de yeshe lama, de introductie

28
Keith Dowman ©2014

Upload: ramo-de-boer

Post on 22-Jul-2016

265 views

Category:

Documents


2 download

DESCRIPTION

Vertaling van de introductie van 'The Yeshe Lama, Jigme Lingpa's Dzogchen Ati Yoga Manual' a radical Dzogchen translation by Keith Dowman. Eerste deel betreft de context van radicale Dzogchen, tweede deel betreft de inhoud van de JL.

TRANSCRIPT

Page 1: De Yeshe Lama,  de introductie

Keith Dowman ©2014

Page 2: De Yeshe Lama,  de introductie

Ver

talin

gR

amo

de

Bo

er©

20

15

2

Jigme Lingpa(1730 -1798)

Van de vertaler ENG > NL

De vertaling van deze introductie is om meerdere redenen interessant voor iedereen diemeer zicht wil krijgen op de Dzogchen traditie als non-dualistische benadering. Keith Dowmanis een onorthodoxe Dzogchen adept die zijn kritische licht laat schijnen op de traditionele ennog steeds actuele Tibetaanse gewoonte om het Dzogchen onderricht ‘geheim’ en exclusiefte houden. In zijn idee is dat precies wat er in deze kritische tijden niet moet gebeuren, hoe-wel hij vanuit zijn grote kennis en ervaring respect en zorgvuldigheid adviseert met deze vrijte verkrijgen tekst van Jigme Lingpa.

Een gekwalificeerde leraar voor de juiste uitleg en interpretatie blijft zijn inziens geen overbo-dige luxe. Hij geeft in zijn ruime inleiding een niet gebruikelijke kijk op de omgang met, eninhoud van Dzogchen. De inleiding is ook zonder het boek zeker de moeite van het lezenwaard, en kan het zicht van zowel de geïnformeerde leek als de ingewijde op deze Tibetaansenon-dualistische benadering vergroten.

Page 3: De Yeshe Lama,  de introductie

Ver

talin

gR

amo

de

Bo

er©

20

15

3

Inhoud

Deze inhoudsopgave heb ik (RdB) toegevoegd om beter te kunnen navigeren in deze vrij langeintroductie. Niet voor iedereen zijn alle onderwerpen hier even interessant, dus ze is vooralbedoeld om te helpen kiezen voor hen die niet de hele inleiding willen lezen.

Introductie 4

Doel en Visie 7

Structuur en inhoud 12

Basistraining 13

Doorbraak (trekchö) 15

Oversprong (tögal) 17

Bardo 22

Boeddhavelden 26

Het Begin en het Einde 27

Noot over het Gebruik van deze Handleiding! 28

(In deze vertaling van de Introductie zijn niet opgenomen ‘Jigme Lingpa en de Longchen Nyin-tik, Polemiek, Vertaling en Tekst en Bronnen – pag. 36 - 52)

Page 4: De Yeshe Lama,  de introductie

Ver

talin

gR

amo

de

Bo

er©

20

15

4

Introductie (5)

Hier is de grote Yeshe Lama, het meest bekende, omvangrijke en meest doeltreffende van deDzogchen handboeken. Het is een elementair bronboek van Doorbraak/Oversprong grondre-gels. Toen Dzogchen nieuw voor me was werd de Yeshe Lama geïntroduceerd als het equiva-lent van de Grote Perfectie zélf. De naam werd gefluisterd, zoals de namen van de meest be-kende Lamas van de overdrachtslijn. Als de basistraining in Vajrayana zwaar zou zijn, dan wasde onvergelijkbare prijs de Yeshe Lama. Alleen al het zien van het boek kon initatorische erva-ringen teweegbrengen en zijn mantrische titel was voldoende om ieder obstakel te verwijde-ren of iedere sluwe geest te bezweren.Op het hoofd geplaatst was zijn zegeningskracht gelijk aan de zegen van de bron Lama’s doorbekrachtiging. Een oude blokdruk kopie aangeboden door de Lama kon alleen een teken zijnvan zijn speciale voorkeur en van zijn vertrouwen in zijn hart-zoon. Het was de als aansporingvoorgehouden wortel zelfs al voor het ontvangen van enige basis Dzogchen instructie.

Zeker, de Yeshe Lama voldoet aan zijn reputatie. Het is nog steeds het kroonjuweel van demoderne Dzogchen overdrachtslijnen. Het is het hoogtepunt van de verzamelde LongchenNyingtik literatuur, de essentiële Dzogchen yogas presenterend in kerninstructies. De Long-chen Nyingtik is stevig gebaseerd op Longchen Rabjampa’s visie, een indrukwekkende, uitge-strekte en diepzinnige Dzogchen ervaring, beschreven als de Zeven Kostbaarheden, die ophun (6) beurt nauw gebaseerd waren op de tantras van de Nyingma Gyubum, de literaireschatkamer van Dzogchen.Rigzin Jigme Lingpa, de mysticus-geleerde die de Longchen Nyingtik componeerde, was eenincarnatie van Longchenpa in de meest pertinente betekenis van het woord. Hij schreef hetop gedurende een tijd waarin zijn overdrachtlijn vervolgd werd, maar zijn Longchen Nyingtikwerd het zaad, wortel en tak van een Dzogchen wederopstanding die aan het begin van de21e eeuw over de hele wereld weerklinkt.

Die vergeelde, beduimelde blokdruk kopie van de Yeshe Lama is gedurende decennia in zijnzijden omwikkeling gebleven. Maar nu die behoefte de durf gegenereerd heeft om het te ver-talen, veroorzaakt het belang voor de overdrachtslijn en haar diepzinnige betekenis in deDzogchen traditie aarzeling. Wat toch de balans doet overslaan is het gevoel dat op dit kritie-ke moment in de overdracht van de Tibetaanse non-dualistische traditie naar het Westenhaar toekomst als instrument voor het goede afhangt van een deconstructie en reformatievan de oude vormen, en een heropstanding die overeenkomstig is in diepte en intensiteitzoals de Dzogchen renaissance die Jigme Lingpa 300 jaar geleden in Tibet initieerde.Een dergelijke reformatie hangt zeker af van belichaming van het Dzogchen zicht, meditatieen gedrag door inheemse westerlingen die de overdracht opgenomen hebben, het geassimi-leerd hebben en het kunnen uitdrukken op manieren, verbaal en non-verbaal, die passendzijn in hun cultuur en, ook, jammer genoeg, relevant voor de huidige mode.

Deze vertaling van de Yeshe Lama, beschikbaar gemaakt voor iedereen die het geluk heeft omze tegen te komen, is als een kanaal van de oude dispensatie naar de nieuwe, een zeldzamerelikwie van het oude Tibet die bijdraagt aan het dynamische gewaarzijn van het nieuwe.

Page 5: De Yeshe Lama,  de introductie

Ver

talin

gR

amo

de

Bo

er©

20

15

5

Een heroverweging van de traditionele maatstaven voor transmissie die verstard raakten ophet Tibetaanse plateau door honderden jaren van conservatieve beoefening kunnen ook vanvoordeel zijn voor de jongere generatie Tibetanen, zowel in Tibet als in ballingschap.

In dit radicale zicht komen de conservatie en bescherming van de geheimen van de YesheLama voor een latere generatie op de tweede plaats ten opzichte van het voorzien van on-middellijke eenvoudige toegang. Naast hen op een traditioneel gradueel pad omvat dat ookmensen die vanuit het Vajrayana radicale Dzogchen binnenkomen, mensen die (7) nooitVajrayana initiatie hebben ontvangen en zij die voor een groot deel van hun leven verbindingen toewijding voor Dzogchen hebben gehad, en die zich nu voorbereiden om te sterven envoordeel kunnen hebben van Jigme Lingpa’s zicht. Net zo kan het van voordeel zijn voor jongemensen die een sterke intuïtie hebben dat Dzogchen en de Yeshe Lama op enigerlei wijze degrond van het New Age ethos zuiveren.

Het moet niettemin van meet af aan duidelijk zijn dat de Dzogchen van de traditionalistischeLamas die het onderrichten als een doel aan het eind van het pad van de geheime Woordtraditie van het Vajrayana, een gradueel pad dat een zware training in de religieuze cultuurvan Tibet omvat, niet de Dzogchen is die onthult en besproken wordt in deze inleiding.Deze Dzogchen is een oorspronkelijke realisatie in het hier en nu die alle religies overstijgt,inclusief Boeddhisme en Bon, Islam en Christendom. Het is wat bekend is geworden als radi-cale Dzogchen.

In zijn eerste betekenis impliceert radicale Dzogchen een totale betrokkenheid met de ruime,ongestructureerde, niet-dogmatische praktijk van de Totale Volmaaktheid in het nu. Zo’n rui-me praktijk neemt de individu’s karmische patronen, genetisch van herkomst en daarna aan-gepast door gedragsconditionering, als het startpunt, waarbij dan door herkenning van denatuur van ons wezen haar non-actie te gebruiken als de overkoepelende beschouwing dieons huidige moment openbaart. Deze beschouwing belichamend verblijven we ontspannen inonze authentieke natuur. Het imperatief hier is een onvrijwillige herkenning van de onont-koombare aanwezigheid van de Totale Volmaaktheid. Het startpunt is dus bekend als eenongelimiteerde altruïstische spontaniteit.

Ten tweede impliceert radicale Dzogchen een terugkeer naar de wortels van Dzogchen in devorm van de iconische atiyoga tantras van de Nyingma Gyubum, zijn originele openbaring. Ditwas de voornaamste bron van inspiratie voor Longchenpa zelf, en door hun verbinding voorJigme Lingpa.

Ten derde omvat radicale Dzogchen, nauw volgend vanuit deze betrekkingen en alle culturelevormen overstijgend, een waardering van onze eigen zelfgekweekte culturele vormen enwaarden in een zelfs grotere mate dan die van de Indiase en Centraal-Aziatische culturen dieals eerste Dzogchen genereerden en huisvesten.

Page 6: De Yeshe Lama,  de introductie

Ver

talin

gR

amo

de

Bo

er©

20

15

6

(8) Wat betreft het tweede punt, een terugkeer naar de wortels van Dzogchen, moet erkendworden dat de Yeshe Lama een obstakel is geworden. Dit boek is een icoon geworden, eenbron van dogma, een Dzogchen Bijbel, het laatste woord in Dzogchen voorschriften, en hetmag niet tegengesproken worden. Zeker, het wijkt erg weinig af van Longchenpa’s zicht, endat is een kostbare gift. Maar tenzij we van de Tibetaanse religieuze cultuur van Dzogcheneen geestelijk thuis maken, niet minder dan een gevangenis, moeten we onaantastbare ver-onderstellingen over de Yeshe Lama overboord gooien.

Om te denken aan de Lamas als de ultieme manipulatieve priesters, de beste in Azië en daar-door van de hele wereld, die Vajrayana en Dzogchen gebruiken om hun eigen nest met verente bedekken, kan contraproductief zijn, maar het bewerkstelligen van een boek met definitie-ve openbaringen, onbetwistbaar en onvervangbaar, dient uiteraard het doel van hen die ei-genaar zijn en het onderrichten.

Een groep beoefenaren die de route van graduele beoefening volgen, en sociaal en spiritueelbeschermd worden voor de wereld door de muren van de mandala, is een institutioneel ge-vaar. Een priester die op de top van de hierarchie zit, bewaakt door een innerlijke cirkel die devruchten plukt, is het resultaat. Religie zou niet in de ban gedaan moeten worden, maar op ditkritieke moment in de geschiedenis van de mensheid zouden we moeten overwegen dat hetneerhalen van de muren van autoritaire institutionele structuren nauw verwant is met hetoverleven van de soort.

