• Verbindenopnat ionaal én Europeesniveau
•Maatschappel i jke impact van mini -cr ises
• Ervar ingenaanhet WOI f ront
• Levensverhalen inher inner ingscultuurén traumatherapie
C Og I s CO p E 01
15
COgIsCOpE
t I jdsChr I ft OVEr gEVOLgEnVan sChOkkEndE gEbEurtEn IssEn
COgIs
COpE0115
0115
s C hO L I n g
jaargang 1 2 nuMMEr 1 a pr I L 2 0 1 5
10april20157e jaarcongres klinisch psychologen en klinisch neuropsychologenwww.zonderzorg.nl
16april2015Psychiatrie in de zorg voor mensen met een verstandelijke beperkingwww.medilex.nl
20-21april2015Annual Conference UK Psychological Trauma Societywww.ukpts.co.uk
21april20153e Landelijke studiedag ‘Basis GGZ’www.leidscongresbureau.nl
23april2015 (herhaling26mei2015)Trauma en VerslavingRefereerbijeenkomst Stichting Centrum ’45 / Stichting ArqAanmelden: [email protected]
24-26april2015First International Conference on Transcultural Psychiatry in Central European Countrieswww.wpa-gdynia-2015.org
30april2015GGZ+Techwww.ggzplussymposium.nl
19mei2015Masterclass Positieve psychologie in de praktijkwww.11congressen.nl
28mei2015Congres Kind en traumawww.traumacongres.nl
10-13juni2015ESTSS Conference 2015www.estss.org
22-26juni2015The legacy of World War One - Shaping the Modern Worldwww.legacyww1.org
23juni2015Getuigen of therapieRefereerbijeenkomst Stichting Centrum ’45 / Stichting ArqAanmelden:[email protected]
24-26juni20153rd European Congress on Assertive Outreachwww.eaof.org
scholingsaanbodarqi.s.m.rInOnoordholland
Narratieve Exposure Therapie (NET)Behandeling van complexe ptssseptember–mei2016
Beknopte Eclectische Psychotherapie voor PTSS (BEPP)Een integratieve behandelvorm voor traumaproblematiekMei–december2015
EMDR – basiscursusEye Movement Desensitization and Reprocessing bij traumaseptember–november2015
Complexe traumatisering – basis-cursusDiagnose en behandelvormenMei-september2015
Psychotrauma en ouderenDiagnostiek, behandelvormen en comorbiditeitseptember–december2015
Behandeling van getraumati-seerde gezinnenEen trauma heb je nooit alleenseptember–december2015
Trauma, cultuur en migratieComplicerende factoren bij de behandelingseptember–december2015
EMDR – vervolgcursusEye Movement Desensitization and Reprocessing bij traumaOktober–december2015
Informatieeninschrijving: www.rino.nl of Barbara Lieuwen, coördi-nator professionele opleidingen Arq 06-33661013, [email protected]
autEurs InstruCt I E COg I sCOpE 0 1 1 5 49
bEhOEftEOMtEpubLICErEn?schrijfvoorCogiscope–platformvoorkennisuit-wisseling–eenartikel,essay,column;ofinter-vieweencollegaofberichtoveruwonderzoek.
auteursinstructieCogiscope is een kwartaalblad over sociale en psychische gevolgen van schokkende gebeurte-nissen. Het stelt zich ten doel om betrokkenen op dit terrein te informeren over ontwik kelingen op het gebied van preventie en hulpverlening. Ook wil het de huidige en sociaal-historische context belichten waarin geweld plaatsvindt en -vond.De redactie ontvangt graag wetenschappelijke, opiniërende en praktijkgerelateerde bijdragen over sociale en psychische gevolgen en achter-gronden van geweld, als ook over de opvang, zorg en nazorg van betrokkenen. De redactie beoordeelt binnengekomen teksten en geeft een beknopte reactie. Daarin zijn de eventuele redenen voor afwijzing opgenomen dan wel vragen en opmerkingen als de tekst in beginsel is geaccepteerd.
InstructiesvoordeauteurAuteur en redactie hebben bij voorkeur contact over omvang en inrichting van het artikel vóórdat het wordt toegezonden.• Indien u noten wilt gebruiken, dan enkel eind
noten. Notenlijst als tekst aan eind van het artikel.
• Indien u geen noten wilt gebruiken, maar wel literatuur wilt vermelden, dan graag aan het slot. * Houd het aantal literatuurverwijzingen beperkt.
• Citaten in het Nederlands.
• De tekst wordt verdeeld in (nietgenummerde) paragrafen, elke paragraaf heeft een titel
(tussenkopje). Werk met korte tussenkopjes (max. 20 karakters).
• Geef het artikel een korte titel, maximaal 30 karakters. De redactie kan kiezen voor een
andere titel. aanleverenenverdereprocedureWe ontvangen uw tekst in Word, bij voorkeur per e-mail: [email protected] De tekst zo plat mogelijk aanleveren, dus zo weinig mogelijk opmaakeffecten in de tekst aan-brengen. Onderstrepingen en vet worden niet overgenomen, cursiveringen zijn wel toegestaan. In de regel zult u, korte tijd na de afgesproken inlever datum, de geredigeerde bijdrage ter goedkeuring ontvangen. Indien de redactie geen inhoudelijke wijzigingen of slechts minimale wijzigingen aanbrengt, bijvoorbeeld alleen in de interpunctie, krijgt u uw tekst niet meer voorge-legd. Ook dan ontvangt u bericht van de redactie. Voor de lay-out van uw bijdrage is de redactie verant woordelijk. Cogiscope verschijnt zowel in een papieren als digitale versie. honorariumVoor toegezonden en opgenomen tekst materiaal wordt geen honorarium verstrekt. In andere geval-len wordt het honorarium in overleg vast gesteld.
CopyrightHet copyright van opgenomen materiaal valt toe aan Cogiscope. Uitzonderingen op deze regel zijn mogelijk.
COg I sCOpE 0 1 1 5
De onlangs overleden oudDenker des Vaderlands René Gude hanteerde de stelregel ‘geen burgeroorlog in Liechtenstein’. ‘De wereld van de filosofie is al zo klein en kwetsbaar; als al die kleine clubjes dan ook nog eens hun ener-gie steken in het elkaar bestrijden en elkaar beconcurreren wordt het nooit wat met de filosofie in Nederland.’ Veelzeggende woorden, die navolging ver-dienen in ons veld. Professionals op het terrein van de psychotraumatologie moeten streven naar samenwerking en verbinding, en gezamenlijk optrek-ken voor een groter gedeeld doel: de ontwikkeling van het traumaveld. Op die manier kunnen zowel praktisch uitvoerenden en wetenschappelijk onder-zoekers als beleidsmakers en bestuurlijk betrokkenen profiteren van elkaars kennis, ervaringen en inzichten. Ook het aangaan van contacten met andere beroepsgroepen die meer indirect bij de gevolgen van schokkende gebeurte-nissen betrokken zijn (denk aan verwijzers, gemeenten, crisisbeheersing) en met hen kennis en kunde uitwisselen, bevordert de kwaliteit van het werk in ons veld en onderstreept het bestaansrecht van de psychotraumatologie.Samenwerking tussen traumaprofessionals wordt steeds nadrukkelijker gefaciliteerd. Op nationaal niveau is er de Nederlandstalige Vereniging voor Psychotrauma (NtVP), op Europees niveau bestaat de European Society for Traumatic Stress Studies (ESTSS). We zijn trots de voorzitters van beide ver-
enigingen in dit nummer aan het woord te kunnen laten over hun visie, ambi-ties en toekomstdromen voor het traumaveld. Daarnaast we zijn verheugd aan te kondigen dat Cogiscope en de NtVP dit jaar een structurele samen-werking aangaan. Deze samenwerking zal leiden tot een boeiende kruisbe-stuiving: de inhoud van de Cogiscope komt beschikbaar voor alle NtVP-leden en de NtVP verrijkt de Cogiscope door in ieder nummer binnen een eigen herkenbaar katern belangwekkend onderzoek te belichten en over actuele ontwikkelingen en innovaties binnen het psychotraumaveld te berichten.
We starten dit nummer met een nieuwe rubriek: Inspiratie. Hierin belicht een professional uit het psychotraumaveld een kunstwerk dat heeft geïnspireerd tot zijn of haar werk. Redactielid Hans Moors opent de reeks met een fraai existentieel en persoonlijke getint exposé gesitueerd in historische context.
Verbondenheid en inspirerende samenwerking tussen getroffenen, profes-sionals en samenleving – een motto dat de redactie van Cogiscope ter harte gaat en cruciaal is voor de optimalisering van ons veld.
Jeroen Knipscheer, hoofdredacteur Cogiscope
Cogiscope informeert over de psychosociale
gevolgen van schokkende gebeurtenissen. Er is
aandacht voor de hulpverlening aan slachtoffers als
oorlogsgetroffenen, asielzoekers, vluchtelingen en
slachtoffers van mensenhandel, seksueel geweld,
rellen, aanslagen, gijzelingen, rampen.
Een belangrijk aandachtsgebied vormt ook de
werkbelasting voor mensen die veelvuldig met (de
gevolgen van) schokkende gebeurtenissen worden
geconfronteerd. Daarbij denken wij ook aan geüni-
formeerden bij defensie, politie, ambulance, brand-
weer, openbaar vervoer.
kwartaalblad: verschijnt 4x per jaar
thema:sociale en psychische gevolgen
van schokkende gebeurtenissen
Inhoud:
• achtergrondverhalen over
psychotrauma
• interviews
• congresverslagen
• recensies
• actuele informatie uit het veld
kosten: € 27,50 per jaar
aanmelden: [email protected]
Va n d E r E d a C t I E
COgIsCOpE
abonnementsinformatie
Cogiscope verschijnt 4x per jaar. Een jaarabonnement kost
€ 27,50. U kunt zich abonneren via de Cogis-site:
www.cogis.nl/cogiscope
Colofon
Redactie: Michel Dückers, Jeroen Knipscheer (hoofdredacteur),
Hans Moors, Michaela Schok en Ine Spee
Eindredactie: Marleen van de Ven
Bureauredactie: Linda Reek
Redactieadres: Cogis, Nienoord 5, 1112 XE Diemen
Telefoon 020-6601930, fax 020-6601931
E-mail [email protected]
Oplage: 1000 exemplaren
Vormgeving: CARTA – Lian Oosterhoff,
communicatie & grafisch ontwerp
Druk: ZuidamUithof, Utrecht
ISBN 18711065 © Cogis
Cogis
Cogis is het kennisinstituut sociale en psychische gevolgen van
oorlog, vervolging en geweld. Hulpverleners vormen de belang-
rijkste doelgroep. Voor hen ontwikkelt en organiseert Cogis
cursussen, trainingen, congressen, symposia en studiedagen,
ook op aanvraag. Daarnaast geeft Cogis beleidsadviezen en
fungeert het als vraagbaak voor geweldsgetroffenen.
debibliotheekvanCogis
Cogis heeft een uitgebreide bibliotheek over de psy chische
gevolgen van geweld. Naast een uitgebreide eigen verzameling
gedrukt en beeldmateriaal is veel (externe) informatie ook
digitaal toegankelijk. www.cogis.nl/bibliotheek
Foto omslag: bloemen voor omgekomen grensrechter in Almere,
2012 (Robin Utrecht/ANP).
- Op bevende grond
- Psychosocia le ondersteuning in
conf l ictgebieden – (hoe) kunnen we
helpen?
- (On)vergeten geheimen na genocide
C o g i s C o p e
03
14
Co
gi
sC
op
e
t i j d s C h r i f t o v e r g e v o l g e n
va n s C h o k k e n d e g e b e u r t e n i s s e n
Co
gis
Co
pe
03
14
0314
s C h o l i n g
j a a r g a n g 1 1 n u m m e r 3 o k t o b e r 2 0 1 4
6 oktober 2014
Ontkenning bij vermoedens van
kindermishandeling
www.herlaarhof.nl
8 oktober 2014
Diagnostiek en behandeling
van psychische gevolgen in
de volwassenheid
www.celevt.nl
9 oktober 2014
Symposium Psychotraumatisering II
www.scem.nl
9 oktober 2014
Symposium Jeugd en
Gezinsonderzoek
www.ru.nl
10 oktober 2014
Congres ‘Angststoornissen …en?’
www.parnassia-academie.nl
21 oktober 2014
Mensenhandel en trauma
Refereerbijeenkomst, verzorgd
door Equator Foundation en
Bureau Nationaal Rapporteur
Mensenhandel
www.equatorfoundation.nl
29 oktober 2014
Building Bonds From the Inside
Out. Werken en Verbinden met de
Kracht van Binnenuit
www.eftnetwerk.nl
30 oktober 2014
Vluchtelingenbeleid? Gemeenten
aan zet!
Congres t.g.v. 35 jarig bestaan van
VluchtelingenWerk Nederland
www.vluchtelingenwerk.nl/congres
3 november 2014
Research en Best Practices EMDR
Refereerbijeenkomst Stichting
Centrum ’45
www.centrum45.nl
4 november 2014
Narratieve Exposure Therapie
(NET) supervisiedag
www.centrum45.nl
6 november 2014
Sociale Psychiatrie: de revanche
van het systeemdenken
www.sympopna.nl
6-8 november 2014
ISTSS Annual Meeting
www.istss.org
7 november 2014
Symposium Angst en depressie
in een diverse samenleving. Naar
diversiteitscompetente behandeling
en autonome cliënten
www.tilburguniversity.edu
14 november 2014
NVGP-congres ‘De groep dichtbij
– dichtbij de groep
www.groepstherapie.nl
17 november 2014
Meet the Xperts II, de alternatie-
ven. Ervaringsdeskundigheid en
cliëntgestuurde organisaties, de
stand van zaken
www.ggzplussymposium.nl
20 november 2014
Veerkracht online: toepassingen
voor preventie en praktijk
Arq Najaarssymposium i.s.m.
INPREZE
www.cogis.nl/veerkrachtonline
20 november 2014
(herhaling 9 december 2014)
Kinderen en oorlog
Refereerbijeenkomst Stichting
Centrum ’45, verzorgd vanuit de
zorglijn Kind en Trauma,
door Trudy Mooren en Gerrit
Breeuwsma
www.centrum45.nl
20 november 2014
Jaarcongres Nederlands
Kenniscentrum Ouderenpsychiatrie
www.nkop.nl
21 november 2014
Innovatief inzetbaar: (e)tools ter
versterking van de veerkracht voor
hoog risico-beroepen
Arq Najaarssymposium
www.cogis.nl
27 november 2014
Kansen en obstakels in de
psychotraumahulpverlening -
Samenwerken in een complex veld
(NtVP-congres)
www.sympopna.nl
2 december 2014
3e landelijke studiedag Basis GGZ
www.leidscongresbureau.nl
4 december 2014
Studiedag Klinische psycho therapie
– de therapeutische relatie van-
daag
www.opzgeel.be
Themanummer MH17
- Spanningsveld col lect ief en indiv idu
- Ver l ies , rouw en steun
- Oekraïne: histor isch perspect ief
C O g i S C O p e 04
14
CO
gi
SC
Op
e
T i j d S C H r i f T O V e r g e V O l g e nVa n S C H O k k e n d e g e b e u r T e n i S S e n
CO
giS
CO
pe
0414
0414
S C H O l i n g
j a a r g a n g 1 1 n u M M e r 4 d e C e M b e r 2 0 1 4
13 januari 2015Jaarsymposium Kinder- en Jeugdpsychiatriewww.benecke.nl
20 januari 2015E-health in de GGZwww.medilex.nl
22 januari 2014(herhaling 17 februari)Over evidence based op PTSS gerichte interventies en de dilemma’s ervan (Rolf Kleber) & Het voorspellen van behandel-succes bij veteranen met PTSS: Richtlijnaanbevelingen voor de praktijk (Joris Haagen)Refereerbijeenkomst Stichting Centrum ’45 / Stichting ArqAanmelden: [email protected]
29 januari 2015Kwetsbare gezinnen in gemeentenwww.medilex.nl
januari-juni 2015Complexe traumatisering – verdie-pingscursus Diagnose en behandelvormen*www.rino.nl
januari-juni 2015Behandeling van getraumatiseerde gezinnenEen trauma heb je nooit alleen*www.rino.nl
januari-december 2015Psychotrauma en ouderenDiagnostiek, behandelvormen en comorbiditeit*www.rino.nl
januari-december 2015Trauma, cultuur en migratieComplicerende factoren bij de behandeling*www.rino.nl
11 februari 2015Mind the Body. Naar een betere lichamelijke gezondheid en leefstijl van patiënten met een ernstige psychische aandoeningwww.sympopna.nl
18 februari en 11 maart 2015Rehabilitatie bij angst en depressie in gespecialiseerde GGZwww.trimbos.nl
februari-mei 2015EMDR basiscursusEye Movement Desensitization and Reprocessing bij trauma*www.rino.nl
6 maart 2015Zesde congres Congres Integrale Psychiatrie. De (G)Gz in crisis?www.congresintegralepsychiatrie.nl
6 maart 2015Traumatische rouwBrief Eclectic Psychotherapy for Traumatic Grief*www.rino.nl
9, 16 maart en 14 september 2015Narratieve Exposure Therapie (NET)*www.rino.nl
27 maart 2015Arq Najaarssymposiumwww.arq.org
maart-april 2015Betrouwbare diagnose PTSS met CAPS-5. Aanpassingen naar DSM-5*www.rino.nl
maart-september 2015PTSS na vroegkinderlijk misbruik of mishandelingTraumagerichte behandeling in twee fasen*www.rino.nl
16 april 2015Psychiatrie in de zorg voor mensen met een verstandelijke beperkingwww.medilex.nl
21 april 20153e Landelijke studiedag ‘Basis GGZ’www.leidscongresbureau.nl
23 april 2015(herhaling 26 mei 2015)Co-morbiditeit en diagnostiekRefereerbijeenkomst Stichting Centrum ’45 / Stichting ArqAanmelden: [email protected]
24-26 april 2015First International Conference on Transcultural Psychiatry in Central European Countrieswww.wpa-gdynia-2015.org
* Organisatie in handen van Arq i.s.m. RINO Noord-Holland
Biologische psychiatr ie in t raumatologieAls een ramp een school t ref tDe kracht van Jan Brokken
C o g i s C o p e
02
14
Co
gi
sC
op
e
t i J D s C h r i f t o v e r g e v o l g e nvA n s C h o k k e n D e g e B e u r t e n i s s e n
Co
gis
Co
pe
02
14 0214
s C h o l i n g
J A A r g A n g 1 1 n u m m e r 2 J u l i 2 0 1 4
10-13 september 2014Bridging the gap between science and practice
(EABCT-congres over cognitieve gedragstherapie)www.eabct2014.org
11 september 2014(herhaling 21 oktober 2014)Mensenhandel en traumaRefereerbijeenkomst Stichting Centrum ’45, verzorgd door Equator Foundation en
Bureau Nationaal Rapporteur Mensenhandelwww.centrum45.nl
11 september 2014Zorg + Welzijn jaarcongreswww.zorgenwelzijncongressen.nl
14-18 september 2014WPA 16th World Congress of Psychiatry
www.wpanet.org
23 september 2014mHealth: voor de GGZ van morgenwww.sympopna.nl
26 september 2014Vluchtelingenhulp: een humani-taire verplichting omgeven met dilemma’s
www.hotel-dewereld.nl
september – oktober 2014Getraumatiseerde gezinnen. Interventie in gestagneerde systemen(Arq i.s.m. RINO Noord-Holland)www.rino.nl
september - november 2014EMDR basiscursus(Arq i.s.m. RINO Noord-Holland)www.rino.nl
september – december 2014Basisopleiding psychotrauma(Arq i.s.m. RINO Noord-Holland)www.rino.nl
september 2014 – februari 2015Complexe traumatisering – basis-cursus(Arq i.s.m. RINO Noord-Holland)www.rino.nl
september 2014 – maart 2015Beknopte Eclectische Psychotherapie voor PTSS(Arq i.s.m. RINO Noord-Holland)www.rino.nl
2 oktober 2014Masterclass Beknopte Eclectische Psychotherapie voor PTSS(Arq i.s.m. RINO Noord-Holland)www.rino.nl
6 oktober 2014Ontkenning bij vermoedens van kindermishandeling
www.herlaarhof.nl
8 oktober 2014Diagnostiek en behandeling van psychische gevolgen in de volwassenheid
www.celevt.nl
29 oktober 2014Building Bonds From the Inside Out. Werken en Verbinden met de Kracht van Binnenuit
www.eftnetwerk.nl
30 oktober 2014Betrouwbare diagnose PTSS met CAPS-5. Aanpassingen naar DSM-5
(Arq i.s.m. RINO Noord-Holland)www.rino.nl
najaar 2014Traumatische rouw(Arq i.s.m. RINO Noord-Holland)www.rino.nl
najaar 2014Psychotrauma en ouderen(Arq i.s.m. RINO Noord-Holland)www.rino.nl
oktober – november 2014Trauma, cultuur en migratie(Arq i.s.m. RINO Noord-Holland)www.rino.nl
6 november 2014Sociale Psychiatrie: de revanche van het systeemdenken
www.sympopna.nl
6-8 november 2014ISTSS Annual Meetingwww.istss.org
• Verbindenopnat ionaal én Europeesniveau
•Maatschappel i jke impact van mini -cr ises
• Ervar ingenaanhet WOI f ront
• Levensverhalen inher inner ingscultuurén traumatherapie
C Og I s CO p E 01
15
COgIsCOpE
t I jdsChr I ft OVEr gEVOLgEnVan sChOkkEndE gEbEurtEn IssEn
COgIs
COpE0115
0115
s C hO L I n g
jaargang 1 2 nuMMEr 1 a pr I L 2 0 1 5
10april20157e jaarcongres klinisch psychologen en klinisch neuropsychologenwww.zonderzorg.nl
16april2015Psychiatrie in de zorg voor mensen met een verstandelijke beperkingwww.medilex.nl
20-21april2015Annual Conference UK Psychological Trauma Societywww.ukpts.co.uk
21april20153e Landelijke studiedag ‘Basis GGZ’www.leidscongresbureau.nl
23april2015 (herhaling26mei2015)Trauma en VerslavingRefereerbijeenkomst Stichting Centrum ’45 / Stichting Arqaanmelden:[email protected]
24-26april2015First International Conference on Transcultural Psychiatry in Central European Countrieswww.wpa-gdynia-2015.org
30april2015GGZ+Techwww.ggzplussymposium.nl
19mei2015Masterclass Positieve psychologie in de praktijkwww.11congressen.nl
28mei2015Congres Kind en traumawww.traumacongres.nl
10-13juni2015ESTSS Conference 2015www.estss.org
22-26juni2015The legacy of World War One - Shaping the Modern Worldwww.legacyww1.org
23juni2015Getuigen of therapieRefereerbijeenkomst Stichting Centrum ’45 / Stichting Arqaanmelden:[email protected]
24-26juni20153rd European Congress on Assertive Outreachwww.eaof.org
2september2015Contextuele behandeling van
scholingsaanbodarqi.s.m.rInOnoordholland
Narratieve Exposure Therapie (NET)Behandeling van complexe ptssseptember–mei2016
Beknopte Eclectische Psychotherapie voor PTSS (BEPP)Een integratieve behandelvorm voor traumaproblematiekMei–december2015
EMDR - basiscursusEye Movement Desensitization and Reprocessing bij traumaseptember–november2015
Complexe traumatisering – basis-cursusDiagnose en behandelvormenMei-september2015
Psychotrauma en ouderenDiagnostiek, behandelvormen en comorbiditeitseptember–december2015
Behandeling van getraumati-seerde gezinnenEen trauma heb je nooit alleenseptember–december2015
Trauma, cultuur en migratieComplicerende factoren bij de behandelingseptember–december2015
EMDR – vervolgcursusEye Movement Desensitization and Reprocessing bij traumaOktober–december2015
Informatieeninschrijving: www.rino.nl of Barbara Lieuwen, coördi-nator professionele opleidingen Arq 06-33661013, [email protected]
c o g i s c o p e 0 1 1 5 1
2 De pijn van januari 2015 Het meervoudige verdriet van Frankrijk achter
de aanslagen in parijs
Niek Pas
6 ‘een paar pagina’s in een geschiedenisboek’ De toekomst van de verhaalcultuur na
Auschwitz
Liesbeth Hoeven
11 een moderne sjamaan Hoe Vedat Şar de esTss transformeert tot
een slagvaardige, communicatieve organisatie
Eli ten Lohuis
15 ervaringen aan het front De beleving van de eerste Wereldoorlog
en de rol van de militaire psychiatrie
Wim D. Visser
20 geen mini-crisis is hetzelfde en toch hebben ze
veel gemeen over de maatschappelijke en bestuurlijke
consequenties van mini-crises
Vina Wijkhuijs en Menno van Doorn
25 Werking en evidentie van Narratieve exposure Therapie
Behandeling van complex trauma
door reconstructie van het levensverhaal
Michaela Schok
RuBRiekeN
30 onderzoekpTss vanuit een netwerkmodel bekeken
Michaela Schok
32 in de Werkkamer Mariel Meewisse, nieuwe voorzitter NtVp: ‘Verbinden en
samenwerken voor betere traumazorg’
Jeroen Knipscheer
36 inspiratie Hans Moors
38 Berichten uit het veld
41 Boeken
46 in de media
scholing (achterkant omslag)
i N H o u D
Niek Pas
2 c o g i s c o p e 0 1 1 5 De pijn van januari 2015
Het meervoudige verdriet van Frankrijk achter de aanslagen in Parijs
Als een lijkwade gaapte het gigan-
tische zwarte doek met de woorden
‘Je suis charlie’ het voorbijrazende
verkeer aan dat vanaf de A8: la
provençale, Nice schampt. Het was
woensdag 14 januari, precies een week
na de aanslagen in parijs. De (media)
historicus Niek pas was in Nice, toe-
vallig, voor een congres. Hij merkte
er hoe dit immense doek de pijn van
Frankrijk, die week après, tot uitdruk-
king bracht. Maar niet ieders pijn.
