uitwerkingen h2

Upload: hogeschoolrdam

Post on 18-Jul-2015

43 views

Category:

Documents


0 download

TRANSCRIPT

2

Prijscalculaties

2.1

Probleemaanpak

Voor elk van de 6 prijsmogelijkheden worden de volgende berekeningen gemaakt: omzet = afzet verkoopprijs; totale variabele kosten = afzet variabele kosten per stuk; totale kosten = totale variabele kosten + totale vaste kosten (gegeven); resultaat (winst/verlies) = omzet min totale kosten. Vervolgens kan antwoord worden gegeven op de drie vragen.Uitwerking

(bedragen in euros)

Verkoopprijs 20 16 12 9 7 5

Afzet 60 000 100 000 160 000 240 000 320 000 360 000

Omzet kosten 1.200.000 1.600.000 1.920.000 2.160.000 2.240.000 1.800.000

Vaste kosten 320.000 320.000 480.000 480.000 800.000 800.000

Variabele kosten 210.000 370.000 608.000 936.000 1.280.000 1.512.000

Totale kosten 530.000 690.000 1.088.000 1.416.000 2.080.000 2.312.000

Resultaat 670.000 W 910.000 W 832.000 W 744.000 W 160.000 W 512.000 V

Afzet (verkoopprijs) in het geval van: maximale afzet zonder verlies 320 000 (prijs 7); maximale omzet 2.240.000 (prijs 7; afzet 320 000); maximale winst 910.000 (prijs 16; afzet 100 000).2.2 a Probleemaanpak

Ter berekening van de integrale fabricagekostprijs wordt de formule C/N + V/W gehanteerd. C = totaal van de vaste arbeidskosten en de overige vaste fabricagekosten. N = normale productie (gegeven). V/W = variabele materiaalkosten per stuk (gegeven).Uitwerking

Integrale fabricagekostprijs: (410.000 : 160 000) + 2,80 = 5,3625b Probleemaanpak

Ter bepaling van de gewenste verkoopprijs per stuk wordt het volgende gedaan: berekend worden de totale variabele materiaalkosten (normale productie variabele materiaalkosten per stuk); berekend worden de totale variabele verkoopkosten (normale afzet variabele verkoopkosten per stuk).

Noordhoff Uitgevers

Uitwerkingen 1

Vervolgens wordt het totaal bepaald van de totale variabele materiaalkosten, de totale variabele verkoopkosten, de vaste arbeidskosten, de overige vaste fabricagekosten, de vaste verkoopkosten en de vaste algemene kosten. Het totaal van de kosten wordt vermeerderd met de gewenste winst. Het totaal van kosten en winst wordt gedeeld door de normale afzet.Uitwerking

Gewenste verkoopprijs: Variabele materiaalkosten: 160 000 2,80 = Variabele verkoopkosten: 160 000 0,20 = Vaste arbeidskosten Overige vaste fabricagekosten Vaste verkoopkosten Vaste algemene kosten Winst

448.000 32.000 360.000 50.000 120.000 70.000 1.080.000 240.000 1.320.000

c

Probleemaanpak

Het gevraagde opslagpercentage wordt als volgt berekend: gewenste verkoopprijs (antwoord b) integrale fabricagekostprijs (antwoord a) integrale fabricagekostprijsUitwerking

100%

Winstopslagpercentage: 8,25 5,3625 5,36252.3 a Probleemaanpak

100% = 53,846%

De vraag wordt beantwoord met het volgende schema: consumentenprijs marge kleinhandel (= x% consumentenprijs) = verkoopprijs groothandel aan kleinhandel marge groothandel (= x% verkoopprijs groothandel) = verkoopprijs importeur aan groothandel. Marge importeur = verkoopprijs importeur kostprijs. Om de vraag te beantwoorden of de doelstelling van de importeur wordt gerealiseerd wordt een vergelijking gemaakt tussen de marge importeur en de gewenste marge importeur (= x% van kostprijs).Uitwerking

Consumentenprijs 1.500 marge kleinhandel: 20% van 1.500 300 = verkoopprijs groothandel aan kleinhandel 1.200 marge groothandel: 15% van 1.200 = 180 = verkoopprijs importeur aan groothandel 1.020 Marge importeur: 1.020 750 = 270 Gewenste marge importeur 30% van 750 = 225 De doelstelling wordt dus gerealiseerd.

