0,102∗∗∗ 0,104∗∗∗

(0,000) (0,000)Speciaal onderwijs 0,039∗∗∗ 0,374∗∗∗

(0,000) (0,000)Praktijkonderwijs (PrO) −0,162∗∗∗ 0,065∗∗∗

(0,000) (0,000)Voortgezet speciaal onderwijs 0,030∗∗ 0,260∗∗∗

(0,017) (0,000)Geen verzuim referentie referentie

Kort verzuim 0,115∗∗ 0,053(0,017) (0,201)

Middellang verzuim 0,135∗∗ −0,279∗∗∗

(0,012) (0,000)Lang verzuim 0,166∗∗∗ 0,001

(0,000) (0,976)Zeer lang verzuim 0,217∗∗∗ 0,188∗∗∗

(0,000) (0,000)

Overige kenmerkenKindkenmerken Ja JaKenmerken van het huishouden Ja JaHerkomst Ja JaOmgevingskenmerken Ja JaGebruik voorzieningen Ja JaBuurten (399) Ja Ja

Observations 33.868 33.868

p-waarden tussen haakjes∗ p < 0,10; ∗∗ p < 0,05; ∗∗∗ p < 0,01

Page 45: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

HET GEBRUIK VAN JEUGDZORG 33

Verzuim

Verzuim kan een vroegindicator zijn van gedrags- en opvoedproblemen.Naar voren komt dat verzuim in bijna alle vormen tot meer vraag naarjeugd-GGZ en ambulante jeugdhulp leidt. De enige uitzondering is mid-denlang verzuim dat een drukkend effect heeft op de vraag naar jeugd-hulp. Bij deze uitkomsten dient een kanttekening te worden geplaatst.Volgens de beleidsmedewerker die verantwoordelijk is voor de onderwijs-jeugdhulparrangementen wordt verzuim mogelijk niet door alle scholeneven consequent gemeld.

4.6 Het effect van jeugdhulp in school

Het effect van onderwijs-jeugdhulparrangementen is op verschillendemanieren geoperationaliseerd. In de eerste plaats is simpel gekeken ofeen leerling onderwijs volgde waar op dat moment jeugdhulp in schoolbeschikbaar was.

Normaliseren van jeugdhulp, keerzijde extra aanzuigende werking

In figuur 4.3 is voor verschillende huishoudsamenstellingen het effectweergegeven van het normaliseren van jeugdhulp. Zo gebruikt een kinddat een alleenstaande ouder heeft met een jongste kind onder de 6 jaarbinnen een onderwijs-jeugdhulparrangement, bijna twee keer zo veelambulante jeugdhulp. Voor een meerpersoonshuishouden met kinderen isdat bijna drie keer zo veel dan in de situatie waarin alleen jeugdhulp via eenbeschikking wordt aangeboden.

 © 2019 AEPB0,04

0,05

0,06

0,07

0,08

0,09

0,10

Ex

tra

 je

ug

dh

ulp

 zo

nd

er 

ve

rbli

jf

Alleenstaande ouder (kind tot 6 jaar) Alleenstaande ouder (kind 6 tot 12 jaar) Alleenstaande ouder (kind 12 tot 18 jaar) Meerpershuishouden met kind(eren)

Jeugdhulp met beschikking Onderwijs­jeugdhulparrangement

Figuur 4.3: Het effect van eenjeugdhulp in school op de vraag.

De conclusie is daarmee dat onderwijs-jeugdhulparrangementen tot extraambulante jeugdhulp leiden. Het onderwijs-jeugdzorgmodel houdt immersrekening met allerlei factoren en omstandigheden.

Effecten bereiken kost tijd

Van elke leerling binnen de onderwijs-jeugdhulparrangementen is exactbekend wanneer en hoelang deze is ondersteund. De periode dat eenleerling zich op een school bevindt waar jeugdhulp aanwezig is, is als

Page 46: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

34 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

maatstaf gebruikt in het onderwijs-jeugdhulpmodel. Daarnaast is metdeze uitkomstmaat een gevoeligheidsanalyse uitgevoerd. De belangrijksteconclusie is dat het tijd kost voordat jeugdhulp in school leidt tot eenafname van beschikte jeugdhulp. Daarnaast werkt jeugdhulp in schoolhet best op de speciaal basisscholen. Voor de scholen in het voortgezetonderwijs heeft jeugdhulp in school weinig effect. Op de Bombardon lijkter substitutie op te treden naar jeugd-GGZ voorzieningen. Dit betekent datde inzet van het OJA leidt tot meer jeugd-GGZ.

M.J.C. Van Dam
Page 47: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

HOOFDSTUK 5Onderwijs en jeugdhulp

Het effect van de OJA-aanpak op onderwijsgerelateerde indicatoren isbeperkt. Deels komt dit omdat een aantal van die indicatoren lange termijnuitkomstmaten zijn. Het onderwijs-jeugdzorgmodel laat wel zien dat ermeer doorstroom plaatsvindt naar het speciaal onderwijs, ondanks de inzetvan jeugdhulp in school. Dit is een punt van aandacht en verder onderzoekis aan te bevelen.

5.1 Onderwijsopbrengsten

Zoals uit tabel 3.2 en figuur 3.5 naar voren kwam, wordt op verschillendemanieren verwacht dat de verbinding tussen onderwijs en jeugdhulp eenpositieve invloed heeft op onderwijsgerelateerde indicatoren.

5.1.1 Minder gebruik van stedelijke voorzieningen

De verwachting is dat jeugdhulp in school ertoe leidt dat leerlingen terugkunnen stromen naar reguliere onderwijsvoorzieningen. Daarnaast bestaatde aanname dat leerlingen dankzij de betere zorgstructuur met jeugdhulp inschool, langer op een stedelijke voorziening onderwijs kunnen volgen metminder zware begeleiding. Tot slot bestaat de hypothese dat er een betereverbinding is naar het vervolgonderwijs en/of werk. Niet al deze aannameskunnen worden getoetst met het onderwijs-jeugdzorgmodel. Voor hetpraktijkonderwijs is het na twee jaar nog te vroeg om arbeidsmarktkansente kunnen relateren aan de extra jeugdhulp in school.

Speciaal basisonderwijs

Voor het speciaal onderwijs geldt dat tussentijdse uitstroom via het op-schalen en afschalen van zorgondersteuning niet wordt beïnvloed doorde jeugdhulp in school. Er blijkt geen causale relatie te zijn tussen dejeugdhulp in school en de gekozen uitstroomroute. Voor doorverwijzingnaar het speciaal onderwijs is eerder het tegenovergestelde waar te nemen.Figuur 5.1 geeft de ontwikkeling weer van de index van het aandeel vanleerlingen in het bijbehorende leeftijdscohort tussen 2012 en 2019 voor hetregulier basisonderwijs, het speciaal basisonderwijs en het speciaal onder-wijs. De figuur toont dit voor alle Almeerse kinderen gedurende die jaren,en kinderen die bijvoorbeeld speciaal onderwijs volgen buiten Almere zijnmeegenomen in de analyse.

Kort voor de invoering van de Wet passend onderwijs daalde de SO-populatie met 15 procentpunt. Om vervolgens gedurende januari 2015 totjanuari 2019 jaarlijks met 8,4 procent te stijgen. Deze stijging hangt nietsamen met de toename van de bevolking. Een mogelijke verklaring ligt inde gelijktijdige opbouw van het speciaal onderwijs in Almere. Iets waar de

Page 48: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

36 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

start van onderwijs-jeugdhulparrangementen niet direct mee samenhangen.

 © 2019 AEPB

 Opening 1e OJA

80

90

100

110

120

130

140

Aa

nd

ee

l le

erl

ing

en

 (2

01

4m

1=

10

0)

2012m1 2012m7 2013m1 2013m7 2014m1 2014m7 2015m1 2015m7 2016m1 2016m7 2017m1 2017m7 2018m1 2018m7 2019m1 2019m7

Regulier basisonderwijs Speciaal basisonderwijs Speciaal onderwijs

Figuur 5.1: Instroom in het SO

Speciaal onderwijs

Gekeken is of het vaker voorkomt dat het leerlingen vanuit het speciaal on-derwijs op het speciaal basisonderwijs terecht kunnen. Er is geen verschilte zien met eerdere jaren. Vermoedelijk dat aanbodfactoren een grotere rolspelen.

OPDC

Het OPDC is een stedelijke voorziening voor leerlingen die tijdelijkeen ‘tussenstap’ nodig hebben naar het reguliere voortgezet onderwijs,dan wel binnen het reguliere voortgezet onderwijs blijkt dat ze meerbehoefte hebben aan meer ondersteuning dan daar voorhanden is. Op hetmoment dat jeugdhulp in school succesvol is, kan dat zichtbaar wordenin de vorm van een kortere ondersteuningsperiode op het OPDC. Ookzou bij de doorstroom naar vervolgonderwijs sprake kunnen zijn van eenhoger eindniveau dankzij de jeugdhulp in school. Tot slot kan mogelijktussentijdse uitstroom worden voorkomen. De aangeleverde gegevensmet betrekking tot het OPDC besloegen echter slechts de periode dat ersprake was van jeugdhulp in school. Het gevolg is dat de kenmerken vanleerlingen met jeugdhulp in school vergeleken worden met de kenmerkenvan de totale populatie. De uitkomsten laten geen effecten zien. De vraagis of het effect van jeugdhulp in school in de korte tijd op het OPDCvoldoende tot effecten leidt. Om dat te checken is gekeken naar een kleinedeelgroep, namelijk leerlingen die jeugdhulp in school hadden op zowelhet speciaal basisonderwijs als het OPDC. Ook voor deze groep lijkende uitstroomkansen niet te verbeteren als wordt gecorrigeerd voor overigekenmerken.

Praktijkonderwijs

Voor het praktijkonderwijs is het nog te vroeg om uitspraken te doen overde doorstroom van leerlingen.

Page 49: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

ONDERWIJS EN JEUGDHULP 37

5.1.2 Ontwikkeling leerlingenaantal onderwijs-jeugdhulparrangement

Figuur 5.2 geeft de ontwikkeling van de index van het aandeel leerlingenin het bijbehorende leeftijdscohort weer tussen 2012 en 2019 voor de vierOJA-scholen. De aangeleverde gegevens van het OPDC zijn niet compleeten zijn pas betrouwbaar vanaf september 2015. De stippellijn voor hetOPDC, vanaf juli 2018, geeft aan dat de data onvolledig zijn.

Voor de Watertuin lijkt er sprake van enige aanzuigende werking vande OJA-aanpak. Vanaf december 2017 stijgt het aandeel leerlingen in hetleeftijdscohort tot boven het meerjarig gemiddelde. Dit is ruim twee jaar nade start van de OJA op die school. Bij de andere scholen is die toename niette zien. Voor een deel hangt dit mogelijk samen met aanbodsfactoren zoalshet aantal beschikbare klaslokalen en docenten.

 © 2019 AEPB

 Opening 1e OJA

40

60

80

100

120

140

Aa

nd

ee

l le

erl

ing

en

 (2

01

6m

1=

10

0)

2012m1 2012m7 2013m1 2013m7 2014m1 2014m7 2015m1 2015m7 2016m1 2016m7 2017m1 2017m7 2018m1 2018m7 2019m1 2019m7

De Watertuin De Bombardon OPDC PrO

Figuur 5.2: Ontwikkeling leerlingen-aandeel OJA-scholen

Opvallend is dat het aandeel leerlingen van Praktijkonderwijs Almerein het leeftijdscohort tussen juli 2013 en januari 2014 met 40 procentpuntoploopt. Gezien de zeer specifieke doelgroep waarop PraktijkonderwijsAlmere zich richt, is dit een substantiële toename. Een goede verklaringontbreekt.

5.1.3 Startkwalificatie

Een startkwalificatie bereiken betekent een diploma op minimaal mbo-2-niveau. Gezien het startmoment van onderwijs-jeugdhulparrangementenstromen nu de eerste leerlingen door naar het vervolgonderwijs. Dit zijnleerlingen van het OPDC die in 2015 onderwijs op het OPDC volgden. Opdit moment is het te vroeg om dit met het model te toetsen.

5.2 Inclusief onderwijs

Inclusief onderwijs is een belangrijke doelstelling van de wet Wet passendonderwijs. Op basis van de effectensessies is gekozen om de indicatorenschorsingen, thuiszitters en vrijstellingen hier onder te scharen.

Page 50: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

38 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

Schorsingen

Schorsingen van meer dan een dag moeten bij Dienst Uitvoering Onderwijs(DUO)) worden gemeld. De Watertuin, Bombardon en PraktijkonderwijsAlmere hebben de opgelegde schorsingen aangeleverd. De schorsingen vanPraktijkonderwijs Almere konden niet worden gekoppeld aan leerlingen. Eris een model gespecificeerd dat de kans op een schorsing voorspelt. Dooreen zeer beperkt aantal schorsingen van voor de start van het onderwijs-jeugdhulparrangement zal in de MKBA met aannames moeten wordengewerkt.

Thuiszitters

Thuiszitters10 zijn gefineerd als inwoners die niet ingeschreven staan 10 In dit onderzoek is een onderscheidgemaakt tussen langdurig verzuim van leer-lingen die ingeschreven staan op een schoolen jeugdigen zonder startkwalificatie diegeen onderwijs genieten.

op een school maar wel onderwijsplicht hebben. Voor jeugdigen (<18)waarvoor geen onderwijsgegevens zijn maar wel een BRP-registratie, isaangenomen dat deze ‘thuiszitten’ zonder onderwijs. Immers tot 23 jaarzouden de onderwijsgegevens bekend moeten zijn. Deze maatstaf is eenruwe indicator voor thuiszitters. Gekeken is naar de correlatie tussen hetaantal thuiszitters en de openingsdatums van de arrangementen. In hetonderwijs-jeugdhulpmodel vallen leerlingen met langdurig verzuim, langerdan 4 weken, onder verzuim.

Vrijstellingen

Het aantal vrijstellingen lijkt niet samen te hangen met de aanwezigheidvan een onderwijsjeugdhulparrangement.

Page 51: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

HOOFDSTUK 6Maatschappelijk rendement

De belangrijkste conclusie van dit hoofdstuk is dat jeugdhulp in schoolbijdraagt aan de maatschappelijke welvaart. Voor alle betrokkenen tezamenlevert die beleidskeuze meer opbrengsten op dan kosten. Een fors deelis echter niet financieel maar immaterieel, met als gevolg dat financiëleuitgaven niet worden gedekt door financiële opbrengsten. Daarnaast blijktdat er geen sprake is van een gelijke verdeling van de maatschappelijkewelvaart. Zo investeert de gemeente, terwijl jeugdigen en hun opvoedersen jeugdaanbieders incasseren. Naast het welbevinden van jeugdigen zijner onderwijsopbrengsten. Kinderen lijken dankzij jeugdhulp in school eenbeter onderwijsperspectief te krijgen.

6.1 MKBA-overzicht: basisscenario

De uitkomst van deze MKBA geeft de welvaartseffecten van jeugdhulpin school weer zoals die wordt aangeboden op de vier scholen met eenonderwijsjeugdhulparrangement. Een aantal van die effecten is gebaseerdop de schattingen aan de hand van het onderwijs-jeugdzorgmodel uit dehoofdstukken 4 en 5. De kosten en baten in dit hoofdstuk volgen daarbij demethodologie zoals die is voorgeschreven in de Algemene MKBA-leidraaddie door het CPB en het SCP is opgesteld (Romijn en Renes 2013) en dedaarbij horende werkwijzers voor het sociaal domein.

