boekverslag boy

15
Boy QuickTime™ and a decompressor are needed to see this picture. Door: Luciaan Groenier Voor: Monique Ricken

Upload: luciaan-groenier

Post on 30-Jun-2015

229 views

Category:

Documents


5 download

TRANSCRIPT

Page 1: Boekverslag Boy

Boy

QuickTime™ and a decompressor

are needed to see this picture.

Door: Luciaan GroenierVoor: Monique Ricken

Inleverdatum: 26-06-2008

Page 2: Boekverslag Boy

Inhoud:

Page 3: Boekverslag Boy

1. Algemene gegevens:

Naam van de schrijver:Het boek is geschreven door J. Bernlef en is een Pseudoniem van: Henk J. Marsman. Hij koos als pseudoniem de naam van een blinde Friese dichter uit de achtste eeuw, een zanger van wie alleen de naam bekend is.

Titel: Boy

Genre:Het boek Boy is een speurdersroman en de detective is William. Het is tevens een historische roman, omdat het zich begin vorige eeuw afspeelt.

Jaar en stad van uitgave: Het boek is gepubliceerd in 2000 en komt uit Amsterdam Querido.

Aantal hoofdstukken:Het boek bevat 9 hoofdstukken, er is ook een 10de hoofdstuk, maar dat is de epiloog.

Eerste druk: 2000 (inclusief de tweede, derde, vierde en vijfde druk)

Indeling hoofdstukken: Het boek bevat twee delen. Het eerste deel bestaat uit hoofdstuk 1 t/m 5. Het tweede deel bestaat uit hoofdstuk 6 t/m 9.

Page 4: Boekverslag Boy

2. Korte inhoud van het verhaalHet verhaal speelt zich af begin 1900. Wanneer de actrice Norma Todd, beter bekend als Polly wordt vermoord, is dat grootst nieuws, al helemaal voor William Stevens, een reporter van de locale krant Flatbush Chronicle. Hij moet en zal de moord onderzoeken Mede omdat hij altijd al een zwak voor de actrice heeft gehad. Al meteen heeft de politie een verdachte op het oog, want toen Norma dood, naakt op haar bed, werd aangetroffen, bleek er zich in een kast van haar slaapkamer een jongen te bevinden. Hij bleek doofstom te zijn en hij kon ook niet praten. Er was niks van hem bekend. Bij de rechtbank vond de jury zijn aanwezigheid op de plaats delict reden genoeg om hem te veroordelen. Dit pakte nadelig uit voor de jongen, want hij werd veroordeeld voor doodstaf. William kwam er toen hij zijn onderzoek begon achter dat de jongen Boy werd genoemd en bij hem in de buurt woonde. Ook kwam hij erachter dat Boy bij de pianiste van een bioscoop woonde, Amy Faye. Nadat William een afspraak met haar had gemaakt, kwam hij erachter dat zij geen man en kinderen had. Dat was volgens haar ook een reden om Boy in huis te nemen, zodat ze wat gezelschap had. Ze kwam Boy een tijdje geleden op het strand tegen en omdat ze medelijden met hem had nam ze hem mee naar huis. Amy kende Norma, omdat ze vroeger bij haar op school had gezeten en ze vriendinnen waren. Toen Norma een keer bij Amy op bezoek kwam, bleek Boy zo gefascineerd door haar dat hij bij haar wilde blijven. Hij ging een poosje bij Polly wonen.William is erg onder de indruk van Amy en ze worden verliefd op elkaar. Amy geeft hem de sleutel en hij gaat Polly’s huis doorzoeken op aanwijzingen. Hij vindt een foto met een man en een vuurtoren erop. De voormalige huishoudster vertelt hem dat dit Bruce Wilder is. Een man waarmee Polly wel eens uitstapjes maakte. Van Flannery, de baas van de Flatbush Chronicle, krijgt hij te horen dat het de vuurtoren van Montauk is. William reist naar Montauk en krijgt Bruce Wilder te spreken. Bruce is aardig dronken als hij aan William verteld dat Boy Norma niet heeft vermoord. William wist niet of hij hem moest geloven, maar zag er toch wel een kern van waarheid in. Ook vertelde Bruce dat hij op een dag met Norma ging rijden in zijn cabriolet. Het was in die tijd een uitzondering als je een auto had. Norma droeg een groene sjaal. Opeens hoorde hij naast zich een gil. De sjaal was in een wiel van