2 2 Prijscalculaties

Noordhoff Uitgevers

b

Probleemaanpak

De berekening van de verlaagde consumentenprijs vindt plaats volgens het volgende schema: kostprijs importeur + marge importeur (= x% van kostprijs) = verkoopprijs importeur aan groothandel + marge groothandel (= x% van verkoopprijs groothandel) = verkoopprijs groothandel aan detailhandel (= 100%) + marge detaillist (= x% van de consumentenprijs) = consumentenprijs (= 100%). NB Als de verkoopprijs van de groothandel 100% is en de marge van de groothandel 20% van de verkoopprijs, dan is de inkoopprijs van de groothandel 80%. De verkoopprijs van de groothandel wordt gevonden door de inkoopprijs van de groothandel (= verkoopprijs importeur) te 100 . vermenigvuldigen met de factor 80 Als de consumentenprijs 100% is en de marge van de detailhandel 20% van de consumentenprijs, dan is de inkoopprijs van de detailhandel 80%. De verlaagde consumentenprijs wordt berekend door de inkoopprijs van de detail100 handel (= verkoopprijs groothandel) te vermenigvuldigen met de factor . 80Uitwerking

Kostprijs importeur 750 + marge importeur: 20% van 750 - 150 = Verkoopprijs importeur aan groothandel 900 Verkoopprijs groothandel aan kleinhandel: 100/80 900 = 1.125 Controleberekening: marge groothandel: 1.125 900 = 225 225 is 20% van 1.125 Verkoopprijs detaillist (= verlaagde consumentenprijs): 100/80 1.125 = 1.406,25 Controleberekening: marge detailhandel: 1.406,25 1.125 = 281,25 281,25 is 20% van 1.406,252.4 a Probleemaanpak

Berekend wordt de oorspronkelijke omzet (= oorspronkelijke afzet oorspronkelijke prijs). De oorspronkelijke omzet wordt met 12,5% verhoogd (vermenigvuldiging met 1,125). Berekend wordt de nieuwe verkoopprijs. Deze is 10% lager dan de oorspronkelijke verkoopprijs (vermenigvuldiging met 0,90). De nieuwe afzet wordt gevonden door de berekening: nieuw berekende omzet : nieuw berekende verkoopprijsUitwerking

Oorspronkelijke omzet: 4 000 1.250 = 5.000.000 Nieuwe omzet: 1,125 5.000.000 = 5.625.000 Nieuwe verkoopprijs: 0,90 1.250 = 1.125 Nieuwe afzet: 5.625.000 : 1.125 = 5 000

Noordhoff Uitgevers

Uitwerkingen 3

b

Probleemaanpak

Prijselasticiteit van de gevraagde hoeveelheid is: procentuele verandering afzet procentuele verandering verkoopprijs Procentuele verandering afzet is: nieuwe afzet (zie a) oude afzet (gegeven) 100% oude afzet Procentuele verandering van de verkoopprijs is gegeven.Uitwerking

Procentuele verandering afzet:

5 000 4 000 100% = +25% 4 000

Prijselasticiteit van de vraag: 25% : 10% = 2,5c Probleemaanpak

Reclame-elasticiteit van de vraag is: procentuele toename afzet procentuele toename reclame-uitgaven Stel de procentuele toename van de reclame-uitgaven = x. procentuele toename afzet = reclame-elasticiteit van de vraag Er geldt dan: x x = procentuele toename afzet (gegeven) : reclame-elasticiteit van de vraag (gegeven). We kennen nu de procentuele verhoging van de reclame-uitgaven en de verhoging als bedrag (gegeven). Het oorspronkelijke reclamebudget (100%) kan nu als volgt worden berekend: (100% : procentuele toename reclame-uitgaven) toename reclame-uitgaven (als bedrag)Uitwerking

Stel de toename van de reclame-uitgaven = x. + 15% = 0,3 Er geldt dan: x + 15% x= = + 50% 0,3 Oorspronkelijk reclamebudget (100%) = (100% : 50%) 50.000 = 100.000d Probleemaanpak

