klin 11 deel 2

41
weduwe Buter BAKKERIJ BEERSE Bovenweg 276. In 1903 begon “ouwe” KEES BEERSE hier een bakkerij. Bij de bakkerij behoorde een uiterst klein winkeltje. Na vader Kees kwam diens zoon NIEK in de bakkerij en die werd weer opgevolgd door kleinzoon KEES en nu wordt de in 1969 vergrote en gemoderniseerde bakkerij gedreven door de vierde telg uit dit geslacht: NIEK BEERSE. Gedurende de kermis verkocht Beerse spouwers, een soort beschuitbol met anijs. Als je er echt van wilde genieten, moest je voordat je de bol doorsneed, er even inblazen en opengesneden moest je de spouwer voorzien van boter, suiker en kaneel. Voor de oorlog spoot bakker Beerse op zondag je gebak op. (De slager sneed dan je rollade) JAAP VAN ETTEN Bovenweg 272 . melkhandel JACOB VAN ETTEN Sr. werd in 1888 te Spanbroek geboren. Op 24- jarige leeftijd trouwde hij te Spanbroek met Cornelia Elisabeth Buter. Bij die gelegenheid gaf hij als beroep op “veldarbeider”. In 1918 kwam het gezin Van Etten de kant van Sint Pancras op. Hun huwelijk was toen reeds gezegend met enkele zonen. Ze gingen tegen- over oma Buter wonen, die toen met haar winkel stopte en namen van haar de melkhandel over. De KLIN nr. 11 - 1996 Historische Vereniging - 39 - Oud Sint Pancras

Upload: de-oude-klin

Post on 09-Jun-2015

1.170 views

Category:

Documents


1 download

DESCRIPTION

De Klin zoals verschenen in 1996 is een jaarlijkse uitgave voor leden van de toenmalige Historische Vereniging Oud Sint Pancras. Het beschrijft feiten en wetenswaardigheden betreffende deze Noord-Hollandse gemeente uit heden en verleden.

TRANSCRIPT

Page 1: Klin 11 deel 2

weduwe Buter

BAKKERIJ BEERSE Bovenweg 276. In 1903 begon “ouwe” KEES BEERSE hier een bakkerij. Bij de bakkerij behoorde een uiterst klein winkeltje. Na vader Kees kwam diens zoon NIEK in de bakkerij en die werd weer opgevolgd door kleinzoon KEES en nu wordt de in 1969 vergrote en gemoderniseerde bakkerij gedreven door de vierde telg uit dit geslacht: NIEK BEERSE. Gedurende de kermis verkocht Beerse spouwers, een soort beschuitbol met anijs. Als je er echt van wilde genieten, moest je voordat je de bol doorsneed, er even inblazen en opengesneden moest je de spouwer voorzien van boter, suiker en kaneel. Voor de oorlog spoot bakker Beerse op zondag je gebak op. (De slager sneed dan je rollade) JAAP VAN ETTEN Bovenweg 272. melkhandel JACOB VAN ETTEN Sr. werd in 1888 te Spanbroek geboren. Op 24-jarige leeftijd trouwde hij te Spanbroek met Cornelia Elisabeth Buter. Bij die gelegenheid gaf hij als beroep op “veldarbeider”. In 1918 kwam het gezin Van Etten de kant van Sint Pancras op. Hun huwelijk was toen reeds gezegend met enkele zonen. Ze gingen tegen-over oma Buter wonen, die toen met haar winkel stopte en namen van haar de melkhandel over.

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 39 - Oud Sint Pancras

Page 2: Klin 11 deel 2

Melkboer Jacob van Etten sr.

Met een hondekar ging Jacob venten langs klanten, die vanaf Oudorp tot in het Noordeinde van Sint Pancras woonden. Melk werd gekocht van enkele kleine boertjes, die ieder een stuk of vier, vijf koeien hadden. Ook Geertje Poel uit de Heerhugowaard behoorde tot Jacobs vaste leveranciers. Brij betrok hij van collega Troostheide. Toen het bij de wet verboden werd om honden als trekdier te gebruiken, werd een kettewagen aangeschaft. Ook de opgroeiende zonen hielpen mee in de zaak. In 1936, toen vader Jacob overleed, hielp een van de jongere zoons, JAAP, in het bedrijf.

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 40 - Oud Sint Pancras

Page 3: Klin 11 deel 2

Melkboer Jacob van Etten Jr.

Jacobs weduwe, (hij was voor de tweede maal getrouwd, zijn eerste vrouw overleed in 1926) hertrouwde na enige tijd. Stond de melkzaak eerst op haar naam, toen werd Jaap de rechtmatige eigenaar. Zijn leeftijd, 18 jaar, vormde hiertoe een bezwaar. Daarom werd hij toen wettelijk meerderjarig verklaard. Net als zijn vader, trok ook Jaap de ventwijk in. Zijn assortiment was wel iets groter als dat van zijn vader, het bevatte ook boter, kaas en eieren, hetgeen later nog met verschillende andere melkproducten werd uitgebreid: (koffie)room, vla, yoghurt enz. Ventte hij eerst met een bakfiets, later werd dit een driewieler-auto die na verloop van tijd gevolgd werd door een nog iets grotere.

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 41 - Oud Sint Pancras

Page 4: Klin 11 deel 2

Jaaps huis stond op de plek, waar nu de Kruissloot begint. Naast dit huis had hij een spoelhok en een magazijn. Een klant die bij Jaap ‘losse’ melk kocht, kreeg in de regel een scheutje toe met de woorden “da’s voor de poes.” In het begin van de zeventiger jaren bouwde Jaap een nieuw huis, iets zuidelijker dan zijn oude woning. Achter het huis had hij een klein winkeltje. Hij overleed in 1975. Zijn zoon heeft daarna de melkzaak nog enige tijd voortgezet.

In het huis, waarin nu Klaas Kieft woont (Bovenweg 270) heeft eerder een tijdlang een SIGARENMAKER gewoond, DEKKER geheten (naar schatting was dit 1930-1935). SLAGERIJ WIJTE Bovenweg 266. KLAAS SCHRÖDER, aanvankelijk wonend aan de Benedenweg, werkte bij een paardenslager te Alkmaar. Van deze slagerij betrok hij vlees, dat hij uitventte in Sint Pancras en Broek op Langedijk. Van Klaas Zonneveld kon hij een stukje grond kopen aan de Boven-weg. Daar liet hij een slagerij bouwen, waarin hij eerst zelf en na hem zijn zoon PIET slager was. Na Piet Schroder kwam eerst JAAP WIJNKER, daarna SPRENKELING, die in de vijftiger jaren overleed en vervolgens werd

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 42 - Oud Sint Pancras

Page 5: Klin 11 deel 2

de zaak voortgezet door AD WIJTE, die de winkel omstreeks 1969 ver-nieuwde. Tegenover slager Wijte woonde Jaap Schröder, die lange tijd knecht bij Piet Modder was. Naast hem stond het brandspuithuisje. Eens was er een brandje achter de woning van Piet Visser. Alie Zonne-veld was bij hem in huis. Alies zoon Nico had het schuurtje opgeruimd en hij ging daarna de rommel verbranden. Het was erg droog die tijd, waardoor het lange, dorre gras eveneens in brand vloog. Omdat dit gevaar voor de bebouwing kon opleveren, werd getracht het vuur te blussen. Alie, een lange jurk aan, te haastig en te gejaagd om eerst iets anders aan te trekken, ging helpen met blussen. De jurk be-lemmerde haar wel wat in haar bewegingen en was al spoedig natter dan de te blussen voorwerpen. Toen kwam de brandweer: een laadbakje op antiplof banden, voortge-trokken door een of twee fietsers. De meegevoerde slang bleek zo lek als een mandje te zijn. Vandaar dat het lang duurde eer de brand was geblust. Terwijl de brandweer op weg was naar deze brand, zag een jongetje hen gaan. Meteen holde hij naar zijn vader en riep :”Pa, mag ik een ijsje, want daar rijdt een ijscokar”. Enkele brandweerlieden waren: Jan Molenaar, schilder Kunst, Gert Dekker, Jan Admiraal, Jan Meyering en Piet Veldboer. In 1973, nadat Sint Pancras en een groot deel van de gemeente Koedijk werden samengevoegd, hadden Noord- en Zuidend van Sint Pancras een gezamenlijke brandweer, die gehuisvest was aan de Destréelaan. SCHILDER KUNST Bovenweg 231-233 Vroeger (1927) had een oud-marineman WILLEM ZWANENBURG (getrouwd met een dochter van wasvrouw Esseveld) er een smederij. Hij repareerde ook fietsen. De smederij verbrandde aan het eind van de twintiger jaren. Na de brand werd de smederij niet herbouwd. Omstreeks 1928 vestigde het schildersbedrijf KUNST zich hier.

