daniquenum100.files.wordpress.com  · web viewik word goed begeleid door mijn mentor en ze vertelt...

33
Weekplanningen en weekreflecties. 44 dagen stage De Wingerd Roosendaal groep 7/8 Naam: Danique Meeuwissen Studentnummer: 60983

Upload: ngodan

Post on 26-Feb-2019

213 views

Category:

Documents


0 download

TRANSCRIPT

Weekplanningen en weekreflecties.44 dagen stageDe Wingerd Roosendaal groep 7/8

Naam: Danique MeeuwissenStudentnummer: 60983Leerkracht: Jos de Jong

Inhoudsopgav

e1 Reflectiecyclus van Korthagen.........................................................................32 Weekplanningen..............................................................................................4

2.1 Week 1 & 2................................................................................................42.2 Week 3 & 4................................................................................................52.3 Week 5 & 6................................................................................................62.4 Week 7 & 8................................................................................................72.5 Week 9 & 10..............................................................................................82.6 Week 11 & 12............................................................................................92.7 week 13 en 14.........................................................................................102.8 Week 15 en 16.........................................................................................112.9 Week 17 en 18.........................................................................................122.10 Week 19 en 20.........................................................................................132.11 Week 21 en 22.........................................................................................14

3 Weekreflecties...............................................................................................153.1 Weekreflectie week 1 en 2.......................................................................153.2 Weekreflectie week 3 en 4.......................................................................173.3 Weekreflectie week 5 en 6.......................................................................183.4 Weekreflectie week 7 en 8.......................................................................193.5 Weekreflectie week 9 en 10.....................................................................203.6 Weekreflectie week 11 en 12...................................................................213.7 Weekreflectie week 13 en 14...................................................................223.8 Weekreflectie week 15 en 16...................................................................233.9 Weekreflectie week 17 en 18...................................................................243.10 Weekreflectie week 19 en 20...................................................................253.11 Weekreflectie week 21 en 22...................................................................26

1 Reflectiecyclus van Korthagen

De weekreflectie vindt altijd plaats volgens de stappen en bijbehorende vragen van de cirkel van Korthagen

.

Fase 5 van de vorige keer (= fase 1 van deze cyclus):

Wat wilde ik bereiken?Waar wilde ik op letten?Wat wilde ik uitproberen?

Fase 2 (terugblikken):

Wat gebeurde er concreet? wat wilde ik? wat deed ik? wat dacht ik? wat voelde ik? wat denk ik dat de leerlingen wilden, deden, dachten, voelden?

Fase 3 (bewustwording van essentiële aspecten):

Hoe hangen de antwoorden op de vorige vragen met elkaar samen?Wat is daarbij de invloed van de context/de school als geheel?Wat betekent dat nu voor mij?Wat is dus het probleem (of de positieve ontdekking)?

Fase 4 (alternatieven):

Welke alternatieven zie ik? (oplossingen of manieren om gebruik te maken van mijn ontdekking)Welke voor- en nadelen hebben die?Wat neem ik me nu voor voor de volgende keer?

2 Weekplanningen

2.1 Week 1 & 2 28, 29 Augustus & 4, 5 September 2014

2.2 Week 3 & 4 11, 12 September & 18,19 September 2014

2.3 Week 5 & 6

2.4 Week 7 & 8

2.5 Week 9 & 10

2.6 Week 11 & 12

2.7 week 13 en 14

2.8 Week 15 en 16

2.9 Week 17 en 18

2.10 Week 19 en 20

2.11 Week 21 en 22

3 Weekreflecties

3.1 Weekreflectie week 1 en 2 ( 28 augustus, 29 augustus & 4 september, 5 september 2014, 5 september = sportdag)

Stap 1 (stap 5)Wat wilde ik bereiken?Het belangrijkste voor mij was de eerste twee weken om eens goed te kijken hoe de klas in elkaar zat.Hoe werkt de school? (Dalton onderwijs) Hoe werkt de leerkracht in de klas? Wat zijn de regels in de klas?Op deze vragen wilde ik allemaal antwoord. Hier kreeg ik ook antwoord op.Al snel kon ik aan de slag met de weekopening van 1 September. Deze dag was voor mij geen stagedag maar ik vond het erg leuk om de kinderen alvast te leren kennen.

Waar wilde ik op letten?Hoe worden de kinderen precies begeleid en hoe werkt het Dalton onderwijs.Dit was voor mij het belangrijkste. Ik kan niet beginnen met lesgeven voordat ik ongeveer weet hoe zo’n klas te werk gaat.Daarom waren deze twee eerste weken voor mij om te gaan kijken wat is nou het verschil tussen het werken in het regulier onderwijs en in het Dalton onderwijs.

Wat wilde ik uitproberen?Ik wilde vanaf de eerste dag de leerkracht zijn. Ik ben dus meteen de eerste dag aan de slag gegaan met het begeleiden van kinderen en het helpen in de groepjes tijdens het zelfstandig werken, omdat ik nog niet precies wist hoe het Dalton onderwijs in elkaar zat heb ik ervoor gekozen om alleen de gymles te geven. Deze les is precies hetzelfde als in het reguliere onderwijs.De rest van de 3 dagen heb ik vooral goed geobserveerd en veel gevraagd over de manier van lesgeven.

Stap 2Wat gebeurde er concreet? Kinderen en leerkrachten lieten zien hoe het werken op de school in elkaar zat.Vanaf de eerste dag konden zelfs kinderen precies vertellen wat de bedoeling was van het Dalton onderwijs.

Wat wilde ik? Ik wilde veel leren van de eerste dagen waardoor ik snel zelf les kon gaan geven.

Wat deed ik?Ik gaf de gymles om de kinderen alvast te laten wennen dat ze ook naar mij moesten luisteren.Ik heb duidelijk afspraken gemaakt met de kinderen waardoor ze ook weten dat de regels bij mij ook gelden. Wat dacht ik? Op momenten vond ik het lastig om er precies achter te komen hoe het onderwijs in elkaar zat. Dit kwam omdat de eerste weken opstartweken waren daarin kun je nog niet precies zien hoe het Dalton onderwijs op deze school gegeven wordt.