Resultaat als gevolg van prijsverlaging is: nieuw berekende omzet (zie a) oorspronkelijke omzet (gegeven) Bij de berekening van het resultaat als gevolg van de verhoging van de reclame-uitgaven moet eerst de nieuwe omzet worden berekend: nieuwe afzet (= oorspronkelijke afzet 1,15) oorspronkelijke verkoopprijs (gegeven) Het resultaat wordt dan: nieuwe omzet oorspronkelijke omzet verhoging reclame-uitgaven Vergelijking van beide resultaten levert het antwoord op de vraag.

4 2 Prijscalculaties

Noordhoff Uitgevers

Uitwerking

Resultaat als gevolg van prijsverlaging: 5.625.000 5.000.000 = + 625.000 Bij toename van de reclame-uitgaven wordt de nieuwe afzet: 4 000 1,15 = 4 600 De nieuwe omzet wordt: 4 600 1.250 = 5.750.000 Resultaat als gevolg van toename reclame-uitgaven wordt: 5.750.000 5.000.000 50.000 = + 700.000 Conclusie: voorkeur voor verhoging reclame-uitgaven.e Probleemaanpak

Van een prijselastische vraag is sprake als de prijselasticiteit groter is dan 1 (2, 3 enz.). Bij een prijsinelastische vraag reageert de afzet niet op een procentuele prijsverandering. Bij een prijsinelasticiteit van 1 is de procentuele verandering (stijging) van de vraag even groot als een procentuele verandering (daling) van de prijs. Neem een willekeurige afzet en verkoopprijs. Bereken dan de omzet. Laat vervolgens omzet en prijs met 10% toenemen en stel vast wat er met de afzet gebeurt.Uitwerking

Stel in de oorspronkelijke situatie geldt: 10 000 (afzet) 2.000 (verkoopprijs) = 20.000.000 (omzet) Verkoopprijs en omzet stijgen beide met 10%. Nieuwe situatie wordt: 10 000 (afzet) 2.200 = 22.000.000 Conclusie: door de prijsverhoging verandert de afzet niet. Er is dus sprake van een prijsinelastische vraag.2.5 Probleemaanpak

Bereken de contributiemarge per stuk (tot 5 000 stuks) = verkoopprijs variabele kosten (1). Bereken de dekking van de vaste kosten tot 5 000 stuks = 5 000 contributiemarge (1). Bereken de contributiemarge per stuk (boven de 5 000 stuks) (2). Bereken de nog te dekken vaste kosten (= totaal bedrag vaste kosten reeds gedekte vaste kosten) en deel deze uitkomst door de contributiemarge (2). Het break-evenpunt is nu: 5 000 plus de uitkomst van nog te dekken vaste kosten: contributiemarge (2).Uitwerking

Contributiemarge per stuk tot 5 000 stuks: 28 8 = 20 Dekking van de vaste kosten: 5 000 20 = 100.000 Contributiemarge per stuk boven 5 000 stuks: 28 7 = 21 Boven 5 000 stuks nog te dekken vaste marketingkosten: 205.000 100.000 = 105.000 Te produceren/verkopen aantal boven 5 000 stuks: 105.000 : 21 = 5 000 stuks Break-evenpunt: 5 000 + 5 000 = 10 000 stuks

Noordhoff Uitgevers

Uitwerkingen 5

2.6

a

Probleemaanpak

De contribution/salesratio kan voor meer dan n product als volgt worden berekend: V 1 P V = totale variabele kosten van beide producten. P = totale omzet (opbrengst) van beide producten.Uitwerking

V = 12.000 + 8.000 = 20.000 P = 60.000 + 20.000 = 80.000 Contribution/salesratio: 20.000 1 = 1 0,25 = 0,75 80.000b Probleemaanpak

De break-evenomzet voor beide producten wordt berekend door de aan beide producten in totaal toegerekende vaste kosten te delen door de contribution/salesratio (zie a).Uitwerking

Toegerekende vaste kosten: 36.000 Break-evenomzet: 36.000 : 0,75 = 48.000c Probleemaanpak

