downloaden (pdf, 7.6mb)
Post on 11-Jan-2017
298 Views
Preview:
TRANSCRIPT
Onafhankelijk vakblad voor lassen, lijmen en snijden | Nummer 3 - maart 2013
Laskennis opgefrist
opgepoetst en geactualiseerd
is terug
VOORWOORDmaar t 2013
www.vakbladlastechniek.nlUitgaveISSN 0023-8694Lastechniek wordt uitgegeven in opdracht van het Nederlands Instituutvoor Lastechniek (NIL) en het Belgisch Instituut voor Lastechniek (BIL).RedactieBert de Jong, Fleur Maas, Rolf Mul, Emmy Veenis, Leo Vermeulen,Bart Verstraeten, Margriet Wennekes, Henk ZandvlietEindredactieMargriet Wennekes, Leo Vermeulen (techniek)UitgeverBert de JongAdvertentie-exploitatieCon-Sell, Rolf MulT 06 12 50 90 58 - E info@con-sell.nlRedactieadviesraadErik Anschütz, Paul Barendse, Ruud van Bezooijen, Tim Blok, Marijke Damen, Leen Dezillie, Rob Helmich, Marcel Hermans, Michel van ‘t Hof, Piet van der Horst, Michael Jak, Pieter Keultjes,Marco Kraaijeveld, Maurice Mol, Ed Mulder, Johan Schelfhorst,Frank Smit, Wil van der Stap, Erik Steenkist, Gregor Tokarenko, Fred Vasquez, Adriaan Visser, Ben Weenink
AdressenNederlands Instituut voor LastechniekPostbus 190 - 2700 AD ZoetermeerT 088 400 85 60 - E redactie@nil.nl - www.nil.nl
Belgisch Instituut voor Lastechniek vzwTechnologiepark 935 - B-9052 Zwijnaarde, BelgiëT +32 9 292 14 05 - F +32 9 292 14 01, E Ann.Wydooghe@bil-ibs.be - www.bil-ibs.be
OPUS communicatie-ontwerpFruitweg 24 j - 2321 GK Leiden, T 071 589 56 44 - F 071 541 41 50E info@vakbladlastechniek.nl - www.opus-co.nlVoor het verzenden van grote bestanden kunt u gebruik maken van:https://vakbladlastechniek.wetransfer.com
AbonnementenVoor particulieren in Nederland € 62,50 op privé-adres, voor bedrijvenin Nederland per abonnement. Voor studenten en senioren geldt inNederland een speciaal tarief.
Voor abonnementen in België kunt u contact opnemen met ann.wydooghe@bil-ibs.bePrijzen zijn excl. BTW.
Lastechniek verschijnt elf keer per jaar en wordt toegezonden aandeelnemers van het Nederlands Instituut voor Lastechniek (NIL) en hetBelgisch Instituut voor Lastechniek (BIL) en andere geïnteresseerdenen belanghebbenden in de verbindingstechniek. Voor vragen overabonnementen kunt u terecht bij het NIL. Het abonnement geldt vooreen geheel jaar. Opzeggingen per aangetekend schrijven vóór 1 oktober van het lopende jaar.
Verzendadres wijzigen? Stuur dan het etiket met verbeterd adres retour.Alle advertentiecontracten worden afgesloten conform de regels voorhet Advertentiewezen gedeponeerd bij de rechtbanken in Nederland.
Ontwerp en lay-outOPUS communicatie-ontwerp, Leiden.
Hoewel de informatie gepubliceerd in deze uitgave zorgvuldig is uitgezocht en waar mogelijk gecontroleerd, sluiten de uitgever en de redactie uitdrukkelijk iedere aansprakelijkheid uit voor eventuele onjuistheden en/of onvolledigheid van de verstrekte gegevens.
©2013 - Overname van artikelen is slechts mogelijk na verkregen schriftelijke toestemming van de uitgever.
Colofon
Volg LASTECHNIEK op twitter:
@VBLASTECHNIEK
Lasapparatuur, lasbaarheid, lasonvolkomenheden, laspro-
cessen, lassymbolen, lasvervorming … Nee, dit is geen po-
ging om zoveel mogelijk woorden te maken die beginnen met
‘las’. Het is slechts een greep uit de onderwerpen die jaren
geleden aan bod kwamen in de rubriek Laskennis opgefrist.
Deze gewaardeerde vaste rubriek in Lastechniek was geba-
seerd op de serie Job knowledge van het Britse TWI (The
Welding Institute). Nadat alle onderwerpen uit deze serie
waren behandeld, volgde de rubriek Materialenkennis voor
de laspraktijk. Ook aan deze rubriek kwam een einde toen de
meest voorkomende materialen in de laspraktijk waren be-
sproken.
Vele lezers hebben ons verzocht om een terugkeer van de
populaire rubriek. Blijkbaar bestaat er niet alleen bij nieuw-
komers, maar ook bij de meer ervaren vakmensen behoefte
aan het regelmatig opfrissen van de basiskennis. En daar
geven we natuurlijk gehoor aan. Daarom kunt u vanaf deze
editie elke maand weer een aflevering verwachten van Las-
kennis opgefrist, nieuwe stijl. Want niet alleen het lezerspu-
bliek verandert, ook de ontwikkelingen op lasgebied staan
niet stil. De inhoud van elk deel wordt kritisch bekeken, ge-
actualiseerd en aangepast aan deze tijd. Hoewel we vanwege
de herkenbaarheid gekozen hebben voor de oude naam, is
de rubriek dus ook letterlijk opgefrist. We horen graag wat u
ervan vindt.
Verder in deze editie van Lastechniek niet alleen lasberich-
ten, maar ook lesberichten. Steeds meer initiatieven worden
ontplooid om jongeren enthousiast te maken voor een tech-
nisch vak. Zowel het Nederlands Instituut voor Lastechniek
als Bureau TOP organiseren uitdagende wedstrijden voor
vmbo’ers. In combinatie met positieve berichten over baan-
kansen in de metaalindustrie zou dit de jeugd toch over de
streep moeten trekken? Degenen die eenmaal voor het las-
sersvak gekozen hebben, blijken zonder uitzondering harts-
tochtelijke vakmensen te zijn, die hun werk ongeveer als een
hobby beschouwen. Zo ook weer de jonge lasser van deze
maand.
Naast de vaste rubrieken vindt u in dit blad natuurlijk ook een
aantal gevarieerde artikelen: van schadeonderzoek tot las-
kunst, en van lasapparatuur tot een wisseling van de wacht in
de IWE-examencommissie.
We wensen u veel leesplezier!
De redactie van Lastechniek
Opgefrist
Valk Welding tel. +31 (0)78 69 170 11
info@valkwelding.com
www.valkwelding.com
De enige lasrobot die zelf de weg weet
Met de Panasonic TAWERS lasrobottechnologie, met
geïntegreerde stroombron, biedt Valk Welding het ul-
tieme systeem voor het robotlasproces.
Want naast de hoge laskwaliteit, hoge snelheid, hoge
inschakelduur, laag spatvolume, hoog bereik en
Program Protection, zijn Panasonic lasrobots uitgerust
met G3 Weld Navigation. Daarmee laten deze lasro-
bots zich snel en eenvoudig programmeren.
G3 Weld Navigation genereert automatisch de juiste
stroom, spanning en lassnelheid, na opgave van het type
verbinding, materiaalsoort en dikte!
De introductie van G3 Weld Navigation een jaar gele-
den is voor veel bedrijven een reden geweest de stap
naar lasrobotisering te zetten.
Meer weten? Bel Valk Welding of bezoek de website.
Panasonic G3 met Weld Navigation
Inhoud #3 maart 2013
LASTECHNIEKis een uitgave van OPUS communicatie-ontwerpi.o.v. het Nederlands Instituut voor Lastechniek en het Belgisch Instituut voor Lastechniekwww.vakbladlastechniek.nl
04 Vanuit de verbindingswereld
12 Laskennis opgefrist (deel 1)
16 Arc-Eye lasersensor
20 MIG/MAG toestellen:
een variant voor elke toepassing?
24 Brug tussen wetenschap en industrie
Het opspuiten
van gasturbines
is een typische
toepassing waarbij
we een combinatie
zien van beide
processen
7/9
24 28
37
Cover: OPUS communicatie-ontwerp
28 Betrouwbaar en efficiënt schadeonderzoek
begint bij de fabrikant
30 Feestelijk afscheid van leden
IWE-examencommissie
35 Willem de Welder
36 De lasgroepen en hun agenda
37 De lasser van de maand
38 Brancheregister
OPROEP[ ]Welk onderwerp zou u wel eens behandeld willen zien in Lastechniek? Heeft u misschien een interessant project uit-
gevoerd waarover we een mooi artikel zouden kunnen maken? Of zijn er nieuwe productontwikkelingen waaraan we
aandacht zouden kunnen besteden? Deel uw ideeën met ons! Als redactie staan we open voor al uw suggesties en
tips. We bespreken deze in de redactievergadering en zodra we een idee gaan uitwerken nemen we desgewenst con-
tact met u op om de beste aanpak te bepalen.
Als onafhankelijk vakblad willen we u helpen om uw vakkennis op peil te houden. Daarom kunt u vanaf deze editie
de (hernieuwde) rubriek ‘Laskennis opgefrist’ weer aantreffen. Daarnaast vinden we het belangrijk om u op de hoogte
te houden van de meest actuele ontwikkelingen. Dat is alleen mogelijk als de redactie voortdurend wordt voorzien
van nieuws uit de markt. Denk dus niet dat we alleen kant-en-klare artikelen verwachten (al mag dat natuurlijk wel),
maar laat het ons weten als u vindt dat een bepaald onderwerp aandacht verdient in Lastechniek. U kunt de redac-
tie telefonisch bereiken op 071 589 56 44 of via e-mail: redactie@vakbladlastechniek.nl.
VliegdekschipIn 2010 kreeg de Engelse scheepsbouwer Cammell Laird
de opdracht om twee secties van 12 m hoog te bouwen
voor de midden- en achtersteven van HMS Queen Eliza-
beth. Dit is het nieuwe vliegdekschip van 65.000 ton dat
de Aircraft Carrie Alliance bouwt voor de Royal Navy.
Voor de vliegdekschipopdracht kocht Cammell Laird 12
Kemppi SuperSnake™ GT02S luchtgekoelde ultralange
lassystemen van 25 m. Deze spelen nu een belangrijke rol
bij de bouw van de gigantische secties van 8000 ton. Voor
deze opdracht worden verder 30 Kemppi FastMig™ Sy-
nergic 400A lasapparaten ingezet. Deze worden in de
bouwhal gebruikt voor MIG/MAG- en BMBE-lassen.
Lastechnisch complexJeff Jones, Structures Manager bij Cammell Laird, wiens
vader en grootvader ook op de werf van Cammell Laird
werkten: “Door de lasprocessen en de verschillende ma-
teriaalklassen is de fabricage lastechnisch bijzonder com-
plex. Wanneer de twee secties klaar zijn, worden ze per
schip naar Rosyth gebracht, waar ze aan de romp van het
vliegdekschip gelast worden.”
Cammell Laird gebruikt de SuperSnake voornamelijk met
gevulde draad van 1,2 mm, soms 1,4 mm. Beide draden
kunnen heel eenvoudig worden doorgevoerd. “Deze ap-
paratuur heeft ons absoluut geholpen om onze productie-
tijden te verkorten en onze kosten te verlagen. Het heeft
ons ook geholpen met de manier waarop we aan boord
lassen.”
Door luiken, gaten en openingen“Het lijkt soms wel een mierenhoop aan boord: de lassers
zijn overal tegelijk aan het lassen. Dankzij het grote be-
reik van de SuperSnake™, in combinatie met de Fast-
MIG™ Synergic 350A-lasapparaten, zijn alle plaatsen
toegankelijk, en door zijn flexibiliteit kan de SuperSnake
eenvoudig door luiken, gaten en openingen worden mee-
genomen, eigenlijk overal waar de lassers aan het werk
zijn. Aan het einde van elke klus kan de lasser gewoon met
zijn pistool en slang naar de volgende klus lopen. Een
ander pluspunt is dat we de slang verticaal door vier dek-
ken naar de top kunnen trekken, terwijl de stroombron
beneden blijft. Hierdoor hoeven er geen draadaanvoeru-
nits meer naar de lasplek te worden gedragen en hoeven
de lassers geen kraan meer te gebruiken. Dit scheelt enorm
veel manuren en werk. We lassen met de nieuwe appara-
tuur nu meer, sneller en voordeliger”, aldus Jones.
Super SnakeSuperSnake™ GT02S verkrijgbaar als lucht- of waterge-
koeld systeem in lengten van 10, 15, 20 en 25 m. Samen
met het laspistool biedt dit een werkbereik van 30 m vanaf
de draadaanvoerunits. De SuperSnake kan op een plat-
form bevestigd worden, of aan een lasboom voor de
draadaanvoer, en is geschikt voor diverse lasdraden, waar-
onder draadtypen van staal, rvs en aluminium. De langste
watergekoelde versie van 25 m weegt slechts 37 kg.
Met Kemppi’s GT WireDrive™-mechanisme is het een-
voudig om een lasdraad door de gehele aanvoerlengte te
duwen, terwijl de fel oranje kabelset van composietmate-
riaal duidelijk zichtbaar is, wat de veiligheid ten goede
komt. De lasser kan de lasparameters eenvoudig op de las-
locatie aanpassen met behulp van een enkele regelknop.
De gegevens kunnen afgelezen worden van een duidelijk
scherm.
Cammell LairdCammell Laird Shiprepairers and Shipbuilders Ltd, Bir-
kenhead, Engeland is opgericht in 1824 en heeft een lange
geschiedenis in de scheepsbouw. Deze geschiedenis omvat
onder meer de bouw van RMS Mauretania in 1938 en
HMS Ark Royal in 1936, een vliegdekschip dat beroemd
is geworden in de Tweede Wereldoorlog. De werf is ge-
specialiseerd in commerciële reparatie, verbouwingen,
zware fabricage en militaire ombouwprojecten.
Cammell Laird beschikt over 50.000 m2 overdekte fabri-
cageruimten en bouwfaciliteiten. De grootste daarvan is
een bouwhal van 15.000 m2, die plaats biedt aan tot 300
gecertificeerde lassers per ploegendienst. Onder de overige
faciliteiten zijn vijf droogdokken en een omvangrijk nat
dok, alsmede diverse werkplaatsen, panelenstraat, sectie-
hal, machinefabriek, pijpshop en verharde bouwlocaties.
www.kemppi.be
De WeldingDictionary is een app waarin alle termenin de lastechniek te vinden zijn. De app is onlangsontwikkeld door de European Federation for Welding,Joining and cutting (EWF).
De app is te downloaden voor de iPhone en iPad inde iTunes appstore. Hij is nog niet beschikbaar voorAndroid telefoons of in de Nederlandse taal. Meer in-formatie over de nieuwe app WeldingDictionary is tevinden op de website van de EWF.
LASBERICHTENmaar t 2013
5
LASBERICHTEN maar t 2013
4
SuperSnake van Kemppi
App EWF verklaart alle
termen in lastechniek
Voor complexe fabricage met moeilijk toegankelijkeplaatsen, heeft Kemppi de SuperSnake™ ontwikkeld.Dit is de naam van een serie ultralange, water- of lucht-gekoelde lassystemen tot 25 m voor draadaanvoer enMIG/MAG-lassen in beperkte ruimtes op afstand. Dezesystemen worden door scheepsbouwer Cammell Lairdingezet bij de bouw van een vliegdekschip.
het dek van een vliegdekschiplast zich een baan door
7
LESBERICHTEN maar t 2013
6
Vmbo-scholen door heel Nederland zijn de komendeweken het toneel van de schoolfinale van de JuniorVakkanjerWedstrijden 2013. Derde- en vierdejaars leer-lingen strijden op hun eigen school om een plek in definale van deze techniekwedstrijd voor vmbo'ers. Tij-dens de schoolfinale demonstreren de teams hun zelf-gebouwde groene stadstaxi's. Het beste team gaatdoor naar de regionale eindstrijd. Aan de Junior Vak-kanjerWedstrijden doen dit jaar bijna 100 teams van 38verschillende scholen mee.