Page 5: Boekverslag Boy

zijn auto geraakt en zo was ze gewurgd. Hij heeft haar toen naar haar huis gebracht en op het bed gelegd. Vervolgens heeft hij haar uitgekleed omdat hij haar een keer naakt wilde zien. William gaat naar huis en schrijft het hele verhaal in de krant. Hij heeft zijn doel bereikt, door erachter te komen hoe Norma ‘Polly’ Todd dood is gegaan. Hij gaat er vanuit dat hij wel opslag zal krijgen door deze primeur. Helaas blijkt dat anders uit te pakken, niemand gelooft hem en men vindt zijn verhaal belachelijk. William wordt ontslagen. William gaat samen met Amy, met wie hij een goede relatie heeft opgebouwd nog een keer naar Montauk. William wil het verhaal van Wilder zwart op wit en dat deze een verklaring tekent. Het lukt William helemaal niet om Wilder te vinden, maar krijgt uiteindelijk te horen dat hij is opgepakt. Een andere krant heeft met de welverdiende eer van William gestreken. Boy blijkt inderdaad onschuldig, maar daar heeft hij niets meer aan. Hij heeft zich opgehangen in zijn cel. Boy leefde eigenlijk voor beelden, door beelden zag hij de hele wereld. Zonder te kunnen praten en zonder te kunnen horen leefde hij zijn eigen leven en kon dat waarschijnlijk niet uithouden in de gevangenis door telkens maar weer dezelfde beelden te zien. Amy en William bouwen in Montauk samen een leven op door bij de steeds blinder wordende hotel eigenaar te gaan wonen. William gaat op zoek naar een baan en de ondertussen zwangere Amy gaat pianoles aan de kinderen in het dorp geven.

TitelverklaringBoy is de doofstomme jongen waar een groot deel van het verhaal over gaat. Deze jongen wordt beschuldigd van een moord op de actrice Norma ‘Polly’ Todd, terwijl hij de moord helemaal niet heeft begaan.

Personages William Stevens is de hoofdpersoon uit het boek. William heette eigenlijk Willem Steevens zijn grootouders kwamen uit Holland en waren in Airegin, Minnesota, een boerderij begonnen. Williams vader had de boerderij overgenomen en trouwde met een Zweeds meisje van een naburige boerderij. Williams moeder heette Maj. Ze was spierwit als een albino en was jong overleden. William hield heel erg veel van zijn moeder, komt dan ook vaak terug in het verhaal, omdat hij vaak aan haar denkt. Op z’n zeventiende heeft William de boerderij verlaten omdat hij genoeg had van de korenvelden. Hij trok naar New York en veranderde al snel zijn naam. William is een niet absurd knappe reporter van een locale krant. Hij woont in een klein houten huisje waar hij een kamer huurt. Hij had tot Amy nog nooit een vriendin gehad. Hij is een karakterNorma Tod of liever Polly, want zo luidde de koosnaam die het publiek

Page 6: Boekverslag Boy

haar had gegeven, was een knappe actrice met leuke krulletjes om haar hoofd en grote handen en voeten. Ze was vrij ondeugend en ging veel met mannen om. Eigenlijk wilde ze zelf ook liever een jongen zijn. Norma is in het hele boek al dood, maar het hele boek draait wel onder andere om haar. Door gesprekken en herinneringen kom je veel over haar te weten. Zij is een type.Amy Faye is een slanke jongedame die pianiste is, zij begeleid de theatervoorstellingen in de bioscoop van het dorp. Het opvallendste aan haar uiterlijk is dat ze een grijs en een bruin oog heeft waardoor het lijkt of ze loenst. Ze is zorgzaam en iets ouder dan William. Haar muzikale talent heeft ze van haar ouders geerfd. Zij is een karakter. Boy is een doofstomme jongen, die eigenlijk helemaal in z’n eigen wereldje leeft, niemand weet hoe hij echt heet of hoe oud hij is. Ze schatte hem rond de 15 jaar. Boy is een type. Flannery heette eigenlijk Flannery Duval, maar op die achternaam heerste een verbod. Hij had namelijk een hekel aan de Fransen en Frankrijk. Waarom is niet echt duidelijk, maar het had iets met de geschiedenis en zijn Ierse achtergrond te maken. Hij is de andere reporter en baas van Flatbush Chronicle. Hij schrijft zijn hoofdartikelen altijd in de kroeg. Hij is ook een type.