Demonstratie tegen de aanslagen in Parijs, 11 januari 2015 (Laurent Cipriani/ANP).
De pijn van januari 2015
De pijn van januari 2015 c o g i s c o p e 0 1 1 5 3
Overal in deze meest Italiaanse der Franse ste-
den – Nice kwam pas in 1860 onder Parijs’ be-
stuur – had Charlie zijn tekens achtergelaten.
Epicentrum was de Place Garibaldi. Het plavei-
sel, de stoepranden en zelfs de sokkel van de
oude Guiseppe waren beplakt met stickers en
zwarte papiertjes: ‘Je suis Charlie’. Tussen de
bomen hing een eenzaam doek met slogans,
opmerkingen en aanmoedigingen. Het plein
van de beroemde zoon van Nice, held van de
Italiaanse eenheid, was in de dagen na die 7e
januari de huiskamer voor vele tienduizenden
inwoners. Een symbolischer plek voor collec-
tieve, spontane, uitingen van solidariteit met de
slachtoffers, met de Republiek, met republikein-
se waarden dan het Garibaldiplein is nauwelijks
denkbaar. De Franse voorliefde voor pleinen om
hun vrijheidsstrijd kenbaar te maken stamt uit
het Revolutietijdperk. Het einde van de absolu-
tistische monarchie in 1789 was tevens het be-
gin van Frankrijks claim op universele rechten
voor de burger en beginselen zoals vrijheid en
gelijkheid.
Dominant in de publieke ruimte waren niet de
bloemenzeeën maar de stickers, affiches en tek-
sten. Parijs, Nice, elders in Frankrijk: deze uitin-
gen zijn te beschouwen als een geactualiseerde
variant op ‘la prise de parole’, waarmee filosoof
Michel de Certeau de protesten in 1968 aan-
duidde. Op deze wijze uiten Fransen zich. En
zoals elders in Frankrijk werd de openbare ruim-
te ingezet voor herdenking en protest in één.
Hetzelfde proces speelde zich af in het domein
op de rand van publiek en privé: in winkels en
restaurants waren zwarte A4tjes met witte tekst
‘Je suis Charlie’ alom aanwezig. Rouwbrieven in
negatief, statements, zichtbaar voor iedere klant.
Charlie was overal maar symboliseerde tegelij-
kertijd niet het hele verhaal van de aanslagen.
MediatiseringDe berichten over de aanslag op de redactie
waren schokkend. Hetzelfde geldt voor het
vervolg, de ontknoping, de intensieve mediati-
sering via oude en nieuwe media, voorzien van
indringende beelden, interviews met getuigen
en familieleden, live verslaggeving van achter-
volging en politie-inzet. Een drama dat zich in
drie dagen ontrolde: 7 januari, de aanslag op
de redactie van Charlie Hebdo door de broers
Chérif en Saïd Kouachi; 8 januari de moord op
een agente in Montrouge door Amedy Koulibali
(aanvankelijk nog niet in verband gebracht met
Charlie Hebdo) en de zoektocht naar de broers
Kouachi; 9 januari, de moorden en gijzeling
in de joodse supermarkt ‘Hyper Cacher’ Port
de Vincennes, Parijs, door Koulibali en de ont-
knoping, klokke 17:00 uur, in zowel Parijs als
Dammartin-en-Goële. In dit dorpje ten noorden
van Parijs hadden de broers zich verschanst in
een drukkerij en werden ze neergeschoten in
een uitbraakpoging die geïnspireerd leek op de
finale van Butch Cassidy and the Sundance Kid.
De eerste klap, de aanslag van 7 januari door
Chérif en Saïd Kouachi, kwam het hardst
aan. Hier was het hart van de Franse cultuur
geraakt. Weliswaar intellectuele cultuur en
marginaal in zekere zin, maar te allen tijde de
dialoog zoekend met Franse – en universele –
kwesties en problemen. De aanslagen van 8 en
9 januari, door Koulibali, voegde hier andere
aspecten aan toe die de pijn verdiepten en ook
vele malen complexer maakten: aanslagen op
vertegenwoordigers van de Franse staat, en op
een specifieke groep burgers: Fransen met een
joodse achtergrond.
De Republikeinse schoolDe reacties op de 7e januari waren direct,
massaal en planetair. Spontane uitingen van
solidariteit vonden plaats, vooral in de westerse
wereld, in stedelijke omgevingen. Deze mas-
sale uitingen staan in schril contrast tot tegen-
geluiden her en der in de arabisch sprekende
wereld: diverse grote steden in onder meer
Pakistan, Jordanië en Algerije waren het toneel
van demonstraties tegen sportprenten van de
profeet. In de Nigeriaanse stad Zinder ging het
Frans cultureel centrum in vlammen op. In
Frankrijk werden tientallen incidenten gemeld
met een anti-islamitisch karakter: moskeeën
werden beklad of bestookt met molotovcock-
tails.
De schok was onder meer zo groot omdat de
redactie van Charlie Hebdo diverse generaties
omvatte. De oudste medewerker, Georges
Wolinski, tachtig jaar, was zijn carrière in de
jaren vijftig begonnen. Dat wil zeggen dat drie,
vier, generaties Fransen zich in hem herken-
den. Wolinksi’s tekeningen waren een zegel
van de Vijfde Republiek, opgericht in 1958
door Charles de Gaulle. Meer dan een groepje
gemarginaliseerde journalisten en politiek
tekenaars vertegenwoordigde Charlie Hebdo
ook die typisch Franse ‘intellectueel’: de kun-
4 c o g i s c o p e 0 1 1 5 De pijn van januari 2015
stenaar, academicus die zich laat horen en zien
in het publieke debat. Frankrijk was geraakt
in de kern van zijn publieke debat, dat zoveel
meer betekent in een land waar vanouds de
relatie tussen staat en samenleving uiterst gril-
lig en moeizaam is.
Het ideologisch fundament van de Franse
republiek stoelt op een aantal pijlers. In de eer-
ste plaats is de Republiek ‘een en ondeelbaar’.
Frankrijk is sterk centralistisch georganiseerd
en bestuurd: ‘Parijs’ heeft het voor het zeggen.
Een tweede fundament is ‘laïcité’, een begrip
dat zich moeilijk letterlijk in het Nederlands
laat vertalen, maar dat neerkomt op een strikte
scheiding tussen Kerk en Staat. Het derde
aspect is de school. Scholing is niet zozeer een
fundament als wel een belangrijk instrument
om de waarden van de Franse republiek te
verspreiden. Het openbare onderwijs, voor
iedereen toegankelijk ongeacht ras, religie of
sociaaleconomische komaf, is idealiter de grote
gelijkmaker en biedt de mogelijkheid op basis
van mérites carrière te maken en een plekje in de
Franse samenleving te vinden.
Maar de school is de laatste decennia juist een
haperend integratie-instrument gebleken. En de
pijn zit dieper, sociaalcultureel en sociaaleco-
nomisch. De banlieuerellen zitten nog vers in
het geheugen. Maar de Franse voorsteden zijn
niet (alleen) de oorzaak van de hedendaagse
problemen met de politieke islam. De profie-
len die van de daders verschenen, maakten
heel duidelijk hoe complex de problematiek
was. Wat vermag scholing in de context van
gebroken gezinnen, afwezige vaderfiguren, een
gemankeerde opvoeding, geknakte identiteiten
en hooggespannen verwachtingspatronen van
jonge mannen?
Drie soorten pijnDe aanslagen maakten drie verschillende
soorten pijn zichtbaar. In de eerste plaats
de pijn van de geschonden waarden van de
Franse republiek, heel specifiek: persvrijheid.
Persvrijheid werd trouwens in die eerste dagen
na 7 januari nogal eens verward met de vrijheid
van meningsuiting. In elk geval was het domi-
nante frame ‘vrijheid versus radicale Islam’.
Dit was het thema dat leidde tot grootschalige,
(inter)nationale mobilisatie en ook de motor
was achter de Republikeinse mars op zondag 11
januari in Parijs, de grootste ooit in Frankrijk,
waar tal van internationale hoogwaardigheids-
bekleders hun opwachting maakte. Met de pijn
van de aanslag op de redactie van Charlie Hebdo
kan de (inter)nationale publieke opinie zich
duidelijk identificeren. Dit bleek ook uit het
oplagecijfer van het eerste nummer van Charlie
Hebdo dat binnen een week werd uitgebracht:
ruim 7 miljoen exemplaren. Een blad in de
marge werd een internationaal icoon.
Een tweede vorm van pijn ligt beduidend com-
plexer, en betreft de gemankeerde integratie.
Frankrijk herbergt de grootste moslimpopula-
tie binnen haar grenzen in Europa. Zowel de
broers Kouachi als Koulibali waren terroristen
van eigen bodem: jong, masculien, met een
immigrantenachtergrond, afkomstig uit gebro-
ken gezinnen, gefnuikte (school)carrières, zoe-
Charlie Hebdo is in 1992 opgericht. Tot de voorlopers behoren onder andere Hara Kiri (1960) maar de wortels van politieke satire in Frankrijk reiken ver terug in de tijd. Vanwege de felle (en soms ook ronduit botte) manier waarop kerk en staat werden aangeklaagd, is het blad in de jaren zestig en zeventig her-haaldelijk verboden. De redactie staat voor een fundamenteel humanistische visie op de mensheid, een strikte scheiding tussen religie en staat en links-libertair engagement.
De pijn van januari 2015 c o g i s c o p e 0 1 1 5 5
kend naar houvast, identiteit en een cause, die
ze op een gegeven moment gevonden meenden
te hebben in een heilsleer en een vijand. In de
dagen na de aanslagen spitste het debat in de
media zich in eerste instantie toe op het failliet
van de Republiek en haar instrumenten, met
name de school.
De gesprekken in Nice gingen niet alleen over
de aanslag, maar ook over de aanslagen. En
die maakten ook een ander soort pijn zicht-
baar. Die van het antisemitische karakter
van de moorden in de ‘Super Cacher’ bij de
Porte Vincennes. Een van mijn collega’s, een
Fransman met joodse roots, academicus en
actief in de plaatselijke politiek in Nice, had
ook zo zijn bedenkingen bij de herdenkingen.
Hij was zelf meegelopen in de republikeinse
mars in Nice op zondag 11 januari – de grootste
manifestatie uit de Franse geschiedenis met
miljoenen burgers op de been in heel Frankrijk
– maar vroeg hij zich af: waarom werd er nu
volop gedemonstreerd? Waar waren de Fransen
toen Mohammed Merah in maart 2012 in
Toulouse bij een school een rabbijn en drie
joodse kinderen doodschoot, nadat hij overi-
gens drie militairen had vermoord? En waarom
gingen Fransen niet massaal de straat op naar
aanleiding van de geruchtmakende ontvoering,
marteling en dood van de joods-marokkaanse
Ilan Halimi, in 2006, door een groep moslim-
jongeren die zichzelf ‘de barbaren’ noemde? Is
er een hiërarchie in rouwverwerking waarbij
intellectuels français verheven zijn boven Frans-
joodse burgers?
Bijzonder ongemakkelijke, maar terechte vra-
gen. Uiteindelijk vertegenwoordigden de slacht-
offers van de aanslagen op 7-9 januari diverse
bevolkingsgroepen en waren in dit opzicht een
dwarsdoorsnede van het hedendaagse Frankrijk:
seculier en religieus, joods en arabisch, Français
de souche en immigranten. En toch knaagt het
waar het de maatschappelijke reactie op het
groeiende antisemitisme in Frankrijk betreft.
Het hedendaagse antisemitisme heeft een
Arabische bron, maar Frankrijk kent tevens een
lange traditie van inheems antisemitisme. Dit
antisemitisme van eigen bodem steekt de laatste
jaren weer de kop op. Op deze wijze dreigt een
van de best geïntegreerde groepen Franse bur-
gers, joden, te vervreemden van de Republiek.
Het aantal emigranten naar Israël stijgt.
Internationale pijnDe intensieve mediatisering en bijkomende
solidariteitsexplosie duurden 1 à 2 weken en ver-
volgens zakte Parijs heel snel weg uit de (inter-
nationale) actualiteit. Het verbond van nieuwste
media en mondialisering, de omloopsnelheid
van nieuws, leidt telkenmale tot een ongemeen
vlot opschalen en dito afschalen. De hoeveel-
heid energie die hierbij vrijkomt is van welhaast
nucleaire dimensie. Hoe verhoudt dit zich ver-
volgens tot het langere termijnproces van rouw,
verwerking en verdriet? Hier moet immers ook
energie en aandacht voor worden vrijgemaakt.
Het ontbreken van een duidelijke bedding voor
de herdenking van de aanslagen zou het verwer-
kingsproces wel eens kunnen bemoeilijken. Er
is in de eerste plaats geen eenduidige datum,
een symbolisch moment zoals ‘9/11’, waarop
alle ‘verdrietenergie’ zich kan richten. In de
tweede plaats betrof het niet één gecoördineerde
aanslag op één enkele groep, maar een nogal
diffuus complex van acties gericht op diverse
doelen: een redactie, politieagenten en joden.
Het is natuurlijk koffiedik kijken hoe de herden-
kingsplechtigheid in januari 2016 zal verlopen,
maar het wordt nog een hele puzzel om de aan-
slag op de persvrijheid, op de Franse staat en op
burgers van joodse komaf in een zinvol samen-
hangend verband te gedenken.
Tot slot, wat betekenen de pijnen van Frankrijk
voor Europa, voor Nederland, voor ons als
mensen? De aanslagen in Kopenhagen op 14-15
februari 2015, een poging tot imitatie van de
aanslagen in Parijs, maken duidelijk, dat we er
wereldwijd mee te kampen hebben. Het pro-
bleem is universeel en complex en kan alleen
in internationaal verband afdoende behandeld
worden, met inzet van juridische en veiligheids-
instrumenten, samen met scholing en discussie
over maatschappelijke en universele waarden.
Niek Pas is als (media)historicus verbonden aan de Universiteit van amsterdam.
Liesbeth Hoeven
‘Een paar pagina’s in een geschiedenisboek?’ Zeventig jaar geleden werd het concentratie- en vernietigings-
kamp Auschwitz-Birkenau bevrijd door het Rode Leger. in dit
kamp werden meer dan een miljoen mensen vermoord. ernst
Verduin – nu 87 jaar – overleefde Auschwitz en was bij de officië-
le herdenking in polen. ‘Het overleven verplicht een getuigenis af
te leggen’, zegt Verduin. Daarom geeft hij gastlessen op scholen
en universiteiten. Hij ziet de toekomst van de herinneringscultuur
echter somber in: ‘Als wij, de ooggetuigen, er niet meer zijn, wor-
den de Tweede Wereldoorlog en de Holocaust een paar pagina’s
in een geschiedenisboek.’ in dit artikel wordt de herinnerings-
cultuur na Auschwitz, zowel in historisch als actueel perspectief,
in beeld gebracht als een dynamisch samenspel van verhalen.
Toekomst van de verhaalcultuur na Auschwitz
6 c o g i s c o p e 0 1 1 5 ‘Een paar pagina’s in een geschiedenisboek?’
‘Een paar pagina’s in een geschiedenisboek?’ c o g i s c o p e 0 1 0 1 1 5 7
Narratieve dynamiekBrengt het verstrijken van de tijd en het drei-
gende verlies van de verhalen van ooggetuigen
als Ernst Verduin, de toekomst van onze herin-
neringscultuur in gevaar? Is de enige manier
om weerstand te bieden aan deze culturele te-
loorgang het aangaan van een onmogelijke strijd
tegen de vergetelheid? Ik stel in mijn promotie-
onderzoek een alternatieve benaderingswijze van
de herinneringscultuur voor om de verhalen uit
het oorlogsverleden levend te houden. In de af-
gelopen jaren ontwikkelde ik een narratief dyna-
misch model. Dit model veronderstelt de herin-
neringscultuur als een onuitputtelijke bron van
twee soorten verhalen: de zogenoemde master
narratives en counterstories (Lindemann Nelson
2001). Waar master narratives ons voorzien van
een collectief gedragen mens- en wereldbeeld,
nemen counterstories stelling tegen de vanzelf-
sprekend geworden ideeën, beelden en culturele
praktijken die in een master narrative besloten
liggen. Counterstories brengen dimensies van een
herinneringscultuur aan het licht waarvoor in an-
dere verhalen niet of nauwelijks plaats is.
Master narrative en vooruitgangsgedachteSinds de bevrijding van 1945 speelt het geloof
in vooruitgang een belangrijke rol in de manier
waarop we de herinnering aan het oorlogsverle-
den levend houden (Van der Staay 2009). Het
vooruitgangsgeloof berust op de idee dat de
mens, een samenleving, de wereld of de werke-
lijkheid zich in de tijd ontwikkelen naar hogere
stadia van volmaaktheid. In de verschillende
grote en kleine verhalen die sinds de bevrijding
in omloop zijn, komt dit vooruitgangsgeloof – of
het gebrek eraan – tot uitdrukking (zie figuur).
Direct na de oorlog wilde men zich van de ballast
van de oorlogsjaren bevrijden en uit de puinho-
pen een nieuw bestaan opbouwen. De verhalen
die herinnerden aan de tijd waarin de samen-
leving niet werd opgebouwd maar afgebroken,
werden uit de geschiedenis weggeschreven. Wat
overeind bleef staan, was het beeld van een ge-
meenschap die weliswaar verslagen was, maar
niet gebroken: de eensgezinde strijd vóór vrede
en vrijheid zou na de oorlog opnieuw perspec-
tief bieden. De belofte van voorspoed werd ge-
koesterd als een gemeenschappelijk visioen. Dit
vooruitgangsgeloof, dat direct na de bevrijding
ontstond en tot diep in de jaren zestig circu-
leerde, berustte op het ideaal van een maakbare
samenleving. Men leefde in de overtuiging dat
het geëngageerd en planmatig realiseren van een
samenleving met een hoopvol toekomstperspec-
tief een menselijke mogelijkheid was. Lange tijd
werden alle ervaringen en herinneringen die een
bedreiging vormden voor het beeld van een vi-
tale samenleving in een fase van wederopbouw
uitgesloten van het grote verhaal (Van Ginkel
2011; Keesom 2012).
Counterstory en ondergangsgedachteIn de jaren zestig en zeventig begon het beeld van
een samenleving die ongeschonden de oorlog
was doorgekomen, langzaam uiteen te vallen. Op
basis van de vele individuele geschiedenissen van
‘vergeten’ slachtoffers - Sinti en Roma, Jehovah’s
Getuigen, homoseksuelen, Indiëgangers, slacht-
offers van kampen in Azië, kinderen van ‘foute’
ouders – die een plaats kregen in de herinne-
ringscultuur, bleek het onmogelijk de waarheid
en werkelijkheid nog langer te reduceren tot één
en het zelfde verhaal (Van Ginkel 2011). Het ex-
clusivistische beeld van mens en wereld, waarin
individuele verhalen hun bestaansrecht ontleen-
den aan de mate waarin zij een bijdrage lever-
den aan het vervolmaken van de naoorlogse sa-
Toekomst van de verhaalcultuur na Auschwitz
Master narrative Vooruitgangsgedachte(1945 - 1960) (maakbaarheid)
Counterstory Ondergangsgedachte(1960 - 1980)
Master narrative achteruitgangsgedachte(1980 - 2015) (maakbaarheid)
Counterstory Vooruitgangsgedachte(2015 - …) (niet-maakbaarheid)
8 c o g i s c o p e 0 1 1 5 ‘Een paar pagina’s in een geschiedenisboek?’
menleving, maakte plaats voor een pluralistisch
alternatief dat minder eenduidig hoopvol was
(Van Vree 2009). De Jodenvervolging en -vernie-
tiging drong bovendien in volle omvang door in
de beeldvorming over de Tweede Wereldoorlog.
In de loop van de jaren tachtig van de twintigste
eeuw groeide de herinneringscultuur op basis
van de vele trau-
matische kamp-
herinneringen uit
tot een gediffe-
rentieerd verhaal
(Withuis 2002).
De opkomst van
deze counterstory
tastte het vooruitgangsgeloof in zijn kern aan. De
vooruitgangsgedachte botste op haar tegenbeeld
met de vele geschiedenissen van slachtoffers die
ontegenzeglijk herinnerden aan de ondergang.
Master narrative en achteruitgangsgedachteLangzaam maar zeker ontstond er in de jaren
tachtig de behoefte aan een verhaal dat in posi-
tieve zin samenhang zou brengen; een verhaal
dat plaats zou bieden aan de uiteenlopende er-
varingen van de voorbije oorlogsjaren en daarbij
het geloof in een betere wereld hervond en vast-
hield als een reële mogelijkheid. Aan het eind
van de twintigste eeuw, in de periode dat het plu-
ralisme als counterstory was uitgegroeid tot een
nieuw master narrative, leek dit zingevend kader
of overkoepelend wereldbeeld gevonden. De te-
kortkomingen van het verleden werden, anders
dan binnen het exclusivistische beeld van mens
en wereld, erkend. In aanvulling op het pluralis-
me werden zij niet alleen aanvaard als een pijn-
lijke waarheid, maar ingezet als een les waarvan
men had geleerd. Opnieuw veroverde de maak-
baarheidsgedachte een prominente plaats in de
samenleving; een ideaal dat niet langer – zoals
direct na de bevrijding – het geloof in vooruit-
gang zou
m a k e n ,
maar dat
met de
mogelijk-
heid tot
achteruit-
gang zou
breken. ‘Nooit meer Auschwitz!’ (Van der Laarse
2013).
De tragiek van de maakbaarheidgedachteAuschwitz werd het symbool voor een breuk in
de Europese geschiedenis die definitief het ver-
schil duidelijk maakte tussen barbaarsheid en
beschaving. Barbaarsheid ontstond uit het onver-
mogen zich te kunnen verplaatsen in het verhaal
van andere mensen, in hun unieke situatie en in
hun individuele geschiedenis. Vanuit de herin-
nering aan Auschwitz zag men uit naar een sa-
menleving en een cultuur die blijvend en zonder
reserve een beschaving genoemd konden wor-
den. Een beschaving zou zichzelf verwerkelijken,
zo was de idee, wanneer de samenleving haar
toekomst vormgaf in het verzet tegen één domi-
nant verhaal. Op die manier zouden de uiteenlo-
pende groeperingen oorlogsgetroffenen erkend
worden en kon het proces van democratisering
worden voortgezet.
Het pluralistisch ideaal dat ten grondslag lag aan
deze gedachte wist zich als master narrative stevig
te verankeren in onze cultuur. Aanvankelijk in
een inclusivistische vorm: tot in de jaren negen-
tig leefde men in de overtuiging dat het goede
zou overwinnen in de eensgezinde strijd tégen
uitsluiting. De maakbaarheidsgedachte die hier-
van de katalysator vormde, bleek echter ook een
tragische kant te hebben. Hoezeer ook gepro-
beerd werd te voorkomen om verzeild te raken in
een situatie die parallellen kende met Auschwitz
als zwarte bladzijde in de geschiedenis, geheel
slagen kon men daarin niet. De talloze situaties
van oorlog en conflict wereldwijd – Rwanda,
Srebrenica – deden de vraag rijzen naar de legiti-
miteit van een master narrative dat pretendeerde
te strijden tegen marginalisering, uitsluiting en
onderdrukking, maar daarin gezien de actualiteit
keer op keer faalde. De nazistische vernietigings-
politiek was niet weerstaan, zoals aanvankelijk
gedacht werd. Zij had de wereld voorgoed ver-
anderd in een plaats waar genocide plaatsvond
en ons beeld van de wereld blijvend geschonden
(Van Vree 1995).
Het pluralistisch master narrative ‘Nooit meer
Auschwitz’, dat ruim drie decennia voorzien had
in het geloof dat achteruitgang in het licht van
Auschwitz onmogelijk was, werd in het nieuwe
millennium ook in ander opzicht op de proef ge-
steld. Waar aan het einde van de twintigste eeuw
de boodschap mondiaal gezien niet langer houd-
De maakbaarheidsgedachte
veroverde opnieuw een prominente
plaats in de samenleving
‘Een paar pagina’s in een geschiedenisboek?’ c o g i s c o p e 0 1 1 5 9
baar bleek, dreigde deze boodschap vijfenzestig
jaar na de oorlog historisch gezien een uitgehold
en leeg verhaal te worden. De mensen die de
herinnering aan Auschwitz zelf belichaamden,
zouden met het verstrijken van de tijd niet meer
onder ons aanwezig zijn. Met het in de vergetel-
heid verdwijnen van hun bestaan en hun verha-
len zou het ideaal van het pluralisme onmogelijk
verdedigbaar blijven in het heden, zo vreesde
men. Het is de vraag of de strijd voor het plu-
ralisme gewonnen kan worden wanneer deze
zich niet langer laat legitimeren door de directe
getuigen.
Liesbeth Hoeven promoveerde op 21 januari 2015 op het onderzoek Een boek om in te wonen. De verhaalcultuur na Auschwitz. De handelseditie van haar proefschrift is onlangs verschenen bij Uitgeverij Verloren (www.verloren.nl).
Auschwitz-overlevende Ernst
Verduin laat zijn litteken zien
van een weggehaalde tatoeage
van het concentratiekamp aan
een leerling tijdens een gastles
over de Tweede Wereldoorlog
(Phil Nijhuis/ANP).
10 c o g i s c o p e 0 1 1 5 ‘Een paar pagina’s in een geschiedenisboek?’
Culturele teloorgangDe status quo van de herinneringscultuur zoals
hierboven in kaart gebracht, stemt mensen – zo
ook een ooggetuige als Ernst Verduin – in toe-
nemende mate pessimistisch. De vraag rijst of
de herinneringscultuur nog toekomst heeft als
een cultuur van
verhalen. Onze
hoop is gevestigd
op de toekom-
stige generatie.