Om terug te keren naar de grondregels van radicale Dzogchen: Er is geen herkenning van su-perieure of inferieure gradaties, en zeker geen onderscheid tussen hoge en lage spirituelestatus omdat er geen erkenning van enig dualistisch onderscheid is tussen het spirituele enhet materiële, lichaam en geest. Dzogchen, zoals iedere puur existentiële wijze van zijn, is dewijze waarop we onszelf aan onszelf presenteren, zonder keuze of voorkeur omdat is hoe hetis en hoe het moet zijn. Wat we ook zijn en wat we ook doen in het moment is de wijze dieons perfect past en er is geen kwestie van relatieve beoordeling of vergelijking – alle vergelij-kingen zijn hachelijk.

We kunnen zeggen dat Dzogchen superieur is aan de acht lagere benaderingen in het Boed-dhisme, of dat Oversprong superieur is aan Doorbraak (p.41), maar dat is alleen waar op hetgebied van het graduele pad, dat een voorlopige optie presenteert voor hen die hebben afge-haakt van – of, (9) eerder, die geloven dat ze hebben afgehaakt – van het hier en nu. De erva-ring waarop Dzogchen is gebaseerd is eenvormigheid, de eenvormigheid van stralend ge-waarzijn in iedere zintuiglijke perceptie die gelijkmoedigheid en onpartijdigheid teweeg-brengt, die op hun beurt het fundament leggen voor sociale gelijkheid met universele reli-gieuze vriendschap en politieke democratie, waar dogma en ideologie een gruwel zijn.

Een andere basale leerstelling van radicale Dzogchen is dat gewaarzijn van het nu niet kanworden gemanipuleerd. We kunnen niet geconditioneerd worden tot Boeddha. De geest isgeen machine die geprogrammeerd kan worden tot gewaarzijn. In zoverre gewaarzijn nietverouderd, en op precies dezelfde wijze functioneert in kindertijd en in seniliteit, veranderen

Page 7: De Yeshe Lama,  de introductie

Ver

talin

gR

amo

de

Bo

er©

20

15

7

alleen de vormen van perceptie als de fasen van leven doorleefd worden, en dat verschil inkleur en vorm geen enkele toename in kwaliteit impliceert, moreel of cognitief. Genetischontstane gedragspatronen, hormonale vereisten en gewoonte routine worden bepaald doorzowel interne als externe condities in iedere fase van het leven.

Geleefde ervaringen kunnen Pavloviaanse reacties teweegbrengen die onze kans op overle-ven en succesvolle voortplanting vergroten. Maar al zulke veranderingen vallen onder denoemer van karma en worden karmisch bepaald. Culturele en religieuze programma’s kunnenonze gedragspatronen marginaal beïnvloeden, maar nogmaals, zulke verandering is zekergeen noodzakelijke verbetering van de omstandigheden die in volledig gewaarzijn, onthech-ting, helderheid, non-gedachten en het verhoogde gevoel van tevredenheid voorzien die dekwaliteit is van Boeddha en non-dualistische yoga.

Doel en Visie

Het doel van deze vertaling, het doel van iedere vertaling van de Yeshe Lama, moet zijn omDzogchen activisten, yogis en yoginis, te voorzien van een handleiding voor beoefening. Hel-dere beschrijving van de beoefeningen heeft daarom voorrang op alle academische overwe-gingen. De meeste lezers zullen gestuurd zijn om te verwachten dat de Yeshe Lama is zoalsgeadverteerd, een handleiding van graduele beoefening voor hen wiens intentie is om eendoel te bereiken op (10) het einde van een gradueel pad. Jigme Lingpa heeft deze tekst alssubtitel meegegeven ‘lamrim, een gids voor de fasen van het pad.’

Daarom zijn we vergeven als we veronderstellen dat de Yeshe Lama behoort tot het gradueleVajrayana pad, en ongetwijfeld geloofde Jigme Lingpa dat het Vajrayana en Dzogchen on-scheidbaar waren. Maar om deze bewering in perspectief te plaatsen, het is sporadisch dat deVajrayana context van Dzogchen in deze tekst binnenkomt, en zelfs dan wordt ze gepresen-teerd als een karma die uitgeput moet worden, en techniek om te overstijgen.

‘Vanaf het moment van het accepteren van de Lama als een belichaming van de drie sublie-me aspecten van de boeddha waarin we toevlucht nemen, totdat de tien hoofdkenmerkenvan de ontelbare tantras gerealiseerd zijn, is alle ervaring hoe dan ook manifeste ervaring vanverwezenlijking (rigpa) als het pad.’ In deze introductie, net als in de vertaling, wordt hetVajrayana gezien als de religieus-culturele context van Dzogchen, de cocon van waaruit deGaruda vogel zal komen, en is zodoende het equivalent van onze post-christelijke, non-sektarische, culturele context.

In het Westen hebben velen een kritisch punt bereikt waarop ze zich afvragen of het Tibe-taanse Vajrayana psychologisch en cultureel wel opneembaar is. Wij kijken liever naar Dzog-chen en andere non-dualistische disciplines. Dzogchen, het hoogtepunt van het Vajrayana,uit zijn Tibetaanse context gehaald en evenredig zichtbaar in alle en iedere westerse culturelevorm, kan dan herkend worden als het universele hoogste pad. Deze radicale Dzogchen zetelt

Page 8: De Yeshe Lama,  de introductie

Ver

talin

gR

amo

de

Bo

er©

20

15

8

gelijkelijk in de Christelijke en post-Christelijke cultuur, in de traditionele familie, in wereldlijkonderwijs en media conditionering en, natuurlijk, in alternatieve cultuur.

Jigme Lingpa kan daarom de tekst een ‘lamrim’ genoemd hebben, maar het is contraproduc-tief om ze te benaderen met een doelgerichte mindset of met de intentie om het boek tegebruiken als een gids tot graduele beoefening. In zoverre we al initiatieervaring of intimiteitmet de natuur van de geest kennen, kunnen we, in alle bescheidenheid, een houding aanne-men van boeddha-reeds-gerealiseerd, verwezenlijking van het Doorbraak zicht implicerend.Op die manier kunnen we, terwijl we ons openen voor de niet-graduele regels, die een onbe-twistbare (11) onderstroom vormen van de tekst, tegelijkertijd het volledige potentieel van debeschreven oefeningen appreciëren, en ze gepast gebruiken zonder vast te komen zitten inde graduele benadering of doelgerichtheid.

Deze tekst is een verheldering van onze natuurlijke staat van zijn, en een versterking van onsbegrip van spontane bevrijding; in het proces moeten we niet gevangen raken in spiritueelmaterialisme, waarin materialisme de neiging is om te concretiseren, vast te stellen, te bezit-ten en controleren wat er dan ook opkomt in onze zintuiglijke velden. De hier beschrevenoefeningen beloven ons bekend te maken met ons authentieke zelf en het vergroten van onsvertrouwen in een ongegrond, niet-solide zijn.

Sommige lezers, radicaal in hun Dzogchen en gekwalificeerd om deze onstuimige pagina’s teopenen, kunnen in eerste instantie teleurgesteld zijn. Ongerust door de belofte van zijnlamrim titel, en verwachtend dat dit ultieme Dzogchen tekstboek hen zal aanspreken die hetpadloze pad gaan, zullen ze verrast zijn dat de tekst niet voorziet in de vormloze radicaledzogchen die ze kennen en liefhebben. Maar de Yeshe Lama moet absoluut begrepen wordenals een handboek van radicale Dzogchen, en is een onmisbare gids voor de radicale Dzogchenvolgeling zittende op de troon van Maha-Ati in het centrum van de Dzogchen mandala, en inhet bijzonder als een inventaris van vaardige middelen voor de troon-houder die het zal on-derrichten.

Radicale Dzogchen neemt de identiteit van het graduele en onmiddellijke. In het bron inzichtdat Dzogchen definieert is er geen graduele noch onmiddellijke ervaring — er is helemaalgeen proces, of liever gezegd de ervaring omvat ze beiden. De wijze waarop Tibetaanse (enWesterse) academici het onderscheid hebben uitgedrukt tussen de graduele en onmiddellijkeschool veronderstelt dat verlichting ofwel na verloop van tijd of plotseling kan optreden. Dit iseen puur academische aanname. Existentieel gezien is er geen ‘graduele’ of 'onmiddellijke’verlichting. Deze labels zijn bedacht door mensen die van buiten observeren, objectief obser-veren en analytisch omgaan met wat ontegenzegbaar subjectieve ervaring is.

Voor de existentialist — die in deze Dzogchen context noodzakelijkerwijs een mysticus is —heerst herkenning en acceptatie van (12) non-dualiteit of niet. Jigme Lingpa, als eerste eenmysticus — en pas als tweede een geleerde — herkende dit en zei het zelfs in de inleiding vande Yeshe Lama. Degene die het Dzogchen zicht uiteen trekt met rationele analyses oefent

Page 9: De Yeshe Lama,  de introductie

Ver

talin

gR

amo

de

Bo

er©

20

15

9

slechts zijn intellect uit in zelfbevredigende verwennerij, zoals het maken van een chemischeanalyse van chocola om de smaak te ontdekken in plaats van het te eten; of het verzamelenvan geruchten, bijvoorbeeld, of er tijgers zijn in een bepaalde jungle in plaats van er zelf heente gaan en het te ontdekken.

Het gevaar voor de Dzogchen ingewijde, en ook voor aspiranten van alle non-dualistische dis-ciplines, is om een specifieke culturele vorm aan te zien voor pure aanwezigheid. Of verlich-ting gradueel is of onmiddellijk, is niet het punt. Het gevaar ligt in het hout aanzien voor debomen, en het veronderstellen dat een enkele specifieke vorm identiek is met verlichting, endat het doen van dat ene ding het Dzogchen zicht teweeg zal brengen. Het is de natuur vanhet Dzogchen zicht zélf dat aan de orde is als het zicht — de natuur van de geest — verwardwordt met een aspect van een exotische of verheven religieuze cultuur.

In het Westen is er gedurende recente generaties de neiging geweest om Aziatische religieuzeculturen, die onze aandacht gericht hebben op het misselijkmakende gat in onszelf, als eenvalide vervanging voor die van onszelf te nemen. Zelfs als het mogelijk was om de hele cultuuren karma waarin we geboren en opgegroeid zijn uit te wissen, wat het vervangt wordt en ob-ject van gehechtheid ongeacht de eventuele grotere subtiliteit of verfijning. Niet in staat omonszelf te bevrijden van — of op z’n minst te verzachten — onze aangeboren culturele condi-tionering, welk voordeel kan er komen van een toegevoegde last van culturele gehechtheid?Niet dat eenvoud enig inherent voordeel heeft boven verfijning, maar waarom zaken compli-ceren?

Het gevaar kan geherformuleerd worden als de vinger die naar de maan wijst en aangezienwordt voor de maan zelf. Niet alleen de Tibetaanse religieuze cultuur dat de Dzogchen grond-regels draagt maar de grondegels zélf zijn de vinger die naar de maan wijst. Net zo dienen deLamas die wijzen op de natuur van de geest niet verward te worden met de geest zelf. Decultuur die op een synchronistisch moment fungeerde als een heldere spiegel en onze eigenoverbodige wanen spiegelde, is niet bedoeld om de cultuur (13) die ons toestond er toegangtoe te krijgen te vervangen. Vrijwel de gehele Tibetaanse cultuur is haar religieuze cultuur —haar wereldse cultuur is erg mager en barbaars — en het aanbidden van het goede van diecultuur, het aannemen van de hiërarchische, autocratische en dogmatische waarden van diespiritueel-materialistische cultuur, is het verwarren van het hout met de bomen.

