carmel magazine september 2014

24
1 JAARGANG 11 NUMMER 27 SEPTEMBER 2014 CARMEL BOUWT! (OOK IN CRISISTIJD) KOERS 2018 LAAT ZIEN WAT WE WILLEN ‘CARMEL IS IN 8 JAAR ERG VERANDERD’ DATATEAMS ZELFSTANDIG VERDER IN DIT MAGAZINE:

Upload: stichting-carmelcollege

Post on 04-Apr-2016

220 views

Category:

Documents


2 download

DESCRIPTION

Carmel Magazine september 2014

TRANSCRIPT

Page 1: Carmel Magazine september 2014

1JA

AR

GA

NG

11

NU

MM

ER

27

SE

PT

EM

BE

R 2

01

4

CARMEL BOUWT! (OOK IN CRISISTIJD)

KOERS 2018 LAAT ZIEN WAT WE WILLEN

‘CARMEL IS IN 8 JAAR ERG VERANDERD’

DATATEAMS ZELFSTANDIG VERDER

IN DIT MAGAZINE:

Page 2: Carmel Magazine september 2014

2

ANDERE RUBRIEKEN

STANDPUNT VAN EEN SCHOOLLEIDER . . . . . . . . . . . 3

BELPANEL . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6

MIJN PASSIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7

COLUMN ROMAIN RIJK . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11

CARMELCONCOURS IN BEELD . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .12

KORT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .14

HOE GING HET VERDER MET . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .15

COLUMN JOS BAACK . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .21

OPMERKELIJK . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .22

STICHTING CARMELCOLLEGE omvat 12 instellingen

voor bijzonder voortgezet onderwijs. Op ruim 50 locaties

verzorgen we een breed onderwijs aanbod in een

kleinschalige en veilige omgeving. Zo begeleiden we

onze leerlingen. Elke dag opnieuw. Onderstaande

- voornamelijk brede - scholengemeenschappen zijn aan

Carmel verbonden:

◗ Almelo, Pius X College, Canisius

◗ Deventer, Etty Hillesum Lyceum

◗ Eindhoven, Augustinianum

◗ Emmen, Carmelcollege Emmen

◗ Enschede, Bonhoeffer College

◗ Gouda, Carmel college Gouda

◗ Groenlo, Marianum

◗ Haren, Maartenscollege, International School Groningen

◗ Hengelo, Scholengroep Carmel Hengelo

◗ Oldenzaal, Twents Carmel College

◗ Oss, Het Hooghuis

◗ Raalte, Carmel College Salland

In dit nummer

CARMEL BOUWT! (OOK IN CRISISTIJD)

‘CARMEL IS IN 8 JAAR ERG VERANDERD’

KOERS 2018 LAAT ZIEN WAT WE WILLEN

DATATEAMS ZELFSTANDIG VERDER

4

16

8

18

STIJD) KOER

@stgcarmel

@CarmelVacatures

Volg ons

op Twitter!

LAYARDit nummer van Carmel Magazine

heeft een heel leuk extraatje: Layar.

Met je smartphone of tablet heb je nu

nog meer plezier van dit papieren

magazine! Bij de artikelen op pagina

15, 17 en 22 zie je het Layar-logo.

Hoe werkt Layar?

◗ Zoek met je smartphone of tablet de applicatie

Layar en download deze (gratis) applicatie (app).

◗ Houd je smartphone of tablet boven de pagina

met het Layar-logo.

◗ Volg de instructies op het scherm en beleef de

extra ervaring!

Page 3: Carmel Magazine september 2014

3

S E P T E M B E R 2 0 1 4

Standpunt van een schoolleiderontplooien. Kernopdracht van scholen is voor mij ook

talenten helpen ontdekken.

Ons onderwijs is opgebouwd in leerjaren, waarin leerlingen

van dezelfde leeftijd veelal ook dezelfde leerstof krijgen

aangeboden. Meer ruimte is gewenst, aangezien niet alle

leerlingen van dezelfde leeftijd zich sociaal en cognitief in

hetzelfde ontwikkelingsstadium bevinden.

Het kabinet gaat talentontwikkeling in het funderend

onderwijs stimuleren. Staatssecretaris Sander Dekker zegt

hierover: “Excelleren moet op alle niveaus in het

onderwijs - van vmbo tot vwo - en op een breed gebied

gestimuleerd worden. Er moet niet alleen oog zijn voor

cognitieve vaardigheden, maar ook bijvoorbeeld voor

creatieve en ambachtelijke vaardigheden.”

Ik ben een groot voorstander van zo’n brede defi nitie,

waarbij ontwikkeling van talent volop de ruimte krijgt en

het onderwijs beter afgestemd wordt op de verschillen

tussen leerlingen. Het gaat dan bijvoorbeeld om het

sneller behalen van een diploma, het bieden van

honoursprogramma’s of het modulair afsluiten van

vakken op verschillende niveaus. Het doel hiervan is dat

leerlingen meer worden uitgedaagd. Extra inspanningen

en resultaten zouden zichtbaar moeten worden op

diploma’s. Cruciaal daarbij is dat het vervolgonderwijs

ook dergelijke inspanningen beloont en hierop inspeelt.

Het onderwijs kent al veel goede initiatieven zoals plus-

klassen, technasia en tweetalig onderwijs. Mooie voor-

beelden waarbij langs verschillende wegen wordt gewerkt

aan uitdagender onderwijs. Onderwijs voor meer getalen-

teerde leerlingen is geen extra activiteit of taak voor scholen,

maar een integraal onderdeel van goed onderwijs.

Onderwijs met meer maatwerk voor alle leerlingen.

Talentontwikkeling vraagt om ander onderwijs en andere

vormen van toetsing. Belangrijk daarbij is dat belemmerende

wet- en regelgeving wordt ‘opgeruimd’ en dat scholen en

leraren optimaal ondersteund en gefaciliteerd worden.

Het voortgezet onderwijs in Nederland biedt jongeren een

prima basisniveau, maar slaagt er nog onvoldoende in om

onze talentvolle leerlingen te herkennen en te stimuleren.

De vraag is niet meer óf deze groep extra aandacht

verdient, maar hoe we die extra aandacht vormgeven. ◗

STANDPUNT

BEN KOKHUISVoorzitter centrale directie Pius X College/Canisius

Talentontwikkeling

De afgelopen jaren hebben we er als scholen hard aan

gewerkt om de prestaties van leerlingen te verbeteren die

een achterstand hebben. Dat lukt goed. Tegelijkertijd

heeft dit succes een keerzijde. Doordat we ons met name

richten op leerlingen die niet zo goed mee kunnen komen

én op de gemiddeld presterende leerlingen, krijgen onze

talentvolle leerlingen nog onvoldoende kans om uit te

blinken. We halen er bij onze leerlingen niet altijd uit wat

erin zit, zonde! Slechts een kwart van alle jongeren vindt

het onderwijs uitdagend genoeg. En maar een derde zegt

door hun omgeving aangemoedigd te worden om uit te

blinken. Goed onderwijs betekent dat iedere leerling

wordt uitgedaagd om zijn talenten optimaal te

‘Talent-

ontwikkeling

vergt ander

onderwijs’

Page 4: Carmel Magazine september 2014

4

Carmel bouwt! (ook in crisistijd)Nooit eerder liepen er op Carmelscholen zo veel nieuwbouw- en verbouwprojecten tegelijk. Er is maar liefst

156 miljoen euro mee gemoeid. Hoe houd je al die projecten in de hand? Een gesprek met Leo van Wijchen,

teamleider Huisvesting & Facilities, en rector Johan Supèr van het Carmel College Salland, waar het bouwstof

momenteel hoog opdwarrelt.

NIET BOMBASTISCH

Ondanks de tegenwind wordt er bij Carmel meer

gebouwd dan ooit. Totale kosten van lopende

projecten: 156 miljoen euro. ‘Bouwen kost geld, maar

niet bouwen kost een vermogen’, zegt Leo van Wijchen

fi losofi sch. ‘Leerlingen en ouders willen modern

onderwijs en verouderde gebouwen staan dat in de

weg. Personeelsleden kunnen er niet goed werken.

En de exploitatiekosten lopen op, zodat je geen geld

uitspaart maar juist extra kosten maakt.

Je kunt niet wachten tot het water aan de binnenkant

van de kozijnen staat.’ Carmel stelt bij het bouwen

kwaliteit en doelmatigheid voorop, vindt Supèr.

‘Geen bombastische gebouwen. Carmelgebouwen

volgen het onderwijs.’