’Groene’ stadstaxiDe Junior VakkanjerWedstrijden zijn spannende tech-
niekwedstrijden voor derde- en vierdejaars leerlingen van
het vmbo, waarin ze in teamverband werken aan hun
wedstrijdopdracht. De opdracht (gekozen door de docen-
ten en leerlingen zelf) van dit jaar is een ‘groene' stadstaxi.
De Junior Vakkanjers ontwerpen en bouwen het voertuig
helemaal zelf. De jury beoordeelt de ‘taxi's van de toe-
komst' onder meer op milieuvriendelijkheid, veiligheid,
ontwerp en comfort.
Regionale finalesDe winnaar van de schoolfinale plaatst zich voor één van
de finales in de regio. Die zijn bij Den Hulster in Venlo
(14 maart), Calvijn College in Krabbendijke (15 maart),
IJsselcollege in Capelle a/d IJssel (18 maart), Trias VMBO
in Krommenie (19 maart), OSG Singelland in Drachten
(20 maart), en ROC van Twente in Hengelo (21 en 22
maart).
Ruim 100 vmbo-leerlingen uit heel Nederland strij-den om een plek in de landelijke finale van de Natio-nale Laswedstrijden voor vmbo-leerlingen 2013. Alenkele jaren organiseert het NIL samen met de Las-groepen deze wedstrijden, ter promotie van het vaklassen onder de jeugd. Donderdag 28 maart vindt definale van de Nationale Laswedstrijden 2013 plaatsop het OBM Midden Nederland in Nieuwegein. 22leerlingen strijden deze dag om de titel: Beste jongelasser van Nederland.
Eerste voorrondesDe regionale Laswedstrijden gingen op 7 februari van
start met de eerste voorronde die georganiseerd werd
door Lasgroep Noord op het Stellingwerf College in
Oosterwolde. Zeventien deelnemers uit Friesland, Gro-
ningen en Drenthe streden hier voor de eerste plekken inom finaleplaats
met zelfgebouwde stadstaxi
Vmbo'ers strijden
LESBERICHTENmaar t 2013
Volg de Junior VakkanjersKijk voor films en alle wedstrijdinfo op de volledig ver-
nieuwde website www.vakkanjers.nl. Volg de Junior Vak-
kanjers ook via www.facebook.com/juniorvakkanjers en
www.twitter.com/juniorvakkanjer.
Over VakkanjersDe Junior VakkanjerWedstrijden zijn onderdeel van de
campagne Vakkanjers, waarmee Bureau TOP de vaktrots
en daarmee de instroom van jonge vakmensen in de me-
taal en metalektro wil stimuleren. Bureau TOP is een sa-
menwerkingsverband van Stichting A+O (Stichting
Arbeidsmarkt en Opleiding in de Metalektro) en Stichting
OOM (Stichting Opleiding en Ontwikkeling Metaalbe-
werking). Binnen deze opleidingsfondsen zijn de werkge-
vers- en werknemersorganisaties in de metaal en
elektrotechnische industrie en metaalbewerking vertegen-
woordigd. De Junior VakkanjerWedstrijden worden ont-
wikkeld in samenwerking met Kenteq, kenniscentrum
voor technisch vakmanschap.
www.vakkanjers.nl
de finale, in de lasprocessen MAG en BMBE. De twee
besten van elk lasproces hebben een plek in de finale ver-
diend. In Zeeland werd de regionale laswedstrijd op 22
februari gehouden. Ook hier zijn de twee beste leerlingen
per lasproces door naar de landelijke finale. De regio-
nale laswedstrijden in het oosten, westen en zuiden van
het land vinden de komende weken plaats.
PraktijkexamenDeelnemers die de finale niet bereiken hoeven niet te-
leurgesteld te zijn: alle deelnemers die genoeg punten
halen, hebben daarmee meteen het praktijkexamen ni-
veau 1 behaald. Bij de eerste regionale laswedstrijden zijn
bijna alle deelnemers met vlag en wimpel hiervoor ge-
slaagd.
www.nil.nl
Binnen het railsysteem is het lassen en oplassen eenzeer kritische functie. De beschikbaarheid van hetspoor is bovendien een actueel onderwerp in demedia. Het tijdsbestek waarbinnen een las gemaaktmoet worden, wordt steeds korter en de kwaliteitsei-sen liggen hoog. Dit stelt steeds hogere eisen aan hetvakmanschap. Vanuit deze gedachte heeft het NILsamen met ProRail de nieuwe Raillasopleidingen sa-mengesteld volgens de richtlijnen van de EWF (Euro-pean Welding Federation). Deze samenwerking heefttot nu toe geresulteerd in een lesboek European Alu-minothermic Welder / Thermietlasser (EAW) en het er-kennen van twee opleidingsinstituten: het SLV teHannover en de Rail Lasschool Nederland.
Bekistlasser en oplasserIn de loop van het jaar zullen de lesboeken voor de oplei-
ding European Arc Welder for Rail Joining / Bekistlasser
(EAWRJ) en European Arc Welder for Rail Restoration /
Oplasser (EAWRR) beschikbaar komen. In de Raillasop-
leidingen komen alle metaalkundige, lastechnische, spoor-
technische en veiligheidsaspecten aan bod die van invloed
zijn op het succesvol lassen van steeds geavanceerdere
staalsoorten. Naast het diplomeren worden op dit mo-
ment ook de bijbehorende EWF-certificatieschema’s uit-
gewerkt. Kennis en vaardigheden moet men immers
blijven onderhouden en aantoonbaar kunnen maken.
Laswedstrijden voor vmbo-leerlingen in volle gang
Nieuw lesmateriaal Raillassen
Voor wie?Voor wie is deze opleiding interessant? Te denken valt
hierbij aan raillassers werkzaam bij Railinfrabeheerders
(ook tram en metro), spoorbouwers en raillasaannemers.
Het beschikken over dit diploma zal Europees gezien
steeds meer een eis gaan worden. Voor meer informatie
over deze raillasopleidingen kunt u contact opnemen met
het NIL.
www.nil.nl
Op 19, 20 en 21 maart 2013 vindt de negende editievan Rail-Tech Europe voor de tweede keer plaats in deRijtuigenloods te Amersfoort. Rail-Tech Europe heeftzich bewezen als een belangrijk platform voor stake-holders in de railindustrie, waar technologie en marktsamenkomen. De organisatoren verwachten voor deze9e editie opnieuw een groei, zowel in bezoekersaan-tallen als in het aantal exposanten.
Beurs voor de railsectorRail-Tech Europe trekt traditiegetrouw veel beslissers, be-
leidsmakers, deskundigen, praktijkmensen en adviseurs
op het gebied van railtechnologie. De beurs biedt de gele-
genheid om in een overdekte ruimte van 8.500 m2 de
nieuwste technologische ontwikkelingen in de railsector
te bekijken. Bedrijven als Vossloh, voestalpine, Eurails-
cout, Robel Bahnbaumaschinen, Bombardier, Siemens en
Alstom hebben deelgenomen aan de afgelopen edities,
veelal in combinatie met rollend materieel of onder-
houdsapparatuur op het spoor.
VoorgeschiedenisDe railsector is sinds de jaren 90 in toenemende mate aan
veranderingen onderhevig. Een groot deel van deze ver-
anderingen is te danken aan een groeiende vraag naar ver-
voersdiensten, maar ook deregulering, hervormingen in
de sector en uitbreiding van de EU spelen hierbij een rol.
Sinds de eerste editie in 1997 is Rail-Tech Europe uitge-
groeid tot de belangrijkste internationale beurs voor de
railsector in Nederland.
Rail-Tech Europe 2013Openingstijden:
Dinsdag 19 maart 10.00 – 18.00 uurWoensdag 20 maart 10.00 – 20.00 uurDonderdag 21 maart 10.00 – 16.00 uur
Locatie: Rijtuigenloods, Piet Mondriaanplein 61 - Amersfoort
De locatie is goed bereikbaar per auto en met het open-
baar vervoer.
Voor het inzien van een exposantenlijst of om u als be-
zoeker te registreren kunt u terecht op de website van het
evenement.
www.railtech-europe.com
Ook in de huidige economische crisis bieden de me-taalbewerking en metaalindustrie goede perspectievenvoor jongeren die een opleiding moeten kiezen. Ditblijkt uit de sectoranalyse metaalindustrie die het UWVonlangs heeft uitgebracht.
BaankansenVolgens het UWV zijn er ook voor werkzoekenden met
een uitkering en voor zij-instromers baan- en opleidings-
kansen, al maken de economische crisis en de maatregelen
in de zorg werkgevers op dit moment wel terughoudend.
Er lopen bovendien bemoedigende initiatieven om men-
sen met een arbeidsbeperking of met afstand tot de ar-
beidsmarkt aan het werk te helpen.
Tekorten door vergrijzingIn de metaalindustrie zijn er ook nu al vacatures die moei-
lijk zijn te vervullen, bijvoorbeeld voor gespecialiseerde
lassers en CNC-verspaners. De werkgelegenheid krimpt,
maar in sommige segmenten – zoals de hightech of de
maintenance – zijn er groeimogelijkheden. Werkgevers
verwachten op termijn een grote vervangingsvraag als ge-
volg van de vergrijzing. Vanuit het onderwijs komen te
weinig gediplomeerden beschikbaar voor de sector. Hier-
door zijn er op de middellange termijn grotere tekorten te
verwachten, zeker als de economie weer aantrekt.
Mogelijkheden voor laagopgeleidenDoor de verwachte tekorten aan technisch opgeleid per-
soneel zijn de perspectieven in de metaalindustrie voor
schoolverlaters redelijk tot goed. Voor uitkeringsgerech-
tigden zijn de perspectieven redelijk. Met name in de
kleinmetaal zijn er mogelijkheden voor laagopgeleiden.
Ook zijn er opleidingstrajecten voor zij-instromers moge-
lijk, zeker als de economie weer aantrekt. Ook hier geldt
dat er vooral kansen liggen vanaf mbo-niveau 3.
Rail-Tech Europe 2013
LASBERICHTENLASBERICHTEN maar t 2013 maar t 2013
8 9
Op 4 en 5 juni organiseert Mikrocentrum de eersteeditie van ‘Materials 2013, engineering & technology’in Koningshof te Veldhoven. Dit nieuwe evenement isbedoeld voor iedereen die betrokken is bij de keuze,de directe toepassing, het aanbrengen en het (na)be-werken van materialen. In samenwerking met diverseorganisaties zal de komende periode het beurscon-cept verder worden uitgewerkt.
Materials 2013nieuw evenement rond materiaalinnovaties
Vakbeurs & CongresDinsdag 4 juni en woensdag 5 juni 2013NH Conference Centre Koningshof, Veldhoven
Openingstijden: 09.30 - 17.00 uurMeer weten? Kijk op www.materialenbeurs.nl
Zorg dat u er bij bent!• Alles over materiaalinnovaties, karakterisering en
specialistische bewerking• Expositie van 70 specialistische bedrijven en
kennisinstellingen• Ruim 40 innoverende en inspirerende lezingen• Compact en effectief• Informeel en laagdrempelig• Gratis entree voor bezoekers
Het exposantenprofiel van Materials 2013:• Leveranciers en fabrikanten van grondstoffen en
(slimme) materialen• Bedrijven die gespecialiseerd zijn in het bewerken
van materialen• Bedrijven die gespecialiseerd zijn in verbindings-
technieken voor materialen• Bedrijven die gespecialiseerd zijn in oppervlakte-
technieken voor materialen• Bedrijven die zijn gespecialiseerd in materiaal-
karakterisering• Onderzoeksinstituten, kennis- en onderwijs-
instellingen voor materiaalkunde• Bedrijven die gespecialiseerd zijn in schade-
onderzoek en trouble shooting• Bedrijven die zijn gespecialiseerd in het afvoeren
en recyclen van materialen• Engineering-, constructie- en ontwerpbureaus met
materialenkennis
Verborgen waardeMet de ondertitel 'engineering & technology' heeft deze
vakbeurs als doel om productontwikkelaars, construc-
teurs en engineers te informeren over materiaalinnovaties.
Welk materiaal moet worden gekozen in relatie tot kost-
prijs, levertijd, functie, bewerking en vormgeving? Daar-
naast is er veel aandacht voor de mogelijkheden van
specialistische bewerkingen, gerelateerd aan het materiaal
zelf. Daarbij ligt de focus op het materiaal en niet op het
eindproduct. “De ontwikkelingen op het gebied van ma-
terialen en materiaalbehandelingen zijn stormachtig, maar
het vakgebied krijgt niet altijd de aandacht die het ver-
dient. Materials 2013 wil die verborgen waarde van ma-
terialen zichtbaar maken”, aldus een woordvoerder van
Mikrocentrum.
Vakbeurs en congresVele nieuwe materiaalsoorten worden belicht tijdens de
vakbeurs: nieuwe hightech materialen, smart materials,
biomaterialen, composieten, corrosiebestendige coatings,
materialen met specifieke structuren of andere bijzondere
eigenschappen, enzovoort.
Naast het bezoeken van de vakbeurs wordt ook een con-
gres georganiseerd waar kennisuitwisseling plaatsvindt
over nieuwe materialen en toepassingen. Het congrespro-
gramma is nog in voorbereiding.
Toonaangevende samenwerkingspartnersMaterials 2013 wordt ondersteund door diverse partners
die al jarenlang actief zijn op het vakgebied van materia-
len, zoals: Bond voor Materialenkennis, M2i (Materials
innovation institute), High Tech Systemen en Materialen,
IOP Selfhealing Materials (namens Agentschap NL), Delft
Centre for Materials en Dutch Polymer Institute (DPI).
Meer kans op werk in metaalbewerking en -industrie
LASBERICHTEN maar t 2013
10
TrendsHet Industrial LaserEvent wordt jaarlijks georganiseerd
om zowel (toekomstige) gebruikers, leveranciers als on-
derzoekers in één dag bij te praten over trends in materi-
aalbewerking met lasers. Het gaat daarbij om trends in
onderzoek en trends in de industrie. Het Industrial Laser-
Event 2013 wordt georganiseerd door Universiteit
Twente, M2i, Syntens, en het Laser Applicatie Centrum.
LaserinnovatieprijsDe gedachte achter de LaserInnovatieprijs is aan te tonen
dat er meerdere mogelijkheden zijn om geld te verdienen
met moderne lasertechniek. De prijs, die bestaat uit een
geldbedrag en een kunstwerk, wordt toegekend aan het
bedrijf dat de lasertechniek het meest succesvol toepast in
de praktijk. Het gaat daarbij om een moderne toepassing
van de lasertechniek bij het bewerken van materiaal. Om
in aanmerking te komen moet een bedrijf ofwel een laser-
proces in productie hebben (materiaalbewerking met la-
sers) of het bedrijf moet de lasertechnologie op
vernieuwende wijze toegepast hebben en het concreet in
bedrijf/productie hebben. Medewerkers van Syntens be-
oordelen alle aangemelde bedrijven en stellen een short-
list op. Hieruit worden drie bedrijven genomineerd, die
tijdens het Industrial LaserEvent een presentatie zullen
geven. Uit deze drie bedrijven wordt een winnaar geko-
zen. De LaserInnovatieprijs wordt tijdens het LaserEvent
op 16 april uitgereikt door Paul Braakhuis, voorzitter van
de Koninklijke Metaalunie, District Oost.
Industrial LaserEvent: De crisis te lijf met lasertechniek, dat is het zwaartepunt van het Industrial LaserEvent 2013 op dinsdag 16 april aan-staande in Enschede. Tijdens de zesde editie van dit evenement wordt er veel aandacht besteed aan succesver-halen van ondernemers. Het bedrijf dat de lasertechniek het meest succesvol inzet, wordt beloond met deLaserInnovatieprijs. Deze prijs is speciaal in het leven geroepen om op een leuke manier alle successen van la-sertechniek onder de aandacht te brengen.
