een gedenkjaar - klm-mra.be · volgen. de wandelaars traden in de voetsporen van de belgische en...
TRANSCRIPT
Een gedenkjaar
2015
Jaarverslag
3
Inhoudstafel
InleIdIng P. 5
Het KlM Kort P. 6
• Opdracht P. 7
• Visie P. 7
• Organisatiestructuur P. 8
• De beheerorganen P. 9
Publiek P. 10
• Groot succes voor de tentoonstelling 14-18, dat is onze geschiedenis!: een verlenging én een onderscheiding P. 11
• De Dodengang is 100 jaar P. 12 P. 13
• Een unieke tentoonstelling bovenin de arcades P. 14
• Een internationaal congres over mode in 1815 P. 15
• De New Waterloo Dispatch P. 15
• Erfgoeddag in Gunfire P. 16
• NUTS in Bastogne Barracks P. 17
ColleCtIes P. 18 • Het autokanon is 100 P. 19 • Nieuwe prestigieuze publicaties P. 20
• Wijziging in het documentatiecentrum: een lezerskaart en nieuwe reproductietarieven P. 21
• Een zuiverdere lucht voor de collecties van het Museum P. 22
• Oprichting van een Aanwinstencommissie P. 23
CIjfers P. 24 • Financiën P. 25 • Personeel P. 26
• Evolutie van de bezoekerscijfers P. 28
Colofon P. 30
• Wetenschappelijke lezingen P. 31
5
2015 zat vol contrasten en het Museum
maakte een woelige periode door.
Het jaar werd vooral getekend door een
pijnlijk en droevig afscheid. De instelling
heeft inderdaad één van haar waar-
devolste medewerkers verloren, Piet
De Gryse, die sinds april 2014 mee de
directie waarnam. Gedurende meer dan
30 jaar heeft hij zijn kennen en kunnen
in dienst van het Museum gesteld.
Daarenboven droeg hij de naam van het
KLM ver buiten de grenzen uit, dankzij
de actieve rol die hij in diverse nationale
en internationale organisaties speelde.
2015 was ook een moeilijk jaar omdat
de pers ons niet heeft gespaard. Het
Museum en de directie werden ver-
schillende keren in opspraak gebracht,
waardoor alle medewerkers in het
tumult werden meegetrokken. Leugens,
halve waarheden, niet nagetrokken
feiten of uit hun context gehaalde ele-
menten werden breed uitgesmeerd en
kwetsten de mannen en vrouwen die alle
dagen aan de evolutie van de instelling
bouwen zeer diep. Afkraken blijkt mak-
kelijker dan constructief beschouwen.
Daar bovenop kwamen dan nog de
delicate financiële situatie van het
KLM dat 20% van zijn begroting moest
inleveren en de onzekere toekomst van
de instelling en het personeel.
We zijn er echter toch in geslaagd
vooruitgang te boeken, projecten af
te ronden en onze wetenschappelijke
reputatie te verdedigen. We hebben
bijvoorbeeld actief aan de tweehon-
derdste verjaardag van de slag bij
Waterloo deelgenomen en wel met
een tentoonstelling over de Belgische
aanwezigheid aan de zijde van 10 grote
Europese naties. We hebben ook een
colloquium over mode in de napoleon-
tische periode georganiseerd en het
evenement heeft de beste specialisten
ter zake samengebracht. Het Museum
leverde met de Cotton-collectie en
didactische films eveneens een be-
langrijke bijdrage aan de permanente
tentoonstelling in het memoriaal van
Waterloo.
De Dodengang lokte tijdens drie
museale weekends heel wat be-
zoekers, waardoor het eeuwfeest
van de site waardig werd gedacht.
Reconstitutiegroepen in hun “natuurli-
jke” omgeving, een bivak, fotografische
portretten in de geest van de tijd,
geleide bezoeken en slagveldwandelin-
gen trokken een enthousiast publiek.
De evenementen werden in perfecte
samenwerking met de gemeente
Diksmuide georganiseerd. De opendeur-
dagen van Gunfire oogstten eveneens
een groot succes en werden samen met
de gemeente Brasschaat opgezet.
Om het hoofd aan de financiële moei-
lijkheden te bieden, heeft het Museum
nieuwe eigen inkomsten gegenereerd.
Zo werd een betalende toegangskaart
voor het documentatiecentrum inge-
voerd en werden de reproductietarieven
verhoogd. De toegang tot de in 2014
volledig vernieuwde Dodengang werd
betalend. In hetzelfde kader zal de toe-
gang tot het museum in het Jubelpark
begin 2016 ook betalend worden.
Voor die gelegenheid zal de inkomhal
trouwens volledig worden vernieuwd. De
invoering van een betalende toegang is
niet enkel een grote uitdaging die een
mentaliteitsverandering vergt, maar ook
een gelegenheid om onze dienstverle-
ning te verbeteren, ons professiona-
lisme te ontwikkelen en onze onschat-
bare collecties op te waarderen.
Dankzij de moed en de bevoegdheid
van zijn personeel slaagt het Koninklijk
Legermuseum er - ondanks de moeilijke
tijden - toch in zich te moderniseren en
successen te oogsten.
Christine Van Everbroeck Directie a.i.
Een woord vooraf
Christine Van Everbroeck
Directie a.i.
7
HEt KLM Kort• Opdracht• Visie• Organisatiestructuur• De beheerorganen
opdracht
Het Koninklijk Museum van het Leger en de
Krijgsgeschiedenis is een federale wetenschappelijke
instelling (FWI) van tweede categorie en een staats-
dienst met afzonderlijk beheer (SAB). Het bevordert de
kennis van de militaire geschiedenis en de geschiede-
nis van de conflicten, in vredestijd én in oorlogstijd,
aan de hand van het unieke en rijke militaire patrimo-
nium dat het met zijn verschillende sites beheert.
Dat erfgoed is roerend, onroerend en immaterieel.
Met het oog op een langdurige conservatie worden de
verzamelingen op professionele en wetenschappelijke
wijze beheerd, gevrijwaard, bestudeerd, geïnterpre-
teerd, tentoongesteld en uitgebreid.
De betrokken periode gaat van de middeleeuwen tot
heden; het geografische kader klimt op tot de histo-
rische gebieden die de stichting van ons koninkrijk
voorafgaan en strekt zich uit tot het hedendaagse
België, in een Europees en internationaal perspectief.