Wat voelde ik? Ik voelde me vanaf het begin thuis in de klas. Ik word goed begeleid door mijn mentor en ze vertelt veel over de school, de vakken en de manier waarop ze gegeven worden.

Wat denk ik dat de leerlingen wilden, deden, dachten, voelden?De leerlingen wilde weten hoe ik als leerkracht ben, ze testen je uit zoals ze dat altijd doen met een nieuwe leerkracht. Hierbij was het ook zo dat ze dachten dat ze naar mij niet hoefde te luisteren. Ik heb meteen aan de bel getrokken en ben met de klas in gesprek gegaan.

Stap 3:Hoe hangen de antwoorden op de vorige vragen met elkaar samen?Bij elkaar wil het zeggen dat ik 4 super leuke en leerzame dagen heb gehad. Ik heb veel geleerd van de manier waarop de kinderen leren op deze school.

Wat is daarbij de invloed van de context/de school als geheel?

De invloed van de school is hierbij heel groot omdat het natuurlijk een Dalton school is. Als het een reguliere school was geweest had ik meteen aan de slag gekund. Maar omdat het Dalton onderwijs anders in elkaar zit was dit voor mij even wennen. Ik ben er wel achter gekomen dat ik deze manier van onderwijs erg interessant vind en ik ben benieuwd hoe dit jaar gaat verlopen. Wat betekent dat nu voor mij?Ik ga een super leuk en heel leerzaam jaar in! Ik wil me verder ontwikkelen in het Dalton onderwijs. Ik ga me verdiepen in de theorie en ga de kinderen stimuleren en begeleiden.

Wat is dus het probleem (of de positieve ontdekking)?Het wordt een zwaar jaar om in te komen maar ik ga er hard mijn best voor doen en ik ga het zo gezegd in de handen krijgen!

Stap 4:Welke alternatieven zie ik? (oplossingen of manieren om gebruik te maken van mijn ontdekking)Hard aan de slag, mijn best doen.Alles goed bijhouden en plannen.Combinatiegroep is plannen erg belangrijk, vooral als je dan ook nog op een Dalton school zit waar ze alle instructies achter elkaar geven.

Welke voor- en nadelen hebben die?Plannen is goed voor mij, omdat ik zelf soms chaotisch ben is het fijn dat ik goed plan en alles op orde heb.

Wat neem ik me nu voor voor de volgende keer?De week hierna wil ik zelf aan de slag, ontdekken en proeven hoe het Dalton onderwijs is. Ik ga volgende week een hele dag draaien om te ervaren hoe het is om eerste instructies te geven en dan de kinderen vrij te laten in wat ze doen.

3.2 Weekreflectie week 3 en 4 (11 september, 12 september & 18,19 september 2014,18 september ziek)

Stap 1 (stap 5)Ik wilde de twee leerling mee laten werken in de klas maar ze konden niet rustig zelfstandig werken. Ik wilde hierbij positieve feedback geven en de kinderen stimuleren om wel gewoon mee te werken. Tijdens de lessen van de deze weken probeerde ik de kinderen te stimuleren en te begeleiden tijdens het zelfstandig werken. Ze kregen een opdracht en deze moest binnen een bepaalde tijd klaar zijn.

Stap 2De jongens gingen hun werk maken in het BSO lokaal. Dit lokaal ligt tegenover ons lokaal. De kinderen mogen hier zelfstandig werken maar dit moet wel rustig gebeuren met hun fluisterstem. Deze twee jongens gingen hun topografie maken in het BSO lokaal alleen dit konden ze niet zonder de boel af te breken.De afspraak was dat er niet meer gewaarschuwd zou worden en dat de kinderen meteen terug moesten naar het lokaal. Ik stuurde ze terug naar het lokaal maar ook in het lokaal konden ze niet rustig werken. Ik vroeg de kinderen of ze wisten wat de regel was van het werken buiten het lokaal. Volledige stilte en wil je overleggen mag dit met fluisterstem. De kinderen wisten wel wat de regels waren maar ze luisterde niet naar de regels.Ik probeerde het door positief te stimuleren goed op te lossen maar de jongens bleven doorgaan.Uiteindelijk heb ik ze om half 4 laten nablijven. Ze moesten het werk van mij af maken en mochten daarna pas naar huis. De leerlingen waren boos dat ze hun werk nog moesten maken na schooltijd. Ze baalde achteraf dat ze het niet meteen hadden gemaakt. Na schooltijd was het werk opeens binnen een paar minuten af terwijl de kinderen in de zelfstandig werktijd genoeg tijden hadden gehad om het af te maken.

Stap 3:Positief zijn naar kinderen stimuleert de kinderen maar niet als ze al in conflict zijn. Ze moeten dus voordat er iets van een discussie ontstaat al afgekapt worden. Heel duidelijk, binnen 15 minuten wil ik dat je werk af is. Zo niet dan gaan er andere consequenties komen.Ze moet ik dus consequent zijn en meteen duidelijk zijn naar de kinderen.Als school zijnde hebben ze op het Dalton onderwijs extra zelfstandig werken. Alleen de kinderen moeten wel weten wat de regels zijn bij het zelfstandig werken.In het stilte lokaal is het volledig stil, in het samenwerkingslokaal mag je overleggen en samenwerken en in de gangen wordt er stil gewerkt.Deze regels zijn belangrijk om het rustig te houden in de school. Positief en duidelijk zijn naar de kinderen, de kinderen stimuleren en proberen te begrijpen wat hun willen en denken.

Stap 4:

De kinderen positief stimuleren en duidelijk zijn. Wanneer de kinderen duidelijkheid hebben, weten ze wat ze wel en niet mogen doen en daardoor luisteren ze beter.Voordeel hiervan is dat de kinderen precies weten waar ze aan toe zijn. Nadeel is dat ik zelf duidelijk moet zijn en dat vind ik vaak erg lastig.