Meer informatieHet Industrial LaserEvent biedt kennisinstellingen, leve-
ranciers en (toekomstige) gebruikers de mogelijkheid om
informatie uit te wisselen over de nieuwste ontwikkelingen
op het gebied van lasermateriaalbewerking. Onderzoekers
laten de nieuwste trends zien en leveranciers tonen de
nieuwste ontwikkelingen in de markt. Het Industrial La-
serEvent bestaat verder uit een lezingenprogramma, lab-
demo’s en een kennismarkt. In het programma is veel tijd
ingeruimd voor netwerken. Meer informatie over het In-
dustrial LaserEvent, het programma en hoe aan te melden
is te vinden op de website.
www.industrial-laserevent.nl
KenmerkenDe zijkant van de unit is eenvoudig neerklapbaar, en geeft
toegang tot de draadspoel, de motor en de aansluitpunten
voor het slangenpakket. De aansluitingen van het slan-
genpakket zijn zodanig ontworpen dat deze niet gemak-
kelijk losgetrokken kunnen worden. Daardoor kan men
de draadaanvoereenheid bijvoorbeeld direct via de ge-
koppelde slangen laten zakken vanaf een grote hoogte,
zonder dat de aansluitingen losgaan. Slangenpakketten tot
70 meter (voor gasgekoelde systemen) geven de VR 5000
Case een groot werkbereik. De vlamwerende draadkoffer
is bestand tegen stof, vocht, zilte lucht en spatwater. Het
kleine formaat (507 x 200 x 320 mm) maakt dat de een-
heid makkelijk via kleine openingen kan worden ver-
plaatst. De VR 5000 Case is ontworpen voor gebruik met
een draadspoel van 5 kg, met een doorsnede van 200 mm.
Een vierrollenaandrijfsysteem zorgt voor een constant
draadtransport. De draadaanvoereenheid is verkrijgbaar
in verschillende varianten, zoals een water- en een gasge-
koelde versie.
Ultracompacte draadaanvoereenheidvoor grotere mobiliteit
Fronius heeft een robuuste en ultracompacte draadaanvoereenheid op de markt gebracht. De VR 5000 Case weegtminder dan 10 kilo en is niet groter dan een stevige aktetas. De nieuwe draadaanvoereenheid is speciaal ontwik-keld voor gebruik in stoffige, vochtige en zilte omgevingen. In combinatie met de MIG/MAG-toestellen van deTransSteel serie, is de VR 5000 Case met name geschikt voor gebruik op locaties waar mobiliteit van belang is enwaar lange afstanden overbrugd moeten worden, zoals in de scheepsbouw, de treinenbouw en de bouw van olie-platforms.
LASBERICHTENmaar t 2013
11
Krachtige belangenbehartigingTechnologie levert een wezenlijke bijdrage aan welvaart
en biedt oplossingen voor belangrijke maatschappelijke
vraagstukken. Het initiatief tot ‘Powered by Dutch Tech-
nology’ komt van FME. Dezentjé: “Nu ook de politiek be-
seft dat de verdienkracht van Nederland van de industrie
moet komen, is dit het moment bij uitstek om de indus-
triële basis in Nederland te versterken. Krachtige belan-
genbehartiging, nationaal en internationaal, is daarbij
noodzakelijker dan ooit.” Minister Kamp: “Het is goed
Krachtenbundeling technologische industrie: Powered bij Dutch TechnologyMinister Henk Kamp van Economische Zaken en FME-voorzitter Ineke Dezentjé Ham-ming hebben op 27 februari gezamenlijk ‘Powered by Dutch Technology’ officieel ge-lanceerd. Met dit initiatief onderstreept de technologische industrie het belang van eenkrachtige industriële basis in Nederland.
de hele markt van lasermateriaalbewerking op één dag
dat de industrie hiermee naar buiten brengt hoe groot de
economische kracht van deze sector is en hoe belangrijk
techniek is voor onze samenleving.”
Eén blokPowered by Dutch Technology is het label waaronder de
Nederlandse technologische industrie de krachten bundelt
en projecten organiseert. Als collectief kunnen we volgens
Dezentjé beter laten zien hoe belangrijk we zijn voor de
economische groei van Nederland, door onze innovaties
en export. “Daar komt nog bij dat de markt in toene-
mende mate om totaaloplossingen vraagt. Het is niet effi-
ciënt en niet effectief als elk bedrijf of elke subsector een
eigen koers vaart. We moeten als één blok onze prachtige
Nederlandse technologische industrie op de kaart zetten.”
Samenwerken als ketenOnder het label Powered by Dutch Technology gaan be-
drijven en branches ketengericht samenwerken. FME is
daarin de verbindende kracht. Er wordt gestart met drie
clusters die met gezamenlijke lobby en marktbewerking
technologische oplossingen bevorderen. Het zijn clusters
op het gebied van gezondheidszorg, voedsel en bebouwde
omgeving. Minister Kamp: “Voor het vinden van oplos-
singen voor maatschappelijke uitdagingen als het betaal-
baar houden van de zorg en het zorgen voor voldoende
voedsel en energie zijn we afhankelijk van technologische
innovaties.”
LASKENNISmaar t 2013
13
LASKENNIS maar t 2013
Inleiding procesterminologieAlle basisprocessen voor het lassen, snijden en solderen
kunnen internationaal worden aangeduid met een uniek
nummer, bestaande uit twee of drie cijfers. Het toekennen
van deze procesnummers is geregeld in de norm NEN-EN-
ISO 4063:2009, getiteld 'Lassen en verwante processen -
Termen voor processen en referentienummers’. Het eerste
cijfer van dit unieke nummer refereert aan het basisproces
volgens het overzicht in tabel 1.
Het eerste cijfer van het referentienummer wordt gevolgd
door een combinatie van één of twee cijfers, waarmee de
verdere relevante kenmerken van het proces worden aan-
gegeven. Het MIG-lasproces bijvoorbeeld, heeft het num-
mer 131, wat betekent:
1 booglassen3 met een afsmeltende elektrode
onder gasbescherming1 met inert gas
Laskennisopgefrist 1
12
Overzicht van de meest gebruikte procesreferentienummers.
Tabel 2
Indeling van las-, snij en soldeerprocessenELKE PROCESVARIANT VOOR LASSEN, SNIJDEN OF SOLDEREN IS TE IDENTIFICEREN AAN DE HAND
VAN EEN UNIEK NUMMER. DEZE NUMMERS ZIJN INTERNATIONAAL VASTGELEGD. VOOR ELKE SITUATIE
MOET MEN AFWEGEN WELKE PROCESVARIANT HET MEEST GESCHIKT IS.
Zo ontstaat voor elk proces een referentienummer dat be-
staat uit twee of drie cijfers, en dat uniek is voor dat spe-
cifieke proces. Het referentienummer kan als symbool op
tekeningen worden gebruikt om het te gebruiken proces te
specificeren. Men is verplicht dit nummer te gebruiken op
de lasmethodebeschrijvingen volgens NEN-EN-ISO
15609 en in kwalificatiedocumenten voor lassers volgens
NEN-EN 287-1 en de NEN-EN-ISO 9606-serie.
Overzicht van basisprocessen met bijbehorend referentienummer
Tabel 1 Weerstandlassen, een proces dat veel wordt toegepastin de automotive industrie
Afb. 1
15
LASKENNISmaar t 2013
ProcesvariantenNaast het referentienummer kan van het proces ook een
procesvariant worden aangegeven. Zo kan het type mate-
riaalovergang worden aangeduid volgens de letters uit
tabel 3.
Voorafgaand aan het referentienummer wordt de norm
ISO 4063 genoemd. Dat is de norm waarin zoals gezegd
de referentienummers zijn vastgelegd.
Voor het MIG-lassen in het sproeibooggebied wordt de
aanduiding dus:
ISO 4063 - 131-SIndien er meer dan een elektrode wordt gebruikt dan kan
dit worden aangegeven met een aanvullend getal. De aan-
duiding voor het MAG-lassen met twee massieve draad-
elektroden wordt dan:
ISO 4063 – 135-2 Indien aanvullend toevoegmateriaal wordt gebruikt kan
de optie ‘koude draad’ of ‘warme draad’ worden aange-
geven met een C (Cold, koude draad) of H (Hot, warme
draad). De aanduiding voor het onderpoederlassen met
massieve draadelektroden met een aanvullende koude
draad wordt dan:
ISO 4063 – 121-CBij het aanduiden van hybride lasprocessen wordt het re-
ferentienummer van elk toegepast proces vermeld, met
daartussen het plusteken. Voor het gaslaser-plasmalassen
wordt de aanduiding dus:
ISO 4063 – 522+15
ProceskeuzeEr zijn vele lasmethoden waaruit gekozen kan worden,
zoals ook al blijkt uit tabel 2. Welk lasproces men kiest is
in het algemeen afhankelijk van de volgende factoren:
• de te verbinden materiaalcombinaties;• de vorm van de componenten (plaat, pijp, profiel, etc.);• de kwaliteits- en sterkte-eisen;• de beschikbaarheid van apparatuur en personeel;• de mate van mechanisatie;• de kosten;• de plaats en positie van uitvoering.Als men rekening houdt met deze factoren, zal hieruit het
meest gunstige lasproces naar voren komen. De keuze
voor een lasproces binnen een bedrijf kan beperkt wor-
den door bijvoorbeeld de kosten voor implementatie van
een nieuw proces, de beschikbaarheid van kennis, lassers
en apparatuur.
De beschikbare verbindingsprocessen kunnen we onder-
verdelen in de volgende typen:
• Smeltlasprocessen• Boog (BMBE, MIG/MAG, TIG en
onderpoederlassen)• Gas (autogeen lassen)• Bundel (laser- en elektronenbundellassen)
• Thermomechanische processen• Wrijvingslassen• Weerstandlassen• Explosielassen• Afbrandstuiklassen
• Verbindingstechnieken in vaste toestand• Lijmen• Solderen• Mechanische bevestigingsmiddelen
LASKENNIS maar t 2013
14
Hardsolderen van fietsframes bij Achielle, België
Type materiaalovergangTabel 3
Afb. 2
Voor de juiste proceskeuze moet men naast de eerderge-
noemde factoren ook rekening houden met de uitvoering
ten aanzien van het gebruik op locatie. Kan het proces
handmatig of gemechaniseerd toegepast worden? Hoeveel
bedragen de totale kosten van de verbindings-en randap-
paratuur? enzovoort.
Een globaal overzicht van de toepasbaarheid van diverse
verbindingsprocessen, naadvormen en componenten is te
vinden in tabel 4.
Toepassing lasprocessenTabel 5 geeft een overzicht van een aantal lasprocessen.
Hierin wordt de principiële werking van het proces aan-
geven door middel van de toegepaste warmtebron en de
manier van beschermen van het smeltbad. Ten slotte wor-
den in de laatste kolommen globale richtwaarden gegeven
voor het materiaaldiktebereik en de neersmeltcapaciteit
van de processen.
Toepasbaarheid diverse lasprocessen. ElektroslaklassenElektrogaslassen
ESEG
Voor de complete lijst van de referentienummers van de las-, snij- en soldeerprocessen zie: www.nil.nl/procesnummers/
Deze aflevering in de rubriek 'Laskennis opgefrist' is een bewerking van 'Job Knowledge for welders Part 1' uitTWI Connect (TWI Ltd, Cambridge, UK) door Co van der Goes, geactualiseerd in 2013 door Leo Vermeulen.
Overzicht toepasbaarheid diverse verbindingsprocessenTabel 4
Wrijvingsroerlassen (foto TWI)Afb. 3
Tabel 5
17
ROBOTTECHNIEKmaar t 2013ROBOTTECHNIEK maar t 2013
1616
isionsystemen bieden de enige oplossing
om lasnaden realtime te volgen en afwij-
kingen in het geprogrammeerde pad tijdens het lasproces
direct te corrigeren. Visionsystemen maken gebruik van
lasersensorcamera’s die met een geprojecteerde laserlijn
(volgens het striper principe) de lasnaad afzoeken en die
informatie doorgeven aan de robotbesturing. De be-
trouwbaarheid van dit principe kan echter verstoord wor-
den door beïnvloeding van reflecties. Valk Welding werkte
het afgelopen jaar aan de ontwikkeling van een eigen vi-
sionsysteem onder de naam Arc-Eye. Onderscheidend is
dat de Arc-Eye gebruik maakt van een circulaire scanning:
met één enkele scan wordt een 3D-beeld van de lasnaad
gemaakt, zonder nadelige beïnvloeding van reflecties. Toe-
gepast op Panasonic lasrobots bepaalt de Arc-Eye sensor
bovendien zelf, in plaats van de robotbesturing, het tra-
ject van de lasrobot. De Arc-Eye lasersensor levert daar-
door een exacte offset en is daarmee een zeer nauwkeurig
lasnaadvolgsysteem.
Afwijking van de baanLasrobots leggen exact de baan af die vooraf is gepro-
grammeerd. Echter kan de praktijk altijd afwijken van het
virtuele model, door producttoleranties en onnauwkeu-
righeden in het zetwerk. Nauwkeurig snij-, pons- en zet-
werk is sowieso één van de belangrijkste voorwaarden
voor een goed sluitende lasnaad. De kans op maatver-
schillen blijft echter altijd aanwezig; bovendien kan het
materiaal vervormen als gevolg van eenzijdige warmte-in-
breng gedurende het lasproces. Met het oog op een opti-
male laskwaliteit blijft het noodzakelijk lasnaden daarom
altijd vooraf te controleren en waar nodig de program-
ma’s te corrigeren, voordat de robot aan het werk kan.
Gascup en draadzoekenDe meeste lasrobotgebruikers controleren de lasnaad door
met het gasmondstuk vooraf de positie van de lasnaad ‘te
verkennen’ (gascupzoeken). Dat kost tijd, is beperkt tot
staande hoeklassen en werkt niet bij het lassen van bij-
voorbeeld aluminium. Indien start- en stop-
positie verschillen van de geprogrammeerde
positie, rekent de robotcontroller de metin-
gen om naar een relatieve correctie (offset).
Gascupzoeken wordt nog veel toegepast,
vooral waar grote en volumineuze produc-
ten worden gelast.
Een tweede oplossing, die minder beperkin-
gen kent, is vooraf de positie van de lasnaad
met behulp van de lasdraad te controleren
(draadzoeken). Valk Welding past deze
zoekmethode al enkele jaren met succes toe
onder de naam Quick-Touch seamtracking.
Draadzoeken is gebaseerd op het principe
van gascupzoeken, maar gebruikt de las-
draad in plaats van het gasmondstuk als
DE ARC-EYE LASERSENSOR VAN VALK WELDING IS EEN NIEUW EN ZEER NAUWKEURIG LASNAAD-
VOLGSYSTEEM VOOR LASROBOTS. DIT VISIONSYSTEEM ONDERSCHEIDT ZICH VAN VOORGAANDE
GENERATIES DOOR GEBRUIK TE MAKEN VAN EEN CIRCULAIRE SCANNING. HET IS ONTWIKKELD IN
NAUWE SAMENWERKING MET PANASONIC.
‘sensor’. Hiermee kan met de nauwkeurigheid van de
robot (binnen 0,1 mm) de positie van het werkstuk en las-
naad worden gedetecteerd. Groot voordeel van de draad-
zoekmethode is dat nagenoeg elke lasnaadvorm gedetec-
teerd kan worden. Moeilijk toegankelijke plaatsen zijn
beter bereikbaar en zowel dunne als dikke plaat en over-
lapnaden kunnen gedetecteerd worden. Maar een van de
grootste winstpunten ligt volgens Valk Welding in het feit
dat heroriëntatie van de lastoorts in het lasprogramma
niet meer noodzakelijk is, wat de programmering een-
voudiger maakt.
Realtime volgen met lasersensorLasnaden volgen met een lasersensor is de nauwkeurigste
en meest efficiënte zoekmethode, omdat de lasersensor de
lasnaad realtime volgt, waardoor het detecteren van de las-
naad niet ten koste van de cyclustijd gaat. Bovendien
wordt de baan tijdens het lassen direct gecorrigeerd en is
deze methode geschikt voor nagenoeg alle lasnaadtypes.
Bestaande lasersensorsystemen voor booglasrobots zijn
gebaseerd op de projectie van een lineaire laserline (het
striper principe). Bij meting met lineaire projecties bestaat
in de praktijk het risico dat de meting wordt verstoord
door reflecties bij onder meer staande hoeklassen.
Doorontwikkeling bestaande CSS sensortechnologie Voor zijn eigen Panasonic lasrobots heeft Valk Welding
vorig jaar de exclusieve rechten van Oxford Sensor Tech-
nology (OST) overgenomen voor de integratie van de CSS
sensortechnologie (CSS staat voor Circular Scanning Sen-
sor). De CSS sensortechnologie werkt op basis van een cir-
culaire in plaats van een lineaire meting. Het grote
voordeel hiervan is dat met één enkele scan een driedi-
mensionaal beeld kan worden gecreëerd zonder nadelige
beïnvloeding van reflecties. Met die informatie kan de ro-
botbesturing worden bijgestuurd en bepaald met welk ver-
mogen, snelheid en pendelbreedte moet worden gelast.