Deze dient met
een overtuigend
verhaal te komen,
waarin het spre-
ken in termen
van culturele teloorgang – omdat de slachtof-
fers die van de ondergang getuigen ons binnen
afzienbare tijd ontvallen – verruild wordt voor
het denken in culturele vooruitgang. In mijn on-
derzoek schets ik de contouren van een herinne-
ringscultuur die aan dit idee beantwoordt. Ik stel
voor de herinneringscultuur op te vatten als een
counterstory, die de grenzen van het huidige mas-
ter narrative ‘Nooit meer Auschwitz’ reflecteert
en deze waar nodig bijstelt.
Vooruitgangsgedachte, zonder maakbaarheidsideaalEen herinneringscultuur die toekomst heeft,
hecht waarde aan een verhaal waarin het plu-
ralisme als counterstory betekenis krijgt. Het
pluralisme wordt in dit verhaal, anders dan in
de slachtoffercultus na de bevrijding, verbeeld
vanuit de vooruitgangsgedachte in plaats van
vanuit de gedachte van de dreigende ondergang.
De verhalen van Art Spiegelman, Anne Frank,
Charlotte Salomon en Jochen Gerz, die als empi-
risch materiaal het hart vormen van mijn studie,
maken het voorstel tot een dergelijke vernieu-
wing van de herinneringscultuur concreet. Wat
ze onderling
verbindt als
ze worden
gelezen als
counterstories,
is de ver-
beelding van
een geloof in
vooruitgang
dat zich heeft
moeten distantiëren van het maakbaarheidside-
aal dat aan de utopie van het nazisme ten grond-
slag lag. De hoop op verandering die in de verha-
len van oorlogsslachtoffers besloten ligt spreekt
boekdelen en wijst ons, in een wereld waarin
oorlog en onderdrukking niet minder actueel
zijn, blijvend een weg vooruit.
LiesbeTH HOeVeN is als cultuurwetenschap-per verbonden aan Tilburg University.
Referentieswww.nos.nl; interview met ernst Verduin, 27 januari
2015.
www.radio1.nl; herdenking bevrijding auschwitz 27
januari 2015.
Ginkel, R. van, Rondom de stilte. Herdenkingscultuur
in Nederland. amsterdam: bert bakker, 2011.
keesom, J., ‘Nederland herdenkt en viert’, in:
breekbare dagen. 4 en 5 Mei door de jaren heen,
amsterdam: Nationaal Comité 4 en 5 mei, 2012,
pp. 19-30.
Laarse, R. van der, Nooit meer Auschwitz? Erfgoed
van de oorlog na Europa’s eeuw van de kam-
pen. Hooghalen: Herinneringscentrum kamp
Westerbork, 2013.
Lindemann Nelson, H., Damaged Identities. Narrative
Repair. Londen: ithaca, 2001.
staay, a. van der, Wereldkoers. Culturele groei als mon-
diaal proces. amsterdam: augustus, 2009.
Vree, F. van, in de schaduw van Auschwitz.
Herinneringen, beelden, geschiedenis, Groningen:
Historische Uitgeverij, 1995.
Vree, F. van, ‘De dynamiek van de herinnering.
Nederland in een internationale context’, in: F.
van Vree; R. van der Laarse (red.), De dynamiek
van de herinnering. Nederland en de Tweede
Wereldoorlog in een internationale context.
amsterdam: bert bakker 2009, pp. 17-40.
Withuis, J., Erkenning. Van oorlogstrauma naar klaag-
cultuur, amsterdam: De bezige bij, 2002.
Het pluralisme wordt verbeeld
vanuit de vooruitgangsgedachte in
plaats van dreigende ondergang
Een moderne sjamaan c o g i s c o p e 0 1 1 5 11
eli ten Lohuis
Hoe Vedat Şar de ESTSS transformeert tot een slagvaardige, communicatieve organisatie
Een moderne sjamaan
Afgelopen november hield de Nederlandstalige Vereniging
voor psychotrauma (NtVp) in ede haar jaarlijkse –
inmiddels zevende – congres. Naast de vele sprekers
op het gebied van de psychotraumatologie was ook
aanwezig prof. dr. Vedat Şar, de voorzitter van de esTss
(european society for Traumatic stress studies, het
europese overkoepelend orgaan op het gebied van
posttraumatische stress). Tijdens het congres sprak
eli ten Lohuis met hem, niet alleen over de esTss, zijn
voorzitterschap en zijn werk als psychiater, maar ook over
zaken als identiteit en individualiteit in een moderne tijd.Vedat Şar
zich nog aan en traumaverenigingen uit
Oekraïne en Griekenland staan op het punt lid
te worden – is nauwere onderlinge afstemming
nodig. Deze onderlinge afstemming is vooral
ook uitdagend, omdat Şar een verschil in tem-
po constateert waarin de psychotraumatologie
zich in de verschillende lidstaten ontwikkelt. Zo
hebben de
Duitstalige
landen, met
hun vereni-
ging met
het grootste
aantal leden,
al veel be-
reikt, onder
andere met
het ontwik-
kelen van uitgebreide trainingsprogramma’s,
maar er zijn ook landen die nog geen algemene
psychotraumatologie vereniging hebben. Şar wil
nu ‘synchroniseren’, zoals hij het uitdrukt met
een term uit de digitale wereld – een term die
hij hier gebruikt voor zijn streven om alle lan-
den gelijke tred te doen houden, om hen alle
te laten profiteren van elkaars kennis, ervarin-
gen en inzichten. Dit brengt de noodzaak met
zich mee om te netwerken en op zoek te gaan
naar de raakvlakken tussen de diverse psycho-
traumaverenigingen. Niet dat het de bedoeling
is de verschillen tussen hen weg te nemen.
‘Integendeel’, zegt Şar: ‘De enorme diversiteit
aan culturen, aan ideeën en interesses, verza-
melde kennis en organisatievormen vormt juist
een grote rijkdom waar we uit moeten putten om
12 c o g i s c o p e 0 1 1 5 Een moderne sjamaan
Tijdens het goed bezochte NtVP-congres is
Vedat Şar zeker niet de enige die in de pauzes
al rondlopend voortdurend collega-wetenschap-
pers aanspreekt en zelf aangesproken wordt.
Wel is hij de enige die een handzaam reiskoffer-
tje meetrekt, klaar om naar een volgend congres,
een volgend overleg af te reizen om er contacten
te leggen en te
onderhouden
met vakgeno-
ten. Want, zo
benadrukt hij
meermalen tij-
dens het inter-
view, persoon-
lijke contacten
tussen collega’s
blijven cruciaal,
ook in deze tijd van e-mail en videoconferen-
ties. ‘Pas als je je collega ook daadwerkelijk ziet
en hem of haar rechtstreeks spreekt over diens
onderzoek, bijvoorbeeld, over resultaten of pro-
blemen daarbij, dan pas kan je echt goed erva-
ringen uitwisselen, kennis en expertise delen en
overbrengen.’
Şar zegt dit niet alleen als wetenschapper op het
gebied van de psychotraumatologie maar vooral
ook als voorzitter van de ESTSS, een functie die
hij sinds het voorjaar van 2013 bekleedt. Een
van de praktische doelen die hij zich met deze
Europese psychotraumavereniging gesteld heeft,
behelst namelijk het kweken van een grotere on-
derlinge samenwerking tussen de verenigingen
aangesloten bij de ESTSS. Door de snelle groei
van de ESTSS – afgelopen jaar sloot Litouwen
de psychotraumatologie verder te ontwikkelen.’
Hier zet hij zijn toekomstvisie voor de ESTSS
af tegen die van haar Noord-Amerikaanse tegen-
hanger (de International Society of Traumatic
Stress Studies, ISTSS), die de ambitie heeft uit
te groeien tot een mondiale traumaorganisa-
tie. Volgens Şar een op zich nuttige ontwikke-
ling, maar hijzelf heeft een andere koers voor
ogen met de Europese organisatie. ‘Eigenlijk
bewegen wij ons in omgekeerde richting’, zegt
hij met een glimlach. ‘Wij richten ons binnen
Europa op onze raakvlakken om vandaaruit in-
tegratie te bevorderen binnen een krachtige,
transnationale organisatie.’
Verandering binnen de ESTSSDe noodzaak tot netwerken komt ook voort uit
het – versnelde – veranderingsproces waarin de
ESTSS zich bevindt. Bij de oprichting in 1993
was zij een relatief kleine organisatie, maar on-
der andere de groei van de laatste jaren maakte
verandering nodig, bleek onder meer uit de
feedback van de leden. De missie van de orga-
nisatie, haar stijl van werken, maar ook haar
imago is opnieuw aan de orde gesteld. ‘Het is
duidelijk dat we niet het werk dat veel nationale
en lokale organisaties al prima doen, moeten
overnemen’, zegt Şar, ‘maar er zijn ook zaken
die zij niet voor elkaar kunnen krijgen. Ieder
voor zich hebben zij weinig in te brengen bij
regeringen of de Europese Raad, maar via een
overkoepelend, onafhankelijk orgaan als de hui-
dige ESTSS kan wel wat bereikt worden.’ Deze
nieuwe rol van de ESTSS als belangenbehar-
tiger en vertegenwoordiger wordt volgens de
‘Wij richten ons binnen Europa op
onze raakvlakken om vandaaruit
integratie te bevorderen binnen een
krachtige, transnationale organisatie’
Een moderne sjamaan c o g i s c o p e 0 1 1 5 13
voorzitter door de leden zeer gewaardeerd. De
ESTSS ondersteunt en geeft richting, en is daar-
mee van toegevoegde waarde voor de professio-
nals in het veld. ‘Maar’, voegt hij eraan toe, ‘we
kunnen deze rol alleen vervullen met hulp en
input van de leden zelf.’
De Nederlandstalige Vereniging voor PsychotraumaEen van die leden van de ESTSS is de NtVP, op
wier congres we
te gast zijn. Şar
is vol waarde-
ring over de rol
van Nederland
binnen de inter-
nationale psy-
chotraumatolo-
gie en over de
NtVP, de op een na grootste vereniging binnen
de ESTSS, met een nog steeds groeiend ledental.
‘Nederland is misschien niet het meest getrau-
matiseerde land ter wereld’, zegt hij, ‘maar het
kent wel een rijke traditie op het gebied van de
psychotraumatologie.’ Belangrijk daarbij is dat
men bij het ontplooien van kennis en vaardighe-
den niet aan fragmentatie ten prooi is gevallen
door zich op een beperkt aantal specialisaties te
richten met uitsluiting van andere aandachtsge-
bieden. In plaats daarvan heeft men via hoog-
waardig onderzoek het overzicht over het hele
veld weten te behouden. Hij noemt de NtVP
hierin ‘exemplarisch’ voor andere ESTSS-leden,
en concludeert dat Nederland op de goede weg is.
Middelmatigheid en oppervlakkigheidŞar noemt ook een aantal gevaren en proble-
men waarmee de ESTSS, en het vakgebied van
de psychotraumatologie als zodanig, geconfron-
teerd worden. Veelal zijn die terug te voeren op
de middelmatigheid en oppervlakkigheid die
hij signaleert als kenmerkend voor onze tijd,
en waarover hij meermalen zijn afschuw uit-
spreekt. Zo moet de psychotraumatologie ervoor
beducht zijn dat zij niet gemarginaliseerd wordt.
Şar refereert
hier aan de on-
derlinge wed-
ijver tussen de
verschillende
takken en stro-
mingen binnen
de (medische)
wetenschap om
hun bestaansrecht aan te tonen. Zou de psycho-
traumatologie genoodzaakt zijn aan een derge-
lijke strijd mee te doen, dan loopt zij het gevaar
(financieel) aan het kortste eind te trekken. Het
vak kent nu eenmaal een aantal kanten die haar
positie verzwakken ten opzichte van traditionele
medische systemen: het werk vergt een hoge
kwaliteit en bijzondere inzet van de beoefenaren,
en therapieën zijn vaak duur en langdurig. Şar
betreurt niet alleen dat er veel energie gaat zitten
in het verdedigen en veiligstellen van zijn vakge-
bied, maar vooral dat traditionele medische sy-
stemen met strikte regels qua tijdsduur en kos-
ten, en met vastgestelde medicatieverstrekking,
voorrang lijken te krijgen op de politieke en dus
financiële agenda. ‘Maar trauma kan nu een-
maal niet “eenvoudig” met medicatie worden
aangepakt, de behandeling ervan is verfijnd en
valt buiten de mainstream. Tegenwoordig echter
lijkt middelmatigheid het te winnen van kwali-
teit en verfijning’, zegt Şar spijtig, ‘waarmee de
psycho traumatologie in een gevaarlijke positie
kan belanden.’ En dat stelt volgens hem de be-
volking en de volksgezondheid bloot aan gevaar,
zeker nu de posttraumatische stressstoornis
(PTSS) een van de meest voorkomende psychi-
sche stoornissen blijkt te zijn. Een onbehandeld
psychotrauma zal zich opnieuw manifesteren
en kan zich uiten in (huiselijk) geweld, kinder-
mishandeling of suïcide. ‘Problemen die geen
zaak zijn van de politiek of de sociologie, maar
die je moet oplossen via de psychologie’, aldus
de voorzitter van de ESTSS, die zichzelf hiermee
een duidelijke opdracht oplegt.
Een ander probleem dat Şar signaleert is meer
vakinhoudelijk, en illustreert eveneens zijn
angst voor middelmatigheid en oppervlakkig-
heid. Het baart hem zorgen dat de term ‘trauma’
tegenwoordig te makkelijk in de mond geno-
men wordt en daarmee iets oppervlakkigs krijgt.
De psychotraumatologie
moet ervoor beducht zijn
dat zij niet gemarginaliseerd wordt
14 c o g i s c o p e 0 1 1 5 Een moderne sjamaan
identificatie met deze sociologische identiteit,
waaronder ook aspecten als cultuur en etniciteit
vallen, kan volgens Şar een zeer kwalijk effect
hebben. Zo kan het sociologische zelf niet alleen
een schild worden dat trauma verhult, maar een
(veel) te grote mate aan sociologische identiteit
kan ook iemands individuele zelf verdringen.
Hij neemt dit onder andere waar bij IS-strijders.
‘Zij hebben zo veel aan sociologische identiteit
dat ze geen individuele identiteit meer hebben’,
legt hij uit, ‘en dan is het effect kwaadaardig.’
Een balans tussen de twee acht hij ideaal. Zijn
standpunt is ook opmerkelijk omdat hij ook be-
weert dat etniciteit slechts één aspect is van deze
sociologische identiteit. ‘Ik realiseer me dat het
thema etniciteit gevoelig ligt in Europa, maar ik
ben ervan overtuigd dat het slechts één facet is.
Als student medicijnen leerde ik dat mensen fy-
siologisch gezien in principe allemaal hetzelfde
waren, en dit idee nam ik mee toen ik vervolgens
psychiater werd. Eigenlijk vind ik dat alle men-
sen eender zijn, in fysiologisch opzicht maar ook
in psychisch opzicht. Er is een universele psy-
chologie zoals er ook een universele fysiologie is.
Tevens is hij van mening dat een behandelaar
zich niet moet beperken tot het aanpakken van
de problemen voortkomend uit het psychotrau-
ma: een beperking die een miskenning van de
patiënt is. Beter is het ook aandacht te beste-
den aan de subjectieve aspecten van de conditie
van de patiënt, aan zijn innerlijke wereld. Hier
spreekt Şar als
psychiater de
hoop uit dat
de Europese
psychotrauma-
tologie erin zal
slagen te ko-
men tot nieu-
we en betere
inzichten in de
werking van de
menselijke geest en een wetenschappelijk model
op te stellen dat deze verklaart. Hierbij zou men
zeker elementen moeten betrekken uit de filoso-
fie en de psychotraumatologie, maar dit weten-
schappelijk model moet ook aandacht besteden
aan het gebied waar individu en maatschappij
elkaar ontmoeten.
De universele mens: iedereen is eenderVoortbouwend op zijn stelling dat de behande-
ling van de patiënt gericht te dient te zijn op
diens innerlijke wereld, zet Şar zijn persoonlijke
filosofie uiteen. Het is zijn overtuiging dat alles
draait om de individuele, eigen identiteit van de
mens, waar deze een evenwicht moet zien te
vinden tussen wat Şar het sociologische zelf en
het psychologische zelf noemt. Een al te grote
En als je verder kijkt dan de verschillen, zie je
dat het eender-zijn ook psychologisch groter is
dan het verschillend-zijn. Het is mijn ervaring
dat mensen het prettig vinden als je ze vanuit
dat universele benadert.’
Een moderne sjamaan Gevraagd hoe hij de annalen van de ESTSS in
zou willen gaan als zijn voorzitterschap er deze
zomer op zit, denkt Şar even na, lacht dan en
zegt: ‘Mijn studenten van de medische faculteit
in Istanbul waren altijd heel verbaasd als ze za-
gen hoe snel een getraumatiseerde patiënt bij
een juiste benadering weer opleefde, hoe snel
er een verandering ten goede kon optreden. Dat
waren ze als medische studenten niet gewend,
en dus schreven ze een en ander toe aan mijn
“bijzondere krachten”. Zo is mijn bijnaam “sja-
maan van de moderne tijd” ontstaan.’ Zelf ge-
looft hij dat hij een verschil kan maken voor de
ESTSS als organisatie, dat hij zijn belangrijkste
doelen van meer communicatie en integratie
kan bereiken, en gegeven zijn reputatie, lijkt
daarmee geen woord te veel gezegd.
www.estss.org
eLi TeN LOHUis is schrijfster en vertaalster.
‘Mijn studenten van de medische faculteit in
Istanbul waren altijd heel verbaasd als ze zagen
hoe snel een getraumatiseerde patiënt
bij een juiste benadering weer opleefde’
Ervaringen aan het front c o g i s c o p e 0 1 1 5 15
Wim D. Visser
De beleving van de Eerste Wereldoorlog en de rol van de militaire psychiatrie
Ervaringen aan het front
Niet eerder manifesteerde het fenomeen oorlogs-
trauma zich zo nadrukkelijk als tijdens de eerste
Wereldoorlog. Het zijn vooral de soldaten/schrij-
vers geweest die ons aan de hand van brieven,
dagboeken, autobiografieën, romans en gedichten
een inkijkje geven in de beleving van dit grote
menselijke drama. in dit artikel wordt, onder meer
aan de hand van een aantal citaten, een beeld
geschetst van hun ervaringen aan het front, als-
ook van de geschiedenis van de militaire psychia-
trie en de betekenis daarvan voor het inzicht in de
(huidige) psychische gevolgen van oorlogs geweld.
Een kring van soldaten houdt
een doek vast en werpt een
soldaat omhoog tijdens de
voorbereidingen op de strijd
aan het front, Engeland 1915
(Spaarnestad Photo/HH).
16 c o g i s c o p e 0 1 1 5 Ervaringen aan het front
Tienduizenden jongemannen in de bloei van
hun leven die blijmoedig en vol optimisme naar
het front trekken, als gaan ze een groot avontuur
tegemoet. Het behoort nog steeds tot de meest
wrange beelden van de Eerste Wereldoorlog.
Deze ‘Grote oorlog’ bleek aan beide zijden uit-
gesproken nationalistische sentimenten los te
maken, die ook propagandistisch nog eens flink
werden aangewakkerd (Your country needs YOU!,
Arbeite du für den Sieg!), al was er in andere krin-
gen zeker ook scepsis.1 Het wrange is natuurlijk
dat wij het verschrikkelijke lot kennen van velen
van hen die aan het westelijk front werden af-
geslacht in een loopgravenoorlog, die zou uit-
monden in een statische uitputtingsslag die elke
menselijke verbeelding tart. De lonkende hero-
iek van de oorlog bleek al snel een tragische mis-
vatting, die eindigde in een grote desillusie met
als eindresultaat ruim 9 miljoen militaire slacht-
offers en 17 miljoen gewonden en psychisch ge-
mankeerden .2
Er zijn fotoboeken gepubliceerd van de Eerste
Wereldoorlog die ons een indruk geven van de
gruwelijkheden die deze oorlog met zich mee-
bracht.3 Ze tonen ons de meest afschrikwek-
kende foto’s die je maag doen omkeren: beelden
van rottende lijken, in bizarre omarmingen en
in verschillende staten van verminking, soms
zonder hoofd, benen of armen. Voor de soldaten
die het overleefden vormden deze beelden een
keiharde realiteit, waarmee ze moesten leren
omgaan. Een beeld dat luitenant Wyn Grifftith
maar niet uit zijn hoofd kreeg was dat van ‘een
eenzaam been, hoog hangend in een van de
bomen van het bos van Mametz, met zijn ge-
scheurd vlees over een tak vol bladeren’4. Het
is een bizar detail, net als het paar schoenen
met alleen de voeten er nog in. Foto’s geven een
vaak indrukwekkend, maar niettemin gestold
en fragmentarisch beeld van de werkelijkheid,
maar wat wij toch vooral willen weten is het ver-
haal daarachter: hoe was het om dag in dag uit,
week in week uit, in deze troosteloze omstan-
digheden te moeten verkeren? Hoeveel leed en
ellende kan de menselijke psyche verdragen en
waar liggen de grenzen van het menselijk incas-
seringsvermogen? Een tipje van de sluier wordt
opgelicht door de soldaten zelf in hun brieven
aan het thuisfront, dagboekfragmenten, auto-
biografieën, maar ook via door hen geschreven
romans en gedichten. Hun geschriften zijn in
belangrijke mate bepalend voor ons beeld van de
Eerste Wereldoorlog. Zij schetsen de harde reali-
teit van alledag, maar ook de kameraadschap die
hen motiveerde en op de been hield.
Soldaten/schrijversOpvallend is dat de lectuur over de Eerste
Wereldoorlog gedomineerd wordt door Engelse
soldaten/schrijvers, waarvan Robert Graves,
Wilfred Owen en Siegfried Sassoon de bekend-
ste zijn. Niettemin is het een Duitser wiens
boek de grootste bekendheid geniet. Het is
Erich Maria Remarque’s roman Im Westen nichts
neues. Zijn beschrijving van de ontberingen en
desolaatheid van het westelijke front hebben
zich voor altijd in onze hoofden vastgezet. Een
citaat:
Wir waren achtzehn Jahre und begannen
die Welt und das Dasein zu lieben; wir mus-
sten darauf schießen. Die erste Granate, die
einschlug, traf in unser Herz. Wir sind ab-
geschlossen vom Tätigen, vom Streben, vom
Fortschritt. Wir glauben nicht mehr daran;
wir glauben an den Krieg.5
Toch zijn de Engelse soldaten/schrijvers er het
best in geslaagd het existentiële besef van de sol-
daat in de loopgraaf over te brengen. Zo schreef
Sassoon bijvoorbeeld het gedicht Aftermath6:
Do you remember the dark months you held
the sector at Mametz
The nights you watched and wired and dug
and piled sandbags on parapets?
Do you remember the rats; and the stench
Of corpses rotting in front of the front-line
trench
And dawn coming, dirty-white, and chill with
a hopeless rain?
Do you ever stop and ask, 'Is it all going to
happen again?
Het is nog altijd het grote raadsel van de Eerste
Wereldoorlog: hoe konden de verantwoordelijke
politici en generaals blijven volharden in een
uitzichtloze oorlog die enkele miljoenen jonge
soldaten het leven kostten en waarvoor deson-
danks jaar in jaar uit toch weer nieuwe lichtin-
gen werden gerekruteerd? En dat niet alleen.
Honderdduizenden raakten zwaar gewond of
waren psychisch niet opgewassen tegen de ver-
schrikkingen van de oorlog. De schrijver Ernst
‘‘
Ervaringen aan het front c o g i s c o p e 0 1 1 5 17
Toller, zelf oorlogsvrijwilliger, werd na zijn fron-
tervaringen overtuigd pacifist. In dit licht moe-
ten we ook zijn geschriften lezen waarin hij op
indrukwekkende wijze zijn frontervaringen ver-
woordt.7 Een citaat daaruit:
Eines Nachts hören wir Schreie, so, als wenn
ein Mensch furchtbare Schmerzen leidet,
dann ist es still. Wird einer zu Tode getrof-
fen sein, denken wir. Nach einer Stunde kom-
men die Schreie wieder. Nun hört es nicht
mehr auf. Diese Nacht nicht. Die nächste
Nacht nicht. Nackt und wortlos wimmert
der Schrei, wir wissen nicht, dringt er aus der
Kehle eines Deutschen oder eines Franzosen?
Der Schrei lebt für sich, er klagt die Erde an
und den Himmel. Wir pressen die Fäuste an
unsere Ohren, um das Gewimmer nicht zu
hören, es hilft nichts, der Schrei dreht sich
wie ein Kreisel in unsern Köpfen, er zerdehnt
die Minuten zu Stunden, die Stunden zu
Jahren. Wir vertrocknen und vergreisen zwi-
schen Ton und Ton.
Toller raakte zelf zwaargewond aan het front en
keerde in 1916 naar Duitsland terug. In de peri-
ode die volgde fulmineerde hij zo hevig tegen de
oorlog dat hij dreigde voor de krijgsraad te moe-
ten verschijnen. Zijn familie wist hem daar ter-
nauwernood voor te behoeden door hem te laten
opnemen in een psychiatrische inrichting. Zijn
‘
Duitse soldaten met veldboeketjes op hun helmen nemen af-
scheid van hun familie voordat ze naar het front vertrekken 1914
(Spaarnestad Photo/HH).