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 43 - Oud Sint Pancras

Page 6: Klin 11 deel 2

TIMMERMAN HES Bovenweg 258 In 1927 bouwde FRANS HES (zoon van Jan Hes, zie Bovenweg 81) een huis aan de Bovenweg en begon daar een timmerbedrijf. Aanvan-kelijk verrichtte hij burgerwerk: reparaties, verbouwingen en nieuw-bouw. Na enkele jaren verwierf hij van de P.E.N. de opdracht om, waar dit nodig was zgn. “PEN-huisjes” te bouwen. In de dertiger jaren waren dit nog houten gebouwtjes. Tussen 1937 en 1943 zette hij ruim 80 stuks. Omdat hout minder lang meegaat dan steen, besloot de P.E.N. na de oorlog alleen stenen gebouwtjes te bouwen en werden de houten van lieverlee vervangen. In het begin, toen de elektriciteit nog minder belangrijk was, had de firma Hes nog voldoende tijd over voor ander werk zoals school- en woningbouw. In het zuidelijkste deel van de Benedenweg staan meer-dere woningen, die zij in die tijd daar bouwden. In 1960 nam zoon JAN het bedrijf over. Het werk van de PEN bleef komen: het gebied tussen Castricum en Den Helder moest Hes bij-houden. Af en toe werd nog ander werk gedaan, zoals in 1977 het bouwen van dorpshuis ‘De Geist’ en zo hier en daar in Sint Pancras een woonhuis. In 1988 dacht het Jan goed om te gaan VUT-ten en beëindigde hij het bedrijf. JAN VAN BAAR fietsenmaker. Jan woonde op de hoek van het laantje van timmerman Hes. Bij zijn huis had hij een glazen aanbouw, waarin hij nieuwe fietsen etaleerde. Achter het huis repareerde hij. Eens vloog de schuur van de bij hem in de buurt wonende Gert Smit in brand. Jan ging kijken hoe het fikte. Toen klopte een mevrouw aan bij de fietsenmakerij: ze was ‘plat ge-reden’. Jan vond de brand heel wat belangrijker dan die lekke band en bleef daarom waar hij was. Gelukkig had een van de buren een eindje ventielslang. Toen dat was aangebracht en de band was opgepompt, bleek het leed geleden te zijn.

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 44 - Oud Sint Pancras

Page 7: Klin 11 deel 2

JAN BRUIN De Hagenhorst. Bovenweg 221

Jb. v.d. Ham ploegt de afgezande tuin. Ter hoogte van de tuin heeft de

Bovenweg een fundering van keien. Naast zijn had Jan een groentekwekerij. Deze strekte zich uit vanaf de Bovenweg tot aan de spoorsloot. Door elzenhagen werd de tuin in vak-ken verdeeld. (Hiermee is tevens de naam verklaard, die hij aan zijn huis gaf: nest tussen de hagen.) Hij verkocht niet veel groente aan huis. Het meeste ging naar de veiling.

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 45 - Oud Sint Pancras

Page 8: Klin 11 deel 2

Oogstwerkzaamheden op HAGENHORST

PIET KLIFFEN Bovenweg 242 Bij het huis, waarin later lange tijd de familie Minne ten Wolde woonde, liet PIET KLIFFEN in het begin van de dertiger jaren, door middel van een groot bord met de vermelding BOTER – KAAS – EIEREN, weten dat hij melkboer was. Met een hondekar, later kettewagen, bracht hij zijn waren aan de man. (Kliffen heeft op meerdere plaatsen gewoond en nam meerdere am-bachten ter hand, het laatste was dat van dorpsomroeper). Na hem zette de van de Achterweg afkomstige HENDRIK TROOSTHEIDE deze melkzaak voort. Enkele jaren later verplaatste Troostheide de winkel naar de overkant van de weg, waar een huis stond, dat hem meer mogelijkheden bood. Bovenweg 242 bood vervolgens onderdak aan BRAM VROEGOP, wiens zoon Piet onder de jeugd als ‘muizen-oortje’ bekend stond. Vroegop ventte met 2 kettewagens groente in Alkmaar.

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 46 - Oud Sint Pancras

Page 9: Klin 11 deel 2

Melkboer Kliffen deed inkopen bij de zuivelfabriek te Heerhugowaard.

Dorpsomroeper Piet Kliffen op het Kerkplein (1951)

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 47 - Oud Sint Pancras

Page 10: Klin 11 deel 2

Bovenweg ca. 1930. Oma Schuur staat voor Bovenweg 246.

Twee huizen verderop woonde melkboer Kliffen. HENDRIK TROOSTHEIDE Bovenweg 215 Onder zijn volgende huis had Troostheide een prachtig, mooi betegelde kelder, uiterst geschikt om de melkartikelen koel te bewaren. ‘s Maandags kookte Troostheide gortpap, die hij en zijn zoon Klaas ver-volgens in de loop van de week met paard en wagen uitventten, zowel in Sint Pancras als in de Langedijk. Nadat Hendrik was overleden, zette zijn weduwe de winkel voort. Ook schoonzoon Cor Keizer deed dit later nog enige tijd. In de oorlog deed dit pand dienst als uitdeelpost van de in Langedijk gevestigde gaarkeuken. Het bereide voedsel werd in grote gamellen door een vrachtwagen gebracht. KEES OUD Bovenweg 211. In 1925 kocht vader Oud het pand van KLAAS TROMPETTER, die tot dan zelfgeteelde groenteplanten en zaden verkocht. De zaak was vooral op de “bouwers” gericht. Ook stond OUD met zijn handel op de markten van Alkmaar en Purmerend. ‘s Winters hield vader Oud varkens, die hij onderbracht in een kippen-schuur bij de Hopman. Dit landje werd door hem gehuurd, maar was van slechte kwaliteit, er zat veel “unjers” in (kattestaart, een onkruid). Het achter het huis liggende land leverde eveneens weinig op: ‘s

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 48 - Oud Sint Pancras

Page 11: Klin 11 deel 2

zomers groeide op het stuk, dat ongeveer een hectare groot was, niet eens genoeg om de ket te eten te geven. De “Oudjes” waren dan ook bar gelukkig toen in het begin van de dertiger jaren hun land, evenals dat van de buren om hen heen, werd afgezand. Ze kregen geen cent voor het zand, dat door Klaas Schot werd afgegraven en vervolgens naar de Noordervaart werd vervoerd. Ze waren al lang blij dat er op deze manier voor hen betere teeltaarde tevoorschijn kwam. Het was hard werken in de ‘crisisjaren’. Heel wat klanten hadden geen geld om de geleverde planten te betalen en ‘poften’. Aan moeder Oud de taak om bij de klanten het hen toekomende geld op te halen. Vader zag er tegenop: “Het komt die mensen vast niet gelegen”

Oud’s zaad- en plantenhandel

Op maandagavond ging Oud met een wagen vol planten naar de Bier-kade in Alkmaar. Daar werden ze overgeladen in een boot van de firma Merks. Deze bracht de vracht naar Purmerend, waar men het ‘s dins-dags aan de man trachtte te brengen. Een klant, oude Govers, kwam vaak tegen het aflopen van de markt nog wat planten halen. Soms waren ze reeds uitverkocht. Daarop wist Oud deze raad: Jullie wonen vlak bij de tramlijn. Ik weet precies waar. Betaal die planten nu maar aan me dan pak ik volgende week de zaak goed voor je in en gooi ik de handel bij je huis wel uit de tram. Op deze manier kreeg de klant vaker dan eenmaal zijn bestelling thuisbezorgd.