Tabel 6.1 geeft een overzicht van de maatschappelijke kosten en batenvan jeugdhulp in school (beleidsalternatief) ten opzichte van jeugdhulpvia beschikkingen en reguliere extra ondersteuning vanuit SWV POA(referentiealternatief). De betrokkenen waar kosten en baten terechtkomenstaan in de kolommen. In de rijen staan effectposten.De maatschappelijke waarde van jeugdhulp in school (beleidsalterna-tief) is gelijk aan het saldo van de totalen in de laatste kolom. Indiendat bedrag positief is zijn baten groter dan kosten, indien het saldo ne-gatief is dan is er een negatief maatschappelijk rendement. In het saldozijn financiële en immateriële kosten en baten bij elkaar op geteld. Hetonderwijs-jeugdhulpmodel uit hoofdstuk 4 maakte duidelijk dat het tijdkost eer onderwijs-jeugdhulparrangementen effecten opleveren. Om hetmaatschappelijk rendement van de interventie ‘jeugdhulp in school’ toch inbeeld te krijgen in plaats van alleen de opstartkosten, worden deze laatstebuiten beschouwing gelaten. Daarnaast wordt de aanname gedaan dat alledeelnemende scholen starten op 1 januari 2015. De uitkomsten van deMKBA laten dan de maatschappelijke effecten zien van 5 jaar onderwijs-jeugdhulparrangementen bij een cohort leerlingen.

Page 52: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

40 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

Tabel 6.1: MKBA-overzicht van jeugdhulp op school

Gemeente Jeugdige JZ-aanbieder

School PO Overigemaat.

Totaal

KostenDirecte kosten OJA -12.318 -12.318Organisatiekosten -195 -195Directe effectenWerkproces 1.328 266 1.594Uitgaven jeugd en jeugdhulp -3.587 4.166 579 1.158Onderwijsopbrengsten 238 486 724Inclusief onderwijs 255 255Indirecte effectenWelbevinden 12.151 12.151Arbeidsomstandigheden 0 0Beroep sociale voorzieningen 0 0Externe effectenVeiligheid wijk en buurt 174 174

Saldo -14.772 12.644 4.432 579 0 660 3.543

Opmerking(en): 2015-2020 (NCW x 1000 euro).Bron: AEPB Onderzoek en Advies

6.1.1 Kosten

De kosten van jeugdhulp in school bestaan uit de directe kosten vooronderwijs-jeugdhulparrangement en organisatiekosten.

Directe kosten onderwijs-jeugdhulparrangement

Om de directe kosten te bepalen is ervan uitgegaan dat het onderwijs-jeugdhulparrangement op 1 januari 2015 start met het aantal leerlingen datin 2018 onderwijs heeft gevolgd op een school met jeugdhulp in school. Inbijlage C zijn in tabel C.5 en tabel C.6 leerlingenaantallen en de kosten perleerling per jaar en school gepresenteerd. De jaarlijkse kosten zijn daarbijgelijk aan de gemiddelde kosten per leerling in 2018.

Niet elke leerling profiteert even lang van een onderwijs-jeugdhulparrangement.Leerlingen schrijven zich om verschillende redenen uit bij hun school, bij-voorbeeld omdat ze doorstromen naar vervolgonderwijs of instromen in an-dere onderwijsvoorzieningen. Op de Watertuin, Bombardon en Praktijkon-derwijs Almere is dat tussen de 14 en 17 procent van de leerlingenpopulatie,en op het OPDC meer dan 50 procent. Bij het berekenen van de kosten isrekening gehouden met het feit dat niet elke leerling de volledige vijf jaaronderwijs volgt op een school met een onderwijs-jeugdhulparrangement.

Organisatiekosten

De organisatiekosten zijn de meerkosten die de gemeente moet makenom de subsidies te verstrekken en te overleggen. Voor de andere part-ners is er van uitgegaan dat de organisatiekosten van het onderwijs-jeugdhulparrangement gelijk zijn aan het referentiealternatief. De orga-nisatiekosten bedragen volgens opgave van de gemeente ongeveer e 30 perleerling.

6.1.2 Opbrengsten

De opbrengsten van jeugdhulp in school bestaan uit de maatschappelijke ef-fecten die in hoofdstuk 3 zijn aangedragen. Het onderwijs-jeugdzorgmodel

Page 53: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

MAATSCHAPPELIJK RENDEMENT 41

heeft in de hoofdstukken 4 en 5 verschillende van die effecten getoetst. Inzijn algemeenheid vallen de opbrengsten in een MKBA uiteen in vermedenkosten dan wel besparingen, of juist een verhoging van de doeltreffendheid.Een tweede onderscheid is te maken tussen directe effecten, indirecte effec-ten en externe effecten. In het geval van jeugdhulp in school grijpen directeeffecten in op de markt voor jeugdhulp of onderwijs. Indirecte effecten zijneffecten die voortkomen uit de directe effecten.

Directe effecten

Het eerste directe effect betreft een efficiënter werkproces. Het doorlopenvan het aanvraagproces van een maatwerkbeschikking kost tijd. Voor dejeugdhulpaanbieder wordt ervan uitgegaan dat deze 20 procent minder tijdkwijt is aan administratieve handelingen. Voor de gemeente geldt dat voorleerlingen die binnen het onderwijs-jeugdhulparrangement vallen er geenbeschikkingen hoeven te worden verstrekt voor ambulante jeugdzorg. Indeze MKBA bedraagt de totale opbrengst van een efficiënter werkprocese 1,6 miljoen.

De uitgaven aan jeugd en jeugdhulp omvatten de besparingen die op-treden doordat de OJA-aanpak leidt tot minder afgegeven beschikkingenvoor ambulante jeugdhulp. Wel zijn er extra uitgaven aan jeugd-GGZdoordat er substitutie optreedt van ambulante jeugdzorg naar jeugd-GGZ.Daarnaast wordt er bespaart op subsidies voor preventieve activiteiten zoalsnaschoolse opvang (nso), Sterk in de Klas, sociale vaardigheidstraining,Rots en Water en Oké op School. De middelen daarvoor zijn onderdeelgeworden van het beschikbare budget van de OJA’s. Voor de jeugdhulpuit-gaven geldt dat besparingen daarvan voor de gemeente een opbrengst zijn.Diezelfde besparing voor jeugdhulpaanbieders juist een kostenpost. Vanuithet maatschappelijk perspectief vallen beide tegen elkaar weg. Op basisvan het onderwijs-jeugdhulpmodel kan worden gesteld dat de verwachteafname van jeugdhulp in de beginjaren niet wordt gerealiseerd. Er zijn vierjaar nodig willen de opbrengsten voldoende groot zijn om mee te kunnentellen.

Onderwijsopbrengsten

Het onderwijs-jeugdzorgmodel laat voor de korte termijn geen Onder-wijsopbrengsten zien. Onderwijsopbrengsten hangen samen met hetterugdringen van ondoelmatig leren: afstroom, zittenblijven, uitval, sta-pelen en studievertraging (Van Dijck 1992). In bijlage C staan een aantalkerncijfers. Die laten zien dat het opleidingsniveau van leerlingen in hetspeciaal basisonderwijs behoorlijk verschilt van het reguliere onderwijs. Zoheeft een leerling binnen het reguliere basisonderwijs 27 keer meer kans omhave/vwo te doen dan leerlingen uit het speciaal basisonderwijs. Leerlingendie vanuit het reguliere basisonderwijs hun onderwijscarrière vervolgenhebben 30 procent vaker een startkwalificatie dan leerlingen vanuit hetspeciaal basisonderwijs.

Het onderwijs-jeugdzorgmodel laat zien dat de vraag naar jeugdzorgde kans vergroot dat een jeugdige een beroep doet op stedelijke onder-wijsvoorzieningen zoals het speciaal basisonderwijs, speciaal (voortgezet)onderwijs, orthopedagogisch onderwijs of praktijkonderwijs. De toene-mende kans hangt voornamelijk samen met ambulante jeugdhulp en niet

M.J.C. Van Dam
Page 54: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

42 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

met jeugd-GGZ. Indien jeugdhulp in school erin slaagt de vraag naar jeugd-zorg overbodig te maken, zal dat eraan bijdragen dat meer leerlingen eenhoger opleidingsniveau kunnen bereiken. Het model laat zien dat als je drukbent met psychosociale klachten je minder jezelf kan ontplooien. Grooten Maassen van den Brink (2003) rapporteren een rendement van 6 tot 8procent als gevolg van extra onderwijsinvesteringen. En voorkomen vanondoelmatigheid in het onderwijs.

Het onderwijs-jeugdzorgmodel laat zien dat een daling van 10 pro-cent van de vraag naar jeugdzorg resulteert in een daling van 5,4 pro-cent voor speciaal basisonderwijs. Die 10 procent bereiken onderwijs-jeugdhulparrangementen pas na 5 jaar. Minder SBO leidt tot meer leerlin-gen die hoger opleidingsniveau volgen. Dit zou voor 25 leerlingen geldenmet een onderwijs-jeugdhulparrangement. Een extra onderwijsinvesteringis gedurende iemands leven waardevol. Groot en Maassen van den Brink(2003) rapporteren dat een jaar extra onderwijs een netto contante waardeheeft die ligt tussen de 4.642 en 23.798 euro (exclusief onderwijs kosten).Ook neemt de kans op de doorstroom naar SO en Praktijkonderwijs Al-mere af, onderwijstypes waar de ondersteuningsbekostiging hoger ligt. Ditis een baat voor de overige maatschappij. Tabel C.2 laat zien dat een derdevan de leerlingpopulatie van Praktijkonderwijs Almere en 37,4 procentvan de leerlingpopulatie van het VSO vanuit het SBO komt. Tabel 3.1op pagina 18 toont dat 13 procent van de leerlingen van de Watertuin en6,3 procent van de leerlingen van de Bombardon doorstromen naar Prak-tijkonderwijs Almere. Dit alles zou betekenen dat 26 leerlingen minderdoorstromen naar het praktijkonderwijs en ongeveer 9 leerlingen minderdoorstromen naar het SO. Voor het OPDC en Praktijkonderwijs Almeregaat deze baat niet op. Ook blijkt uit het onderwijs-jeugdzorgmodel hetdoor- en opstromen niet te gelden voor de beide onderwijsvormen.

Inclusief onderwijs

Inclusief onderwijs is niet gelijk aan passend onderwijs. Voor sommigeleerlingen is ‘exclusief onderwijs’ (woordspeling bedoeld) juist het beste.Stedelijke onderwijsvoorzieningen zoals het samenwerkingsverband dieverzorgt, zijn juist voor een specifieke groep leerlingen het beste onder-wijs op weg naar een eigen plek in de samenleving. Inclusief onderwijsbetekent een onderwijsomgeving creëren waar kinderen zich kunnenontplooien, ondanks aanwezige beperkingen. In deze MKBA wordenschorsingen, verzuim en vrijstellingen gezien als indicatoren die aangevendat de onderwijsomgeving nog onvoldoende aansluit bij het ontplooiings-potentieel van een kind. Helaas levert het onderwijs-jeugdhulpmodel opdit moment nog te beperkt inzicht in de opbrengsten op het gebied vaninclusiviteit van jeugdhulp in school. Gemeente Almere (2019a) steltin haar eerste halfjaar rapportage van 2019 dat scholen met onderwijs-jeugdhulparrangementen rapporteren dat in dat eerste half jaar zestigthuiszitters zijn ingestroomd.en dat daarnaast voor honderd leerlingen hetarrangement een voorwaarde is om onderwijs te blijven volgen. Indiendeze aantallen zich zouden voordoen dankzij jeugdhulp in school, dan zoudit effect worden opgepikt door het onderwijs-jeugdzorgmodel. Daarmeelijkt dat aantal, afgezet tegen de jaarlijkse instroom van iets meer dan 200

Page 55: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

MAATSCHAPPELIJK RENDEMENT 43

leerlingen op jaarbasis, een overschatting. Het gerapporteerde aantal lijktdaarmee eerder een effect te zijn van sec de stedelijke voorziening, danvan de onderwijs-jeugdhulparrangementen. Dit vraagt om verdiepend on-derzoek. In de MKBA wordt een aantal opgenomen van 5 procent van dejaarlijkse instroom, dit zouden 11 thuiszitters zijn of leerlingen die zonderextra ondersteuning thuis zouden zitten. De aanname is dat de 50 procentvan deze leerlingen zonder onderwijsarrangement voortijdig schoolverlaterzou zijn.

Indirecte effecten

Extra zorg en aandacht heeft menselijke maar ook maatschappelijke waarde.Het effect Welbevinden omvat deels een betere gezondheid, ontplooiingsmo-gelijkheden of de waarde van een beter pedagogisch klimaat voor leerlin-gen. van Gils et al. (2009) stellen vast dat preventie van gedragsstoornissenloont. Het welzijn is uit te drukken in vermeden gedragsstoornissen. Deaanname is dat voor 10 procent van de leerlingen verbeteringen zichtbaarzijn in het gedrag.

Een onderwijs-jeugdhulparrangement kan zowel docenten als jeugd-hulpmedewerkers steun bieden. De arbeidsomstandigheden van zoweldocenten als jeugdzorgmedewerkers kan verbeteren. Het ziekteverzuimis hoog op de scholen zowel als bij jeugdzorgaanbieders. Daarnaast blijkthet lastig om medewerkers te vinden en te behouden. Het beeld dat uit deinterviews naar voren komt is dat medewerkers in brede zin tevreden zijnover de samenwerking tussen jeugdhulp en onderwijs. Onduidelijk is omwelk bedrag dit gaat dus wordt dit als pro memorie (PM) opgenomen.

Uit de bijlage met statistieken komt naar voren dat een fors aandeel vande huishoudens waaruit de kinderen scholen bezoeken met een onderwijs-jeugdhulparrangement, een beroep doet op sociale voorzieningen. Indiendoor ‘jeugdhulp in school’ kinderen en hun opvoeders eerder, beter endoeltreffender worden geholpen, dan zal het beroep sociale voorzieningenlager worden. Dat zit vooral in toekomstige sociale voorzieningen van dekinderen. Het onderwijs-jeugdzorgmodel laat zien dat het gebruik van voor-zieningen samenhangt met de hoeveelheid jeugdzorg die er wordt gebruikten de vraag of leerlingen stedelijke onderwijsvoorzieningen bezoeken.Op dit moment laat het onderwijs-jeugdzorgmodel geen veranderingenzien in het gebruik van sociale voorzieningen bij het deelnemen aan eenonderwijs-jeugdhulparrangement. Dit is ook niet op korte termijn te ver-wachten. De verwachting is dat op lange termijn jeugdigen die via eenonderwijs-jeugdhulparrangement worden ondersteund, zelf een lageresociale voorzieningenafdruk zullen hebben. In welke mate het intragenerati-onele en intergenerationele voorzieningengebruik zal afnemen, is moeilijkte voorspellen. Dit vraagt vervolgonderzoek.

Externe effecten

Veiligheid in wijk en buurt is iets dat voor een deel samenhangt met psy-chosociale problematiek. van Gils et al. (2009) laten zien dat psychischeen gedragsstoornissen zich kunnen uiten in gewelddadigheid en crimineelgedrag. Een dergelijke stoornis komt bij circa 6 procent van de bevolkingvoor. Kinderen op het speciaal basisonderwijs kampen hier vaker mee.De onderzoekers van het RIVM geven aan dat een gedragsstoornis niet te

Page 56: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

44 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

genezen is, maar dat intensieve en langdurige behandeling probleemgedragkan terugdringen (zie: van Gils et al. 2009, p. 34). In ieder geval zullen deleerlingen die een hoger onderwijsniveau behalen minder probleemgedragin de openbare ruimte vertonen. Een succesvolle maar intensieve interven-tie heeft een afname laten zien van 34 procent. Dit betrof een 10 jarigeinterventie waarbij de eerste jaren wekelijks groepssessies plaatsvonden.In deze MKBA wordt uitgegaan van een daling van 1 procentpunt voorleerlingen waarbij onderwijsopbrengsten bestaan.