Toch zijn de grote investeringen in gebouwen lastig

te verkopen als het crisis is. Van Wijchen vindt dat

begrijpelijk, maar legt uit dat veruit het meeste

huisvestingsgeld bij gemeenten zit en dus kunnen

scholen er niet vrij over beschikken. En dat er juist

nú zoveel wordt gebouwd, komt doordat diverse

langlopende besluitvormingstrajecten tegelijkertijd hun

beslag hebben gekregen. Zelfs aan de nieuwbouw van

Carmel College Salland, waar alles vlot verliep, ging vijf

jaar vooraf.

EIGENHEID

Een lichtpuntje van bouwen in crisistijd is dat opdracht-

gevers sterker staan tegenover aannemers en leveranciers.

Van Wijchen: ‘Carmel heeft daar rechtstreeks mee te

maken omdat wij altijd zelf bouwheer zijn. Wij voeren

altijd zelf de regie: Carmel betaalt, Carmel bepaalt.’

Dat is mogelijk doordat de afdeling Huisvesting &

Facilities de laatste jaren een grote professionaliserings-

slag heeft gemaakt. In een integraal model wordt naast

functionaliteit ook gekeken naar kwaliteitsaspecten als

akoestiek, binnenklimaat en uitstraling. ‘Jaren terug

waren de fi nanciën nog wel eens leidend’, zegt Supèr.

‘Nu beginnen ze echt bij de vraag: welk gebouw hebben

we nodig voor dit onderwijs? Eigenheid en lokale context

zijn van belang. Geen McDonald’s-scholen.’

Met het oog op de vele projecten in de pijplijn heeft

Huisvesting & Facilities de laatste jaren veel denk-

Goed onderwijs is leidend

In veel opzichten zit het scholen met nieuwbouw- of

verbouwplannen de laatste jaren niet mee. Gemeenten

besteden geld dat zij van de overheid voor onderhoud

of bouw van scholen krijgen, stelselmatig aan andere

doelen. Voor alle Carmelscholen samen betrof dat de

laatste jaren meer dan de helft (!) van dat budget.

Er zit ook nauwelijks schot in de doordecentralisering,

het overdragen van de volledige huisvestings-

verantwoordelijkheid van gemeenten naar scholen.

‘We zijn hierover met slechts acht gemeentes in

gesprek, in één is het gelukt en één overweegt het

serieus. De rest wil er niet aan’, zegt Leo van Wijchen.

En dan is er nog de krimp. Alle Carmelscholen samen

zullen naar verwachting in 2025 zo’n 6.000 leerlingen

minder hebben. Qua vloeroppervlak zat Carmel in

2010 al 19 procent te ruim in zijn jas. Het is een van

de redenen waarom rector Johan Supèr in Raalte na

de sloop van zijn oude gebouwen een kleinere school

terugbouwt: ‘We krijgen tot nu toe meer leerlingen

binnen dan de prognoses voorspellen, maar we moeten

wel vooruitdenken.’

LOPENDE NIEUWBOUW-PROJECTEN

• Augustinianum, Eindhoven (fase defi nitief

ontwerp)

• Carmel College Salland, Raalte

(uitvoeringsfase)

• Scholengroep Carmel Hengelo, vmbo (fase

defi nitief ontwerp)

• Scholengroep Carmel Hengelo, Het Twickel

College Hengelo (schetsontwerpfase)

LOPENDE REVITALISERINGS-PROJECTEN

• Marianum, Groenlo (schetsontwerpfase)

• Maartenscollege, Haren (schetsontwerpfase)

• Scholengroep Carmel Hengelo, Het Twickel

College Borne (schetsontwerpfase)

Page 5: Carmel Magazine september 2014

5

S E P T E M B E R 2 0 1 4

formuleert’, is de ervaring van Van Wijchen. Vervolgens

moet het ontwerp tot in de kleinste details worden

uitgewerkt. Dit betaalt zich dubbel en dwars terug, in

de vorm van hogere kwaliteit tegen een goede prijs en

minder problemen. ‘Het liefst zou ik nog voorschrijven

wat bij vorst de temperatuur van de tegellijm moet zijn,

zodat de tegels twee jaar later niet van de muur vallen’,

lacht Van Wijchen.

Het resultaat? Dat is over anderhalf jaar in Raalte te

bewonderen. En in Eindhoven, Hengelo, Groenlo en

Haren natuurlijk. ◗

en schrijfwerk gedaan. In een huisvestingshandboek

zijn uitgangspunten, kaders, procedures en

programma’s van eisen uitgewerkt. Ook ligt er een

menukaart waarmee scholen kunnen zien welk

huisvestingsconcept hen het meest aanspreekt.

Een vergelijkbaar keuzemenu voor sportconcepten is

bijna klaar.

GOED GELUKT

De nieuwbouw van Carmel College Salland is min of

meer het eerste project waarin het “nieuwe bouwen

volgens Carmel” vanaf de eerste stap gestalte krijgt.

Alles staat of valt met een goede voorbereiding, merkt

Supèr. Dat begint er al mee dat de school ver voor het

offertestadium exact weet waar zij onderwijskundig

naartoe wil. Ook is een goed ontwerpteam belangrijk,

dat precies snapt wat de school wil. ‘Dat krijg je alleen

als je de selectie- en gunningscriteria heel zorgvuldig

‘Bouwen kost

geld, maar niet

bouwen kost een

vermogen’

FUNCTIONALITEIT

Page 6: Carmel Magazine september 2014

6

Leerlingen van nu hebben grotendeels nog dezelfde schoolvakken als hun vaders en moeders. Terwijl de wereld toch in

razend tempo veranderd is. Nieuwe technologie heeft geleid tot het ontstaan van een meer internationaal georiënteerde

samenleving die steeds andere en hogere eisen stelt. Daarom pleit de Onderwijsraad, die de minister adviseert, voor

regelmatige aanpassing van schoolvakken en hun inhoud. School moet volgens de raad leerlingen vooral leren verbanden

leggen en samenhangen te zien. Dán zijn ze fl exibel, oplossingsgericht en weten ze hoe ze de groeiende nieuwe kennis snel

en goed oppakken. Anders dreigt Nederland in de wereld achterop te raken. Krachtige taal! Een beste kluif voor onze eigen

Onderwijsraad: het vernieuwde belpanel. Deze keer reageert het op de stelling:

We leren niet meer de goede dingen!

JOMANA AL SAMARRAI, LEERLING 5 HAVO, CARMEL COLLEGE SALLAND, RAALTE

‘Ik ben voor deze stelling.

We krijgen steeds meer

te maken met nieuwe

technologie en met

de effecten daarvan.

Daarom is het van belang

om goed bij te blijven.

Het lesmateriaal moet

dus worden aangepast

aan de vaardigheden en de kennis die steeds belangrijker

worden in deze wereld. Dan is het overigens volgens mij niet

de bedoeling om te veel aan te passen, maar de leerlingen

moeten wel zo geschoold worden dat ze later niet voor

verassingen komen te staan. Bij ons op school zijn we bezig

de overstap te maken. We doen steeds meer digitaal en

samenhangen komen zeker aan de orde. Dat kan nog meer,

maar daaraan wordt al gewerkt.’ ◗

CONNIE VAN DER VEGT, OUDER, ETTY HILLESUM LYCEUM, LOCATIE HET STORMINK, DEVENTER

‘Voor mijn gevoel gaat de

Onderwijsraad te kort door

de bocht. Ik zie aan mijn

dochter dat de motivatie

en de bevlogenheid van

docenten doorslaggevend

is om leerlingen te

stimuleren. Als we

constateren dat Nederland

op achterstand dreigt te geraken, zullen we breder moeten

kijken naar de kwaliteit van het onderwijs. En van de docenten:

die moeten goed opgeleid, gekwalifi ceerd en professioneel zijn.

Dan hebben ze veel te bieden. Ik denk dat het meer daarin zit

dan in de vakken. Dat maakt de stelling overigens lastig, want

ik denk wel dat er veel beter kan en moet. Maar dat begint bij

de persoon voor de klas. Die is altijd nog belangrijker dan het

curriculum. Kortom: oneens.’ ◗

NICO VAN DER WOUDE, DOCENT NEDERLANDS EN DEBATCOÖRDINATOR, PIUS X COLLEGE, ALMELO

‘Oneens. Ik wil het anders

zeggen: we leren de dingen

niet op de goede manier.

Ons onderwijssysteem

probeert met longitudinale

leerlijnen te werken, die

knikken in de leerstof

veroorzaken. Ik zou liever

ook transversale leerlijnen

zien, dus met verbindingen tussen de vakken. En meer con-

structivistisch werken. Dan zien leerlingen zelf wat ze niet kennen

of kunnen, dat motiveert. Ook dan blijft kennis noodzakelijk,

maar we bereiden onze leerlingen wel beter voor. Ze leren

gemakkelijker het geleerde toe te passen in andere vakgebieden.