Wat neem ik me nu voor voor de volgende keer?Ik ga aan de slag met het positief stimuleren van de kinderen. Ook ga ik werken met het Dalton bordje. Waarbij de kinderen als die op roze hangt niets mogen zeggen of vragen. Als hij op geel hangt mogen de kinderen overleggen. Dit is een duidelijke regel die ik volgende week ga introduceren.

3.3 Weekreflectie week 5 en 6 (25 september,26 september & 2 oktober,3 oktober)

Stap 1 (stap 5)De week hierna wil ik zelf aan de slag, ontdekken en proeven hoe het Dalton onderwijs is. Ik ga volgende week een hele dag draaien om te ervaren hoe het is om eerste instructies te geven en dan de kinderen vrij te laten in wat ze doen.

Dit was mijn doel van vorige week. Op de donderdag van 11 September heb ik heel de dag lesgegeven. Ik ben gaan kijken naar de manier van lesgeven op het Dalton onderwijs. De kinderen krijgen eerst instructie en mogen dan zelf aan de slag. Ze mogen zelf kiezen waar ze mee beginnen. Alleen omdat ik een combinatie groep heb is dit best lastig. Je kunt niet aan groep 7 en groep 8 tegelijk uitleggen. Waardoor je een klein beetje van het Dalton onderwijs moet afstappen.

Stap 2Ik ben op donderdag begonnen met de lessen taal en rekenen voor beide klassen. Voor zowel taal als rekenen was veel uitleg nodig. Waardoor ik mezelf niet helemaal kon houden aan het Dalton lesgeven. Eerst heb ik duidelijk uitgelegd wat de kinderen van groep 7 voor taal moesten doen. Deze kinderen konden aan de slag. Toen ben ik met het rekenen van groep 8 verder gegaan. Hierbij moest ik veel uitleggen waardoor de kinderen van groep 7 al klaar waren voordat ik klaar was met de uitleg van groep 8. De kinderen van groep 7 mochten van mij rekenen alvast doorlezen en ik maakte de uitleg van groep 8 af. Toen ben ik rekenen uit gaan leggen bij groep 7. Dit was met de rekenmachine. Hierbij moest ik veel voor doen omdat het lastig was voor de kinderen. Gelukkig was het werk van groep 8 voor rekenen ook veel waardoor ik ruim de tijd had voor het rekenwerk van groep 7. Toen ik klaar was heb ik meteen het taal werk van groep 8 uitgelegd waardoor de kinderen zelf mochten kiezen of ze rekenen af gingen maken of taal eerst gingen maken. Door de combinatie klas is het dus moeilijk om volledig Dalton les te geven, maar ik heb wel kennis gemaakt met de ‘stress’ die je heb om de twee klassen alle uitleg te geven.

Stap 3:

Omdat het Dalton onderwijs op verschillende manieren gegeven kan worden kan ik mijn lessen goed aanpassen. Je merkt door het te doen dat er andere problemen ontstaan. Ik praat zelf altijd heel veel en als ik druk voel dan ga ik ook nog snel praten. Ik merkte dus dat ik bij de volgende lessen dit moet gaan aanpassen. Dan maar iets langer bezig zijn met uitleggen, hierdoor krijg je minder vragen en heb je meer tijd voor extra instructie. Mijn mentor zei ook dat het voor een combinatieklas niet mogelijk is om helemaal Dalton te werken dus dat ik het op de goede manier had opgelost.

Stap 4:

Er zijn oplossingen door sommige stukken met twee klassen samen te doen. Dit kan alleen wanneer het onderwerp hetzelfde is. Dus voor sommige lessen kan je niet helemaal Dalton werken maar het is goed om er zelf bij stil te staan hoe je het zou kunnen oplossen.

Wat neem ik me nu voor voor de volgende keer?De volgende weken sta ik op donderdag samen met mijn mentor. We proberen samen te kijken hoe we de lessen samen kunnen voegen en hoe we de kinderen zo Dalton mogelijk kunnen laten werken. Op de vrijdagen sta ik vanaf 17 Oktober alleen. Ook op de vrijdagen ga ik het zo proberen uit te voeren. Soms is er ook een oplossing om groep 7 naar de andere groep 7 te sturen voor uitleg en groep 8 naar de andere groep 8 waardoor de kinderen sneller aan de slag kunnen met hun werk.

3.4 Weekreflectie week 7 en 8(9 oktober, 10 oktober & 16 oktober, 17 oktober)

Stap 1 (stap 5)Mijn doel van vorige week was: De volgende weken sta ik op donderdag samen met mijn mentor. We proberen samen te kijken hoe we de lessen samen kunnen voegen en hoe we de kinderen zo Dalton mogelijk kunnen laten werken. Op de vrijdagen sta ik vanaf 17 Oktober alleen. Ook op de vrijdagen ga ik het zo proberen uit te voeren. Soms is er ook een oplossing om groep 7 naar de andere groep 7 te sturen voor uitleg en groep 8 naar de andere groep 8 waardoor de kinderen sneller aan de slag kunnen met hun werk.Deze twee weken heb ik hard gewerkt aan dit doel. De kinderen zijn erg druk omdat het bijna vakantie is, maar we hebben zo hard mogelijk gewerkt waardoor de kinderen zich niet konden vervelen. Tijdens de gymles ging ik vooral mis.

Stap 2:Tijdens de gymles deden we hoogspringen, verspringen en een spel. De kinderen hadden de hele les hard gewerkt, maar op het einde ging het mis. De kinderen mochten een wedstrijd hoogspringen gaan doen. Ik begon laag en ging steeds hoger. Als je af was mocht je in het vak van het spel een tikspelletje spelen. Alle kinderen die af waren gingen netjes dat spel spelen en maakte zich niet druk. Ze moedigde elkaar ook tussendoor aan. De sfeer was de aangenaam. Totdat er twee leerlingen overbleven, een meisje en een jongen. Deze twee leerlingen liggen elkaar al lang niet dus ze waren allebei gebrand om te winnen. Het meisje sprong er netjes overheen. De jongen raakte het touw. Zelf vond hij dat het zijn shirt was en hij werd erg boos. (Hij heeft er vaker last van dat hij niet tegen zijn verlies kan)Hij werd zo kwaad dat die iedereen ging uitschelden. Ik probeerde hem eerst rustig bij mij te laten komen. Dit werkte niet. Daarna heb ik geëist dat hij bij me kwam. Zelfs dit zonder resultaat. Uiteindelijk is hij om half 4 naar huis gegaan, ik kreeg het niet voor elkaar hem met mij te laten praten.

