freya versluys d ertig jaar armoede en budgetbegeleiding
TRANSCRIPT
DERTIG JAAR ARMOEDE EN BUDGETBEGELEIDING
FREYA VERSLUYS
Voorzitster van VZW ‘t Vergiet in Gent
Is wetenschappelijk medewerkster aan de Universiteit Gent, Arteveldehogeschool en vakgroep Sociologie
INDIVIDUELE SCHULD
Armoede verklaren focus op de armen zelf focus op maatschappelijke structuren en
mechanismen Individueel schuldmodel
Verkeerde opvatting over arme mensen zogezegde foute waarden en normen armere mensen zijn gevoelig aan kopen op krediet
Individuele tegenslagen Buiten de wil van het individu Budgetproblemen
Onberedeneerd koopgedrag Onvoorziene gebeurtenissen
MAATSCHAPPELIJK TEKORT
Twee maatschappelijke verklaringen Maatschappelijk ongevalmodel
Armen kunnen niet mee met de snelveranderende maatschappij
Armen komen achterop Gebrek aan kennis en vaardigheden = gebrek aan
kansen Maatschappelijk schuldmodel
De economie krijgt de schuld vrijheid kredietmaatschappijen maakt slachtoffers
Overheid neemt geen verantwoordelijkheid hierdoor versoepelt mogelijkheid ‘kopen op
afbetaling’
SCHONE SCHIJN
Er wordt gefocust op individu én samenleving Twee vaststellingen
1 Geld alleen volstaat niet om de cliënt er terug
boven te helpen Hulpverlener moet cliënten duidelijk maken dat ze
uit hun huidige leefwereld moeten komen
2 Soorten cliënten: schuldigen en slachtoffers
onderscheid wordt zelden doorgetrokken Zelden link tussen oorzaken budgetprobleem en
de interventies die erop ingezet worden Weinig argumenten dat budgetbegeleiding zinvol
is om armoede te bestrijden Men ziet maatschappelijke problemen maar doet
er niets aan
ZWARTKIJKEN
Vanaf 1979: morele oordelen worden geveld én aangeklaagd
Budgetbegeleiders stoten op een té klein inkomen Kunnen slechts af en toe wat verlichting bieden
Budgetbegeleiders doen alleen maar aan armoedebegeleiding
Maatschappelijke oorzaken van financiële moeilijkheden worden niet opgelost
Budgetbegeleiding versterkt maatschappelijke breuklijnen Generatiearmen zijn moeilijkst te helpen
Mattheüseffect Grootste voordelen komen bij betere burgers terecht
OP VOET VAN ONGELIJKHEID
Budgetbegeleiders zitten ‘vast’ in hun opdracht Vraag naar wettelijke maatregelen
het blijven helpen met zachtaardige (hulpverleners)handen volstaat niet meer
Budgetbegeleiding zal nooit aan maatschappelijke verhoudingen raken
Hulpverleners aan cliënten Leren budgetteren!
Cliënten aan cliënten In groepssessies Leerkansen worden geoptimaliseerd ‘Verweer’ tegen maatschappelijke verhoudingen
groeit Groepswerk kan financiële problemen
verminderen empowerment!
Cliënten aan hulpverleners Door beter te luisteren kunnen hulpverleners ook
wat opsteken
MORALISERENDE MACHT
Relationele gelijkheid tussen budgetbegeleiders en cliënten: positieve basishouding
Open blik niet te snel veroordelen echte belangstelling meeleven …
Samen werken, samen oplossingen zoeken Hulpverleners moeten cliënten op hun
verantwoordelijkheden wijzen Leefgewoonten samen fundamenteel veranderen
‘Normatief’ oordeel bvb: ‘overdreven’ consumptiepatronen lijkt op
eerste zicht inhoudelijk verschil, bij nadere beschouwing relationeel verschil
Klachten over de manier waarop hulpverleners met cliënten omgaan Verwijt: sociale controle en inmenging in het
privéleven van de cliënten
BEMOEIEN OM TE GROEIEN
Bemoeien, een goede zaak? Voorstellen ten gronde uitwerken, stimuleren, op
de rem staan,… Moraliserende en onaanvaarde praktijk?
Vanuit moreel standpunt: bemoeien goede zaak Wanneer dit gedaan wordt: cliënt wordt bevrijd
van overbodige zaken, meer energie voor iets anders
Factoren die slaagkansen budgetbegeleiding beïnvloeden Voldoende hoog inkomen is voorwaarde voor
geslaagde budgetbegeleiding Leefbaar inkomen Externe factoren met indirecte invloed Te weinig tijd per dossier (hulpverlener) Relationele gelijkheid
hiermee kan men empowerment en maatschappelijke veranderingen activeren
CONSEQUENTIES VOOR PRAKTIJK EN BELEID
Houvast voor hulpverleners onderscheid tussen relationele en inhoudelijke
ongelijkheid Armoedebegeleiding i.p.v. armoedebestrijding
Takenpakket preventief verruimen naar maatschappelijke perspectieven
Bij werkontwikkeling aansluiting vinden bij een diversiteit van cliënten
Kansen op empowerment goed inschatten Radicaler optreden tegen commerciële
ondernemingen Overcreditering belemmeren
Lage inkomens optrekken naar een aanvaardbaar niveau
Sociaal beleid is meer dan een residueel beleid voor marginale groepen
BESLUIT
Er moet nog veel gewerkt worden aan budgetbegeleiding Budgetbegeleiding moet nog gekoppeld worden
aan empowerment Bemoeizorg is noodzakelijk
Cliënt krijgt meer vrijheid, tijd voor andere zaken, problemen
Het hele proces zal heel wat tijd vragen!