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 49 - Oud Sint Pancras

Page 12: Klin 11 deel 2

In de oorlog werd het vervoer moeilijker. Al gauw mochten de boten naar Purmerend niet meer varen. Willem Bleeker, die ook regelmatig met zijn spullen naar de Purmerender markt toog, wist dat Arie Ooster-baan uit Schoorl met een veewagen naar deze markt ging en Arie wilde de Pancrassers wel gerieven. In zijn tijd ging zoon Kees de zaak uitbreiden met de Schager markt, iets waaraan hij met genoegen terugdenkt. In het begin van de zeventiger jaren verkocht Kees huis en grond voor de woningbouw en verplaatste hij de zaak naar de Heerenweg, Oudorp.(ter hoogte van de Nollenweg). ARIE ZEEMAN lampenwinkel Bovenweg 238Aan het einde van de eerste wereldoorlog deed de elektriciteit hier zijn intrede. Dit was voor Arie Zeeman het sein om een winkeltje te begin-nen waar het publiek lampen en andere elektrische artikelen kon kopen. De belangstelling was, evenals voor de fietsen die hij te koop had, vermoedelijk niet groot, want Arie kon daar het hoofd niet boven water houden. Wegens faillissement werd het bedrijf opgeheven. Het winkelhuis werd verkocht aan: PIET WIJDENES – groenteboer. De in Opperdoes geboren Piet Wijdenes, getrouwd met Maartje Koevert, werkte aanvankelijk in een kaasfabriek in de kop van Noord-Holland. Natuurlijk probeerde hij zich te verbeteren en zo gebeurde het dat hij in deze omgeving kwam: In de latere leerfabriek van Oudorp werd eerder zuivel verwerkt en hier was hij een tijdlang kaasmaker. Toen de een of

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 50 - Oud Sint Pancras

Page 13: Klin 11 deel 2

andere Duitser de zuivelfabriek kocht, kreeg Wijdenes zijn ontslag, iets waarover hij zeer slecht te spreken was. Omstreeks 1925 kocht hij het winkelhuis van Zeeman en begon een groente- en fruithandel. Drie dagen per week werkte hij bij de veiling in Alkmaar en de rest van de week ventte hij in Sint Pancras en Oudorp. Later, de concurrentie was groot, werkte hij de gehele week bij de veiling. Wijdenes op latere leeftijd

De winkel van Piet Wijdenes en dochter Nelie

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 51 - Oud Sint Pancras

Page 14: Klin 11 deel 2

KLAAS SCHUIT grutterswaren Bovenweg 236 (1921,1923) woonde voor, en in de oorlog naast de familie Wijdenes op de hoek van een heel smal laantje en had daar een kruidenierswinkeltje, waarin tevens snoep en sigaretten werden verkocht. Waar het laantje van Schuit de Benedenweg bereikte woonde kruidenier Van Zelm. Voor zijn winkel was een pleintje, waar men ‘s avonds bijeen kwam om de dorpsnieuwtjes te verhandelen. (“beurzen”) Aan de overkant van de weg woonde TOON KERSTEN Bovenweg 209 die geregeld vrachtauto’s op zijn erf had staan. Hij was chauffeur en reed onder andere voor Piet Leyen, die een groentegrossierderij had. SIMEN (Sam) DEKKER Bovenweg 201 Dekker was aardappelboer en woonde op de hoek van het oude kerk-hof. Eerder woonde hij een tijdlang in Hagenhorst, maar dit moest hij verlaten toen Jan Bruin trouwplannen kreeg. Voor Dekker woonde de vader van Huib Beers op 201. Hij verkocht brandstoffen. De daar nu wonende RUYS doet in gipswanden. GERT DEKKER Bovenweg 210. Toen Gert begon met de fietsenreparatie, woonde zijn moeder, die weduwe was, nog in het huis. Zij probeerde als wasvrouw aan de kost te komen. Achter het huis had Gert een klein schuurtje, waarin hij zijn werk deed. Later werd de woning gesloopt en liet hij er een ander huis zetten. Hier-naast kwam een wat grotere werkplaats en na enige tijd ook een winkel, waarin rijwielen en later ook bromfietsen werden verkocht. BRAM GROEN Bovenweg 206 deed tuinonderhoud en verkocht bloemen en planten. Hij was een goed vakman, verkocht prima waar, maar in 1950 ter gelegenheid van Sint Nicolaas adviseerde hij het publiek om hem de klandizie niet te geven,

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 52 - Oud Sint Pancras

Page 15: Klin 11 deel 2

hetgeen hij op onderstaande manier deed: Naar Abram Groen behoef je niet te lopen

want zijn bloemen zijn ver....zopen. Laten wij dan nu maar hopen

dat wij volgend jaar weer bij hem kunnen kopen. JAN VAN DER MOLEN Bovenweg 189 In de dertiger jaren woonde hij naast het oude kerkhof en hield daar een flinke toom kippen. Zijn ‘kippenfarm’ liep van de Boven- naar de Achterweg. Naast eieren verkocht hij ook boter en kaas. Later ging Cor Brammer daar wonen en nam hij de oude Jan van der Molen in huis. CEES HILLEN Bovenweg 179 Net ten zuiden van bakker Bodegraven had Cees Hillen een kruide-nierswinkeltje. Ook verkocht hij groente. Eerder verkocht KLAAS SMIT (de grootvader van de piekenier) daar groente. Dirk Klanker herinnert zich dat daar in de buurt “aan de noordkant van een dubbel huisje” een weduwe vroeger een winkeltje dreef, waar hij als kind wel eens wat voor zijn moeder moest halen. ROEL BODEGRAVEN koude bakker, Bovenweg 175. Tegenover de Frobellaan woonde Roel Bodegraven. Zijn buurman was Klaas Ruys. Roel werkte bij de coöperatie. Daar kocht hij brood in en vanuit zijn schuur verkocht hij dit. Tevens ventte hij de bakkerswaren uit, aan-vankelijk met een oud vrachtwagentje, later met een motorbakfiets. Roel was getrouwd met Alie Bruin. CHRIS DUINMEYER Bovenweg 165. Omstreeks 1920 begon opa Chris Duinmeyer op deze plaats een groentehandel. Niet vanuit een winkelpand, maar vanuit een heel klein woninkje. Met een handkar trok hij er op uit en ventte vooral in Egmond aan de Hoef.

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 53 - Oud Sint Pancras

Page 16: Klin 11 deel 2

Later werd het kleine huisje van opa (weinig meer dan een kamer, een piepkleine keuken en een zolder) vergroot met een aanbouw. Toen ging Chris’ vader op dit adres wonen en nam deze tevens de handel van zijn vader over. Aanvankelijk was “de groente” niet zijn hoofdberoep. Hij verhuurde zich veelal als tuinbouwarbeider. Wanneer er in de tuinbouw geen werk was, trok hij er met de handel op uit. Al gauw maakte hij gebruik van een kar, getrokken door twee honden, de ene onder, en de andere voor de kar. Gevent werd in de plaatsen rond Sint Pancras, voornamelijk in Alkmaar en Bergen. Zowel gezin als zaak begonnen te groeien: Op een gegeven moment huisden er 9 personen in het woninkje. De hondekar moest plaats maken voor een bakfiets. Om een groter gebied te kunnen bestrijken werd dit na verloop van tijd een oude motorbakfiets. Maar de motor was van zo’n kwaliteit, dat Duinmeyer bij het beklimmen van de Halve-maansbrug dit niet rijdend kon doen, maar uit alle macht moest duwen. Enkele dorpelingen hebben hem toen geholpen om een goede motor-bakfiets aan te schaffen.

Toen Duinmeyer Sr. (foto) het aan zijn maag kreeg, moest hij de bakfiets verkopen en ruilde hij deze in voor een kettewagen. Achter het huis, het perceel liep toen tot aan de Achterweg toe (huur-prijs van woning + grond was f 2,50 per week), was ruimte genoeg voor een schuur, waarin wagen en ket konden worden gestald. Langzaam krabbelde Duinmeyer vooruit. De groei werd door de oorlog

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 54 - Oud Sint Pancras

Page 17: Klin 11 deel 2

onderbroken maar zette zich later weer voort. Twee zonen, Jan en Chris, kwamen bij vader in de zaak. Ook zij hadden hun ventwijken, die ze aanvankelijk met een kettewagen bedienden. Vlak na de oorlog verhuisde de firma Duinmeyer naar de Herenweg en kwam men te wonen in het huis, waarin later Cees van der Molen heeft gewoond. Chris werkt vanuit zijn garage. Venten met een kettewagen begon Jan op den duur te verdrieten, hij droomde van een ventauto. En deze droom werd werkelijkheid, al was deze van bescheiden aard: een driewieler, genaamd “TEMPO”. Voortaan ventten Jan en Chris met de “TEMPO”. Vader Duinmeyer moest aanvankelijk niets van de nieuwerwetse fratsen hebben. Op den duur veranderde dit:

Duinmeyer sr. Met Tempo.