De veiligheidsmarge wordt als volgt berekend: verwachte omzet (gegeven) break-evenomzet (zie b) 100% verwachte omzetUitwerking

De verwachte omzet is totaal 80.000. 80.000 48.000 Veiligheidsmarge: 100% = 40% 80.0002.7 a Probleemaanpak

Deze vraag wordt beantwoord met behulp van de formule voor de berekening van de break-evenomzet voor meerdere producten: vaste productie- en verkoopkosten = break-evenomzet V 1 P Berekend worden de totale variabele kosten (V) en de totale omzet (P) van de drie producten. Deze grootheden worden ingevuld in de formule. Dat geldt ook voor de break-evenomzet (gegeven). Vervolgens kunnen de vaste productie- en verkoopkosten worden berekend.Uitwerking

Totale variabele kosten (V): Product A: 10 000 7 = Product B: 5 000 5,50 = ProductC: 9 000 9,50 =

70.000 - 27.500 - 85.500 183.000

6 2 Prijscalculaties

Noordhoff Uitgevers

Totale omzet (P): Product A: 10 000 10 = Product B: 5 000 8 = Product C: 9 000 12,50 =

100.000 - 40.000 - 112.500 252.500

Stel de gevraagde vaste verkoop- en productiekosten = x. Er geldt dan: x = 127.158,27 V 1 P x = 127.158,27 183.000 1 252.500 x = 127.158,27 1 0,72475 x = 127.158,27 0,27525 x = 0,27525 127.158,27 = 35.000 (afgerond)b Probleemaanpak

Deze vraag wordt beantwoord met de formule van de contribution/salesratio: V 1 P Berekend worden de totale variabele kosten (V) voor de drie producten. De V wordt ingevuld in de formule. Dit geldt ook voor de contribution/salesratio (gegeven). Vervolgens kan de verwachte werkelijke omzet (P) worden berekend.Uitwerking

Totale variabele kosten (V): Product X: 8 000 6 = Product Y: 4 000 4 = Product Z: 9 000 4 = V = 0,60 1 P 100.000 = 0,60 1 P 100.000 = 1 0,60 = 0,40 P 0,40 P = 100.000 P = 2,5 100.000 = 250.000c Probleemaanpak

48.000 16.000 36.000 100.000

Deze vraag wordt beantwoord met de formule van de veiligheidsmarge: verwachte omzet break-evenomzet 100% verwachte omzet De verwachte omzet is berekend bij b. De veiligheidsmarge is gegeven. Deze grootheden worden ingevuld in de formule en de break-evenomzet kan worden berekend. Noordhoff Uitgevers Uitwerkingen 7

Uitwerking

Break-evenomzet (BEO) 250.000 BEO 100% = 20% 250.000 250.000 BEO = 0,20 250.000 250.000 BEO = 0,20 250.000 250.000 BEO = 50.000 BEO = 200.000d Probleemaanpak

Deze vraag wordt beantwoord met de formule van de break-evenomzet (voor meerdere producten): vaste kosten = break-evenomzet V 1 P De contribution/salesratio is bekend (gegeven). De break-evenomzet is berekend bij c. Deze grootheden worden ingevuld in de formule en de vaste kosten kunnen worden berekend.Uitwerking

Vaste verkoop- en productiekosten c = 200.000 1 0,40 c = 200.000 0,60 C = 0,60 200.000 = 120.0002.8 a Probleemaanpak

De verwachte omzet wordt berekend door de volgende elementen met elkaar te vermenigvuldigen: aantal huishoudens; percentage huishoudens met koopwoning; percentage huishoudens met tuin; gemiddelde uitgave per eigen tuin per jaar; geschat marktaandeel.Uitwerking

Verwachte omzet: 295 000 0,49 0,79 650 0,062 = 4.602.038b Probleemaanpak

Berekend wordt per productgroep (tuingereedschap, enz.) de gewogen gemiddelde brutomarge. Deze wordt berekend door per productgroep het verkoopoppervlak (als %) te vermenigvuldigen met de gemiddelde brutomarge (als %). De totale gewogen gemiddelde brutomarge wordt gevonden door de 6 uitkomsten (6 productgroepen) bij elkaar op te tellen. Het break-evenpunt (break-evenomzet) wordt berekend door de totale kosten te delen door de totale gewogen gemiddelde brutomarge. Het aantal huishoudens behorend bij het break-evenpunt wordt berekend door de break-evenomzet te delen door de gemiddelde uitgave per eigen tuin per jaar.