Stap 3:De leerling was erg geïrriteerd dat reageerde die op iedereen in zijn buurt af. Alleen kregen andere kinderen er dus ook last van. De kinderen werden ook verdrietig en boos, omdat hij opmerkingen maakte die tegenover de andere niet konden. Als geheel ging dus de hele klas dit aan. Voor mezelf was het heel lastig. Ik heb er een nacht van wakker gelegen omdat ik het probleem op dat moment niet kon oplossen. Dat was heel zwaar voor mij. Uiteindelijk is het de volgende dag met hulp van een andere leerkracht gelukt om de leerling rustig aan te spreken. Hij kwam uiteindelijk ook aan mij zijn excuses aanbieden. Ook heeft hij uitgelegd waarom hij zo boos werd en hoe we het de volgende keer kunnen verbeteren.

Stap 4:

De volgende keer dat hij zelf boos wordt probeert hij rustig te worden en niet tegen andere te gaan schelden. Samen hebben we afgesproken dat hij dan ook even naar buiten op het schoolplein mag lopen om even af te koelen.Ik weet voor de volgende keer wel dat ik me niet een nacht lang druk moet maken. De leerling was de volgende dag weer rustig en was daarna weer mee te praten. Het voordeel is dat als ik hem even laat razen dat die daarna rustig mee kan spelen en dat andere leerlingen daar dan ook geen last van hebben.

Wat neem ik me nu voor voor de volgende keer?De volgende keer dat dit gebeurd laat ik de leerling even met rust en zoekt hij een eigen plekje om af te koelen. Zo stoort hij geen andere leerlingen en kan hij zelf even ademhalen. Dit maakt de sfeer in de klas ook een stuk fijner.

3.5 Weekreflectie week 9 en 10(30 oktober, 31 oktober & 6 november , 7 november )

Stap 1 (stap 5)De volgende keer dat dit gebeurd laat ik de leerling even met rust en zoekt hij een eigen plekje om af te koelen. Zo stoort hij geen andere leerlingen en kan hij zelf even ademhalen. Dit maakt de sfeer in de klas ook een stuk fijner.Dus de sfeer in de klas verbeteren. Tijdens het energieproject heb ik gewerkt aan de sfeer in de klas. Het samenwerken in de klas. Hoe verbeteren we dat.

Stap 2:We hadden een project over energie. Bij dit project moesten de kinderen in groepjes werken. Elk groepje mocht uit ongeveer 4 a 5 leerlingen bestaan. Het probleem ontstond al toen er een paar kinderen samen wilde maar ze waren met zijn 6en. Normaal is dit niet erg maar nu was het andere groepje was maar met 3 dus dat kon niet. Dilemma dacht ik, maar dit liep uiteindelijk goed. De kinderen waren heel aardig na elkaar en besloten op te delen. Toen begonnen ze aan het project. Ze moesten zelf een onderwerp bedenken en bekijken hoe ze daar een project van konden maken. Het was belangrijk dat het energie opleverde. De kinderen hadden per groepje 1 ontwerp. De beste 2 mochten naar de energiemarkt in het wijkcentrum. We hebben gekozen door middel van stemmen. Achteraf was dit een minder goed idee. Er ging een ontwerp door die we eigenlijk als leerkrachten niet zo goed vonden, maar we konden natuurlijk niet terug.

Stap 3:Dit is een probleem waarvan ik veel geleerd heb, omdat je ziet dat leerlingen toch graag op hun vriendje of vriendinnetje stemmen en niet op degene die het beste is volgens hun. Je ziet dat vooral de jongens het leuk vinden om op elkaar te stemmen. De volgende keer dat we zoiets hebben zou ik dus nooit meer kiezen voor stemmen. Ik zou kijken wat je als leerkracht het mooiste vind. Dan met de laatste twee die allebei erg goed zijn. Stemmen met de klas. Zo heb je altijd een ontwerp die goed is die door gaat.

Stap 4:

De volgende keer ga ik dus zelf de twee beste uitkiezen en laat ik de kinderen daarna stemmen op degene die ze het beste vinden. Vaak zie je dan dat ze ook meer gaan stemmen op degene die ze het beste vinden i.p.v. degene van hun vriendje of vriendinnetje.

Wat neem ik me nu voor voor de volgende keer?De volgende keer kies ik dus een andere manier van stemmen. Dit kan ook zijn tijdens een ander onderdeel van mijn stage. Bijvoorbeeld wanneer de kinderen een 1 minuut spelletje mogen doen. Hierbij doe ik de stemmen in een doosje en mag er een van de leerlingen een spel uittrekken.

3.6 Weekreflectie week 11 en 12(13 november, 14 november & 20 november en 21 november)

Stap 1 (stap 5)Dit was het doel van vorige week: De volgende keer kies ik dus een andere manier van stemmen. Dit kan ook zijn tijdens een ander onderdeel van mijn stage. Bijvoorbeeld wanneer de kinderen een 1 minuut spelletje mogen doen. Hierbij doe ik de stemmen in een doosje en mag er een van de leerlingen een spel uittrekken. Dit is meer een algemeen doel dus dit zal ik in de hele periode op letten.In deze twee weken maakte ik me druk om de oudergesprekken. Ik heb nog nooit eerder oudergesprekken gedaan. Dit was dus voor mij helemaal nieuw, ik vind het lastig om zo’n gesprek te voeren. Dit was de eerste keer dat ik mee mocht kijken met mijn mentor. Ik vulde haar aan en hielp waar nodig.