Ik zie dat terug in het debatonderwijs. Daar leer je kritisch

denken, omgaan met informatie en creatief tot oplossingen te

komen. Zowel excellente als meer zwakke leerlingen groeien

daarvan. Dan zie je dat onze leerlingen veel kunnen.’ ◗

DIRK VAN BREE, LEERLING 6 VWO, HET TWICKEL COLLEGE, HENGELO

‘Ik zie de noodzaak niet.

We leren nog steeds de

goede dingen. Er is

inderdaad veel nieuwe

technologie en die brengt

grote veranderingen met

zich mee, maar de nieuwe

kennis komt voort uit de

oude kennis. Denk aan een

mobieltje: om dat te ontwikkelen, moet je iets weten van,

bijvoorbeeld, straling en elektriciteit. Dat is basiskennis, die je

moet beheersen. Ik heb echt niet het gevoel dat ik onvoldoende

wordt opgeleid. Het is mooi, dat verhaal van die samenhangen,

maar je zult eerst kennis moeten hebben. Als er al iets anders

moet, dan eerder in de sociale sfeer: wat heb je nodig om te

kunnen functioneren en gelukkig te worden? Met deze stelling

ben ik het echt niet eens.’ ◗

Belpanel

Page 7: Carmel Magazine september 2014

7

S E P T E M B E R 2 0 1 4

7

THEO DERKS (60), STAFMEDEWERKER PLANNING & CONTROL, CENTRALE DIENST HET HOOGHUIS

‘Ik ben geen echte fi nanciële controller en ook geen P&O’er.

Mijn werk zit meer áchter de cijfers: de vertaling naar een goede

combinatie van mensen en middelen. Is deze aanvraag voor

ouderschapsverlof goed berekend? Wie kan die langdurig zieke

vervangen? Wat betekent de nieuwe cao voor onze mensen?

Ik was docent natuurkunde op locatie ZuidWest toen ik werd

gevraagd als roostermaker. Dat heb ik 25 jaar met veel plezier

gedaan. Het puzzelen, hè! Het ultieme genot was als ik in juli

zag dat de roosters niet alleen gelukt waren, maar er ook

nog eens geweldig uitzagen. Voor de mensen achter de

cijfers bedoel ik. Want je kunt ergens getalsmatig wel

uitkomen, maar het moet ook passen bij de mensen.

Een besluit kan voor hen persoonlijk grote gevolgen

hebben. Daar ben ik me altijd van bewust. Daarom wil ik

de mensen kennen en weten wat er op de locaties speelt.

Geleidelijk ben ik meer formatiewerk gaan doen. Een jaar of

drie geleden heb ik fulltime de overstap naar de centrale dienst

gemaakt. Voor afspraken ga ik nog bijna altijd naar de locaties.

Lekker door de school lopen, mensen ontmoeten in de personeels-

kamer. Ik geloof niet dat ik ooit een dag met tegenzin naar mijn

werk ben gegaan. Ik vind het ook helemaal niet vervelend als ik op

een vrije dag een klus moet doen. Het voelt goed als het klaar is.

En dan pakken mijn vrouw en ik daarna lekker een terrasje.’ ◗

‘De mensen

achter

de cijfers’

MIJ

N P

ASSI

E

Page 8: Carmel Magazine september 2014

8

‘Kwaliteit begint bij wat we zelf kunnen beïnvloeden’Koers 2018. Dat is de titel van het nieuwe “strategisch beleidskader” dat het College van Bestuur (CvB) in het

najaar uitbrengt. Hoewel het voortbouwt op Koers 2014 wordt het een ander stuk, belooft Romain Rijk,

voorzitter van het CvB. ‘We zijn bij onszelf begonnen. Wie zijn we als Carmel? Wat bindt ons? Wat zit in onze

genen, waaraan hebben we een broertje dood? Als we het daarover eens zijn: wat willen we dan zien?’

Koers 2018 laat zien wat we willen

Page 9: Carmel Magazine september 2014

9

S E P T E M B E R 2 0 1 4

‘Je krijgt

alleen kwaliteit

als je mensen

ruimte geeft’

De wording van Koers 2018 loopt al sinds maanden.

Geregeld vinden bijeenkomsten plaats van CvB,

schoolleiders, medewerkers van het bestuursbureau en

anderen. De Raad van Toezicht is eveneens betrokken.

Harry Claessen, rector van het Twents Carmel College

en voorzitter van het Convent van Schoolleiders,

tempert de verwachtingen: ‘In vergelijking met

Koers 2014 vind je geen afwijkende standpunten,

wel de doorontwikkeling van een bestendige lijn.’

Tom Morskieft, voorzitter van het managementteam

van het bestuursbureau, valt hem bij: ‘We bouwen dus

voort en blijven aansluiten bij de actualiteit, dat is onze

maatschappelijke opdracht.’

Die “actualiteit” betreft bijvoorbeeld de rapporten “Naar

een lerende economie” van de Wetenschappelijke

Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) en “Een smalle

kijk op onderwijskwaliteit” van de Onderwijsraad,

beide uit november 2013. Van recenter datum zijn

het sectorakkoord voortgezet onderwijs (april 2014)

en “Een eigentijds curriculum” van de Onderwijsraad

(mei 2014). De stukken pleiten, onder veel meer, voor

de ontwikkeling van brede(re) vaardigheden om de

leerling beter voor te bereiden op de toekomst en voor

meer geïndividualiseerde leertrajecten. ‘Onze sector

heeft zich een aantal jaren laten leiden door wat

de Onderwijsinspectie toetst’, zegt Rijk. ‘Nu stelt de

Onderwijsraad de vraag of de criteria van de Inspectie

wel zo maatgevend moeten zijn. Hij vraagt aandacht

voor meer brede vorming van leerlingen.’

Morskieft vult hem aan: ‘Tien jaar nadruk op presteren

in kernvakken en opbrengstgericht werken heeft

misschien niet gebracht wat werd verwacht. Het kan

volgens de Onderwijsraad leerlingen wegzetten:

“Als jij mislukt, dan heb jij niet hard genoeg gewerkt.”

Dat past niet bij ons “Elke mens, heel de mens en alle

mensen”. Rijk: ‘Waarderen of uitselecteren? Wij kiezen

het eerste. Het gaat om álle talenten, van leerlingen en

medewerkers.’

SPIEGEL

Elk Koersdocument is een spiegel van zijn tijd. Rijk

bevestigt: ‘In Koers 2014 schreven we dat onze scholen

in 2014 “bovengemiddeld” zouden moeten scoren.

Achteraf minder gelukkig; naar de normen van de

Inspectie zijn we niet zo bovengemiddeld. Het is maar de

vraag of dát het probleem is.’ Het klinkt weloverwogen:

‘De Onderwijsraad nodigt ons uit ook zélf te bepalen

wat we als “goed” en “excellent” beschouwen. Wat willen

we van onze leerlingen zien? Wat van onze docenten en

andere medewerkers?’

Claessen vult hem aan: ‘Ook wij trekken ons de kritiek

van de Onderwijsraad aan. Vandaar dat we onszelf de

vraag hebben gesteld. “Wat willen we als Carmel; wat

willen we zien? Wanneer zijn wij tevreden?” Daarop

geeft Koers 2018 het antwoord.’ Het is de uitkomst van

een doorwrochte procedure, met gebruikmaking van

serious gaming en diepgaande gesprekken in groepen

van wisselende samenstelling. Morskieft: ‘Met vragen

als: “Wat vind jij belangrijk in je school, waar ligt de

essentie van je onderwijs? Waar zien we met elkaar

overeenkomsten of juist verschillen?” Steeds keerden

dezelfde begrippen terug, die de schoolleiders op gelijke

wijze interpreteerden. Bijvoorbeeld over het belang van

een deugdelijke en degelijke organisatie, van brede

vorming en kennisdeling.’

Page 10: Carmel Magazine september 2014

10

brede verantwoordelijkheid voor de onderwijsketen.

Neem de pabo. De grootste oorzaak van uitval daar is

onvoldoende motivatie. Dan moeten wij ons afvragen

wat wíj als voortgezet onderwijs nog hadden kunnen

doen om die leerling tot een goede keuze te leiden.’

IN DE SCHOLEN

De benadering die Koers 2018 voorstaat, wordt in

de scholen zichtbaar, weet Claessen: ‘Ik ben ervan

overtuigd dat we dichter bij onze medewerkers komen.

De recente eenzijdige benadering heeft vervreemdend

gewerkt. Mensen werken in het onderwijs omdat ze iets

hebben met kinderen en ontwikkeling.