Om ervoor te zorgen dat het meetproces niet door hecht-
lassen, lasspatten of beschadigingen wordt verstoord,
heeft Valk Welding onder leiding van lasersensorspecialist
Eric Leijten het afgelopen jaar gewerkt aan een totale re-
make van het lasersensor-naadvolgsysteem en een com-
plete vernieuwing van de software.
Software opnieuw in 3D opgebouwdDe nieuwe software, die specifiek is ontwikkeld voor las-
toepassingen, maar ook gebruikt kan worden voor snij-,
kit- en lijmtoepassingen, is van nul af aan volledig in 3D
opgebouwd. Deze bevat nu een bibliotheek voor alle gang-
bare naadvormen met optimale instelmogelijkheden om
te zorgen dat je bij maatverschillen de afwijkingen zo goed
mogelijk kunt berekenen. De interface van de nieuwe soft-
ware is volledig voorbereid op touchscreen bediening en
kent een aantal nieuwe instelmogelijkheden, zoals bewa-
king van de lasnaadgeometrie en verschillende lasnaad-
volg-algoritmes. Verder zijn filters toegevoegd om de
effecten van oneffenheden van het oppervlak en eventu-
ele lasspatten te elimineren.
door Erik Steenkist
Het Arc-Eye systeem zal eenPanasonic robot altijd vaninformatie blijven voorzien.
Arc-Eye lasersensorleidt lasrobot exact langs lasnaad
Arc-Eye lasersensor op Panasonic lasrobotsMet de circulaire meting geeft de Arc-Eye lasersensor dus
niet alleen een reflectie-arm beeld, maar geeft ook de mo-
gelijkheid tot 3D meetmogelijkheden voor onder andere
het zoeken van het startpunt van de lasnaad, waarbij de
startpositie, richting en geometrie in één scan gemeten
worden.
Om te zorgen dat de lasrobot met een nauwkeurigheid
≤0,1 mm de lasnaad kan blijven volgen, is gezorgd voor
een één-op-één communicatie met de Panasonic robotbe-
sturing. Daarvoor is in nauwe samenwerking met Pana-
sonic Welding Systems in Japan een nieuw communicatie-
principe voor het lasnaadvolgen ontwikkeld. Waar de an-
dere robotbesturingen een absolute sensor-/naadpositie
eisen, corrigeert de Arc-Eye slechts de Panasonic bestu-
ring. Dit maakt het systeem flexibel en hiermee kan het
Arc-Eye systeem volledige baanberekeningen uitvoeren.
Ook wanneer de lasnaad niet kan worden herkend door
bijvoorbeeld teveel lasspatten of een hechtlas die de her-
kenningspunten bedekt. Bij conventionele robotbesturin-
gen zou in dit geval de informatiestroom vanuit het
visionsysteem stoppen en de robotbesturing tijdelijk aan
zijn lot worden overgelaten. In de praktijk blijkt dat deze
situatie soms leidt tot ongecontroleerde robotbewegingen,
wat zeer ongewenst is. Het Arc-Eye systeem zal een Pa-
nasonic robot echter altijd van informatie blijven voor-
zien. Wanneer de lasnaad tijdelijk niet gedetecteerd kan
worden zal het Arc-Eye systeem overige herkenningspun-
ten uit de scan samen met de gevonden baancorrecties uit
het verleden gebruiken. Ten opzichte van de voorgaande
generatie levert dat een hogere baannauwkeurigheid op.
Eric Leijten: “Bij de vorige generatie berekende de soft-
ware de gemiddelde afwijking op basis van het aantal ge-
meten punten over een traject. Bij een afwijking onder een
hoekverdraaiing levert dat geen exacte correctie op. Een
optelling van afwijkingen moet je dus zien te voorkomen.”
ROBOTTECHNIEK maar t 2013
18
2-daagse WorkshopHet opstellen en behalen van LASMETHODEKWALIFICATIES
Meer informatie over deze en ander NIL-activiteiten vindt u op www.nil.nl
advertentie
21
LASAPPARATUUR
Stompe lassen in dunne platenVoor het onderzoek van de productiviteitsverhoging voor
het lassen van dunne platen werd er gebruik gemaakt van
AISI430Ti, AISI304, DC01 en S500MC in een dik-
tebereik van 0,7 tot 4 mm. Op basis van het uitge-
voerde onderzoek kunnen geen eenduidige
conclusies geformuleerd worden omtrent de pro-
ductiviteit van de nieuwe booglasvarianten. Bij-
voorbeeld bij het lassen van het hogesterktestaal
S700MC kon met het gepulseerde MAG-proces
sneller gelast worden met minder warmte-inbreng
dan met de andere varianten. Bij het lassen van zeer
dunne platen in ferritisch roestvast staal
(AISI430Ti met een dikte van 0,7 mm) behaalde
het Cold Process (Cloos) de hoogste voortloop-
snelheid gecombineerd met een lage warmte-in-
breng en een kleine overdikte.
Doorlassingen in dikke platen met een V-voor-bereidingBij deze lasconfiguratie werden V-naden uitgevoerd
met vier materialen: S355, S500MC, S700MC en
AISI 316L. Twee processen bij vier lasproeven
presteerden aanmerkelijk beter dan het gepulseerde
MAG-proces: Cold Arc (EWM) en CMT (Fro-
nius). Beide processen lasten met een lage warmte-
inbreng. De voortloopsnelheid die bereikt werd
met CMT was tevens hoger dan met het gepul-
seerde MAG-proces.
De andere processen presteerden (afwisselend)
beter of slechter dan het gepulseerde MAG-proces,
zodat men niet van een tendens kan spreken. Ook
de operatoren die de lasparameters instelden had-
den een invloed op dit resultaat.
Sluitlagen in dikke platen met V-voorbereidingSluitlagen werden gelast in de materialen S355,
S500MC, S700MC en AISI316L met het conventi-
onele MAG-proces en de nieuwe varianten.
Een belangrijke vaststelling was dat de draadtoe-
voersnelheden die bereikt werden met de verschillende
processen telkens binnen dezelfde range lagen. De nieuwe
booglasvarianten kunnen dus niet altijd een hogere neer-
smelt realiseren. Met veralgemeningen moet men als con-
sument dus voorzichtig zijn; alleen een lasproef met de
eigen producten brengt uitsluitsel over de potentiële pro-
ductiviteitsverhoging. Op hoeklassen in S355-plaat in PB-
positie werd een dergelijke productiviteitsverhoging
vastgesteld bij het Sharc-proces (Hermann), terwijl bij het
opvullen van een V-naad in 20 mm dik S355 het Sharc-
proces niet productiever leek dan het conventionele MAG-
proces.
ieuwe varianten van MIG/MAG-lastoestel-
len worden vaak met een specifiek doel
ontwikkeld, veelal om de beperkingen van het conventio-
nele MIG/MAG-lassen het hoofd te bieden. Deze beper-
kingen kunnen veroorzaakt worden doordat de industrie
producten ontwerpt waarin nieuwe materialen worden
verwerkt. Het gevolg hiervan kan zijn dat het conventio-
nele MIG/MAG-lassen slechts beperkt of niet meer inge-
zet kan worden. Soms zijn er wel alternatieve lasprocessen
beschikbaar, maar die kennen op hun beurt hun techni-
sche beperkingen of vallen af op basis van economische
overwegingen. Veel nieuwe ontwikkelingen op het gebied
van het MIG/MAG-lassen zijn mogelijk gemaakt door
verdere ontwikkelingen en miniaturisatie van de moderne
elektronica. Tegenwoordig kan men in fracties van secon-
den meten en regelen, iets wat enkele tientallen jaren ge-
leden voor onmogelijk werd gehouden.
Aan de ontwikkeling van nieuwe varianten van een las-
proces liggen vaak één of meerdere wensen ten grondslag:
• het verhogen van de productiviteit;• het verlagen van de (las)kosten;• een betere beheersing van het lasproces, waardoor een
constantere kwaliteit van de lassen wordt verkregen;• het verlagen van de warmte-inbreng en het beheersen
van vervormingen ten gevolge van het lassen;• de mogelijkheid om nieuwe metalen te kunnen lassen.Vrijwel elke lasbronleverancier heeft één of meerdere va-
rianten in zijn gamma, met vele geclaimde voordelen.
InnolasHet Belgisch Instituut voor Lastechniek heeft in samen-
werking met fabrikanten een aantal nieuwe MIG/MAG-
door Thomas Baaten en Fleur Maas, BIL en Christoph Gerritsen, OCAS/ArcelorMittal R&D Gent
20
LASAPPARATUUR
GEEN LASPROCES KENT ZO VEEL VERSCHILLENDE VARIANTEN ALS HET MIG/MAG-LASSEN. IN
HET KADER VAN HET VLAAMSE PROJECT ‘INNOLAS’ ZIJN LASTOESTELLEN VAN VERSCHILLENDE
FABRIKANTEN GETEST. DAARUIT KWAMEN ENKELE INTERESSANTE TENDENSEN NAAR VOREN.
maar t 2013
varianten getest. Dit gebeurde in het kader van het door
IWT gesubsidieerde project ‘Innolas’ (IWT staat voor
agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Techno-
logie). De varianten werden getest voor verschillende toe-
passingen en materialen: ferritisch roestvast staal van
minder dan een millimeter dik, maar ook hogesterktesta-
len en austenitische roestvaste stalen, en zelfs meerlagen-
lassen in constructiestaal van 30 mm dik.
Uit de experimenten die in het kader van het Innolas-pro-
ject zijn uitgevoerd, is gebleken dat het niet altijd eenvou-
dig is de voorspelde voordelen te realiseren. Het succes
van het gekozen proces voor een bepaalde toepassing is
bovendien zeer afhankelijk van specifieke randvoorwaar-
den, zoals materiaalsoort en -dikte, gewenste/mogelijke
lasnaadgeometrie en -voorbereiding, laspositie, manueel
of geautomatiseerd lassen, toevoegmateriaal, bescherm-
gas, enzovoort.
Tijdens het Innolas-project werden met diverse innova-
tieve varianten van het MAG-proces lasproeven uitge-
voerd, waarbij steeds de randvoorwaarden gelijk werden
gekozen voor alle proeven (geometrie, draad, positie en
beschermgas). Er werden drie soorten lasverbindingen uit-
gevoerd: stompe lassen van dunne platen (vier verschil-
lende materialen met een diktebereik tussen 0,7 en 4 mm),
grondnaden in dikke platen met een V-voorbereiding (vier
materialen met een diktebereik van 10 tot 20 mm) en sluit-
lagen in dikke platen met V-voorbereiding (met dezelfde
materialen en hetzelfde diktebereik als bij de vorige las-
configuratie). Uit deze lasproeven is gebleken dat de in-
zetbaarheid van de processen of de te behalen voordelen
soms beperkter zijn dan te verwachten van de documen-
tatie van de fabrikanten.
MIG/MAG-toestellen:maar t 2013
een variant voor elke toepassing?
Figuur 1 toont de metallografische doorsnede van degrondnaad in een S355M-plaat, gelast met het CMT-proces.
Grafiek 1 toont de warmte-inbreng (HI) en de voort-loopsnelheid voor het lassen van grondnaden in eenS355-plaat met een V-voorbereiding.
Figuur 1: Grondnaad in een V-naad in een S355M-plaat (dikte10 mm)met het CMT-proces.
Grafiek 1: Warmte-inbreng en voortloopsnelheid bij het lassen vangrondnaden in S355 als functie van het lasproces
23
LASAPPARATUURmaar t 2013
Case studiesDe meerwaarde van de nieuwe booglasvarianten werd be-
studeerd voor industriële toepassingen. Zo werden schok-
dempers gelast met het Cold Process (Cloos), waarbij een
hogere lassnelheid werd bereikt (figuur 2). Er werd ook
een hoeklas gelast in de PB-positie met het Force-Arc Pro-
ces (EWM). Bij deze verbindingen werd een grotere in-
branding opgemeten, de warmte-inbreng en lassnelheid
waren dezelfde als bij het conventionele MAG-lassen.
Lincoln Smitweld in Nijmegen is onderdeel van het beursgenoteerde Lincoln Electric Company. Internationaal gezien is Lincoln Electricmarktleider op het gebied van lastechniek. In Nederland werken ruim 150 medewerkers aan de productie en verkoop van lastoevoegmaterialen.De afdeling Ontwikkeling zorgt voor het gehele proces van ontwikkeling van lastechnische verbruiksartikelen tot ondersteuning van de diverse productielocaties van Lincoln Electric Europe in Nederland, Frankrijk, Portugal, Engeland, Italië en Polen.Voor de afdeling Ontwikkeling zoeken wij:
De functie:
• Productontwikkeling van lastoevoegmaterialen, zoals beklede laselektroden, gevulde draad en laspoeder. Hierbij houd je rekening met de lasbaarheid, chemische samenstelling en mechanische - en fysische eigenschappen.
• Wijzigen van recepturen in verband met variaties in grondstoffen. • Productiebegeleiding bij nieuwe of gewijzigde recepturen of bij gebruik van andere fabricagetechnieken. • Je resultaatgebieden liggen op introductie nieuwe producten, kostenreductie, productie efficiency, product aanpassingen en klanttevredenheid.
Wij vragen:
• HBO / WO opleiding Chemie, Metaalkunde, Keramiek (of aanverwant).• Affiniteit met lastechniek.• Bereid om regelmatig te reizen binnen Europa.• Goede beheersing Engelse taal, kennis Franse en/of Duitse taal is een pré.
De volledige vacaturetekst kun je vinden op www.ichooselincoln.eu.Indien je vakinhoudelijke vragen hebt, kun je contact opnemen met Vincent van der Mee (Manager Consumable Engineering) op telefoon-nummer 06 2651 8066 of 024 3522 925.Voldoe je aan het gestelde functieprofiel en heb je belangstelling voor deze functie, dan verzoeken wij je jouw CVmet motivatie te mailen naar HR.nl@lincolnelectric.eu. Ook starters nodigen wij uit te reageren.
Acquisitie naar aanleiding van deze vacature wordt niet op prijs gesteld.
Twee Productontwikkelaarsmet een chemische, mineralogische of metaalkundige achtergrond
www.lincolnelectric.com
TendensenEen algemene vergelijkende test om lasprocessen met el-
kaar te vergelijken is complex, omdat nieuwe booglasva-
rianten vaak voor bepaalde materialen, plaatdiktes,
lasposities enzovoort, ontwikkeld zijn. Desalniettemin
werden bij de lasproeven in het Innolas-project enkele zeer
interessante tendensen (minder warmte-inbreng, hogere
lassnelheid) vastgesteld bij gebruik van bepaalde innova-
tieve booglasprocessen.
advertentie
Figuur 2: Testopstelling voor het lassen van schokdempers – Cold Process
www.binzel-benelux.com
T E C H N O L O G Y F O R T H E W E L D E R ’ S W O R L D
De nieuwe E3® wolfraamelektroden:
Een uitgekiende blend van oxidesgarandeert uitmuntende prestaties.
■ De beste ontstekings- en herontstekingseigenschappen■ Bruikbaar voor zowel DC als AC TIG-lassen■ Hoge belastbaarheid■ Geringe slijtage van de elektrodepunt
dé keuze voor de toekomst.
Specialist in Heat Treatment
www. delta-heat-services.cominfo@delta-heat-services.com +31 (0) 187 - 49 69 40
Preheating and stress relief Induction and resistance Stationary furnaces Dry out and curing Rental and sales Mobile furnaces
maar t 2013
25
eerste grote project van Oak. Het ging om een nieuw brug,
waarbij de stalen balken tegen corrosie beschermd moes-
ten worden met een opgespoten laag van 99,9 % alumi-
nium (TSA Coating). De brug, die in delen gelast is in
België, is in totaal 170 meter lang, 26 meter hoog en 25
meter breed.” Eijkenboom was projectleider voor het aan-
brengen van de aluminium coating en was ook verant-
woordelijk voor het kwaliteitsmanagement. “Een enorme
klus”, herinnert hij zich. “Delen van 20 of 30 meter lang
en 7 meter hoog werden in de ene fabriekshal samenge-
steld en gelast; in een volgende hal werden ze gestraald, en
tot slot werden de delen gecoat met behulp van het elek-
trisch draadspuitproces.” Het opspuiten gebeurde voor
het grootste deel handmatig, met vijf draadspuitinstalla-
ties. Gedurende een half jaar werd zes dagen in de week
met twee ploegen gewerkt aan de coating. “Ik heb diepe
bewondering voor de mensen die dit hebben uitgevoerd.”