Visie
Het Museum wenst het beste te halen uit openbare
financiering, privésteun en eigen inkomsten en
onderneemt alle nodige stappen om de kosten zoveel
mogelijk te drukken. Het publiek kan op verschillende
manieren de talrijke facetten van de militaire geschie-
denis ontdekken. Vermits het Museum niet enkel
de site van het Jubelpark, maar ook diverse externe
musea (Dodengang, Kemmelberg, McAuliffe-kelder,
Gunfire) en opslagplaatsen beheert, zou zijn naam
in “Koninklijke Musea voor Militaire Geschiedenis”
kunnen worden veranderd, afgekort: KMMG.
Deze benaming sluit nauwer aan bij de opdracht die
hierboven wordt beschreven. Als federale wetenschap-
pelijke instelling van tweede categorie wenst het op
termijn ook te evolueren naar een instelling van eerste
categorie. Het Museum zou eveneens een nationaal en
internationaal expertisecentrum voor militaire geschie-
denis willen worden. Het moedigt wetenschappelijk
onderzoek over militaire geschiedenis en erfgoed aan.
Het zal de dienstverlening uitbreiden, dynamiseren
en commercialiseren, terwijl het ook volledig op de
digitale dimensie zal inzetten. Het Museum zal dan zijn
sociale rol op een moderne manier kunnen vervullen.
Jaar
vers
lag
201
5
8 9
organisatiestructuur De beheerorganen
De algemene directie wordt door 2 beheerorganen bijgestaan en gecontroleerd :
de Beheerraad
De Beheerraad wordt samengesteld door vertegenwoor-
digers van de universitaire wereld, afgevaardigden van
de minister van Landsverdediging, externe specialisten
en medewerkers van het Museum. De Raad bepaalt het
beleid op lange termijn en controleert het financiële
beheer van de instelling.
Samenstelling
• Voorzitterschap : Mevr Christine Van Everbroeck,
directrice a.i. van het KLM
3 Stemhebbende leden
• Dhr. Jean-Marc Delporte, voorzitter van het directiecomité van de FOD Economie
• Dhr. Leo De Ren, afdeling Kunstwetenschappen,
K.U. Leuven
• Dhr. François Mairesse, hoogleraar aan de Sorbonne
• Mevr. Martine Motteux, beleidsadviseur van mevr.
B. Grouwels, Brussels Parlement
• Mevr. Camille Pisani, directeur generaal,
Museum voor Natuurwetenschappen
• Dhr. Karel Velle, directeur generaal,
Algemeen Rijksarchief
3 Raadgevende leden
• Dhr. Walter Minnaert, vertegenwoordiger van het personeel
3 Uitgenodigde specialisten
• Generaal-majoor (o.r.) Denis Hardy, opdrachthouder, KLM
• Mevr. Virginie Catrin, verantwoordelijke dienst Financiën, KLM
• Mevr. Sarah Vander Sande, verantwoordelijke dienst Personeel, KLM
• Dhr. Patrick Van Nieuwenborgh, rekenplichtige, KLM
de Wetenschappelijke raad
De Wetenschappelijke Raad geeft wetenschappelijk
advies bij de opdrachten van de instelling.
Samenstelling
• Voorzitter : Dhr. Luc François, hoogleraar emeritus UGent
3 Leden
• Dhr. Paul Dubrunfaut, diensthoofd KLM
• Mevr. Natasja Peeters, diensthoofd KLM
• Dhr. Kris Quanten, professor Koninklijke Militaire School
• Mevr. Christine Van Everbroeck, directrice a.i. KLM
• Mevr. Laurence van Ypersele de Strihou, hoogleraar Université catholique de Louvain
Algemene directie
Collecties ExploitatieAlgemene Diensten
Wetenschappelijke Raad
Beheerraad
BOC
Jury
Directiesecretariaat Vertaling
Infra
Financiën
HR & secretariaat
Transport
Preventie
Geschillen
ITC
Veiligheid
Design studio
PR + Com
Publiekswerking
Repro/audio
Publicaties
Projecten14-1840-45
-Interpretatie-
centra
Klein materiaalen uitrusting
Zwaar materiaal(tanks, vliegtuigen, enz.)
Documentatie-centrum
11
PUBLIEK• Groot succes voor de tentoonstelling 14-18, dat is onze geschiedenis!: een verlenging én een onderscheiding• De Dodengang is 100 jaar• Een 14-18 museumkoffer voor leerkrachten• Een unieke tentoonstelling bovenin de arcades• Een internationaal congres over mode in 1815• De New Waterloo Dispatch• Erfgoeddag in Gunfire• NUTS in Bastogne Barracks
Publiekstrekkers voor het eeuwfeest van de Grote Oorlog
Groot succes voor de tentoonstelling 14-18, dat is onze geschiedenis! !: een verlenging én een onderscheiding
Om de honderdste verjaardag van het uitbreken
van de Eerste Wereldoorlog te gedenken, heb-
ben het Koninklijk Museum van het Leger en de
Krijgsgeschiedenis en het Museum van Europa vzw de
handen in elkaar geslagen om het publiek een uitzon-
derlijke tentoonstelling aan te bieden. Het KLM heeft
zijn rijke en unieke collecties ter beschikking gesteld
en de firma Tempora heeft de scenografie bedacht.
De oorlog en het dagelijkse leven in bezet België wor-
den voor het voetlicht gebracht, maar het verhaal van
de Europese Staten die België (een centraal gegeven
in het conflict) ter hulp zijn geschoten, wordt eveneens
verteld. Aan de hand van authentieke objecten, opstel-
lingen, getuigenissen, multimedia-installaties, films en
onderdompelingsruimten kan de bezoeker ontdekken
hoe het conflict het verloop van de 20e eeuw voor een
groot deel heeft beïnvloed.
De tentoonstelling wenst het grote publiek opnieuw
voeling te geven met de grote oorlog die eerst Europa
en vervolgens de hele wereld in zijn greep heeft gehou-
den en die onze maatschappij heeft getekend. Om
deze doelstelling te bereiken, wordt op emoties inges-
peeld en wordt de bezoeker duidelijk gemaakt dat
de geschiedenis zowel het verleden als de toekomst
betreft. De tentoonstelling bewerkstelligt dus een ont-
moeting tussen het menselijke verhaal – geschiedenis
met een kleine g – en de Geschiedenis, met een grote
G. Binnen dat gegeven hebben de historici van het
Koninklijk Legermuseum een dubbelportret van koning
Albert I en keizer Wilhelm II geborsteld, een chronolo-
gische reis door een halve eeuw Europese geschiede-
nis. De twee vorsten worden van hun geboorte tot hun
dood gevolgd, waardoor onverwachte tegenstellingen
en onvermoede gelijkenissen opduiken. Talrijke per-
soonlijke objecten worden voor de allereerste keer aan
het publiek getoond.