Wie bij Carmel werkt, kiest voor de bredere aanpak.’

En daarmee voor de gelijkwaardigheid van

schoolvakken. ‘Die zijn allemaal belangrijk’, benadrukt

Rijk nog eens, ‘wij maken geen onderscheid tussen

kernvakken, doorstroomrelevante vakken en vakken

“achter de streep”.’

‘In het verlengde hiervan: we waarderen

verschillen tussen docenten’, neemt

Claessen het woord weer. ‘Naast

“teacher-leaders” hebben we

vakinhoudelijk goede docenten

nodig. Het gaat om samenhang,

BREDE ONTWIKKELING

Geleidelijk worden de contouren van Koers 2018

zichtbaar. ‘Met elkaar hechten we veel waarde aan

brede ontwikkeling’, zegt Claessen. ‘Vanuit “Heel de

mens”, zeg maar. We kijken waarmee en hoe we onze

leerlingen willen toerusten. Natuurlijk met aandacht

voor rekenen en taal, maar andere vakken zijn even

belangrijk. Brede ontwikkeling komt ten goede aan álle

resultaten. Juist hier zie je de doorontwikkeling van

Koers 2014.’

‘Je ziet nóg iets’, neemt Rijk over, ‘jarenlang mocht

Carmel zich niet met het onderwijs bemoeien. Dat was

van de scholen. Vier jaar terug constateerden we een

kentering, toen we spraken over een “uniform profi el

van kwaliteit”. Dat is er nog niet, maar we weten: als je

naar brede kwaliteit wilt, dan móet je het met elkaar

over de inhoud van je onderwijs hebben. Tijdens de

voorbereiding van Koers 2018 hebben we geleerd meer

indringend met elkaar te spreken over de kwaliteit van

het onderwijs en over resultaten vanuit verschillende

verantwoordelijkheden.’

Zo kom je uiteindelijk tot een meer eenduidig besef van

Carmelkwaliteit, meent Morskieft. ‘Die kun je merkbaar

laten zijn en meetbaar. Niet uitsluitend in getallen,

ook door praktijken te beschrijven en te delen. Binnen

Carmel en daarbuiten, door bijvoorbeeld intensivering

van het contact met primair onderwijs. En met mbo

en hbo, zodat we weten hoe onze leerlingen het daar

doen.’ Claessen knikt: ‘Bij brede ontwikkeling hoort

‘We willen niet

knippen, maar

verbinden en

integreren’

HET EIGEN CARMELVERHAAL

Koers 2014, dat in 2011 werd gepubliceerd,

kenmerkt zich door een opvallend heldere

opzet. Naast vaak concrete passages over de

ambities, bieden kaders inzicht in wat nog in

2011 en wat in 2014 bereikt zou moeten zijn.

Het nieuwe Koersdocument wordt anders, legt

Roman Rijk uit: ‘Het eerdere document ademt

de geest van die periode. We kijken nu naar

wat we nog meer van onderwijs verwachten.’

Op dat spoor zit ook de Raad van Toezicht,

vertelt Rijk: ‘Die adviseert niet te veel in termen

van ambities te formuleren. “Schrijf in praktijken.

Wat wil je terugzien, wat wil je tegenkomen?”

Dat proberen we. De uiteindelijke versie zal dan

een mix zijn, van meer algemene tekst én van

beschrijvingen van dingen die we met elkaar

willen tegenkomen. Koers 2018 wil benoemen

wat we met z’n allen willen en geeft ruimte voor

eigen ontwikkeling en keuzes op locatie.’ ◗

Page 11: Carmel Magazine september 2014

11

S E P T E M B E R 2 0 1 4

SPELSYSTEMEN EN (BE)STUREN

8 juli 2014. We staan aan de vooravond van de halve

finale van het WK2014. Al weken debatteren deskundigen

over spelsystemen van onze nationale trots: 4-4-3,

5-3-2, 3-5-2. Zo ongeveer elke combinatie die op papier

mogelijk is, komt langs. Op flipovers legt Ronald de Boer

uit hoe de backs “hoog” of “laag” hun rol zullen

invullen. Verdedigend of juist aanvallend en druk

zettend. Het spel is niet altijd mooi, maar het resultaat

mag er zijn.

Goed besturen gaat in feite ook over spelsystemen,

veldbezetting, checks and balances, tegenkrachten en

positiewisselingen. Ruimte maken en geven, kansen

benutten. Een hecht team smeden van harde werkers en

briljante geesten. Niet iedereen hoeft hetzelfde te

kunnen, maar door elkaar aan te vullen en voor elkaar te

gaan, ontstaat de winnende combinatie, ontstaat geloof

in eigen kunnen en succes. Formele functiebeschrijvingen

geven je positie op het veld aan, maken duidelijk wat je

taak is. Maar een elftal dat alleen maar spelers kent die

vast op de eigen posities blijven staan, maakt niet veel

kans op succes. Dat gaat niet echt lopen, daar zitten geen

verrassingen in. Goed besturen vraagt dus om spelers die

hun primaire taak goed uitvoeren, maar die soepel

kunnen switchen. Het bekende harkjesmodel dat het

organogram van organisaties uitbeeldt, is dus per

definitie de verkeerde voorstelling van zaken. Harkjes

bestaan uit rechte lijnen, zijn niet soepel en kunnen niet

swingen. Harkjes geven alleen formele posities aan, maar

zeggen niets over hoe (be)sturen feitelijk zou moeten

gaan. ◗

ROMAIN RIJKVoorzitter College van Bestuur, Stichting Carmelcollege

COLU

MN

verbinding.’ Dat heeft al meermalen verrassend

uitgepakt, zegt Morskieft onder verwijzing naar de

datateams. ‘Daar komen alle invalshoeken bij elkaar

om oplossingen voor een probleem te vinden: alfa, bèta

en gamma. In één van die teams vertelde een leraar

wiskunde enthousiast over de samenwerking met een

docent klassieke talen. Die was er waarschijnlijk anders

niet geweest.’ Rijk knikt: ‘Kwaliteit begint bij wat je zelf

kunt beïnvloeden.’

‘We zoeken ook op andere terreinen verbinding’, gaat

Claessen verder. ‘We hebben alles uit elkaar getrokken

in afzonderlijke vakken, de kunst is om zaken bij elkaar te

brengen. Binnen het Twents Carmel College bijvoorbeeld,

kijken we wat we in een profi elwerkstuk willen zien.

Dat is meer dan het eigenlijke onderwerp, we vragen

ook oriëntatie op vervolgonderwijs en achterliggende

beroepswereld, en een ethische beschouwing.

En loopbaanoriëntatie en -begeleiding moet ook meer

zijn dan een lesuurtje per maand. We moeten niet

knippen maar verbinden en integreren.’

RUIMTE

Hier liggen mogelijkheden om Carmel als

kennisalliantie te versterken, signaleert Morskieft:

‘We hebben de goede mensen, we werken aan een

adequate ICT-infrastructuur.’ Dat opent volgende

deuren, verwacht Rijk. ‘Onder meer de WRR wijst erop

dat we de leerling nog veel meer in het middelpunt

moeten plaatsen. Zo ver zijn we in het voortgezet

onderwijs niet. We lopen aan tegen lessentabellen en

andere starre systemen, terwijl voor de leerling meer

fl exibiliteit gewenst is. Dat kan meer dan vroeger, zelfs

binnen de bestaande wet- en regelgeving. Die ruimte is

er, maar die moeten we zien en benutten.’

Het besef is er dat het nemen van die ruimte geleerd

moet worden. Dat ook medewerkers gestimuleerd

moeten worden om op basis van hun professionaliteit

keuzes te maken en hun vrijheid te benutten. Claessen:

‘Je krijgt alleen kwaliteit als je mensen de ruimte

geeft. Dan ontstaat eigenaarschap van onderwijs en

resultaten.’ Hij ziet een overeenkomst met de situatie

in de scholen. ‘We willen de leerlingen in staat stellen

de regie te nemen over hun eigen ontwikkeling, zodat

ze eigenaar worden van hun eigen verhaal. Dat willen

we bij onze medewerkers eveneens bereiken.’ Rijk knikt

instemmend: ‘Dán krijg je parallelle processen die

elkaar beïnvloeden en versterken.