18 c o g i s c o p e 0 1 1 5 Ervaringen aan het front
ervaringen daar leverden weer nieuwe stof tot
schrijven op. Daarin beschouwde hij de militaire
psychiatrie als een verlengstuk van de overheid
gezien hun primaire doel: soldaten klaarstomen
om weer te gaan vechten aan het front.8
Siegfried SassoonOok in de persoon van de eerder genoemde
Siegfried Sassoon komen literatuur en militaire
psychiatrie samen. Hij was eveneens oorlogs-
vrijwilliger wiens houding tegenover de oorlog
allengs veranderde, zo ook zijn poëzie die gelei-
delijk bitter en cynisch werd:
Does it matter? – losing your legs?/For people
will always be kind, (…)/Does it matter? –
losing your sight?/There’s such splendid work
for the blind …9
In de roman The Ghost Road van Pat Barker10,
die hiermee de prestigieuze Booker Prize won,
is Sassoon een van de hoofdpersonen samen
met de militair psychiater William Rivers. Een
militair hospitaal in het Schotse Craiglockhart
vormt het decor. Het is een van de achttien in-
richtingen die dag en nacht in bedrijf waren met
het psychisch oplappen van militairen. Rivers
behandelt daar oorlogsslachtoffers met allerlei
neurosen en shell-shock. De aandoening ‘shell-
shock’ vormde een van de grote raadsels en
zorgen van de militaire psychiatrie in de Eerste
Wereldoorlog. Naarmate de oorlog vorderde vie-
len steeds meer soldaten, maar ook officieren,
uit met een combinatie van fysieke problemen
zoals verlamming, doofheid, blindheid, stom-
heid, geheugenverlies, dwangmatige bewe-
gingen en uitputting. Deze klachten werden
aanvankelijk toegeschreven aan schade aan het
centrale zenuwstelsel door de blootstelling aan
ontploffende granaten, het lawaai en de grote
luchtdruk die daarbij vrij kwam. Maar die ver-
klaring was al spoedig onhoudbaar; psychische
oorzaken bleken zeker zo belangrijk te zijn.11
Hoe hiermee om te gaan? Het bijzondere aan
Rivers is dat hij niets moest hebben van de in
zijn tijd snel opkomende medische behandel-
methoden van deze problematiek, die volledig
voorbij gingen aan de oorzaken. Het toedienen
van elektroshocks was bijvoorbeeld een gangba-
re behandelwijze.12 Psychische klachten werden
niet begrepen en hard aangepakt. De gelukkigen
kwamen terecht in ziekenhuizen of psychiatri-
sche instellingen, maar er waren er ook die door
de legerleiding werden geëxecuteerd, meestal op
grond van lafheid of desertie.13 Rivers vormde
hierop een gunstige uitzondering. Hij stond een
humane methodiek voor en wilde zijn patiënten
in lange vriendschappelijke gesprekken laten te-
ruggaan naar hun tijd aan het front om hen zelf
inzicht in hun ziektebeeld te laten krijgen. Dit
alles in de hoop hen op die manier te genezen.
Weliswaar had hij het beste met zijn patiënten
voor, maar toch was ook bij hem alles erop ge-
richt om hen weer terug te laten keren naar het
front. Voor Rivers, een adept van Freud, moet
het zuur geweest zijn dat zijn leermeester mili-
taire psychiaters gekscherend ‘mitrailleurs ach-
ter het front’ noemde. De oorlogsdichter Wilfred
Owen, een van de patiënten van Rivers, sneuvel-
de inderdaad (nota bene in de laatste week van
de oorlog). Zijn vriend Sassoon, die ook terug-
keerde naar het front, zou wel overleven.
Militaire psychiatrieNaarmate de oorlog vorderde, groeide het in-
zicht dat men toch moest accepteren dat de
meest kwetsbaren, dus degenen met ernstige
psychische klachten, eenvoudigweg niet kon-
den worden opgelapt voor de strijd. Wie een
goed beeld wil krijgen van de geschiedenis van
de militaire psychiatrie in de twintigste eeuw,
met daarbij zeer veel aandacht voor de Eerste
Wereldoorlog, kan zonder meer het beste terecht
bij het alom geprezen boek War of nerves van de
historicus Ben Shephard.14 Uit zijn boek blijkt
onder meer dat de discussie over oorlogstrauma
na de Eerste Wereldoorlog langzaam maar zeker
verstomde en naar de achtergrond verdween.
En dat patroon gold eigenlijk voor elke oorlog
die nog zou volgen. Het bracht Shephard tot de
conclusie dat de kennis van het oorlogstrauma
kennelijk een vaste cyclus volgt: onderschatting,
overdrijving, begrijpen en vergeten.15 Opvallend
is bijvoorbeeld dat de hoogste medische verant-
woordelijke in Engeland ten tijde van de Tweede
Wereldoorlog, Sir Ernest Bowell, weigerde te
accepteren dat psychische klachten bij soldaten
niet voorkomen kunnen worden.16 Dat was een
conclusie die toch echt al eerder getrokken was
door de psychiatrie. Was het arrogantie of onwe-
tendheid?
Niettemin, met de opgedane ervaringen in de
Eerste Wereldoorlog verschoven de inzichten
over de gevolgen van (oorlogs)geweld, ook bin-
nen de militaire psychiatrie. Een belangrijke
‘
WiM D. VisseR is historicus en communica-tiedeskundige; hij werkt als beleidsadviseur voor impact en Cogis.
Ervaringen aan het front c o g i s c o p e 0 1 1 5 19
vraag die zich opdrong was natuurlijk: hoe komt
het dat sommigen wel tegen oorlogsgeweld be-
stand zijn en anderen niet? Heeft dat wellicht
iets maken met erfelijkheid, karakter, opvoe-
ding, het sociale milieu, de houding tegenover
de oorlog, de relatie met mede-soldaten, de
zwaarte en duur van de gevechten of is het een-
voudigweg een neurobiologische kwestie? Na
elke oorlog in de gewelddadige twintigste eeuw
werden deze vragen opnieuw actueel. Maar in
perioden van vrede was de militaire psychiatrie
een ondergeschoven kindje: ‘Military psychia-
try was a subject of deep obscurity, of interest
in peacetime only to a handful of serving doc-
tors.’17 De grote doorbraak voor de erkenning
van de verstrekkende psychische gevolgen van
oorlogsgeweld kwam na de Vietnamoorlog, die
vele militairen tot psychische wrakken maakte.
Als gevolg daarvan kwam er een lobby van psy-
chiaters en Vietnamveteranen tot stand die in
1980 leidde tot de officiële opname van de post-
traumatische stressstoornis (PTSS) in het hand-
boek van de psychiatrie (de DSM). Dat gebeurde
zonder dat er sprake was van een wetenschap-
pelijke doorbraak, noch van een grote stap voor-
waarts in termen van behandeling. Natuurlijk is
er in de afgelopen decennia, ook in de militaire
psychiatrie, grote vooruitgang geboekt in de
behandeling van psychotrauma, mede dankzij
de denkkaders en instrumenten afkomstig uit
de civiele psychiatrie.18 Maar er is er ook een
schaduwzijde. Die is vooral maatschappelijk
van aard. Getraumatiseerde veteranen – bij de
meeste militaire conflicten weliswaar een rela-
tief kleine minderheid – blijken grote moeite te
hebben om hun normale leven weer op te pak-
ken. Onder hen komt relatief veel verslavings-
problematiek voor en ook in huiselijke kring is
er vaak sprake van grote spanningen, die binnen
het gezin of daarbuiten worden afgereageerd.19
Daarom blijft de vraag actueel waar de grenzen
liggen van wat behandeling van getraumati-
seerde veteranen vermag; diezelfde vraag geldt
voor de medicatie en hoe deze twee zich tot el-
kaar verhouden. De discussie hierover is nog
1 in Duitsland werd gesproken over ‘ein frisch fröhlicher
krieg’, soldaten werden met name aan het begin van de
oorlog op stations toegejuicht door grote menigte men-
sen. er heerste groot optimisme, ook in engeland. De
propaganda deed zijn werk. in Duitsland meldden zich
in totaal 2,4 miljoen vrijwilligers aan. in engeland waren
dat er ruim 2 miljoen. Zie voor deze en vele andere
cijfers: Niall Ferguson, The pity of war: explaining World
War I, New York 1988.
2 Niall Ferguson, idem, p. 295.
3 Friedrich ernst, Krieg dem Kriege, meerdere uitgaven.
4 Holmes, War Walks. From Agincourt to Normandy,
London 1997, p. 141.
5 erich Maria Remarque, Im Westen nichts neues. Taschen-
buch der Weltliteratur des aufbau-Verlags, 1989, p. 59.
6 siegfried sassoon, The war poems, 1983.
7 ernst Toller, Eine Jugend in Deutschland. Paderborn 2013,
p. 39.
8 Leo van bergen, Zacht en eervol, p.298; zie ook ernst
Toller noot 7.
9 siegfried sassoon, The war poems, 1983. Zie voor zijn
proza Memoirs of a fox-hunting Man en Memoirs of an
infantry officer, respectievelijk 2006 en 1981.
10 Pat barker, The Ghost road, London 2008.
11 Leo van bergen, idem.
12 in Duitsland bekend als kaufman-kur (dr. Fritz
kaufman) en in engeland als de quick-cure (dr. Lewis
Yealland). Zie: Hans binneveld, Om de geest van Jan
Soldaat: beknopte geschiedenis van de militaire psychiatrie.
Rotterdam 1995, pp. 141–150.
13 Leo van bergen, De militaire doodstraf in de Eerste
Wereldoorlog. Nijmegen 1999. Dit is een bewerking van
hoofdstuk 5 van zijn boek Zacht en eervol sterven. Lijden
en sterven in een grote oorlog. Nijmegen 1999.
14 ben shephard, The war of nerves. London 2000.
15 ben shephard, idem.
16 Geciteerd uit een recensie van het boek A war of nerves
door James scully: zie www.medscape.com.
17 ben shephard, idem, introduction.
18 Hans binneveld, idem, pp. 247–254.
19 H.P.J Vos en W. Regter, ‘Veteranen, verslaving en
trauma’, in: Wim D. Visser (red.), Hulpverlening aan
Nederlandse veteranen: over preventie, signalering en na-
zorg. iCODO 2003, pp. 108 – 145.
lang niet ten einde, al is de publieke erkenning
van het fenomeen psychotrauma inmiddels vrij
algemeen. Misschien is dat nog wel de belang-
rijkste winst die de psychiatrie geboekt heeft de
afgelopen eeuw.
20 c o g i s c o p e 0 1 1 5 Geen mini-crisis is hetzelfde en toch hebben ze veel gemeen
Vina Wijkhuijs en Menno van Duin
Over de maatschappelijke en bestuurlijke consequenties van mini-crises
Afzetlint aan het bouwwerk
rond een flatgebouw in
Utrecht waar asbest is ge-
vonden, augustus 2012 (Rob
Huibers/HH).
Geen mini-crisis is hetzelfde en toch hebben ze veel gemeen
Geen mini-crisis is hetzelfde en toch hebben ze veel gemeen c o g i s c o p e 0 1 1 5 21
Al is er niet altijd sprake van (dodelijke) slachtoffers of flinke materiele
schade, net als rampen en crises gaan ook ‘mini-crises’ consequent ge-
paard met maatschappelijke ‘reuring’. Zo kan zowel een dodelijk ongeval
of gezinsdrama een mini-crisis zijn, als ook een protest bij een asielzoe-
kerscentrum of dreiging van een school shooting. In twee bundels Lessen
uit crises en mini-crises zijn inmiddels 38 van dit soort situaties beschreven
en van commentaar voorzien; 20 gebeurtenissen uit 2012 en 18 uit 2013.
Uit die verzameling is een aantal interessante observaties op te maken over
de maatschappelijke en bestuurlijke consequenties van mini-crises. Later
dit jaar zal een derde boek verschijnen met cases uit 2014. Wij doen dat
samen met een groot aantal anderen die op het terrein van het veiligheids-
en crisismanagement werkzaam zijn. De achterliggende gedachte bij de
reeks is dat vrijwel iedere gemeente (of regio) weleens met een mini-crisis
te maken krijgt. Met de bundels worden relevante lessen uit de praktijk
geboekstaafd, zonder dat geoordeeld wordt in termen van goed of fout. In
plaats daarvan wordt per casus ingezoomd op een relevant dilemma en
wordt zodoende ook collectief zichtbaar wat bij dergelijke gebeurtenissen
belangrijke thema’s zijn.
Maatschappelijke impact van minicrisesMini-crises zijn er zogezegd in verschillende soorten en maten. Dat geldt
niet alleen voor de aard van de gebeurtenissen, ook de maatschappelijke
impact van de gebeurtenissen kan in omvang of reikwijdte sterk verschil-
Vina Wijkhuijs en Menno van Duin
in de bundel Lessen uit crises en mini-crises blikken
auteurs uit verschillende geledingen terug op bijzondere
gebeurtenissen van de voorbije jaren. De eerste bundel
bevat 20 cases uit 2012; in de tweede bundel passeren
18 cases uit 2013 de revue. De publicaties bieden inzicht
in bestuurlijke en operationele dilemma’s die ten tijde
van de gebeurtenis speelden en hoe bestuurders en hulp-
diensten daarmee zijn omgegaan. Welke lessen kunnen we
trekken, terugblikkend op gebeurtenissen in de afgelopen
jaren? in deze bijdrage gaan Vina Wijkhuijs en Menno van
Duin op die vraag in.
22 c o g i s c o p e 0 1 1 5 Geen mini-crisis is hetzelfde en toch hebben ze veel gemeen
len. Soms blijft de impact beperkt tot één ge-
meente, zoals bijvoorbeeld bij de asbestvondst
in Utrecht (2012) en het dodelijke ongeval in
een mestsilo in Makkinga (2013). Maar een in
omvang kleine gebeurtenis kan ook in meerdere
gemeenten, en soms zelfs grotere delen van het
land, tot maatschappelijke onrust leiden. Van
‘de kopschoppers’ van Eindhoven (2013), van
wie beelden waren vastgelegd dat ze tijdens een
avondje stappen een jongen ernstig hadden mis-
handeld, de vermissing van de broertjes Ruben
en Julian (2013), en de rellen in Haren (2012),
raakte nagenoeg heel Nederland in de ban.
Burgemeester als boegbeeld en burgervaderHoewel mini-crises dus geregeld een bovenlo-
kale impact hebben, is er vaak voor de burge-
meester een belangrijke rol weggelegd (zie ook
Cogiscope, nummer 4, 2014). Niet omdat er nu
zulke zwaarwegende kwesties moeten worden
afgewogen, integendeel: feitelijk worden de
meeste, en soms ook cruciale, beslissingen op
operationeel niveau genomen. Meestal ligt het
zwaartepunt van een casus eigenlijk meer na
afloop, dan op het moment van de gebeurtenis
zelf. De betrokkenheid van de burgemeester ligt
dan vooral op het vlak van de nazorg aan betrok-
kenen. Als boegbeeld en burgervader van de
lokale gemeenschap is het aan de burgemees-
ter om de emoties van de bevolking in goede
banen te leiden. Het gaat dan bijvoorbeeld om
het – in overleg met verwanten – organiseren
van een herdenkingsbijeenkomst of stille tocht,
waarbij geregeld rekening moet worden gehou-
den met ongewenste toestanden als een mas-
sale toestroom van publiek of betoging van rad-
draaiers. Burgemeester Jorritsma van Almere
benadrukte daarom voorafgaand aan de stille
tocht ter nagedachtenis aan de grensrechter
die in november 2012 door jeugdvoetballers ‘de
dood in was geschopt’, dat de tocht alleen be-
doeld was voor mensen uit Almere; mensen uit
de rest van Nederland werd verzocht niet naar
de stad te komen. Burgemeester Vanvelthoven
van de Belgische gemeente Lommel besloot na
het busongeluk in Zwitserland (2012) – waar-
bij 22 schoolkinderen en zes volwassenen om
het leven kwamen – om met de ouders en na-
bestaanden naar Zwitserland af te reizen, zodat
hij hen gedurende de reis kon bijstaan. Eenmaal
terug in België is in nauwe samenspraak met de
ouders een herdenkingsbijeenkomst georgani-
seerd die door velen als indrukwekkend is erva-
ren. Nota bene moesten extra veiligheidsmaat-
regelen worden getroffen om te voorkomen dat
de bijeenkomst door orthodoxe christenen (die
meenden dat het ongeluk een straf van God was)
zou worden verstoord.
In overleg met de moeder van Ruben en Julian
(2013) besloot de gemeente Zeist geen publieke
bijeenkomst te organiseren. In plaats daarvan
werd een ieder gevraagd om voor de jongens
’s avonds een kaarsje te branden. Daar werd door
velen gehoor aan gegeven. Maar nadien rees de
vraag of door de gemeente of andere overheid
voor de vele vrijwilligers die dagen achtereen
naar de broertjes hadden gezocht, niet meer aan
nazorg had moeten worden gedaan. De vondst
van de lichamen was ingrijpend voor velen.
Bestuurlijke afstemming of patstellingBetrokkenheid van de burgemeester is in be-
paalde gevallen ook ingegeven door de nood-
zaak om tot afstemming te komen met andere
partijen die bij de gebeurtenis een rol hebben
(een woningcorporatie, belangengroep of andere
overheden). Dit was bijvoorbeeld het geval bij de
besmetting van de Ouwerkerkse Kreek in 2012.
Omdat de besmetting niet alleen gevolgen had
voor het gebruik van de recreatieplas, maar ook
voor de mosselkwekerij in de Oosterschelde,
waren bij deze casus zowel Rijkswaterstaat, het
waterschap alsook het ministerie van VWS be-
9 789462 364912
ISBN 978-94-6236-491-2
Lessen uit crises en mini-crises 2013
In deze publicatie worden achttien bijzondere gebeurte
nissen uit 2013 belicht. Aan bod komen onder meer de
brand in Leeuwarden, de dreiging van een school shooting
in Leiden, het spoorwegongeval bij Wetteren en ander situ
aties met gevaarlijke stoffen, alsook de troonswisseling, de
vermissing van de broertjes Ruben en Julian en de examen
fraude. In een relatief rampvrij land als Nederland leveren
dit soort situaties de nodige ervaring en stof tot leren op. De
auteurs kiezen er niet voor om aan te geven wat fout ging
of hoe het beter had gekund, maar beschouwen vooral de
bestuurlijke en operationele dilemma’s die zich voordeden
en welke lessen daaruit te trekken zijn voor de praktijk.
Bestuurders, professionals en anderen die op het terrein van
het veiligheids en crisismanagement werkzaam zijn, kunnen
hier hun voordeel mee doen. Het boek geeft in feite een tour
de horizon van de crisisbeheersing in Nederland anno 2013.
Centrale thema’s zijn: omgaan met maatschappelijke en poli
tieke onrust; burger participatie en (zelf)redzaamheid; de rol
van de sociale media, en afstemming tussen gemeentelijke en
straf rechtelijke processen.
Deze publicatie is de tweede in de reeks: eerder verscheen
Lessen uit crises en mini-crises 2012.
Lectoraat Crisisbeheersing
Politieacad
emie o
nd
erzoeksreeks
onderzoeksreeks Politieacademie
RedactieMenno van DuinVina Wijkhuijs
Lessen u
it crises en m
ini-crises 2013
Geen mini-crisis is hetzelfde en toch hebben ze veel gemeen c o g i s c o p e 0 1 1 5 23
trokken. Terwijl in deze casus, na enige strub-
belingen bij aanvang, tot een gezamenlijke aan-
pak werd gekomen, blijkt dat in andere gevallen
minder eenvoudig. Zo werd in 2012 door (af-
gewezen) asielzoekers uit Irak en Somalië een
tentenkamp opgeslagen in Ter Apel. Zij hoopten
daarmee aandacht te vragen voor hun (uitzicht-
loze) situatie. Aldus zat de burgemeester van
Vlagtwedde met ‘een Haags probleem’ opge-
scheept en was er sprake van een patstelling: de
minister van Immigratie en Asiel wenste niet
aan de ‘eisen’ van de asielzoekers tegemoet te
komen. Driehonderd mensen bivakkerend op
een klein grasveld werd echter om redenen van
hygiëne en openbare orde en veiligheid een on-
wenselijke situatie, wat de burgemeester aanlei-
ding gaf om het tentenkamp te laten ontruimen.
Eveneens in het Noorden is de onrust rond de
aardgasbevingen alleen maar toegenomen sinds
twee jaar geleden hierover een rapport van het
Staatstoezicht op de Mijnen verscheen en aard-
schokken inmiddels tot de stad Groningen door-
komen. De provincie Groningen en gemeen-
ten maken zich sterk voor de leefbaarheid van
het gebied, maar het valt minister Kamp van
Economische Zaken zwaar een besluit te nemen
over het terugdringen van de gasboringen. In
Uitgeprocedeerde asielzoekers
in het tentenkamp in Ter Apel,
mei 2012 (Robin Utrecht/
ANP).
24 c o g i s c o p e 0 1 1 5 Geen mini-crisis is hetzelfde en toch hebben ze veel gemeen
feite is hier sprake van een simultaan managen
van crises op respectievelijk Rijks- en regionaal
niveau (zie ook Cogiscope, nummer 3, 2014).
Crisiscommunicatie en sociale mediaHoewel het belang van crisiscommunicatiema-
nagement door iedereen wordt onderkend, to-
nen verschillende gebeurtenissen hoe lastig dat
kan zijn. Goede communicatie naar de verschil-
lende doelgroepen is cruciaal, maar zeker niet
eenvoudig te organiseren. De cases laten zien
dat er sprake is van een brede mix aan media
en wijze van informatievoorziening. Variërend
van de klassieke, maar soms toch zo handige be-
wonersbrief of politieauto in de wijk, tot allerlei
soorten van nieuwe sociale media. Op zondag-
avond 21 april 2013 wisten de meeste middel-
bare scholieren in Leiden in een mum van tijd
dat de volgende dag de scholen gesloten zouden
blijven. Het aloude piramidelijstje om iedereen
telefonisch te bereiken, was inmiddels vervan-
gen door Whatsapp en Facebook.
Terwijl het belang van de sociale media toe-
neemt, kennen deze ook hun beperkingen. Er
kan veel en ook snel informatie worden ver-
spreid, maar het onderscheid tussen goede en
onjuiste informatie is nog lastiger te maken dan
bij klassieke media al het geval was. Voorafgaand
aan de rellen in Haren lukte het de gemeente
niet om berichten die op sociale media circu-
leerden, te weerleggen. Naar aanleiding van een
Facebookbericht togen zo’n 3000 jongeren naar
Haren, al was het alleen maar om te zien dat er
echt ‘geen feestje’ was. Over Deventer ging in de
zomer van 2013 op sociale media het gerucht dat
ViNa WiJkHUiJs is senior onderzoeker bij het Lectoraat Crisisbeheersing van het instituut Fysieke Veiligheid/Politieacademie.MeNNO VaN DUiN is lector Crisisbeheersing aan het instituut Fysieke Veiligheid/Politieacademie en bijzonder lector Regie van Veiligheid aan de Hogeschool Utrecht (i.s.m. de Veiligheidsregio Utrecht).
Referenties
Duin, M. van, V. Wijkhuijs & W. Jong (red.), Lessen
uit crises en mini-crises 2012. Den Haag: boom
Lemma uitgevers, 2013.
Duin, M. van & V. Wijkhuijs (red.), Lessen uit crises
en mini-crises 2013. Den Haag: boom Lemma
uitgevers, 2014.
De publicatiereeks Lessen uit crises en mini-crises is
een initiatief van het Lectoraat Crisisbeheersing
van het instituut Fysieke Veiligheid (iFV) en de
Politieacademie. De boeken zijn digitaal te raad-
plegen via www.infopuntveiligheid.nl.
de voorzitter van pedofielenvereniging Martijn
zich in de stad zou willen vestigen (wat niet het
geval was). Het leidde tot protestacties bij on-
der andere de flat waar hij, naar werd vermoed,
zou gaan wonen, ondanks dat de burgemeester
en de politie – ook via sociale media – het ge-
rucht hadden tegengesproken. Deze twee (maar
ook andere) cases tonen hoe moeilijk sommige
groepen zich door officiële berichtgeving laten
leiden en dat aan overtuigingskracht soms nog
veel te winnen is.
In deze bijdrage is stilgestaan bij meerdere les-
sen die volgen uit een analyse van grotere en
kleine crises. Het gaat hier om een selectie van
gebundeld materiaal dat relevant is voor ieder-
een die betrokken is bij een crisis in het publie-
ke domein, al was het maar om dilemma’s beter
te begrijpen. Het geeft een inkijkje in datgene
wat iedereen die een crisis heeft meegemaakt
weet: in ‘the heat of the moment’ zijn afwegin-
gen altijd minder eenvoudig dan ze achteraf lij-
ken.
Michaela schok
Behandeling van complex trauma door reconstructie van het levensverhaal
Werking en evidentie van Narratieve Exposure Therapie
Narratieve exposure Therapie (NeT) is een vorm van traumagerichte behandeling. oorspronkelijk
ontwikkeld voor vluchtelingen die ernstig getraumatiseerd zijn en kampen met complex trauma,
wordt NeT tegenwoordig steeds breder ingezet. Dit artikel gaat in op de werkingsmechanismen van
NeT en belicht evidentie voor de effectiviteit van deze therapie aan de hand van een interview met
Maggie schauer (een van de grondleggers van NeT) en een recent verschenen review. ook wordt een
actueel onderzoeksproject naar NeT bij ouderen geschetst.
Werking en evidentie van Narratieve Exposure Therapie c o g i s c o p e 0 1 1 5 25
26 c o g i s c o p e 0 1 1 5 Werking en evidentie van Narratieve Exposure Therapie
NET is speciaal ontwikkeld voor slachtoffers van
georganiseerd geweld. In deze behandeling zijn
diverse evidence based elementen verwerkt van
bestaande behandelmodellen zoals prolonged
exposure (PE) en traumagerichte cognitieve ge-
dragstherapie (TG-CGT). Deze elementen wor-
den gebruikt in combinatie met het afleggen
van een getuigenis van het doorstane geweld.
