5. plaats op de rbews op shool - rijbewijs op school · 53 rbews op shool 5.1 hoofdregel •...

6
51 5. PLAATS OP DE OPENBARE WEG

Upload: vuque

Post on 29-Dec-2018

220 views

Category:

Documents


0 download

TRANSCRIPT

Page 1: 5. PLAATS OP DE RBEWS OP SHOOL - Rijbewijs op School · 53 RBEWS OP SHOOL 5.1 Hoofdregel • Wanneer een openbare weg een rijbaan omvat, moet je die volgen. Dat betekent dat je niet

51

RIJB

EWIJ

S OP

SCH

OOL

5. PLAATS OP DE OPENBARE WEG

Page 2: 5. PLAATS OP DE RBEWS OP SHOOL - Rijbewijs op School · 53 RBEWS OP SHOOL 5.1 Hoofdregel • Wanneer een openbare weg een rijbaan omvat, moet je die volgen. Dat betekent dat je niet

52

RIJB

EWIJ

S OP

SCH

OOL

Page 3: 5. PLAATS OP DE RBEWS OP SHOOL - Rijbewijs op School · 53 RBEWS OP SHOOL 5.1 Hoofdregel • Wanneer een openbare weg een rijbaan omvat, moet je die volgen. Dat betekent dat je niet

53

RIJB

EWIJ

S OP

SCH

OOL

5.1 Hoofdregel

• Wanneer een openbare weg een rijbaan omvat, moet je die volgen. Dat betekent dat je niet op de gelijk-grondse bermen of op andere delen van de openbare weg mag rijden.

• Als bestuurder moet je zo dicht mogelijk bij de rechterrand van de rijbaan blijven, zowel op autosnelwegen als wegen met twee of meer rijstroken. Dat zorgt voor veiliger en vlotter verkeer. Behalve:

> in aanwezigheid van andere weggebruikers op de rijbaan (fietsers, voetgangers); > als bomen en struiken dicht bij de rand van de rijbaan staan of overhellen; > als het wegdek in slechte staat is (bv. afgebrokkelde zijkanten); > bij waterplassen of sneeuwophoping.

5.2 Uitzonderingen op de hoofdregel

PleinenOp pleinen hoef je niet zo dicht mogelijk bij de rechterrand van de rijbaan te rijden.

RotondesBehalve wanneer een gedeelte van de openbare weg voor je is voorbehouden, hoef je op een rotonde niet zo dicht mogelijk bij de rechterrand van de rijbaan te rijden. Je moet rekening houden met de markeringen die rijstroken afba-kenen, maar je mag de rijstrook volgen die het best aan je bestemming beantwoordt.

Bepaalde verkeersbordenBij aanwijzingen met volgende verkeersborden moet je niet zo dicht mogelijk bij de rechterrand van de rijbaan rijden:

• F13 = keuze van rijstrook;• F15 = keuze van richting.

Nadat je de aanwijzingen gevolgd hebt, moet je van zodra dat kan terug rechts rijden.

RijstrookkeuzeBij rijstrookkeuze binnen de bebouwde kom mag je als bestuurder de rijstrook volgen die het best aan je bestemming beantwoordt:

• op rijbanen met eenrichtingsverkeer die in rijstroken verdeeld zijn;• op rijbanen met tweerichtingsverkeer die verdeeld zijn in vier of meer rijstroken,

waarvan er minstens twee bestemd zijn voor iedere richting (2 x 2 rijstroken).

FileverkeerWanneer de verkeersdrukte het rechtvaardigt, mag het verkeer in meer files rijden:

• op rijbanen met tweerichtingsverkeer die verdeeld zijn in vier of meer rijstroken, op voorwaarde dat alleen op de rijstroken bestemd voor het verkeer in de gevolgde richting gereden wordt (meestal 2 x 2 rijstroken);

• op rijbanen met eenrichtingsverkeer, zelfs zonder rijstroken; • op rijbanen die in rijstroken verdeeld zijn en waarboven verkeerslichten in de vorm van groene naar beneden

gerichte pijlen hangen.

MotorfietsenOp een rijbaan die niet in rijstroken verdeeld is, zijn motorfietsers niet verplicht om (uiterst) rechts te rijden, op voor-waarde dat ze op het gedeelte van de weg blijven dat in hun rijrichting opengesteld is. Op een rijbaan verdeeld in rijstroken mag de motorfiets over de ganse breedte van zijn rijstrook rijden.

F13a F13b F15

Page 4: 5. PLAATS OP DE RBEWS OP SHOOL - Rijbewijs op School · 53 RBEWS OP SHOOL 5.1 Hoofdregel • Wanneer een openbare weg een rijbaan omvat, moet je die volgen. Dat betekent dat je niet

54

RIJB

EWIJ

S OP

SCH

OOL

5.3 Het verkeer wordt geleid

5.3.1 Algemeen

Het verkeer kan geleid worden door inrichtingen die daarvoor speciaal op het wegdek zijn aangebracht. Voorbeelden zijn zuilen, verkeersgeleiders, speciaal daarvoor aange-legde grasperken of verhogingen. Die inrichtingen moet je:

• rechts voorbijrijden, dus aan de linkerkant laten;• behalve wanneer verkeersborden D1 of F21 op de inrichting zijn aange-

bracht.