Verdelingseffecten

Verdelingseffecten kunnen zich voordoen tussen betrokkenen maar ook bijeen individuele betrokkene. Het bundelen van verschillende subsidies enhet onderbrengen bij de onderwijsarrangementen is een voorbeeld van eenverdelingseffect. De jeugdzorgaanbieder betaalt bij verschillende onderwijs-jeugdhulparrangementen huur voor het gebruik van werkruimtes op descholen. Dat is ook een verdelingseffect.

6.1.3 Maatschappelijk saldo

In figuur 6.1 is voor jeugdhulp in school het maatschappelijk saldo weer-gegeven. Rood zijn de kosten. Donkergroen de financiële opbrengsten enlime groen geeft de omvang weer van de immateriële baten. De gele staaf ishet baten-kostensaldo. Voor jeugdhulp in school blijkt het maatschappelijksaldo positief te zijn. Dit komt door de forse immateriële baten. Een belang-rijke kanttekening valt te plaatsen bij het feit dat er een aantal PM-postenwaren. De gepresenteerde figuur laat de PM-posten buiten beschouwing

−12.510 −6.255 0 16.0608.030

Netto contante waarde (1000 euro)

Basisscenario pilot

Kosten Financiële baten Immateriële baten B/k­Saldo Maatschappelijk b/k­ratio Financieel b/k­ratio

1,28

0,30

0,0

0,5

1,0

Ba

ten

­ko

ste

n r

ati

o

Baten­kosten ratio

Figuur 6.1: Maatschappelijkkostenbaten-overzicht basissce-nario, inclusief ratio (OJA-aanpak).

Maatschappelijk en financieel baten-kostenratio

Maatschappelijke en financiële baten-kostenratio’s geven weer hoeveel ba-ten per euro een beleidsalternatief oplevert. Een onderwijs-jeugdhulparrangementheeft een positief baten-kostenratio van 1,28. Dat betekent dat voor elkegeïnvesteerde euro in jeugdhulp in school de opbrengst 1 euro en 28 centbedraagt. Figuur 6.1 laat zien dat het financiële baten-kostenratio ruimonder de 1 euro ligt. Dat betekent dat voor elke bestede euro er 30 eurocentaan financiële incasseerbare baten zijn.

Page 57: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

MAATSCHAPPELIJK RENDEMENT 45

Baten-kosten per belanghebbende

Een MKBA biedt de mogelijkheid om inzichtelijk te maken welke belang-hebbenden financieel en maatschappelijk voor- en nadeel hebben bij eenbeleidskeuze of -maatregel. Dit biedt aanvullende informatie bij het totalemaatschappelijk rendement. Zodat de herverdeling van het maatschap-pelijke opbrengsten een rol kan spelen in de bestuurlijke afweging om tebeoordelen in welke mate herverdeling door de beleidskeuze of -maatregelgewenst is.

Figuur 6.2 presenteert per belanghebbende de kosten, materiële en im-materiële baten en het maatschappelijk saldo. De herverdelingseffecten vandeze MKBA laten zien dat de kosten door de gemeente worden gemaakt.Jeugdigen en hun opvoeders profiteren met forse immateriële baten van deinzet van de gemeente. Daarnaast is er sprake van een positief financieelrendement voor de jeugdzorgaanbieder.

Overige maat.

PO

School

JZ­aanbieder

Jeugdige

Gemeente

−12.510 −6.255 0 12.6406.320

Netto contante waarde (1.000 euro)

Kosten Financiële baten Immateriële baten Baten­kosten saldo

Figuur 6.2: Maatschappelijkkostenbaten-overzicht belang-hebbenden.

6.2 MKBA-overzicht: scenario’s OJA+ en OJA−

Naast de basisvariant zijn bij deze MKBA twee beleidsalternatievengeformuleerd. De beleidsalternatieven beïnvloeden de kosten-batenposten.In tabel 6.2 staan per effectenpost de uitkomsten voor de verschillendescenario’s. De verdelingseffecten zijn buiten beschouwing gelaten, omdatdeze per saldo geen effect hebben op het uiteindelijke maatschappelijkkosten-batensaldo. In beide alternatieven wordt er ingezet op ‘EvidenceBased Jeugdhulp’ met behulp van een geborgde kennis en onderzoekstaakwaarvoor de gemeente verantwoordelijk is.

Page 58: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

46 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

OJA+

In het beleidsalternatief OJA+ wordt de inzet van jeugdhulp in schoolverbreed naar het totale huishouden. Dit beleidsalternatief biedt integraleondersteuning aan het hele huishouden naast de jeugdhulp op school enthuis voor de leerling. In het alternatief wordt daarnaast de reikwijdtevan de lumpsumfinanciering uitgebreid van alleen ambulante jeugdhulp(waarbij aanvullend zaken als respijtzorg via het budget loopt) met am-bulante jeugd-GGZ. In OJA+ is de hoofdaanbieder verantwoordelijkvoor alle beschikbare Jeugdwetzorg die de gemeente levert rondom hethuishoudens van leerlingen die onderwijs volgen op een OJA-school11. 11 Dit is uitgezonder algemene voorzienin-

gen en lumpsumgefinancieerde zorg, zoalsjeugdzorg met verblijf.

Het budget wordt vastgesteld op basis van populatiekenmerken met hetonderwijs-jeugdzorgmodel. De aanbieder mag een afgesproken percentagewinst maken. Indien de winst hoger is dan de drempel wordt de overwinstverdeeld over de aanbieder, een zorgtransformatiefonds en de gemeente.Monitoring vindt plaats op basis van maatschappelijke effecten.

Voor de gemeente nemen de directe kosten voor het onderwijsarran-gement nemen toe met jeugd-GGZ en broertjes en zusjes. Ook de organi-satiekosten nemen toe in verband met de kennisfunctie die de gemeentemoet vervullen. De baten voor het werkproces nemen verder toe. In dezesituatie hoeft voor jeugd-GGZ geen beschikking meer worden afgegeven.Verwijzingen door huisartsen en medisch specialisten worden in principedoor de hoofdaanbieder afgehandeld. Daardoor kan er geen substitutie vanjeugdhulp naar jeugd-GGZ plaatsvinden. De inschatting is dat overheadnauwelijks aanwezig hoeft te zijn en dat dit de werkwijze goedkoper maakt.

OJA−

Het beleidsalternatief OJA− is een beleidsarmalternatief. De reikwijdtewordt beperkt tot jeugdhulp tot op school en tijdens schooltijd. De jeugd-GGZ-problematiek, opvoedproblemen en ondersteuning in de thuissituatievallen buiten het onderwijsjeugdhulparrangement. Er wordt gekozenvoor een meerjarige subsidie-afspraak tussen gemeente, SWV POA enschoolbesturen. SWV POA is verantwoordelijk voor de selectie van dejeugdhulpaanbieders en de aansturing van de aanbieders. Er wordenmaatschappelijke doelen geformuleerd die worden getoetst aan de hand vande indicatoren van het onderwijs-jeugdzorgmodel. In OJA− wordt alleendie ambulante jeugdzorg aangeboden die individueel of groepsgewijs opschool kan worden aangeboden.

In het alternatief OJA− worden tijdens het reguliere OOGO een aantalmeerjarenafspraken gemaakt over jeugdhulp bij leerlingen op stedelijkevoorzieningen. De afspraken richten zich op de jeugdhulp op school in devorm van begeleiding.

Maatschappelijk saldo

Tabel 6.2 presenteert achtereenvolgens de kosten, baten en maatschap-pelijk saldo van het huidige onderwijs-jeugdhulparrangement, OJA− enOJA+. De implementatiekosten zijn net als elders in dit hoofdstuk buitenbeschouwing gelaten.

De drie aanpakken verschillen met elkaar op het vlak van kosten. Hetgemiddelde tarief per leerling ligt voor OJA− bijna 25 procent lager danin het basisscenario. Deels omdat een deel van de activiteiten vervalt, bij-

Page 59: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

MAATSCHAPPELIJK RENDEMENT 47

voorbeeld opvoedhulp in de thuissituatie en activiteiten buiten schooltijd.Daarnaast is de verwachting dat organisatiekosten lager zullen zijn. Deelsomdat de sturing vanuit de gemeente vereenvoudigt. Er worden subsi-dieafspraken gemaakt met SWV POA om een aantal maatschappelijkeeffecten te bereiken. Deze worden met het onderwijs-jeugdhulpmodelgemonitord. Door ‘evidence based monitoring’ door te voeren kunnengemeente en SWV POA met elkaar overleggen over de bijsturing. In ditmodel financiert de gemeente een deel van de ‘onrendabele top’ van SWVPOA.

Een belangrijk deel van de baten blijft in het beleidsalternatief OJA−

aanwezig. De verwachting is dat het pedagogisch klimaat ook in de beleids-arme variant nog steeds verbetert. Verder kan er hier en daar efficiënter metmiddelen worden omgegaan. Als opdrachtnemer van SWV POA hoeft dejeugdhulpaanbieder nu geen lokalen en werkplekken op school te huren.Wel is te verwachten dat het welbevinden van leerlingen iets minder is doorde veranderende aanpak. De verbinding tussen hulpverlening op school enin de thuissituatie is minder sterk en het is te verwachten dat bij de opvoed-ondersteuning later of niet gaat worden ingezet. Tot slot vervallen in hetOJA−-beleidsalternatief de externe effecten. Het maatschappelijk saldo iskleiner dan in de huidige OJA-aanpak.

Tabel 6.2: MKBA-overzicht per beleidsalternatief en effecttype

OJA OJA− OJA+

PostenKosten -12.513 -9.504 -22.935Directe effecten 3.731 3.454 21.983Indirecte effecten 12.151 12.151 23.145Externe effecten 174 174 174

Totaal 3.543 6.275 22.367

Opmerking(en): 2015-2020 (NCW x 1000 euro).Bron: AEPB Onderzoek en Advies

Bij het OJA+-beleidsalternatief verdubbelen de kosten bijna. Voor eendeel omdat broertjes en zusjes worden ondersteund vanuit het arrangement,maar ook omdat er een regiefunctie naar het huishouden wordt vervuld, alslaatste omdat jeugd-GGZ zonder beschikking vanuit het arrangement wordtbekostigd. Knelpunt is dat de verwijsroute makkelijker via de huisarts kanlopen. Ook is zullen er mogelijk meer aanbieders zijn gezien de aard vanhet product en de keuzevrijheid die daar deels mee samenhangt. De kostendie dat met zich mee zou brengen is PM opgenomen. Voor de gemeentelevert dit beleidsalternatief het meeste op, dit omdat substitutie tussenjeugd-GGZ en jeugdhulp zonder verblijf achterweg blijft, de aanbieder zalscherp op maatschappelijke effecten willen sturen.

6.3 Gevoeligheidsanalyse: draaien aan de knoppen

Een gevoeligheidsanalyse maakt inzichtelijk hoe het maatschappelijk saldoverandert als aannames, kengetallen of effecten op een andere manierin de MKBA worden meegenomen. Zoals Max Verstappen zich in een

Page 60: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

48 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

racesimulator voorbereidt op veranderende omstandigheden tijdens For-mule 1-races, geeft de gevoeligheidsanalyse inzicht in hoe veranderendebeleidsafwegingen doorwerken in de maatschappelijke welvaart. In dezegevoeligheidsanalyse wordt een aantal aannames gedaan. Tabel 6.3 rap-porteert per aanname de verandering van het MKBA-saldo, en het daarbijhorende MKBA-saldo. Op deze manier geeft het inzicht in de stabiliteit vande MKBA-uitkomsten.

Tabel 6.3: Gevoeligheidsanalyse MKBA jeughulp in school

Gevoeligheidsanalyse ∆saldo MKBA-saldoHalvering van het gemiddelde tarief 6.159 9.702Een afname van het aantal leerlingen met 20% -976 2.567Een halvering van de waarde bij welbevinden -6075 -2.532Een verdubbeling van het aantal thuiszitters dat naar school gaat 254 3.797

Opmerking(en): 2015-2020 (NCW x 1000 euro).Bron: AEPB Onderzoek en Advies

Tabel 6.3 laat zien dat een halvering van het tarief zorgt voor een toe-name van het MKBA-saldo. De prijs wordt voornamelijk door de jeugd-hulpaanbieder betaald. Het positieve financieel rendement in de MKBAverdwijnt. Het valt op dat de uitkomsten worden beïnvloed door het tariefen de waarde voor het welbevinden. Het welbevinden is conservatief mee-genomen. Voorts is aangenomen dat slechts bij 20 procent van de leerlingenhun welbevinden positief veranderd.

Page 61: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

HOOFDSTUK 7Conclusies en aanbevelingen

7.1 Uitkomsten

De afgelopen jaren werd de begroting voor jeugdzorg in Almere meerderemalen overschreden. Het dichten van tekorten kan het zorgaanbod onderdruk zetten en verschralen omdat het noopt tot financieel gedreven keuzes.Om dat te voorkomen is een doeltreffende zorgtransformatie noodzakelijk.Een transformatie waarmee Almere al sinds 2015 is gestart, is jeugdhulp inschool in de vorm van onderwijs-jeugdhulparrangementen. In die arrange-menten wordt intensief samengewerkt door school en jeugdhulpaanbieder:op school maar ook in de thuissituatie. Kinderen en hun opvoeders wordendaarbij onder en na schooltijd ondersteund bij gedrags- en opvoedproble-men. Door dat te financieren via lumpsumfinanciering hoopt de gemeentegrip te krijgen op de uitgaven. Dat bleek de afgelopen jaren toch weerbarsti-ger dan gedacht. Zo rapporteerde een interne financiële businesscase forsetekorten. Een reden voor de gemeente en samenwerkingspartijen om meteen MKBA te kijken naar de maatschappelijk kosten en opbrengsten van desamenwerking tussen jeugdhulp en school.

Om de maatschappelijke effecten in de MKBA beter te onderbouwenis er gekozen om met microdata een effectonderzoek te koppelen aan dezeMKBA. In het kader van dit onderzoek in een onderwijs-jeugdzorgmodelgemaakt. Dat model voorspelt welke factoren in Almere de vraag naarjeugdzorg beïnvloeden. Ook kan het model inzicht geven in welke kenmer-ken van het kind, huishouden, omgeving enz. een rol spelen de de instroomin een onderwijstype. Met het model is ook geschat waar in Almere meer ofminder vraag naar ambulante jeugdhulp is.

32

De Watertuin

29

40

De Bombardon

29

25

PrO

22

35

OPDC

30

13

Almere

5

0 20 40

 © 2020 AEPB

Positieve en neutrale soc. economische status en ambulante jeugdhulp Neg. soc. economische status en ambulante jeugdhulpFiguur 7.1: Ambulante jeugdhulpen sociaaleconomische status. Hetpercentage jeugd-ggz voor alleinwoners in Almere die tussen 1 jan.2014 en 1 jul. 2019 ingeschrevenstonden in het basisregister perso-nen en onderwijs hebben gehad inAlmere tussen 2011 en 2018.

Figuur 7.1 laat zien dat inwoners met een positieve en neutrale sociaal-economische status veel meer zorgondersteuning krijgen dan kinderen met

Page 62: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

50 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

een negatieve sociaaleconomische status.Deze evaluatie brengt de causale effecten van de OJA-aanpak met

behulp van data-analyse in beeld. De effecten zijn gebruikt om het maat-schappelijk rendement te berekenen van de samenwerking tussen onderwijsen jeugdhulp. Het geld dat de OJA-aanpak oplevert wordt gebruikt voorjeugdzorgmedewerkers op school. De extra medewerkers zijn zeer welkomop de scholen en voorzien duidelijk in een behoefte. Het instrument wordtdan ook enthousiast omarmd door zowel scholen als jeugdzorgaanbieders.De belangrijkste uitkomst van deze MKBA is dat het maatschappelijk ren-dement positief is maar dat het financieel rendement substantieel negatief is.Jeugdzorg in de klas werkt het best op het speciaal basisonderwijs. Op hetOPDC en Praktijkonderwijs Almere

Lumpsumfinanciering en het aantal beschikkingen

Lumpsumfinanciering via aanbieder op school leidt tot een daling van het Conclusie 1: Lumpsumfinancieringvia scholen vermindert het aantalbeschikkingen.

aantal afgegeven beschikkingen, mits goed ingeregeld en andere verwijs-stromen niet mogelijk zijn. Dat zit ingebakken in de wijze van bekostigen.De vraag is of de onderliggende vraag naar jeugdzorg wordt beïnvloed. Deschattingen uit het onderwijs-jeugdzorgmodel laten zien dat de vraag naarjeugdzorg pas na 4 jaar wordt beïnvloed. Dat betekent dat lumpsumfinancie-ring die is gebaseerd op korter durende interventies in principe onvoldoendebijdragen. Dit betekent dat de inzet van lumpsumfinanciering op het OPDCte kort is om bij te dragen aan de ombuiging van de vraag naar jeugdzorg.