Ook hij had een hekel aan natte, koude kleren, waarin je door-en-door verkleumd thuis kwam en ontdekte al gauw dat zijn jongens het beter hadden bekeken dan hij deed. Dus, alras kwam toen “TEMPO 2”. Na verloop van tijd begon eerst Jan en later ook Chris voor zichzelf.

In 1964 wist Chris zijn geboortehuis, dat zijn vader 17 jaar eerder had verlaten, te kopen. Opnieuw werd dit de uitvalsbasis van een Duin-meyer.

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 55 - Oud Sint Pancras

Page 18: Klin 11 deel 2

Chris werkt vanuit zijn garage.

Omstreeks 1969 bouwde hij op die plek een heel nieuwe winkel. Enkele jaren later, in 1975, gaf hij zijn ventwijk er aan: in de winkel was werk genoeg voor hem en zijn vrouw Clasien. Vaak moesten ze er nog extra hulp bijnemen, zoals Afra Floris, die lang bij hen was. Natuurlijk moesten ook zij met de tijd meegaan: - aardappels en wortels werden geschrapt, - enkele groentes werden gesneden - kriel en stoofperen werden gekookt - de rauwkost kwam, dus werden salades samengesteld. - het fruitassortiment werd uitgebreid. Op 1 juli 1995 beëindigde Chris zijn zaak. Nu is de winkel in gebruik bij COEN TOKO die er Indische gerechten verkoopt. Wel is Chris nog af en toe in een groentewinkel te vinden, nl. in de Julianastraat van Egmond aan Zee, waar zijn zonen Joh en Ed in vaders voetspoor treden.

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 56 - Oud Sint Pancras

Page 19: Klin 11 deel 2

REIN HUIBERS Kapsalon, Bovenweg 161Nadat hij de nodige ervaring had opgedaan als kappersknecht startte Rein, enkele jaren voordat de Tweede wereldoorlog begon, een eigen kapperszaak. Net als veel collega’s verkocht ook hij rookartikelen, eau de cologne e.d.

Kapsalon Rein Huibers

Toen de verplichte winkelsluiting zijn intrede deed schreef hij op de winkeldeur : WOENSDAGMIDDAG GESLOTEN. Op een woensdagmiddag kwam Jaap Ruys aanlopen, pijp met deksel in de mond, keek eens naar het opschrift, stapte vervolgens naar binnen, ging in de stoel zitten en wachtte de komst van Rein af. Toen Rein kwam nam Jaap, voor Rein iets kon zeggen, het woord en zei: “Wat lees ik, verkoop jij GESLOTEN? Daar wil ik straks graag een paar van meenemen. Je zegt maar wat het kost. Maar, voordat je me die dingen geeft, scheer me eerst nog even!” In die tijd werden jongens vaak ‘ponnie’ geknipt en ook meisjes gingen met een jongenskapsel over straat. Rein is omstreeks 1955 naar Canada geëmigreerd. De zaak werd overgedaan aan kapper Niek Doodeman.

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 57 - Oud Sint Pancras

Page 20: Klin 11 deel 2

Hierna waren er kruidenierswinkels – supermarkten van achtereen-volgens “oude” Jan van Zelm, die in 1958 van de Beneden- naar de Bovenweg verhuisde en zijn zoon Siem van Zelm. Daarna kwam Super De Boer en momenteel is er de SPAR-winkel van De Vries. NIESSINK Senior en Junior waren kleermakers op de hoek Bovenweg en Stenen-laan. Een Pancrasser, werkzaam op de hoogovens, liep dagelijks door de Stenenlaan naar de Bovenweg om daar op de bus te wachten. Toen hij daar op een dag weer eens gereed stond om naar zijn werk te gaan, stapten een vreemde mijnheer en mevrouw op hem af met de vraag: ‘Kunt U ons ook zeggen, waar hier de Stenenlaan is?’. Naar waarheid antwoordde de man: ‘Dat weet ik niet precies, ’t zal wel ergens in de nieuwbouw zijn, ga die kant maar eens uit! circa vijf minuten later zag onze nog op de hoogovensbus wachtende dorpsgenoot beide vreemdelingen weer aankomen. Ze keken niet erg vriendelijk in zijn richting, vandaar dat hij maar een straatje om ging. Toen hij weer op de Bovenweg kwam, was de hoogovensbus voorbij gegaan en wist hij, dat slager Jonker op de hoek van de Stenenlaan woont. Slagerij JONKER Bovenweg 182 Dirk Gerritsen, eerder kastelein te Veenhuizen, later landbouwer te Sint Pancras verkocht een perceeltje grond, dat hiertoe werd afgesplitst van een hem toebehorende akker. Koopman HENDRIK VAN DIGGELEN liet deze grond, kadastraal A 2113 en groot 0.0304 ha. bebouwen. Gedurende enige tijd dreven twee dames hier toen een hoedenzaak. Ook woonde en werkte de uit Hoorn afkomstige kapper Wormsbecher korte tijd in dit pand. In 1918 werd het verkocht aan slager FRED WORTELBOER. Een circa 85-jarige Benedenweg - bewoner weet zich nu nog te herinneren dat hij indertijd in de eveneens aan de Benedenweg gelegen ouderlijke woning de door Wortelboer geslachte varkens hoorde gieren. Op zijn beurt verkocht Wortelboer zes jaar later de slagerij aan HENDRIK JONKER, die er een Rund- Kalf en Varkensslagerij begon.

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 58 - Oud Sint Pancras

Page 21: Klin 11 deel 2

Hendrik en Gerard Jonker met een bekroonde slachtkoe. In 1952 verliet Jonker Sr. de zaak en ging iets zuidelijker wonen. Zijn reeds in de zaak werkzame zoon GERARD ging toen tevens het pand bewonen. Knechten uit die tijd waren: Simon Schoon, Jaap Keizer en Bosman, oprichter van de Alkmaarse wielerbaan Kleinzoon HANS werkte vanaf 1975 samen met zijn vader Gerard, die daarna zijn aandeel geleidelijk afbouwde en 1989 de zaak geheel aan Hans overdroeg. Deze werkt daar nu met zijn vrouw Greet van Baar en drie man vast personeel. Hoewel de zaak in de loop van de tijd de nodige moderniseringen en wijzigingen onderging, lijkt de ambachtelijke werkwijze nog veel op die van vroeger. Wel zijn de over de toonbank gaande producten niet meer dezelfde als vroeger, omdat de eetgewoonten van de klant drastisch zijn veranderd. In plaats van de ouderwetse sudderlapjes is er veel meer vraag naar de vlug-klaar-producten. Ook halfproducten als bami en nasi werden in opa’s tijd niet gevraagd, terwijl een ander product van deze tijd ‘het vlees in blik’ is. Dit wordt eerst op de ouderwetse manier aangebraden en vervolgens ter plaatse ingeblikt en gesteriliseerd. Een product, dat goed door de Keuringsdienst van waren wordt gecontroleerd. Was het vlees-in-blik aanvankelijk bedoeld voor verkoop in de

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 59 - Oud Sint Pancras

Page 22: Klin 11 deel 2

zomermaanden, nu is er gedurende het gehele jaar, om uiteenlopende redenen, vraag naar. Rookworst wordt nog op de ouderwetse manier gemaakt. Echter, kon de slager vroeger bij de dorpstimmerman terecht om zaagsel en krullen, nu is dit niet meer mogelijk. Allereerst omdat kozijnen e.d. praktisch niet meer zelf worden gemaakt, maar kant en klaar gekocht. Verder is de kans groot dat men zaagsel heeft van geïmpregneerd hout en dit mag in de rookkast van de slager beslist niet worden gebruikt. Kon men vroeger gratis zaagsel bij de timmerman ophalen, nu moet dit bij een speciaal bedrijf worden gekocht. Slachtte opa Jonker vroeger in het slachthuis zelf de gekochte koeien, nu wordt het vlees via een grossier van de slachthuizen betrokken. Naast tijdsbesparing heeft dit het voordeel dat men precies kan laten weten wat voor vlees men in voorraad wenst te hebben. Zelf slachten hield, wat dit laatste betreft, altijd een zeker risico in. Zelf vetsmelten, zoals de eerdere generaties nog wel deden, gebeurt niet meer. Ook het venten is verleden tijd geworden. In 1979, toen er personeelsver-anderingen plaats vonden, is dit afgeschaft. JOOP HOOGEBOOM Bovenweg 151 Bloemenkwekerij. In 1925 moest de aannemer Nicolaas Hoogland uit Bilthoven, om aan zijn verplichtingen te kunnen voldoen, dit pand laten veilen. Een van de laatste bewoners was de vader van Maarten Hoogland. Deze man liep erg mank, vandaar dat de jeugd dit rijmpje had gemaakt: De ouwe Mars, z’n ene poot recht, de andere dwars. Nadat Heuvel en J. Wagenaar eigenaars waren geweest kocht de uit Roelofsarendsveen afkomstige bloemenkweker JOOP HOOGEBOOM in 1955 de woning met achterliggende grond. Het perceel was toen circa 1½ ha groot. Ruim 30 jaar kweekte en verkocht hij hier bloemen. Door woningbouw e.d. werd de beschikbare oppervlakte steeds kleiner, waardoor eerst werd overgegaan op intensievere bedrijfsvoering door het gebruik van rolkassen en later het bedrijf werd beëindigd.