Het bijzondere aan dit project was dat de brug gekwalifi-
ceerd moest worden volgens Amerikaanse normen. “Dat
was nieuw in Nederland. Er was een minimaal vereiste
laagdikte van 250 µm en er moesten dagelijks laagdikte-
metingen worden uitgevoerd. Het ging om meer dan
10.000 metingen per dag! Uiteindelijk is de laagdikte ge-
middeld meer dan 300 µm geworden, om risico’s te ver-
mijden.” Verder moesten de spuiters vooraf allemaal
gekwalificeerd worden aan de hand van proefplaten. Na
het samenstellen van de brug op locatie werden de lassen
nog nabewerkt. “De vereiste onderhoudsvrije levensduur
van de TSA-coating was minimaal 20 jaar, maar de ver-
wachte levensduur is minimaal 40 jaar. De initiële kosten
voor conservering zijn hoog, maar de besparing op het on-
derhoud maakt dit ruimschoots goed.”
GasturbinesRob Eijkenboom heeft zich de laatste jaren vooral toege-
legd op hoogwaardige toepassingen van het thermisch
spuiten met behulp van het plasmaproces en het HVOF-
proces (High Velocity Oxygen Fuel).
Het plasmaproces is in de jaren 60 ontwikkeld in de lucht-
vaart. Het is een proces waarbij er veel thermische energie
in korte tijd wordt overgedragen op het te verspuiten ma-
teriaal. “De hitteschilden van de eerste raketten werden
met dit proces voorzien van een keramische laag. Het plas-
maproces is in principe geschikt voor alle materialen,
maar komt het best tot zijn recht met keramische materi-
alen, zoals zirkoniumoxide, aluminiumoxide of titaniu-
moxide.”
Het HVOF-proces, dat eind jaren 70 is ontwikkeld, maakt
gebruik van een hoge kinetische energie. Onder hoge druk
worden deeltjes met zeer hoge snelheid opgespoten. “Het
grote voordeel van deze techniek is dat er nagenoeg geen
porositeit ontstaat. Ook is er sprake van een hoge hecht-
TECHNIEK
e techniek van het thermisch spuiten wordt
in Nederland door slechts een beperkt aan-
tal bedrijven beheerst. In Lastechniek van februari 2013
hebben we één van die bedrijven belicht: het Limburgs
Metaal Spuitbedrijf (LMS) in Elsloo.
Rob Eijkenboom, onafhankelijk consultant en specialist
op het gebied van oppervlakte-engineering, zet zich in
voor het behoud en de uitbreiding van de kennis van het
thermisch spuiten in Nederland. Zijn onderneming Oak-
ACS (Advanced Coating Solutions) heeft zich vooral toe-
gelegd op projecten om nieuwe wetenschappelijke
inzichten te vertalen in toepassingen voor de industrie. “Ik
wil een brug slaan tussen wetenschap en industrie”, zoals
hij het zelf formuleert.
Materials Application LabWe treffen Rob Eijkenboom bij Hogeschool Zuyd te Heer-
len, in het Materials Application Lab, dat is opgericht
dankzij een samenwerkingsverband tussen de Hogeschool
en diverse bedrijven (Buehler, Wilson Hardness, Instron
en Oak-ACS). Trots laat Eijkenboom het gloednieuw in-
THERMISCH SPUITEN IS EEN TECHNIEK DIE ZEER GESCHIKT IS VOOR HET AANBRENGEN VAN SLIJT-
VASTE, CORROSIE- EN HITTEBESTENDIGE LAGEN. ROB EIJKENBOOM ZET ZICH ALS ONAFHANKELIJK
CONSULTANT IN VOOR HET BEHOUD EN DE UITBREIDING VAN DE KENNIS OP DIT GEBIED IN NEDERLAND.
door Margriet Wennekes; fotografie Rob Eijkenboom
TECHNIEK maar t 2013
gerichte laboratorium zien. “Het lab is opgericht om het
hbo en het bedrijfsleven dichter bij elkaar te brengen,
zodat alle partijen er profijt van hebben. Vanuit Hoge-
school Zuyd was er de wens om onderwijs en onder-
zoeksfaciliteiten aan te bieden in een goed uitgerust
laboratorium. Het bedrijfsleven had behoefte aan een de-
molab en praktische cursussen op het gebied van opper-
vlaktetechnieken en metallografie. Met dit laboratorium is
aan al die wensen tegemoet gekomen.”
Het laboratorium is vooral gericht op het uitvoeren van
mechanische beproevingen (sterkte, hardheid, (kerfslag)
taaiheid) en microscopisch onderzoek van (vooral) meta-
len. Daarnaast zijn er faciliteiten voor (onderzoek naar)
de oppervlaktebehandeling van metalen en de verwerking
van kunststoffen en composieten.
HogeweidebrugOp wandplaten in het laboratorium zijn verschillende toe-
passingen en projecten van onder andere Oak-ACS in
beeld gebracht. Eén van die projecten is de Hogeweide-
brug (‘de gele brug’) bij Vleuten in Utrecht. “Dit was het
Brugtussen wetenschap en industrie
Hogeweidebrug in aanbouw op de locatie in Utrecht. De donkere T-vormige plekken op de linker foto zijn de lasplaatsen die na het samenstellen van debrug nog nabewerkt moeten worden. Op de rechter foto zijn de lasplaatsen te zien vanaf de andere zijde.
24
TECHNIEK maar t 2013
26
sterkte op het basismateriaal. Deze hechtsterkte is vaak
zelfs niet meer te meten met de bestaande meettechnie-
ken.” HVOF wordt vooral toegepast voor het opspuiten
van metallische lagen en carbiden.
Het opspuiten van gasturbines is een typische toepassing
waarbij we een combinatie zien van beide processen. Eij-
kenboom verduidelijkt: “Het basismateriaal van een tur-
bine bestaat meestal uit een superlegering op basis van
nikkel. Dit materiaal moet beschermd worden tegen de
extreem hoge temperaturen uit de verbrandingskamer. Het
opspuiten gebeurt in twee lagen. De eerste laag wordt
vaak opgespoten met het HVOF-proces. Dit is een laag,
nagenoeg zonder poriën, die we MCrAlY noemen (M =
metaal; Cr = chroom; Al = aluminium en Y = yttrium).
Het metaal (M) is meestal nikkel (NiCrAlY), maar kan
ook kobalt zijn (CoCrAlY). Dan wordt er een tweede laag,
meestal zirkoniumoxide, opgespoten met het pasmapro-
ces. Men noemt dit de Thermal Barrier Coating (TBC), ei-
genlijk een extra isolatielaag. Deze laag bevat relatief grote
poriën die de laag isolerend en ‘flexibel’ maken. Daardoor
kan deze laag grote temperatuurverschillen opvangen zon-
der dat hij beschadigt.”
HVOF-procesBij Siemens in Berlijn heeft Eijkenboom een paar jaar ge-
werkt aan de ontwikkeling, kwalificatie en vrijgave van
het HVOF- en plasmaproces voor stationaire gasturbines.
“Op het moment dat je een ander product hebt, moet je de
laag opnieuw kwalificeren. Voor grote turbines geldt dat
je met iedere graad stijging van de verbrandingstempera-
tuur in de verbrandingskamer, miljoenen bespaart op
brandstofkosten. Daarom worden er nieuwe lagen ont-
wikkeld, zodat het basismateriaal niet beschadigt bij der-
gelijke hoge temperaturen.”
Eijkenboom is inmiddels gespecialiseerd in het HVOF-
proces. Hij werkt nu voornamelijk aan grote projecten in
Duitsland en Azië. In Nederland introduceert hij zijn ken-
nis in het midden- en kleinbedrijf, en vertaalt hij de nieuw-
ste wetenschappelijke inzichten naar praktische
oplossingen. Verder vindt hij het belangrijk om de aan-
wezige kennis bij bedrijven inzichtelijk te krijgen en over
te dragen naar een nieuwe generatie. Denkt hij dat het
HVOF-proces de klassieke processen uiteindelijk zal ver-
vangen? “Nee, het autogeen en elektrisch opspuiten zijn
nog steeds de goedkoopste processen. Daar blijven toe-
passingen voor.”
UitdagingenDe laatste tien, twaalf jaar ziet Eijkenboom vooral een
hernieuwde ontwikkeling van de technieken op basis van
nauwkeuriger processen. “We zijn nu vooral bezig met
procesverbetering. De gas- en poederhoeveelheden zijn
veel beter te sturen. Daardoor krijg je een constanter pro-
ces, dat beter te beheersen is”. Een tweede trend is de
zoektocht naar nieuwe materialen. “Nikkel en carbiden
zijn de laatste jaren gigantisch gestegen in prijs. Daarom
wordt naar alternatieven gezocht, bijvoorbeeld materia-
len op ijzerbasis in plaats van nikkel, en alternatieven voor
hardchroom.” Op basis van nieuwe materialen zijn er
nieuwe kwalificaties nodig. “Het belangrijkste is eigenlijk
het ontwikkelen van normen en het standaardiseren van
processen, net als bij het lassen. Europa is daar heel sterk
in. Het is ook voor thermisch spuiten belangrijk om spe-
cificaties al bij het ontwerp vast te leggen. Dat is een uit-
daging voor de komende jaren.” Een andere uitdaging is
het opzetten van een opleiding thermisch spuiten in Ne-
derland, inclusief gerelateerde processen als materiaalon-
derzoek en nabewerking. “Er is veel knowhow nodig op
dit gebied, ook in het midden- en kleinbedrijf. Ik zie vol-
doende ruimte voor groei van deze mooie en boeiende
techniek in de komende jaren.”
Testen van het plasmaproces voor het gasturbineproject.
Inlaat gasturbine
QIROX ®
Met de QIROX® producten van CLOOS vinden we zelfs voor moeilijke lasopgaven een rendabele oplossing. Met de QIROX® robots, software en ma -nipulatoren is het mogelijk zowat alles te lassen. In combinatie met de QINEO® lastoestellen en de nieuwe lasprocessen van CLOOS verkrijgt u precies dat resultaat dat u wenst.
Meer onder www.qirox.de
CLOOS Benelux NV | www.cloos.be - www.cloos.de
Voor automatisch lassen en snijden.
maar t 2013
Hoe om te gaan met beschadigde onderdelen?Wat betreft de behandeling van schadestukken geniet het
de voorkeur dat ze niet worden aangeraakt en verplaatst,
totdat de schadeonderzoeker ze ter plaatse heeft gezien en
de nodige richtlijnen voor demontage en bewaring heeft
gegeven. Er zijn echter vele situaties denkbaar waarbij een
demontage en bewaring in afwezigheid van de schadeon-
derzoeker noodzakelijk is. In dergelijke situaties, en om
een zo correct mogelijk resultaat van het schadeonderzoek
te verkrijgen, zijn de volgende richtlijnen van belang:
Zoals gezegd verdient het de voorkeur om te wachten met
het aanraken of verplaatsen van beschadigde onderdelen
totdat de schadeonderzoeker ter plaatse is. Bovendien
geeft een plaatsbezoek de schadeonderzoeker een duide-
lijker en vollediger beeld van de factoren die mogelijk een
rol hebben gespeeld bij het tot stand komen van de
schade.
Eenvoudige leefregels en goede documentatieEnkele eenvoudige leef- en opvolgingsregels - bij voorkeur
ingebouwd in het kwaliteitssysteem en ingeburgerd bij al
het personeel – en een goed documentatiesysteem: veel
meer heeft een fabrikant niet nodig om van zijn bedrijf
een solide hoeksteen van een betrouwbaar schadeonder-
zoek te maken. Het voorafgaand verzamelen van alle mo-
gelijke technische informatie met betrekking tot de
beschadigde component, en een doordachte en stapsge-
wijze aanpak van de demontage en bewaring van de be-
schadigde component en/of de schadezone, zijn alvast
twee basiselementen die alle betrokken partijen veel tijd
en geld zullen besparen.
Maar tot slot: het is natuurlijk beter om nooit een beroep
te hoeven doen op een schadeonderzoeker. Dat is immers
het beste bewijs voor het optimaal functioneren van pro-
ductie-installaties en de garantie dat klanten kunnen ge-
nieten van producten met een superieure kwaliteit.
29
KWALITEITKWALITEIT
28
maar t 2013
ER ZIJN VELE MOGELIJKE OORZAKEN WAARDOOR CONSTRUCTIES OF INSTALLATIES NIET VOLDOEN AAN
DE GESTELDE KWALITEITSEISEN, OF SOMS ZELFS BEZWIJKEN. DE SCHADEONDERZOEKER KAN DEZE
OORZAKEN OPSPOREN. IN DIT ARTIKEL WORDT BESCHREVEN WAT MEN KAN DOEN OM HET WERK VAN
DE SCHADEONDERZOEKER ZO EFFICIËNT MOGELIJK TE LATEN VERLOPEN.
door dr. ir. Frans Vos, foto’s © Materials Consult bvba
ls rechtgeaard geïnteresseerde in de tech-
niek zou een fabrikant natuurlijk niets lie-
ver willen dan dat hij tot op de bodem kon uitvissen
waarom bepaalde constructies, installaties of producten
de gestelde kwaliteitseisen niet hebben gehaald. Zo zijn er
bijvoorbeeld bij de corrosie van een laszone vele ‘moge-
lijke’ daders aan te wijzen. Was het een slechte las, en zo
ja, was de procedure niet goed, deugde het lasmateriaal
niet, maakte de lasser een fout, of was er een andere oor-
zaak? Wat te denken van een eventueel verkeerd gebruik?
Of zat er misschien iets in het water? Vele mogelijke oor-
zaken, waarbij men vanzelfsprekend de waarheid en niets
anders dan de waarheid wil achterhalen.
Technische documentatie is essentieelHet bepalen van de grondoorzaak (root cause) en de daar-
bij horende schade-analyses is gewoonlijk voer voor spe-
cialisten, maar die kunnen zelden iets uitrichten zonder de
assistentie van degene die het product of de constructie
heeft gemaakt. Zo is er bijvoorbeeld veel nuttige infor-
matie die de fabrikant zelf al kan opzoeken en verzamelen
alvorens de schadeonderzoeker aan haar of zijn werk be-
gint. Enkele voorbeelden:
en efficiëntBetrouwbaar
De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat slechts in zeldzame
gevallen al deze informatie nodig blijkt om een antwoord
te geven op de vraag naar de aard en de oorzaak van de
schade. Echter, vanuit het standpunt van de schadeonder-
zoeker is te veel informatie altijd beter dan te weinig in-
formatie. In vele schadegevallen zijn het soms de kleinste
details die het sluitstuk van de puzzel vormen, dus ook de
ogenschijnlijk meest onbelangrijke informatie kan uitein-
delijk tot een doorbraak en tot de oplossing leiden.
Voorgaande lijst is vanzelfsprekend uit te breiden met bij-
komende informatie die de schadeonderzoeker nog kan
opvragen, maar het is alleszins tijd- en kostenbesparend
als de schadeonderzoeker bij zijn aankomst al over zoveel
mogelijk relevante informatie kan beschikken.
schadeonderzoek begint
• Het type materiaal waaruit de beschadigde compo-nenten zijn gemaakt, indien mogelijk met materiaalcer-tificaat (conform de Europese norm EN 10204).• De constructietekening en het bijbehorende dossier,inclusief eventuele lasprocedures (WPS, WPQR, …).
• Een overzichtstekening van de installatie waaruit debeschadigde componenten afkomstig zijn, met aandui-ding van waar de beschadigde componenten in de in-stallatie zijn gesitueerd.• De procesbeschrijving van de installatie waaruit debeschadigde componenten afkomstig zijn.• Procesgegevens, zoals temperatuur, druk en samen-stelling van de stof(fen) die in contact stond(en) met decomponent.• Eventuele historische gegevens, zoals inspectierap-porten, datarecords, rapporten van vroegere schadege-vallen.• En verder alle technische informatie die mogelijk nut-tig kan zijn voor de schadeonderzoeker.