Het onderwijs-jeugdzorgmodel maakt duidelijk dat een deel van de afname Conclusie 2: Er is sprake van substitu-tie tussen jeugdhulp en jeugd-GGZ.op het gebied van jeugdhulp zonder verblijf leidt tot een toename van jeugd-

GGZ. In de MKBA-uitkomsten heeft dat invloed op de maatschappelijkeopbrengsten.

Brede maatschappelijke effecten

Onderwijs-jeugdhulparrangementen zorgen ervoor dat de beschikkingskos- Conclusie 3: Opbrengsten van eenefficiënter werkproces.ten per euro geleverde zorg afnemen. Er wordt meer zorg geleverd voor

hetzelfde bedrag. Wel valt op dat in de opzet van jeugdhulp in school be-hoorlijk wat overhead en andere frictiekosten zitten. Dit zijn middelen dieniet terechtkomen in de zorg. Het inzetten van een onderaanbieder bij eenhoofdaanbieder leidt tot extra administratieve lasten. Daarnaast brengen deuitvoering van onderwijsarrangementen ook organisatiekosten met zich meedie niet per se in een verbetering van de doelmatigheid van het instrumentterecht komt.

Het succes van een onderwijs-jeugdhulparrangement hangt samen met de Conclusie 4: Beschikte jeugdhulpheeft ook maatschappelijke effec-ten.

bereikte transformatie van het aanbod. Doe je hetzelfde, maar dan op eenandere manier gefinancierd dan leidt dat niet tot maatschappelijke effecten.De locatie waar de jeugdhulp wordt aangeboden draagt zodoende bij aanhet ontstaan van maatschappelijke effecten. Een beter pedagogisch klimaatleidt tot onderwijsopbrengsten. De extra ondersteuning leidt een hogerwelbevinden van leerlingen. Om nog meer rendement te hebben moet erworden gekeken naar verdere zorginnovatie. Alleen op een andere locatiejeugdhulp zonder verblijf aanbieden is te mager voor een volledig vrij in tezettenb budget.

Page 63: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN 51

Doelgroep

Het onderwijs-jeugdzorgmodel laat allereerst zien dat het tijd kost voordat Conclusie 5: De effecten van hetonderwijs-jeugdhulparrangementzijn het sterkst aanwezig op hetspeciaal basisonderwijs

een onderwijs-arrangement opbrengsten heeft. Dit betekent dat een hetonderwijs-jeugdzorgarrangement in een tijdelijke stedelijke voorzieningminder geschikt is. Daarnaast bevestigt het onderwijs-jeugdzorgmodel deuitkomsten die het SCP in maart 2020 vond namelijk dat praktijkonderwijsmaar beperkt afwijkt qua ambulante jeugdhulp (Schellingerhout et al. 2020).Dit betekent dat de potentiële maatschappelijke baten veel lager zijn. Hetvraagt aanvullend onderzoek naar waar zich wel effecten voordoen.

Het onderwijs-jeugdzorgmodel heeft geen aanwijzingen gevonden dat de Conclusie 6: Er zijn geen aan-wijzingen gevonden voor eenveranderende leerlingenpopulatie.

leerlingenpopulatie verandert als gevolg van de inzet van jeugdhulp inschool. Wel is er op de Watertuin een beetje een aanzuigende werking.

Het onderwijs-jeugdzorgmodel laat zien dat als problemen stapelen dat Conclusie 8: Er zijn aanwij-zingen dat de onderwijs-jeugdhulparrangementen voorlichtere gevallen en zwaarstegevallen minder goed werkt.

dan de opbrengsten van jeugdhulp in school lager zijn. Omgekeerd geldtook. Lichtere gevallen gebruiken meer jeugdzorg dan dat op basis van hunzorgprofiel is te rechtvaardigen. Het gevolg is dat er hogere kosten wordengemaakt maar dat de de potentiële baten geringer zijn.

Kosten en baten

De kosten en baten van het projectalternatief leveren een positief maat- Conclusie 9: Het maatschappelijkrendement in het projectalterna-tief is positief en het financieelrendement negatief.

schappelijk saldo op. Dit komt hoofdzakelijk door de immateriële baten.Het welbevinden door een fijnere en veiligere schoolklimaat. Het financieelrendement is met slechts 30 eurocent per geïnvesteerde euro bescheiden.

Draaien aan de knoppenOJA+

Komt doordat groter deel van de maatwerkvoorzieningen onder popu- Conclusie 10: OJA+ heeft eenpositief rendementlatiebekostiging vallen. Jeugdzorgaanbieders worden meer risicodrager.

Daarnaast is in dit beleidsalternatief niet budgetneutraal om ambulantejeugdzorg te substitueren naar jeugd-GGZ.

OJA−

Dit komt doordat in dit scenario de kosten lager zijn. Zowel de kosten voor Conclusie 11: Het scenario OJA−

heeft een positief maatschappelijkrendement.

overleg als het gemiddelde tarief per leerling is lager, terwijl de baten vanhet betere pedagogische klimaat nauwelijks worden beïnvloed.

7.2 Aanbevelingen

Net als in vele andere gemeenten zet in Almere de structurele toename vanjeugdzorg het beschikbare budget onder druk. De hogere uitgaven wordenniet via het verdeelmodel gecompenseerd, hetgeen tot overschrijdingenleidt. Dit zorgt ervoor dat andere beleidsprioriteiten onder druk komen testaan. Oplossingen zijn niet eenvoudig. Zo kan taakgerichte inkoop even-goed leiden tot overschrijdingen. De OJA-aanpak is een mogelijkheid omvia een lumpsummethodiek meer grip te krijgen op uitgaven aan jeugdzorg.De uitkomsten van deze MKBA laten zien dat alleen een verbinding tussenonderwijs en jeugdzorg onvoldoende is om grip te krijgen op uitgaven. DeOJA-aanpak biedt ook een kans om bredere beleidsdoelstellingen op hetgebied van jeugd te realiseren. Voor de OJA-aanpak bieden het effectonder-

Page 64: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

52 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

zoek en de MKBA dan ook aanknopingspunten om beleidsdoelstellingen enhet maatschappelijk rendement te verbeteren.

In de praktijk is de OJA-aanpak een instrument met verschillendedoelen. Het beoogt jeugdigen met opvoed- en/of gedragsproblemen tebegeleiden en te behandelen. Anderzijds beoogt het de bij te dragen aan hetpedagogisch leerklimaat op school. Ten slotte zet het ook in op preventiezodat zwaardere problematiek wordt voorkomen. Om die doelen beter tebereiken is doorontwikkeling van de OJA-aanpak gewenst.

De uitvoering van dit onderzoek heeft duidelijk gemaakt dat duidelijkesturingsinformatie ontbreekt dan wel te weinig kwaliteit heeft. Sturen opbeleidsdoelstellingen vraagt in het sociaal domein om goede gegevens diecausale relaties inzichtelijk kunnen maken. Het onderzoek heeft duidelijkgemaakt dat het voor partijen een enorme opgave is om gegevens aan televeren. Daarnaast vergt de huidige kwaliteit van databestanden maar ookvan aangeleverde begrotingsgegevens en realisaties forse inspanningen omze bruikbaar te maken voor analyse. Een voorbeeld is dat verschillendepartijen andere gegevens aanleveren over hetzelfde onderwerp. Duidelijkevoorbeelden zijn verschillen in begrotingen en realisaties of leerlingen opeen school.

Maak scherpe keuzes op het gebied van de verbinding tussen onder-wijs en jeugdhulp

Het OPDC is een bijzondere stedelijke voorziening waar leerlingen (tijde- Aanbeveling 1: Hevel de fi-nanciering van het onderwijs-jeugdhulparrangement van hetOPDC over naar SWV POA

lijk) extra ondersteuning ontvangen. De opbrengsten van de OJA-aanpakdoen zich pas na een aantal jaar voor. De tijdelijke plaatsing van leerlingenop het OPDC zorgt ervoor dat de baten niet opwegen tegen de kosten. Doorde middelen bij SWV POA te beleggen kan worden gekeken of een deelvan de extra ondersteuning te organiseren is binnen het regulier voortgezetonderwijs.

Zorgtransformatie is meer dan een andere wijze bekostiging

De uitkomsten van het beleidsalternatief OJA+ laten zien dat integraler Aanbeveling 2: Doe het goed ofdoe het niet: een beetje integraalbestaat niet.

extra opbrengsten met zich meebrengt. Binnen de huidige OJA’s is nogvoldoende ruimte om te experimenteren met een ontschotte aanpak. Nogte vaak wordt aangesloten bij interventies die men eerder inzette vanuitbeschikte zorg. Jeugdzorgmedewerkers moeten hun professionaliteitinzetten wil zorgtransformatie tot stand komen.

Voor jeugdzorgaanbieders of scholen is er een prikkel om het budget Aanbeveling 3: Zorginnovatie doorpositief resultaat te belonenuit te putten, de financiering is erg ingestoken op het financieren van

mensen en middelen. Door af te rekenen op bereikte maatschappelijkeeffecten en niet besteed budget te gebruiken deels als prikkel in te zettenom de maatschappelijke effecten te bereiken kan zorginnovatie wordengestimuleerd.

Zet het OJA in om onderwijs in de eigen omgeving mogelijk te maken

Maak gebruik van de kennis van de medewerkers die actief zijn binnen Aanbeveling 4: Maak gebruik vande kennis van de medewerkersdie actief zijn binnen het OJA omleerlingen door te laten stromennaar reguliere onderwijsvormen.

het OJA om leerlingen door te laten stromen naar reguliere onderwijs-vormen. Een doel is om leerlingen voor wie het passend is ze binnen hetregulier onderwijs te brengen. Gebruik het OJA-budget ook om tijdelijkde jeugdzorgmedewerker op de ontvangende school ondersteuning te laten

Page 65: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN 53

bieden.

Zet in op een scherper kostenbewustzijn

Doelgerichte preventie is kosteneffectiever dan een generieke aanpak. De Aanbeveling 5: Zet preventieve acti-viteiten alleen in bij risicogroepenkosten van preventie moeten worden afgezet tegen de opbrengsten. Ook op

stedelijke onderwijsvoorzieningen kan het lonen om gerichter preventieveactiviteiten in te zetten. Zoals uit de analyses naar voren kwam is depopulatie niet homogeen kwetsbaar. Dit betekent dat de inzet van preventieniet per se voor alle leerlingen noodzakelijk is. Door te differentiërenontstaat er financiële ruimte voor extra preventie bij risicogroepen.

De OJA-aanpak wordt op dit moment via een projectsubsidie gefinancierd. Aanbeveling 6: Kijk scherp naar dekosten van de OJA-aanpakDe afspraken over wat er precies wordt gefinancierd zijn onvoldoende

scherp vastgelegd. Het is vooral het financieren van mensen en middelen inplaats van op maatschappelijke effecten.

Verbeter de sturingsinformatie

Pensioenfondsen, (zorg)verzekeraars, bedrijven als Google en Apple enzelfs Albert Heijn zijn afhankelijk van data om waardevolle diensten tekunnen bieden en grip te houden op hun kosten. Business intelligence isonvoldoende om adequate sturingsinformatie te verkrijgen. De beleids-onzekerheid in het sociaal domein zorgt ervoor dat stevige en complexedata-analyse nodig is om relevante sturingsinformatie te verkrijgen.

Rapportage van cijfers zonder deze af te zetten tegen een goede controle- Aanbeveling 7: Zet een interventieaf tegen een goede controlegroepgroep levert geen beleidsinformatie op.

Adequate sturingsinformatie geeft inzicht in welk effect ontstaat door welke Aanbeveling 8: Zorg dat doelstellin-gen causaal gemonitord kunnenworden

(beleids)omstandigheden. Dashboards en monitors in het sociaal domeinrapporteren cijfers, dat is een goede basis. Echter goede sturingsinformatiemaakt ook duidelijk waar de cijfers van afhangen.

Veel rapportages beperken zich tot cijfers. Het rapporteren van (causale) Aanbeveling 9: Rapporteer project-en effectgewijseffecten en dat monitoren zorgt ervoor dat effecten een centralere rol

krijgen in een interventie.

Page 66: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

Bijlage A Onderzoeksopzet

A.1 Diepte-interviews

Tabel A.1: Diepte-interviews

Naam Functie Organisatie

Karin Aarden Directeur De WatertuinHenriëtte Aken, van Beleidsmedewerker Gemeente AlmereMonique Bemmel, van Manager ‘s Heeren LooAnita Gelmers Adjunct directeur SWV POAJan Herwijer Directeur JGZ AlmereBertien Hoek Directeur Praktijk onderwijs AlmereJan Pieter Kleijburg Teammanager Jeugd en Gezin Gemeente AlmerePaul Linden, van der Bestuurder Triade-VitreeErik Los Directeur OlivijnJacko Meulen, van der Afdelingsmanager AfdelingsmanagerWim Moorman Directeur BombardonPeter Osch, van Adviseur BmcRiny Slagt Divisiemanager Jeugd Triade-VitreeCarine Slots Directeur OPDC-AlmereHetty Vlug Directeur-bestuurder SWV POA

A.2 Gegevens

Scholen en jeugdzorgaanbieders hebben gegevens aangeleverd. De databe-standen zijn gecombineerd met gemeentelijke gegevens.

Het databestand is vervolgens geprepareerd voor data-analyse.

A.3 Effectensessie

Met de begeleidingscommissie hebben meerdere effectensessies plaatsge-vonden.

Page 67: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

Bijlage B Databestanden

Dit onderzoek is gebaseerd op microdata. De bron daarvan wordt gevormddoor de gemeentelijke registraties. Door de gegevens te koppelen aanandere databronnen zijn verschillende modellen te schatten.

B.1 Data

Om de opbrengsten van onderwijs-jeugdhulparrangementen vast te stellen,is gebruik gemaakt van micro-gegevens van inwoners van de gemeenteAlmere.

Databewerking

Om anonimiteit te garanderen is gebruik gemaakt van een gehasht iden-tificatienummer, waarmee op individueel niveau inzicht ontstaat in hetgebruik gemeentelijke voorzieningen en het effect op onderwijsindicatoren.Voorafgaand aan de analyse zijn alle persoonsgegevens verwijderd.

Databronnen

De data voor dit onderzoek zijn afkomstig uit verschillende bronnen.De basis van de data zijn de administratieve gegevens van de gemeente,jeugdzorgaanbieders en scholen.

B.2 Leerlingen OJA

� Leerlingen die op een school zitten met een onderwijs-jeugdhulparrangementheeft zijn geïdentificeerd aan de hand van het BRIN-nummer van deschool.

� Daarnaast hebben de scholen leerlinggegevens aangeleverd van de leer-lingen die ingeschreven staan terwijl een onderwijs-jeugdhulparrangementbeschikbaar is.

� Het OPDC heeft geen BRIN-nummer.� Voor de Watertuin (12 van de 651 leerlingen) en de Bombardon (3 van

de 445) komt het voor dat leerlingen niet volgens de opgave bij DUOonderwijs op die school volgen, maar wel volgens de opgave van deschool. Een verklaring zou kunnen zijn dat leerlingen zijn verhuisd.