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 60 - Oud Sint Pancras

Page 23: Klin 11 deel 2

Joop vertelde wel eens te hebben gehoord, dat vroeger hier een herenspul stond met veel bessen- en fruitbomen. De eigenaar van dit fraaie pand, ene Ploeger, bezat een soort sjees, waarmee hij naar Alkmaar placht te rijden.

Joop temidden van bloemen met Niek Klaver en Frans van Baar RABOBANK Bovenweg 180 In 1920 werden plannen gemaakt tot het stichten van een Voetbal-vereniging en niet lang daarna ontstond de S.V. VRONE. HENDRIK GERRITSE, die slechts korte tijd eerder een café had laten bouwen op de splitsing van Kruisbosweg en Benedenweg en dit de naam “DE DRIESPRONG” had gegeven vond dit bepaald niet leuk en zag zich genoodzaakt zijn nieuwe pand te laten afbreken en bouwde dit weer op tegenover het nieuwe sportcomplex, op de hoek van de Bakkerslaan en Bovenweg. Gerritse bleef trouw aan de eerder gekozen naam “De Driesprong”. In het begin van de dertiger jaren verkocht hij zijn zaak aan JAN BOUWSTRA. Deze was daar bijna dertig jaar kastelein en gaf aan de zaak een andere naam nl. “HET WAPEN VAN VROONE”.

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 61 - Oud Sint Pancras

Page 24: Klin 11 deel 2

De bij dit café behorende toneel-zaal werd voor verschillende zaken gebruikt, zoals: repetities van

‘Zanglust’; gymnastiek- en andere uitvoeringen;

culturele evenementen, waar onder films en verder allerlei bruiloften en partijen. Bouwstra werd in 1958 opgevolgd door KUILMAN.

Cafe Bouwstra met Ireen, Martien en Sonja Hoogeboom Omstreeks 1975 werd het café afgebroken en kwam hier een bank-gebouw met de vermelding RABO. (Eerder was in Sint Pancras een BOerenleenbank, later is deze samengegaan met de uit Duitsland af-komstige RAiffeisenbank, welke fusie uit de nieuwe naam valt af te lezen). Aan de overkant van de Bakkerslaan eveneens aan de Bovenweg stond lang een houten huis met een kapberg, een klein boerderijtje, waarvan Maarten Hoogland een der laatste bewoners was. Maarten had geen winkel aan huis. Wel beheerde hij een snoep-winkeltje van Vrone, dat op het sportterrein stond. In die tijd ver-kleedden de voetballers zich bij hem aan huis. Huis en kapberg zijn in het midden van de zestiger jaren afgebroken. JAN SCHUT had een vaste standplaats bij de ingang van het voetbal-veld. Hij probeerde daar sinaasappels te slijten. BOETERSLAAN Bij het VRONEVELD, in het huis waar later Cor Piersma woonde, woonde eerder de weduwe JANNETJE BOOY – BISKANTER. Zij ventte in de Sinterklaastijd met een houten juk, waaraan een paar

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 62 - Oud Sint Pancras

Page 25: Klin 11 deel 2

bussen of manden hingen, vol met taai-taai en speculaas. Omstreeks 1950, 1960 had JAN WIT hier een autosloperij. Eerder deed hij dit op het erf van brandstoffen handelaar Cor Kooy. Jan woonde met Corrie Deutekom in de Boeterslaan. Ze hielden een varken, “Japie” genaamd. Ze gunden dit beest de nodige vrijheid: meestal zwierf het wat rond over het erf. Zoekend naar wat eetbaars ging het ook regelmatig naar de buren. Ja, zelfs bij de Achterweg-bewoners snuffelde het dier rond. Dit duurde tot Corrie ontdekte dat ze het dier lange tijd niet had gezien, waarop ze naar buiten stapte, roepend: “Japie!” Met opgeheven krulstaart holde het dier dan huiswaarts. DIRK VOLGER had aan dit laantje zijn groentehandel. Nadat Dirk eerst gedurende een aantal jaren zijn vader had geholpen met melkventen, werd hij in 1946 knecht bij zijn oom Klaas Bus, toen diens zoon Hark iets anders ging doen. Enkele jaren later begon Dirk als zelfstandig groenteventer en daarvoor mocht hij een gedeelte van de schuur van zijn oom gebruiken. Na dit enige jaren te hebben gedaan, trouwde hij en ging wonen aan het Bullepad in het huis van Arie Nieuwland. Hij ventte toen met paard en wagen, stalde deze in de schuur van oom Klaas. Een stukje weiland bezat hij niet, het gras moest bijeen worden gescharreld. Later kwam hij in de winkel aan het Kerkplein. Zijn vrouw lette op de winkel, Dirk ventte in Alkmaar en in de Zaanstreek en had zich daarvoor een oude Ford aangeschaft. De winkel leverde niet op wat ervan werd verwacht. Oom Klaas kreeg ruimtegebrek en vroeg Dirk om een andere berging te zoeken. Twee redenen om naar iets anders uit te kijken en dit werd in 1964 gevonden toen hij het huis van Cornelis Kossen aan de Boeterslaan, Aurora genaamd, op een Openbare Verkoping wist te kopen. Zo kreeg hij naast een redelijke woning tevens voldoende opslagruimte. (De op-brengst van deze verkoping kwam voornamelijk ten goede aan het be-kende Kossenfonds). (Kadastergegevens vertellen dat de fa. PEEREBOOM - HART - RIEDEL, resp. Hillebrand Peereboom zadelmaker te Nieuwe Niedorp, Pieter Hart Gerritszoon timmerman en aannemer en Maarten Riedel smid, beide laatsten te Sint Pancras in 1906 een perceel bouw- en weiland kochten en er een woning bouwden en daarbij het hoenderpark AURORA stichtten en exploiteerden.

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 63 - Oud Sint Pancras

Page 26: Klin 11 deel 2

Radioman Pieter Volkers, de vader van groenteboer Simon, groentehandelaar Piet en aardappelhandelaar Aris Volkers, exploiteerde in ‘t begin der 20e eeuw dit park. In 1910 werd het gekocht door de familie Kossen, die toen bestond uit de weduwe Kossen - Buhrmann en haar minderjarige kinderen Simon, Cornelis, Jacob en Grietje.)

Aurora

Tot 1979 bleef Dik venten in de Zaanstreek en Sint Pancras. Alkmaar kon hij al eerder niet meer bijbenen. In het voorjaar van 1979 kreeg hij teveel last van zijn been en maakte hij per advertentie het volgende bekend:

Na 44 jaar langs de huissies willen m’n bienen niet meer. Iedereen die bai main aardappels, groenten en fruit kochten bedank ik, ôk die are die niet kochten, aars had ik al veul eerder ant labberént weest. ‘t mannetje dat nag voor je deur kwam.

Dat de klanten hem waardeerden, blijkt uit de vele brieven, taarten en bloemstukken die “onze zeer gewaardeerde groenteman” bij die gelegenheid ontving. Enkele dames beantwoordden hem “in stijl”:

De groenteman z’n biene, moste ut mééverdiene. Nou wulle ze niet meer

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 64 - Oud Sint Pancras

Page 27: Klin 11 deel 2

en komt ie voor de leste keer. De klante benne niet zo bloid want ut was wel een leuke toid. Hoi maakte af en toe een grap. In zoene was ie ôk hiel knap. Nou hep ie, dat is buiten koif een zee van toid voor aigen woif. Ze gane met de caravan deur Europa roie Dus ziene we hullie in gien toie. Woi, vrouve, benne puur ontdaan maar wense je een roik bestaan.