Door het unieke gebruik van exposure en het
Frank Neuner de Narratieve Exposure Therapie
ontwikkeld. Schauer heeft gewerkt in zowel on-
derzoeks- als klinische settings, en in ramp- en
(post-) conflictgebieden. Ze voerde studies uit
naar toegepaste behandelingen onder voormali-
ge politieke gevangenen en slachtoffers van mar-
telingen, oorlogsslachtoffers, overlevenden van
gender gerelateerd geweld, oud-strijders en in
vluchtelingenkampen, onder meer in de Balkan,
creëren van een narratief van de traumatische
herinneringen, wordt de traumatische ervaring
ingebed in een autobiografische context.
Het verleden reconstrueren Maggie Schauer (klinisch psycholoog en hoofd
van het Centre of Excellence voor Psycho trauma-
tologie aan de Universiteit Konstanz), heeft
samen met haar collega’s Thomas Elbert en
Werking en evidentie van Narratieve Exposure Therapie c o g i s c o p e 0 1 1 5 27
Levenslijn met bloemen en stenen zoals die bij NET wordt gebruikt (foto Marsel Loermans).
Iran, Irak, Turkije, Roemenië, en verschillende
Afrikaanse en Aziatische landen als Somalië,
Congo, Uganda en Noord-Thailand.
Schauer beschrijft de therapie als volgt: ‘NET
helpt om een verhaal te creëren over wie je bent.
Als je echt nare en traumatische ervaringen
hebt meegemaakt in het leven, leef je niet je ei-
gen leven. Je hebt er als het ware geen controle
over. Je hebt dan geen identiteit. Het is een zeer
wanhopige manier van zijn. Als je verleden dui-
delijk is voor jezelf dan verzacht dat de pijn.’
Volgens Schauer zijn de werkzame elementen:
de actieve reconstructie van de ingrijpende ge-
beurtenissen (op basis van een levenslijn), bloot-
stelling aan deze autobiografische 'hot spots',
en de integratie van psychobiologische reacties
in de context van tijd en ruimte. De ‘hot spots’
omvatten gedetailleerde sensorische informatie
als ook cognitieve en emotionele percepties, en
fysiologische en motorische reacties die nauw
met elkaar zijn verweven. Er is evidentie dat het
limbisch systeem in de hersenen, verantwoor-
delijk voor onze emoties, nauw betrokken is bij
de sensorische representatie van gebeurtenis-
sen. Bij traumatische gebeurtenissen zijn deze
sensorische representaties ook bekend als fear
networks. Wanneer deze netwerken worden geac-
tiveerd, ontstaan flashbacks. Het doel van NET is
een verbetering van het coderen van het autobio-
grafische geheugen door ‘hot spots’ te activeren.
De traumatische gebeurtenis verankert daardoor
in de tijd en het gevoel van actuele dreiging ver-
mindert. NET streeft naar het construeren van
een consistente autobiografische representatie
van de traumatische gebeurtenissen binnen de
context van een verhaal over het hele leven van
het individu. Mensen vertellen over alle stress-
volle gebeurtenissen in chronologische volgorde
van geboorte tot het huidige moment. Personen
die in staat zijn om een consistent verhaal te
vormen van hun traumatische ervaringen pro-
fiteren het meest van de exposure waaruit blijkt
dat het creëren van een betekenisvol verhaal ook
herstel ondersteunt.
Evalueren, interpreteren en integrerenVolgens Schauer is integratie het sleutelwoord
voor NET: ‘Je laat de persoon het verhaal chro-
nologisch vertellen, door het hele leven door te
werken en de ontwikkeling van een persoon,
en tegelijkertijd worden belangrijke gebeurte-
nissen en hoogtepunten van het leven herzien.
Ook vindt herevaluatie van gedrag en patronen
plaats, en een (her) interpretatie van de beteke-
28 c o g i s c o p e 0 1 1 5 Werking en evidentie van Narratieve Exposure Therapie
nis van negatieve, angstige en traumatische ge-
beurtenissen.’
NET is ontworpen voor mensen met trauma-
gerelateerde stoornissen, niet specifiek voor
mensen met PTSS. Het betreft patiënten met
chronisch trauma zoals kindermishandeling
die geen specifieke symptomen van PTSS ver-
tonen, maar ernstig getraumatiseerd zijn. Dit
zijn bijvoorbeeld patiënten met een borderline
persoonlijkheidsstoornis. Soms hebben zij al
dertig tot veertig jaar last van intrusieve herin-
neringen (beelden in hun hoofd), maar lijden ze
aan talloze andere somatische en psychiatrische
symptomen zoals lichamelijke pijn, depressie,
zelfverwonding, of suïcidaliteit.
Evidentie De evidentie van de werkzaamheid van NET
wordt bevestigd door een recent verschenen re-
view van Mørkved en collega’s (2014). Daarin
worden NET en Prolonged Exposure therapy (PE)
met elkaar vergeleken op basis van 32 studies
over PE en 15 studies over NET. Er werd geke-
ken naar handleidingen, behandelonderdelen
en procedures inclusief het type, de manier en
focus van exposure methoden en technieken.
Ook werd gekeken naar klinische trials, popula-
ties en effecten van behandeling. Zowel PE als
NET zijn effectief in het verminderen van PTSS
symptomen, weliswaar bij verschillende popula-
ties. Veel studies over PE zijn uitgevoerd onder
populaties die seksueel misbruik in de kinder-
tijd hebben meegemaakt of blootgesteld zijn
aan gevechtshandelingen tijdens oorlog. NET
is vooral onderzocht bij niet-Westerse vluchte-
lingen en asielzoekers en wordt aanbevolen als
de behandeling voor complex trauma bij deze
populaties.
PE en NET hebben duidelijke overeenkomsten
zoals de frequente individuele exposure (een of
twee keer per week) waarbij psycho educatie en
imaginaire exposure aan bod komen. Beide be-
handelingen zijn gebaseerd op de Emotional
Processing Therapy en de leertheorie en vragen
een vergelijkbare hoeveelheid training van thera-
peuten. Sessies duren 90 minuten en vereisen
geen cognitieve herstructurering. En beide be-
handelingen zijn effectief gebleken op basis van
Ouderen met PTss vormen binnen de Geestelijke Gezondheidszorg een groeiende doelgroep. er is echter nog weinig wetenschap-pelijk onderzoek gedaan naar traumabehan-deling bij ouderen. Posttraumatische stress-klachten bij ouderen hebben een grote impact op hun psychische evenwicht en lichamelijke functioneren. Die klachten hebben ook een ne-gatieve invloed op de processen van beteke-nisverlening, die in deze levensfase van belang zijn. Omdat interventies als eye Movement Desensitisation and Reprocessing (eMDR), Cognitieve Gedragstherapie (CGT) en beknopte eclectische Psychotherapie voor PTss (bePP) vaak gericht zijn op de herinneringen aan één
of enkele traumatische gebeurtenissen, be-staat bij meervoudige of herhaalde traumatise-ring de kans op onderbehandeling. in het NET Onderzoek Voor Ouderen (NOVO) bestuderen we hoe ouderen van NeT kunnen profiteren. Via een Randomised Clinical Trial (RCT) worden de resultaten van NeT vergeleken met die van een controleconditie, de Present Centered Therapy (PCT; een oplossingsgerichte behandeling die zich richt op het heden). Deelnemers zijn oude-ren vanaf 55 jaar met traumagerelateerde klach-ten, in behandeling bij stichting Centrum ’45 of het sinai Centrum. Voorlopige resultaten laten zien dat de behandeling en de metingen goed verlopen. Uitdagingen binnen het onderzoek be-
staan uit het werven van voldoende deelnemers, tijdelijke onderbrekingen van de behandelingen door externe factoren en het handhaven van de methodologische kwaliteit. Cijfers over behan-deleffecten zijn nog niet voorhanden, maar de eerste ervaringen laten zien dat NeT een veilige en haalbare behandeling is voor ouderen. De verwachting is dat NeT een verantwoorde aan-vulling zal zijn in het behandelaanbod voor ou-deren.
Projectleider Jeannette Lely, psychotherapeut en on-derzoeker bij Stichting Centrum ’45 / Arq ([email protected]).
NAAR eeN BeTeRe TRAuMABeHANDeLiNg VooR ouDeReN: VAN VeRgeLi JkeND oNDeRZoek ToT coNcReTe ToepAssiNg
Werking en evidentie van Narratieve Exposure Therapie c o g i s c o p e 0 1 1 5 29
MiCHaeLa sCHOk is zelfstandig psycholoog/onderzoeker en redactielid van Cogiscope.
ReferentiesJongedijk, R., Levensverhalen en psychotrauma.
Narratieve Exposure Therapie in theorie en prak-
tijk. amsterdam: boom, 2014.
Mørkved, N., k. Hartman, L.M. aarsheim, D. Holen,
a.M. Milde, J. bomyea & s.R. Thorp (2014). a
comparison of Narrative exposure Therapy and
Prolonged exposure therapy for PTsD. Clinical
Psychology Review, 34, 453–467. doi:10.1016/j.
cpr.2014.06.005
Robjant, k. & Fazel, M. (2010). The emerging
evidence for Narrative exposure Therapy: a
review. Clinical Psychology Review, 30, 1030-1039.
doi:10.1016/j.cpr.2010.07.004
Levensverhalen en psychotrauma is het eerste Nederlandse handboek over NeT en bevat een praktische handleiding over de behandelme-thodiek, met veel voorbeelden en casuïstiek. Diverse gerenommeerde auteurs belichten NeT vanuit hun eigen invalshoek: levensverhalen van de vrouwen van srebrenica, zwijgen als co-ping bij seksueel trauma, biografie en hechting bij vroeg getraumatiseerde kinderen, getuige-nistherapie, NeT in Uganda, NeT bij ouderen, kiDNeT, NeT en dissociatie en NeT in een groepssetting.
Ruud Jongedijk (red.), Levensverhalen en psycho-trauma. Narratieve Exposure Therapie in theorie en praktijk. amsterdam: boom, 2014. isbN 9789461056375; 382 pagina’s; € 37,50
gerandomiseerd en gecontroleerd onderzoek
(18 studies met PE, 12 met NET). De verschillen
tussen PE en NET blijken vooral in het voordeel
van NET uit te vallen. Zo werkt men in NET aan
een getuigenis, dat is het werken aan een fysieke
levenslijn, gesymboliseerd door een stuk touw,
met nadruk op de levensloop. Deze benadering
houdt zowel rekening met potentiële traumati-
sche gebeurtenissen (symbolisch weergegeven
door middel van stenen op de levenslijn) als ook
andere belangrijke levensgebeurtenissen (posi-
tieve momenten als huwelijk en geboorte, weer-
gegeven met bloemen). Daarentegen focust PE
zich op de behandeling van één traumatische
gebeurtenis. Tijdens PE moedigt de therapeut
de cliënt aan om in de tegenwoordige tijd te
spreken, terwijl in NET gebruik wordt gemaakt
van de verleden tijd om een gevoel van geschie-
denis te stimuleren binnen een bredere context.
Een ander en belangrijk praktisch voordeel is
dat er bij NET minder sessies nodig zijn (10 bij
PE versus 7 bij NET) en de totale duur van de
behandeling korter is (900 minuten PE versus
630 minuten NET). Deze duur betreft de tijd in
de behandeling. Wanneer de tijd wordt meege-
rekend voor opdrachten tussen de sessies kan
PE wel oplopen tot 5100 minuten, ongeveer acht
keer zoveel als NET.
Toekomstig onderzoekNET zou meer kunnen profiteren van onder-
zoek onder Westerse populaties. Op dit moment
wordt bijvoorbeeld onderzoek gedaan naar de ef-
fectiviteit van NET onder ouderen met trauma-
gerelateerde psychische klachten bij Stichting
Centrum ’45 (zie kader). Hierdoor zou NET ook
een alternatieve behandeling kunnen zijn voor
andere populaties met een verhoogd risico op
het meemaken van chronisch trauma (partner
geweld, seksueel misbruik e.d.), die anders be-
handelingen zoals PE niet af kunnen ronden.
Het recent verschenen handboek Levensverhalen
en psychotrauma (Jongedijk, 2014) biedt een
fraai uitgewerkt overzicht van de achtergronden
en toepassingsgebieden van NET.
Voor PTSS-patiënten zijn er succesvolle traumagerichte therapieën zoals CGT of EMDR. Deze behandelingen zijn niet altijd toereikend en kunnen ook te belastend zijn voor patiënten die in het verleden meerdere en complexe traumatiserende gebeurtenissen hebben meegemaakt.
Speciaal voor deze PTSS-patiënten is Narratieve Exposure Therapie (NET) ontwikkeld. Het doel van NET is de patiënt het overzicht over zijn gehele leven te geven en om de trauma-tiserende gebeurtenissen te integreren in het levens verhaal. Dit gebeurt op basis van drie pijlers: de chronologische levenslijn, de narratieve exposure en het getuigenisverslag. NET is inmiddels een bewezen effectieve behandelvorm.
Dit eerste Nederlandse handboek over NET bevat een prak tische handleiding over de behandelmethodiek, met veel voorbeelden en casuïstiek. Diverse gerenommeerde auteurs belichten NET vanuit hun eigen invalshoek: levens verhalen van de vrouwen van Srebrenica, zwijgen als coping bij seksueel trauma, biografi e en hechting bij vroeg getrauma-tiseerde kinderen, getuigenistherapie, NET in Uganda, NET bij ouderen, KIDNET, NET en dissociatie en NET in een groeps setting.
Dit inspirerende boek is een aanrader voor traumathera peuten en voor hen die geïnteresseerd zijn in levensverhalen bij getraumatiseerde mensen.
Ruud Jongedijk is psychiater en directeur Zorg & Innovatie bij Stichting Centrum ’45 en Arq Psychotrauma Expert Groep. Hij heeft NET als behandelmethode in Nederland geïntrodu-ceerd en heeft NET-trainingen en supervisietrajecten opgezet.
www.boompsychologie.nl
Ruud Jongedijk
Levensverhalen en psychotrauma
Ruud Jongedijk
Narratieve Exposure Therapie in theorie en praktijk
Levensverhalen en psychotrauma
Ruud Jongedijk
Levensverhalen en psychotrauma
Narratieve Exposure Therapie in theorie en praktijk
>
ISBN 978-9-4610563-7-5
9 789461 056375
S.064.008 Arq_cover_RuudJongedijk_11.indd 1 25-02-14 14:10
Levensverhalen en psychotrauma maakt onder-deel uit van de arq boekenreeks. Het boek is te bestellen via www.boompsychologie.nl
30 c o g i s c o p e 0 1 1 5 Onderzoek
oNDeRZoek
Volgens het netwerkmodel, geïntroduceerd door
Borsboom en collega’s (2013), zijn symptomen
van een bepaalde stoornis oorzakelijk diep met
elkaar verweven en biedt deze benadering een
nieuw paradigma voor het conceptualiseren van
psychische stoornissen. Stoornissen kunnen dan
gezien worden in hun complexiteit: psychologi-
sche stoornissen zijn dan de symptomen en hun
onderlinge samenhang. Er hoeven geen diagno-
ses meer te worden gesteld die voor niemand
helemaal kloppen, geen aannames meer worden
gedaan over mogelijke latente variabelen en geen
verklaringen meer te worden gezocht voor de ach-
terliggende oorzaak van comorbiditeit. Dit model
maakt het mogelijk een zogenaamd volgsysteem
te maken waarmee een persoonlijk symptomen-
netwerk is vast te stellen. Het idee van dit volg-
systeem is dat wanneer de belangrijkste symp-
tomen worden behandeld, het hele netwerk kan
worden uitgeschakeld omdat de symptomen met
elkaar samenhangen.
Ten eerste is het onwaarschijnlijk dat één factor
de diversiteit van verschijnselen kan verklaren die
vallen onder de noemer PTSS. Ten tweede, con-
structies (zoals neuroticisme), waarmee verschil-
len tussen mensen worden beschreven, bieden
geen verklaring voor het ontstaan van PTSS. Ten
derde, symptomen zouden onafhankelijk van el-
Netwerken die psychische stoornissen uitbeelden
bestaan uit knopen (nodes), die symptomen re-
presenteren, en randen (edges) die relaties tussen
symptomen representeren. Een episode van een
stoornis ontvouwt zich in de tijd als knooppunten
worden ingeschakeld, verbonden knopen worden
geactiveerd, en daardoor een pathologisch even-
wicht ontstaat. De netwerkanalyse maakt gebruik
van nieuwe, data-analytische technieken die zijn
ontwikkeld. Onderzoekers kunnen hiermee een
netwerkstructuur van psychopathologische symp-
tomen bepalen vanuit empirische data. Zo’n net-
werk laat zien welke connecties het sterkst zijn en
welk symptoom in het netwerk centraal staat.
PTSS als netwerkNiet iedereen met PTSS heeft dezelfde klachten.
Volgens McNally en collega’s (in druk) is het te
beperkend om uit te gaan van een latente varia-
bele bij PTSS. Dat zou betekenen dat er één fac-
tor is die alle symptomen zou kunnen verklaren.
is de posttraumatische stress stoornis (pTss) een tijdloos, cross cultureel valide en natuurlijk fenomeen of een sociaal geconstrueerd idioom van klachten? sinds de introductie van pTss door de American psychiatric Association in 1980 is dit onderwerp van discussie. Zowel categorische als dimensionele benaderingen veronderstellen dat pTss symptomen indicatoren zijn van een onderliggende, latente variabele (een verklarende factor). McNally en collega’s introduceren een alternatieve, netwerk-benadering voor het conceptualiseren van psychische stoornissen als causale systemen van symptomen die met elkaar interacteren. Zij illustreren dit netwerk-perspectief op basis van empirische data van slachtoffers van de Wenchuan aardbeving in china.
• Disorders usually first diag-
nosed in infancy, childhood
or adolescence
• Delirium, dementia, and
amnesia and other cognitive
disorders
• Mental disorders due to a
general medical condition
• substance-related disorders
• schizophrenia and other
psychotic disorders
• Mood disorders
• anxiety disorders
• somatoform disorders
• Facitious disorders
• Dissociative disorders
• sexual and gender identity
disorders
• eating disorders
• sleep disorders
• impulse control disorders
not elsewhere classified
• adjustment disorders
• Personality disorders
• symptom is featured equally
in mulitple chapters
PTSS vanuit een netwerkmodel bekeken
De netwerkstructuur van de DSM-IV
Onderzoek c o g i s c o p e 0 1 1 5 31
oNDeRZoekkaar moeten zijn als er sprake is van een latente
variabele en dat is vaak niet het geval. Vaak han-
gen symptomen van herbeleven, vermijden en
prikkelbaarheid significant samen.
Om deze theorie te toetsen, illustreren McNally
en collega’s het netwerk-perspectief op basis van
PTSS-symptomen van volwassenen slachtof-
fers van de zware aardbeving op 12 mei 2008 in
Wenchuan County in het zuidwesten van China.
De aardbeving had een kracht van 8.0 op de
schaal van Richter, doodde 69.227 mensen, ver-
der raakten 374.643 mensen gewond, ongeveer
4,8 miljoen getroffenen dakloos en zijn er nog
altijd 17.923 personen vermist.
Deelnemers aan dit onderzoek waren 362
Chinese volwassenen (266 vrouwen, 96 man-
nen) die de Wechuan aardbeving overleefden, en
die tenminste 1 kind had verloren als gevolg van
deze ramp. Een grote minderheid was gewond
geraakt (38.1%), was tijdelijk begraven onder
het puin (33.4%), en hielpen andere slachtof-
fers (41.4%). Op het moment van de data ver-
zameling waren de meeste getrouwd (84.5%),
en waren zij gemiddeld 44.8 jaar (SD=10.9).
Symptomen van PTSS werden gemeten met de
Chinese versie van de Posttraumatic Checklist–
Civilian (PCL-C).
De netwerkanalyse biedt aanwijzingen voor het
bestaan van een causaal systeem van sympto-
men van PTSS, in ieder geval onder mensen
die zijn blootgesteld aan een natuurramp. Een
belangrijke uitkomst is dat hypervigilantie een
centraal symptoom vormt. De centrale rol van
hypervigilantie suggereert een nadruk op PTSS
als een syndroom dat zich kenmerkt door een
gevoel van voortdurende dreiging. Een ander be-
langrijk symptoom in de netwerkstructuur van
PTSS bleek een beperkt toekomstperspectief
(future foreshortening). Dit symptoom verbindt
symptomen als hypervigilantie en intrusieve her-
inneringen met emotionele gevoelloosheid en
anhedonie.
De netwerkstructuur suggereert ook de moge-
lijkheid van bidirectionele relaties tussen symp-
tomen. Bijvoorbeeld, hypervigilante mensen
kunnen gevoelig zijn voor schrikreacties, maar
schrikreacties kunnen ook hypervigilantie bevor-
deren. Dit kan vervolgens het syndroom in stand
houden en leiden tot chroniciteit. Een andere
bevinding in de data laat zien dat de verbindin-
gen tussen boosheid/irritatie en slaap, en tussen
boosheid/irritatie en concentratieproblemen, sug-
gereren dat slaapproblemen het moeilijk maken
om overdag de irritatie onder controle te houden.
Boosheid en concentratieproblemen kunnen ont-
staan door beperkt kunnen slapen, en daardoor
verslechteren zowel emotie- en concentratiere-
gulatie. Deze netwerkanalyse laat relaties tussen
symptomen zien die in de klinische praktijk niet
altijd even duidelijk zijn.
Voordelen van een netwerk benadering zijn dat
het verheldert welke causale relaties er tussen
symptomen bestaan en hoe symptomen zich
ontwikkelen in de tijd. Daarnaast identificeert
het symptomen die in grote mate centraal staan
in een causaal systeem, daarmee biedt het priori-
teit in het stellen van behandeldoelen. Door een
centraal staand symptoom te deactiveren kan het
ook andere symptomen verminderen binnen het
netwerk. Als voorbeeld noemen de onderzoekers
dat problemen met slapen erg centraal stond bij
overlevenden van een aardbeving. Hulpverleners
kunnen zich dan richten op het stabiliseren van
slaap bij patiënten met PTSS voordat zij starten
met exposure therapie gericht op het verminde-
ren van intrusieve herinneringen.
Verder kan netwerkanalyse voorspellers van te-
rugval identificeren bij patiënten waardoor een
herhaling van klachten voortijdig kan worden
voorkomen. Tevens kan netwerkanalyse verbin-
dende symptomen identificeren die bij meerdere
stoornissen voorkomen en daarmee het comor-
bide probleem oplossen.
MiCHaeLa sCHOk is zelfstandig psycholoog/onderzoeker en redactielid van Cogiscope.
Referentiesborsboom, D., M. Nuijten, M. Deserno & a. Cramer,
‘Psychologische stoornissen als complexe netwerken.’,
in: De Psycholoog vol. 48 (2013) pp. 12-23.
McNally, R.J., D.J. Robinaugh, G.W.Y. Wu, M.k. Deserno
& D. borsboom (in press), ‘Mental Disorders as
Causal systems. a Network approach to Posttraumatic
stress Disorder’, Clinical Psychological Science.
doi:10.1177/2167702614553230.
32 c o g i s c o p e 0 1 1 5 In de werkkamer
iN De WeRkkAMeR
Klinisch psycholoog/psychotherapeut Mariel Meewisse, de nieuwe voorzitter van de NtVP
Verbinden en samenwerken voor betere traumazorg
In de werkkamer belicht deze keer klinisch psycholoog en
psychotherapeut Mariel Meewisse, zij is sinds begin dit
jaar de voorzitter van de Nederlandstalige Vereniging voor
psychotrauma (NtVp). Jeroen knipscheer sprak haar over de
fascinatie in het werken met getraumatiseerde mensen, over
haar drijfveren en ambities in het traumaveld, en over de
komende samenwerking tussen de NtVp en Cogiscope.
Mariel Meewisse
In de werkkamer c o g i s c o p e 0 1 1 5 33
lijkheid voordeed om te participeren in een vergelijkende studie op het aMC naar de effec-tiviteit van de behandelingen bePP (beknopte eclectische Psychotherapie voor PTss) en eMDR (eye Movement Desensitisation Reprocessing), greep ze die aan – nu kon ze naast onderzoek, ook gaan behandelen.
Scientist/practitioner – én adviseuren zo is Meewisse een mooi voorbeeld van het scientist/practitioner model. Maar ze doet meer. Naast haar werk als klinisch psycholoog/psycho-therapeut in haar eigen praktijk en in het speci-alistisch centrum voor persoonlijkheidsstoornis-sen en psychotrauma bij GGZ Noord-Holland-Noord, is zij ook verantwoordelijk voor het inhoudelijk beleid rondom diagnostiek en psy-chotherapie van aan psychotrauma gerelateerde stoornissen, brengt ze (als lid van een landelijke commissie) advies uit aan de Nationale Politie op het gebied van werkgerelateerde PTss, traint en superviseert zij clinici in de behandeling van PTss (vooral in bePP en vroegkinderlijke trau-matisering) én heeft ze een rubriek in dagblad De Telegraaf waarin ze lezers met psychische gezondheidsproblemen van adviezen voorziet.