PerspectiefHet boek begint met een perspectief (waarschijnlijk licht auctorieel) vanuit William zelf. Maar aan het begin van het tweede hoofdstuk wisselt het perspectief naar een andere persoon die verder bijna niets met het verhaal te maken heeft en daarna naar nog een derde persoon. Vanaf dan blijft het personele perspectief wisselen tussen de twee hoofdpersonen, maar omdat ze bij elkaar komen, gaan de twee perspectieven steeds vloeiender in elkaar over en uiteindelijk lijkt het ook alsof er steeds meer een vertelinstantie in het verhaal komt. Het hoofdperspectief blijft wel vanuit William, maar volgens mij wordt het boek aan het eind steeds auctorieler, hoewel het maar weinig elementen van een auctorieel perspectief bevat. Uit deze passage blijkt even duidelijk dat er een verteller aanwezig is (dit stuk wordt voorafgegaan door een beschrijving van Amy's gedachten die afdwalen terwijl ze piano aan het spelen is):"Toen Amy de laatste voorstelling voor die dag had begeleid had haar muziek haar plek gevonden: ze drong niet langer tot het bewustzijn van de kijkers door. Art kon tevreden zijn en dat was hij ook.('Ze is geniaal,' zei Art en legde tevreden twee handen o zijn dikke buik terwijl hij zich in het koffiehokje naast de entree van het theater nog een glas bier inschonk uit zo'n donkere literfles. ' Ik begrijp niet dat ze niet naar een duurder theater omziet. Zo'n pianiste als zij kan goud verdienen.' 'Ze houdt van je,' zei Wilfred, 'net als ik.' 'Val dood,' zei Art.)" (187)

Page 7: Boekverslag Boy

Ruimte Begin 1900 in Amerika. De elektriciteit begint langzamerhand de gas- en olielampen te vervangen. De fotografie krijgt concurrentie van de film. Maar hoog staat de cinematografie dan nog niet aangeschreven. De acteurs hebben nog de status van varieteartiest. Het verhaal speelt zich grotendeels af in Flatbush, een redelijk arm dorpje met vooral houten huisjes en veel emigranten die proberen hun agrarisch bestaan hier voort te zetten. Het verhaal speelt zich af van begin Oktober tot midden December.

TijdHet verhaal is bijna continu, maar er zitten een paar passages in waarbij de hoofdpersoon terugdenkt aan zijn jeugd. Met de retroversies meegerekend heeft het boek een vertelde tijd van 20 a 25 jaar. Maar in principe speelt het hele verhaal zich af binnen de maanden september t/ m december, wat van de weersbeschrijvingen af te leiden is. Het sujet is gelijk aan de fabel, dus het verhaal wordt in chronologische volgorde verteld. De externe tijd is begin 20e eeuw, in Amerika. De tijd is wel van belang, want film is een belangrijk aspect in het boek, en rond die tijd kwam de film net een beetje op gang.Dit citaat geeft een van die retroversies weer waarin William aan zijn jeugd denkt: "Hij moest aan Maj denken, aan de landwinkel in Airegin waar alles te koop was, van bloem tot zeisbladen. (...) Zijn moeder bleef nooit langer in de winkel dan strikt noodzakelijk. Hij wilde graag blijven, langs de tonnetjes met melasse en bloem naar de planken achterin de winkel kruipen waar scharen, beitels, schaven en handzagen lagen. (...) Als mevrouw Princeton de zwaar verzilverde kassa met de draaihendel aan de zijkant in werking stelde, keek hij vol bewondering hor het totaalbedrag in grote zwarte cijfers achter het vensterruitje omhoogsprong. Zijn moeder ergerde zich aan zijn getreuzel." (42)