ROEL M. VAN WESTEROP Bovenweg 147 Op de hoek Bovenweg - Boeterslaan had Van WESTEROP een dienstverlenend bedrijf, waar men voor accountants- en belastingzaken terecht kon. Tevens sloot hij er verzekeringen af en kon hij van daaruit tevens de verrichtingen van Vrone in het oog houden. Vlak na de oorlog begon hij zijn bedrijf in een schuur achter Wagenaar - Pilkes. Omstreeks 1955 liet hij een kantoor en woning bouwen aan de Bovenweg. GARAGE HONIG Bovenweg 141 – 145 Het beroep van Wim Honig was automonteur. Nadat hij elders in enkele garages had gewerkt, ging hij – nog voor de oorlog – bij Gijs Schot aan de slag. Een kosthuis vond hij bij de weduwe Niessink. In 1947 startte hij met zijn zwager Nico Besse een eigen bedrijf. Hun werkplaats was de garage, die eerder van Jan Wit was geweest. (Wim en zijn vrouw woonden toen aan de overkant op nummer 164) Van zijn vader had Wim een in de oorlog ondergedoken vrachtauto, Chevrolet 1930, overgenomen en hij begon zijn zelfstandig bestaan als vrachtrijder: vooral bloembollentransport naar Lisse e.o. Na enkele jaren zagen de compagnons in dat het bedrijf voor twee man aan de kleine kant was, vandaar dat hun wegen scheidden.

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 65 - Oud Sint Pancras

Page 28: Klin 11 deel 2

Garage Honig in 1972 toen St. Pancras zich met succes verzette tegen de Alkmaarse annexatiedrift.

Het garagewerk, reparatie en verkoop, strekte zich ook uit tot landbouwmachines als agria’s, de éénwielige Coolwood voor schoffelen, aanaarden e.d. Naast het garagewerk had Honig een taxibedrijf. In 1957 betrokken Wim en zijn vrouw een nieuwe woning op eigen terrein, Bovenweg 145. Toen in 1962 vader Wim overleed, nam zoon Yde de zaak over. Hij liet in 1964 een nieuwe garage bouwen. In 1990 moest Yde om gezondheidsredenen met dit werk stoppen vandaar dat hij de zaak verkocht aan ROB VAN HOUTEN. Fam. MEIJER SIGAREN, Bovenweg 172-174. Omstreeks 1910 kwam de familie Meier vanuit Groningen naar Sint Pancras. Vader Okko vond voor zijn gezin onderdak op de plaats van het huidige Benedenweg 103. Later verhuisden ze naar het begin van de Benedenweg waar later Cor Boskamp woonde. Bij dit huis behoorde een koolboet en daarin had Meier ruimte genoeg om een sigarenmakerij te beginnen.

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 66 - Oud Sint Pancras

Page 29: Klin 11 deel 2

Omstreeks 1925 liet hij door Bram Smit een huis met een werkplaats aan de Bovenweg bouwen en daar zette hij de sigarenmakerij voort, hierbij al gauw geholpen door zijn beide zonen Ernst en Hennie. Aanvankelijk gingen de zaken vrij goed: geleverd werd aan winkeliers in Sint Pancras en in de Langedijk, maar ook particulieren kwamen sigaren kopen. Geregeld kwamen de commiezen op bezoek, die controleerden of elke sigaar wel voorzien was van een blauw bandje. (Deze bandjes moesten ze van de belastingdienst kopen. Op deze manier werd de accijns betaald). De tabak kwam voornamelijk uit het toenmalige Indië en werd door vader Meier in Amsterdam gekocht. In grote balen kwamen de tabaksbladeren hier aan. Ook hadden ze Havanna en Brasil in voorraad. Door middel van verschillende blokken werden sigaren van diverse grootte gemaakt, die meestal in kistjes van 50 of 100 werden verkocht. Sommige particuliere klanten kochten graag “zo van de tafel”. Toen gebeurde, tot vermaak van vader en zonen het volgende:

“Graag tien sigaren!” “Moeten ze in een brieffie, Gert?” “Ja, doe maar.” “Alstublieft, Gert!” “Dank, je!” zegt Gert, peutert de 10 sigaren uit het zakje, steekt deze in zijn zak en werpt vervolgens het zakje weg.

PIETERTJE VERMEULEN Bovenweg 139 (1938-1951) Omstreeks 1915 woonde in dit huis de metselaar Nierop, vader van veel zonen o.m. de reeds lang overleden Piet en Jan Nierop, die eveneens metselaars waren. (zie verhaal mevr. Ruys). JAN WIT, getrouwd met Pietertje Vermeulen, had hier in het begin van de dertiger jaren een expeditiebedrijf. Hij reed o.m. veel bloembollen naar de veiling in Lisse. Toen het bedrijf bestaande uit twee vrachtauto’s, een INTERNATIONAL en een MANCHESTER, niet meer floreerde werd dit door broer Anton Wit overgenomen. Deze moest vanwege zijn handicap derden in dienst nemen, onder andere een Jan de Wit. Later zette Anton het expeditiebedrijf voort met zijn schoonzoon Jaap onder de naam Wit en Volger.

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 67 - Oud Sint Pancras

Page 30: Klin 11 deel 2

Ca 1930 – Manchester vrachtauto gemaakt door WILLY’S Ook het huwelijk van Jan Wit en Pietertje Vermeulen floreerde niet, vandaar dat ze besloten uit elkaar te gaan. Om in haar onderhoud te voorzien begon PIETERTJE VERMEULEN, geholpen door enkele familieleden, een manufacturenwinkel. Daartoe moest een slaapkamer in winkel worden veranderd en van een toegangsdeur worden voorzien. Na ruim veertig jaar deze zaak te hebben gedreven stopte ze omstreeks 1980. In een notariëel opgemaakte boedelakte lazen we dat de in 1957 overleden erflaatster nog schuldig was aan mevrouw P. Vermeulen, pedicure te Sint Pancras, twee gulden en vijftig cent. Ze oefende dus ook dit dienstverlenend beroep uit. Enkele jaren geleden kwam in dit pand een kappersbedrijf. JAN WIT was lange tijd autosloper, o.a op Bovenweg 121 en in de Boeterslaan.

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 68 - Oud Sint Pancras

Page 31: Klin 11 deel 2

Winkel - woonhuis en garage van Jan Wit en Pietertje Vermeulen ANTOON WIT Bovenweg 133 Aanvankelijk werkte Anton Wit bij zijn vader, die aan de Benedenweg ter hoogte van het huidige ‘Klein Texas’, een brandstoffenzaak had. In juni 1923 kreeg Antoon een ongeluk. Hierover bracht de ALKMAARSCHE COURANT van 5 juni 1923 het volgende bericht: BROEK OP LANGEDIJK. ERNSTIG ONGELUK

Toen gistermiddag de trein van 5.16 van Broek op Langendijk weder naar Alkmaar vertrok, kwam bij den overweg op het zuideinde van Broek op Langendijk de heer Anton Wit van Sint Pancras met zijn wagen aanrijden. Ziende dat hij niet meer kon passeeren voor den trein, haalde hij zijn paard terug, doch de laatste wagon van den trein greep het voorstel van zijn wagen met het gevolg dat de heer Wit van den wapen sloeg en volgens ooggetuigen onder het wiel van den spoorwagen kwam. Inmiddels was het paard ook omgevallen en trapte hem in den rug. Hevig bloedend werd hij bij den heer W. Hopman ingebracht, waarop onmiddellijk de dokter werd gewaarschuwd. Na verbonden te zijn werd de heer Wit per auto naar het Gasthuis te Alkmaar vervoerd. De arm vertoonde een diepe snede in het

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 69 - Oud Sint Pancras

Page 32: Klin 11 deel 2

midden en bovenaan een gapende wonde. Nader vernemen wij dat de arm geamputeerd moet worden. Het was zijn rechterarm, zodat hij als jonggehuwde man, vader van twee kleine kinderen, er slecht aan toe is.

Dit kan worden aangevuld met: Wit haalde op die ongeluksdag vrachten steenkool uit Langedijk. Terwijl hij naar huis reed met de laatste vracht van die dag zag hij de trein, die goederen en passagiers vervoer de en op die plaats vrij langzaam reed, het punt naderen waar de rails de weg schuin kruisten. Hoewel hij waarschijnlijk nog wel voor de trein langs had kunnen komen, besloot hij het zekere voor het onzekere te nemen en hield paard en wagen in. Toen de trein de weg overstak, liet de machinist, om het verkeer op deze manoeuvre attent te maken, de stoom fluit gillen. Hiervan schrok Wits paard geweldig, het beest deed een sprong met het bovenomschreven gevolg.

