bloeiende bloemen - jufcarlijn.weebly.com · basisplan, procesfasenformulier &...
Post on 26-Feb-2019
222 Views
Preview:
TRANSCRIPT
BASISPLAN, PROCESFASENFORMULIER & OBSERVATIEFORMULIER
BEELDENDE VORMING
Bloeiende bloemen
Lesvoorbereiding beeldende vorming
Carlijn Luttikhuizen PEH16DA
BASISPLAN, PROCESFASENFORMULIER & OBSERVATIEFORMULIER
BEELDENDE VORMING
Basisplan : Carlijn Luttikhuizen
PEH16DA
Les:
Groep:
Bloeiende bloemen
1/2, basisschool Eigenwijs
Bron/Methode:
Datum:
Lesopbouw a.d.h.v. het boek:
Beeldonderwijs en didactiek.
Schasfoort,B. 2016, 5e druk.
28-03-2017
Betekenis
Wat zijn de inhouden en
associatiemogelijkheden?
Associatiemogelijkheden:
- de bloei is een nieuw begin
- lentekleuren
- seizoenen
Inhouden:
- patronen
- compositie
- kleurcodes (lentekleuren: denk
aan pastelkleuren)
Vorm
Met behulp van welke beeldaspecten
kunnen de inhouden vorm krijgen?
- Voorkennis ophalen
- Beeldmateriaal weergeven
- Concreet materiaal
Bij beeldende vorming is het
belangrijk het kind zelf te laten
ontdekken. Ik laat beeldmateriaal zien
van bloemstukken. Ik laat dus geen
voorbeeld zien van de opdracht.
Hiermee hoop ik dat de leerlingen zelf
een beeld gaan creëren en maken.
Materiaal
Welk materiaal is daarvoor geschikt,
welke mogelijkheden biedt het?
- Digibord
- Bloemen
- Takjes
- Vork
- Papier
- Verf
- Lijm
- Schaar
Het digibord geeft de voorbeelden
weer (of in overleg met juf S. print ik
deze uit). Ik laat dit zien zodat ze een
beeld krijgen van een boeket. Zelf
geven ze hun eigen invulling over hoe
hun de boeketten zien en deze gaan
vormgeven.
Beschouwing
Vanuit welke beelden kan het kind
betrokken worden bij het onderwerp?
- Praatplaat van de lente (zie
onder aan dit schema)
- Voorkennis uitwisselen
- Bloemstukken (zie onder aan
dit schema)
- Thema lente
BASISPLAN, PROCESFASENFORMULIER & OBSERVATIEFORMULIER
BEELDENDE VORMING
Onderzoek
Hoe kan het kind materialen en
beeldende aspecten verkennen?
- Uitproberen op een proefstukje
(vork en verf)
- Knippen van reepjes met een
schaar (steeltjes)
- Vorm kiezen (vaas)
Ik laat voorbeelden zien van
verschillende vormen vazen. Dan
mogen zij zelf hun vorm kiezen.
Met de vork gaan we oefenen. Ze
krijgen allemaal een vork en die dopen
ze in de verf om hier vervolgens een
afdruk van neer te zetten op papier.
Deze vorm kan zich dan uiten als een
‘tulp’. Dat is wat ik de leerlingen zelf
wil laten ontdekken. Zodra ze de
eerste afdruk gezet hebben vraag ik
dan ook:
- Waar lijkt deze afdruk op?
- Lijkt dit op een bloem?
- Wat zit er aan een bloem? (een
stengel). Dit zullen ze nog niet
kunnen verwoorden maar wel
aan kunnen wijzen op de
voorbeelden. Hierdoor
ontdekken ze zelf hoe een
boeket er uit ziet en gaan ze
dit met eigen invulling maken.
Werkwijze
Welke aanwijzingen over gebruik van
materiaal en gereedschap, en welke
vaardigheden?