B.3 Gegevens scholen

� OPDC heeft geen schorsingen aangeleverd.� De schorsingen van Praktijkonderwijs Almere waren zonder bsn en

aangeleverd op pdf.� OPDC heeft inzet van interventies aangeleverd.� Schorsingen zijn bekend van de Watertuin en de Bombardon.� Voor jeugdhulp-onderwijsarrangement (joa) leerlingen is bij 23 leerlin-

gen de periode niet bekend, op basis van startmaand zijn de eerste 16maanden toegekend als joa

Page 68: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

Bijlage C Beschrijvende statistieken

C.1 Primair onderwijs

Bevinding(en) tabel C.1:� Het aandeel meisjes op het speciaal basisonderwijs en het speciaal

onderwijs is veel lager dan in het reguliere basis onderwijs. Binnen hetreguliere basisonderwijs is de verhouding tussen mannen en vrouwengelijk. Op het speciaal basisonderwijs is de verhouding meer dan tweejongens per meisje. Op het speciaal onderwijs is dit zelfs iets meer dandrie jongens per meisje.

� Op basis van de leeftijdsverdeling van de populatie is een verschuivingwaar te nemen van speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs naarregulier. Het aandeel van deze onderwijstypes in de leeftijd 0 tot 6jaar en 6 tot 12 jaar ligt lager dan in de totale populatie. Deels hangtdit samen met het moment van instromen. Een andere reden kan hetverschil zijn tussen naar Almere verhuizende inwoners en in Almeregeboren inwoners.

� Een leerling op het regulier basisonderwijs heeft 27 keer meer kans omhavo/vwo te bereiken dan een leerling op het speciaal basisonderwijs.

� Leerlingen die op het regulier basisonderwijs onderwijs hebben gevolgdhebben 30% vaker een startkwalificatie.

� Eén op de vijf leerlingen in het speciaal basisonderwijs stroomt doornaar LWOO. Voor één op de vier leerlingen op het speciaal basisonder-wijs geldt dat ze doorstromen naar het praktijkonderwijs.

� Het aantal statushouders in het reguliere basisonderwijs is 30% hogerdan in het speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs.

� Het aandeel leerlingen vanuit een een huishouden met een Antilliaanseachtergrond is bijna 70% hoger in het speciaal basisonderwijs en hetspeciaal onderwijs.

� 18,5 procent van de leerlingen op het basisonderwijs groeit op in eenhuishouden met een lage sociaaleconomische status. In het speciaalbasisonderwijs geldt dat bijna voor twee keer zoveel leerlingen. Op hetspeciaal onderwijs is het aandeel 1,7 keer hoger dan in het regulierebasisonderwijs.

� Voor een kwart van de leerlingen in het speciaal basisonderwijs enhet speciaal onderwijs geldt dat ze opgroeien in een huishouden meteen alleenstaande ouder. In het reguliere basisonderwijs is dit bijna 30procent minder vaak het geval.

� Het aandeel leerlingen dat in een sociale huurwoning woont is op hetspeciaal basisonderwijs en het speciaal onderwijs respectievelijk 170procent en 146 procent meer dan op het reguliere basisonderwijs.

� Voor één op de vijf leerlingen in het reguliere basisonderwijs is erjeugdzorg aanwezig of geweest. In het speciaal basisonderwijs is ditvoor één op de twee leerlingen. Op het speciaal onderwijs is dit zelfsvoor meer dan zes op de tien leerlingen.

� Door één op de zes leerlingen in het reguliere basisonderwijs is of wordteen beroep gedaan op jeugd-GGZ. Op het speciaal basisonderwijs en hetspeciaal onderwijs is of wordt door bijna vier op de tien leerlingen eenberoep op jeugd-GGZ gedaan.

Page 69: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

BESCHRIJVENDE STATISTIEKEN 57

Tabel C.1: Leerlingkenmerken per onderwijstype in het primair onderwijs.

Regulier BO SBO SO

N % lln N % lln N % lln

Onderwijs-jeugdhulp arrangement 1.535 2,87 1.303 45,34 184 14,35Vrouw 26.616 49,69 903 31,42 318 24,80Leeftijdscategorie

0 tot 6 3.513 6,56 23 0,80 20 1,566 tot 12 16.982 31,70 601 20,91 324 25,2712 tot 18 17.473 32,62 1.126 39,18 467 36,4318 tot 24 15.299 28,56 1.109 38,59 429 33,4624 en ouder 302 0,56 15 0,52 42 3,28

Hoogste opleidingSpeciaal basisonderwijs 1.236 2,31 1.679 58,42 246 19,19Regulier basisonderwijs 25.915 48,38 0 0,00 660 51,48vmbo 5.557 10,37 329 11,45 112 8,74mbo niveau 1 326 0,61 165 5,74 44 3,43mbo niveau 2 1.614 3,01 357 12,42 71 5,54mbo niveau 3 1.571 2,93 160 5,57 37 2,89mbo niveau 4 5.136 9,59 160 5,57 69 5,38havo/vwo 12.214 22,80 24 0,84 43 3,35

Startkwalificatie 16.322 30,47 667 23,21 191 14,90LWOO 3.416 6,38 620 21,57 91 7,10Praktijkonderwijs (PrO) 823 1,54 750 26,10 55 4,29Asielstatus hh 159 0,30 7 0,24 7 0,55Statushouders hh 6.576 12,28 281 9,78 124 9,67Surinaams hh 6.484 12,10 371 12,91 124 9,67Antilliaans hh 1.703 3,18 154 5,36 68 5,30Marokkaans hh 3.257 6,08 156 5,43 61 4,76Turks hh 1.174 2,19 55 1,91 23 1,79Iraans hh 554 1,03 21 0,73 15 1,17Irakees hh 839 1,57 50 1,74 22 1,72Syrisch hh 466 0,87 29 1,01 9 0,70Afghaans hh 579 1,08 30 1,04 17 1,33Ghanees of Nigeriaans hh 810 1,51 62 2,16 14 1,09Somalisch of Eritrees hh 348 0,65 35 1,22 10 0,78Overige afkomst hh 10.385 19,39 401 13,95 187 14,59Huishoudsamenstelling

Alleenstaande ouder (kind tot 6 jaar) 2.581 4,82 162 5,64 54 4,21Alleenstaande ouder (kind 6 tot 12 jaar) 4.339 8,10 312 10,86 163 12,71Alleenstaande ouder (kind 12 tot 18 jaar) 3.584 6,69 289 10,06 108 8,42Meerpershuishouden met kind(eren) 39.194 73,17 1.764 61,38 759 59,20Overige huishoudens 3.871 7,23 347 12,07 198 15,44

Lage SES 9.917 18,51 1.017 35,39 406 31,67Schulden en in de bijstand (hh) 3.263 6,09 329 11,45 118 9,20Corporatiewoning 13.309 24,84 1.234 42,94 468 36,51Jeugdzorg aanwezig/geweest 10.342 19,31 1.543 53,69 805 62,79Jeugd-GGZ aanwezig/geweest 8.177 15,26 1.078 37,51 505 39,39Ambulante jeugdhulp aanwezig/geweest 2.831 5,28 835 29,05 561 43,76Specialistische jeugdhulp aanwezig/geweest 79 0,15 14 0,49 12 0,94Wmo aanwezig/geweest 256 0,48 91 3,17 62 4,84Bijstand in huishouden in 2014-2019 6.913 12,90 723 25,16 291 22,70Kwijtschelding 2013-2018 (hh) 6.744 12,59 683 23,76 247 19,27Bijzondere bijstand 2011-2019 (hh) 6.671 12,45 748 26,03 274 21,37Collectieve zorgverzekering 2012-2019 (hh) 2.543 4,75 269 9,36 102 7,96IIT/LDT 2011-2019 (hh) 2.368 4,42 286 9,95 89 6,94Woonlastenfonds 2011-2018 (hh) 1.300 2,43 169 5,88 48 3,74

Opmerking(en): Inwoners die tussen 1 jan. 2014 en 1 jul. 2019 staan ingeschreven in het Basisregister Personen.De kenmerken zijn weergegeven voor alleinwoners die tussen 2011 en 2018 in Almere onderwijs volgden en tussen 2014 en 2019 ingeschreven stonden in het Basisregister personen.Bron: Bewerking AEPB Onderzoek en Advies op basis van Basisregistratie personen, DUO,2011-2018 en voorzieningen.

Page 70: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

58 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

� Bij één op de twintig leerlingen in het regulier basisonderwijs is of wassprake van ambulante jeugdzorg. In het speciaal onderwijs geldt dit vooréén op de drie leerlingen. In het speciaal onderwijs is bij twee op de vijfleerlingen ambulante jeugdzorg ingezet.

� Kinderen die opgroeien in een huishouden waar bijstand wordt of isgebruikt hebben twee keer vaker de kans om op het speciaal basisonder-wijs te zitten. Voor het speciaal basisonderwijs is dit 1,8 keer vaker. Ditligt in lijn met met andere inkomensondersteunende en armoedevoorzie-ningen.

C.2 Voortgezet onderwijs

Bevinding(en) tabel C.2:� Ondanks dat een kwart van de leerlingen van het praktijkonderwijs via

het speciaal basisonderwijs instroomt met een oververtegenwoordigingvan het aantal jongens, is de sekseverdeling op het praktijkonderwijsredelijk in evenwicht.

� Op het voortgezet speciaal onderwijs is een vergelijkbare sekseverdelingwaar te nemen als op het speciaal onderwijs.

� Leerlingen die praktijkonderwijs volgen of hebben gevolgd hebben driekeer zo vaak een mbo-1 of mbo-2 opleiding als leerlingen vanuit hetreguliere voortgezet onderwijs.

� Een leerling via het voortgezet onderwijs heeft twee keer zo vaak eenstartkwalificatie.

� Een leerling vanuit het speciaal basisonderwijs stroomt 10 keer vaker inin het praktijkonderwijs dan in het voortgezet onderwijs, en 7 keer vakerin het voorgezet speciaal onderwijs.

� Het aandeel leerlingen met een Surinaamse achtergrond is 55 procentgroter in het praktijkonderwijs dan in het reguliere voortgezet onderwijs.

� Het aandeel leerlingen met een lage sociaaleconomische status is inhet praktijkonderwijs drie keer zo groot als in het reguliere voortgezetonderwijs. Op het voortgezet speciaal onderwijs is dit twee keer zogroot.

� Voor 12 procent van de leerlingen met een onderwijsachtergrond ophet voortgezet onderwijs geldt dat hun huishouden bijstand ontvangt ofheeft ontvangen. In het praktijkonderwijs is dit drie keer zo vaak. In hetvoortgezet speciaal onderwijs is dat iets meer dat twee keer zo vaak.

� Voor jeugdzorg geldt dat de registratie in deze leeftijdscategorie nietcompleet is. Wel is te zeggen dat leerlingen met een praktijkschoolach-tergrond twee keer vaker jeugdzorg gebruiken of hebben gebruikt. Voorleerlingen vanuit het voortgezet speciaal onderwijs is dat zelfs vier keerzo vaak.

� Huishoudens waarbij een gezinslid een achtergrond heeft op een prak-tijkschool hebben drie keer vaker bijzondere bijstand ontvangen.

C.3 Scholen met een onderwijs-jeugdhulparrangement

Bevinding(en) tabel C.3:� Het aantal leerlingen bij het onderwijs-jeugdhulparrangement geeft het

aantal individuele leerlingen weer. Voor leerlingen met een onderwijs-

Page 71: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

BESCHRIJVENDE STATISTIEKEN 59

Tabel C.2: Leerlingkenmerken per onderwijstype in het voortgezet onderwijs.

VO PrO VSO

N % lln N % lln N % lln

Onderwijs-jeugdhulp arrangement 1.125 2,22 695 30,63 148 5,93Vrouw 25.240 49,81 1.007 44,38 727 29,14Leeftijdscategorie

6 tot 12 4 0,01 0 0,00 0 0,0012 tot 18 12.942 25,54 497 21,90 588 23,5718 tot 24 17.905 35,33 806 35,52 1.158 46,4124 en ouder 19.826 39,12 966 42,57 749 30,02

Hoogste opleidinggeen opleiding bekend 152 0,30 0 0,00 150 6,01Speciaal basisonderwijs 478 0,94 471 20,76 274 10,98Regulier basisonderwijs 1.435 2,83 199 8,77 446 17,88SO 238 0,47 239 10,53 16 0,64vmbo 6.182 12,20 132 5,82 308 12,34mbo niveau 1 830 1,64 336 14,81 279 11,18mbo niveau 2 4.182 8,25 547 24,11 346 13,87mbo niveau 3 4.163 8,21 248 10,93 181 7,25mbo niveau 4 12.477 24,62 96 4,23 285 11,42havo/vwo 20.540 40,53 1 0,04 210 8,42

Startkwalificatie 36.942 72,90 857 37,77 933 37,39LWOO 8.101 15,99 243 10,71 373 14,95Speciaal basisonderwijs 1.569 3,10 750 33,05 490 19,64Speciaal onderwijs 309 0,61 55 2,42 584 23,41Regulier basisonderwijs 27.900 55,05 823 36,27 1.114 44,65Asielstatus hh 107 0,21 10 0,44 6 0,24Statushouders hh 4.414 8,71 323 14,24 210 8,42Surinaams hh 5.616 11,08 390 17,19 223 8,94Antilliaans hh 1.389 2,74 139 6,13 104 4,17Marokkaans hh 2.218 4,38 120 5,29 103 4,13Turks hh 1.006 1,99 77 3,39 36 1,44Iraans hh 481 0,95 18 0,79 13 0,52Irakees hh 705 1,39 63 2,78 35 1,40Syrisch hh 317 0,63 46 2,03 12 0,48Afghaans hh 483 0,95 21 0,93 22 0,88Ghanees of Nigeriaans hh 589 1,16 53 2,34 34 1,36Somalisch of Eritrees hh 295 0,58 48 2,12 15 0,60Overige afkomst hh 7.644 15,08 307 13,53 332 13,31Huishoudsamenstelling

Alleenstaande ouder (kind tot 6 jaar) 1.009 1,99 121 5,33 58 2,32Alleenstaande ouder (kind 6 tot 12 jaar) 1.379 2,72 101 4,45 99 3,97Alleenstaande ouder (kind 12 tot 18 jaar) 3.364 6,64 197 8,68 191 7,66Meerpershuishouden met kind(eren) 31.751 62,65 1.179 51,96 1.241 49,74Overige huishoudens 13.174 26,00 671 29,57 906 36,31

Lage SES 8.882 17,53 967 42,62 877 35,15Schulden en in de bijstand (hh) 2.806 5,54 309 13,62 243 9,74Corporatiewoning 12.431 24,53 1.107 48,79 889 35,63Jeugdzorg aanwezig/geweest 5.995 11,83 451 19,88 1.073 43,01Jeugd-GGZ aanwezig/geweest 4.696 9,27 190 8,37 679 27,21Ambulante jeugdhulp aanwezig/geweest 1.696 3,35 315 13,88 676 27,09Specialistische jeugdhulp aanwezig/geweest 66 0,13 3 0,13 69 2,77Wmo aanwezig/geweest 947 1,87 187 8,24 338 13,55Bijstand in huishouden in 2014-2019 6.039 11,92 663 29,22 585 23,45Kwijtschelding 2013-2018 (hh) 4.967 9,80 536 23,62 360 14,43Bijzondere bijstand 2011-2019 (hh) 5.263 10,39 692 30,50 613 24,57Collectieve zorgverzekering 2012-2019 (hh) 1.964 3,88 210 9,26 160 6,41IIT/LDT 2011-2019 (hh) 1.620 3,20 175 7,71 134 5,37Woonlastenfonds 2011-2018 (hh) 897 1,77 89 3,92 66 2,65

Opmerking(en): Inwoners die tussen 1 jan. 2014 en 1 jul. 2019 staan ingeschreven in het Basisregister Personen.De kenmerken zijn weergegeven voor alleinwoners die tussen 2011 en 2018 in Almere onderwijs volgden en tussen 2014 en 2019 ingeschreven stonden in het Basisregister personen.Bron: Bewerking AEPB Onderzoek en Advies op basis van Basisregistratie personen, DUO,2011-2018 en voorzieningen.