Thema Volgends mij Polly wordt vermoord dus die is dood, en William heeft de dood van zijn moeder May nog altijd niet verwerkt dit komt ook in het hele verhaal terug. De intensiteit van de waarneming, van het zintuiglijk bestaan: Vooral als er een zintuig wegvalt. Dit komt heel vaak in het boek terug. Bijvoorbeeld bij Boy hij is doofstom, maar ook bij de hoteleigenaar waar Amy en William gaan wonen, deze is blind. Dit thema komt ook in kleine dingen terug, William zit een aantal keer het zelfde stuk in de trein, vlak langs het spoor zijn huizen gebouwd, waar je dus als je in de trein zit naar binnen kunt kijken. William is erg

Page 8: Boekverslag Boy

geinteresseerd in een huis, de man en vrouw met een rode jurk die er wonen kent hij helemaal niet. Maar elke keer als hij in de trein zit, ziet hij deze mensen en bedenkt hoe hun leven zou kunnen zijn.

StructuurHet boek is ingedeeld in drie delen, die elk weer onderverdeeld zijn in hoofdstukken, en waarvan elk hoofdstuk nog eens verdeeld is in paragrafen.Het eerste deel is allemaal vanuit de hoofdpersoon gezien, maar het begin van het tweede deel begint vanuit het perspectief van iemand anders en vanaf dan wisselt het tussen meerdere personen.

Perspectief en verteller Het verhaal is in de Hij/zij perspectief verteld oftewel er is een verborgen verteller.

Titelverklaring De titel spreekt eigenlijk voor zich Boy is de doofstomme jongen waar een groot deel van het verhaal over gaat. Hij is de oorzaak waarom William het onderzoek start.

Taalgebruik

Het boek bevat geen lange zinnen en haast geen moeilijke woorden. Maar er zit humor en gevoelens in die het verhaal interessant maken. Bernlef gebruikt een neutrale schrijftaal, die de aandacht niet van het verhaal afhaalt. Hij gebruikt vaak mooie zinnen met een boodschap. Het is een echte schrijver, die met een paar woorden hele gebeurtenissen uit kan leggen.

Eigen mening

Mijn mening over dit boek is dat het wel een interessant boek is maar af en toe vond ik het wel moeilijk om door te lezen omdat er toch wel stukken tussen zaten die me niet echt interesseerden. Maar de manier hoe het geschreven is vind ik wel heel mooi en dat sleepte me er, ondanks de soms minder interessante stukken, doorheen. Ik hield meer van oplossingen die voor de moord gevonden werden. Toen Bruce bijvoorbeeld bekende dat hij te maken had met de dood van Norma wilde ik graag doorlezen en weten hoe het eindigde. Ook op het moment dat bekend werd gemaakt dat Boy zich ophing wilde ik snel weten wat het motief daarvoor was.

Page 9: Boekverslag Boy

Ik vond het jammer dat de spanning gedurende een groot deel van het boek werd opgebouwd en dat dan op ± 80 bladzijden voor het einde van het boek opeens de hele moord wordt opgelost en dat het daarna alleen maar naar een beter einde toegaat. Er wordt dan dieper ingegaan op de relatie van William en Amy.Ook jammer vond ik het feit dat het niet helemaal realistisch geschreven is omdat het allemaal als je goed oplet net iets te mooi uitkomt.

Recensie:

Schrijver Bernlef, J.

Titel [Boy]

Jaar van uitgave 2000 Bron De Standaard Publicatiedatum 17-02-2000 Recensent Paul Verhuyck Recensietitel Stomme film : 'boy' van Bernlef :