8 2 Prijscalculaties

Noordhoff Uitgevers

Uitwerking

Gewogen gemiddelde brutomarge: 0,10 0,28 = 0,028 0,25 0,27 = 0,0675 0,05 0,68 = 0,034 0,15 0,32 = 0,048 0,20 0,29 = 0,058 0,25 0,27 = 0,0675 0,3030 Break-evenpunt: 2.824.728 : 0.3030 = 9.322.534,65 Aantal huishoudens: 9.322.534,65 : 650 = 14.343 (afgerond)2.9 a Probleemaanpak

We passen de formule C : (p v) toe. C en p zijn gegeven. Om de variabele kosten per gast per dag te kunnen berekenen, delen we de totale variabele kosten door het aantal gasten per jaar. De totale variabele kosten zijn gegeven. Het aantal gasten per jaar vinden we door de totale opbrengst per jaar te delen door de gemiddelde opbrengst per gast per dag. Na de berekening van het minimum aantal gasten per jaar waarbij het hotelwinstgevend kan worden gexploiteerd (= break-evenpunt) vinden we het minimum aantal gasten per dag door het break-evenpunt per jaar te delen door het aantal dagen dat het hotel geopend is.Uitwerking

Aantal gasten (dagen) per jaar: 4.200.000 : 120 = 35 000 Variabele kosten per gast (per dag): 1.400.000 : 35 000 = 40 Break-evenpunt: 3.000.000 : (120 40) = 37 500 gasten/dagen per jaar Per dag: 37 500 : 350 = 108 (afgerond)b Probleemaanpak

We gaan nu op zoek naar het target break-evenpunt. De formule daarvoor is: (C + ROI) : (p v) ROI = (20%) rendement op het genvesteerde vermogen. C, p en v zijn bekend. Het target break-evenpunt is een aantal gasten per jaar. Het bezettingspercentage wordt gevonden door de volgende berekening: (target break-evenpunt) : (aantal dagen open per jaar accommodatiegrootte uitgedrukt in een aantal gasten) 100%Uitwerking

ROI = 20% van 2.700.000 = 540.000 3.000.000 + 540.000 Target break-evenpunt: 120 40 3.540.000 = = 44 250 gasten per jaar. 80 44 250 44 250 Bezettingspercentage: 100% = 100% = 42,14% 350 300 105 000

Noordhoff Uitgevers

Uitwerkingen 9

c

Probleemaanpak

Het gegeven percentage capaciteitsbenutting wordt uitgedrukt in een aantal gasten per dag. De gevraagde prijs wordt gesteld op X. C + ROI = capaciteitsbenutting X wordt opgelost uit de volgende formule: Xv (aantal gasten) X wordt berekend door een kruiselingse vermenigvuldiging: (C + ROI) 1 = capaciteitsbenutting (X v).Uitwerking

35% capaciteitsbenutting = 35% van 105 000 = 36 750 gasten per jaar Er geldt nu: 3.000.000 + 540.000 = 36 750 X 40 36 750 3.540.000 = 1 X 40 3.540.000 1 = 36 750 (X 40) 3.540.000 = 36 750X 1.470.000 36 750X = 5.010.000 X = 5.010.000 : 36 750 = 136,33 Andere oplossing: 3.540.000 : 36 750 = 96,33 Prijs is: 96,33 + 40 = 136,332.10 a Probleemaanpak

Zie 2.9a voor de probleemaanpak.Uitwerking

Aantal gasten (dagen) per jaar: 3.780.000 : 180 = 21 000 Variabele kosten per gast (per dag): 2.520.000 : 21 000 = 120 Break-evenpunt: 3.000.000 : (180 120) = 50 000 gasten per jaar Per dag: 50 000 : 350 = 143 (afgerond)b Probleemaanpak