5.3.2 Vluchtheuvels

Een vluchtheuvel aan een tram- of bushalte of aan een oversteekplaats rijd je rechts voorbij. Enkel bij druk verkeer of wanneer verkeersbord F21 het toelaat, mag je hem links of rechts voorbijrijden.

5.3.3 Meerdere rijbanen

Als de openbare weg bestaat uit twee of meer rijbanen die duidelijk van elkaar gescheiden zijn, mag je de voor jou links gelegen rijbaan niet volgen (tenzij een verkeersbord het verplicht). Zo’n afscheiding is meestal een gelijkgrondse midden-berm, een niet voor voertuigen toegankelijke ruimte of een verschil in niveau.

5.4 De plaats van fietsers en bestuurders van bromfietsen

5.4.1 Berijdbaar fietspad met markeringen

Als er een berijdbaar fietspad is, aangeduid door markeringen, moet je als fietser of be-stuurder van een tweewielige bromfiets klasse A het rechts in jouw rijrichting gelegen fietspad volgen.

5.4.2 Berijdbaar fietspad met verkeersborden

Wanneer er een berijdbaar fietspad is, aangeduid door D7 of D9 moet je als fietser en bestuurder van een tweewielige bromfiets klasse A het fietspad volgen als het in de door jou gevolgde rijrichting is gesignaleerd, ook als het fietspad links ligt.

5.4.3 Fietspad als deel van de weg

Wanneer een fietspad een deel van de openbare weg is, aangeduid met D10, moet je als fietser dat deel van de openbare weg gebruiken.

5.4.4 Geen fietspad

Als er geen fietspad is, rijd je als fietser of bromfietser zo rechts mogelijk op de rijbaan. In een fietsstraat moet je niet rechts rijden. Bij eenrichtingsverkeer mag je de hele breedte van de rijbaan gebruiken, bij tweerichtingsverkeer de hele rechterhelft van de rijbaan.

Binnen en buiten de bebouwde kom mag je als fietser of bestuurder van een tweewielige bromfiets klasse A de rechts in jouw rijrichting gelegen gelijkgrondse berm (en parkeerzone) volgen, op voorwaarde dat je andere weggebruikers (voet-gangers) voorrang verleent.

Buiten de bebouwde kom mag je als fietser de rechts in jouw rijrichting gelegen trottoirs en verhoogde bermen volgen, op voorwaarde dat je andere weggebruikers (voetgangers) voorrang verleent.

D1

F21

D7

D9

D10

Page 5: 5. PLAATS OP DE RBEWS OP SHOOL - Rijbewijs op School · 53 RBEWS OP SHOOL 5.1 Hoofdregel • Wanneer een openbare weg een rijbaan omvat, moet je die volgen. Dat betekent dat je niet

55

RIJB

EWIJ

S OP

SCH

OOL

5.4.5 Bestuurders van tweewielige bromfietsen klasse B

Op plaatsen waar de snelheid beperkt is tot 50 km/u mag je als bestuurder van een tweewielige bromfiets klasse B of een speed pedelec kiezen of je de rijbaan of het fietspad volgt, op voorwaarde dat je andere weggebruikers die zich op het fietspad bevinden niet in gevaar brengt.

Waar een hogere snelheid dan 50 km/u is toegelaten, moet je het fietspad volgen.

Wegbeheerders kunnen bromfietsen klasse B en speed pedelecs verbieden of verplichten om fietspaden te gebruiken door verkeersbord D7 aangevuld met onderbord M6 of M7 te plaatsen.

5.5 Voortbewegingstoestellen

Als voortbewegingstoestellen niet sneller dan stapvoets gaan, moeten ze de regels voor voetgangers volgen. Als ze wel sneller dan stapvoets gaan, moeten ze de regels voor fietsers volgen.

De regels die andere weggebruikers moeten naleven ten opzichte van voetgangers en fietsers, gelden ook ten opzichte van gebruikers van voortbewegingstoestellen.

D7 M6 M7 M13 M15

Uitzondering

Kinderen van minder dan 9 jaar mogen zowel binnen als buiten de bebouwde kom op het trottoir en op de verhoogde berm rijden. Ze moeten in dat geval wel met een fiets rijden waarvan de wielen niet groter zijn dan 50 cm diameter (banden niet inbegrepen). Ook als er een fietspad is, mogen ze op het voetpad rijden. Ze mogen daarbij andere weggebruikers (voetgangers) niet in gevaar brengen.

Page 6: 5. PLAATS OP DE RBEWS OP SHOOL - Rijbewijs op School · 53 RBEWS OP SHOOL 5.1 Hoofdregel • Wanneer een openbare weg een rijbaan omvat, moet je die volgen. Dat betekent dat je niet

56

RIJB

EWIJ

S OP

SCH

OOL