De voorzitter van het CvB hoopt na de zomer de

discussie te verbreden en af te tasten hoe de gedachten

van Koers 2018 aanvoelen. ‘Het stuk zal handen en

voeten in de scholen moeten krijgen. Met een vertaling

per school en per team. Daar kan iedereen nu al mee

beginnen, niemand hoeft te wachten tot het document

er ligt.’ Lachend: ‘Hier past bescheidenheid. De wereld

verandert niet door Koers 2018.’ ◗

Page 12: Carmel Magazine september 2014

12

Op 19 juni 2014 was manege Boekweitakkers in Dalerveen het toneel van het tweede Carmelconcours van Carmel-

college Emmen. Zestien ruiters streden om de eer in de categorieën dressuur en springen. Bijna allemaal zitten ze op

het Carmelcollege Emmen en zijn daarnaast op hoog niveau bezig met paardensport. De organisatie was in handen

van Alex Scheper, topsport- en talentbegeleider van de school, en Gert Pruim, vader van één van de deelneemsters.

Op het manegeterrein de trailers af en aan.

Sterre Uiterwijk (2 mavo/havo) laadt haar paard

Sundowner uit.

Carmelconcours 2014

Fotomomentje. Zoë met Fyrista.

Langzaam druppelen de ruiters en paarden

binnen. Samen met haar moeder checkt Richelle

Hoogeveen (4 mavo) bij Alex Scheper haar plaats

op de startlijst.

Zoë Pruim (5 havo) haalt haar paard Fyrista alvast

van stal. Het idee om het Carmelconcours nieuw

leven in te blazen, kwam van Zoë’s vader, Gert

Pruim. Waarom alleen schoolwedstrijden voor de

teamsporten? Dat vond Alex Scheper ook.

Poetsen, hoeven krabben: Fyrista laat het zich

graag welgevallen.

Page 13: Carmel Magazine september 2014

13

S E P T E M B E R 2 0 1 4

SPRI

NG

EN

Zoë met Fyrista tijdens de springwedstrijd. Dit jaar

nog voor de eer, volgend jaar hopelijk voor echte

wedstrijdpunten, als het Carmelconcours een

offi ciële wedstrijd wordt.

Hoog tijd om op te stijgen. Over een kwartiertje

begint de dressuurwedstrijd. Het eerste Carmel-

concours was trouwens zeven jaar geleden, toen

het grasveld naast de school plaats ging maken

voor kunstgras. Nu wordt de traditie nieuw leven in

geblazen.

Opzadelen maar. Carmelcollege Emmen heeft

relatief veel leerlingen die op hoog niveau

paardrijden.

Sterre trekt haar wedstrijdkleding aan. Thema

vandaag: rood-wit-blauw-oranje!

Richelle maakt met haar pony Kantje’s Cupido een

rondje in de bak.

Page 14: Carmel Magazine september 2014

14

MONDRIAAN COLLEGE WORDT LOCATIE VAN HET HOOGHUIS

Per 1 januari gaan de Osse scholen

Het Hooghuis en het Mondriaan College fuseren.

Alle formele stappen zijn afgerond. Na gedegen

voorbereiding, de goedkeuring van de minister

van Onderwijs (in april jl.) en instemming van

Medezeggenschapsraden en Raden van

Toezicht heeft het College van Bestuur het

fusiebesluit bekrachtigd.

De bestuurlijke fusie is op 1 januari 2015.

De zogenaamde ‘institutionele fusie’ is per

1 augustus 2015, maar wellicht ook al per

1 januari 2015. Dat gebeurt alleen als

OCW/DUO kan garanderen dat er bij een

institutionele fusie per 1 januari 2015 geen

uitvoeringsproblemen ontstaan rond

bekostiging.

Els Brendel is tot 1 januari 2015 interim-rector

van het Mondriaan College. Zij wordt ter zijner

tijd opgevolgd door een locatiedirecteur. ◗

CARMEL AWARD 2014

Ook afgelopen schooljaar is de Carmel Award

uitgereikt. Op vrijdag 11 april 2014 namen Sterre

Schriemer, Leanne Meurs en Mara Groeneveld

uit 6 vwo van Scholengroep Carmel Hengelo

(Lyceum De Grundel, Hengelo) en Shirley Cui

en Eline Cui uit 5 havo van Het Hooghuis

(Titus Brandsmalyceum, Oss) de hoofdprijzen

in ontvangst.

Dit schooljaar vindt de Carmel Award plaats op

donderdag 9 april 2015.

Meer informatie over de Carmel Award 2015

vind je op het Carmel Intranet. ◗

Kort

NIEUWE WEBSITE CARMEL.NL

Carmel heeft een nieuwe website. Met de

nieuwe, responsive site spelen we in op het

toenemende bezoek via tablets en mobiele

telefoons. Op carmel.nl volg je nu het laatste

nieuws over ons en onze scholen, kun je in de

kalender zien wanneer er een studie- of

netwerkdag is (en direct in je agenda zetten)

én je vindt er de laatste Carmelvacatures.

Dit betekent dat de aparte jobsite

carmelvacatures.nl verdwijnt. Het Carmel

Intranet is het volgende onderdeel dat

binnenkort fl ink op de schop gaat. Heb je

opmerkingen of suggesties? Stuur deze dan

naar [email protected]. ◗

NIEUWE CAO VO

In april kwamen de sociale partners tot een

onderhandelaarsakkoord over een nieuwe

CAO VO. Deze is ingegaan op 1 augustus 2014

en heeft een looptijd van 1 jaar. Download de

cao-teksten op vo-raad.nl.

VOLG JE ONS OP SOCIAL MEDIA?

Twitter: @stgcarmel en @CarmelVacatures

facebook.com/stgcarmel

youtube.com/stgcarmel

linkedin.com/company/stichting-carmelcollege ◗

NIEUWE WWEBEBSITE CARMEL NLIEUW

Page 15: Carmel Magazine september 2014

15

S E P T E M B E R 2 0 1 4

Het accent op kennisuitwisseling in de nieuwe Koers komt

niet uit de lucht vallen. Binnen Carmel leren collega’s in alle

lagen en functies al jaren van elkaar. Zo zijn er studiedagen

en netwerken over passend onderwijs, zorg, tweede fase,

onderbouw, vmbo en kwaliteitszorg. Er zijn leer-werk-

conferenties over LC- en LD-functies. Er zijn collegiale

visitaties, waarbij scholen zichzelf zien door de bril van een

ander. En datateams, waarin collega’s gedegen onderzoek

doen naar vraagstukken uit de praktijk. Verder komen er

dikwijls intervisiegroepen of leernetwerken voort uit de

masteropleidingen die steeds meer Carmelcollega’s volgen.

En de startbekwaamheidstrajecten voor aspirant-

teamleiders hebben op veel scholen een vliegwielfunctie

voor de professionalisering.

SCHOOLLEIDINGENDAG

Als het gaat om kennisdeling, is een bijzondere rol

weggelegd voor de Schoolleidingendag: afgelopen

schooljaar op 17 april 2014 in Wolfheze. Ruim tweehonderd

deelnemers uit alle managementlagen van alle

Carmelscholen kwamen bijeen voor een dag vol inspiratie

en uitwisseling. Bijzonder was dat voor het eerst alle

workshops door “eigen” mensen werden verzorgd: het was

kennisdeling in optima forma. Na de keynotelezing van

prof. dr. Geert ten Dam, voorzitter van de Onderwijsraad,

volgden 24 presentaties en workshops over projecten,

master-afstudeeronderzoeken, experimenten, pilots en meer.

OPEN UITWISSELING

Fennanda van Goor, lid

managementteam bestuursbureau,

maakt deel uit van de stuurgroep

management development. Zij zegt over de

Schoolleidingendag: ‘Het ging echt om leren

van en met elkaar. Dat leidde tot een bijzondere dynamiek.

Omdat alle voorbeelden “uit eigen huis” kwamen, was de

herkenbaarheid veel groter. De drempel om vragen te

stellen was laag en dat leidde tot een heel open

uitwisseling. “Dit weten we, hier zijn we nog niet uit, wat

denken jullie hiervan?” Deelnemers gingen echt met elkaar

in gesprek. Er was een combinatie van bevlogenheid en

betrokkenheid. Dat zie je ook terug in de reacties die ons

via de schoolleiders hebben bereikt. Heel vaak kregen we

de vraag of we het volgend jaar weer volgens dezelfde

formule kunnen doen. Dat zegt genoeg. De schoolleidingen-

dag 2014 genereerde niet alleen heel veel energie, we

hebben met zijn alleen ook weer een basis gelegd voor

kwalitatief goed onderwijs. Het leren van nu en de

toekomst.’ ◗

Alle presentaties van de Schoolleidingendag 2014

zijn na te lezen op het Carmel Intranet. ◗

KennisuitwisselingCarmel als kennisalliantie: daar is een belangrijke plaats voor weggelegd in de nieuwe Koers 2018. Medewerkers

leerden ook vorig jaar al op tal van manieren van elkaar, bijvoorbeeld tijdens de vernieuwde Schoolleidingendag.