We danken de Lamas voor hun gunstige interventie en heilzame aanmaningen voor wat wetijdelijk waren vergeten, en gaan verder. In zoverre het graduele pad in het huidige momentvan de Tibetaanse geschiedenis het rituele Vajrayana op de Centraal-Aziatische wijze is, is heteen obstakel, een spinsel van de geest, zeker omdat sommige Lamas er op aandringen dat hetde maan zelf is in plaats van de wijzende vinger.

Dit cruciale punt verdient nadruk ten gunste van brede beoefening, hart-essentie ingewijden,maar is nog relevanter voor hen die oorspronkelijk het heldere licht zagen, aangeduid doorhet Tibetaans Boeddhisme, maar die betoverd raakten door de vorm en attributen van de

Page 10: De Yeshe Lama,  de introductie

Ver

talin

gR

amo

de

Bo

er©

20

15

10

Vajrayana cultuur. Het graduele Vajrayana pad bestaat uit een cultureel leerproces als deelvan een exotisch onderwijssysteem dat in haar specifieke elementen weinig relevant is voorhet Westen in de 21e eeuw. In het toepassen van het Dzogchen zicht is het allemaal materiaalom opgemerkt te worden, en te laten gaan zonder gehechtheid of afkeer.

Het moet begrepen worden als niet verschillend, niet beter of slechter, niet in het bezit vangrotere waarde of betekenis, geen grotere bron van vreugde of bevrediging dan onze hoofd-gecentreerde, materialistische oudchristelijke populaire cultuur. Voor de Dzogchen ingewijdehebben een voetbalwedstrijd en een Vajrayana ritueel gelijke waarde; de Lama (de guru, depriester of sjamaan) is dat menselijk wezen dat die rol en functie vervult op dat moment. Voorhen met zelfs een kleine ervaring van de waarheid van Garab Dorje’s eerste principe, zijn Ti-betaanse cultuur, Boeddhisme en Lama aanbidding groepsovertuigingen die neergehaaldmoeten worden, en verwijderd voor kennismaking met het Dzogchen zicht vergroot en ver-diept kan worden.

Een kortstondige verandering van focus van west naar Oost, van onze specifieke culturelegezichtsveld naar het grotere universele perspectief waarin het culturele huis van Dzogchenvoorziet, kan nodig zijn terwijl we de grondregels van radicale Dzogchen omarmen. Als hetons ook inzicht geeft in de schijnvertoning en ijdelheid van de conventies van onze eigenmaatschappij, dan mogen we de Tibetanen daarvoor danken.

(14) Het is duidelijk een fout om dat wat op het eerste gezicht een uiteenzetting lijkt van hetzuivere graduele zicht, met een gelaagde programma van technische oefeningen, te zien alshet hele verhaal. Als je dat doet dan verlies je de belangrijkste waarde van de verhandeling.Het briljante van Jigme Lingpa in zijn Yeshe Lama ligt zeker in zijn presentatie van deconstruc-tieve relatieve beoefening in de context van, en met de aanname van, het overkoepelendenon-dualistische Dzogchen zicht; de sleutels tot de deuren die uit de intellectuele beperkingleiden liggen in de intellectuele arena.

Hij voorziet in de kerninstructies die herkenning mogelijk maken van de natuur van de geest,en tegelijkertijd de basisaanname onderhouden dat herkenning al bereikt is. Op deze wijzeblijven absoluut en relatief een onverbrekelijke eenheid. Er is geen tweedeling tussen de gra-duele en plotselinge methode. De culturele of religieuze vorm is altijd de intrinsieke doorgangnaar zijn eigen transcendentie of overstijging. Voor hen die vooralsnog niet in staat zijn hetDzogchen zicht intuïtief te vatten, zij die door het licht verblind worden, lijkt het alsof JigmeLingpa een handboek met instructies geschreven heeft die men letterlijk moet nemen. Dezemensen zullen terugkeren naar de vijf-honderd-duizend ngöndro beoefening, de Vijf Nagelvoorbereidingen en naar shamatha en vipasyana.

Een hierboven weggelaten radicale Dzogchen leerstelling is dat niets verborgen moet blijvenvoor toekomstige onthulling, en dat niets gebruikt zou moeten worden om de student te be-moedigen. Zulke methoden kunnen toepasselijk zijn in het klooster, of in de beginfase vanopleiding, maar zulke tweeslachtigheid ontmoedigt aspiranten voor wie lijden voldoende im-

Page 11: De Yeshe Lama,  de introductie

Ver

talin

gR

amo

de

Bo

er©

20

15

11

puls en motivatie verschafte. Wat ‘geheim’ is zou zelf-geheimhouding moeten betekenen,niet een genoemd of ongenoemd ding in de voorraadkast wat er uitgehaald word voor eenvolgende maaltijd. Zelf-geheimhouding impliceert dat wat verborgen is verborgen blijft totdatde tijd rijp is of dat het nooit openbaar kan worden omdat zijn natuur onthulling verhindert.De traditionele Tibetaanse censuur tegen onthulling wat het curriculum in petto heeft op eengevorderd niveau is alleen van toepassing op het graduele Vajrayana pad.

In het grootste deel van dit boek waarin technieken voor beoefening in ruimte-tijd zijn be-schreven, worden we dus regelmatig herinnerd aan het absolute aspect van de beoefeningen.We blijven gewaar van de basis (15) aanname van een overkoepelend, transcendent, doel —of liever non-doel — achter of voorbij de impliciete motivatie in de beschrijvingen van de oe-feningen die geleerd en beoefend moeten worden in series. In de proloog bijvoorbeeld wor-den we geïnformeerd dat Longchenpa’s zicht zowel hen op het graduele en onmiddellijke padgelijktijdig bevrijdt. Hoe werkt dat? Overweeg het belang van de opmerking die hierboven algeciteerd werd, dat vanaf het moment dat we de belichaming van de boeddha als toevluchtaccepteren — zowel experientieel als denkbeeldig — alle ervaring opkomt als resultaat, endat resultaat is pure aanwezigheid.

Die realisatie is van cruciaal belang voor de gradualisten die neigen zichzelf uit te sluiten vanradicale Dzogchen. Om die reden moeten we de beoefeningen van het Dzogchen graduelepad accepteren als niet te onderscheiden van het padloze pad zelf. Het pad is zeker het doel,maar het beginpunt, wat de herkenning van Garab Dorje’s eerste punt is, is het pad en hetdoel. Op deze wijze is het startpunt het padloze pad.

Hoewel dat zo is wordt deze Yeshe Lama gebruikt op twee — op z’n minst twee — verschil-lende manieren. Ten eerste zal het gelezen worden als versterking — als een herinnering —van de realisatie van onze authentieke natuurlijke vrijgestelde zijn, en ten tweede als eentekstboek met gedetailleerde oefeningen om de receptiviteit voor een doel, dat slechts vaaggekend is, te vergroten. De termen ‘ruim’ en ‘nauw’ kunnen op deze respectievelijke wijzenvan beoefening toegepast worden.

De eerste vraagt geen formele training in wat nog niet geassimileerd is door karmische wilsui-ting. ‘Ruime’ beoefening wordt simpel gedefinieerd als herkenning van wat er ook opkomt —ongeacht of we lopen, zitten, eten of ons ontlasten — als de straling van de natuur van degeest in een non-dualistisch kader. Impliciet in deze beoefening is het begrip dat zelfs eenkleine beweging in de richting van een doel-bereiken contraproductief is en een ‘gek’ (Tib.) is— een belemmerende geest. En de wortel van de beoefening is een sterk mystieke ervaringdie ons in de zetel van bewustzijn ronddraait, zodanig dat er niet eens een schaduw van twij-fel meer is dat onthechting van verschijnselen en hechting aan hen dezelfde status hebben endezelfde functie hebben in het licht van de spontaniteit van pure aanwezigheid.

(16) Er moet hier opgemerkt worden dat zo’n beoefening geen enkele soort van religieuzeactiviteit hoe dan ook uitsluit, maar dat zulke activiteiten dezelfde status hebben als iederseculier gedrag. Terwijl ruime beoefening geen enkele structuur heeft, is nauwe beoefening

Page 12: De Yeshe Lama,  de introductie

Ver

talin

gR

amo

de

Bo

er©

20

15

12

alleen maar structuur, of nauwgezet of simpel. Nauwe beoefening is nodig om twijfels en spi-rituele ambitie te verwijderen, de poorten openend voor de realisatie van de natuur van degeest, maar met het begrip dat niets gedaan kan worden om zo’n realisatie teweeg te brengen. Het bestaat uit een gedisciplineerde, ascetische routine van fysieke, energetische enmentale oefeningen. Een overzicht van zo’n dagelijkse routine en programma van yoga beoe-fening vergezellen een Doorbraak – Oversprong (trekchö-tögal) lamrim. Het is belangrijk tebegrijpen dat tenzij en totdat een bekend zijn met de natuur van de geest volgens Garab Dor-je’s eerste en belangrijkste grondregel gerealiseerd is, alleen de basistraining wordt voorge-schreven.

Kort gezegd, wat we hier in handen hebben is een affirmatie van de essentiële non-dualistische natuur van alle ervaring en de onafwendbare binding van identiteit ermee, samenmet een aantal oefeningen die maken dat inzicht oneindig meer beschikbaar is voor individu-en van verschillende capaciteiten en in verschillende psychologische staten. Op het eerstegezicht, kan het lijken dat het een serie fysieke, energetische en mentale oefeningen voor-schrijft, maar als we Jigme Lingpa’s zicht als door osmose assimileren, als we de validiteit vanhet Dzogchen zicht als de natuurlijke neiging van de lichaamgeest herkennen, dan is het evi-dent dat de getrapte structuur van de gebruiksaanwijzing bedrog is. Zeker, eenvoudig hetherinneren van de natuur van de geest in iedere gegeven situatie, mogelijk ingegeven dooreen relevante oefening, brengt ons naar precies dezelfde plek. In andere woorden, als weklaar en wachtend zijn, zal het Doorbraak ritueel van het wijzen op, ons in dezelfde non-dualistische conditie van authenticiteit brengen als het zitten met een vaste blik in de Over-sprong houding van een achteroverliggende olifant.

Een laatste woord over het gebruik van dit boek: sommige mensen zullen het best gediendzijn door het te wikkelen in brocade en het op een hoge plank leggen (waar het nog zichtbaaris), of het op de achterzijde van een altaar plaatsten, zoals vele analfabete en niet-zo-analfabete Tibetanen doen. Op die plek kan het, als non-verbaal symbool, dienen als een con-stante (17) herinnering van de onuitdrukbare en ondoorgrondelijke natuur van Dzogchen ’sexistentiële actualiteit. Om weg te sturen van de rotsen van intellectuele fascinatie en con-ceptuele constipatie, kunnen we de Yeshe Lama zien als een icoon dat religie zuivert en onsbevrijd van de gehechtheid aan emotionele en neurotische preoccupatie, en van de fixatie opideeën en ideologische en filosofische en metafysische dogma’s. Dat komt zeker ten goedeaan alle menselijke wezens en de toekomst van onze planeet.