Stap 2:Ik heb de helft van de groep 7 gesprekken mee gevoerd. Groep 8 deed mijn mentor liever zelf omdat dit belangrijk was voor de kinderen die naar de middelbare school gaan. Dit zijn ook adviesgesprekken en geen gewone oudergesprekken. Mijn mentor doet dit jaar ook voor de eerste keer groep 8 dus dit wilde ze zelf eerst ervaren hoe het is om zulke gesprekken met ouders te hebben.De oudergesprekken die ik heb meegekeken met de ouders van de kinderen uit groep 7 waren best opvallend. Ik zag goed wat mijn mentor vertelde en wat er belangrijk is bij zo’n gesprek. Het stelde me gerust.

Stap 3:De dingen waar ik bang voor was vielen allemaal best mee. Ze begon met het kijken naar het rapport. Hier heb je van te voren over nagedacht dus je weet waarom de cijfers zo op het rapport staan. Daarna kijkt ze naar de persoonlijkheid van een kind of daar nog iets aan opvalt. In de meeste gevallen is het gesprek niet zolang en in de andere gevallen zijn er lastigere ouders, maar over het algemeen viel het mij reuze mee hoe de gesprekken gevoerd moeten worden.

Stap 4:Ik heb veel geleerd van de gesprekken die ik gezien heb. Dit kan ik meenemen naar de volgende gesprekken die er in februari en maart gevoerd gaan worden. Hiervan ga ik zelf ook een deel doen om te ervaren hoe het is om zelf zo’n gesprek te voeren. Dit vind ik wel erg lastig, omdat ik niet altijd precies weet wat ik moet vertellen en wat er wel relevant is en wat er niet relevant is.

Wat neem ik me nu voor voor de volgende keer?Dit geldt voor de volgende oudergesprekken die gevoerd gaan worden in februari of in maart. Bij deze gesprekken ga ik een deel van de gesprekken zelf voeren. De ouders spreken met mij en mijn mentor voegt zelf de dingen toe die ze mist. Ik kijk zelf van te voren naar de rapporten en vul samen met mijn mentor de andere bolletjes in die er op het rapport staan. Deze bespreek ik ook van te voren met mijn mentor waardoor ik al weet wat er belangrijk is wat ik tegen de ouders moet zeggen.

3.7 Weekreflectie week 13 en 14(27 november, 28 november & 4 december, 5 december)

Stap 1 (stap 5)Dit geldt voor de volgende oudergesprekken die gevoerd gaan worden in maart. Bij deze gesprekken ga ik een deel van de gesprekken zelf voeren. De ouders spreken met mij en mijn mentor voegt zelf de dingen toe die ze mist. Ik kijk zelf van te voren naar de rapporten en vul samen met mijn mentor de andere bolletjes in die er op het rapport staan. Deze bespreek ik ook van te voren met mijn mentor waardoor ik al weet wat er belangrijk is wat ik tegen de ouders moet zeggen. Dit doel is dus voor de evaluatie is maart erg belangrijk. Ik pak nog even terug naar de evaluatie van week 7 en 8. Hierbij omschreef ik een probleem met een leerling die niet tegen zijn verlies kon. Je merkt dat hij de laatste tijd sneller naar je toe komt en ook eerlijk aangeeft wanneer het hem te veel wordt. Je merkt dus dat het wel gewerkt heeft. De vorige keer had ik dit beschreven als doel: De volgende keer dat hij zelf boos wordt probeert hij rustig te worden en niet tegen andere te gaan schelden. Samen hebben we afgesproken dat hij dan ook even naar buiten op het schoolplein mag lopen om even af te koelen.Ik weet voor de volgende keer wel dat ik me niet een nacht lang druk moet maken. De leerling was de volgende dag weer rustig en was daarna weer mee te praten. Het voordeel is dat als ik hem even laat razen dat die daarna rustig mee kan spelen en dat andere leerlingen daar dan ook geen last van hebben.Tegenwoordig gaat hij rustig naar een plaatsje toe wanneer het hem te veel wordt. Hij koelt daar af en komt vervolgens weer terug naar de les. Je merkt dat het voor hem goed werkt. Soms kan hij niet tegen zijn verlies, maar hij weet nu wel dat hij hierbij niet meteen hoeft te gaan schreeuwen en boos te worden.

Stap 2:Op 5 december was het sinterklaasviering. Hele leuke goed georganiseerde viering. De kinderen mochten allemaal een surprise maken voor elkaar. De surprises waren stuk voor stuk erg mooi. We hadden alle surprises in het midden gelegd en de kinderen mochten er zoveel naar kijken als ze wilde. Zolang ze de surprises maar niet aanraakt. Dit werkte goed en de kinderen hielden zich goed aan de regels. Mijn mentor was er op dat moment bij. Het eerst uur verliep soepeltjes. We deden korte spelletjes en wie er won mocht een surprise pakken en aan degene geven van wie die was. De kinderen deden dit goed. Toen was het pauze lekker even naar het schoolplein. Voor de kinderen prettig en voor ons als leerkracht ook. Toen de kinderen terug kwamen was het erg onrustig in de klas. Opzich logisch want sinterklaas is vaak drukker, maar er waren ook kinderen die gingen gooien met spullen. Dit vond ik niet prettig.Ik heb gevraagd of ze hiermee op wilde houden. Eerst gewoon een keer aardig. Dat werkte niet. Daarna heb ik het nog een keer aardig gezegd maar wel al duidelijker. Dit werkte ook niet. Uiteindelijk heb ik de spullen afgepakt waar ze mee aan het gooien waren. Ik had het gevoel dat de kinderen het niet uitmaakte. Ze gingen vervolgens gewoon verder met kletsen. Ze namen me dus niet serieus. Dit vond ik niet prettig.De leerlingen gingen verder met waar ze mee bezig waren en ik dacht na over wat ik de volgende keer beter had kunnen doen. Ik wilde namelijk een dag als sinterklaas niet laten verpesten.