Proza

Hendrik Jan Marsman, geboren in 1937, koos als pseudoniem Bernlef, naar een blinde Friese bard uit de achtste eeuw, van wie geen werk bewaard is. De vaak gelauwerde Bernlef, auteur van een omvangrijk en vooralsnog bewaard oeuvre, behoeft natuurlijk geen introductie meer, maar de informatie uit bovenstaande openingszin slaat in meer dan één opzicht ook op de inhoud en de structuur van zijn nieuwe roman, Boy. Eerst dit: Boy is een knap geschreven en breed gecomponeerde roman van internationaal niveau. Iets wat bij de gemiddelde Nederlandse roman niet evident is (ik zal geen namen noemen). 't Is maar dat u het weet. Brooklyn in het begin van de jaren 1900, de wereld van de beginnende cinematografie. William Stevens, een journalist van een kleine lokale krant, stelt zich vragen bij de dood van een filmster, Norma "Polly" Todd. Ze werd gewurgd op haar bed gevonden en in haar slaapkamerkast werd een doofstomme jongen aangetroffen, Boy. De arme jongen van onbekende afkomst wordt als dader beschouwd en veroordeeld. William twijfelt aan de juistheid van deze rechtsgang en gaat zelf op onderzoek uit. Zo komt hij in contact met Amy Faye (vriendin + fee), een pianiste die stomme films begeleidt en die destijds de doofstomme jongen op het strand heeft gevonden, Boy heeft genoemd en in huis heeft gehaald. Zij is een schoolvriendin van Polly en zo'n veertien dagen voor de moord heeft Boy haar huis verlaten om bij Polly te gaan wonen. Maar het speurwerk leidt nog verder, naar het plaatsje Montauk, waar een heel nieuw aspect aan het licht komt. Hoe het allemaal afloopt, mag ik hier uiteraard niet verklappen, maar de dood van Polly doet denken aan die

Page 10: Boekverslag Boy

van Isadora Duncan, begrijpe wie kan. Over die beroemde danseres heeft Williams baas Flannery een (negatief) stukje geschreven. Dit is maar een voorbeeld van de vele listige dwarsverbanden en zwaluwstaarten die in dit boek verscholen zitten. Trouwens, wie het nu wel of niet gedaan heeft, de roman laat zich zeker niet herleiden tot een whodunit, ook al is het verhaal er spannend. Het is Bernlef om wat anders te doen. Allereerst is daar de fascinatie voor de doofstomme, de taalloze, de klankloze, de legen mens zonder verleden, voor iemand die een zintuig mist en dus in andere zintuigen compensatie zoekt. Zo is er elders in het boek ook sprake van een slechtziende man met brillenglazen als jampotjes, eigenlijk een half- of driekwartblinde, die andere zintuigelijke eigenschappen heeft leren ontwikkelen. Ook over hem wil Amy zich ontfermen. Achter die fascinatie ligt de vraag hoe het breinlandschap van iemand als Boy eruit ziet, een wereld van binaire beeldcombinaties zonder overkoepelende syntaxis. Boy knipt illustraties uit de catalogus van een postorderbedrijf en combineert die tot onverwachte paren die hem soms extatisch enthousiast maken. Het zijn beelden die geen woorden worden. Maar "mooi zoals het treffen van een paraplu en een naaimachine op een operatietafel" (dixit Lautréamont). De afwezigheid van taal en teken, althans van courante zingeving, uit zich ook in de afwezigheid van Boy William ziet hem slechts één keer, uit de verte, in een asiel en voor de rest is hij afhankelijk van verhaal-fragmenten van anderen. Bovendien staat de stomme film als metafoor voor de pogingen om een doofstomme levenservaring te begrijpen: daarom zitten we ook echt helemaal in het begin van de stomme film. Na Lumière en Méliès maakte men in eerste instantie korte filmpjes van hooguit vijf minuten, met stukjes uit het leven, natuur-fenomenen en bewegende mensen. De fascinatie gold toen in eerste instantie de beweging zelf, het zuiver kinetische. Daarna, zoals Bernlef memoreert, kwamen verhaal en fictie er pas bij, hetgeen eerst als een aberratie werd gezien, want "het verhaal beperkt de beweging". Inmiddels zijn wij al meer dan een eeuw zo overspoeld door filmtaal, conventionele montage en ondertiteling dat we verfilmde verhalen gemakkelijk begrijpen, maar in het begin was dat niet zo duidelijk, zeker niet in het allereerste begin toen er nog geen verklarende tekstkaders tussen de verschillende episoden werden aangebracht en de uitbater van een nickelodeon zelf tussen de rijen liep en uitleg verschafte op basis van een samenvatting die de producent bij de filmspoel leverde. Het boek van Bernlef speelt in die overgangsfase, toen de tekstuitleg op het scherm zelf tussen de scènes werd ingevoerd en omdat de uitbater zweeg, een pianist de beelden kon begeleiden. De stomme film wordt dus ingezet om het fenomeen van de doofstomheid te situeren. Maar de woekering van metaforen gaat bij Bernlef veel verder. Zo zit Amy op het eind een tijd zonder piano. De pianiste zonder piano is op zichzelf al een beeld, maar dat is nog niet alles. Als compensatie voor het gemis maakt ze