Page 72: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

60 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

Tabel C.3: Leerlingkenmerken per onderwijstype in het primair onderwijs.

Watertuin Bombardon OPDC PrO

N % lln N % lln N % lln N % lln

Onderwijs-jeugdhulp arrangement 688 100,00 475 100,00 379 100,00 694 100,00Vrouw 212 30,81 130 27,37 71 18,73 307 44,24Startkwalificatie 12 1,74 7 1,47 48 12,66 30 4,32LWOO 45 6,54 37 7,79 173 45,65 63 9,08Praktijkonderwijs (PrO) 179 26,02 105 22,11 14 3,69 694 100,00Statushouders hh 105 15,26 39 8,21 32 8,44 135 19,45Surinaams hh 94 13,66 49 10,32 53 13,98 119 17,15Antilliaans hh 47 6,83 17 3,58 27 7,12 44 6,34Marokkaans hh 40 5,81 25 5,26 24 6,33 52 7,49Turks hh 15 2,18 9 1,89 7 1,85 30 4,32Iraans hh 6 0,87 2 0,42 3 0,79 7 1,01Irakees hh 15 2,18 3 0,63 6 1,58 19 2,74Syrisch hh 21 3,05 0 0,00 3 0,79 39 5,62Afghaans hh 14 2,03 3 0,63 4 1,06 6 0,86Ghanees of Nigeriaans hh 19 2,76 12 2,53 8 2,11 19 2,74Somalisch of Eritrees hh 17 2,47 2 0,42 7 1,85 32 4,61Overige afkomst hh 130 18,90 47 9,89 53 13,98 106 15,27Huishoudsamenstelling

Alleenstaande ouder (kind tot 6 jaar) 60 8,72 35 7,37 16 4,22 34 4,90Alleenstaande ouder (kind 6 tot 12 jaar) 108 15,70 73 15,37 45 11,87 57 8,21Alleenstaande ouder (kind 12 tot 18 jaar) 71 10,32 59 12,42 89 23,48 134 19,31Meerpershuishouden met kind(eren) 433 62,94 298 62,74 212 55,94 424 61,10Overige huishoudens 16 2,33 10 2,11 17 4,49 45 6,48

Lage SES 292 42,44 159 33,47 141 37,20 324 46,69Schulden en in de bijstand (hh) 91 13,23 52 10,95 59 15,57 90 12,97Corporatiewoning 365 53,05 205 43,16 179 47,23 371 53,46Jeugdzorg aanwezig/geweest 416 60,47 348 73,26 262 69,13 286 41,21Jeugd-GGZ aanwezig/geweest 308 44,77 300 63,16 214 56,46 138 19,88Ambulante jeugdhulp aanwezig/geweest 216 31,40 154 32,42 122 32,19 199 28,67Wmo aanwezig/geweest 2 0,29 1 0,21 1 0,26 21 3,03Bijstand in huishouden in 2014-2019 208 30,23 107 22,53 95 25,07 256 36,89Kwijtschelding 2013-2018 (hh) 235 34,16 116 24,42 104 27,44 246 35,45Bijzondere bijstand 2011-2019 (hh) 226 32,85 117 24,63 103 27,18 249 35,88Collectieve zorgverzekering 2012-2019 (hh) 91 13,23 43 9,05 39 10,29 103 14,84IIT/LDT 2011-2019 (hh) 88 12,79 44 9,26 42 11,08 88 12,68Woonlastenfonds 2011-2018 (hh) 55 7,99 23 4,84 27 7,12 51 7,35

Opmerking(en): Inwoners die tussen 1 jan. 2014 en 1 jul. 2019 staan ingeschreven in het Basisregister Personen.De kenmerken zijn weergegeven voor alleinwoners die tussen 2011 en 2018 in Almere onderwijs volgden en tussen 2014 en 2019 ingeschreven stonden in het Basisregister personen.Bron: Bewerking AEPB Onderzoek en Advies op basis van Basisregistratie personen, DUO,2011-2018 en voorzieningen.

Page 73: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

BESCHRIJVENDE STATISTIEKEN 61

jeugdhulparrangement geeft de tabel aan voor hoeveel leerlingen eenkenmerk opgaat en voor welk percentage van leerlingen op school – meteen arrangement – dat opgaat.

C.4 Jeugdzorg

C.4.1 Ambulante jeugdhulp en sociaaleconomische status

32

De Watertuin

29

40

De Bombardon

29

25

PrO

22

35

OPDC

30

13

Almere

5

0 20 40

 © 2020 AEPB

Positieve en neutrale soc. economische status en ambulante jeugdhulp Neg. soc. economische status en ambulante jeugdhulpFiguur C.1: Ambulante jeugdhulpen sociaaleconomische status. Hetpercentage ambulante jeugdhulpvan inwoners in Almere die tussen1 jan. 2014 en 1 jul. 2019 ingeschre-ven stonden in het basisregisterpersonen en onderwijs hebbengehad in Almere tussen 2011 en2018.

Bevinding(en) figuur C.1:� In Almere hebben jeugdigen met een negatieve sociaaleconomische

status bijna drie keer zo vaak Ambulante jeugdhulp nodig.� Onafhankelijk van hun sociaaleconomische status doen leerlingen op

scholen met een onderwijs-jeugdhulparrangement vaker een beroep opambulante jeugdhulp.

� Op het OPDC geldt voor jeugdigen met een positieve en neutrale so-ciaaleconomische status dat ze zeven keer vaker een beroep doen opambulante jeugdhulp.

� Op het OPDC geldt voor jeugdigen met een negatieve sociaalecono-mische status dat ze 3,5 keer vaker een beroep doen op ambulantejeugdhulp.

� Voor leerlingen die praktijkonderwijs volgen met een positieve enneutrale sociaaleconomische status geldt dat ze meer dan vier keer vakereen beroep doen op ambulante jeugdhulp.

� Voor leerlingen die een negatieve sociaaleconomische status hebben,geldt dat ze bijna twee keer vaker een beroep doen op ambulante jeugd-hulp.

� Op de Bombardon en de Watertuin geldt voor leerlingen met een nega-tieve sociaaleconomisch status dat ze drie keer vaker een beroep doen opambulante jeugdhulp.

� Op de Bombardon en de Watertuin geldt voor leerlingen met een po-sitieve en neutrale sociaaleconomisch status 7 tot 7,5 keer vaker eenberoep nodig is op ambulante jeugdhulp.

� In zijn algemeenheid geldt dat de toename van het beroep op ambulantejeugdzorg vanuit de leerlingenpopulatie van scholen met een onderwijs-jeugdhulparrangement groter is voor leerlingen met een positieve enneutrale sociaaleconomische status.

Page 74: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

62 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

C.4.2 Jeugd-ggz en sociaaleconomische status

48

De Watertuin

47

68

De Bombardon

69

27

PrO

23

55

OPDC

56

21

Almere

16

0 20 40 60

 © 2020 AEPB

Positieve en neutrale sociaaleconomische status en Jeugd­GGZ Negatieve sociaaleconomische status en Jeugd­GGZFiguur C.2: Jeugd-GGZ en sociaal-economische status. Het percen-tage jeugd-ggz van inwoners inAlmere die tussen 1 jan. 2014 en1 jul. 2019 ingeschreven stondenin het basisregister personen enonderwijs hebben gehad in Almeretussen 2011 en 2018.

Bevinding(en) figuur C.2:� In Almere hebben jeugdigen met een negatieve sociaaleconomische

status bijna 1,5 keer zo vaak jeugd-GGZ nodig.� Op het OPDC geldt dat leerlingen met een positieve en neutrale soci-

aaleconomische status 5,2 keer zo vaak een beroep doen op jeugd-ggz.Voor leerlingen met een negatieve sociaaleconomische status is dit 3,3keer zo vaak.

� Leerlingen op het praktijkonderwijs doen minder vaak een beroep opjeugd-GGZ dan Almeerse jeugdigen in totaal. Dit geldt zowel voorjeugdigen met een positieve en neutrale sociaaleconomische status alsmet een negatieve sociaaleconomische status.

� Leerlingen op de Bombardon met een positieve en neutrale sociaaleco-nomische status doen 4,8 keer vaker een beroep om jeugd-GGZ dande gemiddelde Almeerse jongere. Indien de sociaaleconomische statusnegatief is doen ze 3,3 keer zo vaak een beroep op jeugd-GGZ.

� Op de Watertuin wordt 3,4 keer vaker een beroep op jeugd-GGZ gedaandoor leerlingen met een positieve en neutrale sociaaleconomische status.Voor leerlingen met een negatieve sociaaleconomische status wordt2,2 keer zo vaak een beroep gedaan op jeugd-GGZ vergeleken met degemiddelde Almeerse jongere.

� In zijn algemeenheid geldt dat de toename van het beroep op jeugd-GGZvanuit de leerlingenpopulatie van scholen met een onderwijsjeugd-hulparrangement groter is voor leerlingen met een positieve en neutralesociaaleconomische status.

� Voor leerlingen van de Watertuin, de Bombardon en het OPDC geldt dateen positieve en neutrale sociaaleconomische status geen beschermendefactor blijken voor het beroep op de jeugd-GGZ.

C.5 Onderwijskosten

De bekostiging in het onderwijs is opgebouwd uit meerdere componenten.Een deel daarvan varieert per leerling en onderwijstype. Het grootsteverschil is te zien in de ondersteuningsbekostiging van leerlingen, zietabel C.4.

Page 75: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

BESCHRIJVENDE STATISTIEKEN 63

Basisbekostiging Ondersteuningbekostiging

BasisonderwijsRegulier basisschool 4.200 100Speciaal basisonderwijs 4.300 4.700Speciaal onderwijs 4.500 9.400

Voortgezet OnderwijsRegulier voortgezet onderwijs 7.400 100Leerwegondersteunend onderwijs 7.400 4.900Praktijkonderwijs 7.400 5.000Voortgezet speciaal onderwijs 7.000 10.100

Opmerking(en): Bedragen 2018, afgerond op 100-tallen. Het bekostigingsverschil tussen jonger en ouder dat 8jaar voor regulier basisonderwijs en speciaal basisonderwijs is gemiddeld. De speciaal onderwijsbekostiging isgelijk aan categorie 1-bekostiging.Bron: Berekening AEPB Onderzoek en Advies, 2020: op basis van gegevens van Passend Onderwijs en gegevensministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.

Tabel C.4: Gemiddelde bekostigingper onderwijscategorie per leerling.

Bevinding(en) tabel C.4:� Het verschil in bekostiging tussen verschillende onderwijstypes wordt

voornamelijk teweeggebracht door de ondersteuningsbekostiging.� Scholen ontvangen voor leerlingen met een special onderwijs categorie 1

bekostiging twee keer zo veel ondersteuningsbekostiging.

C.6 Aantal leerlingen per school met een onderwijs-jeugdhulparrangement

2015 2016 2017 2018 2019

De Watertuin 81 255 271 283 154De Bombardon 0 149 201 199 102PrO 0 0 0 548 279OPDC 52 151 148 142 65

Opmerking(en): Tot leerlingenopgave van 1 okt. 2019Bron: Bewerking AEPB Onderzoek en Advies, 2020: opgave leerlingen door scholen en DUO-gegevens.

Tabel C.5: Aantal leerlingenper jaar tijdens onderwijs-jeugdhulparrangement.

Bevinding(en) tabel C.5:� De Watertuin heeft de meeste leerlingen ondersteund met een onderwijs-

jeugdhulparrangement.� Qua schoolomvang is PrO Almere de grootste school. Hetgeen terug is

te zien in het ondersteunde leerlingenaantal in 2018.

C.7 Subsidie per leerling voor een onderwijs-jeugdhulparrangement

2015 2016 2017 2018 2019*

De Watertuin 2.300 2.650 3.200 4.000De Bombardon 2.350 2.650 4.400 4.300PrO 1.900 2.300OPDC 650 2.900 3.500 3.700

Opmerking(en): Tot leerlingenopgave van 1 okt. 2019, kosten van 2019 is op basis van leerlingenprognose. Dekosten voor de JOA-groepen zijn buiten beschouwing gelaten. De Watertuin en het OPDC zijn in sept. 2015gestart, subsidiegegevens voor 2015 ontbreken. Bedragen zijn nominaal.Bron: Bewerking AEPB Onderzoek en Advies, 2020: subsidies gemeente, opgave leerlingen door scholen enDUO-gegevens.

Tabel C.6: Kosten per leer-ling per jaar tijdens onderwijs-jeugdhulparrangement.

Bevinding(en) tabel C.6:

Page 76: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

64 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

� De gemiddelde kosten per leerling op een school met onderwijs-jeugdhulparrangementen is in vier jaar verdubbeld en neemt jaarlijks toemet 18,8%.

� Tussen 2018 en 2019 is het bedrag per leerling op een school met eenonderwijsarrangement toegenomen met 10%.

� De bekostiging in 2019 is circa 80% van de door DUO beschikbaargestelde ondersteuningsmiddelen.

� De kosten per leerling van het onderwijs-jeugdhulparrangement op hetpraktijkonderwijs bedragen de helft van die van de Bombardon.

� De kosten per leerling van het onderwijs-jeugdhulparrangement zijnop de Bombardon het hoogst. Het bedrag per leerling is exclusief demiddelen voor het jeugdhulp-onderwijsarrangement.