Hoe ging het verder met...

‘Schoolleidingen-

dag 2014:

bevlogenheid en

betrokkenheid’

SCAN MET

KIJK OP PAGINA 2

bekijk het filmpje van bekijk het filmpje van

de schoolleidingendagde schoolleidingendag

Page 16: Carmel Magazine september 2014

16

‘Carmel is in acht jaar erg veranderd’De opvolger is bekend. Op 1 januari 2015 treedt drs. Fridse Mobach toe tot het College van Bestuur als

opvolger van Ton Thomassen RA, die met pensioen gaat. Hij is dan ruim acht jaar bestuurder van Carmel

geweest. ‘Er is veel veranderd. Ik zie grote verschillen.’

In elk exitgesprek komt de vraag wat de vertrekkende

persoon heeft bereikt. Die kant wil Thomassen niet op.

‘Het past niet bij mij’, zegt hij. En: ‘Het zou niet terecht

zijn. Alles wat je wilt en bereikt, doe je sámen, dat is

mijn overtuiging. In het College van Bestuur werken

Romain en ik volstrekt collegiaal. Dat betekent ook:

samen met het Convent van Schoolleiders, de Raad van

Toezicht, alle medewerkers.’

Hij zegt het stellig. Mede door zijn militaire achtergrond.

Thomassen studeerde onder meer aan de Koninklijke

Militaire Academie (administratief-economische

richting) en bracht het als beroepsoffi cier tot de rang

van majoor. ‘Ik heb er geleerd dat iedereen altijd moet

handelen. In gevechtssituaties kun je niet wachten tot

de generaal terug is. Iedereen moet iets en dat maakt

een organisatie beter en sterker. Vooral als je daarbij

samenwerkt.’

BESLUITEN NEMEN

Thomassen verliet de krijgsmacht toen hij op

formele gronden niet in aanmerking kwam voor een

Fo

tog

raa

f: G

er

Loe

ffe

n

Ton Thomassen

Page 17: Carmel Magazine september 2014

17

S E P T E M B E R 2 0 1 4

functie waarvoor hij gevraagd was en die hem trok.

‘Hét moment om verder te kijken. Ik heb gewerkt

als accountant en consultant, in loondienst en als

zelfstandig ondernemer. Besluiten nemen, hè.

Niet afwachten.’

Die attitude bracht hem in de kringen van het

onderwijs. ‘Een verhaal apart’, zegt Thomassen.

In 1986 bezocht hij met zijn vrouw een bijeenkomst

van de ouderraad op de school van zijn dochter.

‘Er werden nieuwe leden gezocht. Mijn vrouw stond op

en zei: “Ton wil dat wel doen!” Een paar maanden

later werd ik voorzitter van de ouderraad. Zeven jaar

gedaan. Bij mijn afscheid droeg de ouderraad me voor

als lid van het schoolbestuur. Daar werd ik voorzitter

van de werkgroep die vorm moest geven aan een

nieuwe structuur, met een College van Bestuur en een

Raad van Toezicht.’

Zo kwam hij tot twintig jaar bestuurlijke ervaring in het

onderwijs. Voor een bureau voor executive search aan-

leiding hem te benaderen voor de functie van lid van het

College van Bestuur van Carmel. De afl oop is bekend.

‘Ik heb het altijd belangrijk gevonden iets voor de

samenleving te doen. Noem het een drive, een sterke

intrinsieke motivatie. Je moet iets over hebben voor de

gemeenschap. Bovendien ben ik nooit bang geweest om

aan iets nieuws te beginnen. Je leeft maar één keer.’

GROTE VERSCHILLEN

Al wil Thomassen niet over “zijn” verdienste spreken, hij

stelt vast dat Carmel sinds zijn eerste dagen in 2006

is veranderd. ‘Dat gaat geleidelijk, maar ik zie grote

verschillen.’ Gevraagd welke, neemt hij even bedenktijd.

‘Het belangrijkst is dat de organisatie Carmel en de

aangesloten scholen nu individualiteit beter kunnen

combineren met gezamenlijkheid en collectieve belangen.

Daardoor worden we steeds meer een kennisalliantie.

Recent hebben we stappen gezet in de richting van meer

centralisatie van de ICT. Van groot gewicht is verder de

toegenomen aandacht voor de pedagogisch-didactische

toerusting en de identiteit en spiritualiteit van Carmel.

Maar, nogmaals: ik heb daaraan bijgedragen, ik heb het

beslist niet alleen gedaan.’

In dit verband wijst hij op de vele leidinggevenden die

een management developmenttraject hebben gevolgd.

‘Zo ontstaat een gemeenschappelijke taal. Dat gaat

zover dat we bij de werving van nieuwe schoolleiders

niet alleen kijken of ze in het profi el passen, maar ook

of ze in het geheel van Carmel passen. We zijn meer

een club geworden.’

OBSERVATIES

En nu dan zijn afscheid. Nee, Thomassen wil niets

meegeven. ‘Ik heb acht jaar gelegenheid gehad mee

de koers uit te zetten. Met veel plezier, maar het is goed

zo.’ Onbewust sluipen er dan toch nog wat observaties

in. Over de teams, bijvoorbeeld: ‘Vaak is het nog een

aanduiding voor een organisatorische eenheid. Maar

een echt team is méér, daar doe je iets voor elkaar en je

maakt weloverwogen gebruik van elkaars kwaliteiten.

Dat zou ik vaker willen zien. Dat kan bij Carmel, je mag

bij ons fouten maken, mits je ervan leert. Als mensen

geen fouten mogen maken, ontneem je hen hun eigen

verantwoordelijkheid.’

Nog een punt: ‘Het scouten van mensen. Een moeilijk

onderwerp, maar veelbelovende mensen zou je een

carrièrepatroon kunnen voorhouden, dat gebeurt in

andere sectoren ook. Meer doorstroming zou eveneens

goed zijn. Maar houd me ten goede: dit zijn particuliere

observaties. Op 1 januari 2015 ben ik weg.’

Zal hij Carmel missen? ‘Ja en nee’, luidt het antwoord.

‘Er ligt een nieuwe uitdaging als bestuurslid van

Stichting De 4Daagse Nijmegen. Dat staat nu nog op

een laag pitje door tijdgebrek. Na 1 januari wordt dat

anders en daar heb ik zin in. Ach, ik zal wel eens met

weemoed terugdenken, maar ik kijk liever vooruit.’ ◗

SCAN MET

KIJK OP PAGINA 2

alvast kennismaken met alvast kennismaken met

fridse mobach?fridse mobach?

Fridse Mobach

Page 18: Carmel Magazine september 2014

Steeds meer Carmelscholen laten speciale onderzoeksteams van docenten en schoolleiders naar oplossingen

zoeken voor ingewikkelde onderwijsvraagstukken. Diverse ‘datateams’ van het eerste uur staan inmiddels al

een jaar op eigen benen. Hoe loopt dat? Verslag uit Oldenzaal en Almelo.

‘Het denken in de school verandert’Datateams zelfstandig verder

‘Door vragen te

stellen zijn we

onderzoeksmatig

gaan denken’

V.l.n.r.: Mirthe Tijman op Smijers, Nicole Teunissen, Marjo Nijmeijer, Marijke Lanjouw en Gitti Burema

Page 19: Carmel Magazine september 2014

19

S E P T E M B E R 2 0 1 4

Hoofdpijn krijgen veel scholen ervan: een dalend

rendement in de bovenbouw. Te veel leerlingen blijven

zitten of stromen af naar een lager onderwijstype.

En de oorzaak? Probeer daar maar eens een vinger

achter te krijgen. Ook de locaties Almelo van Canisius

en Lyceumstraat van het Twents Carmel College

in Oldenzaal worstelen met dit probleem. Canisius

signaleerde dat zijn doorstroomrendement op de

havo al drie jaar onder het landelijk gemiddelde zat.

En het Twents Carmel College zag het percentage

3 vwo-leerlingen dat afstroomt naar 4 havo, in drie

jaar tijd verdubbelen tot 9,6 procent. Wat was er toch

aan de hand? Beide scholen besloten een datateam

in te zetten. Dit is een klein onderzoeksteam van

docenten en schoolleiders dat met behulp van

gegevens (data) oplossingen zoekt voor hardnekkige

onderwijsproblemen.

HOUVAST

Sinds een jaar of drie stimuleert Carmel de vorming van

dit soort datateams. Het mes snijdt aan twee kanten: de

onderzoeksuitkomsten helpen om de onderwijskwaliteit

te verbeteren en het doen van onderzoek stimuleert de

professionele ontwikkeling van de medewerkers.