Door Anton overgenomen vrachtauto. Personen van l.naar r.: Anton Wit, Engel Volger-Wit, Trijnie Wit, chauffeur Jan de Wit, Jaap W. Hottie en Stoffel

Bouwstra, Tinie W. In de verte Slager H,Jonker en mevr, P.Kloosterboer.

Om in hun onderhoud te kunnen voorzien, besloten Wit en zijn vrouw een winkel te beginnen. Een slaapkamer had bij een vroegere bewoner gediend als schoenmakerswinkel (zie verhaal mevrouw Ruys - Slik) en deze werd nu omgetoverd tot kruidenierswinkel.

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 70 - Oud Sint Pancras

Page 33: Klin 11 deel 2

Al gauw hadden ze, wat je noemt een winkel van Sinkel, er was van alles te koop: mattenkloppers, aspirine, snoep, koeietouwen, boezemschoppen, ansichtkaarten, grutterswaren, potten en pannen enz. enz.

Anton Wit met z’n ventwagen.

Aanvankelijk was de nieuwbakken kruidenier niet zo goed op de hoogte met hetgeen hij te koop aanbood, zo wist hij niet het verschil tussen sago en aardappelmeel, dat toen op dezelfde manier werden verpakt. Hij vroeg dan: “Moet je zo’n rood of zo’n blauw rolletje?” Tot in Koedijk strekten de activiteiten zich uit en ook daar trok de nieuwe zaak flink wat klandizie. Mevr. Wit was afkomstig van Koedijk kanaal en zodoende was iedereen daar op de hoogte van hun wel, maar vooral van hun wee. Eerst werden de klanten bezocht om te vragen wat ze nodig hadden. Vaak gaf de kruidenier aan elke klant een opschrijfboekje, waarin deze zijn bestellingen kon noteren. De ingevulde boekjes werden opgehaald. Vervolgens ventte hij met paard en wagen de bestellingen uit en werden tevens de bestelboekjes weer terugbezorgd. Twee jaar later was de winkel reeds te klein en moest deze worden vergroot.

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 71 - Oud Sint Pancras

Page 34: Klin 11 deel 2

1929 Kruidenierswinkel Wit.

Personen van l.nr. r.: J. Groen-v.d.Werf, mevr., Annie, Trijnie, Anton Wit. Wit verkocht ook in het groot: in de crisistijd begonnen Jacob Madderom, (Benedenweg, nu Piet van Gracht) Aris Bobeldijk (Bovenweg nu Cees en Meino Bakker - Baken) en Cor Groen (Benedenweg noordkant boerderij nu Sjaak Wit) winkeltjes aan huis, van waaruit ze wat verkochten aan familieleden, buren, vrienden en bekenden om wat neveninkomsten te hebben. Hun voorraden betrokken ze bij Wit. Ging aanvankelijk mevrouw Wit mee venten, later deden hun dochters dit. Toen omstreeks 1960 de laatste dochter trouwde, vond het echtpaar Wit dat het genoeg was. Om weer met vreemden te werken hadden ze geen zin meer in, dus werd de winkel opgeheven en het huis werd verbouwd, zodat de jongelui meteen van woonruimte waren voorzien. DIRK PLOEGER Bovenweg 131 In het huis, waarin eerder zijn vader een postkantoor had, begon DIRK PLOEGER een oliehandel en ventte hij met de petroleumkar. Er is een verhaal dat Dirk met paard en wagen onder het spoor geraakte. Of hij tengevolge van dit ongeluk mank liep, vermeldt het verhaal niet. Wel, dat voor hem een geldinzameling werd georganiseerd, zodat hij in staat was om een nieuwe kettekar aan te

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 72 - Oud Sint Pancras

Page 35: Klin 11 deel 2

schaffen. Hiervan kwam echter niets... Ook Dirk lustte graag een borreltje. Dirk werd door de jongens “Dirk-tik” genoemd omdat hij tussen elke stap een flinke tik met de stok op de grond gaf. Als hij enigszins aangeschoten was, werd het aantal tikken opgevoerd. Wie een geit of konijn wilde laten slachten, kon hiervoor ook bij Dirk terecht.

Olieventer Dirk Ploeger op de Benedenweg ter hoogte van de Helling. In de

boerderij woonde toen Ootje Peerdebos. (foto Joop Vermeer) MARIJTJE BLOK Bovenweg 162 MARIJTJE BLOK gaf naailes. In het huis van Niek Visser (Been) woonde kapper KRAAKMAN. Deze verhuisde later naar de Nollen en vestigde zich daar in de latere schoenwinkel van P. Bos. Rein Huibers heeft bij hem het kappersvak geleerd. Ook woonde hier een kapper MEURS. Eerder woonde in dit huis aan de zuidkant een vroedvrouw, die zowel vrouwen als mannen ‘verloste’. FRITS WORTELBOER Bovenweg 127 Deze vroegere slager kocht en verkocht, toen hij wat ouder werd, kippen en konijnen. Ook slachtte hij voor anderen klein vee.

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 73 - Oud Sint Pancras

Page 36: Klin 11 deel 2

Bovenweg links 1e huis nr. 162, 3e hogere huis Jaspana nr 156, daarnaast de latere snackbar, in de verte rechts, vooruitstekend de bij de herberg op nr. 121 behorende stal. Jan Spaan Dzn Bovenweg 156 Het huis, waarin lang Tames Bobeldijk woonde, liet Jan Spaan Dzn. in 1911 bouwen als sigarenfabriek. Hij voerde als sigarenmerk ‘Jaspana’ en was getrouwd met de uit Heer Hugowaard afkomstige Teuntje Tromp. Spaan heeft zich later in Alkmaar gevestigd. Snackbar ‘HET HAANTJE’ Bovenweg 154 Dit in 1906 gebouwde huis was eigendom van K. Visser, en door sigarenmaker J. Spaan als huurder bewoond. Spaan oefende zijn beroep uit in een achter het huis staande schuur, die ‘fabriek’ werd genoemd. Zoals boven werd vermeld, schoof hij een vijftal jaren later een woning zuidwaarts op. De uit Buiksloot voor het water gevluchte GERT JONKER werd toen eigenaar en bewoner en had hier een vrachtbedrijf en tegelijk een winkeltje van tabak en sigaren. Zijn zoon JAN JONKER verhuisde later met het vrachtbedrijf naar de overkant van de weg. Aanvankelijk reed Jonker veel zand, (de afgezande bovenlaag van onder andere de Vronevelden).

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 74 - Oud Sint Pancras

Page 37: Klin 11 deel 2

de tabakswinkel van expeditiebedrijf Jonker.

In latere jaren toen Jans zonen GERT, JAN en WIM meewerkten in de zaak, kwam deze tot grote bloei, hetgeen mee te danken was aan het ‘prima rollende materieel’. Tot in de bollenstreek hadden de Jonkers een goede naam. Na hen, tijdens en vlak na de tweede wereldoorlog, woonde Gert Groot er enkele jaren. Zijn vrouw verkocht rookwerk en snoep. Gert ventte brood voor zijn vader, die een bakkerij had aan de Benedenweg. Toen Gert de bakkerij overnam, vestigde JAAP MADDEROM zich in de winkel. Aanvankelijk woonde Jaap als tuinder aan de Benedenweg, net aan de zuidkant van de huidige Nobelhof. Toen hij merkte, dat op de akker weinig te verdienen viel, begon hij op zolder met een thuiswinkeltje van kruidenierswaren. Door te verhuizen naar deze winkel kreeg hij iets meer armslag voor zijn negotie. Toen wettelijk werd bepaald dat tabaksartikelen en kruidenierswaren niet in dezelfde ruimte verkocht mochten worden, verbouwde hij het huis zo, dat aan de voorkant een kruidenierswinkel was en opzij de tabaksverkoop plaats kon vinden. HERBERG en DOORRIJSTAL Bovenweg 121 De 95-jarige mevrouw Ruys - Slik vertelde: In 1902, ik was toen twee jaar oud, verlieten wij Lutjewinkel, waar mijn vader de eerste bewoner was van het huis waarin de kaasfabriek was