Struktuur en inhoud

Jigme Lingpa structureerde de tekst in drie delen, volgens capaciteit – hoog, middelmatig enlaag. De sectie die hoge scherpzinnigheid vergt omvat basis training, Doorbraak (trekchö) enOversprong (tögal). De uiteenzetting over Oversprong maakt verreweg het grootste deel vanhet boek uit. Het tweede deel, voor hen van middelmatige scherpzinnigheid, behandelt debardos, de vier ‘tussenliggende staten.’ De derde, een erg korte sectie, behandelt hettransport naar boeddhavelden voor hen van lage scherpzinnigheid.

Page 13: De Yeshe Lama,  de introductie

Ver

talin

gR

amo

de

Bo

er©

20

15

13

Deze drie delen kunnen gezien worden als afzonderlijke en aparte modules, drie verschillendeuniversa bewoond door verschillende wezens. Hoewel de drie sectie verdeling wordt aange-houden, is er voor makkelijker referentie een onderverdeling van vijf hoofdstukken overheengelegd, die respectievelijk Basistraining, Doorbraak, Oversprong, Bardos en Boeddhaveldenbehandelen.

Het is vanuit het radicale perspectief niet handig om te veel betekenis toe te kennen aan wel-ke structuur dan ook. Waarschijnlijk is de beste benadering om de Yeshe Lama te zien als eencompendium van beschrijvingen van paradigmatische gebeurtenissen die betekenis en zinkunnen geven aan het leven. Gezien als een geheel, bevatten zijn twee componenten ervarin-gen van verhoogd gewaarzijn van zijn ruimtelijkheid (Doorbraak) en de totale absorptie in zijnzintuiglijke velden (Oversprong) een besef van non-dualistische pure aanwezigheid (rigpa).Het leven in een klooster, waar tijd eindeloos is en afleidingen beperkt, een bevoorrechte enverheven levensstijl in Tibet, wordt in toenemende mate in het Westen gezien als niet pas-send. Sinds de Europese Renaissance en Reformatie zijn de seculiere en spirituele aspectenvan het leven meer geïntegreerd geraakt – ten minste in een ideaalbeeld (18).

Hoewel sommigen van ons tijd nemen om in retraite te gaan, of voor een grondige rust enherstel, is het alleen het van nature luie type, of de ware kluizenaar-mysticus, die zich terug-trekt uit de mainstream samenleving om religieuze beoefeningen na te streven met uitsluitingvan al het andere. Dzogchen is in essentie niet monastiek, hoewel het in de latere geschiede-nis van Tibet het voorrecht werd van de grote kloosters, die hoe dan ook het best gezien kun-ne werden als religieuze communes. Jigme Lingpa schreef de handleiding toen de klooster- enkluizenaarstraditie sterk waren in Tibet, en daarvoor is het nodig het te decoderen voor Wes-terse leken, mensen die volledig geïntegreerd zijn in de hoofdstroom van de westerse cultuur,en ook voor hen die een alternatieve levensstijl hebben aan de rand van het conventionelelandschap. We nemen hier ook mee de bewoners van dharma centra, die hoewel ze in hetalgemeen sociaal, politiek en religieus zijn in hun oriëntatie, ook een oppervlakkige interessekunnen hebben in Dzogchen. Merk op dat de perioden van toegewijde beoefening van demeeste oefeningen kort is, terwijl het zicht tijdloos is.

Basistraining

We moeten af van de misvatting van de ngondro als een elementaire beoefening. De termdoordrenkt ons met de schadelijke notie van het graduele pad, beginnend op de bodem ennaar de top klimmend. Verder is ieder element van Dzogchen ngondro in zichzelf in staat onste herinneren aan onze natuurlijke vrijheid, waarin non-dualistische herkenning en verlossingeen automatische, niet vrijwillige functie is. Om deze redenen, met de nadruk op ‘basis’ als‘gronding’, of ‘initiërende’ ervaring, wordt het eerste deel hier de BasisTraining genoemd.Deze oefeningen, inclusief de techniek van de vier elementen, moeten niet zozeer begrepenworden als methoden van voorbereiding en verbetering van een fundament voor Doorbraaken Oversprong, maar als paradigma van actuele dagelijkse beoefening die ieder moment vanperceptie verlichten, zuiveren en integreren in een holistisch zicht.

Page 14: De Yeshe Lama,  de introductie

Ver

talin

gR

amo

de

Bo

er©

20

15

14

In het Westen, in radicale Dzogchen, de khorde rushen en de spraak verheldering oefeningenin het bijzonder verdienen vitale en (19) geconcentreerde aandacht. Tulku Urgyen herinnertons dat ‘Vimalamitra de gewoonte had om de khorde rushen beoefening zes maanden perjaar te doen op Gieren Piek bij Rajgir, en daardoor was hij in staat om het regenbooglichaamte manifesteren.’ De functie van experientiele afscheiding van samsara van nirvana door hetuitacteren van ons hele bereik van onze existentiële potentieel, en daardoor het onderschei-den van het zaligheid-gewaarzijn dat de niet-gehechtheid eraan definieert, is het belangrijkstevoordeel ervan. Maar in termen van Westerse psychotherapie worden onze neurosen bevrijd,worden onderdrukte emoties bevrijd, gedachtenpatronen worden bevrijd en gewoonten vanhandeling worden bevrijd in het omzetten in actie van samsara, en indicatie van de ultiemerealisatie wordt ontdekt in de neduwa. Daarbij kunnen we leren ons eigen samsara lief tehebben – onszelf – in onze eigen egoïstische manifestaties, samen met alle donkere hoeken,door het ontdekken en integreren van de principes van het samsara van iedereen in ons eigenbewustzijn.

‘Rushen’ betekent het onderscheiden of afscheiden van samsara van nirvana. In ons gewone,niet onderscheidende bewustzijn zijn ze gemengd, als liefde en seks, en als oorlog en moed.In het scheiden maken we het onderscheid tussen gehechtheid aan samsarische ervaring enonthechting ervan, tussen gevangen zitten in onze geest en de vrijheid van verlossing vanonze gedachten, tussen neurose en transcendentie. Er is een licht verschil van mening tussenoverdrachtslijnen over de procedure die het beste deze scheiding teweeg brengt. Sommigenzeggen dat de scheiding het meest effectief gemaakt kan worden door lichaam en geest uit teputten in het proces van het in actie omzetten van de zes werelden, en het na de sessies ont-spannen in totale afzondering om daardoor de ‘kleine dood’ te ervaren van de na-orgastischestaat, de neduwa; anderen zeggen dat manifesteren van boeddha-activiteit in een sessie vangelijk belang onmiddellijk volgend op de samsarische sessie voldoende is om de onthechtingvan nirvana te induceren.

Boeddha-activiteit omvat het kopiëren van Sakyamuni’s meditatie onder de Bodhi-boom inBodhgaya, het uitvoeren van de ascetische activiteit van de yogi, het uitvoeren van demudra’s van een yidam, enzovoorts, en ook het nabootsen van het debat wat zo gekoesterdwordt in de Gelukpa school. Jigme Lingpa neemt de laatste benadering, de neduwa verande-rend in een aparte meer ontspannen beoefening, en in zijn verheerlijking van (20) debat be-vestigt hij een verrassende academische tendens. Rushen wordt door Jigme, de kluizenaar-mysticus, met terloopsheid behandeld, maar als een wijze van leven die bewonderenswaar-dig past bij de naar buiten gerichte 21e eeuwse niet-monastische Dzogchen beoefenaren, ishet niet alleen basis training maar ook een doorgang tot Dzogchen waarvan terugkeer nietmogelijk is.

Jigme Lingpa’s verheldering van de geest is bijzonder in de zin dat we daardoor, door een rati-onele analyse, komen tot een ervaren realisatie van de trikaya. De wijze waarop dit argumentconventioneel wordt gepresenteerd laat ons vaak koud, ongeïnspireerd, en met de wens ver-der te gaan naar de contemplatieve fase van geest verheldering. ‘Waar is de geest’ is de ge-

Page 15: De Yeshe Lama,  de introductie

Ver

talin

gR

amo

de

Bo

er©

20

15

15

woonlijke, provocatief veronderstelde, vraag van de Lama. Ergens in een fysiek orgaan? Waarkomt het vandaan? Ergens van buiten? In de baarmoeder? Wat is het? Een touw, een slang ofhelemaal niets? Deze wijze van overdenking brengt ons niet naar een specifieke oplossing.

Maar onder Jigme Lingpa’s voogdij leidt het daadwerkelijke zoeken ons direct en ervaringswijsnaar de trikaya. Dus hoe vind hij tijd, in dit licht, in het midden van zijn onderzoek, om de filo-sofen te kritiseren: ‘We bereiken onze bestemming direct, de realiteit van de Natuurlijke Gro-te Volmaaktheid daadwerkelijk ziend, niet zoals die arrogante hedendaagse filosofen die ver-wezenlijking claimen door logisch redeneren.’

Doorbraak (trekchö)

De totale realisatie van Doorbraak is afhankelijk van wat bekend is als de ‘introductie’ of ‘wij-zen op’, of in andere woorden, de herkenning van de natuur van de geest als voldoening vanGarab Dorje’s eerste grondregel. Het is ook ‘initiërende ervaring.’ De beperking dat ‘de syn-chroniciteit waarin de natuur van de geest doorheen straalt, kan niet gemaakt worden’ geldtzeker hier, en dat verstoort de ratio van de graduele benadering. In zijn uiteenzetting veron-derstelt Jigme Lingpa dat bekend zijn met de natuur van de geest onontkoombaar bereiktwordt door ‘het wijzen op’, want zo is de kracht en werkzaamheid van rituele uitvoering en zois het vertrouwen van de Tibetanen in hun geloof erin. In deze context noemt hij (21) de basis-training niet eens als voorwaarde. Maar voor ons kan ontvankelijkheid verbeterd worden,en die toename in ontvankelijkheid en een welhaast onvermijdelijke bekend raken met denatuur van de geest, wordt herkend door rituele introductie. Sommige in het Vajrayana door-drenkte Lamas en teksten dringen aan op de vier rituele bekrachtigingen als basis voor Door-braak, en in zoverre voor bekrachtiging geen opzettelijke actie vereist is, geen streven naardoel-bereiken, vraagt het een ontvankelijkheid net als in het simpele non-meditatie zitten datde rituele beoefening is van Doorbraak. In zijn goedkeuring van rituelen in de Yeshe Lama ende Longchen Nyingtik in het algemeen, conformeert Jigme Lingpa zich aan de ethos van zijntijd: ritueel definieert Dzogchen in zijn verval en op dit moment.

Nogmaals, hoe dan ook, in radicale Dzogchen moet synchroniserende bekrachtiging en rijping— existentiële realisatie in de stroom van het dagelijks leven — voorrang gegeven worden,hoewel duidelijk is als de guru-Lama ons klaarmaakt voor de existentiële realisatie - ons alshet ware permissie geeft, ons vertelt dat Boeddha is wie we werkelijk zijn als we maar onzedwaze ideeën over hoe dat is kunnen laten - we het vertrouwen krijgen dat de katalysator ofsmeermiddel is van het klaarmaken, zelfs als de sterk-gewenste-openbaring niet optreedt.Jigma Lingpa reserveert wat genoemd wordt de bekrachtiging van de creatieve versterkingvan pure aanwezigheid voor Oversprong; andere Lamas zouden aandringen op de WoordBekrachtiging (‘De Vierde’), als een ingang tot het Doorbraak territorium.