Eind 2011 ging een eerste lichting van tien teams

van start, waaronder die van Twents Carmel College

locatie Lyceumstraat (inmiddels bekend als “Datateam

Determinatie”) en Canisius locatie Almelo (inmiddels

bekend als “Datateam Canisius 1”). Een tweede

tranche van nog eens tien teams volgde in het najaar

van 2013. Alle teams werden twee jaar lang begeleid

door de Universiteit Twente. Er werden instrumenten

ontwikkeld om de teams meer houvast te geven, zoals een

achtstappenplan voor het doen van onderzoek: probleem

defi niëren (1), hypotheses opstellen (2), data verzamelen

(3), de kwaliteit van de data controleren (4), de data

analyseren (5), interpreteren en conclusies formuleren

(6), maatregelen nemen (7) en die tot slot evalueren (8).

Het bleek geen overbodige luxe. Onderzoek doen is voor

docenten nu eenmaal geen dagelijkse kost.

WENNEN

Inmiddels is voor alle datateams de begeleidings-

periode afgelopen. Van de eerste lichting zijn drie

datateams gestopt, drie scholen zijn met een nieuw

team gestart en drie datateams van het eerste uur zijn

zelfstandig doorgegaan met hun lopende onderzoek

(zie kader). Het “Datateam Determinatie” op het

Twents Carmel College locatie Lyceumstraat hoort tot

die laatste groep. Voor hen was het wegvallen van de

begeleiding wel even wennen, zeker omdat ze net een

nieuwe weg in het onderzoek waren ingeslagen.

Lange tijd hadden ze gezocht naar verklaringen voor

de eerdergenoemde afstroom van 3 vwo naar 4 havo.

Die vonden ze niet: hun hypotheses bleken niet te

kloppen. Opmerkelijk genoeg verminderde de afstroom

intussen wél. Een indirect effect van de toegenomen

bewustwording bij docenten, denkt voorzitter

Marjo Nijmeijer van het datateam. ‘Ons onderzoek

heeft afstroom op de agenda gezet en dat heeft er

bijvoorbeeld toe geleid dat de overgangsnormen zijn

aangepast en docenten duidelijker zijn geworden in

hun adviezen.’

Onderwijl diende zich een nieuwe prioriteit aan.

De doorstroom van 3 naar 4 havo bereikte met 66,1

procent een dieptepunt. Het datateam gooide het

roer om en richtte zich op dit probleem. Opnieuw bleek

het lastig om grip te krijgen op de oorzaken. Maar het

effect op het denken in de school werd sterker. ‘Doordat

wij vragen zijn gaan stellen, zijn steeds meer mensen

onderzoeksmatig gaan denken’, zegt Marijke Lanjouw

van het datateam. ‘Veel docenten en mentoren hadden

zich bijvoorbeeld nooit zo gerealiseerd dat je gericht kunt

sturen op dit soort zaken.’

DATATEAMS LIJKEN EFFECTIEF

Voor de zomervakantie maakten onderzoekers

van de Universiteit Twente een belronde langs

alle negen Carmelscholen uit de eerste tranche.

Drie datateams bleken na het afl open van de

begeleidingsperiode te zijn doorgegaan met hun

lopende onderzoek. Nog eens drie datateams

zijn in vernieuwde samenstelling verder gegaan.

Op de drie overige scholen zijn de datateams om

uiteenlopende redenen gestopt.

Min of meer tegelijkertijd werden de

uitkomsten bekend van een kwalitatief

onderzoek onder zes van deze Carmelscholen.

Een greep uit de bevindingen:

• Op drie van de onderzochte scholen heeft

het werken met datateams zich duurzaam

een plaats op school verworven. Die scholen

kenmerken zich bijvoorbeeld door een visie

op datagebruik en een gedeelde visie op

werken in een datateam. Maar bijvoorbeeld

ook door de aanwezigheid van een “teacher-

leader” in het datateam die na afl oop van

de begeleiding voor continuïteit zorgt.

Of door gelijkwaardigheid in de besluit-

vorming, door steun vanuit de schoolleiding

en door facilitering van de teamleden.

• Bij bijna alle scholen heeft het werken

volgens de datateam-methode tot meer

kennis, vaardigheden en toepassing door de

teamleden geleid.

• Twee van de scholen hebben inmiddels hun

probleem opgelost of gereduceerd. ◗

Page 20: Carmel Magazine september 2014

20

VERGELIJKBAAR ONDERZOEK

Toen het datateam uit Oldenzaal zich na het verwerpen

van zijn laatste hypothese beraadde op de toekomst,

hoorden zij dat een ander datateam uit de eerste

lichting een vergelijkbaar thema had: Canisius 1.

Dit team was aan het zoeken naar manieren om het

doorstroompercentage in 3, 4 en 5 havo van de school

weer op het landelijk gemiddelde van 85 te krijgen.

Ook deze docent-onderzoekers hadden niet een-twee-

drie beet. Diverse hypotheses werden onderzocht en

verworpen. Tot het team rond de jaarwisseling van

2012 iets interessants op het spoor kwam. ‘Eerst

dachten we dat leerlingen die in 3 havo na een slechte

start toch overgingen, datzelfde probeerden in 4 havo’,

zegt Geran te Lintelo, teamleider bovenbouw havo en

namens de schoolleiding lid van het datateam.

‘Maar dat bleek niet zo te zijn. Wel bleken de resultaten

in periode 1 een goede voorspeller van de kans op

zittenblijven in 4 havo. De leerlingen die in periode

1 op doubleren/bespreekgeval stonden, hadden

maar 50 procent kans om aan het eind van het jaar

over te gaan. En van alle zittenblijvers in 4 havo

had 99 procent in periode 1 een doubleren- dan wel

bespreekgevalrapport gehad.’

De crux bleek te zitten bij hun motivatie, concentratie,

taakaanpak, mogelijkheid tot memoriseren,

lichamelijke conditie en welbevinden. ‘Daarom hebben

we nu voor alle 4 havo-leerlingen in periode 1 een

mentorles ingevoerd’, vervolgt Te Lintelo. ‘Verder is

het onze bedoeling om komend jaar alle leerlingen

die na de eerste periode in leerjaar vier nog op

“bespreekgeval/zittenblijven” staan, een verplichte

cursus aan te bieden.’

RAADPLEGEN

Ook al was de procesbegeleiding formeel afgelopen,

in het eerste jaar van hun zelfstandigheid mochten

de datateams van de eerste lichting nog vijfmaal de

begeleiders van de Universiteit Twente raadplegen.

Canisius 1 heeft van die mogelijkheid geen gebruik

gemaakt. ‘Dit type onderzoek hebben we inmiddels wel

zo’n beetje onder de knie’, zegt voorzitter Patrick Kleine

Staarman van het datateam. ‘We hebben vrij veel

deskundigheid in huis. Een van onze teamleden is de

kwaliteitszorgmedewerker en zij heeft ruime ervaring

met data-analyse.’

Het “Datateam Determinatie” van het Twents Carmel

College Lyceumstraat maakte daarentegen juist

dankbaar gebruik van de consultatiemogelijkheid.

‘Het afgelopen schooljaar hebben we vooral besteed

aan het opzetten van een kwalitatief onderzoek’,

vertelt datateamlid en adjunct-directeur derde klassen

Gitti Burema. ‘Omdat wij tot nu toe nooit kwalitatief

onderzoek hadden gedaan, viel dat niet mee.

Met onze zoektocht naar een antwoord zijn

we het afgelopen jaar daardoor niet

veel verder gekomen.

‘Het datateam

stelt een vraag

en dan gebeurt

er van alles’

Page 21: Carmel Magazine september 2014

21

S E P T E M B E R 2 0 1 4

GEMISTE KANS

Waar zijn de vijf lesvrije dagen gebleven nu de zomer-

vakantie is ingekort? Dat is niet zo moeilijk.

Heel Nederland heeft voor twee weken meivakantie

gekozen. Heerlijk, zo’n extra lange vakantie in mei en de

mogelijkheid om naar Andalusië en Toscane te gaan.

Iedereen blij, zou je denken. Maar de prijs is hoog. Tel uit je

leerwinst, schreef Ton van Haperen in het Onderwijsblad.

En zo is het maar net. Van half april tot de grote vakantie

was het bij ons op school een aaneenschakeling van onrust

en lesuitval: excursies, Pasen, laatste lesdag, twee weken

meivakantie, eindexamens, Hemelvaart, Pinksteren,

herexamens, proefwerkweek, herkansingen, activiteiten-

dagen, rapportvergaderingen, sportdagen. Van de twaalf

weken verliepen er drie volgens rooster. Zelfs een brave en

plichtsgetrouwe docent als ik heeft dan moeite met het

vasthouden van rust en regelmaat, laat staan de leerlingen.