Zie 2.9b voor de probleemaanpak.Uitwerking

ROI = 15% van 5.400.000 = 810.000 3.000.000 + 810.000 3.810.000 Target break-evenpunt: = = 63 500 gas180 120 60 ten per jaar 63 500 63 500 Bezettingspercentage: 100% = 100% = 90,71% 350 200 70 000

10 2 Prijscalculaties

Noordhoff Uitgevers

c

Probleemaanpak

Zie 2.9c voor de probleemaanpak.Uitwerking

70% capaciteitsbenutting = 70% van 70 000 = 49 000 gasten per jaar. 3.000.000 + 810.000 Er geldt nu: = 49 000 X 120 49 000 3.810.000 = 1 X 120 3.810.000 1 = 49 000 (X 120) 3.810.000 = 49 000X 5.880.000 49 000X = 9.690.000 X = 9.690.000 : 49 000 = 197,76 Andere oplossing: 3.810.000 : 49 000 = 77,76 Prijs is: 77,76 + 120 = 197,76d Probleemaanpak

Afzonderlijk worden berekend: opbrengst hoogseizoen; opbrengst laagseizoen; variabele kosten hoogseizoen; variabele kosten laagseizoen; totale vaste kosten. Opbrengst hoogseizoen: aantal dagen 0,70 (= 70%) accommodatietarief Opbrengst laagseizoen: aantal dagen 0,90 (= 90%) accommodatie tarief (wordt gesteld op P: zie de vraag). Variabele kosten hoogseizoen: aantal dagen 0,70 accommodatie 0,90 (10% lager) bedrag per gast (zie a). Variabele kosten laagseizoen: aantal dagen 0,90 accommodatie 0,95 (5% lager) bedrag per gast (zie a). Totale vaste kosten: vaste kosten vorig jaar 1,05 (5% hoger). P wordt gevonden uit de vergelijking: opbrengst hoogseizoen + opbrengst laagseizoen variabele kosten hoogseizoen variabele kosten laagseizoen totale vaste kosten = gewenst resultaat.Uitwerking

Opbrengst hoogseizoen: 200 0,70 200 180 = 200 140 180 = 5.040.000 Opbrengst laagseizoen: 150 0,90 200 P = 27 000P Variabele kosten hoogseizoen: 200 0,70 200 0,90 120 = 3.024.000 Variabele kosten laagseizoen: 150 0,90 200 0,95 120 = 3.078.000 Totale vaste kosten: 3.000.000 1,05 = 3.150.000 5.040.000 + 27 000P 3.024.000 3.078.000 3.150.000 = 750.000 5.040.000 + 27 000P 9.252.000 = 750.000 4.212.000 + 27 000P = 750.000 27 000P = 750.000 + 4.212.000 27 000P = 3.462.000 P = 3.462.000 : 27 000 = 128,22

Noordhoff Uitgevers

Uitwerkingen 11

2.11

a

Probleemaanpak

De prijselasticiteit van de vraag is -2. De voorgenomen prijsverlaging is 10%. De afzet zal toenemen met 2 10% = 20%. De prijs wordt 0,9 oorspronkelijke prijs. De omzet wordt dus: oorspronkelijke afzet 1,2 (= + 20%) 0,9 (= 10%) oorspronkelijke prijs. NB De oorspronkelijke prijs = oorspronkelijke omzet : oorspronkelijke afzet. Verandering in de kosten: Variabele kosten: Materiaalkosten: oorspronkelijke kosten afzet (nieuw) 1,10 (prijsverhoging 10%) 0,96 oorspronkelijke afzet (korting 4%) Directe loonkosten: oorspronkelijke kosten afzet (nieuw) 1,075 (prijsverhoging 7,5%) oorspronkelijke afzet Overige productiekosten: oorspronkelijke kosten afzet (nieuw) 1,075 (prijsverhoging 7,5%) oorspronkelijke afzet Distributiekosten: oorspronkelijke kosten afzet (nieuw) 1,075 (prijsverhoging 7,5%) oorspronkelijke afzet Marketing- en verkoopkosten: 0,05 (5%) omzet (nieuw) NB Het verschil tussen de omzet en de totale variabele kosten is de contributiemarge. Vaste kosten: Indirecte loonkosten: oorspronkelijke kosten 1,125 (+ 12,5%) Overige productiekosten: oorspronkelijke kosten 1,125 (+ 12,5%) Overheadkosten: oorspronkelijke kosten 1,125 (+ 12,5%) Distributiekosten: oorspronkelijke kosten 1,125 (+ 12,5%) Marketing- en verkoopkosten: (totale marketing- en verkoopkosten vorig jaar 0,05 (5%) omzet vorig jaar) 1,125 (+ 12,5%) Het resultaat voor het volgende jaar wordt gevonden door op de omzet (nieuw) de totale variabele kosten (nieuw) en de totale vaste kosten (nieuw) in mindering te brengen of de contributiemarge te verminderen met de totale vaste kosten.