Jigme noemt buiten de rituele procedure geen enkele methode van introductie. Op het gra-duele pad is er geen alternatief voor zowel haar formele als informele manieren. Aangaandede Guru-Lama functionaris biedt hij twee vormen van introductie, de eerste een voorlopig

Page 16: De Yeshe Lama,  de introductie

Ver

talin

gR

amo

de

Bo

er©

20

15

16

zicht, waarin al onze ervaring geïntroduceerd wordt als een projectie van de natuur van degeest Hij verwerpt deze als een gevaarlijke gedeeltelijke waarheid, die alleen gegeven zoumoeten worden aan hen die geloof hebben, maar geen ervaringsbasis, en gaat snel over totuitwerking van het essentiële Nyingtik zicht en haar meditatie gevolgtrekking in de rituelecontext van de Guru die met gezag spreekt met zijn studenten.

Die litanie is kort en in zijn bondige axiomatische stijl weet hij over te dragen wat (22) mindereleraren uren zou kosten om uit te drukken. In feite is Jigme ’s hele Doorbraak onderdeel nietmeer dan een paar pagina’s. Na het initiërende deel besteed hij een paar paragrafen aan wathij noemt het overkomen van twijfel en het elimineren van kwesties, die als subtitel hebben‘Gelijktijdig Opkomen en Verlossing’, ‘Vrijelijk Rusten’ en ‘Verschillende Capaciteiten. ‘

Om een essentieel punt nog eens te benadrukken, het is van vitaal belang om het zicht pre-cies goed te krijgen. Als het zicht klopt dan wordt het de visie waarin nonmeditatie bloeit. Alshet zicht goed is dan lost hij in zichzelf op door spontane ontbranding / deconstructie. Als hetzicht correct is dan wordt het intellect doordrongen en onttroond door het zaligheid-leegtequotiënt, zijn troonsafstand forcerend. Als het zicht klopt, dan is gedrag altijd passend, altijdgoed en rechtvaardig. Alleen in ritueel kan het zicht rationeel en logisch gecalculeerd en toteen dogmatische formule gereduceerd worden. In werkelijkheid moet een onuitdrukbareervaring van herkenning van de natuur van de geest aan de bron ervan staan.

Dus Doorbraak gaat over het doorbreken van fysieke gewoonten, energetische patronen enmentaal karma die bevrediging, comfort, genot, blijheid, extase en alle tekenen van gelukbrengen, of de zelfdestructieve, masochistische, pijnlijke, verdrietige, spijtige, moedeloze,neurotische conditionering die tekenen van verdriet geven. We breken door in de grond vanzijn waarvan uit alles verschijnt. De meditatie voorziet het zicht, en het zicht induceert demeditatie. De meditatie is daarom een door-braak ervaring en het zicht is een openbaring. Alshet zicht niet slaagt in het teweegbrengen van non-meditatie dan is het waarschijnlijk slechtseen product van de intellectueel, een oefening in futiliteit, een beoefening die oud, vermoeiden overbodig is geworden.

Doorbraak zou op z’n minst moeten voorzien in verlossing van de tirannie van het intellectdoor een identificatie met de overkoepelende realiteit van zijn. In zoverre neurose omvat, engecreëerd is, door de conceptuele geest, als we de gedachten waardoor we het kennen ach-terlaten worden we kijkend naar hun gedachteloze context onwillekeurig in het hier-en-nugestoten. Op deze wijze bevat Doorbraak het antwoord op alle mentale storingen en ontrege-ling. Nadat we de natuur van de geest gerealiseerd hebben in wat dan ook verschijnt als ge-dachten, dan maakt de waarheid van (23) het beroemde Vajrayana gezegde dat “het beter isom sandalen aan te doen dan de hele aarde te bedekken” met leer alle psychiatrische medi-cijnen en psychotherapie overbodig.

Jigme Lingpa beweegt omzichtig in deze Doorbraak sectie. De implicatie is dat louter de indi-recte suggestie van non-actie en zijn werkzaamheid voldoende is om de natuurlijke staat vanzijn waar alles eenvormig is te induceren, dat wil zeggen waar alles, iedere ervaring, terwijl ze

Page 17: De Yeshe Lama,  de introductie

Ver

talin

gR

amo

de

Bo

er©

20

15

17

hun eigen unieke integriteit bewaren, de ene zegenrijke smaak van gewaarzijn van het nuheeft. Hij vermijdt de frontale directe uitspraken van Doorbraak zoals ‘Niets bestaat, alleen denatuur van de geest’; Wat we ook doen wordt zelf-bevrijd’; Weggaan van de natuurlijke vrij-stelling van zijn is onmogelijk’; ‘We zijn al Boeddha’; en ‘Er is geén verschil tussen Boeddhasen bewuste wezens’. Zulke uitspraken, op het eerste gezicht gezien als waarheidsgetrouwdogma, zijn niets dan onzinnig geraaskal, of de rationalisaties of het filosoferen van een ver-vreemd intellect wat gedissocieerd is van zijn inherente natuur. Omgekeerd, als de anti-intellectuele stedelijke-yogi de waarheid van deze beweringen veronderstelt, zet hij zichzelfdan niet klaar voor het synchroniserende moment van herkenning dat hen bevestigd en vali-deert?

Een gevoel van schaamte kan herkenning van de grond van ons wezen verijdelen. Zolang weons handhaven en identificeren met ‘kleine ik’ in het aangezicht van de ‘grote boeddha’,wordt herkenning gehinderd. Herkenning is uitgesloten door de vervreemding die gesugge-reerd wordt door zo’n afwezigheid van zelfvertrouwen. Zolang we onszelf zien als kleine ei-landjes omgeven door een bedreigende, met haaien gevulde oceaan, zitten we gevangen.Zolang we hunkeren naar de veiligheid die eenzaamheid en angstigheid verlicht, wordt her-kenning gehinderd. Angst kan het gif voor de geest zijn, de illusie creërend van een ondoor-dringbare nevelachtige deken over de boeddha; maar hetzelfde gif kan ons in de bardo bren-gen waar verlossing voor de Dzogchen yogi gegarandeerd is.

Doorbraak is de enige voorwaarde — of essentie —voor toegang tot Oversprong. Zonder deeenheidszaligheid en leegte die de vrucht zijn van non-actie, kent Oversprong geen start. Hetkan mogelijk zijn voor een Garuda kuiken om uit z’n ei te springen in de grote ruimte van delucht en zijn hele leven blijven zweven, maar alleen na een (29) een lange periode van rijpingin het ei. Doorbraak wordt verwezenlijkt door non-actie, en alleen dan is het mogelijk voor deveeleisende yogi levenstijl van Oversprong om te rijpen. Als iemand gelooft dat er een kortereweg is naar het regenbooglichaam, dan zijn ze misleid —er is alleen onmiddellijke herkenning.

Met vertrouwen in het verstaan van Doorbraak integreert Oversprong die realisatie in hetdagelijks leven door herkenning van de ultieme realiteit in iedere zintuiglijke perceptie. Zolangwe de intuïtie intellectueel onderhouden zonder gelijktijdige existentiële ervaring, in zoverrewe geloven dat het daglicht verlichting is, en de misleidende subject/object dichotomie vanalledaagse perceptie de non dualiteit in de matrix van het hier-en-nu, zitten we nog steeds inde elementaire Doorbraak fase van het verkrijgen van bekendheid met onze natuurlijke aan-leg. In de onnatuurlijke splitsing van Doorbraak van Oversprong als afzonderlijke disciplines opeen gradueel pad, is er echter de aanname dat Doorbraak zo makkelijk een intellectueel sa-mengevoegd systeem van concepten kan blijven, dat het een lagere of inferieure yoga is —Jigme zelf maak soms die insinuatie.

Page 18: De Yeshe Lama,  de introductie

Ver

talin

gR

amo

de

Bo

er©

20

15

18

Dit vooroordeel is inherent aan een primair conceptueel onderscheid tussen Doorbraak enOversprong: in Doorbraak blijven de verschijning van ogenschijnlijke externe fenomenen zoalsrotsen en bergen, rotsen en bergen, terwijl in Oversprong de rotsen en bergen uitsplitsen inpuur licht, zo dat door ‘het verkregen hebben van meesterschap over verschijningen’ het vi-suele veld een massa is van regenbooglicht. Op dezelfde wijze, terwijl in Doorbraak het li-chaam experientieel gereduceerd wordt tot haar deeltjes compositie, wordt in Oversprongdat residu van energie verlost in, en als, helder licht. Om die reden wordt gezegd dat terwijlDoorbraak een lichaam van licht produceert, Oversprong resulteert in een regenbooglichaamzonder residu.

Het is onfortuinlijk dat in zo’n analyse Doorbraak en Oversprong afgeschilderd worden alsafzonderlijke disciplines: dat zijn ze niet. Zoals Jigme zegt, om te zorgen dat een kerninstructiebeschikbaar blijft in de geest kan het niet genoeg herhaald worden: ‘Geen Oversprong (25)

zonder Doorbraak; geen Doorbraak zonder Oversprong.’ Ervaring en leegte zijn onscheidbaar:moeten we ze uteen trekken om de vorm van de eerste te veranderen of om de natuur vande laatste te zuiveren? Ruimtelijkheid en pure aanwezigheid zijn precies hetzelfde: een schei-ding veronderstellen is terugkeren naar de bepalende activiteiten van het Vajrayana. Visionai-re ervaring begint in Doorbraak meditatie en Oversprong levert de cruciale punten die familia-riteit toelaten met de natuur van de geest.

De neiging in Tibet om dogmatische grondregels te formuleren kan zijn wortels hebben gehadin de Lama’s geheugenmethode, die vraagt om beknopte gezegden, maar de Tibetaanse —net zoals de Aziatische en Europese — identiteit van ‘kennis’ met het oproepen van opgesla-gen ‘data’ die op zichzelf nodig is, is een oorzaak van de neergang van Dzogchen en iederediscipline die in eerste instantie ervaringsgericht is. Het onderscheid tussen — en afscheidingvan — dat gemaakt wordt bij Doorbraak en Oversprong is een illustratie hiervan. Een andereis de categorisatie van visionaire ervaring, die de gehele Oversprong meditatie omvat, in vier‘visioenen.’

De traditie heeft het visionaire aspect van Dzogchen ingepakt in vier dozen: visie van directeervaring van realiteit, toenemende visionaire ervaring, visie van de volledige reikwijdte vanpure aanwezigheid en volkomen visie. Veel opzichtige veronderstelling speelt hier een rol eneen risico om Pandora’s doos te openen is aanwezig, maar Jigme ’s samenvatting van Over-sprong hoeft niet uitgepakt te worden. Daardoor kan het een set van regels worden voor in-structie, of een kaart als gids, eerder dan een op te lossen puzzel. Twee initiële punten komenop de voorgrond.

Ten eerste omvat ieder van de vier visies niet alleen een bereik van visionaire ervaringen,maar de verschillende categorieën lopen ook in elkaar over. De conventionele voorstelling isdie van de notie van een ideale progressie door de fasen van visionaire ervaring. Een eerstetreffer van non-dualiteit, impliciet in de herkenning van de natuur van de geest, leidt tot eentijdelijke periode van een initiële uitbarsting van vertrouwen vergezelt door de directe erva-ring van de natuur van de geest, die ruimte geeft aan de manifestatie van een breed scala aanvoorheen geremde of onderdrukte karmisch bepaalde tendensen.