Page 77: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

Bijlage D Schattingen

D.1 Onderwijs-jeugdzorgmodel

Tabel D.1: Verklaring van het gebruik van jeugdzorg

Basismodel Jeugd-GGZ Jeugdhulp

(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7)

Fractie aantal Wmo, 18-mnds jaargemiddelde (hh) 0,855∗∗∗ 0,103∗∗∗ 0,101∗∗∗ 0,105∗∗∗ 0,543∗∗∗ 0,535∗∗∗ 0,539∗∗∗

(0,000) (0,000) (0,000) (0,000) (0,000) (0,000) (0,000)Fractie aantal Jeugd Lokaal, 18-mnds jaargemiddelde 0,400∗∗∗ 0,398∗∗∗ 0,400∗∗∗

(0,000) (0,000) (0,000)Onderwijs-jeugdhulparrangement 0,058∗∗∗ 0,042∗∗∗

(0,000) (0,000)Onderwijs-jeugdhulparrangement (jaren) 0,034∗∗∗ −0,021∗∗∗

(0,000) (0,000)Fractie aantal J-GGZ, 18-mnds jaargemiddelde 0,312∗∗∗ 0,311∗∗∗ 0,299∗∗∗

(0,000) (0,000) (0,000)

KindkenmerkenVrouw −0,033∗∗∗ −0,025∗∗∗ −0,024∗∗∗ −0,024∗∗∗ 0,002 0,003 0,003∗

(0,000) (0,000) (0,000) (0,000) (0,256) (0,222) (0,100)3 tot 6 referentie referentie referentie referentie referentie referentie referentie

6 tot 9 0,010∗ 0,015∗∗∗ 0,018∗∗∗ 0,016∗∗∗ −0,009∗∗ −0,007∗ −0,001(0,077) (0,000) (0,000) (0,000) (0,015) (0,058) (0,775)

6 tot 12 0,072∗∗∗ 0,076∗∗∗ 0,079∗∗∗ 0,076∗∗∗ −0,031∗∗∗ −0,029∗∗∗ −0,021∗∗∗

(0,000) (0,000) (0,000) (0,000) (0,000) (0,000) (0,000)12 tot 15 0,088∗∗∗ 0,089∗∗∗ 0,092∗∗∗ 0,089∗∗∗ −0,033∗∗∗ −0,031∗∗∗ −0,023∗∗∗

(0,000) (0,000) (0,000) (0,000) (0,000) (0,000) (0,000)15 tot 18 0,072∗∗∗ 0,065∗∗∗ 0,068∗∗∗ 0,066∗∗∗ −0,025∗∗∗ −0,023∗∗∗ −0,015∗∗∗

(0,000) (0,000) (0,000) (0,000) (0,000) (0,000) (0,001)

Kenmerken van het huishoudenAlleenstaande ouder (kind tot 6 jaar) 0,011 −0,010∗∗ −0,009∗ −0,008 0,012∗∗∗ 0,012∗∗∗ 0,011∗∗

(0,117) (0,043) (0,066) (0,103) (0,007) (0,008) (0,012)Alleenstaande ouder (kind 6 tot 12 jaar) 0,033∗∗∗ 0,012∗∗∗ 0,013∗∗∗ 0,012∗∗∗ 0,011∗∗∗ 0,011∗∗∗ 0,012∗∗∗

(0,000) (0,005) (0,002) (0,003) (0,002) (0,003) (0,001)Alleenstaande ouder (kind 12 tot 18 jaar) 0,051∗∗∗ 0,022∗∗∗ 0,021∗∗∗ 0,021∗∗∗ 0,013∗∗∗ 0,013∗∗∗ 0,015∗∗∗

(0,000) (0,000) (0,000) (0,000) (0,008) (0,009) (0,003)Meerpershuishouden met kind(eren) referentie referentie referentie referentie referentie referentie referentie

OnderwijskenmerkenSpeciaal basisonderwijs 0,302∗∗∗ 0,144∗∗∗ 0,111∗∗∗ 0,102∗∗∗ 0,074∗∗∗ 0,048∗∗∗ 0,104∗∗∗

(0,000) (0,000) (0,000) (0,000) (0,000) (0,000) (0,000)

Page 78: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

66 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

Speciaal onderwijs 0,517∗∗∗ 0,038∗∗∗ 0,040∗∗∗ 0,039∗∗∗ 0,370∗∗∗ 0,372∗∗∗ 0,374∗∗∗

(0,000) (0,000) (0,000) (0,000) (0,000) (0,000) (0,000)Praktijkonderwijs (PrO) −0,096∗∗∗ −0,125∗∗∗ −0,155∗∗∗ −0,162∗∗∗ 0,043∗∗∗ 0,021∗ 0,065∗∗∗

(0,000) (0,000) (0,000) (0,000) (0,000) (0,090) (0,000)Voortgezet speciaal onderwijs 0,366∗∗∗ 0,024∗ 0,027∗∗ 0,030∗∗ 0,261∗∗∗ 0,263∗∗∗ 0,260∗∗∗

(0,000) (0,056) (0,038) (0,017) (0,000) (0,000) (0,000)Geen verzuim referentie referentie referentie referentie referentie referentie referentie

Kort verzuim 0,181∗∗∗ 0,116∗∗ 0,118∗∗ 0,115∗∗ 0,054 0,046 0,053(0,005) (0,015) (0,014) (0,017) (0,202) (0,280) (0,201)

Middellang verzuim −0,117 0,133∗∗ 0,138∗∗ 0,135∗∗ −0,284∗∗∗ −0,288∗∗∗ −0,279∗∗∗

(0,108) (0,013) (0,010) (0,012) (0,000) (0,000) (0,000)Lang verzuim 0,257∗∗∗ 0,165∗∗∗ 0,164∗∗∗ 0,166∗∗∗ −0,002 −0,002 0,001

(0,000) (0,000) (0,000) (0,000) (0,945) (0,949) (0,976)Zeer lang verzuim 0,481∗∗∗ 0,209∗∗∗ 0,213∗∗∗ 0,217∗∗∗ 0,194∗∗∗ 0,188∗∗∗ 0,188∗∗∗

(0,000) (0,000) (0,000) (0,000) (0,000) (0,000) (0,000)

OmgevingskenmerkenCorporatiewoning −0,002 −0,010∗∗∗ −0,012∗∗∗ −0,011∗∗∗ 0,006∗ 0,008∗∗ 0,007∗∗

(0,705) (0,006) (0,003) (0,006) (0,058) (0,033) (0,037)

Gebruik voorzieningenKwijtschelding 2015-2018 (hh) 0,011 0,013∗∗ 0,014∗∗ 0,014∗∗ −0,002 −0,002 −0,002

(0,134) (0,013) (0,012) (0,013) (0,728) (0,676) (0,641)Bijzondere bijstand 2015-2019 (hh) 0,043∗∗∗ −0,007 −0,008 −0,007 0,031∗∗∗ 0,031∗∗∗ 0,028∗∗∗

(0,000) (0,200) (0,183) (0,225) (0,000) (0,000) (0,000)Collectieve zorgverzekering 2015-2019 (hh) −0,008 −0,001 −0,001 −0,004 −0,004 −0,005 −0,001

(0,546) (0,871) (0,911) (0,694) (0,649) (0,528) (0,863)IIT/LDT 2015-2019 (hh) −0,034∗∗∗ 0,007 0,006 0,007 −0,032∗∗∗ −0,032∗∗∗ −0,036∗∗∗

(0,001) (0,364) (0,476) (0,394) (0,000) (0,000) (0,000)Woonlastenfonds 2015-2018 (hh) 0,006 0,001 0,003 0,003 0,004 0,002 0,004

(0,603) (0,947) (0,697) (0,774) (0,645) (0,812) (0,595)Bijstand in huishouden in 2014-2019 −0,016∗∗ −0,008 −0,009 −0,009∗ −0,001 −0,000 0,001

(0,034) (0,124) (0,104) (0,089) (0,876) (0,928) (0,870)Wijken (39) Nee Ja Nee Nee Ja Nee NeeBuurten (399) Nee Nee Ja Ja Nee Ja JaAfkomst Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja

Adjusted R2 0,235 0,242 0,244 0,242 0,317 0,319 0,324Observations 34.272 34.272 34.272 33.868 34.272 34.272 33.868

p-waarden tussen haakjes∗ p < 0,10; ∗∗ p < 0,05; ∗∗∗ p < 0,01

Page 79: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

Literatuur

Adelmeijer M, Knieriem M, van der Mark R (2017) Quickscan onderzoek naar de Jeugdhulp in de gemeenteAlmere: Onderzoek in opdracht van de gemeenteraad van Almere. Berenschot, 22 juni 2017.

AEPB Onderzoek en Advies (2019) Naar jeugdhulp op school. Afwegingen bij het financieel rendement vande businesscase onderwijs-jeugdhulparrangement. AEPB Onderzoek en Advies.

Coase RH (1960) The problem of social cost. The Journal of Law and Economics 3, 1–44.College B&W (2015) Toezegging over resultaten en effecten van de onderwijsjeugdhulparrangementen en

daarbij horende indicatoren. College B&W, 15-12-2015.College van burgermeester en wethouders (2018) Overschrijding budget jeugdhulp. 18 december 2018.Dijck , van M (1992) Onderwijsloopbanen. ARO, Utrecht.Eimers T, Kennis R, Voncken E (2016) Naar een nieuwe bekostigingssystematiek voor lwoo en praktijkonder-

wijs. KBA Nijmegen.Friele RD, Bruning M, Bastiaanssen I, Boer Rd, Bucx A, De Groot J, Pehlivan T, Rutjes L, Sondeijker F,

Van Yperen T, et al. (2018) Eerste evaluatie jeugdwet: Na de transitie nu de transformatie. Reeks evaluatieregelgeving.

Gemeente Almere (2012) Naar een nieuwe sociale infrastructuur in Almere: Beleidskader voor de transitiesociaal domein in Almere. Gemeente Almere, Almere.

Gemeente Almere (2014) Doen wat nodig is: Kadernota sociaal domein. Gemeente Almere.Gemeente Almere (2015) Beleidsplan sociaal domein 2015: Almere aan zet! Gemeente Almere.Gemeente Almere (2016a) Business Case – Onderwijs-Jeugdhulparrangementen. Gemeente Almere, 26 juni

2016.Gemeente Almere (2016b) Plan van aanpak programmalijn jeugd: Businesscase onderwijs-jeugdhulp

arrangementen. Gemeente Almere.Gemeente Almere (2016c) Veranderen wat nodig is: Het sociaal domein in Almere in de periode 2016 tot en

met 2018. Gemeente Almere, Almere.Gemeente Almere (2017a) Kwartaalrapportage uitvoering jeugdhulp: Rapportage over de uitvoering van de

jeugdhulp in Almere in het derde en vierde kwartaal van 2016. Gemeente Almere.Gemeente Almere (2017b) Kwartaalrapportage uitvoering jeugdhulp: Rapportage over de uitvoering van de

jeugdhulp in Almere in het derde kwartaal van 2017. Gemeente Almere, november 2017.Gemeente Almere (2017c) Kwartaalrapportage uitvoering jeugdhulp: Rapportage over de uitvoering van de

jeugdhulp in Almere in het eerste kwartaal van 2017. Gemeente Almere, mei 2017.Gemeente Almere (2017d) Kwartaalrapportage uitvoering jeugdhulp: Rapportage over de uitvoering van de

jeugdhulp in Almere in het tweede kwartaal van 2017. Gemeente Almere, mei 2017.Gemeente Almere (2018a) De juiste hulp op school, na school en thuis: Factsheet onderwijsjeugdhulparran-

gementen. Gemeente Almere.Gemeente Almere (2018b) Halfjaarrapportage uitvoering Jeugdwet: Rapportage over de uitvoering van de

Jeugdwet in Almere in het eerste half jaar van 2018. Gemeente Almere.Gemeente Almere (2018c) Herijking BC OJA’s 2018 JL2015_OPDC_WATN_BOMB 11 07 2015-2017 per

jaar 05092018.xlsx. Gemeente Almere, 5-12-2018.Gemeente Almere (2018d) Kwartaalrapportage uitvoering jeugdhulp: Rapportage over de uitvoering van de

jeugdhulp in Almere in het vierde kwartaal van 2017. Gemeente Almere.Gemeente Almere (2018e) Onderwijs Jeugdhulp Arrangementen Almere: Leidende principes. Gemeente

Almere, 05-04-2018.Gemeente Almere (2018f) Rapport tussenevaluatie businesscases jeugd. Gemeente Almere, programma

Jeugd 2016-2018.Gemeente Almere (2019) Halfjaarrapportage uitvoering Jeugdwet: Rapportage over de uitvoering van de

Jeugdwet in Almere in het eerste half jaar van 2019. Gemeente Almere.

Page 80: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

68 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

Gerritsen S, Heijnen S, van der Wiel K (2014) Maatschappelijke kosten-batenanalyses in het onderwijs: Opweg naar een werkwijzer voor onderwijsmaatregelen. Centraal Planbureau.

Grinten , van der M, Walraven M, Kooij D, Bomhof M, Smeets E, Ledoux G (????) Landelijke inventarisatieaansluiting onderwijs en jeugdhulp 2018. Utrecht/Nijmegen/Amsterdam: Oberon/KBA Nijmegen/Kohn-stamm Instituut.

Groot W, Maassen van den Brink H (2003) Investeren en Terugverdienen Kosten en baten van onderwijsin-vesteringen. Sectorbestuur Onderwijsarbeidsmarkt (SBO).

Inspectie van het Onderwijs (2017) Vierjaarlijks onderzoek samenwerkingsverband: Stichting LeerlingzorgPrimair Onderwijs Almere. Inspectie van het Onderwijs.

KPMG Advisory N.V. (2016) Gemeente Almere: Second opinion begroting Jeugd 2017-2020. KPMGAdvisory N.V.

McCloskey DN, Ziliak ST (1996) The standard error of regressions. Journal of Economic Literature 34 (1),97–114.

Ministerie van VWS, Ministerie van J&V (Eds.) (2018) Actieprogramma. Zorg voor de jeugd. Ministerie vanVolksgezondheid, Welzijn en Sport en Ministerie van Justitie en Veiligheid.

Peeters R (2018) Mét andere ogen: Advies voor versnelling en bestendiging van de samenwerking onderwijs-zorg-jeugd. Coalitie onderwijs-zorg-jeugd.

Plomp M, Polder J, Schoemaker C (2014) Naar MKBA’s voor preventie en zorg. ESB 99 (4696), 31–40.Romijn G, Renes G (2013) Algemene leidraad voor maatschappelijke kosten-batenanalyse. Centraal Planbu-

reau (CPB).Rouwendal J, Rietveld P (2000) Welvaartsaspecten bij de evaluatie van infrastructuurprojecten. OEI-

deelstudie. ministeries van Verkeer en Waterstaat en Economische Zaken, Den Haag.Schellingerhout R, Ooms I, Eggink E, Boelhouwer J (2020) Jeugdhulp in de wijk. Sociaal en Cultureel

Planbureau.van Ewijk C, t Hoen A, Doorbosch R, Reininga T, Geurts B, Visser E, Bongers A, van Winden P, Jonker J,

Elsenburg W, Aalbers R, Vollebergh H, Renes, G.; Dietz F, de Zeeuw A, de Jong F, Koopmans C, Pomp M(2015) Rapport Werkgroep Discontovoet 2015.

van Gils P, Tariq L, Hamberg-van Reenen H, van den Berg M (2009) Kosteneffectiviteit van preventie.overzicht van nieuwe preventieve interventies 2006-2007 met een eerste aanwijzing voor effectiviteit enkosteneffectiviteit (’early warning’). RIVM rapport 270091009.

Yperen, van T (2009) De Wet op de jeugdzorg in de dagelijkse praktijk. Bohn Stafleu van Loghum, Ch.Schakelen. Naar een effectief stelsel voor jeugd en opvoeding.

Page 81: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

Geraadpleegde beleidsstukken

Adelmeijer M, Knieriem M, van der Mark R (2017) Quickscan onderzoek naar de Jeugdhulp in de gemeenteAlmere: Onderzoek in opdracht van de gemeenteraad van Almere. Berenschot, 22 juni 2017.