Prijs voor de beste tentoonstelling in Brussel!
Dankzij de grote publieke belangstelling kreeg de ten-
toonstelling de prijs voor de beste tentoonstelling in
Brussel voor 2015. De onderscheiding werd uitgereikt
door de minister-president van het Brussels Gewest.
Verlenging wegens groot succes
Aanvankelijk was de sluiting op 26 april 2015 voor-
zien, maar de tentoonstelling werd tot 15 november
2015 verlengd, gelet op de grote publieke belangstel-
ling en op vraag van de leerkrachten.
De bezoekers
Bijna 175.000 bezoekers hebben de tentoonstelling ge-
zien, waarvan 87 % Belgen (37,1 % Brusselaars, 24,7%
Vlamingen en 25,4% Walen) en 13 % buitenlanders (uit
116 verschillende landen).
67 % van de bezoekers kwamen op individuele basis;
33 % kwamen in groepsverband en 28 % kwamen met
de school. Globaal gezien hebben we 43 % volwas-
senen, 44 % jongeren (tot 18 jaar) en 13 % senioren
geteld.
De (internationale) pers is ruimschoots op de tentoonstel-
ling ingegaan: meer dan 550 journalisten kwamen lan.
VIP-bezoeken
Talrijke officiële delegaties (ambassadeurs, buiten-
landse ministers, staatshoofden) en voorname
bezoekers (waaronder de koning, de koningin en hun
kinderen) deden de tentoonstelling aan.
Jaar
vers
lag
201
5
12 13
De Dodengang is 100 jaar
Honderd jaar geleden groeven Belgische soldaten een
loopgraaf in de IJzerdijk in Diksmuide, naar de Duitse
stelling in de buurt van de petroleumtanks toe. De loo-
pgraaf kreeg al snel de bijnaam Loopgracht der Dood.
In oktober 1915 had er een bloedig treffen met Duitse
troepen plaats. Om die evenementen te herdenken, or-
ganiseerde het Legermuseum drie museale weekends.
Die gingen door op 9 en 10 mei, 22 en 23 augustus en
3 en 4 oktober.
Tijdens die museale weekends kon het publiek de site
tegen gereduceerd tarief verkennen en deelnemen aan
gratis geleide bezoeken in de loopgraaf. Er stonden
ook talrijke andere activiteiten op het programma.
Soldaten in uniformen uit de Grote Oorlog vertelden
honderduit over het leven aan het front en de bezoe-
kers konden een wandeling van 5 km op het slagveld
volgen. De wandelaars traden in de voetsporen van de
Belgische en Duitse soldaten van 1915: niet enkel in
de Dodengang en langs de petroleumtanks, maar ook
in Oud-Stuivekenskerke en Reigersvliet. Nachtelijke
tochten met lantaarns waren eveneens voorzien. Als
souvenir konden de bezoekers een foto in uniform uit
die tijd laten maken.
Op zondag 4 oktober had aan het monument van
de Dodengang een Duits-Belgische plechtigheid
plaats, met neerlegging van kransen. De drie
herdenkingsweekends trokken meer dan 3.200
bezoekers.
Sinds 2 oktober is de Dodengang ook het start- en
aankomstpunt voor een fietstocht “IJzer 14-18”,
in samenwerking met Westtoer en de gemeente
Diksmuide.
17 januari: het boek Pipo, de oorlogshond wordt
voorgesteld in de Koninklijke Bibliotheek van België
ter gelegenheid van de familiedag van de instelling.
Voorleesmoment gevolgd door een animatie.
7 maart: Museum Night Fever met als thema “War Party”.
Op het programma: een ongewone kijk op de raakpunten
tussen kunst en oorlog, muziek, expressionistisch caba-
ret en soundtracks van oude oorlogsfilms.
26 maart: de tentoonstelling 14-18, dat is onze
geschiedenis! behaalt de Visit Brussels Award in de
categorie “Most Noted Exhibition 2014”
4 april: de tentoonstelling 14-18, dat is onze geschie-
denis! organiseert samen met het Rode Kruis een
bloedinzameling in de zaal 14-18 van het Museum.
Ambulanciers en Belgische verpleegsters in een tenue
uit 1915 verwelkomen de donoren.
Jaar
vers
lag
201
5
14 15
Het KLM gedenkt de tweehonderdste verjaardag van de
slag bij Waterloo
Een unieke tentoonstelling bovenin de arcades
Ter gelegenheid van de tweehonderdste verjaardag van
de slag bij Waterloo zette het Koninklijk Legermuseum
een tentoonstelling op: Waterloo 1815-2015. Europa
uitgedaagd. De tentoonstelling werd op 9 juni in
aanwezigheid van de minister van Defensie en Europese
vertegenwoordigers ingehuldigd en gaf meteen het
startschot voor de herdenkingen. In de tentoonstellings-
zaal helemaal bovenin de arcades werden drie originele
invalshoeken gebruikt om de slag bij Waterloo te bes-
preken. De expo vond ook een neerslag in een drietalige
catalogus. Ze opende de deuren op 10 juni 2015 en de
sluiting die aanvankelijk voor 31 oktober was gepland,
werd naar 31 januari 2016 doorgeschoven.
Tien naties
Tien mannequins in authentieke uniformen verte-
genwoordigden de tien naties die in Waterloo de strijd
aangingen.
Tien getuigen
Tien getuigen symboliseerden deze boeiende en com-
plexe geschiedenis. In Waterloo streden vijf van hen aan
de zijde van Napoleon, terwijl vijf anderen in het leger
van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden dienden.
Aan de hand van hun persoonlijke objecten, portretten
en getuigenissen werden ze eerst in Waterloo gevolgd,
waarna hun verdere levensloop in dienst van Nederland
en/of België werd verteld.
Tien sites
Dit onderdeel richtte de schijnwerpers op kunstenaar
Jacques Madyol (1871-1950): tien van zijn werken uit
het begin van de 20e eeuw werden naast oude prenten
en hedendaagse foto’s van identieke sites geplaatst.