Stap 3:Als leerkracht had ik duidelijker moeten zijn naar de kinderen. Een keer zeggen dat je het er niet mee eens ben en dan kan ik al best boos worden. Ik wil vaak nog te lief zijn voor de kinderen. Dit werkt niet bij deze leerlingen dus moet ik duidelijk en strikt zijn. Het gevoel dat ik had tenopzichte van sinterklaas speelde een grote rol bij dit probleem. Ik wilde niet boos worden en de kinderen dachten dat ze met me konden gaan lopen. Het probleem is dus dat ik meteen duidelijk had moeten zijn en er een consequentie aan vast moeten koppelen, maar dan wel een consequentie waardoor ze denken dat ze beter een leuke dag kunnen hebben. Dus op een positieve manier een consequentie stellen. Dit had ik bijvoorbeeld kunnen zeggen. Wanneer jullie niet normaal kunnen doen ga je even buiten zitten. Dit is wel zonde voor een dag als vandaag dus laat zien dat jullie gewoon rustig in de klas kunnen blijven.

Stap 4:Voor de volgende keer kan ik van te voren voordat we beginnen met de surprises even kort afspraken maken met de leerlingen. Vooral op de positieve manieren. Bijvoorbeeld: We maken er allemaal een leuke dag van. Ik weet dat jullie deze dag erg leuk en spannend vinden maar dit betekent niet dat we de boel gaan afbreken. We houden ons gewoon aan de schoolregels en we luisteren wanneer dit nodig is. Zo kunnen we er samen een super leuke dag van maken.

Wat neem ik me nu voor voor de volgende keer?

De volgende sinterklaasviering ga ik duidelijk van de voren met de kinderen bekijken wat we moeten doen. De kinderen luisteren dan goed naar de uitleg en naar de consequenties wanneer er dingen gebeuren die ik niet wil hebben. Wanneer de kinderen dit weten kan ik de kinderen meteen duidelijk aanspreken op hun gedrag en kan ik ook terugpakken naar de consequentie ook al is die niet leuk op een dag als sinterklaas.

3.8 Weekreflectie week 15 en 16(11 december, 12 december & 18 december, 19 december)

Stap 1 (stap 5)De volgende sinterklaasviering ga ik duidelijk van de voren met de kinderen bekijken wat we moeten doen. De kinderen luisteren dan goed naar de uitleg en naar de consequenties wanneer er dingen gebeuren die ik niet wil hebben. Wanneer de kinderen dit weten kan ik de kinderen meteen duidelijk aanspreken op hun gedrag en kan ik ook terugpakken naar de consequentie ook al is die niet leuk op een dag als sinterklaas.Dit gaat over de volgende sinterklaasviering. Die is er natuurlijk maar 1 keer per jaar. Dit kan ik ook toepassen bij de kerstviering. De kerstviering was op 19 december. Tijdens de kerst hebben we duidelijke afspraken gemaakt over de bedoeling van de viering. We hadden een kerstdiner en een kerstviering met toneelstukjes. Er was een klein incident tijdens het kerstdiner.

Stap 2:Op 18 en 19 december vierde we kerst in de klas. Op donderdagavond was er een groot kerstbuffet met allerlei hapjes die de kinderen allemaal zelf hadden gemaakt. De kinderen hadden dit erg leuk gedaan. Iedereen had rekening gehouden met de allergie van een jongen uit de klas. Erg leuk! Er was heel veel eten. Van te voren hadden wij als leerkrachten bedacht dat we zouden beginnen met de ‘voorgerechtjes’ en daarna hoofd en nagerechten. Je zag dat er veel kinderen al naar de hoofdgerechten aan het smachten waren. Iedereen was netjes soep aan het eten. Een paar leerlingen lusten geen soep. Die konden een stokbroodje pakken, maar er was een leerling die lusten geen soep en had stiekem al van de hoofdgerechten gepakt. Normaal gezien is dit een keer waarschuwen en dan is het klaar, maar deze leerling ging in discussie. Hij werd boos, omdat hij geen soep lustte en dan nog niets kon gaan eten. Ik heb uitgelegd dat we groep 7/8 zijn en dat we best even op onze beurt kunnen wachten en dat er genoeg eten tussen lag. Deze leerling was erg boos maar uiteindelijk heeft hij toch gewacht op de rest van de kinderen.

Stap 3:Je merkt dat de leerling erg honger heeft. Dat is best logisch want het was ondertussen al half 8. Toch zijn er van te voren afspraken gemaakt met de leerlingen over wat de regels zijn bij het kerstbuffet. De leerling wist dus dat dit niet mocht en toch deed hij dit. Ik vond dat de leerling duidelijk moest weten dat hij fout zat. Gelukkig besefte de leerling dit op het moment dat ik hem aansprak. De school als geheel is hier ook een deel in. Op school zijn ze gewend dat ze veel keuzes mogen maken en zijn op veel gebieden erg vrij. De leerling is dus normaal vrij in zijn werk dus kan dit ook een rol gespeeld hebben bij het pakken van het hoofdgerecht.

Stap 4:

Er zijn bij dit probleem een alternatieven nodig. De leerling stopte direct na het waarschuwen. Voor de volgende keer zou ik wel in gesprek gaan met de leerlingen over waarom hij nou toch het hoofdgerecht pakt terwijl hij weet dat dit niet de bedoeling is. Op dit moment was ik er even kort bij en heeft hij netjes gewacht tot de andere kind klaar waren met eten.

Wat neem ik me nu voor voor de volgende keer?Dit probleem zal nog wel een keer gebeuren maar het is geen probleem waarvan ik denk dat dit helemaal op te lossen valt. Sommige leerlingen zijn nou eenmaal wel is erg eigenwijs en als je honger heb pak je zelf ook graag wat te eten. Dus het is vanuit het kind ook wel te snappen. De volgende keer zou ik wel met het kind praten en vragen waarom die het hoofdgerecht nou toch pakt terwijl hij weet dat hij het niet mag eten. Ook zou ik de volgende keer hem een consequentie laten bedenken. Kijken wat de leerling voor consequentie geeft voor hetgeen wat hij gedaan heeft.