Bombardon (2016a) Begroting subsidieaanvraag 2016 IKZC De Bombardon. Bombardon, 23 mei 2016.Bombardon (2016b) Projectplan IntegraalKindZorgCentrum De Bombardon. Bombardon, 23 mei 2016.Bombardon (2017) 17-5-17 Begroting De Bombardon 2017. Bombardon.Bombardon (2019) Informatie OJA.docx.Bombardon (Ed.) (2019) jaaroverzicht leerlingpopulatie 17-18+ trends juli 18.xlsx: bombardon.Bombardon (2019) Nadere analyse gestegen Gemeentelijke kosten leerlingpopulatie Bombardon 2015.docx.Bombardon (2019) Overzicht bijdragen OJA -JOA Bombardon 16-17 17-18 18-19.docx.College B&W (2015) Toezegging over resultaten en effecten van de onderwijsjeugdhulparrangementen en

daarbij horende indicatoren. College B&W, 15-12-2015.College B&W (2016) Toezegging interessante combinaties van onderwijs en zorg: voortgang onderwijs-

jeugdhulparrangementen30 mei 2016.College van burgermeester en wethouders (2018) Overschrijding budget jeugdhulp. 18 december 2018.College van B&W (2016) Jeugdhulp in Almere, 11 oktober 2016.Gemeente Almere (2016a) Beperkte toegang jeugdhulp in najaar 2016. 6 oktober 2016.Gemeente Almere (2016b) Business Case – Onderwijs-Jeugdhulparrangementen. Gemeente Almere, 26 juni

2016.Gemeente Almere (2016c) Business Case arrangementen - Effecten onderwijsjeugdhulparrangementen op de

programmabegroting 2016-2020. Gemeente Almere, 09-09-2016.Gemeente Almere (2016d) PB2017 FS 5.7 en 5.8 – Bijlage 10 Effecten van onderwijsjeugdhulparrangemen-

ten op de Programmabegroting 2016 en 2017. Gemeente Almere.Gemeente Almere (2016e) Publieksversie Onderwijs-jeugdhulparrangementen. Gemeente Almere, 16-06-

2016.Gemeente Almere (2017a) Productenboom BC OJA. Gemeente Almere, 21-03-2017.Gemeente Almere (2017b) Route huisarts: Jeugd-ggz en de POH-GGZ jeugd. Gemeente Almere.Gemeente Almere (2018a) Aantal beschikkingen en leerlingen per school per aanbieder: 2017. Gemeente

Almere, 24 oktober 2018.Gemeente Almere (2018b) De juiste hulp op school, na school en thuis: Factsheet onderwijsjeugdhulparran-

gementen. Gemeente Almere.Gemeente Almere (2018c) Factsheet onderwijs-jeugdhulparrangementen in Almere. Gemeente Almere, 19

oktober 2017.Gemeente Almere (2018d) Herijking BC OJA’s 2018 JL2015_OPDC_WATN_BOMB 11 07 2015-2017 per

jaar ... Gemeente Almere, 12 juli 2018.Gemeente Almere (2018e) Herijking BC OJA’s 2018 JL2015_OPDC_WATN_BOMB 11 07 2015-2017 per

jaar 05092018.xlsx. Gemeente Almere, 5-12-2018.Gemeente Almere (2018f) Herijking BC OJA’s 2018 JL2015_OPDC_WATN_BOMB 11 07 2015-2017 per

jaar 05092018.xlsx. Gemeente Almere, 5-12-2018.Gemeente Almere (2018g) Onderwijs Jeugdhulp Arrangementen Almere: Leidende principes. Gemeente

Almere, 05-04-2018.Gemeente Almere (2019a) 20190506_verslag MKBA bijeenkomst.docx.Gemeente Almere (Ed.) (2019b) 20190614_Verslag MKBA_aantek.docx.Gemeente Almere (Ed.) (2019c) 20190614_Verslag MKBA_def.docx.Gemeente Almere (Ed.) (2019d) 20190701_MKBA bijeenkomst.docx.Gemeente Almere (2019e) Kosten_ambtelijke_organisatie.docx.

Page 82: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

70 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

Gemeente Almere, Beleidsgroep Sluitende Aanpak Jongeren (2013) Kadernota. Sluitende Aanpak Jongeren2013-2018: Een springplank naar werk.

JGZ Almere (2017) Jeugdgezondheidszorg Almere: Onderwijs en het Sociale Domein, 10-10-2017.JGZ Almere (2018) Vroegsignalering: samenwerking Jeugd GGZ, JGZ en Onderwijs, 7-12.JGZ Flevoland (2019a) 20190704 evaluatie leer-en adresseertafel.docx.JGZ Flevoland (2019b) 20190902_evaluatie input leer- en adresseertafel.docx.KPMG Advisory N.V. (2016) Gemeente Almere: Second opinion begroting Jeugd 2017-2020. KPMG

Advisory N.V.Passend onderwijs Almere (2017) Integraal onderwijs netwerk. Passend onderwijs Almere, 10-10-2017.PO Almere (2017a) arrangementen S(B)O vastgesteld d.d. 14-2-17.docx.PO Almere (2017b) Bombardon 2017-2018.PO Almere (2017c) doelmatigheid-SBO-Watertuin 1718.docx.PO Almere (2018a) Meerjarenraming 2019-2023 SWV-PO 2018-11-13.pdf.PO Almere (2018b) Notitie gemeente inzake tarieven onderwijs.PO Almere (2018c) Ondersteuningsplan Primair Onderwijs 2018-2022.PO Almere (2018d) Ondersteuningsplan Voortgezet Onderwijs 2018-2022.PO Almere (2019a) Arrangementen Watertuin en Bombardon 2015-2019.xlsx.PO Almere (2019b) Toelichting begroting en meerjarenraming 2019-2023 Samenwerkingsverband Primair

Onderwijs.Projectgroep (2018) Pilot Sterk in de Wijk: in Haven.‘s Heeren Loo (2018) Definitieve aanvraag subsidie OJA 2019 Pro Almere.Schuurman M (2016) Plan van aanpak programmalijn jeugd: Businesscase onderwijs-jeugdhulp arrangemen-

ten. Gemeente Almere.van Osch P, Britt A (2019) Op weg naar toekomstbestendige Onderwijs-Jeugdhulp. BMC.Vitree (2015a) Bijlage 1 Zorginzet en wachtlijst aanvullende subsidieaanvraag.docx.Vitree (2015b) zorgarrangementen op de watertuin versie 2 september 2015.docx.Vitree (2016a) Aanvraag aanvullende subsidie onderwijs zorg arrangement Watertuin 2016.doc.Vitree (2016b) Aanvraag subsidie onderwijs-jeugdhulp arrangement SBO de Bombardon: Brief dd. 26-09-

2016 (subsidie 2017).Vitree (2016) Algemeen formulier voor het aanvragen van subsidievoor het jaar 2016 (IKZC Bombardon).

Gemeente Almere, 27 mei 2016.Vitree (2016a) Begroting aanvullende subsidieaanvraag 2016 IKZC De Watertuin.xlsx.Vitree (2016b) Begroting aanvullende subsidieaanvraag 2016 onderwijszorgarrangement OPDC.Vitree (2016c) Begroting aanvullende subsidieaanvraag 2016 onderwijszorgarrangement OPDC.xlsx.Vitree (Ed.) (2016d) Begroting onderwijs-jeugdhulparrangement Bombardon 2017. 26-09-2016.Vitree (2016) Brief: aanvraag subsidie onderwijs-zorg arrangement SBO de Bombardon: dd. 30 mei 2016.

Vitree, 30 mei 2016.Vitree (2016a) Jaarverantwoording Vitree 2015. Vitree.Vitree (2016b) Projectbegroting 2016 IKZC De Watertuin.xlsx.Vitree (Ed.) (2016c) Projectplan IntegraalKindZorgCentrum De Bombardon mei 2016 (subsidie 2017).

26-09-2016.Vitree (2016d) Projectplan OPDC-Almere en jeugdzorg tbv subsidieaanvraag 2016.docx.Vitree (2017a) Aangepaste begroting OPDC 2017.Vitree (2017b) Begeleidend schrijven - Aanvraag subsidie onderwijs jeugdhulp arrangement Watertuin 2017.Vitree (2017c) Begroting onderwijs-jeugdhulparrangement De Watertuin 2017.pdf.Vitree (2017d) Begroting onderwijs-jeugdhulparrangement OPDC 2017.Vitree (2017e) Projectplan onderwijs-jeugdhulparrangement de watertuin.pdf.Vitree (2017f) Projectplan OPDC-Almere en jeugdzorg tbv subsidieaanvraag 2017.

Page 83: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

LITERATUUR 71

Vitree (2018a) Aangepaste Aanvraag subsidie onderwijs jeugdhulp arrangement OPDC 2018.Vitree (Ed.) (2018b) Aangepaste aanvraag subsidie onderwijs-jeugdhulp arrangement SBO de Bombardon:

Brief dd. 25-04-2018 (subsidie 2018).Vitree (2018c) Aanvraag subsidie onderwijs-jeugdhulp arrangement OPDC 2019.Vitree (2018d) Begeleidend schrijven -Aangepaste aanvraag subsidie onderwijs jeugdhulp arrangement

Watertuin 2018.Vitree (2018e) De Watertuin 2018 Versie III.xlsx.Vitree (2018f) Kopie van Bombardon 2018 Versie IV.xlsx: begroting 2018.Vitree (2018g) kostenberekening zorgarrangement Bombardon versie def. 2018.xlsx: sobsidie 2018.Vitree (2018h) Onderwijsjeugdhulp arrangement De Watertuin 2018.docx.Vitree (2018i) Onderwijsjeugdhulp arrangement Het OPDC plan 2018 en verder.docx.Vitree (2018j) OPDC 2018 versie III.xlsx.Vitree (2018k) Vitree Subsidieaanvraag 2019 De Bombardon .Vitree (2019) Aanvraag sub. onderwijs-jeugdhulp arrangement SBO de Watertuin 2019.Vitree/SBO de Bombardon (Ed.) (2018) Evaluatie en plan onderwijsjeugdhulp arrangement De Bombardon

2018 en verder.

Page 84: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

Afkortingen

BAG basis adressen gebouwenBAO basisonderwijsBBL Beroeps Begeleidende LeerwegBOL Beroeps Opleidende LeerwegBRP Basisregistratie Personen 29, 38businesscase businesscase 1

CPB Centraal Planbureau 39

DUO Dienst Uitvoering Onderwijs 38, 55

GIS Groep in School

IB-er intern begeleider 15IPT intensieve pedagogische thuishulp

JGZ jeugdgezondheidszorgjoa jeugdhulp-onderwijsarrangement 55

LEA Lokaal Educatieve AgendaLEO leerlingen extra ondersteuningLGF leerlinggebonden financieringLVB Licht Verstandelijke Beperking vLZ langdurig ziek/somatisch

MCA multicriteria-analyse 23MKBA maatschappelijke kosten-batenanalyse vi, viii,

1, 2, 11, 12, 14, 22, 23, 25, 27, 32, 38, 39,41–45, 47–50

ncw netto contante waardenso naschoolse opvang 41

OJA onderwijs-jeugdhulparrangement v–viii, 3, 7, 8,14, 17, 27, 34, 35, 41, 46, 47

OOGO Op Overeenstemming Gericht Overleg 5, 46OPDC orthopedagogisch didactisch centrum v, viii,

17–20, 36, 37, 40, 42, 50, 55

OPP ontwikkelingsperspectiefplanOZB Onroerende zaakbelasting 31

pgb persoonsgebondenbudget 12Praktijkonderwijs Almere Praktijkonderwijs Al-

mere v, viii, 17–22, 37, 38, 40, 42, 50,55

Pwet Participatiewet 4, 5

SBO speciaal basisonderwijs 2, 18, 23, 42SCP Sociaal Cultureel Planbureau 27, 39, 51SDQ Strengths and Difficulties QuestionnaireSO speciaal onderwijs 2, 23, 42SOP schoolondersteuningsprofielSVB Sociale VerzekeringsbankSWV POA samenwerkingsverband passend onder-

wijs Almere 2, 3, 9, 14–16, 39, 46, 47, 52,54

TLO taalontwikkelingsstoornisTLV toelaatbaarheidsverklaringTOS taalontwikkelingsstoornis

VPT Volledig Pakket ThuisVSO Voortgezet Speciaal Onderwijs 9, 42

Wet passend onderwijs Wet passend onderwijs 5, 9,10, 35, 37

Wgs Wet gemeentelijke schuldhulpverlening 4Wlz Wet langdurige zorgWmo Wet maatschappelijke ondersteuning v, vii, 27,

28Wmo 2015 Wet maatschappelijke ondersteuning

2015 4, 5

ZRM Zelfredzaamheid-MatrixZvw Zorgverzekeringswet

Page 85: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

Begrippenlijst

Armoedegrens Een inkomen dat onder het referen-tiebudget ligt dat het SCP hanteert omarmoede vast te stellen. Het SCP hanteerttwee referentiebudgetten. Het basisbe-hoeftebudget omvat de minimale van eenzelfstandig huishouden. Het niet-veel-maar-toereikendbudget houdt rekening metminimale kosten van ontspanning.

Causaal verband De oorzaak-gevolgrelatie die be-staat tussen een actie en de resultaten. Hetis zodoende duidelijk in welke mate de ef-fecten optreden als gevolg van een bepaaldeoorzaak.

Correlatie Een relatie tussen twee variabelen zonderdat er een causaal verband duidelijk is. Eeninterventie is bijvoorbeeld gerelateerd aaneen effect, maar er kan niet worden gestelddat de interventie het effect teweeg brengt.

Effectensessie Een bijeenkomst waarin belangheb-benden effecten benoemen en relateren aande interventie. Activiteiten worden daarbijgekoppeld aan maatschappelijke effecten enaan de partijen die daarvan profiteren.

Effectiviteit De mate waarin doelen worden gereali-seerd.

Effectonderzoek Een methode waarmee relatiestussen interventies en gevolgen inzichtelijkworden gemaakt. Bij kwalitatief effecton-derzoek worden die relaties verhalend inbeeld gebracht. Bij kwantitatief effecton-derzoek worden de relaties met behulp vanstatistische gegevens en onderzoekstechnie-ken in beeld gebracht.

Efficiëntie De mate waarin input, bijvoorbeeld eeninvestering, leidt tot resultaten.

Escalatie Het uit de hand lopen of verergeren vanproblemen, waardoor individuen in eenneerwaartse spiraal terecht komen. Bijescalatie komt de (sociale) veiligheid vanindividuen in gevaar.

Externe effecten Een vorm van marktfalen waarbijzich onbedoeld baten of kosten voordoenbij derden die niet in de marktprijs van eenactiviteit zijn geïnternaliseerd.

Herverdelingseffecten Binnen een MKBA zijn ditde baten en kosten die tegen elkaar wegval-len in het totale MKBA-saldo doordat debaat van een partij bij een andere partij alskostenpost wordt meegenomen.

Immateriële baten Positieve effecten waarvoor opde markt geen directe prijs is af te lijden,bijvoorbeeld een verhoogde kwaliteit vanleven.

Inspanningsgericht inkopen Een afspraak tussengemeente en aanbieder over de leveringvan een specifiek product of een specifiekedienst in een afgesproken tijdseenheidtegen een bepaald tarief.

Integrale aanpak Aanpak waarbij de problemen vanindividuen of huishoudens leefdomeinover-stijgend worden benaderd.

Kosteneffectiviteit De hoeveelheid activiteiten dieworden gerealiseerd bijeen bepaalde input.

Maatschappelijk rendement De mate waarin maat-schappelijke effecten zich voordoen bij eenbepaalde hoeveelheid input. Dit komt over-een met de verhouding tussen de kosten enbaten van een project of interventie.

Materiële baten Positieve maatschappelijke effectenwaarvan de waarde met behulp van hetprijsmechanisme kan worden bepaald.

MKBA Een analyse waarin een nulalternatief wordtvergeleken met een projectalternatief en dekosten en baten over een bepaalde periodetegenover elkaar worden gezet. De kostenen baten worden daarbij berekend vanuiteen breed welvaartsperspectief. Bij een exante MKBA wordt de analyse voorafgaandeaan een project of interventie uitgevoerden bij een ex post MKBA wordt de analysena afloop van een project of interventieuitgevoerd.

Nulalternatief Binnen een MKBA de meest waar-schijnlijke situatie die zich voordoet indienhet project of de interventie geen doorgangheeft. Dit is anders dan een situatie zonderenig beleid.

Page 86: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

74 MKBA JEUGDHULP IN SCHOOL

Outreachend werken Een wijze van het identifice-ren van hulpbehoevenden door actief teinventariseren.

Projectalternatief Binnen een MKBA de situatie diezich dankzij het project of de interventievoordoet of gaat voordoen.

Sociaal domein Het gedeelte van het overheidsbeleiddat zich richt op het menselijk welbevinden

en op de problemen die dat menselijkewelbevinden aantasten.

Sociale Wijkteam Wijkteams bieden gebiedsgerichtwelzijns- en opbouwwerk

Taakgericht inkopen Een afspraak tussen gemeenteen aanbieder over een taak voor een(deel)populatie zonder verantwoordingop individueel niveau.

Werk & Inkomen Afdeling Werk & Inkomen

Page 87: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een
Page 88: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een
Page 89: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een
Page 90: MKBA jeugdhulp in school - Sociaalweb · Het resultaat ligt voor u in de vorm van deze gedegen en uitgebreide studie. ... (alle jeugdzorg binnen het huishouden) leveren beiden een

ISBN 978-94-92013-09-5

9 789492 013095 www.aepb.nl | T 020 737 27 20 | [email protected]

ColofonDit rapport is geschreven in opdracht van de gemeente Almere.

AuteurFloris Lazrak | M 06 13 12 30 05 | [email protected]

EindredactieJudit Neurink