Page 19: De Yeshe Lama,  de introductie

Ver

talin

gR

amo

de

Bo

er©

20

15

19

Sommige van (26) zulke impulsen, naar verwezen als ‘geprojecteerde’ pure aanwezigheid,worden gezien als pixelvorming van verschillende soorten van ‘toenemende visionaire erva-ring.’ Wanneer ons vertrouwen in de beoefening optimaal is, als er niets over is om ons ver-mogen tot versterking van creativiteit op te rekken, dat omvat onze visionaire ervaring hetvolledige bereik van pure aanwezigheid.

Hier is onze vermeende nondualistische wereld een wereld geworden die het best omschre-ven wordt op de traditionele Vajrayana wijze, een wereld vol van Boeddha’s in verenigingmet hun wederhelften, vredig en toornig, ieder met een gevolg van bodhisattvas, dakas endakinis, beschermheren en –vrouwen en het gehele pantheon van zijn dat grafisch is uitge-drukt in thanga’s van mandalas en boeddha godheden. Hoewel dit een non-duale wereld is, iser nog steeds een licht onderscheid tussen het gewaarzijn en de lichtvorm, nog een licht ge-voel van een geïndividualiseerd wezen, hoewel dat wezen in zichzelf bekend is als een zelfloosen een totaal insubstantiële illusie onscheidbaar van een omgeving die net zo insubstantieelis. Uiteindelijk raakt dat gevoel van onderscheid verloren en alle verschillen zijn opgelost. On-ze functie in deze laatste conditie wordt beschreven in de sectie over controle van hergeboor-te en wederopstanding (zie p. 78-80)

Ten tweede, terwijl in de basistraining en Doorbraak de beeldtaal eenvoudig is en de instruc-tie genomen dient te worden zoals ze is, is in Oversprong en in De Bardos de beeldtaal po-etisch en suggestief, en de instructie is soms onhelder in zijn dubbelzinnigheid. Meervoudigeen /of dubbelzinnige taal is in feite typisch voor Oversprong voorschriften. In het beschrijvenvan de eerste twee visioenen bijvoorbeeld, gebruikt de tekst metaforen die wijzen op non-duale ervaring die tegelijkertijd en grafisch visionaire vormen beschrijven die de doorgang zijnnaar hun eigen transcendentie.

Het cruciale woord ‘pixel’ (tiklé) benoemt een zo’n afbeelding — de alles doordringende sfeervan ruimtelijke-aanwezigheid — maar het kan ook wijzen op verschillende verschijnselen inhet visuele veld, allen grafisch te beschrijven entiteiten. Bijvoorbeeld, de minste van hen, is de‘drijver’ in het visuele veld. In een gepixelde Oversprong visie vormen de tiklé-pixels dan eenveld van regenbooglicht. Als de visionaire ervaring zich uitbreidt verschijnen tiklé-pixels zogroot als eetborden en vuilnisbakdeksels in het visuele veld. Maar de (27) cruciale dubbelzin-nige pixel is een cirkel van blauw gerande concentrische banden van regenbooglicht, die deenkele alles-inclusieve realiteit van ruimtelijke-aanwezigheid representeren.

De ‘Vajra-ketting’ is een andere cruciale term met een gelijke hoeveelheid meervoudige bete-kenissen. Als we het lichtvaardig nemen, balanceren we aan de rand van de afgrond van con-cretisering —en vallen er dan waarschijnlijk in. We moeten daarom blijven in de dubbelzin-nigheid en het toelaten haar magie uit te voeren. Als we een proces van analyse beginnen ishet een makkelijke helling richting de gevangenis van concrete definitie in de rationele geestmet het gevaar dat gekheid er onderweg inkruipt. De vajra-ketting is een Dzogchen koan.

Een derde cruciaal voorbeeld van dubbelzinnigheid is wat hier is weergegeven als ‘subliemwezen.’ Het Sanskriet zegt ‘kaya’ en het Tibetaans ‘ku’, en de conventionele Engelse vertaling

Page 20: De Yeshe Lama,  de introductie

Ver

talin

gR

amo

de

Bo

er©

20

15

20

is ‘lichaam ‘of ‘boeddha lichaam.’ Hoe het ook genoemd wordt, het wordt gerepresenteerdals een antropomorfische boeddha vorm, die goed werkt in devotionele fictieve benaderin-gen, maar die in Dzogchen Oversprong uitgepakt moet worden omdat we zoeken naar watdie antropomorfische representatie inhoudt. Zeker, het zijn alleen Gelukpa geshes die daad-werkelijk grafische mandalas zien gevuld met varianten van boeddha vormen in de lucht ge-durende staten van meditatie. Dzogchen studenten ervaren de nonduale realiteit die demandalas representeren. Als je hieraan twijfelt, overweeg dan Jigma’s holistische visie alssubliem wezen, waar ‘verschijnselen niet gedifferentieerd zijn.’ (117).

En dan, wat is het verschil tussen de simpele pixel representaties met concentrische randenvan kleur en de volledig ontwikkelde boeddha mandala pixels? Het verschil moet liggen in heteffect dat de aanwezigheid van de lamp van uit zichzelf voortkomende wijsheid heeft op hetgewaarzijn van het nu —al het potentieel van gewaarzijn wordt hierdoor verlicht (zie p. 54)

De rechtstreekse vergelijkingen en metaforen die de visionaire vormen beschrijven zijn be-hoorlijk verschillend van de meerwaardige termen die hierboven genoemd zijn —de schildenen het rasterwerk en de lotussen in bovenaanzicht of vogelperspectief, et cetera. De vergelij-kingen van rennende herten en zoemende bijen, roepen net zo vergelijkbare maar afgeschei-den ervaringen in andere dimensies op. Hier is een droomwereld van prettige hallucinaties,redelijk bekend voor hen die de (28) sjamanistische wereld van psychedelische plantenmedi-cijnen kennen — hoewel de labels en beschrijvende metaforen toegepast op de visionairevormen niet overeen kunnen komen.

Een afsluitende categorie van metaforen ontmoeten we in de derde sectie van visioenen,wanneer van gedeeltelijke boeddhavormen gezegd wordt dat ze in omvang toenemen vaneen ushnisha tot een volledige boeddha afbeelding. Deze metaforen kunnen een proces ver-tegenwoordigen van een toenemende straling in diepte en toenemende assimilatie van veler-lei menselijke ervaring in de breedte. We zijn hier inderdaad de bardo binnengegaan, en het isin het geheel niet toevallig dat Oversprong visioenen en de visioenen van de bardo van dewerkelijkheid hetzelfde of overeen- komstig zijn. Dit bardo is een schemerzone tussen de dua-listische percepties van samsara en de nonduale werkelijkheid van het grote nirvana. We be-wegen ons in en uit de nonduale trikaya ervaring. “Nu zie je het; nu zie je het niet.’ Ter aan-vulling is het de taal die ons in de achtbaan van kennen en niet-kennen brengt.

Sommige mensen zullen zeggen dat Oversprong en bardo visioenen varianten zijn van dezelf-de ervaring. Dit wordt gesuggereerd door de gelijkenis in terminologie en de vorm van devisioenen. De trikaya, bijvoorbeeld, wordt gebruikt als een beschrijvende toonbank in beidesituaties, en het beeld van het Jeugdige Vaas-Lichaam bijvoorbeeld, met zijn zes speciale kwa-liteiten (zie appendix 4) die het tijdloze moment van verlossing beschrijven vinden we ook inbeiden. Maar een identiek milieu kan afgeleid worden uit de behandeling door de commenta-toren, die bijvoorbeeld soms de achtvoudige holistische visie en haar oplossing plaatsen inOversprong, en soms in de instructie over de bardo van werkelijkheid.

Wanneer we eenmaal het Oversprong jargon meester zijn, zijn de instructies makkelijk te be-grijpen. Ze worden gegeven in termen van ‘kernen’ — cruciale- of sleutelpunten — waarbij

Page 21: De Yeshe Lama,  de introductie

Ver

talin

gR

amo

de

Bo

er©

20

15

21

elke kern een ingang, een doorgang omvat tot Oversprong, iedere kern een oversprong mo-gelijk makend. De primaire kernen zijn die van de drie deuren (de drie vereisten) en de drieblikken, het veld van focus, en ademhaling en pure aanwezigheid; en ook de vier lampen ende vier visioenen. Volg de aanwijzingen van de kernen en de cruciale punten en Oversprongwordt gerealiseerd.

In onze dromen, in onze kindertijd, in onze visioenen, in onze herinneringen van de bardos, of(29) door overmaat, door verhoogde zintuiglijke ervaring, door veranderde gemoedstoestan-den, door psychotrope ervaringen, kunnen we glimpen gehad hebben van de visioenen diebeschreven zijn onder de noemer van de vier typen van visionaire ervaring. Maar het visioenvan voltooiing onomkeerbaar verkrijgen is gereserveerd voor de weinigen wiens voorberei-ding in vorige levens ze in staat stelt de natuur van de geest te realiserenop het moment datze aangewezen wordt en dan onmiddellijk de plaats van geen-geest te bereiken, voorbij hetintellect, voltrokken realiteit, nooit meer terugkerend.

Een woord over het regenbooglichaam: ondanks Tibetaans exoterisch- en volksgeloof is hetwellicht handiger om te geloven dat het niet zozeer de geïnstitutionaliseerde tulkus of hou-ders van conventionele overdrachtslijnen zijn die het regenbooglichaam bereiken, niet dekhenpos en school leraren, niet de grote meditatoren en bodhisattvas, maar yogis en yogi-nies, die verloren in anonimiteit, nooit genoemd kunnen worden. Het is verre van mij om dedoor mythe, legende en roddel gedragen overlevering te betwijfelen die verhalen over hetregenbooglichaam betreffen, maar na een levenlang ondergedompeld te zijn geweest in In-diase en Tibetaanse religieuze cultuur, is het mijn perceptie dat de subtiliteit, verfijning enwerkzaamheid van hun priesterbedrog onze huidige Europese en Amerikaanse modellen vervoorbij streeft.

Het slaat nergens op om de ongeloofwaardige verhalen van realisatie van het regenboog-lichaam te ontkennen — net zoals het nergens op slaat om de mythe van de herrijzenis vanChristus te ontkennen — omdat het hart van onthulling van existentiële waarheid voorbij deverwerking door het intellect ligt. Maar in deze periode van transitie van Dzogchen van Oostnaar West is het cruciaal dat we doen wat nodig is om de transmissie bij individuen van iederniveau van scherpzinnigheid te bengen en in het bijzondr naar het existentiele niveau dat zo-wel de filosofische als ongeloofwaardige legende overstijgt.

Als laatste, als een toevoeging aan de hele discussie over Doorbraak/Oversprong, benadruk-ken de Vajrayana-verankerde Dzogchen richtlijnen dat er geen manier is om het hoogtepuntvan de vier visioenen te verwezenlijken zonder vertrouwen in een guru-Lama. Onweerlegbaaris het waar dat de natuur van de geest de ultieme guru is (de ‘ware’ guru) en dat de natuurlij-ke aantrekking die we ertoe hebben in het beginpunt, het pad en het doel voorziet. Maar hierworden twee redenen (30) gesuggereerd waarom de realisatie van Dzogchen onmeetbaareenvoudiger is door vertrouwen in een guru-Lama.