Daarnaast leende de Brusselse instelling talloze
prestigieuze objecten uit aan musea in Waterloo en
omstreken. We denken daarbij onder andere aan de
collectie van sergeant-majoor Cotton van de Engelse
huzaren, die werd opgesteld precies in het hotel waar
hij destijds verbleef.
Een internationaal congres over mode in 1815
Van 10 tot 12 juni 2015 organiseerde het Koninklijk
Legermuseum een internationaal en interdisciplinair
congres: Van slagveld tot salon: textiel en (militaire)
mode rond 1815.
Zo’n 30 sprekers uit Sint-Petersburg, Parijs, Londen,
Versailles, Wenen, Warschau, Stockholm of New York
en talrijke Belgische specialisten namen het woord. Op
10 en 11 juni bogen de medewerkers van de grootste
mode-, textiel- en legermusea zich over de situatie
“in de salons en op het slagveld”. Uniformen, mode,
binnenhuisinrichting, architectuur, textielindustrie,
technische innovaties of industriële spionage rond 1815
werden ruimschoots besproken.
De “kleine geschiedenis” werd niet vergeten: welke
waren de geliefkoosde stoffen van Joséphine Bonaparte
of waaruit waren de jurken van de fashionista’s van het
Keizerrijk vervaardigd?
Op 12 juni werd het evenement afgerond met een exclu-
sief bezoek aan het kasteel van Longchamps, dat enkele
prachtige Empire-interieurs bevat, evenals een evocatie
van de tent van de keizer.
9-10 mei: om de 100 jaar van de Dodengang te gedenken,
organiseert het Koninklijk Legermuseum een museaal
weekend: levende geschiedenis en gratis geleide bezoeken.
Twee andere weekends vinden plaats in augustus en oktober.
18 mei: Arctic Star Ceremony. In de marinezaal van het
Museum overhandigt de ambassadeur van het Verenigd
Koninkrijk, mevr. Alison Rose, aan de families Gley, Pesch
en Vergauwe de “Arctic Star”, een prestigieuze en eervolle
onderscheiding voor militairen die in de Tweede Wereldoorlog
hebben gevochten en meer bepaald diegenen die aan de ma-
ritieme konvooien in het poolgebied hebben deelgenomen.
De New Waterloo Dispatch
Op vrijdag 19 juni om 11 uur had het Koninklijk
Legermuseum de eer de voorstellingsplechtigheid van
de New Waterloo Dispatch te mogen verwelkomen.
Deze viering werd in het kader van de tweehonderdste
verjaardag van de slag bij Waterloo georganiseerd en
vond tussen 18 en 21 juni in verschillende Europese
steden plaats. Ze bracht hulde aan de helden van
Waterloo en het Europese gedachtegoed. (www.water-loo200.org)
Zijne Koninklijke Hoogheid prins Laurent
woonde de plechtigheid bij, samen met
hoogwaardigheidsbekleders uit de politieke en diplo-
matieke wereld.
9 juni: inhuldiging van de tijdelijke tentoonstelling
Waterloo 1815-2015. Europa uitgedaagd, in aanwezi-
gheid van de minister van Defensie
.
10-12 juni: het Museum organiseert een internationaal
en interdisciplinair congres ter gelegenheid van de
tweehonderdste verjaardag van de slag bij Waterloo: Van
slagveld tot salon. Textiel en (militaire) mode rond 1815.
17
Jaar
vers
lag
201
5
16
NUtS in Bastogne Barracks
Voor het “Nuts”-weekend van 11 tot 13 december
draaide de hele stad Bastenaken de klok terug naar de
Tweede Wereldoorlog. Bastogne Barracks, dat het hele
jaar door rondleidingen over de Slag om de Ardennen
aanbiedt, heeft ook actief aan deelgenomen.
Meer dan 6.000 bezoekers hebben de weg naar het
militaire kwartier van Bastenaken gevonden, waar onder
andere het hoofdkwartier van generaal Mc Auliffe te zien
is.
Dit jaar heeft het interpretatiecentrum levende ten-
toonstellingen uitgewerkt: transmissie van boodschap-
pen, militaire maaltijden, een veldhospitaal in volle
actie,…
Bastogne Barracks stelt in twee grote hallen ook meer
dan honderd voertuigen van allerlei afkomst en types
tentoon (gemotoriseerde en getrokken voertuigen, met
rupsen, met banden, bestemd voor het gevecht of voor
troepentransport,…). Dit erfgoed dat aan het Koninklijk
Legermuseum toebehoort, maar door het restauratie-
centrum van Bastogne Barracks wordt onderhouden, is
elke dag van het jaar zonder afspraak te bezichtigen.
Het publiek kon ook een defilé van voertuigen uit de
Tweede Wereldoorlog bekijken. Het personeel van het
restauratiecentrum maakte van de gelegenheid gebruik
om de bezoekers hun werkzaamheden en een lopende
restauratie voor te stellen. Een totale onderdompeling in
de sfeer van de Tweede Wereldoorlog…
19 juni: de New Waterloo Dispatch houdt halt in het
Koninklijk Legermuseum. Deze plechtigheid in het
kader van de tweehonderdste verjaardag van de slag bij
Waterloo brengt hulde aan de soldaten die aan de slag
deelnamen. Prins Laurent woont de ceremonie bij.
20 july: De 4x4-rallye “Help for Heroes” doet Bastogne
Barracks aan. Deze Britse vereniging organiseert
evenementen om geld in te zamelen voor militairen die
op het slagveld gewond raakten. 110 bezoekers geven
present..
Erfgoeddag in Gunfire
Op 13 september nam het Koninklijk
Legermuseum deel aan Erfgoeddag,
met een evenement in Brasschaat
op het voormalige vliegveld.
1.560 bezoekers bewonderden
de artilleriestukken en de talloze
voertuigen uit de KLM-collecties en
het militaire kwartier van Kapellen.
De dag ervoor had de Aeroclub van
Brasschaat een “fly-in” georga-
niseerd die zo’n 600 personen wist
te boeien. De meesten maakten
van de gelegenheid gebruik om ook
Gunfire aan te doen.
26 augustus: Teenager Day in Gunfire. Ter gelegen-
heid van de Tienerdag die elk jaar door de gemeente
Brasschaat wordt georganiseerd, kunnen 840 jongeren
de site over de Belgische artillerie gratis bezoeken.
5 september: het Museum ruimt zijn voorraden op en
verkoopt boeken en educatieve publicaties: tentoonstel-
lingscatalogi, tijdschriften, wetenschappelijke studies,
educatieve dossiers, enz. Deze actie vindt plaats tijdens
de traditionele maandelijkse boekenbeurs.