Voorzitter van NtVP – een mooie kans tot kennis uitdragen en verbindenToen het bestuur van de Nederlandstalige Vereniging voor Psychotrauma (NtVP) haar
een grote, brede interesse in de facetten bin-nen het traumaveld, een enthousiaste zoektocht naar dwarsverbanden en een sterke behoefte tot verbinding en samenwerking – deze aspec-ten kenmerken het professionele leven van Mariel Meewisse. Haar fascinatie begon toen ze als onderzoeker bij het Topzorgprogramma Psychotrauma van het aMC ging werken. Daar kwam ze in aanraking met mensen die recent een schokkende gebeurtenis hadden ervaren. Ze raakte geïntrigeerd door de vraag waarom sommigen ernstige problemen ontwikkelden ter-wijl anderen relatief eenvoudig hun leven weer oppakten – en vooral waarom dit onafhankelijk bleek van de ernst van het incident. Toen de kans zich voordeed om mee doen aan het longitudi-nale onderzoeksproject naar prevalentie en pre-dictoren van psychopathologie bij de getroffenen van de vuurwerkramp in enschede, aarzelde ze dan ook niet. Zo verdiepte ze zich, onder leiding van hoogleraren Miranda Olff, berthold Gersons en Rolf kleber, in het ontstaan van klachten na het meemaken van een schokkende gebeurte-nis, in het verloop ervan en in de risicofactoren die hierbij een rol spelen. Het wetenschappelijk onderzoek boeide haar, maar toch begon het na enige tijd te kriebelen. Meewisse: ‘ik was vooral coördinator en stuurde interviewers aan die vragenlijsten afnamen, maar ik miste het contact met de mensen om wie het eigenlijk ging: de getroffenen zelf’. Toen zich de moge-
vroeg voor het voorzitterschap hoefde ze dan ook niet lang na te denken. De NtVP is immers een ontmoetingsplek en een platform voor ieder-een in Nederland en belgië die professioneel werkzaam is op het gebied van psychotrauma. Het is een verbindende schakel tussen de ont-wikkelingen in ons taalgebied en de internatio-nale ontwikkelingen met als doel om zowel de praktisch uitvoerende als de wetenschappelijk onderzoeker op dit terrein met elkaar in contact te brengen. De NtVP wil daarnaast ook aan andere beroepsgroepen kennis overdragen op het gebied van psychotrauma. Deze uitwisseling van kennis en ideeën zal de kwaliteit van het werk bevorderen.
Kennis bundelenals voorzitter van de NtVP ziet Meewisse een aantal ambities. allereerst is het van belang dat alle bestaande kennis rond psychotrauma wordt gebundeld. er is veel kennis en expertise op dit terrein in Nederland maar een systematische ordening en het op een adequate manier delen hiervan, is nog niet gerealiseerd. De NtVP wil hierin een belangrijke rol spelen en via onder meer de website, congressen en andere bijeen-komsten alle kennis meer structureel zichtbaar maken en naar de leden brengen. De bundeling van al deze ontwikkelingen binnen de NtVP zal mogelijke versnippering van kennis en vaardig-heden voorkomen. Met name de website kan
34 c o g i s c o p e 0 1 1 5 In de werkkamer
hiervoor worden ingezet. Meewisse: ‘Het is mijn droom om een site te creëren die vergelijkbaar is met die van de isTss, met tools, onderwijs-hulpmiddelen, handreikingen voor professionals en webinars. Meer aandacht voor bereikbaarheid voor leden en een optimalere uitstraling – dat is een belangrijke ambitie’.
Activeren, internationaliseren en certificerenDaarnaast zal de NtVP zich inzetten om de leden te motiveren zich actief op te stellen. De NtVP is een vereniging van en voor professionals. De netwerkfunctie krijgt vorm en inhoud door haar activiteiten af te stemmen op de behoeften van de leden. Dit betekent dat het uitwisselen van contacten voorop staat, zoals het organiseren van een jaarlijks congres. Dit stelt de leden in staat met elkaar in contact te treden en om relevante ontwikkelingen op het vakgebied aan de orde te stellen. Meewisse wil stimuleren dat de leden zelf activiteiten gaan organiseren. een voorbeeld is het opzetten van zogenaamde special interest Groups, de siG’s. Momenteel worden siG’s opgezet rond complexe PTss en dissociatie, jonge onderzoekers, media en journalistiek, opvang, mensenhandel, en rouw – maar deze thematiek kan veel verder worden uitgebreid (denk bijvoorbeeld aan een siG rond culturele diversiteit). Meewisse: ‘we staan open voor elk idee, maar het moeten wel de leden zijn die dat draagvlak bieden en vormgeven met activiteiten’.internationalisering is een ander belangrijk thema. samenwerking met de europese orga-
nisatie esTss (european society for Traumatic stress studies) is belangrijk en inspirerend – met name de congressen zijn goed en de uitwisseling is leuk aldus Meewisse (zie ook het interview met esTss voorzitter Şar elders in dit nummer).eveneens een speerpunt voor de toekomst betreft het traject van certificering. Meewisse: ‘Het certificaat ‘psychotraumatherapeut’ is een waardering en erkenning van de brede visie die men als therapeut heeft, dus niet alleen of je eMDR, bePP, NeT of Prolonged Exposure kan toepassen, maar juist dat je het hele scala kan overzien en topexpert bent op PTss-gebied. bovendien kan je je met het certificaat extern afficheren, naar huisartsen, GDD en andere verwijzers. We willen ook kijken of we certifi-ceringstrajecten kunnen ontwikkelen voor psy-chosociale opvang, sPV-ers, vaktherapeuten en andere professionals. Wanneer behandelingen in reguliere zorg vast gelopen zijn, kan je dan als gecertificeerd traumaexpert worden ingezet en inhoudelijk beargumenteren waarom welke behandeling toe te passen.’ in dat verband komen we te spreken over de diversiteit aan first choice evidence based behandelingen voor PTss en wat nu precies de verschillen zijn. Meewisse: ‘De essentie van PTss is een continu gevoel van dreiging terwijl de omstandigheden daar niet meer naar zijn. Hoezeer mensen ook proberen de trauma's te vergeten, ze komen er niet los van. in behande-ling halen we de herinneringen op een gecon-troleerde manier op, omdat er in het heden nog zoveel emoties aan zijn verbonden. De angst-klachten die mensen met PTss ervaren, komen
voort uit vermijding van deze hevige emoties. Zij zijn angstig omdat ze zich niet verdrietig of boos willen voelen. Ophalen van herinneringen helpt ook om de emotionele betekenis ervan te veranderen. soms schamen mensen zich bijvoorbeeld of voelen zij zich schuldig, omdat ze bijvoorbeeld denken dat ze de ingrijpende situaties hebben uitgelokt. Door terug te gaan naar de herinnering, zal men dan merken dat er geen andere keuze was’. Meewisse: ‘De precieze aard van de interventie lijkt uiteindelijk niet doorslaggevend voor de mate van effectiviteit. ik heb wel eens gedacht bij een eMDR-behandeling “had ik maar bePP inge-zet”, omdat een herinnering vaag bleef en meer aandacht voor de context belangrijk leek. en andersom, kwam ik bij toepassing van bePP wel eens op het punt dat een specifiek moment in de herinnering cruciaal leek, en dat ik mogelijk beter eMDR had kunnen toepassen’. Maar de belang-rijkste factor na trauma is vaak de machteloos-heid en hulploosheid die de getroffene ervaart en die de therapeut in de tegenoverdracht kan ervaren. belangrijk is dat te benoemen, daar stil bij te staan, en verder door te gaan met het volgen van het gestarte protocol. ‘essentieel in het werken met getraumatiseerden is die mach-teloosheid te verdragen en er naar toe te werken dat de cliënt dat ook verdraagt – dat brengt je al een heel eind’. Het credo van Meewisse is dan ook ‘niet sta-biliseren – tenzij’. Tenzij er bijvoorbeeld ern-stige persoonlijkheidsproblematiek speelt waar-door de werkalliantie niet goed tot stand komt; tenzij mensen onvoldoende inzicht hebben en
JeROeN kNiPsCHeeR (psycholoog) is hoofd-redacteur van Cogiscope.
de behandeling niet goed begrijpen; tenzij de omstandigheden onvoldoende draagvlak bieden waarop de behandeling kan steunen (zoals bij asielzoekers en vluchtelingen het geval kan zijn), maar ook dan wordt bij voorkeur een tweespo-ren beleid gevolgd: én traumagerichte behande-ling, én de financiële, maatschappelijk zaken regelen. Hoe dan ook, exposure, blootstelling aan de heftige nare emoties die bij het trauma horen en die niet gevoeld kunnen worden en men uit de weg gaat, is cruciaal. Van belang is dat mensen merken dat die emoties minder beangstigend zijn dan gedacht en dat er een nieuwe betekenis aan wordt toegekend, en dat men daar naar gaat handelen, bij voorbeeld in het huidige leven actiever wordt of grenzen gaat stellen – dat maakt uiteindelijk een eind aan de machteloosheid.
Samenwerking Cogiscope en NtVPTot slot komen we te spreken over de samen-werking die later dit jaar zal worden aangegaan met Cogiscope. elk nummer zal dan een bijdrage van de NtVP bevatten in de vorm van een katern waarin belangwekkend onderzoek wordt belicht en over andere actuele en relevante ontwikkelin-gen binnen het psychot raumaveld wordt bericht. Meewisse: ‘Het katern zal een belangrijke bijdra-ge vormen, belangrijk is daarom dat men naast het lidmaatschap de Cogiscope structureel krijgt’.Meewisse is gepassioneerd over haar werk en het voorzitterschap van de NtVP biedt haar een fraaie kans het bundelen van kennis en kunde te delen, en dat te doen in een omgeving met leuke en inspirerende mensen. Meewisse beklem-
toont: ‘er is veel machteloosheid bij getroffe-nen en men voelt zich alleen door het trauma. Door verbinding te zoeken, elkaar te helpen en te ondersteunen kunnen we de getroffenen de beste behandeling bieden’.
www.ntvp.nl
In de werkkamer c o g i s c o p e 0 1 1 5 35
IMMO: Instituut voor Mensenrechten en Medisch Onderzoek
Het iMMO levert een bijdrage aan de bescherming van mensenrechten, in het bijzonder door het uitvoeren van medische onderzoeken van vermoede slachtoffers van marteling en inhumane behandeling. Deze onderzoeken vinden plaats in de context van een asielprocedure en worden verricht door vrijwillig werkende artsen en psychologen. Men gaat daarbij in op het causale verband tussen de medische bevindingen en het gestelde asielrelaas.
Er zijn thans 53 artsen en psychologen die als rapporteur voor iMMO werken.
Artsen en psychologen die belangstelling hebben om iMMO-rapporteur te worden, kunnen zich aanmelden op de website www.stichtingimmo.nl of nemen contact op met iMMO, Nienoord 5, 1112 XE Diemen, telefoon 020-8407670
- advertentie -
bijna boven op de heuvel, in het veld waar vroeger waarschijnlijk een vier-sprong was, staat het kruis ‘dite du Jérenceau’, opgericht in 1626. een ge-markeerde plek, bedoeld om te herkennen, even bij stil te staan en dan de reis weer te vervolgen.Het gebruik is al meer dan duizend jaar bekend. een gidspaal, die niet zozeer de weg wijst, maar laat zien dat je ergens bent en in het midden laat of dat is waar je zijn wilt, want je moet hoe dan ook verder en God gidst. De oprich-ting van zo’n kruis was bovendien een getuigenis van devotie, soms van een buurtschap, soms van een bepaalde familie, al dan niet ‘ingegeven’ door een speciale gebeurtenis.ik was onderweg, over de heuvel naar beneden, de zoom van een loofbos aan de ene kant, een sparrenbos aan de andere, in de richting van waar ooit een café was dat La Mousse werd genoemd. Het was sneeuwstil. Het kruis leek me te vertragen, dwong me om hem heen te lopen. Wit bewaaid was het grijze steen met ingevreten mosvlekken. Tegen het voetstuk geïmproviseer-de vaasjes, een bosje vaalgele kunstrozen op de grond ernaast. De sneeuw rondom was duidelijk weggeveegd. Hier komen dus wel eens mensen met een doel, om iets te brengen, om iets te halen.
inspiratie gaat over het verplaatsen van ‘iets’. Het kan iemand ‘ingeblazen’ worden. iemand kan bezield raken door ‘iets’. Maar wat is dat dan? ik voelde dat ik op een ‘sterke plek’ stond, niet bij zomaar een wegkruis. Pas-santen krijgen hier een verhaal mee. Vier verweerde mannenfiguurtjes met baard, zag ik, twee vrouwelijke beeldjes. Ooit was ik misdienaar. ik herkende het corpus Christi aan de voorkant van het kruis, de lendenen omgord met zware draperie. Onder de kruisarmen zag ik links een deemoedig gesluierde Maria Magdalena, rechts Johannes evangelist. Onder hem Petrus met de sleutel van het rijk der hemelen, onder haar Paulus met het zwaard dat hem
i N s p i R A T i e
HaNs MOORs is werkzaam bij Lokaal Centraal – expertgroep Maatschappelijke Vraagstukken en is redactielid van Cogiscope
36 c o g i s c o p e 0 1 1 5 i N s p i R AT i e
i N s p i R AT i e c o g i s c o p e 0 1 1 5 37
i N s p i R A T i ede kop kostte. Jezus’ bekeerlingen, keurig geordend: twee echte apostelen aan de ene kant; aan de andere twee discipelen met een wat meer esoterische verhouding tot Gods zoon. aan de achterkant van het kruis de gekroonde maagd Maria met het naakte kindje op haar knieën.
Het kruis ‘dite du Jérenceau’ vertelt het verhaal van kiezen, leven, verleiding, dood en hoe het verder gaat, almaar weer. Monotheïstische godsdiensten, zoals het christendom of de islam, hebben een waarheidspretentie. en in elke godsdienst staat bekering centraal. bekering is een soort van oversteek, van oude overtuigingen en beelden naar nieuwe. Met die oversteek veran-dert het wereld- en mensbeeld van de bekeerling, diens opvattingen over wat
goed en slecht, fatsoenlijk en onoorbaar is in samenleven. bij bekeringen is godsdienst de drager van de nieuwe waarheid, een manier om identiteit te construeren in een nabije wereld, die men ziet als overwegend anders en van anderen. Zo ging het, zo gaat het, schoot door me heen, in syrië en irak en dicht bij huis. ik liep verder. Café La Mousse schenkt allang niet meer.
Het stenen kruis ‘dite du Jérenceau’ (soms als ‘Jarenceau’ geschreven) staat in de gemeente Val d’ajol, aan de regiogrens tussen Vogezen en Haute-saône. sinds 16 september 1926 is het officieel een Monument Historique.
38 c o g i s c o p e 0 1 1 5 B e R i c H T e N u i T H e T V e L D
De programmacommissie heeft aan dit thema invulling gegeven door verschillende klinische onderzoekers uit verwante velden uit te nodigen. interdisciplinaire kruisbestuiving is dan ook een logische zet als je uit-gaat van de grote mate aan comorbi-diteit bij getraumatiseerden en deze samenwerking benadrukt de waarde van samen leren en zoeken naar innovatie. Zo gaf hoogleraar Paul boelen van de Universiteit Utrecht een workshop over de behandeling van Traumatische Rouw en was de dagvoorzitter niemand minder dan Claudi bockting, hoogleraar klinische psychologie en hoogleraar Depressie aan de Universiteiten Utrecht en Groningen. Prof. bockting heeft in het verleden al eens opgemerkt dat
we op het gebied van rouw, depres-sie en psychotrauma ‘allemaal te maken hebben met stress-gerela-teerde stoornissen’. De kernsprekers bestonden onder andere uit hoogleraar eric Vermetten van de Universiteit Leiden en Catrin Finkenauer, hoog-leraar kindermishandeling aan de Vrije Universiteit amsterdam. eric Vermetten schetste het organisato-rische beeld – met alle valkuilen van dien – rondom de opvang en (na)zorg van MH17 getroffenen. Catrin Finkenauer gaf een lezing over de rol van zelfcontrole bij psychotrauma en huiselijk geweld. Volgens het ener-giemodel kost zelfcontrole energie en kan deze opraken bij het uitoe-fenen van zelfcontrole. Wanneer de
energie op is zullen mensen verval-len in onwenselijk gedrag. Trauma is geassocieerd met situaties en facto-ren die je energie aftappen, waardoor mensen egoïstischer en agressiever kunnen worden, minder goed verlei-dingen, zoals drugs, alcohol, of eten weten te weerstaan. Prof. Finkenauer weet haar theorie en zelfcontrole overigens formidabel uit te dragen wanneer ze tot op de seconde exact de duur van haar eigen 25 minuten durende lezing voorspelt.
Vanuit het buitenland waren de hoogleraren Yael Danieli en Vedat Şar aanwezig. Prof. Danieli stond als medeoprichter van de isTss in de vorige eeuw aan de vooravond van samenwerking binnen psycho-traumaonderzoek in de Verenigde staten. Wellicht stond ze zelfs aan de grondslag van het psychotrau-maveld met haar onderzoek naar
Holocaust-overlevenden en de mul-tigenerationele erfenissen van trau-ma. Je zou in haar de belichaming van het verleden kunnen zien, terwijl de sprekers Prof. Şar samen met drs. Twan Driessen het heden vertegen-woordigden als voorzitters van de esTss en NtVP. Wat duidelijk werd is dat ze alle drie onverminderd werken aan de toekomst van het veld. kortom, een Nederlands congres met een internationale tint geeft aan-zet voor interdisciplinaire kennis-kruisbestuiving. De disciplines zijn samengebracht en een voorzichtige handreiking naar samenwerking is gezet. Tot slot wil ik opmerken dat deze samenvatting geen recht doet aan de vele uitstekende en inzicht gevende workshops die zijn gege-ven.
Joris Haagen, psycholoog en promo-vendus aan de Universiteit Utrecht
B e R i c H T e N u i T H e T V e L DB e R i c H T e N u i T H e T V e L DEen korte impressie van het 7e NtVP congres
De Nederlandstalige Vereniging voor psychotrauma (NtVp) heeft er tijdens haar congres van 27 november jl. voor gekozen de uitdaging op te nemen om de horizon van het psychotraumaveld te verbreden en te verleggen. om dit te bereiken werden klinische wetenschappers uit verwante gebie-den uitgenodigd als sprekers, werden complexe psychotrauma situaties uitgediept en werd aansluiting gezocht met zusterorganisaties, zoals de isTss en de esTss. Hiermee voldeed het congres elegant aan het door haar gekozen thema: ‘kansen en obstakels in de psychotraumahulpverlening: samenwerken in een complex veld’.
B e R i c H T e N u i T H e T V e L D c o g i s c o p e 0 1 1 5 39
4 mei Concert
Na de stilte van de herdenking vindt elk jaar het 4 mei Concert plaats in de Grote Zaal van Het Concertgebouw. Het concert, georganiseerd door stichting 4 mei Concert, begint om 21.15 uur en sluit aan op de Natio-nale Dodenherdenking op de Dam.Dit jaar wordt tijdens het 4 mei Concert de anne Frank Cantate uit-gevoerd door het Nederlands Phil-harmonisch Orkest, het Nederlands Concertkoor en drie solisten.kaarten kosten € 15,-, de toegang tot 27 jaar is gratis.
Stichting 4 mei Concert wil jongeren blijven betrekken bij de herdenking van de Tweede Wereldoorlog en biedt een educatief programma aan, bestaande uit een lespakket voor de anne Frank Cantate en gastlessen door oorlogsveteranen.www.4meiconcert.nl
Arq lanceert online informatieplatform over psychotrauma zorg
eind maart heeft arq Psychotrauma expert Groep de informatieportal www.psychotraumatnet.org gelan-ceerd. Deze portal heeft als doel de grootste collectie informatie op het gebied van psychosociale (na-)zorg bij schokkende gebeurtenissen te verzamelen. Psychotraumanet richt zich in eerste instantie op wetenschappers, be-leidsmakers, onderzoekers en thera-peuten. Daarnaast bevat de site ook informatie voor verwijzers, hulpver-leners en getroffenen. Naast het aanbieden van kennis op dit terrein wil arq door middel van het psychotraumanet ook kennis delen en samenwerking zoeken met experts en kenniscentra buiten arq. Dankzij de samenwerking met der-den streeft het psychotraumanet er bovendien naar om de meest com-plete ‘wie-is-wie’ op het gebied van
B e R i c H T e N u i T H e T V e L Dpsychotrauma te creëren. Psychotraumanet is vanaf de start volledig tweetalig en alle informa-tie is daarom ook in het engels be-schikbaar. Dit past bij de ambitie van internationale samenwerking en internationale kennis uitwisse-ling met experts wereldwijd op het gebied van psychosociale (na-)zorg bij schokkende gebeurtenissen.www.psychotraumanet.org
Samenwerking rond psychotraumazorg kinderen, jeugd en gezin
stichting Centrum ’45 en Rivierdui-nen gaan intensief samenwerken op het gebied van psychotraumazorg voor kinderen, jeugd en gezinnen. Het Psychotraumacentrum (PTC) van Rivierduinen en het team Jeugd en Gezin van stichting Centrum ’45 hebben beide het TOPGGZ keur-merk op dit vlak.De samenwerking richt zich in eer-ste instantie op het bieden van hoog specialistische geestelijke gezond-heidszorg op het gebied van diag-nostiek en behandeling van ernstig getraumatiseerde kinderen, jonge-ren en gezinnen in heel Nederland.
Verder zullen de twee teams nauw samenwerken op het gebied van kennisuitwisseling, zorginhoude-lijke vernieuwingen en wetenschap-pelijk onderzoek.www.rivierduinen.nlwww.centrum45.nl
Refereerbijeenkomsten Arq Psychotrauma Expert GroepDeelname aan de referaten is gratis. Wel graag aanmelden via [email protected].
Trauma en verslavingPTss en middelenafhankelijkheid hangen nauw samen. Ondanks het gegeven dat er vanuit richtlijnen en onderzoek geadviseerd wordt om beide problematieken samen te be-handelen, gebeurt dit in de praktijk nog weinig. Nele Gielen, werkzaam bij Mondri-aan Trauma en Verslaving en pro-movendus op dit onderwerp, be-licht in haar referaat verschillende elementen die relevant zijn voor de implementatie van een geïntegreer-de behandeling van patiënten met PTss en middelenafhankelijkheid. Tijmen bostoen, psychiater in oplei-
40 c o g i s c o p e 0 1 1 5 B e R i c H T e N u i T H e T V e L D
B e R i c H T e N u i T H e T V e L DB e R i c H T e N u i T H e T V e L Dding en nu werkzaam bij de brijder stichting, zal in zijn referaat op basis van zijn ervaringen een klinische ver-taling maken naar de psychotrauma praktijk. Datum 23 april 2015 (Oegstgeest) en 26 mei 2015 (Diemen) Tijd 16.30 uurOrganisatie stichting Centrum ’45Accreditatie aangevraagd bij FGzP en NVvP
Getuigen of Therapie?in dit referaat wordt ingegaan op de psychische en sociale gevolgen voor getraumatiseerden die getuige wa-ren van internationale misdrijven of zelf slachtoffer hiervan. Hun ervarin-gen en getuigenissen zijn belangrijk om internationale misdrijven op te lossen. Psychologen van het inter-national Criminal Court begeleiden getuigen voorafgaand aan internatio-nale strafzaken om hen te ondersteu-nen voor, tijdens en na hun getuige-nis. Draagt het getuigen in een inter-nationale strafzaak bij aan mentaal welbevinden? en in hoeverre zou de mogelijkheid om te getuigen in een internationale strafzaak een trauma-behandeling overbodig maken? an Michels (international Criminal
Court) en simone de la Rie (stichting Centrum ’45) belichten dit thema van diverse kanten.Datum 23 juni 2015 (Diemen) Tijd 16.30 uurOrganisatie stichting Centrum ’45Accreditatie aangevraagd bij FGzP en NVvP
Theatervoorstelling LEGER over ptss bij veteranen
Het Ro Theater speelt tot 7 mei de voorstelling LEGER, een stuk over soldaten in Nederlandse oorlogs-missies en hun trauma’s. Het ver-haal is gebaseerd op waargebeurde verhalen van oorlogsveteranen.De voorstelling gaat over een jonge veteraan berk die sinds zijn uitzen-ding lijdt aan een PTss. Tijdens zijn uitzending is zijn vriend simon omgekomen. Wanneer de vader van simon hem vraagt mee terug te gaan naar de plek des onheils ko-men berk's eenzaamheid, angst en schuldgevoel tot uitbarsting. www.rotheater.nl/leger
70 jaar na WOII: expositie Geleende Gezichten
Voor het project ‘Geleende Gezich-ten’ schilderde ada stel 102 portret-ten van kinderen die tussen 1942 en 1944 vanuit kamp Westerbork weggevoerd werden naar vernieti-gingskampen. ada stel kwam op dit idee door het boek In Memoriam (2012) van Guus Luijters, waarin hij kinderen die weggevoerd zijn weer een naam wilde geven. in totaal vond hij ruim 3700 fotootjes van kinderen die gedeporteerd werden. in totaal werden er 18.000 kinderen vermoord. De deportatie van deze kinderen vond plaats in 102 transporten vanuit Westerbork naar de vernie-
tigingskampen auschwitz en sobi-bor. slechts weinig kinderen heb-ben dit overleefd. ada stel werd gegrepen door het boek en wilde deze kinderen naast een naam ook een gezicht geven. Zij koos ervoor om in haar project 102 portretten te schilderen, waarbij elk portret sym-bool staat voor één transport.
De schilderijen, met erbij geschre-ven gedichten door koos stel, zijn tot 20 juni 2015 te zien in museum sjoel in elburg. Voor meer informatie: www.sjoelelburg.nl en www.geleendegezichten.nl
Achterhuis, Hans & Nico Koning,
De kunst van het vreedzaam vechten.
Amsterdam: Lemniscaat, 2014.
ISBN 9789047702191; 672 pagina’s.
Een wereld zonder conflicten is niet
alleen ondenkbaar, maar ook on-
wenselijk. Botsingen van tegenge-
stelde meningen en belangen zijn
een groot goed in een open samen-
leving. Maar liever niet in de vorm
van oorlogen, aanslagen, bombar-
dementen. De vraag die onderzocht
wordt in dit cultuurfilosofisch en
cultuurhistorisch essay is: hoe gaan
we krachtig het conflict aan en zor-
gen we er tegelijkertijd voor dat het
niet uit de hand loopt?
Brekelmans, Ilona & Gerda de
Groot, De kleuren van EVA en Zahir.