3.9 Weekreflectie week 17 en 18(8 januari, 9 januari & 15 januari, 16 januari)

Stap 1 (stap 5)Dit probleem zal nog wel een keer gebeuren maar het is geen probleem waarvan ik denk dat dit helemaal op te lossen valt. Sommige leerlingen zijn nou eenmaal wel is erg eigenwijs en als je honger heb pak je zelf ook graag wat te eten. Dus het is vanuit het kind ook wel te snappen. De volgende keer zou ik wel met het kind praten en vragen waarom die het hoofdgerecht nou toch pakt terwijl hij weet dat hij het niet mag eten. Ook zou ik de volgende keer hem een consequentie laten bedenken. Kijken wat de leerling voor consequentie geeft voor hetgeen wat hij gedaan heeft. Voor deze weken zou ik ook kijken naar de consequenties die ik stel aan verschillende problemen. Hier heb ik aan gewerkt. Ik ben consequent geweest naar de leerlingen toe en heb een paar leerlingen duidelijk vertelt dat ik de leerkracht ben en dat ze ook naar mij moeten luisteren en niet alleen naar mijn mentor.

Stap 2:Op vrijdag 9 januari had ik een mooie tekenopdracht op de planning staan. De kinderen moesten met houtskool werken. Zelfs de jongens waren erg enthousiast. Het moest een locomotief worden met verschillende aandrijfwielen. Het belangrijkste van de opdracht was dat ze met licht en donker werkte en dat ze heel precies werkte. Het was niet belangrijk dat het niet precies hetzelfde was dan de voorbeeld afbeelding maar het moest wel heel klein en precies worden getekend. Alle kinderen waren aan het werk totdat er opeens een leerling mijn houtskool doormidden ging breken. Ik had van de voren duidelijk gezegd dat ze voorzichtig moesten werken met houtskool en dat het materiaal best wel duur kan zijn. De leerling reageerde meteen op mijn reactie. Hij zei ‘Ik deed het niet expres, u zei dat het niet erg was als het per ongelijk gebeurde’. Dit vond ik een erg brutale opmerking van de leerling vooral, omdat ik zag dat ze leerling het doelbewust aan het breken was. Ik werd boos van binnen en liet dit duidelijk merken aan het kind. Ik heb hem duidelijk laten weten dat ik het hier niet mee eens was en heb hem naar buiten gestuurd. Ik heb erbij gezegd dat wanneer hij normaal met mijn spullen kan omgaan hij terug mag komen naar de klas.

Stap 3:De manier waarop de leerling dit tegen mij zei vond ik nog het ergste. Dat hij doelbewust houtskool doormidden aan het breken is, is al iets raars. Vervolgens gaat hij er ook nog over liegen. Dat vind ik het ergste wat er kan gebeuren. Deze leerling heeft dit ook heel duidelijk van mij gehoord. De invloeden van school of thuis kunnen hier een betrekking op hebben. Wanneer de leerling thuis altijd van zijn ouders geleerd heeft dat hij alles mag wat hij wil zal dit op school zo ook doorgaan.

Stap 4:Ik heb afspraken gemaakt met deze leerling over zijn brutale mond tegen mij als leerkracht. Er zijn consequenties gesteld wanneer hij weer zo praat tegen mij of op een één of andere manier tegen mij als leerkracht liegt dat er veranderingen gaan komen in dingen die hij mag doen. De consequentie ligt bij de gym. Wanneer hij niet normaal mee kan doen tijdens een tekenles of andere les zonder brutaal te doen gaat hij een week niet mee naar de gym.

Wat neem ik me nu voor voor de volgende keer?

De volgende keer krijgt hij meteen straf wanneer er een brutale mond tegen mij als leerkracht of tegen een van de leerkrachten is. Ook wanneer er gelogen wordt kan deze leerling niet meer serieus genomen worden. Hierbij gebruiken we de gym als consequentie. Dit vindt de leerling erg leuk dus kan dit zijn brutaliteit misschien een stukje verminderen.

3.10 Weekreflectie week 19 en 20(22 januari, 23 januari & 29 januari, 30 januari)

Stap 1 (stap 5)

Het doel van de vorige evaluatie was :De volgende keer krijgt hij meteen straf wanneer er een brutale mond tegen mij als leerkracht of tegen een van de leerkrachten is. Ook wanneer er gelogen wordt kan deze leerling niet meer serieus genomen worden. Hierbij gebruiken we de gym als consequentie. Dit vindt de leerling erg leuk dus kan dit zijn brutaliteit misschien een stukje verminderen. Dit doel heb ik voor een groot deel bereikt ook met een paar andere leerlingen die straf hebben gehad, omdat ze brutaal zijn. Je merkt dat de kinderen een stuk minder brutaal zijn deze weken. Af en toe komen er nog steeds woorden naar boven die ik niet wil horen. Dit krijgen ze ook meteen te horen wanneer dit zo is. Deze week was er een jongen die agressief werd omdat iets niet lukte. Dit was niet dezelfde jongen dan bij de gym.

Stap 2:Tijdens een tekenopdracht moesten de kinderen strips tekenen. Iedereen was mega enthousiast en het ging allemaal super goed. Toen de opdracht bijna af was kwamen er al verschillende leerlingen de tekening laten zien. Sommige hadden dit heel goed gedaan en mochten de strip op een gekleurd vel plakken. Voor een paar kinderen had ik nog wat tips. Ik had van te voren gezegd dat ik het hele plaatje ingekleurd wilde hebben. Een van de jongens had dit nog niet gedaan. Ik stuurde hem terug naar zijn tafel om het vakje nog even in te kleuren. Hij werd een beetje geïrriteerd en is het plaatje heel boos gaan inkleuren. Uiteindelijk toen die terug kwam zag ik dat het plaatje opeens met stift was ingekleurd en ook nog heel slordig. Ik vroeg aan hem of hij dit een voldoende waard vond. Hij zei boos, het maakt me niet uit als ik maar klaar ben. Ik schrok en dacht na over wat ik moest zeggen.