19
Het autokanon is 100
Om het eeuwfeest van de Grote Oorlog te gedenken,
besloot een groepje enthousiaste vrijwilligers de
reconstructie te ondernemen van een autokanon dat
tussen 1915 en 1917 aan de veldtocht in Rusland had
deelgenomen. Als pronkstuk van de eerste Belgische
eenheid van lichte pantservoertuigen bekleedt de Mors
met Minerva-motor een uiterst symbolische positie.
Het voertuig belichaamt het voorbeeldige gedrag van
een hechte eenheid die op het slagveld heldendaden
heeft verricht en zich tijdens de meest vreemdsoortige
situaties uit de slag wist te trekken…
Op 15 september, na vier jaar intensieve arbeid,
presenteerde de ploeg in het Museum het voertuig
officieel aan de pers en de genodigden. Het autokanon
“KVVL Mors Minerva” werd overeenkomstig de tech-
nische code van de Internationale Federatie voor Oude
Voertuigen heropgebouwd.
Het voertuig werd door sponsors gefinancierd, evenals
door giften aan de Koning-Boudewijnstichting, goed
voor een bedrag van ongeveer 66.000 € (werkuren niet
inbegrepen).
In het Koninklijk Legermuseum werd ook een ge-
denkboek over het avontuur van het autokanon
voorgesteld, uitgegeven door het Belgische fonds voor
auto- en moto-erfgoed / Koning-Boudewijnstichting.
CoLLECtIES• Het autokanon is 100 • Nieuwe prestigieuze publicaties• Wijziging in het documentatiecentrum: een lezerskaart en nieuwe reproductietarieven• Een zuiverdere lucht voor de collecties van het Museum• Oprichting van een Aanwinstencommissie
Jaar
vers
lag
201
5
20 21
Nieuwe prestigieuze publicaties
Bulletin 3 van het Koninklijk Museum van het Leger en de Krijgsgeschiedenis
In dit derde volume weerspiegelen de uiteenlopende
artikels de rijke collecties van het Museum. Verschillende
tijdsvakken en werelddelen komen hierbij aan bod.
Gespecialiseerde lezers en verlichte liefhebbers zullen in
de artikels doorspekt met wetenschappelijke gegevens
en in de goed gedocumenteerde verhalen zeker voer voor
debat vinden.
Zo kan de lezer te weten komen hoeveel succes de voors-
telling van de slag bij Pavia bij de 16e-eeuws burgerij
oogstte of miskende helden van de Tweede Wereldoorlog
en de oorlog in Korea op de voet volgen. De Eerste
Wereldoorlog wordt geïllustreerd aan de hand van de eer-
volle onderscheidingen voor burgers en militairen, het lot
van de Duitse krijgsgevangenen in België (een onderwerp
dat nauwelijks werd aangesneden) of de mobilisatie van
wetenschappers en kunstenaars voor de nationale zaak.
De collectie draagbare vuurwapens komt aan bod met
de studie van het door het Hollandse leger uitgeteste
Beaumont-geweer en de artillerie met de productie van
de familie Krupp, die in onze verzamelingen over de twee
wereldoorlogen is opgenomen.
Sommige objecten onderscheiden zich door hun konin-
klijke eigenaar (zoals de sloep van Leopold I), door het
personage waaraan ze verbonden zijn (generaal Durutte
die tijdens de slag bij Waterloo gewond raakte) of door
de nauwgezette restauratie die ze ondergingen (een
stormhoed uit het begin van de 17e eeuw).
De bijdragen brengen de geschiedenis van de objecten
voor het voetlicht, geven een historische context waar-
door een tijdvak beter kan begrepen worden of hebben
het over preventie en conservatie van collectiestukken.
Zo komen de voorwerpen als het ware opnieuw tot leven;
de lezer-bezoeker zal onze verzamelingen meteen beter
bevatten en meer op prijs stellen.
Publicatie van een naslagwerk over de uitrusting van de Belgische soldaat in 1914-1918 / Verlag Militaria
Dit boekwerk van 600 pagina’s en meer dan 1.650 foto’s
(kleur en zwart-wit) bespreekt de uniformen en uitrus-
tingsstukken van het Belgische leger en aanverwante
gewapende instellingen zoals de burgerwacht en de
Openbare Weermacht in Congo. De bibliografie over het
onderwerp was tot nog toe uiterst beperkt, met slechts
enkele artikels en brochures verspreid over een volledige
eeuw.
Het werk is een unicum door zijn omvang en kan dus als
een referentiewerk worden beschouwd. Het steunt op de
immense collecties van het Koninklijk Legermuseum, aan-
gevuld met privéverzamelingen, waardoor een nooit eerder
gezien aantal objecten wordt geïllustreerd. Zoals vele
legers van kleine staten laat ook de strijdmacht van het
koninkrijk België in 1914 de invloeden van grote mogend-
heden samensmelten, om zich nu eens op Frankrijk (unifor-
men) en dan weer op Duitsland (uitrusting) te inspireren.
Uit financiële overwegingen werd het silhouet van de in-
fanterie (linie-infanterie, jagers te voet, karabiniers,…), de
cavalerie (gidsen, lansiers, jagers te paard,…), de artillerie
of de genie vereenvoudigd. Elk wapen onderscheidde
zich nog slechts door een ouderwets hoofddeksel. Deze
uniformering vindt een logisch besluit in 1915, wanneer
de manschappen hun tot op de draad versleten kleding
voor het kaki uniform kunnen omruilen. De snit is van het
Engelse type; enkele maanden later vervolledigt de Franse
Adrian-helm de tenue. Door de oorlogsomstandigheden
worden de grondstoffen en de uitrustingen zowat overal
gehaald: Frankrijk, Groot-Brittannië, Italië, Rusland,
Argentinië, de Verenigde Staten,… De meeste van die
voorwerpen zijn in collecties uiterst zeldzaam.
Wijziging in het documentatiecentrum: een lezerskaart en nieuwe reproductietarievenSinds februari 2015 dienen de bezoekers van het
documentatiecentrum een lezerskaart aan te vragen.
Verschillende tarieven beantwoorden aan de speci-
fieke noden en het statuut van de lezers. Zo worden
twee soorten kaarten aangeboden: een jaarlijkse en
een wekelijkse.