Het laatste kwartiel is weggegooide onderwijstijd.

We hadden als onderwijssector ervoor kunnen kiezen om

die vijf dagen te spreiden over het jaar, zoals bedoeld.

Het had nog veel creatiever gekund. Er wordt veel geklaagd

over de werkdruk in het onderwijs. Logisch. Als je twaalf

weken vakantie hebt, moet je de resterende veertig weken

hard werken. En als je de vakanties zo onevenwichtig

verdeelt, is het lastig om je ritme vast te houden.

We kunnen ook voor het volgende kiezen. Voor de docent:

in plaats van 25 uur lesgeven in 36 weken 20 uur lesgeven

in 45 weken. Voor de leerling: in plaats van 32 lessen in

36 weken 25,5 lessen in 45 weken. Je houdt een rustige

werkweek van vijf lessen per dag over en een normaal

aantal vakantieweken. Voor de docent voldoende tijd

’s middags voor overleg en voor- en nawerk. Voor de leerling

voldoende tijd ’s middags voor huiswerk en extra

begeleiding. ’s Avonds is iedereen vrij. Geen lange dagen,

geen piekweken, geen gestress, maar rust en regelmaat.

Iedereen blij, zou je denken. Het is een cultuurschok,

ik weet het. ◗

JOS BAACKDocent Frans en CKV, Twents Carmel College, locatie De Thij

COLU

MN

Wel hebben we veel geleerd over het doen van

kwalitatief onderzoek. Mede geïnspireerd door

“Canisius 1” gaan we leerlingen en docenten bevragen

om inzicht te krijgen in de rol van motivatie bij

zittenblijven. Ik heb er alle vertrouwen in dat dit

kwalitatieve onderzoek ons volgend jaar wel gaat

lukken. En wat nog steeds het mooiste is: zodra wij

als datateam een vraag stellen, zien we van alles

gebeuren in de school. Het datateam heeft echt de

bewustwording aangezwengeld.’

STAP 8

Het onderzoek van “Canisius 1” bevindt zich inmiddels

in de slotfase (stap 8 van het stappenplan), waarna

het team in ruste gaat totdat zich een ander

onderzoeksonderwerp aandient. De mentorlessen zijn

ontwikkeld, gegeven en inmiddels alweer geëvalueerd.

‘De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat we na periode

1 qua aantallen doubleurs en bespreekgevallen in

4 havo nog geen verbetering zagen’, zegt Te Lintelo.

‘Het percentage doubleren/bespreekgeval lag zelfs

iets boven dat van het jaar daarvoor aan het eind

van periode 1. Maar op het eind van 4 havo was de

doorstroom 92 procent, tegenover 83 vorig jaar.

En van de groep doubleurs/bespreekgevallen in

periode 1 is geen 50, maar 22 procent blijven zitten.

Kortom, hebben we de goede interventie gedaan?

Na periode 1 leek het er niet op, maar aan het eind

van het schooljaar wel.’

Page 22: Carmel Magazine september 2014

OPM

ERKE

LIJK

22

SCAN MET

KIJK OP PAGINA 2Inzending van Rik bekijken?Inzending van Rik bekijken?

Rik Leushuis en Martin de Leeuw

Page 23: Carmel Magazine september 2014

23

S E P T E M B E R 2 0 1 4

‘AND THE NOMINEES ARE…’

Carmel is trots. Niet één maar twee Carmelleraren zijn

genomineerd voor de jaarlijkse verkiezing “Leraar van het

jaar”, een initiatief van de Onderwijscoöperatie. Uit de

honderden leraren zitten Martin de Leeuw, Twents Carmel

College locatie De Thij, en Rik Leushuis, Scholengroep Carmel

Hengelo locatie Het Twickel College in Delden, bij de

37 genomineerden. Door een eigen filmpje in te zenden

waaruit blijkt over welke bijzondere kwaliteiten zij beschikken,

nemen deze twee topdocenten het op tegen de andere 8

genomineerden in de categorie voortgezet onderwijs.

Rik Leushuis (35), docent Nederlands en begrijpend lezen,

reageert enthousiast op zijn nominatie: ‘Twee van mijn

leerlingen wilden hun mentor opgeven voor de verkiezing.

Ze kwamen naar mij toe om te vragen of het wel zin had om

iemand van zo’n kleine onderbouwschool in Delden op te

geven. Ik adviseerde ze om het maar gewoon te proberen.

Dus om dit te promoten hebben we posters opgehangen.

Niet wetende dat mijn mentorleerlingen mij misschien ook

wel eens wilden opgeven… Het ging als een lopend vuurtje

rond en toen ik eind april het telefoontje kreeg dat ik

genomineerd was besefte ik dat het serieus was. De nominatie

is voor mij een groot compliment!

Het leukste aan mijn vak vind ik met leerlingen bezig zijn en

zien hoe ze groeien. Ze komen binnen van de basisschool en ik

mag ze de eerste twee jaar lesgeven. Het doet me goed als ik

op diploma-uitreikingen zie dat mijn oud-leerlingen goed

terecht zijn gekomen en hoor dat ze veel aan mijn lessen en

begeleiding hebben gehad. Met elke leerling probeer ik een

echte persoonlijke band te hebben, zodat ik ook echt

maatwerk kan leveren. Bij ieder kind past een andere aanpak,

zelfs binnen een groep van 33 leerlingen.

Naast lesgeven en mentoraat houd ik me met allerlei andere

leuke zaken bezig: van iPad-klassen en het opzetten

van social media tot onderwijsontwikkeling en

het bijhouden van onze schoolwebsite. En ik

maak jaarlijks muziek met mijn leerlingen

tijdens “Twickel On Stage”.

Als ik win ben ik natuurlijk ontzettend blij!

Als ik een jaar lang ambassadeur mag zijn,

dan hoop ik te laten zien dat je met een

positieve instelling en actieve betrokkenheid

veel kunt bereiken. Zelf hebben we weinig

mannen in het team en ik ben een zij-instromer.

Dit soort thema’s vind ik interessant om aan het

licht te brengen. Maar als ik win ga ik eerst een feestje

vieren met een groep oud-leerlingen, die zich als klas hard

hebben gemaakt om stemmen voor mij te verzamelen!’

Wil je weten welke docenten doorgaan naar de finale op

4 oktober 2014? Volg ons dan op Twitter via @stgcarmel. ◗

‘Je kunt veel

bereiken met

een positieve

instelling’

COLOFON

Carmel Magazine wordt gemaakt

voor medewerkers en relaties

van Stichting Carmelcollege en

verschijnt drie keer per jaar.

REDACTIE

Fijke Hoogendijk

Daphne Razi

(Stichting Carmelcollege)

Hans Morssinkhof

(Hans Morssinkhof Publicity,

Arnhem)

Suzanne Visser

(Perspect, Baarn)

VORMGEVING EN OPMAAK

Digidee, Enschede

FOTOGRAFIE

Marty van Dijken

(Van Dijken, Enschede)

DRUK

Gildeprint, Enschede

OPLAGE

4.650

Page 24: Carmel Magazine september 2014

24

Stichting Carmelcollege

Drienerparkweg 16

Postbus 864

7550 AW Hengelo

(074) 245 55 55

[email protected]

www.carmel.nl

@stgcarmel

@CarmelVacatures

IJZERSTERKE COMBINATIE

Ze vormen een hecht team, zij en haar paard.

Ze kennen en vertrouwen elkaar. Voelen elkaar aan.

Zij weet wat haar dier kan, het dier vertrouwt haar

volledig. In samenspel komen ze tot ongedachte

prestaties. Leggen ze de lat steeds hoger.

Zelfs letterlijk.

We kennen de verrichtingen van onze leerlingen tot

achter de komma. Maar ándere vermogens blijven

vaak verborgen. En daarmee de samenhang.

Dat stille meisje achterin maakt haar proefwerk zo

goed omdat ze tijdens het volleybal een fabelachtige

smash heeft gemaakt. Ze kan in één keer bergen

verzetten. Die anders zo stugge jongen houdt een

puike presentatie omdat het onderwerp zijn hart heeft.

Net als wijzelf, zijn onze leerlingen meer dan cijfers,

meer dan cognitie. Aanleg, ambities en prestaties zijn

net zo’n ijzersterke combinatie als het meisje en haar

paard. Dat is een boeiende gedachte aan het begin

van een nieuw schooljaar. Alle talenten tellen.

Heel de mens. En ja, in dit geval ook: heel het dier...