Beschrijving van opgebouwde expertise
binnen de behandelgroepen voor mei-
den die bedreigd worden met aan eer
gerelateerd geweld. Amsterdam: SWP,
2014.
ISBN 789088505805; 128 pagina’s.
De landelijke expertise- en behan-
delcentra EVA (Kompaan en de
Bocht) en Zahir (Fier) zijn ontstaan
uit de praktijk. De aanpak eer
gerelateerd geweld was ontoerei-
kend. Het ministerie van VWS gaf
daarom in 2007 de opdracht tot het
ontwikkelen van twee landelijke
pilots in Nederland voor veilige
opvang voor meisjes en jonge vrou-
wen die te maken hebben met eer
gerelateerd geweld. Na zeven jaar
doorontwikkeling is er een lande-
lijk aanbod van gespecialiseerde
integrale hulpverlening aan meiden
en hun families, waarvan hier een
beschrijving.
Buchheim, Eveline & Ralf
Futselaar (red.), Under Fire. Women
and World War II. 34e Jaarboek voor
Vrouwengeschiedenis. Hilversum:
Verloren, 2014.
9789087044756; 192 pagina’s.
Vanaf de jaren zeventig, toen de
aandacht voor de sociale geschiede-
nis van het conflict steeds popu-
lairder werd, hebben vrouwen een
steeds belangrijkere rol gespeeld
in de mainstream verhalen over
de Tweede Wereldoorlog. Veelal
werden vrouwen geportretteerd als
verzorgers en als slachtoffers (van
met name seksueel geweld) maar
zelden als bepaler van hun eigen
lot. Dit Jaarboek richt zich op deze
laatste groep. Ondanks het leed en
slachtofferschap dat veel vrouwen
tijdens de oorlog trof, gaf de oorlog
anderen nieuwe mogelijkheden en
ontwaakte ambities. De bijdragen in
deze bundel gaan in op de bewuste
en vaak strategische besluitvorming
en handelen van vrouwen binnen
de beperkingen én kansen die de
oorlog ze bood, inclusief de doelbe-
wuste inzet van stereotiepe ideeën
over vrouwelijkheid, klasse en ras.
Bussemaker, H.Th., Indisch verdriet.
Strijd om erkenning. Amsterdam:
Boom, 2014
ISBN 9789089534675; 400 pagina’s.
Na de Tweede Wereldoorlog ging
in Nederlands-Indië de strijd
door, nu voor de onafhankelijk-
heid van Indonesië. Toen die
B o e k e N
B o e k e N c o g i s c o p e 0 1 1 5 41
Holsappel, Jorien & Michel
Dückers, GGD Handreiking psycho-
sociale hulp bij rampen en crises.
Diemen. Impact, 2015.
Te downloaden via www.impact-
kenniscentrum.nl
Voortbouwend op de Multi-
disciplinaire Richtlijn Psycho-
sociale hulp bij rampen en
crises, ontwikkelde Impact een
Handreiking Psychosociale Hulp
bij rampen en crises speciaal voor
GGD’en. De handreiking voorziet
in tools en checklists om de rol van
de GGD in de PSH vorm te geven.
GGD’en kunnen de handreiking
gebruiken bij de voorbereiding op
PSH taken.
Kolk, Bessel van der, The Body
Keeps the Score. Brain, Mind, and the
Healing of Trauma. Viking, 2014.
ISBN 9780670785933; 464 pa-
gina’s.
Van der Kolk gebruikt recent
wetenschappelijke onderzoek om
te laten zien hoe traumatische
ervaringen letterlijk invloed heb-
ben op lichaam en vooral ook het
brein. Hij focust in dit boek vooral
op dat gedeelte van het brein waar
het vermogen tot plezier, onderne-
AMERICAN PSYCHIATRIC ASSOCIATION
DIFFERENTIËLEDIAGNOSTIEK
MICHAEL B. FIRST
FIR
ST
DIF
FE
RE
NT
IËLE
DIA
GN
OS
TIE
K
Informatie verkrijgen van de patiënt, symptomen identificeren, patronen herkennen en verschillende psychische stoornissen overwegen: voor clinici is differentiële diagnostiek dagelijkse routine. Toch blijkt uit ervaring dat veel clinici geneigd zijn om vast te houden aan de eerste classificatie waar ze aan denken. Dit boek helpt bij het vermijden van een tunnelvisie en ondersteunt de clinicus bij het kiezen van de mogelijke DSM-5-classificaties voor iedere patiënt.
Met beslisbomen en controletabellenHet boek start met zes differentiaaldiagnostische thema’s die men bij iedere patiënt zou moeten overwegen. Hoofdstuk 2 toont 29 beslisbomen die uitgaan van de symptomen van de patiënt. Het laatste hoofdstuk bevat 66 differentiële-diagnostiektabellen om te gebruiken in een later stadium, namelijk zodra er een voorlopige classificatie is vastgesteld. Hiermee kunt u per DSM-5-classificatie controleren of er niets over het hoofd is gezien. Tot slot is achterin de complete DSM-5-classificatietabel opgenomen om zo gemakkelijk de codering op te kunnen zoeken.
Voor wie?Dit boek is een gedegen naslagwerk voor clinici en studenten die zich verder willen bekwamen in het betrouwbaar classificeren op basis van de DSM-5.
789089 5 337849
www.dsm-5-nl.org
21,5 mm
DSM-5_Differentiele_Diagnostiek_Omslag_21,5mm.indd 1 18-12-14 14:25
B o e k e N
42 c o g i s c o p e 0 1 1 5 B o e k e N
eenmaal een feit was, kwam de
Nederlands-Indische gemeen-
schap uit Indonesië naar het voor
velen onbekende Nederland. Na
jarenlange ontberingen in zogehe-
ten Jappenkampen en tijdens de
Bersiap, volgde voor de Indische
Nederlanders een strijd met de
Nederlandse overheid voor erken-
ning van hun leed, uitbetaling van
hun salarissen, en compensatie
voor de materiële verliezen die zij
hadden geleden. Indisch Verdriet
geeft de historie van zeventig jaar
strijd om die erkenning weer.
Faro, L.M.C., Postponed Monuments
in the Netherlands. Manifestation,
Context and Meaning. Proefschrift
Tilburg University, 2015.
Welke betekenis voor slachtoffers
en nabestaanden hebben ‘uitgestel-
de’ herdenkingsmonumenten in
Nederland - opgericht lang na het
gebeuren waaraan ze herinneren?
Welke verschijningsvormen zijn
er en in welke context zijn deze
monumenten opgericht? Laurie
Faro heeft die vragen onderzocht
aan de hand van vier Nederlandse
monumenten: het Monument
Vrouwen van Ravensbrück, het
Digitaal Monument voor de Joodse
Gemeenschap, verschillende
monumenten voor levenloos ge-
boren kinderen en het monument
voor de grootste treinramp in
Nederland bij Harmelen.
First, Michael B., DSM-5:
Differentiële diagnostiek. Amsterdam:
Boom, 2014.
ISBN 9789089533784; 400 pag.
Dit boek ondersteunt de clinicus
bij het kiezen van de mogelijke
DSM-5-classificaties voor iedere
patiënt. Het boek start met zes dif-
ferentiaal diagnostische thema’s
st r i jd o m er k en n i n g
h.th. bussemaker
w w w.uitgever ijboom.nl
st r i jd o m er k en n i n gst r i jd o m er k en n i n g
die men bij iedere patiënt zou
moeten overwegen. Hoofdstuk 2
toont 29 beslisbomen die uitgaan
van de symptomen van de patiënt.
Het laatste hoofdstuk bevat 66
differentiële diagnostiektabel-
len om te gebruiken in een later
stadium, namelijk zodra er een
voorlopige classificatie is vastge-
steld. Hiermee kunt u per DSM-5-
classificatie controleren of er niets
over het hoofd is gezien. Tot slot
is achterin de complete DSM-5-
classificatietabel opgenomen om
zo gemakkelijk de codering op te
kunnen zoeken.
B o e k e N
B o e k e N c o g i s c o p e 0 1 1 5 43
mingsdrang, controle en ver-
trouwen huist. Hij onderzoekt
innovatieve behandelvormen en
therapieën – van neurofeedback,
mindfulness en meditatie tot
sportbeoefening, theater en yoga
– die helpen om de natuurlijke
neuroplasticiteit van de hersenen
te activeren.
Kleij, Suzanne van der, Interaction
in Dutch asylum interviews. A corpus
study of interpreter-mediated insti-
tutional discourse. Proefschrift
Radboud Universiteit Nijmegen,
2015. ISBN 978-94-6093-164-2
Voor zijn tolken in de asielproce-
dures gebruikt de Immigratie- en
Naturalisatiedienst (IND) een
gedragscode om een eenduidige
werkwijze te garanderen. Susanne
van der Kleij onderzocht in haar
proefschrift de interactie tussen
asielzoeker, IND-ambtenaar en
tolk. Uit het onderzoek blijkt een
discrepantie tussen de rol van de
tolk zoals verwacht op basis van
de gedragscode en zijn rol in de
praktijk bij de IND. Tolken richten
zich in grote mate op het efficiën-
ter maken en verduidelijken van
de uitingen van asielzoeker en
ambtenaar, waardoor de vertalin-
gen vaak afwijken van wat daad-
werkelijk gezegd is.
Lee, Gerard van der, Onze Jan in
Indië. Arnhem: White Publishing,
2015. ISBN 9789079763122; 176
pagina’s.
In de periode 1945-1950 vervulden
circa 150.000 Nederlandse mili-
tairen hun dienst in Nederlands-
Oost-Indië. Indiëveteraan Gerard
van der Lee (87) voelde de be-
hoefte om vast te leggen hoe het
er in die tijd aan toe ging. Het
boek geeft een beeld van de bele-
venissen van deze militairen en is
tevens geplaatst in de context van
die tijd. Wie waren de militairen
die ernaartoe gingen? Hoe zat de
wereld toen in elkaar en wat kwam
er af op al diegenen die als militair
in Nederlands-Indië dienst deden?
Maar ook: hoe kijken zij er ach-
teraf op terug?
Maes, Johan & Henriëtte
Modderman (red.), Handboek
Rouw, Rouwbegeleiding,
Rouwtherapie. Tussen presentie en
interventie. Antwerpen: Witsand
Uitgevers, 2014.
ISBN 9789492011039; 704 pa-
gina’s.
Dit Handboek slaat een brug tus-
sen de wetenschappelijke theo-
rievorming en de ervaringen en
toepassingen binnen de praktijk.
In het eerste deel wordt een stand
van zaken opgemaakt van de ac-
tuele inzichten en uitdagingen op
het vlak van rouw. In het tweede
deel wordt het nieuwe, integratieve
model van rouw vanuit diverse the-
rapeutische perspectieven bekeken.
In het derde deel wordt rouw uitge-
werkt binnen specifieke thema's,
doelgroepen en interventies.
HandboekRouwRouwbegeleidingRouwtherapieTussen presentie en interventie
Johan Maes &Harriëtte Modderman(red.)
Witsand UitgeversGerard van der Lee
Onze Jan in
INDIË
Meijer, Juliëtte, Papa is paars /
mama is groen. Voor kinderen met
een ouder met psychische problemen.
Amsterdam: SWP, 2014.
ISBN 9789085606680; 52 pagina’s.
De vader van Jet en de moeder
van Job hebben psychische proble-
men. Soms zijn ze gewoon papa
of mama, maar dikwijls zijn ze
onvoorspelbaar en onbereikbaar.
Jet en Job kunnen daarom niet bij
hun ouders wonen.
De twee verhalen laten met de te-
keningen van de vijfjarige Jasmine
zien wat het voor jonge kinderen
betekent om te leven met een ou-
der met een psychisch probleem.
Hulpverleners en ouders kunnen
door dit boek het gedrag voor
jonge kinderen beter verklaren. In
het boek zijn tevens tips en achter-
grondinformatie opgenomen.
Morris, David J., The Evil Hours. A
Biography of Post Traumatic Stress
Disorders. Tantor Media Inc., 2015.
ISBN 9781494509675; 338 pagina’s.
Morris noemt zijn boek ‘een bio-
grafie van PTSS’. Naast zijn per-
soonlijke ervaringen als marine-
officier en als embedded journalist
in Irak, waar hij getraumatiseerd
van terugkwam, vertelt Morris
ook over de geschiedenis van de
PTSS. Hij geeft feiten en cijfers en
schetst de ontwikkeling van het be-
grip. Ook gaat hij in op behandel-
vormen van PTSS en dringt aan op
een persoonlijke benadering van
elke getroffene, ervan uitgaande
dat er niet een eenduidige therapie
voor PTSS bestaat die op elke ge-
traumatiseerde toepasbaar is.
Mouthaan, Joanne, Injured body, in-
jured soul? Predicting and preventing
posttraumatic stress disorder after
injury. Proefschrift Universiteit
van Amsterdam, 2014.
Ongeveer een op de vijf personen
ontwikkelt na een ernstig ongeval
of mishandeling een vorm van
PTSS. Uit het onderzoek, dat
Mouthaan uitvoerde op de spoedei-
sende hulp en waarop zij promo-
veerde, bleek dat vooral personen
met veel psychische schade baat
hadden bij voorlichting via een
internetprogramma dat ze thuis
uitvoerden.
Mouthaan bepleit dat er meer aan-
dacht moet worden besteed aan de
psychische schade van slacht offers
op de spoedeisende hulp. Bij
deze posten moeten de slachtof-
fers worden gescreend en moet
nazorg worden georganiseerd. Dit
kan voor een deel met behulp van
websites en apps. Slachtoffers met
een hoog risico voor PTSS kunnen
bovendien in een vroeg stadium
met een korte vragenlijst worden
opgespoord.
Pessireron, Sylvia, Gesloten koffers,
Dutch Media uitgevers.
9789044344806, 336 pagina’s.
Gesloten koffers is een roman
die gaat over de Molukse Itja
Hatuopar, een ex-KNIL militair.
Zodra hij in 1951 voet zet op
Nederlandse bodem merkt hij
dat hij niet welkom is, en dat zijn
loyaliteit aan Nederland niet met
gelijke munt wordt terugbetaald.
Terpstra, Linda, Anke van
Dijke & Ellen de Ruiter,
Mensenhandelaren, verhalen en
vonnissen. Amsterdam: SWP, 2014.
ISBN 9789088505164;
240 pagina’s.
In de afgelopen 15 jaar hebben we
in Nederland een beeld gekregen
van meisjes en jonge vrouwen die
via dwang in de prostitutie zijn
beland en worden uitgebuit. Maar
van de mannen en vrouwen die bij
de uitbuiting betrokken zijn – de
mensenhandelaren – hebben we
44 c o g i s c o p e 0 1 1 5 B o e k e N
B o e k e N c o g i s c o p e 0 1 1 5 45
Voor meer boeken, artikelen en
dvd’s bezoek onze bibliotheek
www.cogis.nl/bibliotheek
nog niet zo’n duidelijk beeld. Wie
zijn zij? En waarom doen zij wat
ze doen?
In dit boek komen vijftien veroor-
deelde mensenhandelaren aan het
woord. Naast de persoonlijke ver-
halen wordt in dit boek aandacht
besteed aan het juridische kader
van de afzonderlijke zaken en aan
een analyse van mensenhandelza-
ken van de afgelopen jaren. Ook
de slachtoffers en het slachtoffer-
schap komen aan bod.
Weezel, Natascha van, De derde
generatie. Kleinkinderen van de
Holocaust. Amsterdam: Balans,
2015. ISBN 978946003746;
240 pagina’s.
Natascha van Weezel, kleindochter
van vier Holocaust overlevenden,
stelt zich al jaren de vraag hoe haar
leven vandaag de dag nog wordt
beïnvloed door een oorlog die
zeventig jaar geleden plaatsvond.
In De derde generatie brengt ze aan
de hand van haar eigen familiege-
schiedenis en talloze gesprekken
met leeftijdsgenoten in Nederland,
Amerika en Israël een generatie in
kaart die zich op enigerlei wijze tot
de Holocaust moet verhouden. Een
portret van de kleinkinderen van de
oorlog, die werden geconfronteerd
met hun beladen familieverleden.
- advertentie -
Vluchtelingen in Soedan hebben perspectief en hoop nodig.War Trauma Foundation (WTF) helpt mensen en gemeenschappen die zijn getroffen door oorlog en geweld.
Ahfad Universiteit in Khartoem biedt uitsluitend opleidingen aan voor vrouwen. Van de ruim 7.000 studenten komt een groot deel uit door oorlog geteisterde landen zoals Soedan, Eritrea en Somalië. Dicht bij de universiteit ligt een groot vluchtelingenkamp. Net als sommige studenten van de Ahfad Universiteit hebben de vluchtelingen dringend hulp nodig. WTF heeft samen met de Ahfad Universiteit het eerste Nationaal Trauma Counseling Centrum van Soedan opgericht. WTF traint en coacht lokale psychologen en psychiaters in trauma counseling. Daarnaast zetten we Narratief Theater in om samen met 18 lokale organisaties in 4 verschillende Soedanese staten (Gedaref, Khartoum, Blue Nile en Darfur) met zoveel mogelijk gemeenschappen te werken aan psychosociaal herstel. In 2015 willen we meer dan 1.200 mensen bereiken in dorpsgemeenschappen en zeker 200 mensen specialistische psychosociale steun bieden.
Helpt u mee met uw gift?Maak een gift over op ING Bank 1050 t.n.v. War Trauma Foundation, Diemen
Meldt u aan voor onze nieuwsbrief: www.wartrauma.nl.
www.wartrauma.nl
46 c o g i s c o p e 0 1 1 5 i N D e M e D i A
iN De MeDiA
Veilige ouderrelatie voorkomt angststoornis bij verlegen babyGGZ Nieuws, 2 maart 2015
Verlegen baby’s hebben een ver-
hoogd risico om in hun tienertijd
een angststoornis te ontwikkelen.
Een veilige ouder-kindrelatie kan
dit risico verminderen, concluderen
Amerikaanse onderzoekers in een
publicatie in Child Development.
Facebook voert 'antizelfmoordknop' inTrouw, 27 februari 2015
Facebook introduceert in de
Verenigde Staten een knop die zelf-
moord moet helpen voorkomen.
De socialenetwerksite wil dat ge-
bruikers in actie komen als ze een
zorgwekkend bericht van een moge-
lijk depressieve vriend onder ogen
krijgen. De functie wordt in eerste
instantie alleen geïntroduceerd in
de VS.
Nederland en België tekenen intentieverklaring tot migratiesa-menwerkingRijksoverheid, 24 februari 2015
Nederland en België gaan nauwer
samenwerken en meer samen
optrekken op het gebied van im-
migratie en asiel. Dat staat in de
intentieverklaring die staatssecre-
taris Fred Teeven (Veiligheid en
Justitie) en zijn Belgische collega
Theo Francken (Asiel en Migratie)
hebben ondertekend.
Teeven en Francken gaan samen
het misbruik van de zogeheten
Europa-route aankaarten bij de
Europese Commissie.
Korte cognitieve gedragsthera-pie na suïcide voorkomt nieuwe pogingenGGZ nieuws, 16 februari 2015
De onderzoekers evalueerden
de effectiviteit van kortdurende
cognitieve gedragstherapie (CGT)
voor de preventie van suïcidepo-
gingen bij militair personeel: 'Brief
Cognitive-Behavioral Therapy
Effects on Post-Treatment Suicide
Attempts in a Military Sample:
Results of a Randomized Clinical
Trial With 2-Year Follow-Up’, in:
Am J Psychiatry. Feb. 2015.
Veel dwangarbeiders Birmalijn ontvingen nooit uitkeringVolkskrant, 9 februari 2015
Veel KNIL-militairen die tijdens de
Japanse bezetting van Nederlands-
Indië als dwangarbeider werkten
aan de Birmaspoorweg, hebben
nooit de uitkering ontvangen waar-
op ze recht hadden. De onlangs
opgerichte stichting Task Force
Indisch Rechtsherstel onderzoekt
in samenwerking met advocaat
Liesbeth Zegveld of er namens
de ex-dwangarbeiders een groeps-
claim (op basis van indexatie en
rente over 60 jaar) bij de staat kan
worden ingediend.
Agenten krijgen vaste weerbaar-heidstrainingTelegraaf, 3 februari 2015
De mentale zorg en training krijgt
een structurele plek in het dagelijks
werk van alle politiemensen. Dat
zegt verantwoordelijk politiechef
Jannine van den Berg van de
Nationale Politie in een gesprek
met het ANP. Op de website van
het WODC staat het onderzoek
Evaluatie training Mentale Kracht.
Miljoen voor onderzoek naar zelf-moordenNOS, 29 januari 2015
Er komt een miljoen euro be-
schikbaar voor wetenschappelijk
onderzoek naar het terugdringen
van zelfdoding in Nederland. De
regeringspartijen PvdA en VVD en
oppositiepartijen ChristenUnie en
D66 steunen een voorstel van de
SGP om onderzoekers te laten kij-
ken naar methoden om het aantal
zelfmoorden te verminderen. In
Trouw (29 januari 2015) staat het
artikel Onderzoek naar suïcide hard
nodig.
Subsidie voor ontwikkeling check-list angststoornissenAltrecht, 27 januari 2015
Het Innovatiefonds
Zorgverzekeraars heeft het pro-
ject ‘Checklist Angststoornissen’
47 c o g i s c o p e 0 1 1 5 i N D e M e D i A
gehonoreerd met een subsidie,
nadat het project was ingediend
door de Stichting Topklinische
GGz, Altrecht Academisch
Angstcentrum en GE-iMTA. Aan
dit project gaan alle topklinische
angstcentra meewerken.
Weinig psychische last bij familie-rechercheurTelegraaf en Politie &
Wetenschap, 23 januari 2015
Het werk van een familierecher-
cheur is belastend en ingrijpend,
maar politiemensen in deze functie
hebben weinig last van psychi-
sche problemen zoals een burn-
out. Volgens onderzoek van de
Universiteit Leiden voor Politie en
Wetenschap kan het contact met
slachtoffers en nabestaanden juist
een positief effect hebben. Het on-
derzoek: De mentale gesteldheid van
de familierechercheur. Een onderzoek
naar werkgerelateerde stress en secun-
daire posttraumatische groei binnen
een bijzondere groep politieambtena-
ren, is te vinden op de website van
Politie & Wetenschap.
Bij psychosen spelen jeugdtrau-ma's een rolNJI (Nederlands Jeugdinstituut),
22 januari 2015
Jeugdtrauma's spelen een rol bij
psychische stoornissen zoals psy-
chose, vooral als er sprake is van
opzet door een dader, bijvoorbeeld
bij mishandeling. Dat blijkt uit
promotie-onderzoek van Martine
van Nierop. De invloed van trau-
matische ervaringen in de jeugd is
sterker bij combinaties van stoor-
nissen, zoals wanen en hallucina-
ties samen, dan bij deze stoornis-
sen afzonderlijk.
Hoe voodoo geweld overbodig maakt in de Nigeriaanse mensen-handelKnack.be, 18 januari 2015
Familiale netwerken uit het zuiden
van Nigeria dwingen jonge meis-
jes via voodoo in de prostitutie in
verschillende Europese landen.
Volgens de federale politie komen
jaarlijks zo'n duizend vrouwen
op deze manier naar België,
Nederland, Italië en Frankrijk. Het
verhaal van Grace, een voormalig
slachtoffer, is een typisch voor-
beeld.
De eerste les na Parijs – Hoe ga je als leraar om met culturele ver-schillen in de klas?Lerarenagenda.nl, 15 januari 2015
Terwijl na de aanslagen in Parijs
het maatschappelijk debat omtrent
radicalisering en islamisering in
Europa oplaait, is een school bij
uitstek de plek waar vervreemding
tussen verschillende groepen in
de samenleving tegen kan worden
gegaan. In dit blog gaat een docent
in op hoe om te gaan met culturele
verschillen in de klas.
Lancering samenwerkingsverband Kenniscentrum OorlogsbronnenNIOD, 15 januari 2015
Het Kenniscentrum
Oorlogsbronnen is een samenwer-
kingsverband van verschillende
erfgoedorganisaties, archieven
en ontwikkelaars dat gaat werken
aan de bundeling van activiteiten,
(digitale) producten en diensten
rondom de Tweede Wereldoorlog
en de Holocaust. Instellingen gaan
meer profiteren van elkaars exper-
tise en ontwikkelen gezamenlijke
producten en diensten die aanslui-
ten op de interesse van de gebrui-
ker anno nu.
Promotie: Hersenstructuur en -activiteit voorspelt herstel van PTSSUniversiteit Utrecht, 15 januari
2015
Dertig tot vijftig procent van de pa-
tiënten met een PTSS reageert niet
op de aanbevolen trauma-gerichte
therapie. Tot op heden was nog on-
duidelijk waarom dit zo is. In haar
onderzoek met MRI-scans bij oor-
logsveteranen met PTSS laat Sanne
van Rooij zien dat op basis van de
structuur en activatie van bepaalde
hersengebieden voorspeld kan wor-
den wie wel en wie niet herstelt.
48 c o g i s c o p e 0 1 1 5 i N D e M e D i A
Kijk voor meer actueel nieuws
dagelijks op de website van Cogis,
www.cogis.nl
Deze rubriek is samengesteld door
de bibliotheek van Cogis.
Promotie: Hoe effectief is de geestelijke gezondheidszorg voor ouderen? Vrije Universiteit Amsterdam,
januari 2015
Er zijn de afgelopen jaren verschil-
lende initiatieven geweest om
de psychische hulpverlening in
Nederland te verbeteren. Marjolein
Veerbeek toont met haar promotie-
onderzoek aan dat de verschillende
maatregelen slechts ten dele de
gewenste effecten hebben gehad
ten aanzien van ouderen. Veerbeek
vindt dat het hoog tijd is voor een
bevolkingsstudie naar de psychia-
trische problematiek van ouderen.