3 jaarkaart• toegang gedurende een jaar, met het recht digitale
foto’s van tekstdocumenten te nemen (maar geen
foto’s van foto’s, etsen, kaarten, enz.): 30 €
• toegang gedurende een jaar, zonder het recht te he-
bben digitale foto’s van tekstdocumenten te nemen
(noch foto’s van foto’s, etsen, kaarten, enz.): 20 €
• toegang gedurende een jaar voor leerlingen en
studenten, met het recht digitale foto’s van tekst-
documenten te nemen (maar geen foto’s van foto’s,
etsen, kaarten, enz.): 15 €
• toegang gedurende een jaar voor leerlingen en
studenten, zonder het recht te hebben digitale
foto’s van tekstdocumenten te nemen (noch foto’s
van foto’s, etsen, kaarten, enz.): 10 €
3 weekkaart• toegang gedurende zeven opeenvolgende werk-
dagen, met het recht digitale foto’s van tekstdo-
cumenten te nemen (maar geen foto’s van foto’s,
etsen, kaarten, enz.): 8 €
• toegang gedurende zeven opeenvolgende werkda-
gen, zonder het recht te hebben digitale foto’s van
tekstdocumenten te nemen (noch foto’s van foto’s,
etsen, kaarten, enz.): 4 €
3 De toegang blijft gratis voor volgende bezoekerscategorieën:
• de leden van de Wetenschappelijke Raad, de
Beheerraad en de Jury voor aanwerving, promotie
et evaluatie van het wetenschappelijk personeel;
• de personeelsleden van de andere wetenschappeli-
jke instellingen en de Koninklijke Militaire School;
• de personeelsleden van andere archiefinstellingen;
• de samenstellers van archieven en hun
nakomelingen;
• personen voorzien van een verklaring van een
notaris waarin bevestigd wordt dat de persoon
een erfgenaam of een rechtverkrijgende is in het
betrokken onderzoek;
• personen die het bewijs leveren dat ze in een gere-
chtelijke procedure betrokken zijn en bescheiden
nodig hebben voor hun bewijsvoering.
De reproductietarieven werden afgestemd op wat in
andere musea en documentatiecentra gangbaar is. De
prijsverhoging is er gekomen omdat het Museum zich
genoodzaakt ziet bijkomende financiële middelen te
genereren. Ze maakt het ook mogelijk de collecties en
de dienstverlening op te waarderen. Het Museum ver-
bindt zich ertoe de reproducties sneller af te leveren.
Het tarief kan worden geraadpleegd op de site van het
Museum in de rubriek “documentatiecentrum”.
15 september: Na vier jaar nauwgezette werkzaamheden wordt
het autokanon aan de pers en de genodigden voorgesteld. Voor
het eeuwfeest van de Grote Oorlog had een groep vrijwilligers
besloten een autokanon van de Russische campagne in 1915-
1917 identiek na te bouwen7.
28 oktober: driedubbele verjaardag voor de nocturne
van het Museum: 200 jaar slag bij Waterloo, 100
jaar Grote Oorlog en 70 jaar einde van de Tweede
Wereldoorlog. Een orkest speelt deuntjes die tijdens
beide wereldoorlogen populair waren.
6 september: het Museum verneemt het overlijden van
Piet De Gryse. Hij werkte sinds 1982 voor het Museum,
eerst als conservator van de collectie Wapens en
Harnassen, later als hoofd van wetenschappelijk depar-
tement I. Sinds 2014 verzekerde hij de co-directie a.i.
13 september: ter gelegenheid van Erfgoeddag opent
Gunfire zijn deuren voor het publiek. Tentoonstelling
van artilleriestukken en voertuigen uit de collecties van
het KLM en het militaire kwartier van Kapellen.
Jaar
vers
lag
201
5
22 23
Een zuiverdere lucht voor de collecties van het Museum
In september 2014 startte het Koninklijk Legermuseum
een nieuw Brain-project van Wetenschapsbeleid op:
AIRCHECQ. De Koninklijke Musea voor Schone Kunsten,
de afdelingen chemie, wiskunde en conservatie/res-
tauratie van de Universiteit Antwerpen zijn partners.
Het Airchecq-project tracht de aftakeling van collec-
tiestukken tegen te gaan door de omgeving waarin ze
zich bevinden te optimaliseren. Het spitst zich vooral
toe op de studie van de luchtkwaliteit. Schadelijke
elementen, zoals fijn stof en sommige gassen, worden
geïdentificeerd. Daarvoor werd een nieuw meetinstru-
ment ontwikkeld dat de kwaliteit van de lucht in een
gebouw analyseert. Deze index geeft aan in hoeverre
de omgeving schadelijk is voor de collecties die zich
erin bevinden. De gegevens worden dan gebruikt
om te trachten de luchtkwaliteit te verbeteren. In het
kader van Airchecq werd ook een meetinstrument
ontwikkeld dat doeltreffend kan zijn op het gebied van
erfgoedconservatie.
In de loop van 2015 heeft het Museum twee per-
sonen aangeworven om het project op te volgen. Ze
organiseerden metingen om een precies beeld van
de luchtkwaliteit te verkrijgen, ze ontwikkelden een
workflow voor het Museum en keken toe op de verwer-
king van de gegevens. Twee ruimtes werden voor
metingen geselecteerd: een tentoonstellingszaal (de
Historische Zaal) en een reserve (de centrale onder-
grondse opslag).
In een eerste fase werden de ruimtes en de collec-
ties die zich erin bevinden aan een risicoanalyse
onderworpen om te bepalen waar de metingen best
werden uitgevoerd. Elementen zoals gevoeligheid
van de materialen, opgelopen schade, waarde van de
objecten en eigenschappen van het gebouw werden in
overweging genomen. Er werd ook onderzoek gevoerd
naar bestaande luchtkwaliteitsniveaus, met het oog op
het voorkomen van schade aan collectiestukken.
Gegevens over de atmosfeer in de zalen tijdens de
afgelopen jaren werden overlopen, ook al om de
volgende fase van het project voor te bereiden: de
metingen begin 2016.
Vorsers uit binnen- en buitenland werden aangezocht
om advies te geven en om deel te nemen aan het
Airchecq-colloquium in april 2016.