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 75 - Oud Sint Pancras

Page 38: Klin 11 deel 2

en vestigden ons te Sint Pancras. Voor ons was Simon Lek daar herbergier. Hij ging als rentenier in Heiloo wonen. Hij was in 1876 reeds herbergier. Mijn vader Klaas Slik werd hier vrachtrijder. Hij had drie wagens: Op maandag en zaterdag reed hij met de open bakwagen naar Alkmaar. De winkeliers uit Pancras hadden daar hun bestellingen bij de grossiers gedaan en vader moest die voor hen ophalen. Op andere dagen reed hij met de tentwagen. Zelf zat hij op de hok en dat was een koud baantje, daar moest je goed op gekleed zijn, en achter hem zaten de passagiers. Heel wat keren moest hij dokter Melchior uit Koedijk halen voor een vrouw, die moest bevallen of een ernstig zieke. Verder hadden we nog een driewieler kar. Dan hadden we nog akkers in de Achtergeest en een kas. Mijn moeder, Trien Galis, moest voor de herberg zorgen. Ze heeft daar heel wat meegemaakt. Achter ons lag een flink stuk land. Het was toen nog hoog, nog niet afgezand. Daar stond een soort houten keet, waarin een stel polderjongens huishielden. ‘s Vrijdags vingen ze hun geld en dan moest het even gebeuren: Ze gingen zichzelf op één of meer borreltjes trakteren. Bij ons stond naast de tap altijd een kan met water. Een van die jongens verdacht mijn moeder ervan, dat ze zijn glas gedeeltelijk met water uit die kan had gevuld en wilde haar met de kan op haar hoofd slaan. Een ander probeerde met een zaag een stuk van een poot van de biljarttafel af te zagen. Als kind was ik bij zulke situaties vreselijk bang. Ik kroop dan van angst in een hoek van de kamer. Als kinderen waren we vaak aan het bochten op de Bovenweg. En we zongen: “In spin, de bocht gaat in, Uit spuit, de bocht gaat uit.” Dat kon toen nog zonder gevaar gebeuren. Of we hadden drijftollen met van die mooie kleuren. We waren toen met een beetje reeds blijd. Ook probeerde ik wel eens te fietsen op vaders fiets. Die had zo’n

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 76 - Oud Sint Pancras

Page 39: Klin 11 deel 2

dubbele stang en daar moest ik eerst met mijn been over heen. Een heel karwei. Maar je had toen nog overal klinnen langs de weg en daar maakte ik wel gebruik van. Vaak reed ik van klin naar klin. Eens stapte ik onze voorkamer binnen. En toen stond daar zomaar een fonkelnieuwe fiets. Ik zei: Hé, daar staat zomaar een fiets in de voorkamer. Hoe kan dat nou? Ik mocht dat helemaal niet zien, want die hadden mijn ouders gekocht voor mijn verjaardag. Toen ik er voor het eerst op fietste, kwam ik bakker Vries tegen. Hij stak zijn hand op, net alsof hij wilde zeggen: Nou, nou!

Nu ik oud ben, zeg ik wel eens: Het nieuwe brengt veel goeds, maar ‘t ouwe laat veel goeds achter!

We hebben een jaar of zes in de herberg gewoond. Naast ons woonde manke Dirk (Ploeger) en ook Jannes Ploeger met Geertjebuur. En daarnaast, in het huis van Anton Wit, woonde weer een Ploeger. Die had een schoenwinkeltje. In zijn winkel had hij een rek met schoenen staan. Op zaterdagavond deden kwajongens wel eens stilletjes zijn winkeldeur open en gooiden dan dat schoenenrek onderste boven. Dat maakte een heel kabaal en dan lag het winkeltje bezaaid met nieuwe schoenen. Nog iets verder woonde in een oud huisje metselaar Nierop. Ze hadden zes of zeven jongens. Dus die vrouw had het bar druk. Ze kwam aan haar zelf niet toe. Later, toen de jongens de deur uit waren, zat ze eens op een mooie dag buiten voor het huis te breien. Ze zat op een heel gewone, rechte stoel en ze was heel ijverig bezig. Toen kwam haar man thuis en die zei tegen haar; “Heb jij niks beters te doen?” Ik hoorde dat, want ik fietste toen net voorbij. Weet nog dat ik toen dacht:” Wat ben jij een lillijke kerel.” In 1908 liet mijn vader een huis naast de herberg bouwen. (Nu Bovenweg 119) Dat land hoorde bij de herberg. Wij gingen in dat nieuwe huis wonen en de zaak werd verkocht aan PETRIE, die er een schildersbedrijf begon. Zijn vrouw, een dochter van Blok, zei geregeld tegen hem: “Hoe lang moet ik hier nu nog in dat achterkamertje zitten?” Hij heeft het toen laten verbouwen, zodat ze zicht op de Bovenweg kreeg. Ook PIET VOLKERS de groenteman woonde er enige tijd.

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 77 - Oud Sint Pancras

Page 40: Klin 11 deel 2

Later heeft JAN WIT daar nog auto’s gesloopt. Omstreeks 1938 kwam COR KOOY, de brandstoffenboer er. Mijn moeder is niet zo oud geworden, mijn vader werd heel wat ouder. Hij heeft nog in de oude Molenhoeve gewoond. Mijn man en ik hebben lang in het huis gewoond, dat mijn vader in 1908 liet bouwen. Een zwager van ons was Jaap Timmerman. Die was getrouwd met Mar Ruys. Als een van de eigenaren van de firma Timmerman wist hij wat beter dan anderen, wat er in de wereld te koop was. Voor de oorlog reeds zei hij tegen mijn man: “Wout, je moet proberen om bij de voedselvoorziening te komen.” Mijn man werd toen controleur. In de oorlog moest hij de graanvoorraden bij de boeren opnemen. Wout gaf dit altijd iets te laag op, zodat die mensen wat voor zich zelf hadden. Dat leverde ons dan weer wat kaas, spek of wat ander eetbaars op. Als ‘s avonds omstreeks elf uur de Engelse bommenwerpers kwamen overvliegen, zei hij vaak: “Daar heb je die rotters weer.” Want dat maakte altijd veel lawaai. Mijn grootvader Slik zei steeds:

“Oorlog is er altijd weest en oorlog zal er altijd blijven”

Als klein jochie maakte hij nog de komst van de Russen mee. (in 1797). Met zijn ouders woonde hij toen in de Langereis en een Kozak tilde hem voor zich, op zijn paard. Iets verder dan ons woonde schoenmaker Kriek. Een van zijn zoons heette Jaap, hij woonde later aan de Benedenweg, waar eerder Hein Gerritse een café had. Uit gegevens van het kadaster blijkt dat CORNELIS WOGNUM, eerder landman te Koedijk, op dit adres herbergier was van ‘HET WAPEN VAN SINT PANCRAS’. Van dezelfde Cornelis Wognum wordt in Klin 9 op bladzijde 70 vermeld dat hij in 1871 vrachtrijder en in 1878 kastelein te Sint Pancras was, hetgeen doet veronderstellen dat hij evenals Klaas Slik en Simon Lek beide beroepen tegelijk beoefende. Vermoedelijk kon hij het niet bolwerken. De opmerking van zijn schoonzoon (Klin 9 bladzijde 68, 69) steunt dit vermoeden. In ieder geval wordt de herberg in 1884 bij veiling verkocht aan de Alkmaarse kandidaat-notaris Borghard v.d.Veen, die het doorverkoopt aan Reinardus

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 78 - Oud Sint Pancras

Page 41: Klin 11 deel 2

Cohen Stuart, procureur te Alkmaar. In hetzelfde jaar verkoopt Stuart de herberg aan Simon Lek, Het geheel bestaat dan uit: A 1355 huis met erf en stal samen groot 0,0390 ha A 1356 een tuin groot 0,6730 ha A 1357 weiland groot 0,4540 ha A 1358 weiland groot 0,5800 ha totaal 1,7460 ha In 1893 maakte ene D. KORVER per advertentie in de Alkmaarsche Courant bekend dat hij het café Het Wapen van Sint Pancras heeft overgenomen. DIRK BIJLSTRA Bovenweg 148. Omstreeks 1920 begon de uit Broek afkomstige Willem Keizer een boter- en kaaswinkel. Hij liet deze naast zijn woning aan de Bovenweg bouwen. Keizer was erg muzikaal. Op zijn 18e jaar, hij werkte toen nog in Broek op de akker, werd hij daar al dirigent van een muziekkorps. Later in Sint Pancras vormde de muziek voor hem een nevenberoep: hij werd toen ook nog dirigent van meerdere zangkoren. Eén ervan was het Pancrasser christelijk gemengd koor “Looft den Heer”.

Willem Keizer voor zijn boterwinkel.

De KLIN nr. 11 - 1996

Historische Vereniging - 79 - Oud Sint Pancras