• Bij voorkeur dient men de volledige beschadigde com-ponent ter beschikking te stellen van de schadeonder-zoeker. Dit onderdeel moet dan natuurlijk wel alszodanig hanteerbaar zijn. Denk aan een volledige pomp-waaier, een leidingdeel tussen twee flenzen, enzovoort.• Indien de schadezone moet worden uitgesneden uiteen groter geheel, dient men een slijpschijf te gebruiken,maar geen snijbrander; het gebruik van een snijbranderbeïnvloedt immers de structuur van het materiaal overeen veel grotere afstand dan het gebruik van een slijp-schijf. Laat bij voorkeur de schadeonderzoeker bepalenwelke zone moet worden uitgesneden.• Men dient de schadezone niet te 'besmetten'. Dit be-tekent dat er geen producten aan de schadezone mogenkomen die niets met de oorspronkelijke schade te makenhebben. Zo is het bijvoorbeeld aan te raden om de scha-destukken niet met de handen aan te raken; gebruik mi-nimaal een niet-pluizende schone doek of bij voorkeurniet-pluizende nieuwe (laboratorium)handschoenen.
• Men moet er zorg voor dragen dat scheur- en breuk-vlakken niet verder worden beschadigd, bijvoorbeelddoor elkaar of door andere voorwerpen.• Bij breuken moeten beide breukvlakken ter beschik-king worden gesteld van de schadeonderzoeker.• Schadestukken moet men traceerbaar labelen en deoriginele positie van de schadestukken documenteren,niet alleen wat betreft hun positie in de installatie, maarbijvoorbeeld ook in oriëntatie: welke zijde was in contactmet welk medium, enzovoort.
bij de fabrikant
Dr. ir. Frans Vos is zaakvoerder bij Materials Consultbvba te Boutersem-Kerkom (België). Daarnaast is hijwerkzaam als gastdocent corrosie en corrosiepreven-tie aan de Katholieke Universiteit te Leuven, faculteitindustriële ingenieurswetenschappen, IWE-opleiding.
OPLEIDINGENOPLEIDINGEN maar t 2013 maar t 2013
30 31
OP 15 FEBRUARI NAM HET NIL AFSCHEID VAN DE VOORZITTER EN TWEE LEDEN VAN DE IWE-EXAMEN-
COMMISSIE. TEGELIJKERTIJD WERD DE NIEUWE VOORZITTER GEÏNTRODUCEERD. DIT GEBEURDE
TIJDENS EEN FEESTELIJKE BIJEENKOMST IN HET AMSTERDAM MUSEUM.
oen universitair hoofddocent Theo Luijen-
dijk zo’n acht jaar geleden werd gevraagd
om voorzitter te worden van de IWE-examencommissie,
hoefde hij niet lang na te denken. “Het leek mij een mooie
en praktische aanvulling op mijn werk in de onderzoeks-
wereld”, blikt hij terug tijdens de door het NIL georgani-
seerde lunch in het museum. Die verwachting – zegt hij
nu – is volledig uitgekomen. “Ik heb in die jaren het werk
in de volle breedte kunnen zien en ook veel contacten op-
gedaan in de laswereld.”
Niveau opkrikkenLuijendijk kijkt met veel plezier terug op zijn voorzitters-
jaren. “De sfeer in de commissie is goed. Iedereen vult el-
kaar goed aan en ik ben er trots op dat het ons is gelukt,
ondanks een beperkt budget, het lesmateriaal aan te pas-
sen aan de eisen van deze tijd. Door inspanningen van
velen, ook buiten de examencommissie, is in nauwe sa-
menwerking met het NIL nieuw lesmateriaal ontwikkeld
dat up-to-date wordt gehouden. Ik ben er ook trots op dat
we het niveau van de examens hebben kunnen handha-
ven.” En dat moet vooral zo blijven, zegt zijn opvolger
Geri van Krieken, werkzaam als consultant bij Element,
het voormalige Stork-FDO. Ze zegt het een eer te vinden
om als nieuwe voorzitter het werk van Luijendijk voort te
zetten. “Ik dank de leden van de commissie voor het ver-
trouwen.” Van Krieken was al lid van de examencom-
missie maar nam op 1 januari van dit jaar de voorzitters-
hamer over. Het behouden van de waarde van het diploma
IWE (International Welding Engineer, ofwel Laspraktijk-
ingenieur, LPI) vindt zij de belangrijkste uitdaging voor de
komende jaren. Het niveau van de kandidaten (hts’ers en
in mindere mate TU-afgestudeerden) voor de internatio-
naal erkende lastechnische kaderopleiding ziet zij namelijk
achteruitgaan. “Dat heeft alles te maken met de achter-
uitgang van de kwaliteit van het hbo”, aldus Van Krieken.
“Het is mijn wens om het niveau van de kandidaten om-
hoog te krikken, bijvoorbeeld door hen extra trainingen te
bieden. Dat zou bijvoorbeeld kunnen in de vorm van e-
learning. Opleiders en het NIL zouden hier gezamenlijk
naar moeten kijken. Samen met de leden van de examen-
commissie en de examinatoren wil ik me hiervoor in elk
geval hard maken.”
IWE’er steeds belangrijkerDesondanks zien Luijendijk en Van Krieken de toekomst
van de lastechniek in Nederland en die van de IWE’er zon-
nig in. “De IWE’er wordt in het bedrijfsleven steeds be-
langrijker”, zegt Van Krieken, die zelf een hbo-diploma
Materiaalkunde heeft en ook de IWE-opleiding deed. Luij-
endijk is positief over de positie van Nederland. “Door
het hoge kennisniveau en de mate van automatisering zul-
len we in staat zijn om onze concurrentiepositie te hand-
haven.”
AfscheidOok Karel Bekkers en René van den Berg namen afscheid
van de IWE-examencommissie. Metaalkundige Bekkers
was decennialang lid. Hij kijkt met veel genoegen terug
op zijn jaren als lid van de examencommissie. “Het is leuk
om te constateren dat veel oud-leerlingen zijn doorge-
groeid naar mooie posities in de industrie”. Bekkers be-
landde in de commissie dankzij zijn uitgebreide vakkennis.
“Een groot deel van mijn werkzame jaren was ik hoofd
van de technische staf bij Lincoln Smitweld en vanuit die
positie was ik een vraagbaak voor iedereen”, vertelt hij.
“Ik adviseerde klanten in binnen- en buitenland en gaf le-
zingen, zat congressen voor en publiceerde veel. Deze ac-
tiviteiten werden gewaardeerd omdat ik inhoudelijk
eerlijk was. Ik had namelijk geen commercieel belang bij
mijn lezingen en presentaties. Al deze zaken kon ik overi-
gens uitvoeren omdat ik terug kon vallen op een sterk
team.” Later werd Bekkers ook door het NIL gevraagd
om voor het vak Metaalkunde lesmateriaal te schrijven.
Toen René van den Berg in de examencommissie begon
was hij hoofd kwaliteitsdienst bij de NEM. “Mijn baas
vond dat ik vijftig procent van mijn tijd buiten de deur
mocht doorbrengen om zo nieuw werk binnen te halen
voor de afdeling”, zegt hij. “Het werk voor de examen-
commissie hoorde daarbij, want daar doe je ook veel con-
tacten op. Ik heb tijdens mijn werkzaamheden als
commissielid dan ook veel kunnen netwerken, dat was lo-
nend. Maar ook het samenwerken, het vergaderen met de
commissie vond ik altijd heel prettig. Die vergaderingen
gaven mij – dwars door de hectiek van alledag – een paar
keer per jaar een moment om de laswereld in alle rust en
in alle breedte te overzien.”
door Jaap van Sandijk, fotografie Frits Falkenhagen
Feestelijk afscheid van leden IWE Examencommissie
De komende en de vertrekkende voorzitter van de IWE-examencommissie: Gerie van Krieken en Theo Luijendijk
Van links naar rechts: Karel Bekkers, Theo Luijendijk en René van den Berg
KruispuntDe examencommissie staat momenteel op een belangrijk
kruispunt, vindt Van den Berg. “Je ziet dat normen en regle-
menten gedifferentieerder worden, waardoor er meer inter-
pretatieverschillen ontstaan in de verschillend EU-landen en
ook in de commissie zelf.” En dat leidt tot lastige dilemma’s,
zegt Van den Berg. “Moet je een LPI-kandidaat met te wei-
nig laservaring het voordeel van de twijfel geven en als exa-
mencommissie in de verleiding komen om de toelatings-
criteria te verruimen, zeker als je kijkt naar de groeiende
vraag in de markt naar IWE’ers? Diverse lastechnische nor-
men geven tegenwoordig ook tekst en uitleg over de oorzaak
van problemen en hoe deze te voorkomen. Maar niet alles
kan worden uitgelegd in normen en het beroep verlangt ook
de nodige praktijkervaring om goed te kunnen functione-
ren.”
Van den Berg heeft een duidelijke mening over het wel of niet
verlagen van de toelatingsnorm en de wijze van examineren.
“Houd het niveau hoog door de juiste eisen te stellen bij de
toelating en houd ook het examen op niveau, want anders
begeef je je op een glijdende schaal.” Een aanbeveling die hij
overigens de examencommissie op papier heeft meegegeven.
“Ik heb de commissie een bedankbrief geschreven voor de
wijze waarop afscheid is genomen. Daarin staat dat ik de
leden veel wijsheid wens bij het opstellen van de juiste eisen
voor een praktische handhaving van het huidige niveau van
de opleiding.”
‘Het is mijn wens om het niveau van de kandidaten
omhoog te krikken, bijvoorbeeld door hen extra
trainingen te bieden’
33
door Marnie van Dinther, fotografie Liesbeth Worm
32
LASKUNST maar t 2013 maar t 2013
ls hts’er is Somers van origine een tech-
neut én een avonturier. Van jongs af aan al
in de weer met motoren, vrachtwagens en verre reizen. Als
expeditiechauffeur in Afrika, maar ook als deelnemer in
de beroemde Parijs-Dakar rally. Zijn kunstenaarschap is
met zeven jaren nog pril, maar ligt wel in het verlengde
hiervan. Qua techniek, maar ook qua vrijheidsdrang en
avontuur. Hij verklaart: “Je moet maar afwachten hoe het
uit gaat pakken. Een plaat ijzer is als een leeg schilders-
doek. Met mijn snijbrander als penseel moet ik steeds op-
nieuw ontdekken of er iets moois uit ontstaat. Maar een
schildersdoek is veel te zacht voor mij. IJzer moet het zijn.
Daar kan ik al mijn energie in kwijt.”
Industrieel werkenSomers werkt op de scheepswerf in Heusden. Dat is geen
toeval: “Die plek versterkt het werken op grote schaal.
Het dreunen van de hamers en het gejank van slijptollen
‘De liefde voor ijzer, het lasvak en de kunst komen hier samen’
zijn mijn ringtones als ik ‘s ochtends vroeg het terrein op
rijd”, zo verklaart hij zijn voorkeur voor zo’n industriële
omgeving. “Ik ga naar mijn werkplaats, niet naar een ate-
lier. Ik heb een heftruck, een grote pers, een flink aantal
slijptollen en natuurlijk een goed lasapparaat nodig, niet
meer.” Via de scheepswerf kwam Somers hiervoor terecht
bij Elektrolas in Waalwijk, waar ze hem niet alleen aan
een goed MIG/MAG-lastoestel hielpen, maar waar ze ook
altijd een antwoord hebben op zijn lasvraagstukken. So-
mers loopt er nogal eens binnen. Van het een kwam het
ander.
Liefde voor metaalMede-hts’er en Elektrolas-directeur Joost van den Hoo-
ven beaamt dat de kennis en kunde van zijn personeel de
drijfkracht van zijn bedrijf vormen. “Wij willen een ge-
specialiseerde en betrouwbare leverancier zijn van kennis
en materiaal. Elke vakman in de lastechniek moet zich bij
BART SOMERS MAAKT KUNST VAN IJZER. SOMS GLANZEND, VAAK GEROEST. SOMS PERFECT AFGEWERKT,
DAN WEER RUW EN INDUSTRIEEL. DE VORM VERTELT HET VERHAAL, DE LASNADEN EN SLIJPSPOREN ZIJN
DE PUNTEN EN KOMMA’S. IN DE COFFEE CORNER BIJ ZIJN LEVERANCIER ELEKTROLAS LASTECHNIEK B.V.
UIT WAALWIJK KOMEN DE LIEFDE VOOR METAAL, HET LASVAK EN DE KUNST SAMEN.
ons thuis kunnen voelen.” In het nieuwe bedrijfspand
wilde Van den Hooven dan ook een open sfeer scheppen.
Hij raakte met Somers in gesprek over een hierbij pas-
sende, prominent aanwezige coffee corner, die hun ge-
deelde liefde voor metaal, voor lastechniek, maar ook hun
bourgondische Brabantse inslag zou moeten weergeven.
Van den Hooven stond open voor het industrieel ontwerp
van Somers: “Ik hou wel van het industriële en van de no-
nonsense. Het past bij ons en bij onze klanten. Bovendien
deel ik het enthousiasme en de enorme lach die Bart altijd
met zich meebrengt.” Het samenspel leidde tot een ‘arty’,
maar toch ambachtelijke koffiehoek met een knipoog.
Bakkie doenBlijkt de investering de moeite waard? Tot nu toe zeker.
De mooie hoek blijkt een echte ontmoetingsplek voor per-
soneel én klanten, rondom de statafel of steunend tegen
de reling. De weekafsluiting met een biertje-uit-de-tap ver-
huisde spontaan van de kantine naar de coffee corner. Tij-
dens een bakkie komen verhalen los over de oude,
getransformeerde flessenwagen.
“De werkstukken die hierop liggen gaan tijdens het kof-
fiedrinken van hand tot hand. En dat is precies de bedoe-
ling”, lacht Van den Hooven. Ook lokken de grafische
muur, de nep-ramen met - natuurlijk - metalen kozijnen
en het handgelegde stenen vloertje positieve reacties uit.
VernieuwendSomers en Van den Hooven delen de drang vooruit te kij-
ken. Hoe die innovatie zich uit? Van den Hooven wil zich
onderscheiden in kennis en advies. Zo bereidt hij zich al
voor op de nieuwe certificeringsnormen in 2014, om zijn
klanten perfect voor te lichten. En met een door hem ge-
organiseerd en gesponsord bezoek aan Schweissen &
Schneiden, een grote lasbeurs in Duitsland, promoot hij
zijn vak bij jonge lassers. Ook is hij een ‘maatschappelijk
verantwoorde’ ondernemer: “Samen met de gemeente
starten we een leertraject voor (jonge) baanlozen, om ze zo
weer aan de slag te krijgen. Bovendien werken we zo te-
gelijkertijd aan de toekomst van ons vak.” Want ook dat
is nodig, blijkt uit zijn verhaal.
Somers werkt naast zijn vrije werk met grote sculpturen
steeds meer in opdracht. Het geeft ‘m minstens evenveel
voldoening. Ook gaat hij cross-overs aan met andere
kunstdisciplines, als 3D-printing en zilversmeden, waar-
bij zijn levensgrote ijzeren zebra werd verkleind tot een
puur zilveren beeldje van 20 cm. Naast vernieuwend werk
maken, is het steeds belangrijker zijn kunst zelf aan de
man te brengen, stelt Somers: “Naast exposities en in ga-
leries staan, zijn social media mijn nieuwe uitdaging. Zo’n
enorm bereik evenaar ik nooit met galeriebezoek. En niet
alleen om ‘likes’ te verzamelen voor mijn grote beelden.
Ik doe het ook om kunst voor iedereen bereikbaar te
maken met kleine ‘kunstcadeautjes’, met een muisklik te
bekijken en te bestellen via Facebook.”
SuccesHet gaat goed met Elektrolas. Van den Hoovens’ bedrijf
blijft groeien. Hij is blij met zijn recent aangestelde ma-
nagementassistente en lastechnisch adviseur en zoekt mo-
menteel nog een nieuwe servicemonteur. Ook Somers
timmert hard aan de weg. Uit de belangstelling en de
waardering voor zijn werk in binnen- en buitenland blijkt
dat dat goed lukt. “Als kunstenaar krijg ik erkenning door
de verkoop, ook in deze tijd, maar ook door prijzen. Een
sculptuurprijs tijdens de Biënnale in Florence in 2011 was
een enorme opsteker. Het was ook een hele eer dat mijn
zebra afgelopen Kerst in het fonkelnieuwe National Art
museum in Shanghai stond. En ik weet zeker dat mijn
marketingcampagne op Facebook een succes wordt.”