11-13 december: Bastogne Barracks. De kazerne draait
voor het Nuts-weekend de klok terug naar de Tweede
Wereldoorlog: levende tentoonstellingen, defilés met
voertuigen uit de Tweede Wereldoorlog, schaalmo-
dellen, reconstituties, tekenen van boeken…-
16 december: voorstelling in het Museum van het
naslagwerk van Verlag Militaria over de uitrusting
van de Belgische soldaat in 14-18. Het werk steunt
ruimschoots op de collecties van het KLM.
oprichting van een Aanwinstencommissie
Het professionele en correcte beheer van de collec-
ties is een kerntaak van het Museum. Verzamelingen
beheren heeft een prijskaartje, want alle objecten en
alle aanwinsten genereren rechtstreekse en onre-
chtstreekse onkosten. Het Koninklijk Legermuseum
heeft dan ook een strenger aanwinstenbeleid uit-
gestippeld en spitst zich toe op voorwerpen mét een
geschiedenis die een reële verrijking van het patrimo-
nium betekenen.
In juni 2015 heeft het Museum dan ook een aanwins-
tencommissie in het leven geroepen. Die commissie
neemt alle mogelijke aanwinsten in overweging en
baseert zich voor een beslissing op de museale, so-
ciale of wetenschappelijke waarde van de objecten en
documenten. De commissie bestaat uit de directie a.i.,
de departementshoofden, de verantwoordelijken van
de dienst “Administratief beheer van de collecties” en
twee leden van het wetenschappelijk personeel (met
twee vervangers). De groep komt minstens eenmaal
per maand samen, maar kan ook sneller vergaderen
als zich een speciaal geval aandient.
25
Ontvangsten
Uitgaven
Ontvangsten
De ontvangsten van de instelling bedragen 3.309.980,22 €, verdeeld als volgt:
De tabel geeft aan dat de dotatie 83 % van de ont-
vangsten vertegenwoordigt.
De eigen inkomsten bedragen 15 % van de totale
ontvangsten en hebben diverse oorsprongen. De ont-
vangsten voor orde zijn verwaarloosbaar.
.
CIJFErS• Financiën• Personeel• Evolutie van de bezoekerscijfers
Financiën
Uitgaven
De uitgaven van de instelling belopen 2.567.791,07 €, zoals hieronder aangegeven:
De uitgaven voor personeel bedragen 32 % van de
totale uitgaven. Deze post dekt enkel het personeel
dat door de dotatie van het Museum wordt betaald.
De meeste personeelsleden worden door Defensie
betaald. De werkingsuitgaven bedragen 56 % van
de totale uitgaven. De investeringen bedragen 11
% van de totale uitgaven. De uitgaven voor orde zijn
verwaarloosbaar en er werd niets in het reservefonds
geplaatst.
2015Personeel 815 303,28 €Werking 1 445 285,79 €Investeringen 273 231,63 €Reservefonds 0,00 €Voor orde 33 970,37 €Totaal 2 567 791,07 €
2015Dotatie 2 740 000,00 €Eigen inkomsten 493 972,85 €Ontvangsten voor orde 76 007,37 €Total 3 309 980,22 €
Giften, legaten, bus 8 217,10 €Toegangsgeld 331 287,38 €Educatieve dienst 22 772,56 €Verkoop 39 571,04 €Verhuring 13 548,85 €Diverse inkomsten 12 082,71 €ICOMAM 0,00 €Diversen 52 208,71 €Kantine 6 814,50 €Colloquium 7 470,00 €Totaal eigen inkomsten 493 972,85 €
Jaar
vers
lag
201
5
26 27
50% 50%
2015
Personeel in het Jubelpark
Burgers Militairen
Personeel
Het personeel van het Koninklijk Legermuseum bestaat uit burgers en militairen.
Personeelscategorieën
Het aantal vrouwelijke personeelsleden in het Jubelpark gaat licht achteruit. In 2016 zijn er evenveel militairen
als burgers. De daling van het aantal militairen (een trend de al enkele jaren aanhoudt) is te wijten aan de vele
pensioneringen.
77%
23%
2015
Personeel in het Jubelpark
Mannen Vrouwen
12%
19%
13%
14%
35%
7%
Verdeling per graad 2015
Wetenschappelijkpersoneel
NiveauA
NiveauB
NiveauC
NiveauD
Opdrachthouders
34%
26%
25%
15%
Burgers 2015
56-65
46-55
36-45
25-35
4%
49%33%
14%
Militairen 2015
56-65
46-55
36-45
25-35
Jaar
vers
lag
201
5
28 29
5%
37%
58%
Militair personeel in het Jubelpark
Officieren Onderofficieren Vrijwilligers
3%
31%
66%
Militair personeel in Bastogne Barracks
Dodengang
Commandobunker
Bastogne Barracks
Gunfire
81 874
9 751
21 600
6 166
189 450
12 093
28 603
5 155
91 438
11 326
21 347
1 934
65043
11434
17817
1812
69075
11352
11964
1139
2011 2012 2013 2014 2015
Sinds eind 2010 behoren de 35 militairen van Bastogne Barracks ook tot het personeel van het Koninklijk Legermuseum.
Evolutie van de bezoekerscijfers
De site van het Jubelpark
De bezoekerscijfers in het Jubelpark
zijn gestegen, ondanks de sluitingsda-
gen op het einde van het jaar wegens
de aanslagen in Parijs.
De externe sites
Het Koninklijk Legermuseum beheert vier externe sites: de Dodengang in Diksmuide, Bastogne Barracks, de
commandobunker van Kemmel in Heuvelland en Gunfire in Brasschaat.
De externe sites kregen in 2014 een ware bezoekersstroom te verwerken, wat natuurlijk te maken had met de
herdenkingsplechtigheden rond de Grote Oorlog voor de Dodengang en de zeventigste verjaardag van de slag
om de Ardennen voor Bastogne Barracks. In 2015 zijn verschillende wijzigingen opgedoken. Enerzijds is het en-
thousiasme voor herdenkingen ietwat getemperd. Anderzijds is de toegang tot de Dodengang na de opening van
het nieuwe museum betalend geworden. De bunker van Kemmel is sinds 2015 voor de periode van half november
tot half februari dan weer slechts één dag per week toegankelijk voor het grote publiek. Desondanks hebben zo’n
120.000 bezoekers de 4 externe sites van het KLM bezocht, wat een mooie prestatie blijft. Er dient ook te worden
opgemerkt dat Gunfire steeds meer bezoekers trekt, onder andere tijdens de opendeurdagen.