Ten eerste is de guru-Lama de leraar die in Doorbraak de richtlijnen en de aanwijzing van denatuur van de geest overdraagt, en in Oversprong de cruciale instructies geeft. De ontvangers

Page 22: De Yeshe Lama,  de introductie

Ver

talin

gR

amo

de

Bo

er©

20

15

22

in beide gebeurtenissen (zoals bij het geven van bekrachtiging) moeten respect en devotievinden als de basis van de transmissie. De transmissie is niet geheel een intellectuele gebeur-tenis, en in tegenstelling tot conventionele wijsheid, zijn geleerdheid, kennis en leren nietessentieel, en hoe dan ook in het Westen neigen we de culturele benodigdheden die ver-wacht werden van monastische, hiërarchische of academische leraren in Tibet te negeren.

Mijn eigen leraren toonden de kwaliteiten die voorzagen in het medium van transmissie –zelfloosheid, vriendelijkheid en openheid – en dat was meer dan genoeg. Maar er is een an-dere minder tastbare kwaliteit en die wordt het best aangeduid als de draad die door de lan-ge lijn opeenvolging van leraren loopt, van de eerste nirmanakaya boeddha tot aan onze le-raar. Die draad heeft geen specifieke vorm, figuur of attribuut; haar natuur is onbegrijpelijk enonuitdrukbaar; haar natuur is de eigenlijke transmissie zélf, en ook het middel voor transmis-sie. Het wordt ‘overdrachtslijn’ genoemd en we zouden gek zijn om het te ontkennen, en ach-tergesteld als we er gebrek aan hebben.

Ten tweede, als feilbare menselijke wezens (en dit geldt niet voor onfeilbare niet-menselijken)lopen we onderweg in ondoordringbare uitwasemingen van Maya, de wanen geprojecteerddoor Mara’s dochters en de door de vier duivels gesponnen gecompliceerde nachtmerries. Deguru-Lama is onze uitwijk toevlucht in zulke situaties, niet als een leraar door rationeel onder-richt, en noch door formele noch intieme instructies, niet eens als voorbeeld, maar eenvoudigals een klakbord, een punt van non-referentie. Het is zinloos te argumenteren dat de guru-Lama zelf een menselijk wezen is met menselijke zwakheden en voeten van klei omdat wealleen interesse hebben in het kijken naar ons gezicht in de heldere spiegel van zijn geest – degeest die van nature nooit kan worden bezoedeld of vervuild of zelfs gemerkt. Die mogelijk-heid is de som van zijn vriendelijkheid, een onschatbare en grenzeloze zegen. Jigme noemthet slechts eenmaal in het Eerste Deel (hoewel regelmatig in (31) het Derde Deel) maar dat isgenoeg. Als de guru-Lama al nodig is in Doorbraak en Oversprong, in de bardos is een gidsonmisbaar.

Bardo

De Bardo is, natuurlijk, een grote stijlfiguur, een metafoor voor een staat van introspectiewaar we in terecht kunnen komen door een psychotische ineenstorting of zware depressie,epileptisch toeval, ‘donkere nacht van de ziel’, door een zelf veroorzaakte psychoactieve tran-ce, psychedelische ervaring, staten van diepe meditatieve absorptie of soortgelijke omstan-digheden. De beschrijvingen in de Yeshé Lama, aangedragen door een mysticus van onbe-twistbare authenticiteit, een mysticus met een sterk wetenschappelijke neiging, zijn van on-schatbare waarde voor alle reizigers naar de innerlijke ruimte, vrijwillig of onvrijwillig, bezigmet het identificeren en verwoorden van hun ervaring of het reproduceren ervan.

Dzogchen is van twijfelachtige waarde voor hen die geloven dat de bardo ervaring beschrijftna de werkelijke dood van het lichaam op het eind van het leven, hoewel ze werkelijk enige

Page 23: De Yeshe Lama,  de introductie

Ver

talin

gR

amo

de

Bo

er©

20

15

23

troost kunnen vinden in het idee van een uiteindelijk opgaan in het heldere licht. Er is vol-doende bewijs dat de behandeling van de bardo ervaring oorspronkelijk voortkomt uit de tra-ditie van het Centraal-Aziatisch Sjamanisme, waarin diepe trancestaten werden opgewektdoor muziek en plantenmedicijnen met het doel de geestenwereld te manipuleren. We kun-nen aannemen dat de experientiele kennis van deze sjamanen de basis vormde voor de diep-gaande metapsychologie van de Bardos die de Tibetaanse Boeddhisten erfden, ontwikkeldenen transformeerden, het integrerend in hun Vajrayana.

Speciale nadruk werd gelegd op de methoden voor bevrijding van de karmische visioenen vansamsara dat het representeerde in het nirvana van boeddha. Deze Vajrayana dharma werdhoofdzakelijk uitgedragen door termas, de geopenbaarde literatuur, maar ook door de tan-tras van de Nyingma Gyubum, en deze twee bronnen vormen de basis van Longchenpa enJigme Lingpa’s Dzogchen uitlegging. Zoals in de hele tekst van de Yeshe Lama, zijn het gradue-le zicht en het onmiddellijke zicht helemaal geïntegreerd.

In de radicale Dzogchen context ligt een van de waarden van Jigme Lingpa’s behandeling vande bardo in zijn bevestiging dat het (32) synchronistische moment van herkenning van de na-tuur van de geest en bevrijding altijd beschikbaar is in alle vier ‘tussenliggende staten.’ Het isdaarom hoe dan ook intrinsiek in alle menselijke ervaring. We hebben al bardo ervaring gehaden daarom zijn we bekend met die herkenning en bevrijding, zo zal Jigme de natuur van dieervaring beschrijven en uitleggen in termen van de mandala van Dzogchen. Het zal zijn als hetkijken op een kaart van een gebied waar we recentelijk nog in reisden. Voor hen die hun eigenherkenning niet kunnen toelaten en onderkennen en geloven dat toegang tot de bardos hunniet gegeven is, zullen de bardo grondregels hun geest voorbereiden voor een ervaring dienog komt.

Als een aanvulling op deze gids voor voorbereiding op de dood, is het Tibetaanse Boek van deDood (Bardo Todrol) onmisbaar als een liturgische beschrijving van hoe de bardo er uit zalzien. Maar de Yeshe Lama handleiding bestaat uit kerninstructies, beginselen die ons preciesvertellen wat te doen en hoe het te doen, en het bereid ons voor om de instructies van deliturgie te gehoorzamen.

Onder de vier namen van natuurlijke bardo, bardo van sterven, bardo van realiteit en bardovan worden, beschrijft Jigme verschillende psychotische condities en hun remedies, remediesdie samenkomen in de herkenning van psychose en neurose als middelen tot realisatie vaneen supra-menselijke conditie, namelijk, boeddha. In het kort, de natuurlijke bardo houdt zichbezig met neurose eerder dan psychose, de neurose die samengaat met belichaming, en Jig-me gaat er zorgvuldig mee om, adviseert een monastische opvoeding, leren en contempleren.In de bardo van sterven adviseert hij, en beschrijft op een wonderbaarlijke compassievollewijze, yogas die de pijn en angst van het doodgaan verlichten.

Tegelijkertijd kunnen we de sensaties van het doodgaan in gedachten houden, als we ontdaanworden van onze zintuigen en dan verloren in de afdaling in de innerlijke wereld van visioe-nen en de voleinding van ervaring. De petit mort van het orgasme kan zijdelings worden opge-

Page 24: De Yeshe Lama,  de introductie

Ver

talin

gR

amo

de

Bo

er©

20

15

24

lost op dat moment. Dan in de bardo van realiteit, die veel langer behandeld wordt dan deandere bardos, leidt Jigma ons door de verschillende ervaringen — en wijze van uitdrukkingvan ervaring — van het holistisch visioen (33) waarmee mystici in iedere cultuur bekend zijn,Sjamaans, Soefi, Boeddhist, Hindu en Christelijk, ongeacht religieuze cultuur. De bardo vanworden beschrijft de ervaring van het opnieuw binnengaan van belichaming, maar de lyrischsuggestieve beschrijving van de ontlichaamde ziel maakt het ons mogelijk om onszelf in dievermeende toestand na de dood te projecteren.

Zonder de fictie dat de bardos van de werkelijkheid en van het worden gebeurtenissen na dedood beschrijven (de na-de dood staat) los te laten, kan het raadzaam zijn om aan te nemendat deze bardos steunen op bijzondere ervaringen tussen geboorte en dood. Die ervaringwordt zeker verkregen door vele verschillende en waarschijnlijk geheime bronnen, waaromanders dubbelzinnigheid of de methode van allegorie gebruiken? Dus ten eerste past het onsom rationeel naar de origine van de bardo traditie te kijken, en de condities die maakten dathet gedijde op het Tibetaanse plateau.

Om te beginnen moeten we ons realiseren dat de pre-Boeddhistische sjamanistische cultuurnauwe banden had met het Centraal-Aziatische sjamanisme dat gebruik maakte van psycho-actieve planten, naast ritueel drummen, om de visionaire rijk van de goden binnen te gaan.Dan is het waarschijnlijk relevant dat DMT, het actieve chemische bestanddeel in het krachti-ge psychedelische medicijn ayahuasca dat gebruikt wordt door de inheemse Zuid-Amerikaanse sjamanen als medicijn voor lichaam en geest, uitgestraald wordt, waarschijnlijkdoor de pijnappelklier, in duisternis of half duisternis ten tijde van overlijden. Het is ook rele-vant dat op grotere hoogte waar zuurstof minder beschikbaar is, en waar kluizenaarshuttenen ‘guru rinpoche’ grotten doorgaans gelokaliseerd zijn, de verhouding rode tot witte bloed-lichamen radicaal verandert, en dat de afwezigheid van ijzer en andere essentiële mineralenin het dieet psychologische condities scheppen die bevorderlijk zijn voor psychotische episo-des.

Als laatste – en dit is wel vergezocht – is het mogelijk dat aangezien de Tibetaanse standaardmanier van graanopslag overeenkomt met die in Middeleeuws Europa, waar op het eind vande winter moederkorenschimmel groeide op het vochtige graan en massale millennia halluci-naties in grote populaties veroorzaakte, een psychoactieve schimmel op het graan zou kun-nen groeien dat het hoofdvoedsel was op het Tibetaanse plateau. Met deze factoren in ge-dachten, die allen op zich ongewone katalytische condities kunnen faciliteren die de kluize-naar beïnvloeden, samen met de krachtige interne meditatieve technieken van het Vajrayanaen Dzogchen, kunnen visionaire ervaringen (34) in drie typen verdeeld worden:

(1) dynamische of toornige visioenen,(2) vredige of transcendente visioenen, en(3) non-duale vsionaire ervaringen.

Page 25: De Yeshe Lama,  de introductie

Ver

talin

gR

amo

de

Bo

er©

20

15

25

De verdeling van alle ervaringen in dynamische en rustige staten is bekend bij allen die vannature in contemplatie raken. Welke visionaire ervaring ook opkomt in de geest kan in de eenof de ander geclassificeerd worden. De toornige wordt gevoeld als ongerustheid, excessief alsangst en paranoia, en de vredige wordt ervaren als sereen en plezierig, optimaal als extatisch.Als deze staten opkomen, moeten de beroemde woorden van de Dzogchen instructie die deLama herhaalt voor de stervende persoon herinnerd worden, “Fortuinlijke Hart-Zoon, herkenalle ervaringen als de voorstelling van je eigen geest.” Of beter nog, liever dan te vertrouwenop een stellende opdracht, zou de reactie die zo’n instructie teweegbrengt automatisch moe-ten opkomen. Tegelijkertijd met herkenning van een identiteit van objectieve en subjectieveaspecten van perceptie, komt non-duale ervaring op.