Page 11: Boekverslag Boy

een papieren toetsenbord dat ze bespeelt om haar vingervlugheid op peil te houden. Tot ze tenslotte die strook papier ook al niet meer nodig heeft en pianospelend zonder piano door de kamer loopt. Eerder al in de roman blijkt Boy ineens piano te spelen. Hoe kan dat? Hij hoort het niet en heeft het niet geleerd! Nou ja, enigszins heeft hij het wel geleerd, door Amy te zien spelen. Hij bootst alleen haar vingerzetting na, optisch, kinetisch. Zoals hij ook de bewegingen van Polly in haar films nabootst. Verschillende keren rijdt William in een trein langs een gebouw waarin hij een piano ziet staan, die hij natuurlijk niet kan horen. Dan weer wordt de piano bespeeld, dan weer is de klep van het instrument gesloten. Het spiegelende spel bij Bernlef is daarmee nog lang niet afgelopen. Het uit zich ook in de hoofdpersoon. William is een merkwaardig soort journalist, die weinig nieuws voor zijn lokale krant weet te garen en daarom de moord op Polly, die in de buurt woonde, aangrijpt om het te maken. Tot dan toe had hij vooral quasi-nieuwtjes te melden, bracht hij schijnberichten over schijngebeurtenissen, over dingen die bijna nieuws zijn. En in zekere zin (zonder daarom de pointe te verklappen) maar niet helemaal, is dat ook het geval met zijn onderzoek naar de moord. Want de waarheid is onwaarschijnlijk, zei Nabokov dat al niet? William is niet alleen uit onvermogen of gebrek aan talent een onjournalistieke onreporter, hij is dat ook een beetje uit overtuiging, of beter uit gevoel, uit fascinatie voor het gewone, voor de ondramatische werkelijkheid die onder de scoops gemoedelijk doorsuddert, het alledaagse dat een zintuig mist om interessant te zijn voor de media. En om dat subreële waar te nemen - die tropismen (zoals Nathalie Sarraute dat zou noemen) - heb je dan weer een speciaal zintuig nodig, dat dan weer hyperrealistisch is. Maar je bedrijft geen journalistiek met treinen die op tijd aankomen en daarom mislukt William als reporter. Op een algemener niveau zullen de Bernlef-kenners hier aansluiting vinden met Bernlef-thema's zoals de spanning tussen tekst en werkelijkheid, de kleine verschuivingen als blikopeners of de verwondering voor het minimale uit de Barbarbertijd (minimalisme avant la lettre?). Het onzichtbare, het vergeten, verstilling, afwezigheid, centrale leegte. En natuurlijk het aftasten van het zogeheten normale, het aftasten van de grenzen tussen reëel en fictief, het thema van de waarneming, zoals in Hersenschimmen (1984, over dementie) of in Eclips (1993, over taalverlies). Maar of je nu Bernlef-kenner bent of niet, dit is een sterk en rijk boek (ook al vond ik de hoofdstukken zes en negen wel wat lang). Zonder een historische roman te zijn evoceert dit boek en passant heel treffend de wereld van toen met haar nieuwe mogelijkheden (auto's, typemachines) en ook met haar presupposities en evidenties (bijvoorbeeld kinderarbeid, nevenfuncties van politiemensen, de zekerheid dat er nooit sprekende film zal komen). Ik heb dit boek in één ruk uitgelezen, nou ja, in een aantal rukjes; in elk geval, het leest als een trein. O ja? Ineens vraag ik me af of dit wel positief genoeg klinkt, dat ruklezen en dat treinlezen,

Page 12: Boekverslag Boy

hoe goed bedoeld ook. Is diep indringend lezen niet beter? Traag oncommercieel bedachtzaam lezen, zonder rukjes of treintjes? Weg van tv-reclame, onmediatiek, archiverend lezen en herlezen Boy verdient het. Want ongetwijfeld heb ik ook alles nog niet gezien: ik zou het boek nog eens moeten - en willen - lezen.

Eigen mening over recensie:Ik heb het ook zo ervaren dat dit een knap geschreven boek is, want de schrijfwijze heeft mij wel heel erg geboeid en meegenomen.