Hulplijn voor radeloze ouders jihadistenVolkskrant, 5 januari 2015
Het Samenwerkingsverband
Marokkaanse Nederlanders (SMN)
heeft de Hulplijn Radicalisering
en bijbehorende website gelan-
ceerd. Het is een laagdrempelige
voorziening voor Marokkaans-
Nederlandse ouders die tekenen
van radicalisering zien bij hun
kinderen, vrezen dat ze zullen
iN De MeDiA
afreizen naar Syrië, maar nergens
durven aankloppen.
Japanse premier wil berouw uiten over Tweede WereldoorlogNU.nl, 5 januari 2015
De regering van premier Shinzo
Abe wil in een verklaring berouw
uitspreken over de rol van Japan
in de Tweede Wereldoorlog. De
regering wil ervaringen van overle-
venden van de oorlog en informa-
tie van deskundigen verzamelen
en die verwerken in een nieuwe
verklaring, die gepubliceerd wordt
'om de wereld ons berouw te tonen
en onze weg als democratische
natie naar vrede te laten zien', zei
Abe.
GGD Handreiking psychosociale hulp bij rampen en crises
Voortbouwend op de Multidisciplinaire Richtlijn Psychosociale hulp bij rampen en crises, ontwikkelde Impact een Handreiking Psychosociale Hulp bij rampen en crises speciaal voor GGD’en. De handreiking voorziet in tools en checklists om de rol van de GGD in de PSH vorm te geven.GGD’en kunnen de handreiking gebruiken bij de voorbereiding op PSH taken.Wanneer nieuwe inzichten daar aanleiding toe geven, wordt de handreiking bijgewerkt en van een nieuw versienummer voorzien.
- advertentie -
Jorien Holsappel & Michel Dückers, GGD Handreiking psychosociale hulp bij rampen en crises. Diemen. Impact, 2015.Te downloaden via www.impact-kenniscentrum.nl
autEurs InstruCt I E COg I sCOpE 0 1 1 5 49
bEhOEftEOMtEpubLICErEn?schrijfvoorCogiscope–platformvoorkennisuit-wisseling–eenartikel,essay,column;ofinter-vieweencollegaofberichtoveruwonderzoek.
auteursinstructieCogiscope is een kwartaalblad over sociale en psychische gevolgen van schokkende gebeurte-nissen. Het stelt zich ten doel om betrokkenen op dit terrein te informeren over ontwik kelingen op het gebied van preventie en hulpverlening. Ook wil het de huidige en sociaal-historische context belichten waarin geweld plaatsvindt en -vond.De redactie ontvangt graag wetenschappelijke, opiniërende en praktijkgerelateerde bijdragen over sociale en psychische gevolgen en achter-gronden van geweld, als ook over de opvang, zorg en nazorg van betrokkenen. De redactie beoordeelt binnengekomen teksten en geeft een beknopte reactie. Daarin zijn de eventuele redenen voor afwijzing opgenomen dan wel vragen en opmerkingen als de tekst in beginsel is geaccepteerd.
InstructiesvoordeauteurAuteur en redactie hebben bij voorkeur contact over omvang en inrichting van het artikel vóórdat het wordt toegezonden.• Indien u noten wilt gebruiken, dan enkel eind
noten. Notenlijst als tekst aan eind van het artikel.
• Indien u geen noten wilt gebruiken, maar wel literatuur wilt vermelden, dan graag aan het slot. * Houd het aantal literatuurverwijzingen beperkt.
• Citaten in het Nederlands.
• De tekst wordt verdeeld in (nietgenummerde) paragrafen, elke paragraaf heeft een titel
(tussenkopje). Werk met korte tussenkopjes (max. 20 karakters).
• Geef het artikel een korte titel, maximaal 30 karakters. De redactie kan kiezen voor een
andere titel. aanleverenenverdereprocedureWe ontvangen uw tekst in Word, bij voorkeur per e-mail: [email protected] De tekst zo plat mogelijk aanleveren, dus zo weinig mogelijk opmaakeffecten in de tekst aan-brengen. Onderstrepingen en vet worden niet overgenomen, cursiveringen zijn wel toegestaan. In de regel zult u, korte tijd na de afgesproken inlever datum, de geredigeerde bijdrage ter goedkeuring ontvangen. Indien de redactie geen inhoudelijke wijzigingen of slechts minimale wijzigingen aanbrengt, bijvoorbeeld alleen in de interpunctie, krijgt u uw tekst niet meer voorge-legd. Ook dan ontvangt u bericht van de redactie. Voor de lay-out van uw bijdrage is de redactie verant woordelijk. Cogiscope verschijnt zowel in een papieren als digitale versie. honorariumVoor toegezonden en opgenomen tekst materiaal wordt geen honorarium verstrekt. In andere geval-len wordt het honorarium in overleg vast gesteld.
CopyrightHet copyright van opgenomen materiaal valt toe aan Cogiscope. Uitzonderingen op deze regel zijn mogelijk.
COg I sCOpE 0 1 1 5
De onlangs overleden oud Denker des Vaderlands René Gude hanteerde de stelregel ‘geen burgeroorlog in Liechtenstein’. ‘De wereld van de filosofie is al zo klein en kwetsbaar; als al die kleine clubjes dan ook nog eens hun ener-gie steken in het elkaar bestrijden en elkaar beconcurreren wordt het nooit wat met de filosofie in Nederland.’ Veelzeggende woorden, die navolging ver-dienen in ons veld. Professionals op het terrein van de psychotraumatologie moeten streven naar samenwerking en verbinding, en gezamenlijk optrek-ken voor een groter gedeeld doel: de ontwikkeling van het traumaveld. Op die manier kunnen zowel praktisch uitvoerenden en wetenschappelijk onder-zoekers als beleidsmakers en bestuurlijk betrokkenen profiteren van elkaars kennis, ervaringen en inzichten. Ook door het aangaan van contacten met andere beroepsgroepen die meer indirect bij de gevolgen van schokkende gebeurtenissen betrokken zijn (denk aan verwijzers, gemeenten, crisisbeheer-sing) en met hen kennis en kunde uitwisselen, bevordert de kwaliteit van het werk in ons veld en onderstreept het bestaansrecht van de psychotraumato-logie.Samenwerking tussen traumaprofessionals wordt steeds nadrukkelijker gefaciliteerd. Op nationaal niveau is er de Nederlandstalige Vereniging voor Psychotrauma (NtVP), op Europees niveau bestaat de European Society for Traumatic Stress Studies (ESTSS). We zijn trots de voorzitters van beide ver-
enigingen in dit nummer aan het woord te kunnen laten over hun visie, ambi-ties en toekomstdromen voor het traumaveld. Daarnaast we zijn verheugd aan te kondigen dat Cogiscope en de NtVP dit jaar een structurele samen-werking aangaan. Deze samenwerking zal leiden tot een boeiende kruisbe-stuiving: de inhoud van de Cogiscope komt beschikbaar voor alle NtVP-leden en de NtVP verrijkt de Cogiscope door in ieder nummer binnen een eigen herkenbaar katern belangwekkend onderzoek te belichten en over actuele ontwikkelingen en innovaties binnen het psychotraumaveld te berichten.
We starten dit nummer met een nieuwe rubriek: Inspiratie. Hierin belicht een professional uit het psychotraumaveld een kunstwerk dat heeft geïnspireerd tot zijn of haar werk. Redactielid Hans Moors opent de reeks met een fraai existentieel en persoonlijke getint exposé gesitueerd in historische context.
Verbondenheid en inspirerende samenwerking tussen getroffenen, profes-sionals en samenleving – een motto dat de redactie van Cogiscope ter harte gaat en cruciaal is voor de optimalisering van ons veld.
Jeroen Knipscheer, hoofdredacteur Cogiscope
Cogiscope informeert over de psychosociale
gevolgen van schokkende gebeurtenissen. Er is
aandacht voor de hulpverlening aan slachtoffers als
oorlogsgetroffenen, asielzoekers, vluchtelingen en
slachtoffers van mensenhandel, seksueel geweld,
rellen, aanslagen, gijzelingen, rampen.
Een belangrijk aandachtsgebied vormt ook de
werkbelasting voor mensen die veelvuldig met (de
gevolgen van) schokkende gebeurtenissen worden
geconfronteerd. Daarbij denken wij ook aan geüni-
formeerden bij defensie, politie, ambulance, brand-
weer, openbaar vervoer.
kwartaalblad: verschijnt 4x per jaar
thema:sociale en psychische gevolgen
van schokkende gebeurtenissen
Inhoud:
• achtergrondverhalen over
psychotrauma
• interviews
• congresverslagen
• recensies
• actuele informatie uit het veld
kosten: € 27,50 per jaar
aanmelden: [email protected]
Va n d E r E d a C t I E
COgIsCOpE
abonnementsinformatie
Cogiscope verschijnt 4x per jaar. Een jaarabonnement kost
€ 27,50. U kunt zich abonneren via de Cogis-site:
www.cogis.nl/cogiscope
Colofon
Redactie: Michel Dückers, Jeroen Knipscheer (hoofdredacteur),
Hans Moors, Michaela Schok en Ine Spee
Eindredactie: Marleen van de Ven
Bureauredactie: Linda Reek
Redactieadres: Cogis, Nienoord 5, 1112 XE Diemen
Telefoon 020-6601930, fax 020-6601931
E-mail [email protected]
Oplage: 1000 exemplaren
Vormgeving: CARTA – Lian Oosterhoff,
communicatie & grafisch ontwerp
Druk: ZuidamUithof, Utrecht
ISBN 18711065 © Cogis
Cogis
Cogis is het kennisinstituut sociale en psychische gevolgen van
oorlog, vervolging en geweld. Hulpverleners vormen de belang-
rijkste doelgroep. Voor hen ontwikkelt en organiseert Cogis
cursussen, trainingen, congressen, symposia en studiedagen,
ook op aanvraag. Daarnaast geeft Cogis beleidsadviezen en
fungeert het als vraagbaak voor geweldsgetroffenen.
debibliotheekvanCogis
Cogis heeft een uitgebreide bibliotheek over de psy chische
gevolgen van geweld. Naast een uitgebreide eigen verzameling
gedrukt en beeldmateriaal is veel (externe) informatie ook
digitaal toegankelijk. www.cogis.nl/bibliotheek
Foto omslag: bloemen voor omgekomen grensrechter in Almere,
2012 (Robin Utrecht/ANP).
- Op bevende grond
- Psychosocia le ondersteuning in
conf l ictgebieden – (hoe) kunnen we
helpen?
- (On)vergeten geheimen na genocide
C o g i s C o p e
03
14
Co
gi
sC
op
e
t i j d s C h r i f t o v e r g e v o l g e n
va n s C h o k k e n d e g e b e u r t e n i s s e n
Co
gis
Co
pe
03
14
0314
s C h o l i n g
j a a r g a n g 1 1 n u m m e r 3 o k t o b e r 2 0 1 4
6 oktober 2014
Ontkenning bij vermoedens van
kindermishandeling
www.herlaarhof.nl
8 oktober 2014
Diagnostiek en behandeling
van psychische gevolgen in
de volwassenheid
www.celevt.nl
9 oktober 2014
Symposium Psychotraumatisering II
www.scem.nl
9 oktober 2014
Symposium Jeugd en
Gezinsonderzoek
www.ru.nl
10 oktober 2014
Congres ‘Angststoornissen …en?’
www.parnassia-academie.nl
21 oktober 2014
Mensenhandel en trauma
Refereerbijeenkomst, verzorgd
door Equator Foundation en
Bureau Nationaal Rapporteur
Mensenhandel
www.equatorfoundation.nl
29 oktober 2014
Building Bonds From the Inside
Out. Werken en Verbinden met de
Kracht van Binnenuit
www.eftnetwerk.nl
30 oktober 2014
Vluchtelingenbeleid? Gemeenten
aan zet!
Congres t.g.v. 35 jarig bestaan van
VluchtelingenWerk Nederland
www.vluchtelingenwerk.nl/congres
3 november 2014
Research en Best Practices EMDR
Refereerbijeenkomst Stichting
Centrum ’45
www.centrum45.nl
4 november 2014
Narratieve Exposure Therapie
(NET) supervisiedag
www.centrum45.nl
6 november 2014
Sociale Psychiatrie: de revanche
van het systeemdenken
www.sympopna.nl
6-8 november 2014
ISTSS Annual Meeting
www.istss.org
7 november 2014
Symposium Angst en depressie
in een diverse samenleving. Naar
diversiteitscompetente behandeling
en autonome cliënten
www.tilburguniversity.edu
14 november 2014
NVGP-congres ‘De groep dichtbij
– dichtbij de groep
www.groepstherapie.nl
17 november 2014
Meet the Xperts II, de alternatie-
ven. Ervaringsdeskundigheid en
cliëntgestuurde organisaties, de
stand van zaken
www.ggzplussymposium.nl
20 november 2014
Veerkracht online: toepassingen
voor preventie en praktijk
Arq Najaarssymposium i.s.m.
INPREZE
www.cogis.nl/veerkrachtonline
20 november 2014
(herhaling 9 december 2014)
Kinderen en oorlog
Refereerbijeenkomst Stichting
Centrum ’45, verzorgd vanuit de
zorglijn Kind en Trauma,
door Trudy Mooren en Gerrit
Breeuwsma
www.centrum45.nl
20 november 2014
Jaarcongres Nederlands
Kenniscentrum Ouderenpsychiatrie
www.nkop.nl
21 november 2014
Innovatief inzetbaar: (e)tools ter
versterking van de veerkracht voor
hoog risico-beroepen
Arq Najaarssymposium
www.cogis.nl
27 november 2014
Kansen en obstakels in de
psychotraumahulpverlening -
Samenwerken in een complex veld
(NtVP-congres)
www.sympopna.nl
2 december 2014
3e landelijke studiedag Basis GGZ
www.leidscongresbureau.nl
4 december 2014
Studiedag Klinische psycho therapie
– de therapeutische relatie van-
daag
www.opzgeel.be
Themanummer MH17
- Spanningsveld col lect ief en indiv idu
- Ver l ies , rouw en steun
- Oekraïne: histor isch perspect ief
C O g i S C O p e 04
14
CO
gi
SC
Op
e
T i j d S C H r i f T O V e r g e V O l g e nVa n S C H O k k e n d e g e b e u r T e n i S S e n
CO
giS
CO
pe
0414
0414
S C H O l i n g
j a a r g a n g 1 1 n u M M e r 4 d e C e M b e r 2 0 1 4
13 januari 2015Jaarsymposium Kinder- en Jeugdpsychiatriewww.benecke.nl
20 januari 2015E-health in de GGZwww.medilex.nl
22 januari 2014(herhaling 17 februari)Over evidence based op PTSS gerichte interventies en de dilemma’s ervan (Rolf Kleber) & Het voorspellen van behandel-succes bij veteranen met PTSS: Richtlijnaanbevelingen voor de praktijk (Joris Haagen)Refereerbijeenkomst Stichting Centrum ’45 / Stichting ArqAanmelden: [email protected]
29 januari 2015Kwetsbare gezinnen in gemeentenwww.medilex.nl
januari-juni 2015Complexe traumatisering – verdie-pingscursus Diagnose en behandelvormen*www.rino.nl
januari-juni 2015Behandeling van getraumatiseerde gezinnenEen trauma heb je nooit alleen*www.rino.nl
januari-december 2015Psychotrauma en ouderenDiagnostiek, behandelvormen en comorbiditeit*www.rino.nl
januari-december 2015Trauma, cultuur en migratieComplicerende factoren bij de behandeling*www.rino.nl
11 februari 2015Mind the Body. Naar een betere lichamelijke gezondheid en leefstijl van patiënten met een ernstige psychische aandoeningwww.sympopna.nl
18 februari en 11 maart 2015Rehabilitatie bij angst en depressie in gespecialiseerde GGZwww.trimbos.nl
februari-mei 2015EMDR basiscursusEye Movement Desensitization and Reprocessing bij trauma*www.rino.nl
6 maart 2015Zesde congres Congres Integrale Psychiatrie. De (G)Gz in crisis?www.congresintegralepsychiatrie.nl
6 maart 2015Traumatische rouwBrief Eclectic Psychotherapy for Traumatic Grief*www.rino.nl
9, 16 maart en 14 september 2015Narratieve Exposure Therapie (NET)*www.rino.nl
27 maart 2015Arq Najaarssymposiumwww.arq.org
maart-april 2015Betrouwbare diagnose PTSS met CAPS-5. Aanpassingen naar DSM-5*www.rino.nl
maart-september 2015PTSS na vroegkinderlijk misbruik of mishandelingTraumagerichte behandeling in twee fasen*www.rino.nl
16 april 2015Psychiatrie in de zorg voor mensen met een verstandelijke beperkingwww.medilex.nl
21 april 20153e Landelijke studiedag ‘Basis GGZ’www.leidscongresbureau.nl
23 april 2015(herhaling 26 mei 2015)Co-morbiditeit en diagnostiekRefereerbijeenkomst Stichting Centrum ’45 / Stichting ArqAanmelden: [email protected]
24-26 april 2015First International Conference on Transcultural Psychiatry in Central European Countrieswww.wpa-gdynia-2015.org
* Organisatie in handen van Arq i.s.m. RINO Noord-Holland
Biologische psychiatr ie in t raumatologieAls een ramp een school t ref tDe kracht van Jan Brokken
C o g i s C o p e
02
14
Co
gi
sC
op
e
t i J D s C h r i f t o v e r g e v o l g e nvA n s C h o k k e n D e g e B e u r t e n i s s e n
Co
gis
Co
pe
02
14 0214
s C h o l i n g
J A A r g A n g 1 1 n u m m e r 2 J u l i 2 0 1 4
10-13 september 2014Bridging the gap between science and practice
(EABCT-congres over cognitieve gedragstherapie)www.eabct2014.org
11 september 2014(herhaling 21 oktober 2014)Mensenhandel en traumaRefereerbijeenkomst Stichting Centrum ’45, verzorgd door Equator Foundation en
Bureau Nationaal Rapporteur Mensenhandelwww.centrum45.nl
11 september 2014Zorg + Welzijn jaarcongreswww.zorgenwelzijncongressen.nl
14-18 september 2014WPA 16th World Congress of Psychiatry
www.wpanet.org
23 september 2014mHealth: voor de GGZ van morgenwww.sympopna.nl
26 september 2014Vluchtelingenhulp: een humani-taire verplichting omgeven met dilemma’s
www.hotel-dewereld.nl
september – oktober 2014Getraumatiseerde gezinnen. Interventie in gestagneerde systemen(Arq i.s.m. RINO Noord-Holland)www.rino.nl
september - november 2014EMDR basiscursus(Arq i.s.m. RINO Noord-Holland)www.rino.nl
september – december 2014Basisopleiding psychotrauma(Arq i.s.m. RINO Noord-Holland)www.rino.nl
september 2014 – februari 2015Complexe traumatisering – basis-cursus(Arq i.s.m. RINO Noord-Holland)www.rino.nl
september 2014 – maart 2015Beknopte Eclectische Psychotherapie voor PTSS(Arq i.s.m. RINO Noord-Holland)www.rino.nl
2 oktober 2014Masterclass Beknopte Eclectische Psychotherapie voor PTSS(Arq i.s.m. RINO Noord-Holland)www.rino.nl
6 oktober 2014Ontkenning bij vermoedens van kindermishandeling
www.herlaarhof.nl
8 oktober 2014Diagnostiek en behandeling van psychische gevolgen in de volwassenheid
www.celevt.nl
29 oktober 2014Building Bonds From the Inside Out. Werken en Verbinden met de Kracht van Binnenuit
www.eftnetwerk.nl
30 oktober 2014Betrouwbare diagnose PTSS met CAPS-5. Aanpassingen naar DSM-5
(Arq i.s.m. RINO Noord-Holland)www.rino.nl
najaar 2014Traumatische rouw(Arq i.s.m. RINO Noord-Holland)www.rino.nl
najaar 2014Psychotrauma en ouderen(Arq i.s.m. RINO Noord-Holland)www.rino.nl
oktober – november 2014Trauma, cultuur en migratie(Arq i.s.m. RINO Noord-Holland)www.rino.nl
6 november 2014Sociale Psychiatrie: de revanche van het systeemdenken
www.sympopna.nl
6-8 november 2014ISTSS Annual Meetingwww.istss.org
• Verbindenopnat ionaal én Europeesniveau
•Maatschappel i jke impact van mini -cr ises
• Ervar ingenaanhet WOI f ront
• Levensverhalen inher inner ingscultuurén traumatherapie
C Og I s CO p E 01
15
COgIsCOpE
t I jdsChr I ft OVEr gEVOLgEnVan sChOkkEndE gEbEurtEn IssEn
COgIs
COpE0115
0115
s C hO L I n g
jaargang 1 2 nuMMEr 1 a pr I L 2 0 1 5
10april20157e jaarcongres klinisch psychologen en klinisch neuropsychologenwww.zonderzorg.nl
16april2015Psychiatrie in de zorg voor mensen met een verstandelijke beperkingwww.medilex.nl
20-21april2015Annual Conference UK Psychological Trauma Societywww.ukpts.co.uk
21april20153e Landelijke studiedag ‘Basis GGZ’www.leidscongresbureau.nl
23april2015 (herhaling26mei2015)Trauma en VerslavingRefereerbijeenkomst Stichting Centrum ’45 / Stichting Arqaanmelden:[email protected]
24-26april2015First International Conference on Transcultural Psychiatry in Central European Countrieswww.wpa-gdynia-2015.org
30april2015GGZ+Techwww.ggzplussymposium.nl
19mei2015Masterclass Positieve psychologie in de praktijkwww.11congressen.nl
28mei2015Congres Kind en traumawww.traumacongres.nl
10-13juni2015ESTSS Conference 2015www.estss.org
22-26juni2015The legacy of World War One - Shaping the Modern Worldwww.legacyww1.org
23juni2015Getuigen of therapieRefereerbijeenkomst Stichting Centrum ’45 / Stichting Arqaanmelden:[email protected]
24-26juni20153rd European Congress on Assertive Outreachwww.eaof.org
2september2015Contextuele behandeling van
scholingsaanbodarqi.s.m.rInOnoordholland
Narratieve Exposure Therapie (NET)Behandeling van complexe ptssseptember–mei2016
Beknopte Eclectische Psychotherapie voor PTSS (BEPP)Een integratieve behandelvorm voor traumaproblematiekMei–december2015
EMDR - basiscursusEye Movement Desensitization and Reprocessing bij traumaseptember–november2015
Complexe traumatisering – basis-cursusDiagnose en behandelvormenMei-september2015
Psychotrauma en ouderenDiagnostiek, behandelvormen en comorbiditeitseptember–december2015
Behandeling van getraumati-seerde gezinnenEen trauma heb je nooit alleenseptember–december2015
Trauma, cultuur en migratieComplicerende factoren bij de behandelingseptember–december2015
EMDR – vervolgcursusEye Movement Desensitization and Reprocessing bij traumaOktober–december2015
Informatieeninschrijving: www.rino.nl of Barbara Lieuwen, coördi-nator professionele opleidingen Arq 06-33661013, [email protected]
• Verbindenopnat ionaal én Europeesniveau
•Maatschappel i jke impact van mini -cr ises
• Ervar ingenaanhet WOI f ront
• Levensverhalen inher inner ingscultuurén traumatherapie
C Og I s CO p E 01
15
COgIsCOpE
t I jdsChr I ft OVEr gEVOLgEnVan sChOkkEndE gEbEurtEn IssEn
COgIs
COpE0115
0115
s C hO L I n g
jaargang 1 2 nuMMEr 1 a pr I L 2 0 1 5
10april20157e jaarcongres klinisch psychologen en klinisch neuropsychologenwww.zonderzorg.nl
16april2015Psychiatrie in de zorg voor mensen met een verstandelijke beperkingwww.medilex.nl
20-21april2015Annual Conference UK Psychological Trauma Societywww.ukpts.co.uk
21april20153e Landelijke studiedag ‘Basis GGZ’www.leidscongresbureau.nl
23april2015 (herhaling26mei2015)Trauma en VerslavingRefereerbijeenkomst Stichting Centrum ’45 / Stichting ArqAanmelden: [email protected]
24-26april2015First International Conference on Transcultural Psychiatry in Central European Countrieswww.wpa-gdynia-2015.org
30april2015GGZ+Techwww.ggzplussymposium.nl
19mei2015Masterclass Positieve psychologie in de praktijkwww.11congressen.nl
28mei2015Congres Kind en traumawww.traumacongres.nl
10-13juni2015ESTSS Conference 2015www.estss.org
22-26juni2015The legacy of World War One - Shaping the Modern Worldwww.legacyww1.org
23juni2015Getuigen of therapieRefereerbijeenkomst Stichting Centrum ’45 / Stichting ArqAanmelden:[email protected]
24-26juni20153rd European Congress on Assertive Outreachwww.eaof.org
scholingsaanbodarqi.s.m.rInOnoordholland
Narratieve Exposure Therapie (NET)Behandeling van complexe ptssseptember–mei2016
Beknopte Eclectische Psychotherapie voor PTSS (BEPP)Een integratieve behandelvorm voor traumaproblematiekMei–december2015
EMDR – basiscursusEye Movement Desensitization and Reprocessing bij traumaseptember–november2015
Complexe traumatisering – basis-cursusDiagnose en behandelvormenMei-september2015
Psychotrauma en ouderenDiagnostiek, behandelvormen en comorbiditeitseptember–december2015
Behandeling van getraumati-seerde gezinnenEen trauma heb je nooit alleenseptember–december2015
Trauma, cultuur en migratieComplicerende factoren bij de behandelingseptember–december2015
EMDR – vervolgcursusEye Movement Desensitization and Reprocessing bij traumaOktober–december2015
Informatieeninschrijving: www.rino.nl of Barbara Lieuwen, coördi-nator professionele opleidingen Arq 06-33661013, [email protected]