Non-duale ervaring is holistische visie waarin geen specifiek attribuut kan worden gespecifi-ceerd. Het wordt het ‘heldere licht’ genoemd. Het is door Jigme ook aangeduid als het ‘zichtvan viervoudig gewaarzijn van het nu (p.114). De ‘drie momenten’ drukken het proces uit vanhet gaan van de toornige en vredige staten naar de non-duale staat: in de eerste hebben weinzicht in de natuur van verschijnselen als insubstantiële illusies; door die herkenning wordtonmiddellijke verlossing van de gehechtheid (of negatieve hechting) bereikt; en uiteindelijkgaan we in de oplossing de non-duale staat in (zie p. 120).

Het gedeelte over de bardo van de werkelijkheid is gestructureerd in vijf rubrieken:

(1) ‘bewustzijn lost op in ruimte’;(2) ‘ruimte lost op in helder licht’;(3) ‘het heldere licht wordt een onscheidbaar paar’;(4) ‘het onscheidbare paar lost op in gewaarzijn’;(5) ‘gewaarzijn lost op in spontaniteit’.

Jigme voorziet elk geval van een paradigma dat beschrijft hoe de verlossing bereikt wordt.Hoewel er op het eerste gezicht bewijs is van een oorzakelijke draad van sectie tot sectie, ishet alsof een tijdloos moment van synchronistische ervaring uit elkaar werd getrokken methet doel van analyse en verwoording, op dezelfde wijze dat de achtvoudige holistische erva-ring geanalyseerd is in de sectie over (35) ‘gewaarzijn lost op in spontaniteit’ (p. 116). Zoals weallemaal weten heeft de ervaring van ‘spontaniteit’ geen verlenging in tijd of ruimte; sponta-ne bloei is een tijdloos moment van ontvouwing. De visie van viervoudig gewaarzijn en deachtvoudige holistische visie lijken verschillende verbale formuleringen van dezelfde onuit-sprekelijke werkelijkheid, mogelijk van origine voortgekomen vanuit verschillende bronnen enverschillende yogin-ingewijden.

Het is evident dat de taal die de bardo visioenen beschrijft dezelfde is die gebruikt wordt in devier Oversprong visioenen. Het is alsof ervaring voortkomend uit de bardo de basis was van deOversprong instructie, voorschriften die hun oorsprong hadden in ervaringen in het bardo.‘Ruimte lost op in helder licht’ is hier equivalent met toenemende visionaire ervaring en ‘hetheldere licht lost op in een onscheidbaar paar’ is een andere beschrijving van de volledigereikwijdte van pure aanwezigheid in termen van vermenselijkt verheven zijn als toornige en

Page 26: De Yeshe Lama,  de introductie

Ver

talin

gR

amo

de

Bo

er©

20

15

26

vredige godheden, alleen en in yabyum. ‘Het onscheidbare paar lost op in gewaarzijn’ is eenextra geïntroduceerde fase om een abstract symbolisch visioen van pure aanwezigheid teomvatten. Dan behandelt ‘gewaarzijn lost op in spontaniteit’ de uiteindelijke oplossing in on-uitspreekbare non-dualiteit. Maar, om te herhalen wat hier cruciaal is – ‘ruimtelijkheid (ruim-te)’, ‘helder licht’, ‘onscheidbaar paar’, ‘gewaarzijn van het nu’ en ‘spontaniteit’ zijn allen sy-noniemen in de zelfreferentiële taal van de Grote Volmaaktheid.

De fenomenologie van het bardo van worden wordt duidelijk begrepen als een ervaring vaneen wezen die gescheiden is van zijn lichaam en naar een weg terug zoekt. De allegorie vaneen lichaamloze geest die in een voorkamer wacht op hergeboorte in een baarmoeder is eenmakkelijke uitbreiding waarin iedereen die een psychedelische ervaring heeft gehad zich kanverplaatsen. Voor hen die hier geen weet van hebben, het is een plek van benardheid en degeesten die daar verblijven worden doorgaans gezien als ongelukkig en rusteloos, of als ‘hon-gerigegeesten’. Het is een plek van ontevredenheid, een vagevuur, dat alleen vermedenwordt door hen die in het moment daarvoor verlossing hebben bereikt.

Het is een gevangenis die vergeleken kan worden met en staat van chemische opsluiting inhet kielzog van verslaving, of onvermogen om welke genadeloze gewoonte dan ook te voe-den. In deze (36) staat verharden gedachten zich in concrete vorm; wat we ook denken wordtonmiddellijk lichamelijk gevoeld. We hebben hier geen controle, met uitzondering misschienvan het volgen van een geprefereerde karmische neiging. Dus als we de gedachte van degeest ’s essentiële natuur kunnen denken en het volgen, kunnen we ons lichaam herinveste-ren in een lotusgeboorte in de boeddhavelden die beschreven worden in het laatste deel vanhet boek.

Boeddha velden

Het Derde Deel van Jigme Lingpa’s handleiding is gecomponeerd voor hen met minderscherpzinnigheid of kleine capaciteit —hoewel de meesten van ons zich ongetwijfeld geze-gend zouden voelen als het transport naar de nirmana boeddhavelden ons lot was bij onzedood. Van Jigme ’s beschrijving van zulke individuen kunnen we de betekenis van ‘scherpzin-nigheid’ en ‘capaciteit’ afleiden. Zulke mensen luisteren graag naar Dzogchen en bewijzen erlippendienst aan, maar engageren zich niet in enige beperkte beoefening. Ze zien zichzelf alsbehorende tot een overdrachtslijn en hebben op z’n minst een conventionele achting vooreen guru-Lama, maar ze engageren zich niet in enige rituele of formele contemplatieve activi-teit. Dit omschrijft een grote hoeveelheid van seculiere Tibetaans Boeddhisten en vele wes-terse volgelingen. Merk op dat er geen specifieke moreel kwalificatie wordt genoemd.

Voor hen is een simpele herinnering van de natuur van de geest, of een herinnering van watze hebben gezien als de meest gunstige plaats van hergeboorte, voldoende voor transportnaar de nirmana velden. De nirmana velden zijn onmiskenbaar nirmanakaya boeddhavelden,en de methode voor geboorte daarin is de miraculeuze lotusgeboorte, en de nirmanakaya

Page 27: De Yeshe Lama,  de introductie

Ver

talin

gR

amo

de

Bo

er©

20

15

27

vorm die herboren wordt als een tulku of Guru Rinpoche. Hier worden de toornige en vredigegodheden daadwerkelijk waargenomen in hun mandalas, in het moment, op het pad. Voorhen van minder scherpzinnigheid, is er nog een geboorte om te ondergaan, maar dat is danwel een lotusgeboorte.

Het Begin en het Einde (52)

Deze Dzogchen handleiding is zo’n serieus, belerend boek, het vertelt ons het rustig aan tedoen, en terug te trekken, zodat als we de juiste oefeningen doen we de ware Dzogchen zul-len vinden, de natuur van de geest. Het veronderstelt dat ons veld van activiteit, de arena vanonze speelsheid, het Tibetaanse plateau is met zijn gompas, Lamas, tulkus en monniken, bi-bliotheken en kluizenaarshutten, Boeddhisme en Sjamanisme, devotie en bijgeloof. Dit is niethet geval en het is noch mogelijk noch wenselijk. Lhasa voor Jeruzalem is geen eerlijke uitwis-seling. Onze Westerse cultuur mag haar fouten en tekortkomingen hebben, maar dat is watwe hebben en in het ligt de Grote Volmaaktheid. Het bewegen van een jota in de richting vanhet veranderen van het culturele veld om de Grote Volmaaktheid te bereiken is totaal falen inhet begrijpen van radicale Dzogchen.

Het construeren van een programma om de geest te veranderen om haar natuur te realiserenpleit tegen het basisbegrip van Dzogchen. Het opheffen van een zelfzuchtige vinger berooftons van de mogelijkheid van een regenbooglichaam en geen enkele reeks van innerlijke ofuiterlijke omstandigheden heeft enig intrinsiek voordeel boven een andere. Zeker, Dzogchenis een grote broeikas vol met bloeiende bloemen en struiken van het prozaïsche tot het exoti-sche, van kleine van greppelbloemen tot grote paradijsvogels, hun groei en verval accelere-rend tot de snelheid van het licht of vertraagd tot virtuele onbeweeglijkheid. Dzogchen is eengrote Noah ’s ark dierentuin waarin de dieren, vogels, insecten en vissen copuleren, geboortegeven, leven en sterven, evenzo met halsbrekende snelheid of in slow motion.

Dzogchen is de Indiase spoorwegen waar honderdduizenden treinen tuffen van plaats totplaats, volgepropt met alle veelsoortige mensheid van de aarde reizend zonder enig schijn-baar doel van nergens naar nergens. Dzogchen zijn de vliegroutes rond de planeet gevuld metvliegtuigen van allerlei maten en typen, duikend en lussend en vliegend alsof het alleen voorde lol is. Dzogchen is een Mogul tuin waar moeders en baby’s ontspannen en genieten van debrokaat-gedecoreerde paviljoenen waar rozen en jasmijn de pilaren van zomerhuizen om-strengelen, en waar Radha en Krishna zich vermaken met de Gopis bij de over van de rivier,en de trillingen van de sitar en tabla de meest intieme hoeken van de geest binnendringen.

Dzogchen is een voetbalwedstrijd. Dzogchen is een koekoeksnest waar iedereen, dokters,patiënten, en inclusief bedienden, overmand worden door de lichtheid van zijn en de ethosvan de preek op de berg, en hun rol spelen alsof ze gechoreografeerd zijn door Robert Crumb.Dzogchen is een grote verduisterde koepel waar vreemden elkaar romantisch liefhebben invertraging gedurende een ayahuasca ceremonie, die zonder pauze duizenden jaren doorgaat.

Page 28: De Yeshe Lama,  de introductie

Ver

talin

gR

amo

de

Bo

er©

20

15

28

Dzogchen is Alice ’s droomwereld van fantastisch genot onderaan het konijnenhol, waar dedakini guru-boeddha de hoogste licht en geluid orkestreert. Het punt hier is dat Dzogchen isinclusief alles, zonder ook maar iets uit te sluiten. Dzogchen is de erfenis van het mens zijn, enkomt in net zovele vormen als onbelemmerde fantasie toelaat.

Noot over het Gebruik van deze Handleiding!

Zoals eerder gezegd in de introductie, de Yeshe Lama is een handleiding van Dzogchen beoe-fening, met als belangrijkste nadruk de cruciale non-meditatie in de tijdloosheid van het hieren nu en pas op de tweede plaats beschrijft het de yogas die lichaam, spraak en geest trainen.Wat betreft de laatste, verschillende overdrachtslijnen geven licht verschillende instructies, inhet bijzonder over de oefeningen van de basistraining. Het wordt sterk aangeraden dat deDzogchen ingewijde de instructies volgt van zijn/haar mentor volgens de details van de over-drachtslijn van de leraar. Het kan contraproductief en negatief effectief zijn om instructies teveranderen of te mengen.

Verder kunnen de geschreven instructies hier en andere betekenis geven als ze geïnterpre-teerd worden in het licht van een verbale instructie. Om deze reden is het niet wijs om tetrachten om de instructie te beoefenen zonder het advies van een Lama of een overdrachts-lijn ingewijde die ervaring heeft met de techniek. Deze handleiding moet gezien worden alsaanvullend op verbale instructie.