- Drukkracht
- Kleur van de vork bij de goede
verf
- Rekening houden met elkaar
(wacht op je beurt als er een
bepaalde kleur niet tot je
beschikking is)
- Krant op je tafel
- Het knippen van de reepjes
betekent het gebruik van de
schaar. Hier ga ik erg bovenop
zitten want dit blijft een
leerpunt binnen deze groep.
- Deze afspraken bespreek ik
met de leerlingen voor we gaan
starten. Ook zal ik ze blijven
herhalen zodat ze zelf alert
blijven over het gebruik van de
materialen.
Reflectie
- Hebben de leerlingen eigen
inbreng geleverd aan de
gemaakte werkjes?
- Zie ik verschil tussen de
werkjes? (kleur, vorm, grootte
etc.)
- Snappen de leerlingen de term:
boeket?
- Hebben ze gebruik gemaakt
van verschillende materialen?
BASISPLAN, PROCESFASENFORMULIER & OBSERVATIEFORMULIER
BEELDENDE VORMING
Praatplaat Lente
- Wat zien we op deze praatplaat?
- Is het lekker weer in de lente?
- Bloemen komen tot bloei in de lente. (onderwerp om over te praten wat
voorbereidend is op de les)
- Blaadjes komen tot bloei, mensen werken in de tuin. Voorbeelden van
dingen die gebeuren in de lente.
BASISPLAN, PROCESFASENFORMULIER & OBSERVATIEFORMULIER
BEELDENDE VORMING
Voorbeelden van boeketten
Belangrijk:
- verschillende bloemen en vazen.
- Realistische foto’s. Geen voorbeeld laten zien van de vorkbloemen.
BASISPLAN, PROCESFASENFORMULIER & OBSERVATIEFORMULIER
BEELDENDE VORMING
Lesfasenformulier
Les: Bloeiende bloemen
Groep: 1/2
Bron/Methode: Zelf bedacht. Structuur van de les a.d.h.v.
het boek: Beeldonderwijs en didactiek, Schasfoort,B. 5e
druk 2016.
Datum: 28-03-2017
Fase Mijn activiteiten Activiteiten van de
kinderen
Voorbereiding:
Doel Context
Kinderen maken kennis
met de verschillende
mogelijkheden om zich in
beelden uit te drukken,
daarnaast leren ze
beeldende uitingen van
anderen te begrijpen en
leren ze genieten van
beeldende producten.
Van onderstaand maak ik
gebruik om dit doel te
realiseren.
- materiaal
- techniek
- onderzoek
- vorm
Kerndoel 54: De leerlingen
leren beelden, taal,
muziek, spel en beweging
te gebruiken om er
gevoelens en ervaringen
mee uit te drukken en om
ermee te communiceren
Bron: http://tule.slo.nl
De leerlingen bereiden zich
niet voor op de les. Wel
hebben ze een beginsituatie
die in het basisplan
beschreven staat.
BASISPLAN, PROCESFASENFORMULIER & OBSERVATIEFORMULIER
BEELDENDE VORMING
Oriëntatie: Introduceren
Informeren Instrueren
(opdracht)
+/- 10 min
Introductie:
- sfeer scheppen
- doelen bewust maken
- informeren en
instrueren: beeldend en
interactief
Ik ga gebruik maken van
hetgeen wat kinderen
kunnen zien. Kijkend naar
de praatplaat en kijkend
naar de uitgeprinte
boeketten. Hiermee
probeer ik de kinderen te
motiveren voor de
opdracht. Hiernaast stel ik
de vragen over de
praatplaat en de
boeketten. Afsluitend
maak ik de afspraken over
het omgaan met het
materiaal en de werkwijze
van de les.
De leerlingen worden
geïntroduceerd met een
boeket. Ze worden
geïnformeerd over de vorm
van de les (afspraken) en
geïnstrueerd over de
opdracht.
Uitvoering: Observeren
Begeleiden Afronden
+/- 15-20 min
In deze fase ben ik als
leerkracht onderwijzend.
Ik observeer, begeleid en
help waar nodig. Binnen de
beeldende vorming moet ik
hierbij op mijn intuïtie
afgaan bij de uitvoering. Ik
kan hier niet op papier
beschrijven wat er gaat
gebeuren en hoe ik hier op
inspeel.