Meer werk van Bart Somers kunt u bekijken op
www.ijzer.org.
LASKUNST
Bart Somers (links) en Joost van den Hooven aan de koffie
COLUMNmaar t 2013
35
Het nieuwe jaar begon goed. Lekker koud zodat wekonden schaatsen. Jammer dat de sneeuwval het ijs-plezier wat bedierf. Daarna kwamen de andere verras-singen. Eerst het meest belangrijke bericht: de ROC’sgaan opgesplitst worden in kleinere eenheden. Daarknapt een techneut van op. Daarna kwam koningin Be-atrix met de mededeling dat ze ermee op gaat houden.We krijgen een Argentijns burgermeisje als koningin.Moet kunnen, zou mijn collega zeggen. Of ik er blijmee ben? Nou, nee. Onze schaatsende, met de hoc-keymeisjes hossende kroonprins die graag barbecueten een pilsje drinkt wordt onze nationale lintenknipper.Wordt dat mijn koning? Kom nou! Daarna trad de pausonverwachts af. Een kamergeleerde en een weinig in-spirerende leider, die de katholieke kerk vijftig jaarterug zette. Ik kijk uit naar het gedoe rond de benoe-ming van de nieuwe paus. Zwarte en uiteindelijk witterook, het heeft toch iets fascinerends. De paus kwammet zijn mededeling op derde dag van carnaval. Geengelukkige keuze, zou ik zeggen. De carnavalsgangershadden er weinig boodschap aan, zo ook de twee (ver-klede) nonnen met een pilsje in de hand. En dan deverrassende aardschokken in Groningen. We schijnenniet zonder dat aardgas te kunnen, anders gaan wefailliet. Dan maar wat minder gas en geen geld meervoor Europa en de Grieken zou ik zeggen.
Dan het belangrijkste bericht: de plannen voor het op-splitsen van de idioot grote ROC’s in kleinere eenhe-den. Eenheden waarbij de directeur zich niet meerdoor een privéchauffeur in zijn dure leaseauto laatvoorrijden en vervolgens naar zijn aparte ingang loopt.
Je zou toch de kans lopen een leerling tegen tekomen. Nee, ik ben voor een directeur die de meestevan zijn leerlingen kent en ze weet te stimuleren in hunberoepsopleiding. Kleine scholen, we gaan weer terugnaar af en raken die ongelukkige centra met al die ma-nagers gelukkig kwijt. Ik voel me heel gelukkig metdeze ontwikkeling.
Je komt niet alleen voor verrassingen te staan via dekrant en de tv, ook internet biedt verrassingen. Zo is ereen opleidingsinstituut dat mijn broek wil ophouden.Dat is ook wel nodig, aangezien mijn broek afzaktedoor hun e-mailbericht. Twee aankomende lassers methun broek omlaag. Gelukkig staan ze met hun achter-ste naar me gericht, maar het blijft geen gezicht. Neevan dit soort mailtjes word ik niet echt vrolijk en het isvoor mij een reden om dit opleidingsinstituut te mijden.Dan de laatste verrassing, die komt uit de laatste ver-sie van Lastechniek. Een lasmaatje wees me op hetlasbericht over een kunststof gascilinder. Een leukeontwikkeling, maar wat te denken van de mededelingdat de nieuwe gascilinder 100 % waterdicht is. Onno-dig, alsof elke cilinder die onder 300 bar overdruk staatniet waterdicht zou zijn. Weet u overigens ook het ver-schil tussen ‘gebruikers’ en ‘echte gebruikers’ van denieuwe gascilinder? Wat is het toch lastig om eengoede tekst te produceren.
Verrassingen
Lastechniek #4
Voor redactionele bijdragen en advertenties kunt u ons bellen071 589 56 44 of e-mailen: redactie@vakbladlastechniek.nl
met als thema NDO en DOverschijnt begin april
Waarom certificeren?Het vak lastechniek is voortdurend in beweging. Nor-men en regelgeving worden regelmatig gewijzigd,nieuwe materialen worden toegepast, er worden nieuwelastechnieken ontwikkeld en er worden steeds hogereeisen gesteld aan het werk. Om als lasdeskundige ze-kerheid te verschaffen voor uzelf, maar ook voor uw op-drachtgevers, kunt u zich voor het specifieke vakgebiedlastechniek laten certificeren. Het NIL is actief op het ge-bied van tal van certificeringen.
HandvaardigheidcertificatenLasserkwalificatiecertificatie volgens:• NEN-EN 287-1• NEN-EN-ISO 9606-2 t/m 5• ASME BPV section IX• AWS D1.1• NEN-EN 1418• NEN-EN 13133
Het NIL certificeert!Het certificaat van VakbekwaamheidHet Certificaat van Vakbekwaamheid, vaak Persoons-certificaat genoemd, is een getuigschrift van een certifi-catie-instelling dat de houder van het certificaat heeftbewezen aan de vakbekwaamheidseisen te voldoenvoor het betreffende beroepsprofiel. Het NIL certificeertvolgens de EN ISO/IEC 17024: Conformiteitsbeoorde-ling - Algemene eisen voor instellingen die persoons-certificatie uitvoeren.
Productcertificatie• Lasmethodekwalificatie conform de
NEN-EN-ISO 15614
BedrijfscertificatieKwaliteit is herkenbaar aan de hand van het procescer-tificaat en certificatiebeeldmerk. Het NIL is door EWF/IIWgeautoriseerd als Authorised National Body for Com-pany Certification (ANBCC) om deze taak uit te voerenin Nederland, op basis van de EN ISO 3834. Daarnaasttreedt het NIL ook op als ANBCC in België, natuurlijkmet goedvinden van het BIL.
• IIW certificaat volgens EN-ISO 3834
Erkenning van opleidingsinstelling voor nationale en internationale opleidingen
Nationaal• NIL Handvaardigheidopleidingen
niveau 3 en 4Internationaal• International Welding Engineer (IWE) • International Welding Technologist (IWT)• International Welding Specialist (IWS)• International Welding Practitioner (IWP)• International Welding Inspection for Personnel
(IWIP B, S en C)
PED goedkeuringsverklaringen, NIL als art.13instelling (aangewezen door Min. SZW)
• Lasserkwalificatiecertificaten• Lasmethodekwalificaties
Kadercertificaten• Laspraktijkingenieur (LPI)• Middelbaar Lastechnicus (MLT)• Lasspecialist (LS)• Beoordelaar voor Lasserkwalificaties (BDL)• Lascoördinator conform de EN 1090-2
(RWC EN-1090)
RUBRIEK
Meer informatie over alle activiteiten is op te vragen bij het NIL, Postbus 190, 2700 AD Zoetermeer. T 088 400 85 60, F 079 353 11 78, E info@nil.nl.Actuele informatie staat op www.vakbladlastechniek.nl en op www.nil.nl/algemenelasinfo
Lasgroep Noord (LGN)Plaats van samenkomst:Rsg De Borgen; Waezenburglaan 51a; Leek
Lasgroep West (LGW)Plaats van samenkomst:Tata Steel Training Centre; Rooswijklaan 61; 1951 MH Velsen-Noord
Lasgroep Oost (LGO)Plaats van samenkomst:Sg Sprengeloo; Sprengenweg 81; Apeldoorn
Lastechnische Discussiegroep Rotterdam (LDR)Plaats van samenkomst:Applus-RTD; Delftweg 111; Rotterdam
Zeeuwse Lasgroep (ZLG)Plaats van samenkomst:Wisselend, voor meer informatie kijkt u op zeeuwselasgroep.nl
Lasgroep Zuid (LGZ)Plaats van samenkomstSociaal Cultureel Centrum De Enck OirschotDe Loop 67; 5688EW Oirschot
Lasgroep Zuid-Limburg (LZL)Plaats van samenkomst:Amerikalaan 35; Maastricht-Airport
Lasgroep Noord (LGN)07-03-2013 Jaarvergadering en
bedrijfsbezoek FIB Leeuwarden
Lasgroep Oost (LGO)14-03-2013 Jaarvergadering en presentatie over
stof- en dampafzuiging door Lebon&Gimbrair
18-04-2013 Bedrijfsbezoek in de regio
Lasgroep West (LGW)19-09-2013 Excursie Schweissen und Schneiden:
aanmelding mogelijk via website
Lastechnische Discussiegroep Rotterdam (LDR) 12-03-2013 ASME Section IX door Arjan Roza16-04-2013 Gloeien, door Guillaume Venmans
Zeeuwse Lasgroep (ZLG)Programma 2013 nog niet bekend
Lasgroep Zuid (LGZ)Programma 2013 nog niet bekend
Lasgroep Zuid-Limburg (LZL)12-03-2013 Lezing over lasrobots,
door Patrick Waltmans, Eddie Mennen en Ruud de Corti
16-04-2013 Lezing wolfraamelektroden, door Piet van der Horst. Lezing PBM’s, door Marcel de Caluwé
Lasgroep VlaanderenPlaats van samenkomstWisselend, voor meer informatie kijkt u op www.bil-ibs.be/lasgroep-vlaanderen
36
maar t 2013
Activiteiten bij de lasgroepen
RUBRIEKmaar t 2013
37
Wat zijn je belangrijkste dagelijkse werkzaamheden?“Die zijn heel gevarieerd, omdat we veel verschillende
producten maken. Iets wat ik veel doe is het lassen van
non-ferro opbergkisten voor onder vrachtwagens, maar
ik maak bijvoorbeeld ook rvs uitlaten, aluminium steun-
tjes en rvs rakels voor gordijndrukmachines.”
Welke opleiding heb je gevolgd?“Eerst heb ik een BBL-opleiding niveau 2 gedaan, en
daarna niveau 3, richting constructie en apparatenbouw.
In de avonduren heb ik verschillende lasdiploma’s ge-
haald: MIG/MAG niveau 1 en 2, TIG niveau 1 voor staal,
en TIG niveau 2 en 3 voor rvs en aluminium.”
Waarom heb je gekozen voor het lassersvak?“Nadat ik van de middelbare school kwam ben ik eerst
een poosje gaan werken, om erachter te komen wat ik pre-
cies wilde. Samen met mijn vader heb ik toen een keer een
beginnerscursus lassen gevolgd. Ik had het nog nooit eer-
der gedaan, maar het sprak me meteen aan. Daarna ben ik
gericht op zoek gegaan naar een bedrijf waar ik het las-
sersvak zou kunnen leren.”
Hoe ben je bij Kuyer Metaal terechtgekomen?“Omdat ik lasser wilde worden via een BBL-opleiding,
was ik op zoek naar een leerbedrijf. Op internet ben ik
gaan zoeken naar lasbedrijven in mijn omgeving. Kuyer
Metaal was een door Kenteq erkend bedrijf dat me wel
aansprak. Ik schreef een open sollicitatiebrief en werd
meteen uitgenodigd voor een gesprek en een rondleiding
door de fabriek. Het beviel goed van beide kanten, en zo
ben ik hier in 2006 begonnen.”
Op Youtube zag ik dat jullie een lasrobot hebben. Werkje daar wel eens mee?“Ja, daar heb ik ook wel eens mee gewerkt. Het is een heel
mooi apparaat, en je krijgt mooie lassen, maar persoonlijk
las ik toch liever met de hand. Ik kan dan meteen zien wat
er gebeurt, terwijl je dat bij de lasrobot pas achteraf kunt
zien. Maar het is vooral een andere manier van werken;
met de lasrobot ben je meer een programmeur. Ik denk
trouwens wel dat het een vereiste is dat je zelf goed kunt
lassen om goed met een lasrobot te kunnen werken.”
Wat maakt iemand tot een goede lasser?“Het moet in je zitten; je moet het zien. Je moet veel ge-
duld hebben en vrij precies zijn, maar je moet er vooral
lol in hebben. Een goede lichamelijke conditie is ook han-
dig, omdat het soms ook wel zwaar werk kan zijn, als je
bijvoorbeeld in een moeilijke positie moet lassen.”
Hoe zou je jongeren kunnen interesseren voor dit vak?“Ik denk dat scholen veel meer met hun leerlingen bedrij-
ven langs moeten gaan, om te laten zien wat daar gebeurt.
Die lasrobot bijvoorbeeld, zal veel kinderen aanspreken.
Ze zijn gewend om met computers om te gaan en ze vin-
den het leuk om op knopjes te drukken. Zo laat je jonge-
ren zien hoe gevarieerd het werk kan zijn.”
Hoe zie jij je toekomst?“Ik ga elke dag met plezier naar mijn werk en ik denk dat
dat zo blijft. Ik zou zoveel mogelijk lasdiploma’s willen
halen en verder groeien in dit vak. Mijn werkgever sti-
muleert me hierin en ik heb me al aangemeld voor een las-
cursus niveau 4.
Naam: Gert-Jan van Heusden - Leeftijd: 27 jaarFunctie: Lasser en plaatwerker bij Kuyer Metaal te Nijkerk
door Margriet Wennekes, fotografie Robert Koelewijn
InterlasTheemsweg 4 - 3197 KM RotterdamT 0181 29 57 50 - F 0181 21 81 24E info@interlas,nlwww.interlas.nl
Lincoln Electric Smitweld B.V.Nieuwe Dukenburgseweg 206534 AD NijmegenPostbus 253 - 6500 AG NijmegenT 024 352 29 11 - F 024 352 22 02E info@lincolnelectric.nlwww.lincolnelectric.nl
Lincoln Electric Smitweld B.V.Nieuwe Dukenburgseweg 206534 AD NijmegenPostbus 253 - 6500 AG NijmegenT 024 352 29 11 - F 024 352 22 02E info@lincolnelectric.nlwww.lincolnelectric.nl
Lincoln Electric Smitweld B.V.Nieuwe Dukenburgseweg 206534 AD NijmegenPostbus 253 - 6500 AG NijmegenT 024 352 29 11 - F 024 352 22 02E info@lincolnelectric.nlwww.lincolnelectric.nl
Lincoln Electric Smitweld B.V.Nieuwe Dukenburgseweg 206534 AD NijmegenPostbus 253 - 6500 AG NijmegenT 024 352 29 11 - F 024 352 22 02E info@lincolnelectric.nlwww.lincolnelectric.nl
LASTOORTSEN
Valk Welding B.V.Staalindustrieweg 15Postbus 60 - 2950 AB AlblasserdamT 078 691 70 11 - F 078 691 95 15E info@valkwelding.comwww.valkwelding.com
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E info@hetlashuis.nlwww.hetlashuis.nl
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E info@hetlashuis.nlwww.hetlashuis.nl
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
BRANCHESBRANCHES maar t 2013 maar t 2013
ADVIES en CONSULTANCY AFZUIGINSTALLATIES enLUCHTBEHANDELING
AUTOMATISCHE LASHELMEN
GEAUTOMATISEERD SNIJDEN
INDUSTRIËLE GASSEN
LASACCESSOIRES
LASAPPARATUUR ENANDERE TOEBEHOREN
ADK TechniekStaalindustrieweg 15Postbus 60 - 2950 AB AlblasserdamT 078 750 38 20 - F 078 750 38 21E info@adktechniek.nlwww.adktechniek.nl
Air Liquide Welding Nederland B.V.Rudonk 6b - 4824 AJ BredaPostbus 6902 - 4802 HX BredaT 076 541 00 80 - F 076 541 58 96E info@alwn.nlwww.alwn.nl
Air Liquide Welding Nederland B.V.Rudonk 6b - 4824 AJ BredaPostbus 6902 - 4802 HX BredaT 076 541 00 80 - F 076 541 58 96E info@alwn.nlwww.alwn.nl
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E info@hetlashuis.nlwww.hetlashuis.nl
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
ADK TechniekStaalindustrieweg 15Postbus 60 - 2950 AB AlblasserdamT 078 750 38 20 - F 078 750 38 21E info@adktechniek.nlwww.adktechniek.nl
ADK TechniekStaalindustrieweg 15Postbus 60 - 2950 AB AlblasserdamT 078 750 38 20 - F 078 750 38 21E info@adktechniek.nlwww.adktechniek.nl
LAS- EN SNIJTOORTSEN
LASTOEVOEGMATERIALEN
MANIPULATOREN ENMECHANISATIE
MECHANISATIE EN AUTOMATISERING
Valk Welding B.V.Staalindustrieweg 15Postbus 60 - 2950 AB AlblasserdamT 078 691 70 11 - F 078 691 95 15E info@valkwelding.comwww.valkwelding.com
Valk Welding B.V.Staalindustrieweg 15Postbus 60 - 2950 AB AlblasserdamT 078 691 70 11 - F 078 691 95 15E info@valkwelding.comwww.valkwelding.com
Linde Gas Benelux B.V.Havenstraat 1 - 3115 HC SchiedamPostbus 78 - 3100 AB SchiedamT 010 246 14 70 - F 010 246 15 06E metaal@nl.lindegasbenelux.comwww.linde-gas.nl
Linde Gas Benelux B.V.Havenstraat 1 - 3115 HC SchiedamPostbus 78 - 3100 AB SchiedamT 010 246 14 70 - F 010 246 15 06E metaal@nl.lindegasbenelux.comwww.linde-gas.nl
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E info@hetlashuis.nlwww.hetlashuis.nl
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E info@hetlashuis.nlwww.hetlashuis.nl
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
AIB-Vinçotte Nederland B.V.Takkebijsters 8 - 4817 BL BredaPostbus 6869 - 4802 HW BredaT 076 571 22 88 - F 076 587 47 60E info@vincotte.nlwww.vincotte.nl
Air Liquide Welding Nederland B.V.Rudonk 6b - 4824 AJ BredaPostbus 6902 - 4802 HX BredaT 076 541 00 80 - F 076 541 58 96E info@alwn.nlwww.alwn.nl
Air Liquide Welding Nederland B.V.Rudonk 6b - 4824 AJ BredaPostbus 6902 - 4802 HX BredaT 076 541 00 80 - F 076 541 58 96E info@alwn.nlwww.alwn.nl
ATTC B.V.Fornheselaan 2443734 GE Den DolderT 030 225 95 00 - F 030 225 95 01E info@attc-bv.euwww.attc-bv.eu
Slijtdelen voor snijprocessen: plasma,autogeen, laser.Slijtdelen voor lasprocessen: MIG, TIG,OP. Las- en snijtoortsen
ATTC B.V.Fornheselaan 2443734 GE Den DolderT 030 225 95 00 - F 030 225 95 01E info@attc-bv.euwww.attc-bv.eu
Slijtdelen voor snijprocessen: plasma,autogeen en laser.Slijtdelen voor lasprocessen: MIG, TIGen OP. Las- en snijtoortsen
38 39
Czaar Peterstraat 2291018 PL AmsterdamT +31 (0)20 556 35 55E info.amsterdam@element.comVoorerf 18 - 4824 GN BredaT +31 (0)76 5424 300E info.breda@element.comwww.element.com
Locaties Benelux: Amsterdam, Antwerpen, Beek, Breda,Hengelo, Rotterdam, Veendam.