12 2 Prijscalculaties

Noordhoff Uitgevers

Uitwerking

Afzet wordt 1,2 20 000 = 24 000 stuks Prijs wordt 0,9 25 = 22,50 Verwacht resultaat voor volgend jaar: Omzet : 24 000 22,50 = Variabele kosten: Materiaalkosten: 40.000 24 000 1,10 0,96 = Directe loonkosten: 64.000 24 000 1,075 = Overige productiekosten: 30.000 24 000 1,075 = Distributiekosten: 14.000 24 000 1,075 = Marketing- en verkoopkosten: 0,05 540.000 = Contributiemarge: Vaste kosten Indirecte loonkosten: 49.000 1,125 = Overige productiekosten: 20.000 1,125 = Overheadkosten: 50.000 1,125 = Distributiekosten: 8.000 1,125 = Marketing- en verkoopkosten: (40.000 0,05 500.000) 1,125 = Winst volgend jaarb Probleemaanpak

540.000

-

50.688 82.560 38.700 18.060 27.000 217.008 322.992

-

55.125 22.500 56.250 9.000 16.875 159.750 163.242

Omzet = omzet vorig jaar. Variabele kosten: Materiaalkosten: bedrag vorig jaar 1,10 (+ 10%) Directe loonkosten, Overige productiekosten, Distributiekosten: bedragen vorig jaar 1,075 (+ 7,5%) Marketing- en verkoopkosten: 0,05 omzet vorig jaar. Vaste kosten: Zie het antwoord op vraag a. Resultaat volgend jaar = oorspronkelijke omzet minus totale variabele kosten (nieuw) en totale vaste kosten (nieuw).

Noordhoff Uitgevers

Uitwerkingen 13

Uitwerking

Omzet Variabele kosten: Materiaalkosten 40.000 1,10 = Directe loonkosten 64.000 1,075 = Overige productiekosten 30.000 1,075 = Distributiekosten 14.000 1,075 = Marketing- en verkoopkosten: 0,05 500.000 = Contributiemarge Vaste kosten Resultaat volgend jaar (zonder prijsverlaging)c Probleemaanpak

500.000 44.000 68.800 32.250 15.050 25.000 185.100 314.900 159.750 155.150

Het antwoord wordt verkregen door vergelijking van de uitkomsten van de vragen a en b.Uitwerking

Gelet op de antwoorden op de vragen a en b is prijsverlaging de beste optie.d Probleemaanpak

Stel de verkoopprijs = P De omzet wordt dan: oorspronkelijke afzet P Variabele kosten: totale variabele kosten (antwoord vraag b) variabele marketing- en verkoopkosten (antwoord vraag b) 0,05 oorspronkelijke afzet P (nieuwe variabele marketing- en verkoopkosten) totale vaste kosten = gewenst resultaat. Uit deze vergelijking kan P worden opgelost.Uitwerking

Stel de verkoopprijs = P Er geldt dan: (20 000 P) 160.100 (= 185.100 25.000) (0,05 20 000 P) 159.750 = 170.000 20 000P 160.100 1 000P 159.750 = 170.000 19 000P 319.850 = 170.000 19 000P = 319.850 + 170.000 19 000P = 489.850 P = 489.850 : 19 000 = 25,78

14 2 Prijscalculaties

Noordhoff Uitgevers