Wel begeleid ik ze met drie
stappen:
- eerst de vaas kiezen
- vervolgens de steeltjes
maken
- als afronding de bloemen
vormgeven met de vork
Daarom hebben juf S. en
ik gekozen om de
uitvoering van de opdracht
in groepjes van vijf of zes
kinderen te laten doen.
Hierbij kan ik optimaal
observeren en begeleiden.
Kleuters hebben die
begeleiding nog nodig.
In deze fase is de leerling
actief. Zij gaan aan de slag
met de opdracht. Allereerst
de vaas, vervolgens de
stelen knippen en als laatste
ronden ze de opdracht af
door met de vorken de
bloemen te drukken.
De leerlingen moeten een
keuze van een vaas maken.
Hierbij zien ze drie
verschillende vazen.
Daarna gaan de leerlingen
knippen, plakken en met de
vork stempelen. Dit zijn
best veel activiteiten voor
het jonge kind. Het is dus
belangrijk dat ze een goede
introductie hebben gehad
en een duidelijke uitleg.
BASISPLAN, PROCESFASENFORMULIER & OBSERVATIEFORMULIER
BEELDENDE VORMING
Nabeschouwing: Nabespreken
Beoordelen Presenteren
Vond je het leuk om te
doen?
Vond je het moeilijk?
Wil je het nog eens doen?
Of wil je wat anders doen?
Dit zijn vragen die ik de
leerlingen kan stellen. Om
de nabespreking
aantrekkelijk te maken
moet ik ervoor zorgen dat
hun werk zichtbaar is, geef
alle leerlingen deze
aandacht en probeer ze
kijkend en luisterend
aandachtig te houden.
De leerlingen bewonderen
hun werk en gaan met mij
in nabespreking. Bij
afronding mogen ze de
spullen opruimen die niet
meer nodig zijn en een
ander werkje kiezen.
Evaluatie: Reflecteren
Vooruitkijken
Hoe is de les verlopen?
Hoe zien de eindresultaten
eruit?
Hoe was de aandacht van
de leerlingen?
Zijn ze trots op hun werk?
Zit er veel variatie in de
werkjes?
Deze vragen moet ik
achteraf kunnen
beantwoorden. Samen met
juf S. bespreek ik de les en
krijg ik feedback over
hetgeen wat de volgende
keer anders kan/moet.
BASISPLAN, PROCESFASENFORMULIER & OBSERVATIEFORMULIER
BEELDENDE VORMING
Dingen die mij opgevallen zijn:
- Meerdere leerlingen begrepen dat een vaas doorzichtig kon zijn. Dit verwerkten ze in hun boeket, de steeltjes kwamen
verder naar beneden. Andere leerlingen zien de lijn en denken dat dat het startpunt is van de steel. (Dit kan natuurlijk wel,
mits de vaas doorzichtig is) - Leerling F, Y, S en R hebben nog moeite met het knippen. Zij
konden de schaar nauwelijks vasthouden - Groep 2 leerlingen maakten meer steeltjes dan leerlingen uit
groep 1 (Ik had de afspraak gemaakt: minimaal 5 steeltjes) - Groep 2 leerlingen maakte meer gebruik van verschillende
kleuren - Het reflecteren met de leerlingen van groep 2 ging
makkelijker dan de leerlingen uit groep 1.
- Zodra een leerling klaar was en zijn/haar spullen had opgeruimd vroeg ik nog eenmaal naar zijn werk. Wat heb je
nu gemaakt? Op drie leerlingen na kon iedereen mij het goede antwoord geven. Een boeket.
- Alle leerlingen vonden het leuk om te stempelen met de vork. Hier genoten ze echt van.
- Een paar leerlingen beseften, na het observeren van de foto’s van de boeketten, dat er water in de vaas hoort. Dit heb ik er
niet bij vertelt. Dit bedachten ze helemaal zelf.
top related