Czaar Peterstraat 2291018 PL AmsterdamT +31 (0)20 556 35 55E info.amsterdam@element.comVoorerf 18 - 4824 GN BredaT +31 (0)76 5424 300E info.breda@element.comwww.element.com
Locaties Benelux: Amsterdam, Antwerpen, Beek, Breda,Hengelo, Rotterdam, Veendam.
Exova B.V.Hofweg 5 - 3208 LE SpijkenisseT 0181 61 71 44E spijkenisse@exova.comKap. Nemostraat 12 - 7821 AC EmmenT 0591 61 85 55E emmen@exova.comwww.exova.com
Exova B.V.Hofweg 5 - 3208 LE SpijkenisseT 0181 61 71 44E spijkenisse@exova.comKap. Nemostraat 12 - 7821 AC EmmenT 0591 61 85 55E emmen@exova.comwww.exova.comCHEMISCHE METAAL-
OPPERVLAKTEBEHANDELING
Henkel Benelux Adhesive TechnologiesT +32 (0)2 421 25 59F +32 (0)2 421 25 99E info@henkel.comwww.henkel.nl
Henkel is wereldmarktleider op het vlakvan oplossingen voor lijmen, afdichtenen oppervlaktebehandeling.
Henkel Benelux Adhesive TechnologiesT +32 (0)2 421 25 59F +32 (0)2 421 25 99E info@henkel.comwww.henkel.nl
Henkel is wereldmarktleider op het vlakvan oplossingen voor lijmen, afdichtenen oppervlaktebehandeling.
Henkel Benelux Adhesive TechnologiesT +32 (0)2 421 25 59F +32 (0)2 421 25 99E info@henkel.comwww.henkel.nl
Henkel is wereldmarktleider op het vlakvan oplossingen voor lijmen, afdichtenen oppervlaktebehandeling.
LIJMEN
Lorch Lastechniek B.V.Postbus 5 - 2200 AA NoordwijkT 071 362 56 27 - F 071 362 38 85E lorch.nl@lorch.bizwww.lorch.eu
Vecom Metal Treatment B.V.Mozartlaan 3 - 3144 NA MaassluisT 010 593 02 99 - F 010 593 02 23E sales@vecom.nlwww.vecom.nl
Magnatech International B.V.De Amer 24 - 8253 RC DrontenT 0321 38 66 77 - F 0321 31 41 65E info@magnatech-international.comwww.magnatech-international.com
Air Liquide Welding Nederland B.V.Rudonk 6b - 4824 AJ BredaPostbus 6902 - 4802 HX BredaT 076 541 00 80 - F 076 541 58 96E info@alwn.nlwww.alwn.nl
Lincoln Electric Smitweld B.V.Nieuwe Dukenburgseweg 206534 AD NijmegenPostbus 253 - 6500 AG NijmegenT 024 352 29 11 - F 024 352 22 02E info@lincolnelectric.nlwww.lincolnelectric.nl
Nederman/Lebon & GimbrairVoltaweg 32 - 3752 LP BunschotenPostbus 225 - 3750 GE BunschotenT 033 298 81 22 - F 033 298 80 24E info@nederman.nlwww.lebon.nl
ATTC B.V.Fornheselaan 2443734 GE Den DolderT 030 225 95 00 - F 030 225 95 01E info@attc-bv.euwww.attc-bv.eu
Slijtdelen voor snijprocessen: plasma,autogeen, laser.Slijtdelen voor lasprocessen: MIG, TIG,OP. Las- en snijtoortsen
KEURINGEN
LASKWALIFICATIES/CERTIFICERING
De Vlamboog B.V.Wijkermeerstraat - 2131 HB HoofddorpPostbus 298 - 2130 AG HoofddorpT 023 567 55 00 - F 023 563 74 91E info@vlamboog.nlwww.vlamboog.nl
Valk Welding B.V.Staalindustrieweg 15Postbus 60 - 2950 AB AlblasserdamT 078 691 70 11 - F 078 691 95 15E info@valkwelding.comwww.valkwelding.com
InterlasTheemsweg 4 - 3197 KM RotterdamT 0181 29 57 50 - F 0181 21 81 24E info@interlas,nlwww.interlas.nl
InterlasTheemsweg 4 - 3197 KM RotterdamT 0181 29 57 50 - F 0181 21 81 24E info@interlas,nlwww.interlas.nl
WTT LasopleidingenTheemsweg 4 - 3197 KM RotterdamT 0181 29 57 50 - F 0181 21 81 24E info@interlas,nlwww.interlas.nl
WTT LasopleidingenTheemsweg 4 - 3197 KM RotterdamT 0181 29 57 50 - F 0181 21 81 24E info@interlas,nlwww.interlas.nl
Kijk voor een volledig dealeroverzicht op:
www.multivisionhelmet.comOf bel Vlamboog B.V. tel.: 023-56 75 500 voor een dealer bij u in de buurt.
Keep Watching
Cassette specifi catiesAfmeting fi lter cassette 110 x 90 x 8,5 mm
Afmeting zichtveld 96 x 42 mm
Kleurinstelling traploos 4-9 /13
Reactietijd 0,1 ms
Lichtgevoeligheid traploos instelbaar
Aantal lassensoren 2
Vertragingstijd traploos 0,1-0,9 sec.
Werktemperatuur -10°C / 55°C
Slijpstand ja
Energie zonnecel & lithium batterij
Gewicht compleet 517 gram
NEN /EN 175 B geschikt voor slijpen
EN 379 1/3/1
Bestelnr. 444750265
excl. BTW
e 95,50
Cassette met slijpstand
Maximale bescherming
Optimaal draagcomfort
Extreem helder zicht
Geschikt voor elk las- en slijpproces
CARBON
ROBOTS EN ROBOTISERING
BRANCHES maar t 2013
SNIJDEN
ATTC B.V.Fornheselaan 2443734 GE Den DolderT 030 225 95 00 - F 030 225 95 01E info@attc-bv.euwww.attc-bv.eu
Slijtdelen voor snijprocessen: plasma,autogeen en laser.Slijtdelen voor lasprocessen: MIG, TIGen OP. Las- en snijtoortsen
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E info@hetlashuis.nlwww.hetlashuis.nl
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
VOORBEWERKINGSAPPARATUURVOOR PIJP EN PLAAT
WARMTEBEHANDELING
Delta Heat Services B.V.Scheelhoekweg 2 - 3251 LZ StellendamPostbus 52 - 3250 AB StellendamT 0187 49 69 40 - F 0187 49 68 40E info@delta-heat-services.nlwww.delta-heat-services.nl
• Elektrisch voorwarmen en gloeien• Inductie verwarmen• Stationaire gloeiovens• Mobiele gloeiovens• Uitdrogen beton / coatings• Verhuur / verkoop• Advisering
40
PLASMASNIJDEN
ATTC B.V.Fornheselaan 2443734 GE Den DolderT 030 225 95 00 - F 030 225 95 01E info@attc-bv.euwww.attc-bv.eu
Slijtdelen voor snijprocessen: plasma,autogeen en laser.Slijtdelen voor lasprocessen: MIG, TIGen OP. Las- en snijtoortsen
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E info@hetlashuis.nlwww.hetlashuis.nl
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
ORBITAAL EN APPARATUUROPLEIDINGEN EN CURSUSSEN
De Groot Lasopleidingen B.V.Weidehek 24 - 4824 AS BredaT 076 541 07 20 - F 076 542 72 95E info@lasopleidingen.nlwww.lasopleidingen.nl
Lastechnische opleidingen, adviseringen certificering.
Hogeschool Utrecht, Centrum voor Natuur & Techniek en ROC Midden NederlandNIL erkende opleidingen voor alle niveau’s en processen. • International Welding Engineer (IWE/ LPI)
• International Welding Technologist (IWT/ MLT)
• IWI-c erkenning door combinatie van IWE of IWT
met Inspectie- en keuringstechnieken.
• Lastechnisch construeren, Workshop lasnormen,
Lasopleidingen MIG/MAG, BMBE, TIG, Autogeen,
Laskwalificalties/ certificeringen, SMLT.
Ook cursussen op gebied van Materia-len, Procestechnologie, Onderhoud &Inspectie, Engineering, Bedrijfskunde(hbo, post-hbo en masterniveau).
Meer informatie CvNT Lenneke KokT 088 481 88 88E info@cvnt.nlwww.cvnt.nl
Meer informatie ROC Joost ZijderveldT 030 754 69 03E j.zijderveld@rocmn.nlbedrijfsopleidingen.rocmn.nl
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E info@hetlashuis.nlwww.hetlashuis.nl
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
Exova B.V.Hofweg 5 - 3208 LE SpijkenisseT 0181 61 71 44E spijkenisse@exova.comKap. Nemostraat 12 - 7821 AC EmmenT 0591 61 85 55E emmen@exova.comwww.exova.com
ONDERZOEK
ONDERHOUD & NIEUWBOUWINSPECTIE
3P Project Services B.V.Nijverheidsweg 4 - 4854 MT BavelT 0161 43 85 00 - F 0161 43 85 01E 3pqs@3pgroup.comwww.3pgroup.com
Totaalproject in inspectie en lastechnischeondersteuning en projectmanagement
Magnatech International B.V.De Amer 24 - 8253 RC DrontenT 0321 38 66 77 - F 0321 31 41 65E info@magnatech-international.comwww.magnatech-international.com
Valk Welding B.V.Staalindustrieweg 15, Postbus 60 - 2950 AB AlblasserdamT 078 691 70 11 - F 078 691 95 15E info@valkwelding.comwww.valkwelding.com
Materiaal Metingen Testgroep B.V.MME GroupRietdekkerstraat 16 - RidderkerkPostbus 4222 - 2980 GE RidderkerkT 0180 48 28 28 - F 0180 46 22 40E info@mme-group.comwww.mme-group.com
Czaar Peterstraat 2291018 PL AmsterdamT +31 (0)20 556 35 55E info.amsterdam@element.comVoorerf 18 - 4824 GN BredaT +31 (0)76 5424 300E info.breda@element.comwww.element.com
Locaties Benelux: Amsterdam, Antwerpen, Beek, Breda,Hengelo, Rotterdam, Veendam.
Exova B.V.Hofweg 5 - 3208 LE SpijkenisseT 0181 61 71 44E spijkenisse@exova.comKap. Nemostraat 12 - 7821 AC EmmenT 0591 61 85 55E emmen@exova.comwww.exova.com
NDO/DO ONDERZOEK
Lincoln Electric Smitweld B.V.Nieuwe Dukenburgseweg 206534 AD NijmegenPostbus 253 - 6500 AG NijmegenT 024 352 29 11 - F 024 352 22 02E info@lincolnelectric.nlwww.lincolnelectric.nl
Lincoln Electric Smitweld B.V.Nieuwe Dukenburgseweg 206534 AD NijmegenPostbus 253 - 6500 AG NijmegenT 024 352 29 11 - F 024 352 22 02E info@lincolnelectric.nlwww.lincolnelectric.nl
Rolan Robotics B.V.De Corantijn 6 - 1689 AP ZwaagPostbus 135 - 1620 AC HoornT 0229 24 84 84 - F 0229 27 27 07E info@rolan-robotics.nlwww.rolan-robotics.nl
WTT LasopleidingenTheemsweg 4 - 3197 KM RotterdamT 0181 29 57 50 - F 0181 21 81 24E info@interlas,nlwww.interlas.nl
ITW WELDING PRODUCTS
levert een uniek en volledig producten programma
uit een aantal marktleidende merken. Het assortiment
omvat lastoevoegmaterialen, lasmachines, accessoires
en inductieve verwarming apparatuur.
Miller lasapparatuur
Miller is wereldwijd de marktleider op het gebied van
lasapparatuur. Miller staat al meer dan 80 jaar garant
voor uitstekende laseigenschappen, vooruitstrevende
innovatieve lasboogprocessen en bovenal ultieme
betrouwbaarheid!
Zeer uitgebreid pakket lastoevoegmaterialen
Keuze uit de vooraanstaande merken Elga, Hobart,
McKay en Trimark biedt u de mogelijkheid het juiste
lastoevoegmateriaal te selecteren voor elke specifieke
toepassing variërend van hoogwaardige verbindings-
lassen tot reparatie en oplassen.
ITW Welding Products BV
Edisonstraat 10
NL-3261 LD Oud-Beijerland
T +31 (0)186 641 444
F +31 (0)186 640 880
www.itw-welding.com
ITW WELDING PRODUCTS
Kennis en Passie voor Lassen
FORTUNE 200ITW Welding Products BV is onderdeel van Illinois
Tool Works Inc. (ITW), met ongeveer 800 business
units. ITW maakt deel uit van de “Fortune 200-lijst”
van Amerikaanse beurs genoteerde ondernemingen.
Vakkundige technische ondersteuning staat voor u klaar
Onze diensten en producten zijn gebaseerd op
“Quality and Know-How in Welding”.
ITW Welding Products biedt u een bekwaam team
van technische adviseurs. Zij kunnen u adviseren
en begeleiden op het gebied van efficiënte proces-
en productkeuze, het ontwikkelen van lasprocedures,
training en kwalificatie van lassers.
Geïnteresseerd in onze mogelijkheden?
Onze verkooporganisatie evenals zorgvuldig geselecteerde
dealers met gedegen vakkennis staan voor u klaar voor
ondersteuning en aanschaf van lasapparatuur en
lastoevoegmaterialen.
Bel ons op: Tel. 0186 641 444.
Wij zijn u graag van dienst!
top related