165277168608
179049
194446
201177
150 000
160 000
170 000
180 000
190 000
200 000
210 000
2011 2012 2013 2014 2015
563697
1086
1673
919
75 47 34 44 170
200
400
600
800
1000
1200
1400
1600
1800
2011 2012 2013 2014 2015
Lecteursaucentrededocumenta8on
Évènementsaccueillisdanslessalles
Jaar
vers
lag
201
5
30 31
CoLoFoN
Een publicatie van het Koninklijk Museum van het Leger en de Krijgsgeschiedenis
Verantwoordelijke uitgevers
Christine Van Everbroeck Jubelpark 3
1000 Brussel
Bijdragen
Marie-Hélène Billwatsch, Ilse Bogaerts, Jos Janssens,
Vera Bras, Virginie Catrin, Guy Deploige, Wannes
Devos, Paul Dubrunfaut, Manuel Duran, Emilie Gaillard,
Jean-Marie Geldhof, Didier Giorgetti, Ingrid Lams,
Kevin Gony, Dominique Henrard, Natasja Peeters,
Sandrine Place, Pierre Lierneux, Pascal Mathieu,
Patrick Nefors, Elke Otten, Oger Pochet, Sandrine
Smets, William Testaert, Sarah Vander Sande, Christine
Van Everbroeck, Sandra Verhulst, Piet Veldeman
Coördinatie en eindredactie
Marie-Hélène Billwatsch
Vertaling
Diane Vanthemsche
lay-out
Didier Giorgetti
foto’s
KLM-MRA
Wettelijk depot
D/2017/0935/2
IsBn
9789071936319
Wetenschappelijke lezingen 3 Ilse BOGAERTS
The Value of Donaties: One Hundred Years of the Acquisition Policy of the Royal Army Museum, Brussels in ICOMAM & ICDAD, Cracovie, Krakow, Polen, 15 - 20 september 2015.
3 Wannes DEVOS« Musée en noir et blanc? Regard(s) sur la guerre en vitrines» in uni-versiteit Pierre-Mendès-France te Grenoble (Frankrijk), 19 maart 2015.
3 Manuel DURANDiscussant aan de working group “Foreign Policy Analysis and the Diplomacy of Sub-State Actors”, op de jaarlijkse International Studies Association Convention, New Orleans, februari 2015.
Discussant aan de internationale confe-rentie “Dialogue israélo-palestinien et Société civile », Marseille, 8 juni 2015.
Paper op gelijknamige workshop “Paradiplomacy Today: Lessons from the Unusual Suspects”, Brussel, Auditorium Maria Baers, 29 mei 2015.
Paper «Blanquerna International Relations Debates”: “Mediterranean Paradiplomacies”, Barcelona, Blanquerna Universitat Ramon Llull, 23 september 2015.
3 Pierre LIERNEUx«Champs de bataille ou basses-cours, ou quand les armées se jaugent», in de acta van de Journées d’étude de l’Association française d’Etude du textile « Fourrure, plume, écaille- quand l’animal prend l’étoffe », Grenoble, 2015.
The uniform in the Southern Netherlands during the French Empire: a study of social and economic aspects in : International study, 2-3 july 2015, Leeds (Groot-Brittannië).
Belgians and Siamese in the Great War: an ancient if unexpected partnership. Studiedag en ten-toonstelling in Bangkok, onder de auspiciën van de Belgische ambas-sade in Thailand en de National Thai Gallery, 4 december 2015.
3 Natasja PEETERS ‘Possibilities and pitfalls of archi-val research and social art history in the Early Modern Netherlands’, International Flanders Summer school: Rijksarchief Brussel, zomer 2015.
Frans Francken & Co. The dynastic as-pect of workshop practices in Antwerp ca. 1600, in conferentie: ‘61st Annual Meeting of the Renaissance Society of America (RSA)’, Berlijn, Freie Universität, 26-28 maart 2015.
Documentary evidence on the house of the Antwerp history painter Frans Francken the Elder (ca. 1542-1616), in: conference «Visual artists must live like kings or gods» – artists’ homes in the Middle Ages and the Early Modern Era, Nürnberg, City hall/Dürerhaus, 11-14 juni 2015.
Art between Antwerp and Fontainebleau: the case of Ambrosius Francken I (ca. 1570), iin conference: ‘Niederlände & Frankreich’, Stuttgart, Universiteit, 23-24 april 2015.
Mannen in miniatuur. Over de collectie Belgische militaire portretminiaturen in het Koninklijk Legermuseum te Brussel (1830 - ca. 1850), ‘s Hertogenbosch, New Place art gallery, 20 april 2015.
(met S. Smets), Portable Loss : maxi-mum impact, minimal scale. Landscape, ruins and Belgian the artist Alfred Bastien’s ’Panorama of the Battles of the Yser’ (1920/21), in conference: « Portable Landscapes : Environments on the Move », Environments on the Move Durham, University, College of St Hild and Bede, 9-10 juli 2015.
Plate with a view: Napoleon’s Sèvres’ ‘Quartiers généraux’-service in the Royal Military Museums, Brussels, in: conference “War, Society, and Culture c. 1688-1830”, University of Leeds, 2-3 juli 2015.
Le monde retrouvé des peintres anversois (1550-1600) : arts, artistes, archives, Conférence Pictor, Genève 5-6 november 2015 (binnenkort gepubliceerd).
(met S. Smets), Facts & fictions : dis-covering Alfred Bastien’s panora-mas, in 24th IPC Conference, “Layers of History: Panoramas from Classical to Digital Age”, Université de Namur, Faculté de philosophie et lettres, Namur, 9-10 september 2015.
3 Sandrine SMETSPeindre pour la patrie. Des fonctions d’un art officiel de guerre in Colloque « 14-18 l’art dans la tourmente », Belgique, Andenne, Province de Namur – Service du Patrimoine cultu-rel, 6-7 oktober 2015.
(met Dr. Natasja Peeters) Facts and Fictions dis-covering Alfred Bastien’s panoramas, in 24th International Panorama Conference “Layers of History: Panoramas from Classical to Digital Age”, België, Namur, International Panorama Council – Université de Namur, 9-10 september 2015.
(met Dr. Natasja Peeters) Portable Loss, Maximum Impact, Minimal Scale: Landscape, ruins and Alfred Bastien’s Panorama of the Yser in International Conference “Portable Landscapes”, University Durham, 9-10 juli 2015.
3 Christine VAN EVERBROECKBelgium and the soldiers suffering from ‘d’n klop’. Rethinking Resilience: Medicine and the First World War, Royal Dutch Military Academia, Breda (NL), 23 oktober 2015.