Stap 3:Voor de les was hij al chagrijnig. Dat dacht ik in ieder geval. Hij zat al niet erg goed in zijn vel. Af en toe was die heel bot tegen andere of tegen mij als leerkracht. Er is dus waarschijnlijk al iets aan de hand. Ik heb het op dat moment laten rusten, maar dit kan wel mee gespeeld hebben ik het bekrassen van de tekening. De leerling had wel als invloed dat er meer kinderen snel klaar wilde zijn er de tekening gingen afraffelen. Het probleem ligt dus voor een groot deel aan zijn humeur. Wanneer zijn humeur van te voren niet aangetast was, had hij de tekening rustig afgemaakt en was hij vervolgens aan een andere opdracht begonnen.

Stap 4:De oplossing bij dit probleem is lastig te beschrijven. Ik denk dat dit vooral ligt aan wat er vooraf met deze leerling is gebeurd. Als dit voorkomen had kunnen worden was hij bij de les ook niet zo snel op zijn teentjes getrapt. Ik kan in gesprek gaan met de leerlingen over de situatie en hem vragen waarom hij zo boos reageerde, maar op dat moment was hij zo boos dat hij niet rustig met mij wilde praten. Voordelen van praten zijn: Je weet wat er in hem omgaat en kan je daar zodanig op aanpassen. Nadelen van praten zijn: Wanneer hij boos is wil hij liever niet praten, wanneer je wel met hem gaat praten reageert hij zijn boosheid meteen op je af.

Wat neem ik me nu voor voor de volgende keer?De volgende keer denk ik goed na over de gevolgen van tips tijdens een opdracht. Als ik al merk dat het kind niet lekker in zijn of haar vel zit dan breng ik het anders dan wanneer er niets aan de hand is. Het oplossen van het probleem is best lastig wanneer een leerling niet tegen je wil praten. Voor de volgende keer geef ik hem 10 minuten om af te koelen en laat ik hem daarna rustig vertellen wat er aan de hand is en wat we beide beter hadden kunnen doen.

3.11 Weekreflectie week 21 en 22(5 februari, 6 februari & 12 februari, 13 februari)

Stap 1 (stap 5)De oplossing bij dit probleem is lastig te beschrijven. Ik denk dat dit vooral ligt aan wat er vooraf met deze leerling is gebeurd. Als dit voorkomen had kunnen worden was hij bij de les ook niet zo snel op zijn teentjes getrapt. Ik kan in gesprek gaan met de leerlingen over de situatie en hem vragen waarom hij zo boos reageerde, maar op dat moment was hij zo boos dat hij niet rustig met mij wilde praten. Voordelen van praten zijn: Je weet wat er in hem omgaat en kan je daar zodanig op aanpassen. Nadelen van praten zijn: Wanneer hij boos is wil hij liever niet praten, wanneer je wel met hem gaat praten reageert hij zijn boosheid meteen op je af. De volgende keer denk ik goed na over de gevolgen van tips tijdens een opdracht. Als ik al merk dat het kind niet lekker in zijn of haar vel zit dan breng ik het anders dan wanneer er niets aan de hand is. Het oplossen van het probleem is best lastig wanneer een leerling niet tegen je wil praten. Voor de volgende keer geef ik hem 10 minuten om af te koelen en laat ik hem daarna rustig vertellen wat er aan de hand is en wat we beide beter hadden kunnen doenDit is wat ik de vorige keer geëvalueerd had. Je merkt dat de ‘afkoelplek’ voor meerdere kinderen goed werkt. Hier kunnen ze even rustig worden en kunnen ze vervolgens rustig vertellen wat hun dwars zit. Op donderdag 12 februari hadden we een vrij keuze uur. Hier kwam ook goed naar voren dat wanneer de kinderen weten dat er een afkoelplek is dat ze die ook gebruiken.

Stap 2:Op onze school hebben ze een keuze-uur. Dit is een uur waarbij kinderen zelf kiezen naar welke gastdocent/leerkracht ze gaan. Elke gastdocent of leerkracht heeft een onderwerp waar hij/zij het over gaat hebben. Dit keuze-uur kon je verschillende dingen kiezen, zoals Zuid-Afrika, Unicef, Landmacht en stijldansen. Ik deed het keuze-uur stijldansen. Ik vond het erg leuk dat er ook jongens waren die dit gekozen hadden. We gingen aan de slag met verschillende liedjes en lopen op de maat. De kinderen waren enthousiast en wilde graag een stukje dans leren. We zijn begonnen met de chacha en we hebben ook nog een stukje jive gedaan. Er waren drie jongens. Één jongen had veel lef en ging met een meisje dansen. De twee andere jongens vroeg ik ook om met een meisje te gaan dansen. Dit wilde ze niet. Een ronde liet ik ze samen dansen, maar daarna moesten ze een meisje kiezen. Uiteindelijk deden ze dit wel maar het kostte veel moeite. Dit wil ik de volgende keer sneller laten verlopen.

Stap 3:De kinderen waren enthousiast voor stijldansen. Dit moet ik wel koesteren, want vaak wordt het als oudbollig gezien. De jongens die voor dit uur gekozen hadden vond ik lef hebben. Uiteindelijk is het misschien dan nog te veel gevraagd om ze met een meisje te laten dansen. Dat is een inschatting die ik verkeerd gelegd heb. Ik had namelijk wel verwacht dat deze jongens dit zouden kunnen.

Stap 4:Mijn verwachtingen zijn vaak erg groot. Dit is juist goed, maar soms kan het tegen je gebruikt worden. Soms denk je dat kinderen iets snappen maar uiteindelijke snappen ze helemaal niet wat je bedoelt. In dit probleem had ik niet goed inschat dat ze echt niet met een meisje zouden willen dansen. Ik had wel verwacht dat het even de tijd nodig had, maar dat het niet zou lukken niet.

Wat neem ik me nu voor voor de volgende keer?Voor de volgende keer zorg ik ervoor dat de jongens weten dat ze met een meisje moeten gaan dansen of ik laat ze met elkaar dansen. Het belangrijkste is dat de kinderen weten hoe samen dansen is. Daar leer je als meisje en jongen veel van. Het doel voor mij is dus om mijn verwachtingen bij te stellen tijdens een les of tijdens een keuze-uur, want soms verwacht ik te veel van kinderen.